Agnes, ja, dat is nou inderdaad het grote probleem. De band tussen Harry en Dougie... Het foutje is verbeterd, excusez-moi! 
Mafalda, ik moest al lachen toen ik dat *vreet sultana's* las XD Reacties zijn nooit te lang, zolang je dat maar onthoudt! Ghehe, Tom krijgt gewoon vlug last van grijze haren of zo, hihi. Ik wil Zwarte Tranen! Hup hup!
~
De volgende ochtend stond Harry zo vroeg op, dat hij zeker wist dat de andere jongens nog niet wakker konden zijn. En als dat wel zo was, moest de wereld compleet op zijn kop zijn gaan staan, want dat was vrijwel onmogelijk met zijn huisgenoten. Daarom zocht hij fluitend wat spullen bijeen, liep naar de badkamer om een snelle douche te nemen. Daarna liep hij fris en fruitig naar de keuken toe, maar in de deuropening bleef hij stomverbaasd staan.
De wereld was inderdaad op zijn kop gaan staan. Er was al iemand op. En liet het nou net Harry’s minst favoriete persoon in het huis zijn.
Dougie schrok op toen hij de voetstappen hoorde en stootte bijna zijn glas melk om over de keukentafel. Hij staarde Harry met grote, onschuldige ogen aan.
‘Hoi,’ zei hij zachtjes en hij richtte zich meteen weer op de krant die hij aan het lezen was. Hij droeg een spijkerbroek met een simpel T-shirt erop en had blote voeten, wat Harry nogal opmerkelijk vond. Als er iets niet verstandig was in dit huis, was het met blote voeten rondlopen.
‘Hoi,’ antwoordde Harry mat en hij liep naar het aanrecht om een ontbijtje voor zichzelf te maken. Terwijl hij in de weer ging met wat cornflakes, gluurde hij vanuit zijn ooghoeken naar Dougie. Die was weer verdiept in de krant en reikte zo nu en dan naar zijn glas melk.
‘Hoe vind je het hier?’ vroeg Harry toen luchtig en hij onderdrukte de neiging om zichzelf een schouderklopje te geven, omdat hij iets uit zichzelf had gevraagd dat niet eens zo onaardig klonk.
Dougie keek verbaasd op en mompelde toen: ‘Wel leuk, hoor… ‘t Is even wennen.’
Harry knikte, besefte toen dat zijn aardigheid alweer op was en richtte zich op zijn boterhammen.
‘Ik eet in de woonkamer,’ zei hij vlug en hij verdween de keuken uit, waar hij op de bank neerplofte. Hij zette de tv aan en bleef hangen bij een vage tekenfilm, die hij heel erg lang bleef kijken. Dougie liet zich niet meer zien, maar dat vond Harry niet erg. Het was ook wel eens fijn om alleen in de woonkamer te zitten, al helemaal als die malloot er niet was.
Hij had geen idee hoe lang hij tv had gekeken, maar uiteindelijk kwam Tom de woonkamer ingelopen. Zijn haren stonden alle kanten op en geeuwde uitgebreid.
‘Morgen,’ zei hij en Harry knikte naar hem. ‘Zo. Ben ik zo laat op of zijn jij en Dougie gewoon vroeg op?’
‘Ik denk dat laatste,’ antwoordde Harry, nog steeds gepikeerd om het feit dat Dougie nog eerder op was geweest dan hij. ‘Staan er nog interessante dingen voor vandaag op het programma?’
Tom ging met zijn vingers door zijn haren. ‘Ik was van plan om even langs te gaan bij het management. Ze zeiden dat ze waarschijnlijk een manager voor ons hadden.’
Harry zag hoe nonchalant Tom erover probeerde te doen, maar de nerveusheid ontging hem niet.
‘Moeten wij daar ook bij zijn?’
Tom haalde zijn schouders op. ‘Ik weet het niet. Ze hadden me gebeld en vroegen of ik wilde komen, ze vroegen niet eens naar jullie. Asociaal gewoon. Ik heb het nog niet zo op die receptionistes, ze zijn zo vreselijk zakelijk.’
Harry dacht na over het feit dat ze misschien een manager zouden krijgen. Een persoon die zich speciaal op hen zou richten, van alles voor hen zou regelen. Dat voelde goed. Heel goed. Een manager hebben klonk wel heel… echt.
Tom wierp een blik op zijn horloge. ‘Ik ga maar eens even douchen en er dan heen. Lijkt me niet slim om ze lang te laten wachten.’
Harry knikte en op dat moment kwam Dougie de woonkamer binnengelopen. Tom glimlachte naar hem.
‘Wat ga jij vandaag doen, Dougie?’
Dougie schrok een beetje van die vraag en werd rood. ‘Eh… Ik was van plan om even naar huis te gaan om nog wat meer spullen op te halen.’
‘Dat is misschien wel verstandig, ja. Misschien kan Harry wel meegaan om te helpen?’
Harry schrok zich op zijn beurt een ongeluk en probeerde zo snel mogelijk een uitweg te verzinnen. ‘Ik, eh, ik was van plan om even Londen in te gaan. Heb nog wat dingen nodig voor op mijn kamer.’ Hij besefte ook wel dat die smoes ontzettend beroerd klonk, maar wist zo vlug niets anders te bedenken.
‘Oh,’ reageerde Tom ietwat teleurgesteld. ‘Nou ja, als je hulp nodig hebt, kun je altijd Danny vragen, Dougie.’
Die knikte opgelaten en Tom verdween uit de woonkamer, Harry met Dougie achterlatend. Harry baalde als een stekker, omdat hij nu gedwongen was om toch de stad in te gaan terwijl hij dat niet gepland had. Hij stond op, omdat hij geen zin had om met Dougie achter te blijven.
‘Dan ga ik maar even mijn portemonnee en zo pakken om naar de stad te gaan,’ mompelde hij en hij rende naar zijn kamer. Daar wachtte hij tot hij hoorde dat Tom onder de douche vandaan kwam en vertrok, hoe Danny opstond en Dougie aanbood mee te helpen -waarschijnlijk gedwongen door Tom dat te vragen-, maar die weigerde.
‘Het lukt zelf wel,’ kon Harry Dougie van bovenaan de trap horen zeggen.
‘Oké, als je het zeker weet,’ antwoordde Danny. ‘Waar is Harry eigenlijk?’
‘Die moest naar de stad om wat te halen, geloof ik.’
Harry zuchtte en besloot dat dan maar echt te doen. Zo kwam het dat hij gedag riep tegen de jongens, naar buiten liep en de rest van de middag nogal doelloos door Londen zwierf. Hij ging wat winkels binnen, had geen idee wat hij zou kunnen kopen en ging daarom naar de Big Ben. Dat had hij altijd al een indrukwekkend gebouw gevonden, dus het was geen straf om daarnaar te kijken. Toch besloot hij na een tijdje de metro terug naar het huis te nemen, omdat hij geen idee had wat hij daar eigenlijk aan het doen was.
‘Hey kerel,’ begroette Danny hem zodra hij weer binnen was. ‘Gevonden wat je nodig had?’
‘Wat? Oh - ja, gevonden,’ antwoordde Harry vlug.
‘Mooi. Ik heb gekookt,’ voegde hij er trots aan toe.
Harry’s ogen werden groot en realiseerde zich onmiddellijk dat hij zo min mogelijk moest eten als hij geen voedselvergiftiging op wilde lopen.
‘Wat dan?’ vroeg hij behoedzaam.
‘Spaghetti,’ glunderde Danny. Harry slikte moeizaam. ‘We kunnen nu eten.’
Harry volgde hem niet zo enthousiast naar de keuken, waar Dougie en Tom nu ook waren. Zij hadden al opgeschept en keken een beetje wantrouwig naar de slierten op hun bord.