Spookachtige Avondwandeling
‘Ik verveel me,’ klaagt Anniek die bij Leone logeert. Leone kijkt op haar bronskleurige horloge en de wijzers geven 10 uur aan. ‘Laten we een avondwandeling maken,’ stelt ze daarom voor, ‘dan kunnen we gelijk paardenbloemblaadjes voor Lollo, mijn konijn, plukken.’ Anniek knikt instemmend en zo zijn ze even later op weg naar de natuur. ‘Ik weet een heel leuk paadje,’ meent Leone. ‘Oké,’ zegt Anniek. En zo lopen ze even later de wildernis tegemoet, oftewel ze lopen door hoog gras onder een bruggetje door. Opeens staat Leone abrupt stil. ‘Wat is er?’ vraagt Anniek, die tegen Leone opbotst. ‘Daar,’ wijst Leone. Anniek kijkt en ziet een man zitten, hij is aan het vissen. ‘Nou en?’ vraagt ze, ‘daar kunnen we toch ook achterlangs?’ ‘Ga jij dan eerst,’ reageert Leone. Anniek haalt haar schouders op, zoveel bangheid, daar kan ze niet tegenop. Dus Anniek neemt het heft in handen en loopt achter de man langs. Giechelend volgt Leone haar. En bang als ze is, is Leone helemaal opgelucht als ze eenmaal óp het bruggetje lopen. Zo lopen ze zwijgend naast elkaar tot ze uitkomen bij een natuurpark. ‘Zullen we hierheen gaan?’ vraagt Leone, ‘ik ben hier nog nooit geweest eigenlijk.’ ‘Ik vind het best,’ zegt Anniek. Even wachten ze tot de auto’s voorbij geraasd zijn en dan steken ze rennend over. ‘Dit is toch zo’n vies gat waar gif gedumpt wordt?’ vraagt Anniek, met opgetrokken neus. Leone haalt haar schouders op. ‘Kan best.’ Ietwat bang loopt Anniek verder. ‘Zullen we even naar het water gaan?’ stelt Leone voor. Aarzelend knikt Anniek. ‘Maar val er niet in, oké?’ ‘Nee, tuurlijk niet, gekkie,’ lacht Leone. Het water kabbelt rustig voort en zo blijven ze een poosje staan. ‘Zullen we weer verder gaan?’ stelt Anniek voor. ‘Oké,’ stemt Leone in. Zo lopen ze weer even door, tot de bocht, waarna ze abrupt stilstaan. ‘Wat is dat?’ vraagt Leone met bibberende knieën. ‘H-het ziet er uit als m-mist,’ stottert Anniek. ‘Kom,’ Leone wil Anniek meetrekken, maar deze blijft staan. ‘Wat is er?’ vraagt Leone. ‘D-die mist k-komt op ons a-a-af,’ bibbert Anniek. ‘Huh?’ Leone kijkt Anniek aan alsof ze niet goed wijs is. ‘Die mist komt op ons af!’ roept Anniek, ‘kom mee!’ ze begint te rennen en Leone komt achter haar aan. Als Anniek eindelijk even stilstaat kan Leone pas vragen wat dat nou was. ‘Misschien was het een geest,’ fluistert Anniek. ‘Of een demon,’ oppert Leone. ‘Doe niet zo griezelig,’ zegt Anniek. En zo lopen ze weer verder. Zwijgend. Als ze net zijn aangekomen bij de uitgang, komt er opeens een auto aanrijden. Met bonzend hart blijft Anniek staan. Samen met Leone probeert ze zich te verstoppen. Gelukkig schenkt de automobilist verder geen aandacht aan hen. Toch gaan de meiden, zodra de auto weg is, snel weer weg van deze griezelige plek. Terwijl ze naar huis lopen, komen ze langs een weiland waar iemand aan het paardrijden is. ‘Kijk.’ Leone wijst in de duisternis naar het paard wat daar zou moeten lopen. Anniek volgt haar vinger en opeens ziet ook zij het paard met ruiter. Ze kijken een tijdje naar de opbloeiende liefde tussen mens en dier, oftewel de training. ‘Zullen we erheen lopen?’ stelt Anniek voor. ‘Nee, dan storen we ze,’ meent Leone. ‘Oké.’ Anniek haalt haar schouders op, maar toch klinkt er iets van spijt door in haar stem. ‘Waah, wat zit er nou weer op mijn hand?!’ gilt Leone. ‘Rustig maar,’ sust Anniek. Ze kijkt naar Leones hand en zegt: ‘Ehm, alleen één of ander oorwurmachtig beest.’ ‘Waat?!’ Leone begint wild op haar hand te slaan, net zolang tot het oorwurmachtige beestje eraf is. ‘Waar is-ie nu?’ vraagt Leone, wippend van het ene op het andere been. ‘Geen idee,’ zegt Anniek, ‘maar moet je dat zien.’ Anniek wijst met een trillende vinger in de lucht. ‘Kijk, het onweert op twee plaatsen tegelijk, het flitst daar én daar.’ Leone volgt haar vinger. En dan ziet ze het. ‘Je hebt gelijk,’ bibbert ze, ‘kom, we gaan, ik vind dit eng worden.’ En zo lopen ze samen maar snel naar huis toe.
Ik vind het een leuk verhaaltje! En ook wel een beetje spannend omdat ik benieuwd was wat de twee meiden zouden doen.
Wel heb ik een paar tips voor je:
Wanneer iemand iets zegt, kun je dit het beste op een nieuwe regel plaatsen, dan wordt het overzichtelijker voor de lezer wie wat zegt. Kijk zo:
‘Daar,’ wijst Leone. Anniek kijkt en ziet een man zitten, hij is aan het vissen.
‘Nou en?’ vraagt ze, ‘daar kunnen we toch ook achterlangs?’
‘Ga jij dan eerst,’ reageert Leone.
Het verhaal vind ik op zich goed verlopen, maar de gebeurtenissen worden steeds gestopt door "en ze lopen weer verder". Ik denk dat je daar wel een creatievere draai aan kan geven, waarmee je aangeeft dat ze de wandeling vervolgen
Verder goed geschreven!
Wel heb ik een paar tips voor je:
Wanneer iemand iets zegt, kun je dit het beste op een nieuwe regel plaatsen, dan wordt het overzichtelijker voor de lezer wie wat zegt. Kijk zo:
‘Daar,’ wijst Leone. Anniek kijkt en ziet een man zitten, hij is aan het vissen.
‘Nou en?’ vraagt ze, ‘daar kunnen we toch ook achterlangs?’
‘Ga jij dan eerst,’ reageert Leone.
Het verhaal vind ik op zich goed verlopen, maar de gebeurtenissen worden steeds gestopt door "en ze lopen weer verder". Ik denk dat je daar wel een creatievere draai aan kan geven, waarmee je aangeeft dat ze de wandeling vervolgen

Verder goed geschreven!
- Never give up on anything, because miracles happen every day -
My head is a jungle...
My head is a jungle...
-
- Puntenslijper
- Berichten: 25
- Lid geworden op: 12 jun 2013 16:05
- Locatie: Op ene onbewoond eiland
Beetje een vreemde zin, niet? Ik weet niet wat je bedoeld maar misschien klinkt dit beter :Leoniek schreef:. En zo lopen ze even later de wildernis tegemoet, oftewel ze lopen door hoog gras onder een bruggetje door.
Even later lopen ze de wildernis tegemoet, want eigenlijk rennen ze door het hoog gras die langs hun benen kriebelt, onder een bruggetje door.
Maar het kan ook gewoon aan mij liggen dat ik het anders interpreteer xd
Wat me soms stoort , is dat je vaak ' en zo lopen ze..' gebruikt.
Ook heb ik al een viertal keer een doodgewone 'Oké' opgemerkt.
Ik vind het wat saai telkens 'oké' te gebruiken.
Dit kan je veranderen door :
Ja, lijkt me leuk!
Of
Je gaat in op het gesprek :
Bv : 'Wat als we nu eens bloemen plukken? vroeg Frank euforisch aan Maaike.
'Ja, en we kunnen terwijl langs het kanaal lopen om de boten te bezichtigen!
Een korte 'oké' is niet zo leuk om te lezen en het geeft je ook niet echt een bepaald gevoel.
Maar je verhaallijn vind ik leuk en voor de rest is het aangenaam lezen!
Gauw verder!
En ik hoop dat je iets met de tips kan natuurlijk!