Pagina 6 van 6

Re: Aisha

Geplaatst: 28 jan 2009 17:36
door yimiki
‘Welkom in herberg De Specht!’ bulderde de stem van de waard automatisch toen de voordeur openging. Een lange jongen met asblond haar en brede schouders kwam binnen, doorweekt van de stromende regen.
‘Kijk eens aan, als we daar Duran niet hebben!’ De waard kwam aangelopen en gaf Duran joviaal een klap op zijn schouder. ‘Hoe gaat het met je vader?’
‘Goed hoor,’ knikte Duran, en vervolgde haastig: ‘mijn vrienden staan buiten te wachten met vier paarden, kunnen we die hier ergens stallen?’
‘Natuurlijk kunnen jullie dat,’ De man glimlachte breed en liep samen met Duran naar buiten.
Aisha veegde geïrriteerd het regenwater uit haar ogen, wat bemoeilijkt werd door de teugels van Duran’s paard in haar hand. Een paar minuten eerder was hij afgestapt, had de teugels aan Aisha toevertrouwd en was de herberg die voor het groepje opdoemde binnengegaan. Melanthi schraapte ongeduldig met haar hoef over de grond en brieste.
De deur van de herberg ging open. Duran kwam naar buiten, samen met een onbekende man. Hij had een dikke bos rode krullen, een pluizige rode baard en een bierbuik. Zijn ogen schitterden vrolijk bij het zien van nieuwe gasten.
‘Jullie zien er uit alsof jullie hierheen zijn komen zwemmen in plaats van zijn komen rijden! Mijn naam is Nikitas, Nick voor de mensen die me beter kennen en afzetter voor ieder die met wedden van me verliest!’
Leda grinnikte. Aan haar gezicht te zien mocht ze de spontane Nikitas wel.
‘Neem jullie paarden maar mee naar achteren, daar is een warme stal voor ze,’ zei Nikitas. De vier kinderen knikten en stegen af. Aan de hand leidden ze hun paarden de herberg om, tot ze bij een ruime stal aankwamen.
Zodra de vier dieren veilig in hun stallen stonden, sloeg Aisha haar mantel wat dichter om zich heen en wendde zich rillend tot Remi.
‘Zullen we maar naar binnen gaan? Het is nogal fris buiten in de regen.’ Remi glimlachte en knikte.

Verwachtingsvol deed Aisha de voordeur open en stapte naar binnen. Een behaaglijke warmte stroomde over haar heen, samen met de onmiskenbare geur van eten.
De herberg was warm en gezellig ingericht. Alles was van hout, op de haard na. Achter was een kleine verhoging, waar de bar op stond, samen met een smalle trap en een deur die waarschijnlijk naar de keuken leidde. De rest van de grote kamer was in beslag genomen door vele tafels, stoelen en zelfs een comfortabele bank in de hoek. Hier en daar hingen houten bordjes aan de muur, sommige met leerzame opschriften, andere met jagersbuit, zoals het gewei van een hert. Door het haardvuur kreeg alles een gezellige gloed over zich heen. Aisha voelde zich meteen op haar gemak, en dat gevoel werd vergroot toen er een mollige vrouw met hazelnootbruin haar en blozende wangen vanachter de bar op hen af kwam lopen.
‘Mijn hemel, jullie zijn doorweekt!’ riep ze uit. ‘Ga maar gauw bij de haard zitten, dan zijn jullie zo droog.’
Duran knikte kort tegen de vrouw, en trok Aisha toen mee naar een tafel bij de haard. De herberg was leeg, op een paar mensen bij de bar na.
‘Goed, vertel nu maar wat er gebeurd is,’ beval hij ernstig, na Aisha tegenover zich op een stoel gezet te hebben. Leda en Remi gingen naast ze zitten en luisterden aandachtig.

Re: Aisha

Geplaatst: 28 jan 2009 18:44
door Denzil
Weer een goed stuk. Ik had af en toe een beetje moeite met het volgen hiervan. Kan ook zijn omdat ik op dat moment nogal hyperactief was waardoor ik stukken over sloeg. Snel weer een nieuwe stuk.

Re: Aisha

Geplaatst: 30 jan 2009 17:26
door yimiki
Hakkelend begon Aisha te vertellen, vanaf het moment in de keuken met Feli, tot hoe Carlos haar arm omgedraaid had.
‘Die vuile…’ Remi gebruikte een woord waardoor de mensen bij de bar hem verstoord aankeken.
‘Ik heb een van die brieven stiekem in mijn mouw verstopt onder het lezen,’ herinnerde Aisha zich opeens, en zocht met haar hand in haar mouw. Even later had ze het opgevouwen papiertje tevoorschijn getoverd, vouwde het open en liet het aan de rest lezen. Leda was iets eerder klaar dan de twee jongens en keek fronsend naar Aisha op.
‘Is dit de weg die je vader genomen heeft?’ vroeg ze, met een doodserieuze blik op haar gezicht, het tegenovergestelde van haar normale gezichtsuitdrukking. Aisha knikte kort.
Duran, die nu ook klaar was met lezen, stond op. ‘Ik ga een slaapplaats en wat te eten regelen bij Nikitas,’ mompelde hij en liep naar de roodharige man toe, die luidkeels een verhaal vertelde aan de mensen bij de bar.
‘Wat ben je van plan te gaan doen, nu je dit allemaal weet?’ vroeg Remi. Zonder een moment te twijfelen zei Aisha: ‘ik ga achter Alfredo aan. En wanneer ik hem vind, neem ik hem mee terug naar Chenin en schoppen we samen Carlos het dorp uit.’
Remi fronste zijn wenkbrauwen. ‘Weet je zeker dat je dat gaat lukken?’
Aisha knikte zelfverzekerd.
Op dat moment kwam Duran terug, met vier grote bekers water. ‘Het eten komt Evanthe zo brengen.We mogen hier in ieder geval vannacht blijven slapen, maar voor twee nachten moet er betaald worden,’ bromde hij.
‘We hebben maar één nacht nodig,’ zei Aisha vastbesloten. ‘Morgen reizen we verder naar Kórinthos, en dan naar Athene.’
Leda en Duran knikten bevestigend. Het volgende moment keken ze elkaar ijzig aan.
Even later kwam de bruinharige vrouw genaamd Evanthe aangelopen, terwijl ze er op de één of andere manier in slaagde vier borden mee te dragen. ‘Extra veel van alles voor onze nieuwe gasten, jullie zien eruit alsof jullie het wel kunnen gebruiken.’ Met een zwaai zette ze de vier borden op tafel. Het was een wonder dat er geen eten afgevallen was op weg naar hun tafeltje, zo erg puilden de borden uit met vlees, groenten en een vreemde prut die Duran “Evanthe’s specialiteit” noemde. Aisha wilde niet weten wat ze erin gestopt had.
Vreemd genoeg smaakte die prut erg lekker. Het was zoet en pittig tegelijk, een vreemde combinatie die binnen twee minuten in Aisha’s maag zat. De rest van het eten verdween net zo snel.

Re: Aisha

Geplaatst: 01 feb 2009 17:16
door Lessie
Spannend! Ik hoop dat Carlos hen daar niet gaat zoeken die nacht... :O
Goed geschreven! :super

Re: Aisha

Geplaatst: 04 feb 2009 11:42
door Denzil
waar blijft 't nieuwe stukkie?? Ik wil verder lezen...

Re: Aisha

Geplaatst: 04 feb 2009 16:33
door yimiki
‘Hoe komt het dat vier jongelingen nog zo laat in de avond langskomen?’ vroeg Evanthe nieuwsgierig toen iedereen klaar was met eten. ‘Moeten jullie ergens dringend heen?’
‘Ja, we zijn op weg naar-’ begon Leda, maar Remi gaf haar onder de tafel een trap tegen haar been.
‘We wilden een nacht buiten slapen, midden in het bos, alleen we hadden niet op regen gerekend, en toen zijn we hier maar heen gegaan,’ zei Aisha weinig overtuigend. Evanthe trok haar wenkbrauwen op, maar zei niets.
‘Ik ga naar bed,’ bromde Duran opeens, en stond op. ‘Evanthe, kan je me onze kamers wijzen?’
Evanthe knikte vrolijk en ging Duran voor naar boven.
‘Is het al bedtijd voor kleine Duran?’ riep Leda hatelijk over haar schouder. Duran keek geërgerd achterom, maar stoorde zich verder niet aan haar, liep de trap op en verdween uit het zicht.
‘Moest dat nou?’ zei Remi op een beschuldigende toon. Leda haalde onschuldig haar schouders op. ‘Die zuurpruim is te serieus.’
‘Ja, en jij denkt dat alles een spel is.’
‘Ik ga ook maar naar boven,’ zuchtte Aisha, voor Leda een hatelijke opmerking terug kon maken. Aisha kwam overeind, zwaaide de reiszak over haar schouder en liep richting de trap.
‘Kom er gezellig bij zitten, meisje!’ riep een van de mannen bij de bar, die overduidelijk dronken was. Aisha negeerde hem en klom haastig de trap op.

Met een plof viel Aisha op haar bed neer. Evanthe had haar een paar minuten geleden haar kamer gewezen. Het was een klein, maar knus kamertje. Alles was van hout. De vloer, de twee bedden, de muur, zelfs het schrijfgerei wat op het bureau in de hoek lag was van hout. Naast het bed stond een olielamp op een tafeltje, die een warme gloed over de kamer spreidde.
Aisha trok de zak op bed en keerde hem om. Een handvol munten, een sjaal, versgebakken koeken en stompje kaars had Remi meegenomen uit Chenin, samen met het kristal wat Aisha er eerder ingegooid had. Ze glimlachte even en schoof de spullen terug in de zak. Daarna stond ze op, liep naar het bureau, zocht even naar een velletje papier en begon te schrijven.

Na tien minuten had ze alles wat er die avond gebeurd was opgeschreven en Aiden in de brief ervan verzekerd dat ze wist wat ze deed. Snel vouwde ze het papier op en legde het op een hoekje van het bureau. Met haar gedachten ver weg schuifelde Aisha naar het dichtstbijzijnde bed, liet zich erop vallen en viel al snel in slaap.

Re: Aisha

Geplaatst: 09 feb 2009 16:38
door Denzil
Ik had het al een tijdje geleden terug gelezen, maar ik kan het nu niet laten om een reactie te plaatsen. :lol:

Leuk stukkie weer :) Ga zo door, ik wacht met smart op een nieuw stukkie

Re: Aisha

Geplaatst: 18 feb 2009 21:52
door yimiki
Langzaam opende Aisha haar ogen. De zon scheen haar kamer in en had haar wakker gekieteld met zijn warme lichtstralen. Aisha gaapte en rekte zich uit. Het liefst was ze gewoon omgedraaid en weer in slaap gevallen, maar haar hoofd zat vol met Carlos en Aisha wist dat ze verder moest.
Moeizaam en slaapdronken kwam ze overeind en stapte uit bed. Aisha liep naar het bureau, greep de brief vast en deed hem in een envelop. Verbaasd constateerde ze dat ze in haar gewone kleding in slaap was gevallen. Dat ze dat niet gemerkt had. Ze haalde haar schouders op, stopte de envelop in haar tas, hing de tas over haar schouder en slofte onverschillig haar kamer uit.

‘Goedemorgen!’ groette Evanthe Aisha vrolijk toen ze het meisje de trap af zag komen. ‘Je vrienden zijn al een tijdje op.’ Ze wees naar hetzelfde tafeltje waar ze gister aan hadden gezeten. Duran en Leda zaten recht tegenover elkaar en keken beide alsof ze de ander wilden wurgen. Haastig knikte Aisha tegen Evanthe en liep naar haar vrienden.
‘Ik bén serieus!’ snauwde Leda tegen Duran. ‘Het kan me niet schelen wat jij ervan vindt. Ik weet gewoon dat ik gelijk heb!’
‘Ik heb er niks van gemerkt. En als je gelijk hebt, waar is hij dan?’ kaatste Duran terug.
‘Wat is er aan de hand?’ vroeg Aisha, met opgetrokken wenkbrauwen. Boos wendde Leda zich tot haar.
‘Meneer hier wil niet geloven dat iemand ons in de gaten houdt,’ legde ze uit.
‘Omdat het niet zo is!’ zei Duran kwaad. ‘Ze zegt dat iemand haar volgde naar haar kamer, en vanmorgen toen ze naar buiten ging.’
Aisha ging naast Duran aan tafel zitten en zwaaide naar Evanthe, die haastig aan kwam lopen.
‘Vier keer ontbijt graag, het maakt niet uit wat voor ontbijt,’ mompelde ze tegen de vrouw. Evanthe knikte en liep weg.
‘Denk je dat ik dit gewoon verzonnen heb?’ tierde Leda kwaad. Duran knikte. ‘Precies.’
Tegelijk sprongen de twee overeind. Alleen de tafel, die tussen Duren en Leda in stond, weerhield ze ervan om elkaar aan te vliegen. Onrustig keek Aisha van de één naar de ander en probeerde te bedenken wat ze kon doen om die twee heethoofden te laten bekoelen.
‘Je bewijst maar dat je gelijk hebt,’ beëindigde Duran uiteindelijk de ruzie. ‘Ik geloof je pas als ik het met eigen ogen zie.’
Een stilte viel aan tafel. Duran was weer gaan zitten, terwijl Leda hem zwijgend uit stond te dagen.
‘Viermaal ontbijt, alsjeblieft!’ Evanthe kwam tussen de tafels door aanlopen met vier borden eten in haar armen. Met een zwaai zette ze het voor hen neer.

Re: Aisha

Geplaatst: 10 mar 2009 17:48
door Denzil
Sorry dat ik hier een tijd niet gekeken heb :P
Ik moest het weer eventjes terug lezen waar het nou weer precies over gaat :P
Weer een leuk stukje, ik vraag me af wat duran nou precies bedoelt.. En is het nou een slecht iemand, of is het iemand die wilt helpen o.i.d...
Of toch een verbeelding?

Je maakt me nieuwsgierig, goedzo :P zo door gaan

Re: Aisha

Geplaatst: 14 mar 2009 12:19
door yimiki
Sorry dat het zo lang duurde, Aisha is min of meer in stukjes verspreid over mijn computer xD maargoed, hier is een nieuw stukje, ik weet niet of het goed is:
Zwijgend aten de drie hun bord leeg. Aisha’s gedachten waren ver weg, terug in Chenin. Ze vroeg zich af hoe het met Aiden ging. Zou Carlos hem met rust laten? Wat zou hij nu aan het doen zijn? Waarschijnlijk de paarden aan het verzorgen, zoals altijd. Dat was de enige taak die hij had.
Aisha schoof haar bord van zich af en stond op. ‘Laten we vroeg vertrekken,’ mompelde ze. Duran knikte.
‘Ik haal Remi wel, die ligt nog onder zeil.’ Een flauwe grijns verscheen op Aisha’s gezicht. ‘Succes.’

Binnen vijftien minuten hadden Aisha en Leda alles ingepakt wat ze mee konden krijgen, stonden Melanthi en de andere drie paarden gezadeld voor de herberg te wachten en was Duran erin geslaagd om een tegenstribbelende Remi zijn bed uit te sleuren. Met een duf gezicht en zijn ontbijt nog in zijn hand klom de jongen moeizaam op zijn paard.
‘Dit is echt mijn ding niet,’ klaagde Remi, ‘ik ben gewend aan een pijl een boog, niet zo’n bakbeest onder me.’
‘Je went er vanzelf aan,’ grinnikte Leda. Remi bromde opstandig.
‘Ik wen er liever niet aan. Kunnen we nu gaan?’
‘Wacht even!’ De deur van de herberg ging open, en Evanthe kwam naar buiten gelopen met een pak versgebakken koeken in haar armen. Haastig liep ze naar Aisha toe en stopte het in haar tas.
‘Voor de terugweg,’ knipoogde ze, ‘jullie gaan terug naar Chenin, niet dan?’
‘Zoiets, ja,’ ontweek Aisha de vraag.
Tegelijk spoorden de vier kinderen hun rijdieren aan en draafden weg.

Zodra de paarden uit het zicht verdwenen waren kwam een tweede persoon de herberg uit. Vlak achter Evanthe bleef hij staan.
‘En?’
‘Ze gaan naar Korinthos, reken daar maar op,’ antwoordde Evanthe.
‘Zat het kristal in haar tas?’
‘Ja.’
De man achter haar knikte tevreden en stak haar een geldbuidel toe, die Evanthe gretig aannam.

Naarmate de tijd verstreek, kreeg Aisha steeds meer het gevoel dat ze in rondjes reden. Ze passeerden glooiende heuvels, bossen, meer heuvels, een ruïne van wat een schuur zou moeten voorstellen, nog meer heuvels…
Toen de avond begon te vallen besloot Duran dat er niet verder werd gereisd. Vlakbij een smal beekje, in de beschutting van een groepje struiken, sloegen de kinderen hun “kamp” op. Remi had een grote deken meegenomen vanuit Chenin, en spreidde hem uit op de grond. Meteen daarna liet hij zich er als een blok op vallen en was weg. Leda en Aisha keken hem ongelovig aan.
‘Ik snap echt niet hoe hij het doet,’ zei Leda tegen haar vriendin, ‘gewoon zomaar overal in slaap kunnen vallen.’
Aisha haalde haar schouders op en ging languit op de grond liggen. De maan scheen geruststellend op haar neer.
Hoe nietig moeten wij eigenlijk zijn vanuit het gezichtspunt van de maan, dacht Aisha, we zijn dan vast net onbelangrijke mieren. Maar als wij net mieren zijn, wie zijn dan de mensen?
‘Leda, als wij mieren zijn, wie zouden dan mensen zijn?’ vroeg Aisha. Leda, die geen idee had wat ze eigenlijk bedoelde, antwoordde vaag: ‘geen idee. Je vraag slaat nergens op, weet je. Misschien worden de mieren dan wel zo groot als mensen, of zo. Ga slapen.’
Aisha’s fantasie produceerde meteen een landschap met mensen in een mierenhoop, met een mier erbij zo groot als een olifant, die onverschillig mensen vertrapte zonder er zelfs bij na te denken. Het meisje nam zich heilig voor om geen mieren meer te vertrappen.

Re: Aisha

Geplaatst: 22 mar 2009 04:15
door Denzil
Weer een leuk stukje, wel jammer dat je niet meer zo veel schrijft als eerst..

Re: Aisha

Geplaatst: 22 mar 2009 12:33
door yimiki
Zonder verder te denken over het vreemde lot van mieren, viel ze al snel in slaap.

Luid kraakte er een takje. Verschrikt vloog Aisha overeind en keek in het rond. Een vogel schrok van haar reactie en vloog op. Aisha’s hart bonsde hard tegen haar ribben. Ze zuchtte; gewoon een vogel. Niets om bang voor te zijn.
Het volgende moment merkte ze dat er maar twee mensen naast haar lagen. Leda’s tengere gestalte was nergens te bekennen. Alleen een deuk in de deken verraadde dat er eerder iemand had gelegen. Aisha sprong geluidloos op en liep een eindje bij het kamp weg.
Vlak boven haar hoofd knapte een tak. Aisha wist nog net een gil binnen te houden, rolde weg van de naar beneden vallende tak en keek omhoog. Leda zat boven in de boom, en tuurde ingespannen de omgeving af.
‘Leda!’ fluisterde Aisha zo hard mogelijk. ‘Wat denk je in Demeters naam dat je aan het doen bent?’
Leda besteedde geen aandacht aan haar vriendin, en bleef elke vierkante meter van de omgeving afspeuren.
‘Leda, kom naar beneden, wil je?’
Het meisje schudde haar hoofd. Haar lange, roodbruine haren golfden om haar heen en gaven haar een spookachtige uitstraling waar Aisha kippenvel van kreeg.
‘Er is daar iemand die ons in de gaten houdt, de hele nacht al.’
‘Wat?’
Voorzichtig klom Leda naar beneden, en landde vlak voor haar vriendin. Kordaat wees ze naar een groepje bomen die een heel eind verderop stonden. ‘Daar.’
‘Maar als daar iemand zat, zouden we het moeten kunnen zien,’ protesteerde Aisha, ‘volgens mij ben je gewoon moe.’
Leda haalde haar schouders op. Ze liet zich meeloodsen terug naar het kamp, liet zich op de grond vallen, rolde zich op als een kat maar sloot haar ogen niet.
‘Ga nou maar slapen, het zal je goeddoen,’ stelde Aisha haar gerust. Al wist ze nu al dat dat niet zou gebeuren.

Re: Aisha

Geplaatst: 22 mar 2009 15:24
door Carpe Diem
Leuk stukje, leuk verhaal :D Ik lees je verhaal al langer, maar was eigenlijk tot nu toe een "stille lezer" Ik hoop dat je snel weer een stukje plaatst :P

Re: Aisha

Geplaatst: 22 mar 2009 17:16
door Lessie
Spannend geschreven! Ik ben benieuwd wie da was die hen bestudeerde want dat is meestal echt zo als je dat gevoel hebt. Hopelijk worden ze niet achtervolgd!
Ben benieuwd naar meer :)

Re: Aisha

Geplaatst: 25 mar 2009 21:00
door yimiki
De volgende ochtend werd Aisha ruw uit haar slaap gewekt door Leda, die met een takje tegen haar slaap zat te porren. Aisha merkte er eerst niks van tot Leda, geïrriteerd door het gebrek aan reactie, steeds harder begon te porren. Uiteindelijk zwiepte ze met het twijgje bliksemsnel langs haar wang. Aisha schrok en sprong op.
‘Waar ben jij mee bezig?!’ riep ze verontwaardigd. Een klein, rood streepje verscheen langzaam op haar wang.
Leda gebaarde met haar hoofd naar Duran, die klaarwakker en alert al op zijn rijdier zat. ‘We zijn het eindelijk eens ergens over eens.’
‘En dat is?’
‘Vroeg vertrekken. Wek jij Remi?’ Zonder op antwoord te wachten draaide ze zich om, liep naar haar paard en steeg op.
Aisha kreunde en wendde zich tot een nog steeds slapende Remi. Hij had zich opgerold als een bal, en scheen in diepe slaap te zijn. Aisha boog zich over hem heen en gaf de jongen een por in zijn zij. Remi merkte er niks van. Aisha porde nog eens, harder dit keer. Remi sliep rustig door.
Onzeker keek Aisha naar Duran en Leda, die haar geamuseerd gadesloegen vanaf hun paarden. Aisha boog zich opnieuw over Remi heen en schudde hem moeizaam heen en weer. Hij kreunde zacht en sloeg haar armen van hem af. Door die kleine beweging kreeg Aisha meer energie; hij werd wakker! Ze rolde hem hardhandig van de deken af, naar zijn paard toe. Pas toen zijn hoofd de hoeven van het paard bijna raakten, werd Remi wakker en keek verdwaasd om zich heen. Het volgende moment zag hij Aisha’s gezicht vlak bij het zijne en werd knalrood. Haastig sprong hij op.
‘Wa-wat is er?’ hakkelde Remi. Duran grinnikte.

Re: Aisha

Geplaatst: 26 mar 2009 14:55
door Carpe Diem
haha, dat stukje met Remi :D Weer goed geschreven! Ik ben benieuwd wie hen heeft bespioneert (want ik denk namelijk dat Leda's gevoel klopte), ik denk die man die Evanthe heeft ingehuurd om te bespioneren..
Maar ik wacht mooi af voor het volgende stukje! :P

Re: Aisha

Geplaatst: 18 apr 2009 11:20
door yimiki
Wauw, lang geleden dat ik iets gepost heb! :)

‘Ze zouden je midden in een slagveld kunnen plaatsen en nog zou jij doorslapen. Schiet op en klim op je paard, anders laten we je achter.’

Het bleek dat ze op nog geen tien minuten afstand van Kórinthos hadden overnacht.
Zodra Aisha, Remi, Duran en Leda het handelsdorp zagen liggen, werden ze overvallen door een groep mannen in uniform. Te laat beseften ze dat het soldaten waren.
‘Wat komen jullie hier doen, reizigers?’ snauwde de voorste man, die duidelijk de leider was, tegen het groepje.
‘We zijn op weg naar Kórinthos, om vanuit daar door te reizen naar Athene-’ begon Duran kalm, maar de soldaat onderbrak hem bot.
‘Spionnen, hè? Waar komen jullie vandaan?’
‘We zijn geen spionnen!’
‘Uit welk dorp komen jullie? Heeft Sparta jullie gestuurd om zich voor te bereiden op een aanval?’
‘Waar heeft u het over?’
De soldaat haalde een gevaarlijk uitziend zwaard tevoorschijn, en richtte het op Leda, die het dichtst bij hem was.
‘Je kan maar beter antwoord geven. Waar komen jullie spionnen vandaan? Heeft Sparta jullie gestuurd?’
Aisha dreef Melanthi vlug naar voren en nam het woord. ‘We zíjn geen spionnen. Ik ben Aisha Quatro, en dit zijn mijn… compagnons. We zijn hier gekomen om achter mijn vader aan te gaan, Heer Alfredo Quatro, die op reis is naar Athene om zaken te bespreken omtreft Chenin.’
De soldaat stopte zijn zwaard weer weg, maar bleef wantrouwig kijken.
‘Er is een paar dagen geleden een edel uitziende man Kórinthos in gekomen, die zei dat hij zo heette,’ fluisterde een soldaat zijn meerdere in. Die knikte langzaam. Met een veel beleefdere stem dan net zei hij: ‘mijn excuses, juffrouw Quatro. We moeten heel voorzichtig zijn met vreemden, nu er elk moment een oorlog met Sparta kan uitbarsten.’
‘Een oorlog?’ echode Remi. Aisha gebaarde hem zijn mond te houden.

Re: Aisha

Geplaatst: 06 mei 2009 15:32
door yimiki
‘Ik begrijp het. Als we nu door mogen rijden…?’
De soldaten gingen haastig aan de kant om het groepje door te laten. Haastig spoorden ze hun paarden aan en lieten de soldaten achter zich.

Kórinthos was heel anders dan Aisha zich voorgesteld had. Voor zover zij wist, was Athene de “grote stad” van het land, en waren er verder maar weinig dorpjes die een beetje in de buurt kwamen van de omvang van Athene. Van Kórinthos had ze dan ook verwacht dat het een klein, onbeduidend plaatsje zou zijn. Zeker niet groter dan Chenin, misschien met een herberg of twee.
Het tegengestelde bleek echter waar. Het dorp was groot, de inwoners leken rijk en op de straten krioelde het van de handelaren, kunstenaren en vreemde types.
‘Volgends pap is Kórinthos een rijk handelsdorp met veel inwoners, maar dit had ik niet verwacht,’ zei Duran langzaam. Remi en Leda knikten.
Aisha fronste. Het dorp was groter en veel drukker dan ze gedacht had. Hoe kon ze haar vader hier makkelijk vinden?
Uiteindelijk kwam Remi met het antwoord. ‘Als het goed is zijn er hier drie taveernes. Als we nou gewoon naar elk van de drie gaan en daar om je vader vragen, moeten we hem kunnen vinden, denken jullie niet?’ vroeg hij.
Remi knikte bedachtzaam. ‘Laten we opsplitsen. Leda en ik gaan naar de ene, Aisha en jij naar de andere, en dan ontmoeten we elkaar…’ hij wees naar de taveerne links van hen, goed zichtbaar tussen de andere huizen, ‘hier weer.’