Uitweg voor ons beiden

Hier kun je naar hartelust je One Shots kwijt die in het genre Drama vallen. Maak een topic aan en zet ze er allemaal in.

Moderator: Patrick

Plaats reactie
Lisette
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 98
Lid geworden op: 21 jan 2007 14:02

  • Uitweg voor ons beiden
Met vochtige ogen staar ik naar de steen voor me, de steen die daar niet had moeten staan. Ik kom hier nog altijd iedere dag, hoe lang het ondertussen al geleden is, om naar jouw steen te kijken. Om tegen je te praten, hoewel ik niet zeker weet of je me hoort. Nog steeds heb ik het gevoel dat ik alles aan je kwijt kan, net zoals eerst. Ik zie de regen op de zwarte steen neerdalen, de steen raakt steeds meer bevochtigd. Ik heb een drang om het nat te weg te vegen, omdat ik niet wil dat de steen vuil wordt, omdat ik wil dat het onaangetast blijft, net zoals het bij jou leek te zijn. Ja, natuurlijk mankeerde je iets, maar ik had er vertrouwen in dat het beter zou worden. Ik herinner me nog precies hoe jij daar lag, hoe je keek en hoe het was gebeurd, wat je laatste woorden waren. Er zijn alleen nog altijd delen die missen, die ik me niet meer kan herinneren, omdat het zomaar ineens gebeurde. Er is nog steeds een deel, waarvan ik weet dat ik het hoor te weten, maar misschien kom ik daar ooit nog achter. Voor we het wisten was het in het hele gebouw en viel er bijna niet meer te onsnappen. Maar jij redde me. Het doet nog altijd pijn.

Het was avond toen we daar zaten. Beiden met een koptelefoon waar ons tweede album uitklonk. We waren aan het oefenen, met z’n tweeën, omdat de anderen al naar huis waren. Maar wij wilden het juist nog beter maken dan het al was, omdat we altijd onze ambities hadden, omdat we altijd samen streefden naar meer. En de rest had daar niet altijd even zin in – we hadden immers alles vanmiddag opgenomen – vandaar ook dat we nu samen waren. David had jou de sleutel gegeven om de studio op slot te doen, die je had opgeborgen in een la, omdat je zeker wist dat je hem anders kwijt zou raken, voor mij gold het zelfde. Jij had je gitaar in je handen op je schoot liggen, terwijl er voor mij de microfoon stond. Eigenlijk had ik de microfoon niet nodig, want het werd toch niet opgenomen, maar wij vonden het altijd leuk te doen alsof. We waren net bezig met In die Nacht, een lied van ons tweede album dat bij iedereen wel positief aankwam. Het ging over ons, dat we niet zonder elkaar konden en daarom hield ik er ook van om dit samen met jou te doen omdat het precies weergaf hoe ik me voelde met jou als broer. Ik wilde net beginnen met het zingen van het laatste refrein, maar hield abrupt op, toen jij met een verbaasde blik in je ogen ophield met spelen. Ik had gelijk al een gevoel dat er iets niet klopte, maar ik dacht er verder niets bij. Misschien had ik wel een verkeerde noot gezongen en was je gestopt om me even flink uit te lachen. Die gedachte verliet echter gauw mijn hoofd, toen jij opsprong. Je gitaar hield je nog net goed genoeg vast en je snelde naar de deur, terwijl ik nog steeds een fronsende blik op mijn gezicht had. Je opende de deur van de studio, maar met een paniekerige uitstraling smeet die je gelijk weer weg en ik zag je wild gebaren. Ik zag je praten en ik deed mijn koptelefoon af en gelijk drong er een schelle piep in mijn oren, afkomstig van een hoek van het plafond. Toen je het opnieuw zei, voelde ik al het bloed uit mijn gezicht wegtrekken en speelde er een buikpijn op, waarvan ik wist dat het bij jou niet anders kon zijn. “De hele onderverdieping staat in de hens!” Ik wist niet hoe snel ik moest reageren toen ik die zin langzaam tot me door had laten dringen. Wij zaten in de derde verdieping, de een na bovenste en daarom konden we niets anders dan naar de onderverdieping of wachten. Wachten op iemand die ons kwam halen, maar omdat er geen ramen in deze kamer waren vanwege stalkende fans, zou dat moeilijk gaan. Er waren alleen twee deuren en veel muren.
“We moeten hier weg,” zei ik toen ik alles aan de kant smeet, zodat ik een makkelijk pad had. Ik zag dat de kruk tegen de gitaren die tegen de muur aan stonden aan kwam en dat er daardoor een paar gitaren omvielen, maar ik gaf er niet om. Je riep met overslaande stem van paniek dat we toch naar de onderverdieping moesten, een uitweg moesten zoeken voordat dat ook niet meer mogelijk was. Je opende de deur opnieuw en wenkte dat ik snel moest komen.
We renden, terwijl we elkaars handen vasthielden om de ander niet kwijt te kunnen raken, door het gebouw heen, op zoek naar een weg om naar beneden te kunnen. Ik vroeg me af of er mensen waren die ons zouden helpen, of dat er überhaupt mensen waren die het hadden gemerkt dat het gebouw in brand stond, hoewel ik bijna zeker wist dat je daar niet omheen kon. Helemaal rechts was het vuur nog niet gekomen, maar daar konden we niet naar buiten en dus moesten we rechtdoor of links. Ik wist dat er rechtdoor een grote trap was, maar omdat de vlammen daar al tegen het plafond aansloegen, trok ik je mee naar links, waar de lift was. Ik weet niet meer hoe we in de lift kwamen doordat er iets van het plafond afviel, maar niet veel later zaten we hijgend in een bloedhete lift, die langzaam naar beneden ging. Ik voelde mijn hart in mijn keel bonken toen we in de lift waren en plots vroeg ik me af of de lift wel op een veilig deel van het gebouw uit zou komen en een angstig gevoel bekroop me. Ik voelde hoe het zweet langs mijn hoofd parelde door de hitte en toen ik naar jou keek, zag ik je met je handen om je hoofd, alsof je aan het denken was wat er gebeurde of hoe het had kunnen gebeuren. We keken elkaar alleen aan, zeiden niets. Met een enkele blik wisten we dat we hier zo snel weg moesten en dat we dat samen zouden doen, want we zouden alles samen doen. Dat was onze regel. Toen de lift tot stilstand kwam leken we allebei weer even tot leven te zijn gekomen en we stapten de lift uit. Een hete golf hitte kwam ons tegemoet, maar we zetten beiden door, omdat het niet lang meer zou duren eer het gebouw in elkaar kon storten. Het hele gebouw leek in brand te staan en ik voelde me bang, omdat ik een heel klein moment dacht dat we er niet meer uit zouden geraken, maar jij trok me alweer mee, voordat de vlammen opzij ons niet konden raken. Jij beukte een deur in, waarvan de hele deurpost al bedekt was met kleine vlammetjes en het knetterde, alsof de deurpost langzaam werd opgegeten door het vuur. “Hier moeten we er uitkunnen,” zei je, terwijl je me meetrok en de deur achter ons sloot. We kwamen in een opslag ruimte, en ik schrok toen ik zag dat bijna alle muren in de fik stonden. Ik kon het smeulende hout ruiken en horen knetteren, terwijl het brandalarm er bovenuit kwam, en we zochten om ons heen voor een raam waar we heen konden. Maar alles leek bezet te zijn door het snel verspreidende vuur, er leek geen uitweg te zijn. Plots zag ik een misschien mogelijke uitweg.
“Hier!” Ik wenkte je en je kwam er gehaast aan toen ik je het kleine raampje wees, net boven de grond. Normaal zou het te klein zijn, maar dit was net groot genoeg voor ons, omdat we nooit dik waren geweest. Ik opende als een bezetene het raam, terwijl ik het achter me steeds heter en heter voelde worden. Ik was blij dat ik een jasje aan had, zodat de hitte mijn huid niet zou aantasten, maar jij had wel een shirt aan en ik merkte plots dat je armen rood waren, net als je gezicht. Eindelijk had ik het raampje open gekregen en ik draaide me om. De vlammen leken de muren achter ons te laten verdwijnen, ze sloten zich er om heen. Het werd alsmaar heter en heter, het zou niet lang meer duren eer ook deze ruimte helemaal in brand stond en ik wist dat er niet veel tijd meer was. In de verte hoorde ik sirenes loeien en mensen schreeuwden om ons. Ik deed een stap naar achteren, zodat jij er als eerste doorheen kon. Je armen waren inmiddels erg verbrand en het kon nog veel erger worden als je er niet snel weg zou komen. “Nee, Bill!” zei je, toen ik je een duwtje naar het raam gaf. Je ging door je knieën, zodat je het wat minder benauwd had, en keek even naar boven. “Ga!” riep ik, toen je wenkte dat ik eerst moest gaan. “Nee, jij gaat eerst. Ik kon direct achter je aan,” hoorde ik je roepen. “Maar – ” “Ga, Bill! Snel.” Ik keek je nog een seconde aan, met een dankbare blik omdat je me voor liet gaan, waarna ik door het kleine raampje kroop. Ik voelde de koude lucht tegen mijn gloeiende gezicht toen ik in de koude buitenlucht kwam. Gelijk draaide ik me om, om je te helpen uit het kleine raam te ontsnappen, maar het ontnam me even de adem toen ik zag dat er een balk vanaf boven op je viel. Ik zie je gezicht nu nog voor me zoals het was toen je geschrokken je armen omhoog hield, om jezelf proberen te beschermen toen de balk op je afkwam. Ik gilde toen je neerkwam op de grond, met de brandende balk nog altijd op je. Je bewoog niet, verrekte geen een spier, gaf geen één teken van leven. Toen ik naar binnen schoot om je vast te pakken en je met betraande ogen naar buiten te trekken, voelde ik ineens twee stevige armen om mijn middel die me weer naar buiten trokken. Ik schreeuwde, gilde zelfs, dat ze me los moesten laten, omdat jij daar lag, maar dat deden ze niet. Ik zag nog wel dat er twee andere mannen in brandweerpakken naar binnen grepen en je bij je enkels pakten. Ik dacht dat je dood was.
Ook weet ik niet meer hoe jij werd weggebracht, ik weet alleen dát je werd weggebracht. Met gillende sirene naar het ziekenhuis. De dokter zei me dat je nog leefde, maar dat je met spoed naar het ziekenhuis gebracht moest worden. Ik wilde zeggen dat ik bij je wilde blijven, tot je in het ziekenhuisbed lag dat op jou lag te wachten en zelfs tot je er weer uit kon, maar het enige wat ik kon doen was huilen. Ik bleef maar huilen, alsof míjn leven er van af hing, in plaats van de jouwe. Voor me zag ik hoe de studio afbrandde, het was het enige wat ik hoorde. Het alarm dat zo zacht leek vergeleken met het smeulende hout en het geknetter van het vuur dat er voor had gezorgd dat jij er zo ernstig aan toe was dat je in het ziekenhuis moest verblijven, voor een voor mij onbekende tijd. Het viel me niet op dat er om me heen mensen waren die vroegen hoe het ging, het viel me niet op dat er brandweermannen waren die het vuur probeerden te blussen en het viel me niet op dat er overal loeiende sirenes waren. Pas toen ik werd opgetild, zodat ik het naar het ziekenhuis kon worden gebracht om te controleren of ik wat had, leek ik weer te leven en besefte ik me dat jij me gered had, door mij voor te laten gaan in plaats van jezelf.
Ik had zelf ook wel kunnen bedenken dat ik niets mankeerde buiten een paar brandwonden, maar daar ging het ook helemaal niet om. Ik had zoveel willen mankeren, als jij het maar zou redden. Ze zeíden dat je het waarschijnlijk zou gaan redden en ik had zo veel hoop, dat je het ook daadwerkelijk zou redden. Iedere dag en nacht stond of zat ik naast je, vier dagen en nachten lang. Het kon me niet schelen dat ik al die tijd nog bijna geen hap door mijn keel had gekregen, het kon me ook niet schelen dat ik die dagen bij elkaar maar een paar uurtjes geslapen had. Het enige wat me kon schelen was jou.
Je armen die naast je lagen, zaten dik in het verband door de ernstige verbrandingen en ook je gezicht was ingesmeerd met een zalfje, zodat het beter werd. Je ene been zat van boven naar beneden in het verband, doordat je broek vlam vatte en de vlammen tegen je benen aan hadden gespeeld en ook je borst was gehuld in een dik verband, door de brandende plank die op je viel. Je longen hadden een flinke klap gehad daardoor. Ik snapte toen nog steeds niet waarom je me voor liet gaan, dat deed ik pas later. Ik had je moeten dwingen om voor me te moeten gaan, ik had moeten weigeren toen je zei dat ik moest gaan. En al was jij niet eerder dan mij gegaan, dan hadden we daar samen ons einde gehad. We hadden altijd gezegd: ‘Samen blijven, samen sterven.’ Onze regel. Daar is nu niets van terecht gekomen, alleen maar omdat ik voor ging.
Af en toe werd je wakker, maar het meeste gedeelte sliep je. Als je wakker was, praatte je niet, maakte amper geluid omdat het alleen al pijn deed als je ook maar iets van je lichaam bewoog en zodoende was het beter als je even helemaal niets zei. We zouden kunnen praten als je weer beter was en geen pijn meer had. Ik was er zo zeker van dat die tijd zou komen.
“Ga verder als ik het niet red.” Dat zei je me, toen de laatste dag. Ik zei je dat je het zeker weten redde, dat ik er voor je zou zijn als dat nodig was en dat ik er altijd stond om je te helpen. Ik zei opnieuw dat we samen zouden blijven, samen zouden sterven en niet zo, niet op deze manier. Ik wilde niet verder zonder jou, ik dacht ook niet dat ik dat kon. Je was – en bent – mijn broer, mijn wederhelft en zonder je kon ik gewoon niet leven. We waren één en als de een niet zou leven, zou er in de ander ook een gedeelte dood zijn. Maar jij – jij tilde alleen je arm een klein beetje op, waarna ik je hand vastpakte en opnieuw zei dat je het zou redden, dat we hierna de hele boel aan zouden klagen en dat we daarna weer verder gingen met de band, zoals we voor de hele gebeurtenis ook hadden gedaan en zoals onze toekomst behoorde te zijn, zoals het moest. Het laatste wat je zei, kan ik me nog zo voor de geest halen. Als ik het wil horen, hoor ik het ook en klinkt het in mijn hoofd net zoals jij het toen zei, het ontneemt me nog steeds de adem. “Ik kan me geen betere broer bedenken dan jij, Bill.” En dat raakte me, nu nog steeds. Het was alsof mijn hart zich vulde met emoties die ik nog steeds niet kan beschrijven en ik was zo immens blij dat jij degene was die mijn broer was. Ik wilde je zeggen dat hetzelfde voor mij gold, dat ik zo blij met je was als broer en dat ik van je hield, maar het was al te laat. Ik voelde hoe de greep om mijn hand iets verslapte en ik zag je borstkas voor het laatst op en neer gaan. Je sloot je ogen toen je wist dat het ging gebeuren en ik hoorde je laatste ademhaling. Ik huilde, ik had nog nooit zo hard gehuild als toen. Ik wilde je niet verliezen, niet nu en niet op deze manier. Ik wilde je gewoon níet verliezen, maar het was al te laat. Je stierf. Terwijl ik nog altijd naast je zat en jouw hand nog altijd in de mijne lag. Ik zag je sterven. Alleen.
Jij was heengegaan en ik was nog hier. Ik had zo’n spijt dat ik niet bij je was gebleven. Dat jij het was die eronder kwam, in plaats van ik. En anders ons beiden, als jij maar niet alleen ging. Dat mocht niet, dat hoorde niet. Het was samen blijven, samen sterven, dat hebben we altijd gezegd en herhaald en nog steeds herhaalde ik het in gedachten. Ik weet nog dat ik de dokters hoorde komen, terwijl ik aan je bed zat te huilen, nog steeds je hand vasthoudend. Ik weet ook nog dat ze me wegdroegen, terwijl ik me wanhopig aan het bed vasthield, een poging te voorkomen dat ik bij je weggehaald werd omdat ik bij je wilde zijn, ook al was al het leven uit je. Nog nooit was ik zo bij je weggehaald.
Je begrafenis was prachtig, ik had me geen betere kunnen wensen voor jou en ik weet zeker dat je het zelf ook mooi had gevonden. Je zag duidelijk dat mensen je misten, dat ze het oneerlijk vonden dat zo’n jongen van zeventien, met een hele toekomst voor zich, stierf door een brand die niemand aan had zien komen, op zo’n jonge leeftijd nog wel. De hele familie kwam en zo ook een paar vrienden die altijd voor je klaarstonden en jij voor hen. Zelfs onze stiefvader heb ik zien huilen en ik moet zeggen dat het bij niemand droog bleef. Toen ik mijn zegje over je moest doen, vertelde ik met trillende stem hoe jij was en hoe ik me bij je voelde, dat ik alles aan je kwijt kon. Ik vertelde het van het samen blijven, samen sterven en dat ik er zo’n spijt van had dat het anders was geweest. Dat ik om je gaf en dat ik me geen betere broer had kunnen wensen, dat ik van je hield, meer dan van wie dan ook en ik vertelde wat je zei, toen je jouw laatste dag leefde en dat het me veel deed, meer dan ik eigenlijk kon zeggen. Georg, Gustav en ik speelden op het eind met z’n drieën Hilf mir Fliegen voor je, omdat je dat lied altijd wilde spelen om in te komen en omdat ik heus wel wist dat je stiekem van dat lied hield. Ik heb nog nooit zo erg geprobeerd er iets moois van te maken, nog nooit had ik zó erg mijn best gedaan. Toen je later de grond in ging, moest mama me vasthouden, omdat ik anders zou instorten. Ik miste je en ik wist dat ik dat altijd zou blijven doen.

Ik kniel voor je graf neer en leg de bloemen neer, terwijl ik de dode bloemen weg haal en op mijn schoot leg. Het valt niet te ontkennen dat de bloemen mooi bij je steen staan. Witte rozen, voor een zwarte steen. Mijn vinger glijdt over de kleine keitjes rondom je graf, terwijl een stille traan mijn ogen verlaat. Het liefst zou ik me bij je voegen, maar ik wil je wens waarmaken. Iedere nacht heb ik nachtmerries, zie ik de beelden weer voor me. Zie ik hoe die plank valt en hoe jij in het bed ligt, zie je steeds opnieuw sterven. Het deed zo’n pijn, het voelde alsof ook ik dood was. Ik mis je zo, ik mis mijn tweelingbroer die er altijd voor me geweest was. Ik had mijn leven voor je willen geven, als ik maar had geweten dat die balk zou gaan vallen.
En ineens schiet het me te binnen. Al die tijd had ik het idee dat er iets miste in mijn geheugen, alsof ik iets behoorde te weten maar het niet in mijn geheugen had. Ik moest snel gaan, dat zei je me met een angstige blik in je ogen. Een tweede traan verlaat mijn oog en laat een brandend spoor op mijn wang achter, waarna het van mijn kin af loopt en tussen de grond van je graf verdwijnt. Het beeld blijft zich maar herhalen, hoe de angst steeds meer in je ogen te zien was en hoe je naar boven keek. Ik sta op, voordat ik het weer voor me zie, voordat ik jouw blik weer voor me zie. Ik werp nog een laatste blik naar achteren, naar jouw steen die steeds natter wordt en naar jouw graf, waar jij ligt. De tranen verlaten geluidloos mijn ogen en ik weet dat ik ze niet tegen kan houden. Ik had mijn leven zo graag voor jou willen geven, maar jij had de jouwe al voor mij gegeven. Je wist dat de balk zou gaan vallen. De regen vermengt zich met mijn tranen, terwijl ik stil het kerkhof verlaat, zonder nog een blik op het graf te werpen. Morgen, morgen is er weer een dag en dan zal ik er weer zijn, met nieuwe bloemen voor je en met nieuwe gevoelens. Met nieuwe tranen voor jou en met een nieuw doel. Voor jou zal ik het redden.
Gebruikersavatar
Spook
Puntenslijper
Puntenslijper
Berichten: 32
Lid geworden op: 10 apr 2007 11:05
Locatie: In een door mijn woorden gecreëerde wereld
Contacteer:

Wauw. Een heel mooi verhaal. Wat ik vooral erg mooi vind is dat er met "je" gesproken wordt in het verhaal en dat de woorden van de broer een betekenis hebben gekregen.
Wat je als lezer zelf kon inzien, waarom hij "snel" zei en naar boven keek, snap je pas als de ikpersoon erachter komt. Alles in het verhaal heeft zo met elkaar te maken en dat zie ik niet vaak in verhalen, dan zijn er dingen die los van elkaar staan, terwijl hier alles met elkaar te maken heeft.
Zolang ik kan schrijven, komt alles goed.
Lisette
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 98
Lid geworden op: 21 jan 2007 14:02

Wauw, dankje voor je reactie zeg ^^
Het was eigenlijk een wedstrijdopdracht en ik moest dus schrijven dat hun twee in de studio zaten en dat er brand was, dat ze naar beneden moesten voor een raam en Bill zou dan voorgaan, omdat Tom dat wilde en toen viel er iets op Tom. En daaruit moest ik dan een verhaaltje schrijven en toen is dit het geworden. Hoewel het eigenlijk nog een heel stuk na de brand is, maar ja ^^
Dankjewel <3
Roosj
Balpen
Balpen
Berichten: 224
Lid geworden op: 05 mei 2007 17:57
Contacteer:

Wow.. de tranen stonden gewoon in mijn ogen.. echt héél mooi geschreven!
The best way to make your dreams come true, is to wake up
x Sanne
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 1544
Lid geworden op: 26 apr 2007 17:40
Contacteer:

Ben het helemaal met Spook en RoOsj eens :) Dit is echt zó mooi geschreven :super
The quiet scares me cause it screams the truth
Lisette
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 98
Lid geworden op: 21 jan 2007 14:02

Wieee, dankjullie wel :mrgreen:!
Gebruikersavatar
yesdnil
Erelid
Erelid
Berichten: 327
Lid geworden op: 01 sep 2006 22:48
Locatie: Brugge
Contacteer:

dit is zooo mooi .. echt zoo mooi! dat ik het nog es ga lezen ..
Acta est fabula!!! Sanis libris, vita lacuna ...
kelly-aislin-audrey
Balpen
Balpen
Berichten: 251
Lid geworden op: 17 apr 2007 17:11
Locatie: Wijchen

wow..... :shock: *stilte*
Echt zo mooi! had echt de tranen in me ogen staan, super zielig :( goed gedaan! :)
Voor was was was, was was is!
Plaats reactie

Terug naar “Dramatische One Shots”