@ Romy: Ik vind haar dan ook veel leuker om te schrijven. Gelukkig gaat ze in deel 2 lekker vaak boos zijn haha xD
@ MissRolex: Goed dat je Dillan niet vergeten was, anders had je een groot probleem gehad

en you'll see, you'll see ghehe xD
@ Yociame: Nee, dat krijg ik niet in 4 stukjes gepropt xD de kinderontvoering en de rest van de onopgeloste vragen komen terug in deel 2. Waar ik even mee wacht om het te schrijven, vooral omdat het plot nog niet klopt xD Maar Rose en Jona komen terug, wees maar niet bang :p
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
“Wat wil je van me?”
Aneirin bleef even naar de stalen deur kijken om zich ervan te verzekeren dat hij gesloten bleef. Daarna draaide hij zich pas om naar zijn gevangene.
“Ik wil weten waarom je doet alsof het niet gebeurd is.”
Jonathan fronste verbaasd zijn wenkbrauwen. “Wat moet er dan gebeurd zijn?”
Aneirin liep grinnikend op hem af. “Hou je niet van de domme. Rose heeft geen redenen om die droom te verzinnen. Ze heeft dingen verteld die ze niet eens kan weten, deze herinnering laat alle puzzelstukje op hun plaats vallen en bovendien heeft ze helemaal geen reden om jou te willen beschermen. Dus begin maar met vertellen. Wat is er precies gebeurd?”
Jonathan kneep zijn ogen tot spleetjes, maar hield zich stil. De stadhouder bleef voor hem stilstaan.
“Dan doen we het anders. Ik heb een theorie ontwikkeld over wat er allemaal gebeurd is en jij,” hij prikte in Jonathans borst, “gaat me vertellen wat er precies van klopt.”
“Blijf met je smerige poten van me af,” siste Jonathan.
Aneirin trok zijn hand terug en glimlachte. “Je komt er toch niet onderuit. Waar zal ik eens beginnen? Bij de Keizerin, dat lijkt me een goed idee.”
Even trilde er een spiertje bij Jonathans oog; als Aneirin niet zo goed op hem had gelet had hij het niet eens gezien. Zijn glimlach verbreedde. De man voor hem was toch niet zo massief als hij liet lijken.
“De Keizerin… zij gaf jou de opdracht om mensen van magie te verzamelen. Nadir was een makkelijk doelwit, jij koos Rose uit, maar er ging iets fout. Je raakte vrij van je betovering. Zit ik een beetje op de goede weg?”
Hij ontblootte zijn tanden in een geluidloze grom.
“Dat zie ik als een ja. De Keizerin kwam er redelijk snel achter en stuurde een paar dorchôn op je af, die je natuurlijk wist te verslaan. De nádurá waren iets moeilijker, maar je wist ook aan hen te ontsnappen. In het huisje deed de Keizerin nog een poging. Je had geluk dat Rose je wakker maakte, anders zat je weer onder de invloed van de betovering.”
Jonathan had besloten een nieuwe tactiek te proberen: hij glimlachte ongelovig op elk woord dat de stadhouder zei. Zijn ogen, waarin de onderdrukte woede goed te lezen was, verraadden hem echter.
“Rose wist te ontsnappen. Zodra je achter haar aan ging, stuurde de Keizerin monsters op je af. Je wist Rose nog net op tijd te redden, maar liet bijna het leven. Na een paar dagen herstel volgde je haar naar Myniadèn.
Je had er echter niet op gerekend dat ik je zou herkennen. Want de Keizerin heeft jouw geheugen gewist.”
“Dat heeft ze niet gedaan,” snauwde Jonathan, “dan had ik het wel geweten.”
Aneirin trok één wenkbrauw op. “O? Van wat ik weet van Lys bij wie het geheugen is aangepast, is dat die ervaring ook wordt geblokkeerd. Dan leef je in zalige onwetendheid verder, zoals jij nu ook.”
“Flikker op.”
Aneirin schudde lachend zijn hoofd. “Het spijt me, mijn beste, ik ben nog niet klaar met mijn theorie.
Ik sloot je op in de cel die speciaal voor jou gebouwd was. Je wilde me niet de informatie geven, simpelweg omdat de stomvloek dat verbood. En ik maar denken dat het onwil was. Uiteindelijk bracht ik Rose naar jou toe, waarna je jezelf wist te bevrijden. Hoe? Die cel was speciaal voor jou gebouwd. Je zou niet eens magie moeten hebben om een kaars op te lichten.”
Jonathan wendde zijn hoofd af. Aneirin pakte hem bij zijn kaak vast en dwong hem om hem weer aan te kijken. Met vertrokken gezicht probeerde hij zich los te wringen, maar Aneirin was niet van plan om hem te laten gaan.
“Blijf van me af!”
“Nee, mijn beste, ik ben nog steeds niet klaar.” Aneirin hield zijn hoofd zo dicht bij die van Jonathan dat hun neuzen elkaar net niet raakten.
“Toch wist je te ontsnappen. Je probeerde jezelf te doden, om eindelijk weer het heft in eigen handen te hebben. Het ging mis. De bindvloek maakte je weer de ander. Gelukkig wisten we je nog net op tijd te stoppen voordat je te veel schade kon toebrengen. En hier zit je nu, wachtend op je executie. Ik kan je alvast vertellen dat die niet doorgaat.”
Jonathan stopte met het tegenstribbelen. “Wat?”
Aneirin liet zijn hoofd los en klopte hem even op zijn wang. “Precies zoals ik zei: je executie gaat niet door. Er zijn nog bergen met informatie die ik van je wil weten.”
“Alsof ik die aan je ga geven,” snauwde hij.
Een glimlach kwam op Aneirins gezicht. Dit was waar hij goed in was: anderen overhalen om voor zijn zaken te werken. Was het niet door zijn overredingskracht, dan was het doordat hij precies wist wat de ander wilde. En bij de man voor hem was het simpel.
“Je hebt geen keuze. Ik kan je hier jarenlang gevangen houden als je me niets vertelt. Als je niet eet komt er iemand om het voedsel door je keel te duwen, als je niet wil drinken krijg je een trechter in je mond. Zo kan ik je jaren in leven houden in je eigen, persoonlijke hel. Dat kan je voorkomen door me te geven wat ik wil.”
Jonathan staarde hem met opeengeklemde kaken aan. “Dus als ik jou nu alles vertel wat je wil weten krijg ik een snelle dood?”
“Niet echt. Ik wil ook nog iets anders van je. Je moet uitzoeken of er een genezing bestaat voor jouw betovering.”
Zijn ogen schoten wijd open voor ze zich vulden met woede. “Een genezing! Die is er niet, verdomme, denk je niet dat ik vaak genoeg naar gezocht heb?” beet hij Aneirin toe.
“Weet je dat zo zeker?” vroeg Aneirin, niet onder de indruk van de man voor hem. “Zou de Keizerin niet graag willen dat je zo denkt? In mijn bibliotheek staan genoeg boeken waarvan ik zeker weet dat zij er geen kopie van heeft. En stond er in die boeken van jou iets over hoe je nu weer jezelf bent?”
Even was er hoop op zijn gezicht te lezen, maar het was al snel weer verdwenen. “Laat me geen waanbeelden najagen; er is geen hoop. Waarom zou je je eigenlijk druk om mij maken? Mijn leven is toch al verpest.”
“Misschien. Maar mijn grootste reden is dat er ook anderen zoals jij gemaakt kunnen worden. Waarom maar op één houden? Het lijkt me dat jij, als ervaringsdeskundige, het beste naar die informatie kunt zoeken.”
“En hoe wil je dat dan doen?” vroeg Jonathan sceptisch. “Brengt iemand me elke dag een paar boeken die ik dan uit moet pluizen?”
Aneirin schudde zijn hoofd. “Je mag zelf de bibliotheek in om te gaan zoeken. Ik bied je een beperkte vrijheid aan. Natuurlijk krijg je een anti-magische band om en een persoonlijke lijfwacht, maar ik denk eigenlijk dat dat niet eens nodig heb. Want jouw aanwezigheid hier is de enige reden waarom ik Rose niet op straat gooi zonder enige vorm van geld. Zolang jij hier bent, leeft zij in luxe. Als jij zelfmoord pleegt, dan…” Hij glimlachte onheilspellend.
Jonathan ontblootte agressief zijn tanden. “Smerige schoft. Ik had je moeten doden toen ik de kans had.”
“Tja, jammer voor jou was ik sterker. Als je stil blijft zitten, dan maak ik je boeien los…”