Re: La Luna de Plata
Geplaatst: 13 dec 2013 21:21
Ik verwaarloos jullie, heel erg sorry! Heel veel gezeur en gedoe en moeilijk in m'n leven op dit moment, dus vandaar.
Maar eindelijk een nieuw stukje!
En heel erg bedankt voor jullie reacties!
‘Is het Fabi?’
Met een ruk schoot haar hoofd omhoog. Aan zijn gezicht zag ze dat hij het al begrepen had en dat ze geen antwoord meer hoefde te geven.
‘Relax, ik zeg niets,’ suste hij.
Ze zuchtte. ‘Het is niet alleen dat. Het is ook alles samen, ik…’ Er schoot een brok in haar keel en ze slikte uit alle macht om haar tranen binnen te houden.
Lorenzo legde een hand op haar arm. ‘Sst, hé, rustig maar.’ Hij liep om de bar heen en gaf haar een knuffel. ‘Fabi is niet zoals Valerio, Leonore. Trust me. Ik ken Fabi al langer, en als hij ergens aan begint, wat het dan ook is, dan gaat hij er volledig voor.’
‘Maar wat als het maar van één kant komt?’ fluisterde Leonore.
Ze voelde dat Lorenzo haar nog iets steviger tegen zich aandrukte. ‘Dat weet je pas als het probeert. En dan is het nog niet het einde van de wereld.’ Hij pakte haar hoofd voorzichtig vast met beide handen en keek recht in haar helderblauwe ogen. ‘Ik denk dat je het even rustig moet laten bezinken. Je zit nu ook met Ralph in je hoofd, maakt je over heel veel dingen zorgen – en begrijpelijk –, maar ik denk dat Ralph binnenkort weer terecht is en dat jij na een goede nachtrust Fabi kan opzoeken en met hem kan praten.’
De blondine knikte aarzelend.
‘En je staat te trillen op je benen, dus ga alsjeblieft zitten en drink rustig je drankje op.’ Hij streek haar blonde lokken uit haar gezicht en gaf haar een duwtje naar de barkruk. Met een diepe zucht ging ze zitten; nadenkend over wat Lorenzo zojuist allemaal gezegd had.
Het was ruim een kwartier later dat ze opstond, Lorenzo groette en weer naar buiten liep. Voor ze bij de anderen aankwam, haalde ze diep adem. ‘Al wat gehoord?’
De jongens waren verdwenen; alleen Daphne en Désiree waren nog bij Veerle. Désiree was op de blondine aan het inpraten, terwijl Daphne ongeduldig met haar vingers op haar telefoon trommelde.
‘De jongens zijn net weer bij Ralph thuis geweest,’ begon Daphne, ‘en zijn via de achterdeur uiteindelijk naar binnen gekomen of zo. Die moeder werd maar niet wakker, dus ze hebben de ambulance gebeld. Ik denk dat Luke meegaat naar het ziekenhuis, en dan horen we meer. Hij zou bellen als hij tijd had, dus we wachten af.’
Leonore knikte en keek naar Veerle. Ze zag lijkbleek en had haar handen in elkaar gevouwen. Bidden, schoot Leonore te binnen. Ze kon zichzelf wel voor haar hoofd slaan dat ze dat niet eerder had bedacht.
Lieve God, bad ze, wilt U alstublieft uitkomst geven? Wilt U met de jongens zijn, wilt U Ralph veilig bij ons terug brengen? Wees ook bij Veerle, en geef haar rust. Alstublieft, Heer, help!
Ze zuchtte even en staarde naar de hemel. Hij leek zo eindeloos; zo overweldigend groot. En boven dat alles was een God, die alles in de gaten hield. Het maakte haar rustig; ze hoefde het niet zelf op te lossen.
De tijd ging belachelijk traag nu ze op nieuws aan het wachten waren. Het wachten werd uiteindelijk beloond. Jaimy en Fabi kwamen aan gefietst en konden hun vertellen dat Luke inderdaad met de ambulance mee was gegaan. Ook hadden ze een overbuurvrouw gesproken, die had gezegd dat ze de vorige avond een jongen het huis uit had zien gaan.
‘Dat moet Ralph zijn geweest,’ knikte Daphne. Jaimy knikte ook.
Veerle begon te huilen. ‘Is hij dan de hele nacht buiten geweest?’ snikte ze. Direct sloegen Désiree en Daphne een arm om haar heen.
Leonore zweeg; haar blik ontmoette die van Fabi. Het liefst was ze nu even met hem alleen geweest, maar ze konden het niet maken om nu weg te gaan; hun vrienden hadden hen nodig.
‘Luke zou bellen als hij in het ziekenhuis was,’ besloot Jaimy.
‘Dat zou hij al lang moeten zijn… toch?’ aarzelde Désiree. Ze wilde Veerle niet nog meer overstuur maken.
‘We horen zo vast wel wat,’ suste Daphne.
‘Luke snapt dat je je zorgen maakt, Veer, hij laat zo wel wat van zich horen,’ viel Leonore haar bij. Ze zag Shannon bij de speeltuin lopen en vertelde de rest dat ze er zo weer was. Ze rende naar haar zusje toe, legde met een paar woorden de situatie uit en eindigde met dat ze niet wist hoe laat ze thuis zou zijn, maar dat ze niet op haar hoefden te wachten. Shannon knikte braaf en Leonore liep weer terug naar de anderen.
Veerle sprong op toen ze haar telefoon voelde trillen. ‘Sms’je,’ zei ze geschrokken. Met trillende vingers bekeek ze van wie. ‘Het is van Luke.’ Ze was even stil. ‘Hij is in het ziekenhuis en heeft geen tijd om te bellen.’
‘Oké, maar hij is wel in het ziekenhuis dus. Dat is goed,’ vond Daphne. De anderen waren het met haar eens.
‘Waarschijnlijk wil hij wachten tot ze bij kennis is en haar dan vragen waar Ralph kan zijn,’ dacht Jaimy.
Lorenzo kwam aangelopen met een dienblad met glazen drinken. ‘Van zorgen maken krijg je dorst.’ Hij werd van alle kanten bedankt en Leonore kreeg een knipoog toen hij zag dat Fabi naast haar zat. ‘Laat het me weten als jullie wat van hem horen, oké? Of als ik iets kan doen.’
‘Doen we. Dankjewel voor dit.’ Daphne gebaarde naar de tafel. De barjongen wuifde het weg en liep weer naar binnen.
Maar eindelijk een nieuw stukje!

‘Is het Fabi?’
Met een ruk schoot haar hoofd omhoog. Aan zijn gezicht zag ze dat hij het al begrepen had en dat ze geen antwoord meer hoefde te geven.
‘Relax, ik zeg niets,’ suste hij.
Ze zuchtte. ‘Het is niet alleen dat. Het is ook alles samen, ik…’ Er schoot een brok in haar keel en ze slikte uit alle macht om haar tranen binnen te houden.
Lorenzo legde een hand op haar arm. ‘Sst, hé, rustig maar.’ Hij liep om de bar heen en gaf haar een knuffel. ‘Fabi is niet zoals Valerio, Leonore. Trust me. Ik ken Fabi al langer, en als hij ergens aan begint, wat het dan ook is, dan gaat hij er volledig voor.’
‘Maar wat als het maar van één kant komt?’ fluisterde Leonore.
Ze voelde dat Lorenzo haar nog iets steviger tegen zich aandrukte. ‘Dat weet je pas als het probeert. En dan is het nog niet het einde van de wereld.’ Hij pakte haar hoofd voorzichtig vast met beide handen en keek recht in haar helderblauwe ogen. ‘Ik denk dat je het even rustig moet laten bezinken. Je zit nu ook met Ralph in je hoofd, maakt je over heel veel dingen zorgen – en begrijpelijk –, maar ik denk dat Ralph binnenkort weer terecht is en dat jij na een goede nachtrust Fabi kan opzoeken en met hem kan praten.’
De blondine knikte aarzelend.
‘En je staat te trillen op je benen, dus ga alsjeblieft zitten en drink rustig je drankje op.’ Hij streek haar blonde lokken uit haar gezicht en gaf haar een duwtje naar de barkruk. Met een diepe zucht ging ze zitten; nadenkend over wat Lorenzo zojuist allemaal gezegd had.
Het was ruim een kwartier later dat ze opstond, Lorenzo groette en weer naar buiten liep. Voor ze bij de anderen aankwam, haalde ze diep adem. ‘Al wat gehoord?’
De jongens waren verdwenen; alleen Daphne en Désiree waren nog bij Veerle. Désiree was op de blondine aan het inpraten, terwijl Daphne ongeduldig met haar vingers op haar telefoon trommelde.
‘De jongens zijn net weer bij Ralph thuis geweest,’ begon Daphne, ‘en zijn via de achterdeur uiteindelijk naar binnen gekomen of zo. Die moeder werd maar niet wakker, dus ze hebben de ambulance gebeld. Ik denk dat Luke meegaat naar het ziekenhuis, en dan horen we meer. Hij zou bellen als hij tijd had, dus we wachten af.’
Leonore knikte en keek naar Veerle. Ze zag lijkbleek en had haar handen in elkaar gevouwen. Bidden, schoot Leonore te binnen. Ze kon zichzelf wel voor haar hoofd slaan dat ze dat niet eerder had bedacht.
Lieve God, bad ze, wilt U alstublieft uitkomst geven? Wilt U met de jongens zijn, wilt U Ralph veilig bij ons terug brengen? Wees ook bij Veerle, en geef haar rust. Alstublieft, Heer, help!
Ze zuchtte even en staarde naar de hemel. Hij leek zo eindeloos; zo overweldigend groot. En boven dat alles was een God, die alles in de gaten hield. Het maakte haar rustig; ze hoefde het niet zelf op te lossen.
De tijd ging belachelijk traag nu ze op nieuws aan het wachten waren. Het wachten werd uiteindelijk beloond. Jaimy en Fabi kwamen aan gefietst en konden hun vertellen dat Luke inderdaad met de ambulance mee was gegaan. Ook hadden ze een overbuurvrouw gesproken, die had gezegd dat ze de vorige avond een jongen het huis uit had zien gaan.
‘Dat moet Ralph zijn geweest,’ knikte Daphne. Jaimy knikte ook.
Veerle begon te huilen. ‘Is hij dan de hele nacht buiten geweest?’ snikte ze. Direct sloegen Désiree en Daphne een arm om haar heen.
Leonore zweeg; haar blik ontmoette die van Fabi. Het liefst was ze nu even met hem alleen geweest, maar ze konden het niet maken om nu weg te gaan; hun vrienden hadden hen nodig.
‘Luke zou bellen als hij in het ziekenhuis was,’ besloot Jaimy.
‘Dat zou hij al lang moeten zijn… toch?’ aarzelde Désiree. Ze wilde Veerle niet nog meer overstuur maken.
‘We horen zo vast wel wat,’ suste Daphne.
‘Luke snapt dat je je zorgen maakt, Veer, hij laat zo wel wat van zich horen,’ viel Leonore haar bij. Ze zag Shannon bij de speeltuin lopen en vertelde de rest dat ze er zo weer was. Ze rende naar haar zusje toe, legde met een paar woorden de situatie uit en eindigde met dat ze niet wist hoe laat ze thuis zou zijn, maar dat ze niet op haar hoefden te wachten. Shannon knikte braaf en Leonore liep weer terug naar de anderen.
Veerle sprong op toen ze haar telefoon voelde trillen. ‘Sms’je,’ zei ze geschrokken. Met trillende vingers bekeek ze van wie. ‘Het is van Luke.’ Ze was even stil. ‘Hij is in het ziekenhuis en heeft geen tijd om te bellen.’
‘Oké, maar hij is wel in het ziekenhuis dus. Dat is goed,’ vond Daphne. De anderen waren het met haar eens.
‘Waarschijnlijk wil hij wachten tot ze bij kennis is en haar dan vragen waar Ralph kan zijn,’ dacht Jaimy.
Lorenzo kwam aangelopen met een dienblad met glazen drinken. ‘Van zorgen maken krijg je dorst.’ Hij werd van alle kanten bedankt en Leonore kreeg een knipoog toen hij zag dat Fabi naast haar zat. ‘Laat het me weten als jullie wat van hem horen, oké? Of als ik iets kan doen.’
‘Doen we. Dankjewel voor dit.’ Daphne gebaarde naar de tafel. De barjongen wuifde het weg en liep weer naar binnen.