Re: De adem die alles opzoog
Geplaatst: 16 jun 2014 05:54

De site voor het schrijven en lezen van verhalen!
https://online-verhalen.nl/
..leegten..-Maaike- schreef:Glijdt door de leegtes heen en trekt aan Myrtha’s naam, maar hij klampt zich er aan vast.
Ik twijfel aan de komma voor dat. Er ontstaat geen natuurlijke rustpauze tijdens het lezen en mag in mijn beleving dus weg.-Maaike- schreef:In de verte hoort hij een stem die hem vertelt, dat...
In de voorgaande zin is er niets om hem heen en nu ligt hij aan een afgrond! Terwijl hij even later stenen en voegen voelt. Als het bedoeld was om zijn ervaarde verwarring over te brengen op de lezer, dan moet ik bekennen dat je er uitstekend in bent geslaagd.-Maaike- schreef:..dat hij aan de rand van een afgrond..
Een zin die er voor mij uitsprong. Het is voor mijn gevoel minder beschrijvend dan voor het gedeelte met de cursieve tekst en aanzienlijk beperkter in omvang, maar daardoor bleef het bij mij beter hangen na afloop van het lezen van de tekst.-Maaike- schreef:Isol voelt hoe zijn herinneringen alle kanten uitschieten, vastgegrepen worden door de duisternis en weggesleurd in het niets.
Het woord kleine mag van mij geschrapt worden. Je hebt al benadrukt dat het om kleine spullen gaat en om er dan meteen klein plan van te maken werd voor mij persoonlijk wat te veel van het goede. Bovendien kunnen hier grote gevolgen uit voort vloeien en is het dan nog wel gepast om over een klein plan te praten?-Maaike- schreef:Haastig beweegt hij zich, voor het eerst bewust van de weinige tijd die hij heeft om zijn kleine plan te laten slagen.
Hoe ik de zin liever zal lezen: Hij zoekt verwoed in zijn zakken en voelt tot zijn opluchting het zachte materiaal van het krijtje en de harde contouren van wat heel goed een lamp kon zijn.-Maaike- schreef:Hij zoekt verwoed in zijn zakken en voelt tot zijn opluchting het zachte materiaal van het krijtje dat hij in zijn zak heeft gestopt met daarnaast de lichtlamp op zakformaat.
Het eerste zinsdeel vind ik geweldig. Het maakt zo duidelijk waar hij mee te kampen heeft, dat de rest van de zin voor mij persoonlijk niet had gehoeven.-Maaike- schreef:Even twijfelt Isol wat hij met het ding wilde doen, als er slechts nog leegte in zijn hoofd is achtergebleven.
Als ik dit letterlijk lees dan heeft de cel geen vloer of plafond en is de deur ook verdwenen.-Maaike- schreef:Er zijn slechts vier muren van steen.
Het eerste zinsdeel vind ik wat minder, maar dit heeft voornamelijk met smaak te maken. Een mogelijkheid: Hij laat het krijtje tussen zijn vingers rollen en gebruikt zijn andere hand om de muur te beschijnen.-Maaike- schreef:Met het krijtje rolt hij tussen zijn vingers, terwijl hij met de lichtlamp op de muur schijnt.
Hier een twijfelaar voor mij. Ik denk dat gedachtes gedachten moet zijn. Ik zeg het wel eens, maar schrijven doe ik het eigenlijk nooit zo.-Maaike- schreef:Isol beschouwt zijn herinneringen en gedachtes als schetsen.
..vorm..-Maaike- schreef:Op het eerste gezicht zijn ze vaag, totdat het lijnenspel vormen begint te krijgen.
Mooi beeldend beschreven. Ik zag het helemaal voor me.-Maaike- schreef:Zijn vingertoppen schuren over de muur en het laatste beetje krijt dwarrelt als stof tussen zijn vingers door. Zwijgend zet hij een stap achteruit en kijkt naar zijn kunstwerk.
..strijkt.. in plaats van vouwt. Waarom zou je het papier vouwen? Persoonlijk zou ik het juist opnieuw oprollen, maar dan omgekeerd. Alleen leest dit voor mijn gevoel minder fijn.-Maaike- schreef:Myrtha ontrolt het tweede briefje en vouwt hem recht.
Ik begrijp wel wat je bedoeld, maar persoonlijk zou ik voor een andere omschrijving gaan. Nu leest het alsof iemand met een gum aan de gang is gegaan, in plaats van bijvoorbeeld overgroeid pad.-Maaike- schreef:..vervaagde pad..
Mooi beeldend geschreven.-Maaike- schreef:Myrtha kijkt om zich heen en probeert alles in zich op te nemen. Het gras is hier hoog en overal tussen de lange sprieten zijn kleurrijke bloemen te vinden. Als haar ouders het vroeger goed gevonden hadden dat ze hier mocht komen, zou ze bossen vol hebben geplukt en die in een vaas gezet. Er hangt een zoete geur in de warme lucht en de wind laat de bloemen als golven bewegen.
Praktisch puntje. Als je de hele dag loopt eet je eerder onderweg en aan het einde van de dag val je uitgeput in slaap. Ze zijn volgens mij ook niet gewend na hun verblijf in de duisternis om lange afstanden te lopen. Spierpijn, blaren, etc. Nu leest het meer als een wandeltochtje op vakantie.-Maaike- schreef:Ze delen het laatste eten..
..naast haar..-Maaike- schreef:Mino ligt languit in het gras naar haar en staart omhoog.
Ik haal uit de overige zinnen dat Mino het zegt. Ik weet niet of het duidelijk zal zijn voor andere lezers.-Maaike- schreef:‘Ik zal de eerste wacht houden.’
Het eerste zinsdeel vind ik minder geschreven.-Maaike- schreef:Beneden was alleen het Beest dat gevaarlijk was en Frinny natuurlijk.
Cursief.-Maaike- schreef:Als er mensen die kwaad willen, of beesten, komen ze daar dan niet juist op af?
Dat heb je goed gezien.Marina schreef:He, wat zie ik nou, ben ik eerder dan P_Westdijk?
..vallen ze.. Volgens mij mis ik het woord is hier tussen.-Maaike- schreef:Ze verstijft van angst dat ze zal falen als ze keer op keer Isol ziet vallen ze net te ver weg is om hem tegen te houden.
Een stukje dat er voor mij uitsprong, omdat het zoveel beelden bij me opriep.-Maaike- schreef:Hijgend kijkt ze voor zich uit. Haar ogen schieten van links naar rechts, blijven op de schemering hangen. Haar baken, haar fles vol antwoorden en herinneringen. Langzaam valt haar ademhaling terug in zijn gewone ritme.
.. tuurt dan de duisternis in. Als je naar iets kijkt, dan zie je iets specifieks, maar de duisternis is om haar heen.-Maaike- schreef:..tuurt dan naar de duisternis.
Ik denk dat iedereen het zich moeiteloos voor kan stellen.-Maaike- schreef:Telkens hoort ze geritsel, ze heeft geen idee of het dichtbij is of ver weg. Het bezorgt haar de rillingen om niet te weten wat er om haar heen gebeurt.
Hier raak je me kwijt bij het middelste zinsdeel. Het schept verwarring, het kan opeens praten, en ik vraag me af of het een toegevoegde waarde heeft.-Maaike- schreef:Toen ze ontwaakte in dat bed, ze staart naar haar schemering die het haar zachtjes toefluistert, ze dacht dat ze dood was.
Zoals ik het nu lees ondervind de horizon de hele tijd een verandering, dus bijvoorbeeld ook nu. Het leest vreemd, maar ik heb eigenlijk geen idee of het later wordt verklaard of de zin uitbreiding nodig heeft.-Maaike- schreef:Dan zullen ze de horizon vinden die verandert door mensenhanden.
Leuk geschreven.-Maaike- schreef:Soms geven zijn reacties haar de kriebels en laten ze haar herinneren dat hij niet zoals haar is.
Een praktisch puntje. Als de lucht lichter word vanwege de opkomende zon dan zal zij steeds minder zien met de bril. Het versterkt het aanwezige licht en zal haar dus letterlijk gaan verblinden. Een mooi moment om de bril weer op te bergen, want dat lijkt ze niet te doen.-Maaike- schreef:Ze laat haar ogen de rest van de nacht niet meer van de grasweide afdwalen. Haar ogen schieten van links naar rechts bij het minste geluidje. Probeert elke beweging vast te leggen om haar gedachten niet naar Isol, het Beest of haar dromen af te laten dwalen. Ze haalt opgelucht adem als de lucht begint te verkleuren.
Ik heb de zin een paar keer gelezen. Ik kan er niet goed mijn vinger op leggen, maar ik doe wel een voorstel: Hier in de weide kan het Beest hen nooit onopgemerkt besluipen. Het leest voor mij mooier, maar dat is een persoonlijke mening.-Maaike- schreef:Hier in de weide kan het Beest nooit ongemerkt dichterbij sluipen.
Hij denkt in ieder geval positief. ik zou er tegenop zien om met een lege maag op stap te gaan.-Maaike- schreef: ‘Kom. We vinden vast onderweg wel iets.’
Leuk dat je iets terug laat komen van het deel er voor.-Maaike- schreef:Maar de vliegjes van de dag ervoor beloofde een mooi dag.
Ik zag het helemaal voor me. Alleen bij smaakexplosie verwacht ik eerlijk gezegd iets meer dan zoet alleen.-Maaike- schreef:Zelfs Mino, die eerst zijn hele gezicht vertrok na de smaakexplosie te evenaren, lijkt het lekker te vinden.
Mooi beschreven.-Maaike- schreef:De bomen staan dichter op elkaar en de zon dringt niet meer door tot de grond. De schaduwen worden donkerder en het bos omringd hen. In haar ooghoeken ziet Myrtha schaduwen bewegen, als ze er naar kijkt ziet ze niets.
Het mag achter elkaar gezet worden.-Maaike- schreef:Mino pakt Myrtha’s hand en knijpt er bemoedigend in.
‘Wie zou jou nou kwaad willen doen.’
Een geweldig einde weer, dat je meteen doet verlangen naar een volgend deel. Al heb ik hier wel een opmerking over. Ze ziet iets, maar achter haar hoort ze een takje breken! Het hangt natuurlijk af van het volgende deel of het klopt, maar dat kan ik me helaas nog niet toe eigenen. Daarom deze opmerking.-Maaike- schreef:Myrtha kijkt naar zijn grijns en de twinkeling in zijn ogen. In haar ogen ziet ze weer iets bewegen, maar ze wil het niet zien. Ze wil dat Mino gelijk heeft en even laat ze het toe dat er niets kan gebeuren. Tot ze vlak achter hen een takje horen breken. Verschrikt draaien ze zich om.
..een stapje..-Maaike- schreef:Ze zet en stapje naar achteren
Hier een twijfelaar voor mij. Het is misschien meer een gevoel dat ik een woord mis. ..oneindig lang te..-Maaike- schreef:De stilte die om hen heen hangt is beklemmend en lijkt oneindig te duren.
De man wrijft even over zijn stoppelbaardje. Hij kijkt nog steeds nors. De wending van het gesprek staat hem niet aan.-Maaike- schreef:‘Misschien. Als u ons naar de stad brengt, misschien niet,’ zegt Mino.
Het begin van de zin spreekt mij iets minder aan. Het leest ook meer als een mededeling. Een voorstel:Pas nadat de man al enkele meters voor hen uit is gelopen beginnen Mino en Myrtha hem te volgen, maar zonder de afstand te verkleinen. Dieper het bos is. Nog niet helemaal wat ik eigenlijk wil lezen, maar zo snel kan ik niets anders bedenken. Op deze manier maak je voor mijn gevoel duidelijker dat ze de man niet volledig vertrouwen.-Maaike- schreef:Met een paar passen afstand volgen Mino en Myrtha de man verder het bos in.
Ik houd wel van dergelijke beschrijvingen. Er blijft dan nog genoeg over voor de fantasie van de lezers, maar als schrijfster behoud je wel de sturing hierin.-Maaike- schreef:Het ziet er oud en vervallen uit, er is een veranda met een hek dat deels mist. En op de tweede verdieping van het huis, hangen de luiken scheef. Het pad dat zomaar in het gras lijkt te beginnen is overwoekerd door kleurrijke bloemen, waardoor er een volle zoete geur in de lucht hangt.
Praktisch gezien ziet de overgang van bos naar bosrand naar weide er iets anders uit. De bosrand bestaat voornamelijk uit grote struiken die in het bos slechts spaarzaam aanwezig zullen zijn en weelderig groeiende kruidachtigen die in het bos vaak te weinig zonlicht krijgen om hier dezelfde hoogte te kunnen bereiken.-Maaike- schreef:De bomen wijken steeds verder uiteen, tot ze op de weide staan.
Hij accepteert het met een opvallend gemak. Persoonlijk zou ik wat argwanender zijn.-Maaike- schreef:‘Nu wachten we af,’ zegt Mino terwijl hij naar de veranda loopt. ‘We zouden het vandaag toch niet gevonden hebben.’
Het riep een heleboel beelden bij me op en sprong er om deze reden voor me uit.-Maaike- schreef:Myrtha zakt naast hem op het trapje neer, dat even protesterend kraakt. Ze zet haar tas op haar schoot en zoekt naar het doosje vol aanwijzingen. Voorzichtig opent ze het. Mino slaat haar nauwlettend gade, terwijl ze naar de volgende aanwijzing zoekt. Als ze een papiertje wil open rollen houdt hij haar tegen.
‘Niet doen. Je hebt er toch niets aan.’
‘Nou en? Wat moet ik dan doen?’
‘Wachten.’
Je raakt me kwijt met deze zin. De kloof bevatte een deken om te voorkomen dat het Beest zou ontsnappen. Als je een deken legt over de aarde, dan voorkom je daarmee toch alleen dat het Beest de maan bereikt? Ik zie er niet echt de nut van in.-Maaike- schreef:Niemand kan over de hele aarde een deken leggen.
Haha dacht dat ik een Rotterdammer hoorde‘Wat mot dat in mijn bos?’
zich = haarMyrtha stamelt wat over de stad, maar verslikt zich als ze de man woest naar zich ziet kijken.
Ik zou ‘Als u ons zegt welke kant we op moeten, zullen we uit uw bos weggaan.’ door Myrtha laten zeggen nu lijkt het alsof alleen Myrtha geïntimideerd is door de man en als ze beide elkaars zinnen afmaken lijkt het meer of ze het alle twee zijn.‘We,’ stamelt Myrtha.
‘Zijn op weg naar de stad, maar zijn de weg kwijt,’ vult Mino aan. ‘Als u ons zegt welke kant we op moeten, zullen we uit uw bos weggaan.’
.Het klinkt alsof Mino vaker in eenzelfde situatie is geweest. Maar dat kan toch niet? Hij zei zelf dat hij een geboren uitvinder is, al was zijn bewoording iets anders
Hier moest ik wel om lachen zie het al voor me dat die grote norse man thuis niets te vertellen had.‘Vooruit dan, omdat m’n vrouw zich in haar graf zou omdraaien, als ik jullie hier zou laten dwalen. Kom mee.’
Sssst! Ik wilde de groene maanmannetjes beschermen!Als je een deken legt over de aarde, dan voorkom je daarmee toch alleen dat het Beest de maan bereikt? Ik zie er niet echt de nut van in.
Ik wilde de man boos en nors laten zijn, dit was de tweede poging. In de eerste werd hij aardig... Had Saskia om hulp gevraagd en die gaf te tip me constant te realiseren dat ik hem een slechte man wilde laten te zijn. Maar, dat werkte dus niet helemaalWel heb ik het gevoel dat je de man en vooral zijn spraak op een bepaalde manier van de andere twee wilt laten verschillen.
Waar haar maag onplezierig van gaat rommelen.Het is er oud en er wordt duidelijk geleefd: er staat een restje vuile vaat op het aanrecht, nergens ligt stof en het ruikt er naar eten waar haar maag onplezierig van haar rommelen.
Speelt deze man een rol van belang in het verhaal? Als hij na slechts een paar pagina's uit je verhaal verdwijnt zou ik hem gewoon nors laten zijn.-Maaike- schreef: Heb jij nog tips om vervelende en bady guys vervelend te houden?
Een leuk stukje.-Maaike- schreef: Er klinkt nog meer gerommel vanachter het huis. Twijfelend blijft ze zitten. Dan wint haar nieuwsgierigheid het van de drang toch naar de vreemde en norse man te luisteren. Met bedachtzame passen loopt ze om het huis heen.
Tweemaal het woord kijkt in een enkele zin. Iemand met genoeg fantasie als jij kan vast wel iets anders verzinnen.-Maaike- schreef: Verschrikt kijkt Mino op en kijkt haar ietwat schuldbewust aan.
..hen beiden..-Maaike- schreef: Bij Myrtha schiet het doemscenario voorbij dat de man hen beide naar de brug zal slepen en hen persoonlijk over de rand zal gooien.
Deze zin... Het roept eerder wat beelden bij me op van Mino op een asfalteermachine, dan dat hij een belangrijk deel in haar ontsnapping had.-Maaike- schreef: Ik heb toch ook jouw weg naar huis gerepareerd?’
Mooi de innerlijke strijd.-Maaike- schreef: Ze kan alleen hopen dat Mino gelijk heeft, al schreeuwt haar gevoel iets anders.
Leuk hoe ze het probeert te rationaliseren.-Maaike- schreef:Een stemmetje in haar achterhoofd piept dat ze nergens aan mag komen, maar die regel heeft Mino allang gebroken.
Alles verkeerd in een vervallen staat, maar de scharnieren smeert hij blijkbaar wel met regelmaat.-Maaike- schreef: Als er geen reactie komt, duwt ze tegen de deur, die soepel openzwaait.
Deze zin spreekt me minder aan. Een indringer sluipt. Hoe iemand half sluipt kan ik me maar met moeite voorstellen. Voorzichtig lopend en om de paar stappen luisterend zal me in een dergelijk geval meer zeggen. Je gebruikt alle zintuigen en voelt je hart te keer gaan. Etc. Het roept bij de lezers meer beelden op.-Maaike- schreef:Half sluipend als een indringer loopt ze naar de keuken.
Een zinsdeel dat er voor me uitsprong.-Maaike- schreef: ..het ruikt er naar eten waar haar maag onplezierig van haar rommelen.
Hier had ik meteen beeld bij.-Maaike- schreef: Ze zit gelijk rechtop als een betrapt klein kind.
Een twijfelaar voor mij. Volgens mij mag je hier het woord zich weghalen.-Maaike- schreef: ..als ze zich in eerste instantie deden voorkomen.
Eerst is hij in de keuken en nu achter het huis aan het praten? Het schepte bij mij enige verwarring.-Maaike- schreef: Er klinkt nog meer gerommel vanachter het huis. Twijfelend blijft ze zitten. Dan wint haar nieuwsgierigheid het van de drang toch naar de vreemde en norse man te luisteren. Met bedachtzame passen loopt ze om het huis heen.
Het spreekt helemaal tot mijn verbeelding. Iets wat zo onverwachts komt.-Maaike- schreef: ‘Zeg op! Jullie uitvinders zijn allemaal hetzelfde. Altijd al geweest. Nou, waar heb je aangezeten?’
Myrtha voelt een steek van binnen. Ze heeft nog steeds dat dubbele gevoel bij de uitvinders, het liefst verafschuwt ze hen en ze heeft nooit kunnen bedenken dat ze ooit voor één van hen zou worden aangezien.
Deze zin vind ik wat minder lopen. Een suggestie: Wat zou je daar anders in de kloof aan het doen moeten zijn?-Maaike- schreef:Wat zou je anders in die kloof doen en daar zijn?
..gaan, tenzij..-Maaike- schreef: Niemand zal daar voor z’n lol heen gaan tenzij..
Een geweldige stukje dat er echt uit sprong. In mijn gedachten hoor ik de emotie waarmee ze het zegt.-Maaike- schreef:..heengebracht. En mijn kleuren gejat!
dan...-Maaike- schreef:dan …
Het komt nu op me over alsof hij haar de hele tijd scheef heeft aangekeken. Een suggestie: ..kijkt haar recht in de ogen..-Maaike- schreef:..kijkt haar even recht aan
Een zin die iets minder lekker loopt en ook praktisch gezien heb ik er iets over te zeggen. Twee keer het woord staat erin en als de inhoud begint te pruttelen dan ga ik persoonlijk juist roeren in plaats van op mijn gemak een gesprek voeren. Je kan overwegen het pruttelen juist als reden te gebruiken om de man het gesprek af te breken en naar de pan terug te keren.-Maaike- schreef:Als een pan op het fornuis staat en de inhoud staat te pruttelen
Een suggestie: ..van haar inmiddels opgedroogde tranen.-Maaike- schreef:..van haar tranen, die inmiddels zijn opgedroogd.
Tussen de regels door lees je de frustratie. Geweldig.-Maaike- schreef:Onaangekondigd stonden ze grijnzend aan de deur met de meest wonderlijke en nutteloze dingen. Tot ze van de een op andere dag niet meer kwamen en het eindelijk rustig werd in mijn bos.’
..als jij geen..-Maaike- schreef: ‘Waarom is die jongen hier als je geen uitvinder bent en uit de kloof ontsnapt bent?’
Ik vraag me hier af of alles wat na het woord beschuldiging komt iets waardevols aan het verhaal toevoegt. De lezers is deze informatie immers al bekend.-Maaike- schreef:Bijna klinkt het als een beschuldiging, maar Mino schoot haar gewoon te hulp. Ze werden in het nauw gedreven. Anders had zij daar ook nog gezeten, of was Isol hier en zou alles er heel anders uitzien. Dan zou er geen reden zijn om terug te moeten keren, af te dalen naar NoaKrania.
Een zin die er eveneens voor me uitsprong. Het verteld mij zoveel over deze man, omdat het duidelijk maakt wat belangrijk voor hem is en wat niet.-Maaike- schreef: ‘Waarom ging hij daarna niet terug zijn hol in?’ vraagt hij sceptisch.
Hier heb ik wat meer moeite mee om het me voor te kunnen stellen. Deze man doorkruist al haar plannen, ze eten onder doodse stilte en toch geniet ze. Ik zou er eerder een omweg voor gebruiken. Ze zou bijvoorbeeld van de romige smaak hebben kunnen genieten als de stilte niet op haar drukte.. bla.. bla..-Maaike- schreef:Myrtha geniet..
Weer een einde dat ik van je gewend ben.-Maaike- schreef: ‘Jij,’ wijzend op Myrtha. ‘Jou breng ik naar de stad. Maar jij,’ zijn aandacht verplaatsend naar Mino.