scout cruiser Draco [Battlestar Galactica]

Op dit dek kun je al je Romantische Fan fictie verhalen kwijt. Zwijmel weg, maar kijkt uit voor de ijsberg.
P_Westdijk
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1068
Lid geworden op: 27 jan 2011 21:55
Locatie: Dichtbij de A-27
Contacteer:

deel 43
scout cruiser Draco
De Tawaret behoorde tot dezelfde klasse als de Draco. De kapitein ervan was zelfs een goede bekende van Dalum geweest. Samen hadden ze de academie doorlopen. Nu hield hij het logboek van de Taware in zijn handen. De ene laatste aantekening was door een andere officier gemaakt, die het bevel op zich had genomen. Hij had slechts kort van zijn nieuwe commando kunnen genieten. De vriend van Dalum was al tijdens het eerste treffen met de Cylons gesneuveld. De nieuwe commandant had ergens de tijd weten te vinden om het op te schrijven voor hij korte tijd later aan deze illustere rij kon worden toegevoegd door een ander handschrift van vermoedelijk zijn opvolger, maar meer had deze persoon niet in het logboek achter gelaten. Het was moeilijk te zeggen wat er was gebeurd. Al sprak het feit voor zich dat het schip tussen andere wrakken was ontdekt. De schade aan boord was onherstelbaar groot geweest. Het bergingsteam had het logboek voor hem mee genomen. De rest was bestemd voor de onverzadigbare machines aan boord van de Hermes.
"Ik denk dat de kapiteins gelijk hebben."
"Meneer?", vroeg de XO.
Dalum draaide zich om.
"Het wordt tijd om op zoek te gaan naar een nieuw thuis."
"Geven we de Twaalf Koloniën op, meneer?"
De kapitein staarde voor zich uit voor hij knikte. Ze besefte hoeveel moeite het hem moest hebben gekost om dit besluit te nemen. Het ging namelijk tegen alles in wat elke officier binnen de koloniale marine werd geleerd.
"Stuur een bericht naar de Terminus. Ik wil het konvooi herenigen voor een lange reis."
"Waar gaan we naar toe, meneer?"
"Deze vraag kan je aan de kapiteins voorleggen, want ik heb geen enkel idee."
Ze knikte begrijpend, maar vond het tegelijk vreselijk dat de kapitein geen doel voor ogen leek te hebben.
"Komen we ooit nog terug, meneer?"
De kapitein keek haar aan. Hier kon hij haar wel antwoord op geven.
"Nee."
Het was kort en krachtig.

vrachtschip Dioscuri
Het was een oase van groen in verschillende tinten in de container. Allerlei gewassen werden er geteeld. Alles werd nu in het werk gesteld om zelfvoorzienend te zijn door meer containers vrij te maken. Een onmogelijke taak, maar ze deden hun best. Zelfs de koloniale marine, zoals Aphaea met tegenzin toegaf. Dalum had het konvooi weer weten te herenigen en toonde zich bereid om de raptors voor het welzijn van de burgers in te zetten. Het bleek echter onvoldoende te zijn om haar argwaan weg te nemen en bovendien verkeerde ze in de positie om minder dan voorheen afhankelijk te zijn van de militairen. Aphaea was van plan om hen dat ook te laten voelen.

scout cruiser Draco
"Wat bedoel je met onze hulp afgewezen?", vroeg Dalum op een nauwelijks beheerste toon.
De commandeur zag zijn goede bedoelingen meteen op de eerste dag al door de burgers gedwarsboomd.
"De kapiteins vinden het een beter plan als wij onze raptors inzetten voor de beveiliging van het konvooi. De auxiliary cruiser heeft gemeld zelf al over een paar raptors te beschikken."
"Kan je duidelijker zijn over het aantal raptors dat ze hebben?"
"Nee, meneer, maar het zou me niets verbazen als het er meer dan twee zijn. We hebben na onze aankomst er drie op DRADIS gesignaleerd."
Het nieuws schokte de commandeur. De XO knikte bevestigend omdat ze vermoedde te weten waar haar meerdere aan dacht.
"Het verklaard meteen hoe ze erin slaagden om de raptor zo snel gereed voor vertrek te maken. We zagen elke keer een ander toestel vertrekken."
Het was een raadsel dat hen al langer bezig had gehouden. De competitief ingestelde militairen bleken meer tijd nodig te hebben om een raptor na een landing vliegklaar te maken, maar de burgers hadden vals gespeeld door meerdere raptors te gebruiken. Alleen gebeurde dat nooit tegelijkertijd. Ze waren op een meesterlijke wijze bedrogen.
"En de Dioscuri?"
De XO zette de radiotelegrafist meteen aan het werk en kwam al snel weer bij de tafel staan.
"Kapitein Aphaea ontkend noch bevestigd het dat ze raptors aan boord heeft, maar we vermoeden nu van wel. Hoe zouden zij aan zoveel raptors komen, meneer? Als ze..."
De commandeur legde haar met een handgebaar bruusk het zwijgen op.
"Fatum."
Hij noemde de naam alsof het een verklaring voor alles was.
"Waarom denkt u dat hij hier bij betrokken is, meneer?", vroeg Anja.
"Om dezelfde reden als jij."
Ze zweeg gelaten. Fatum had zich in het verleden al bereid getoond om meer risico te nemen dan zij acceptabel vonden en hij kende de locaties van door hen ontdekte wrakken.
"Commandeur, ze hebben voor ons ook de locatie van een aantal oorlogsschepen."
"Haal Fatum erbij."
"Meneer?"
"Roep de 115 op en vraag kapitein Dagba om Fatum."
"Denkt u dat hij komt?"
"Als we het beleefd vragen wel."
P_Westdijk
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1068
Lid geworden op: 27 jan 2011 21:55
Locatie: Dichtbij de A-27
Contacteer:

deel 44
raptor 114
"Wegwezen."
Raider na raider maakte zich van de onderzijde van de battlestar los. De 'Madman' maakte zijn bijnaam meer dan waar. In plaats van direct om te keren voerde hij het vermogen op en vloog tussen de raiders door. Fatum was niet meer in staat om nog een woord uit te brengen. Overal om hen heen kon hij de vijandelijke jagers zien. Sommige ervan zo dichtbij dat hij overtuigd was hen aan te kunnen raken als hij een hand uit de cockpit had kunnen steken.
"Springen", beveelde de piloot met op elkaar geklemde tanden.
"Waar naar toe?"
"Springen", schreeuwde de piloot nu terug, "blind!"
Raiders botsten tegen elkaar in een poging om de raptor in het vizier te krijgen. Granaten vlogen soms rakelings langs het toestel heen. Het liefst had Fatum zijn ogen gesloten zoveel raiders als hij zag en dichterbij dan hij ooit voor mogelijk had gehouden. Plotseling hadden ze de battlestar achter zich gelaten en was de ruimte voor hen vrij.
"We springen."
Niemand zei een woord. Hijgend keken de mannen elkaar aan. De ECO maakte zijn gordel los en verliet zijn plaats om de piloot dankbaar op de schouder te kloppen.
"Fantastisch gedaan."
"Goed dan", zei Fatum, meer in een poging om te horen hoe hij klonk, voor hij vervolgde, "het lijkt erop dat we later een keer terug moeten komen. Eens kijken waar we het volgende wrak kunnen vinden", bromde Fatum terwijl hij in een map bladerde. Hij wilde niet dat iemand zijn handen zag trillen.
"Jij wilt terug?" Erik had zich weer in zijn stoel laten vallen en schudde vol ontzetting zijn hoofd.
"De Cylons zullen vast niet verwachten dat we nog eens langs komen."
"Jij bent nog gekker dan de andere."
De piloot grijnsde om de verbijstering in de stem van Erik. Zelfs hem was het nog nooit gelukt om de onverstoorbare ECO uit evenwicht te brengen. Hij wierp een blik opzij.
"Je wilt echt terug gaan?"
"Vandaag niet, hoor."
"Maar dan zonder mij", konden ze achter zich horen.

douaneschip Terminus
Commandeur Dalum bevond zich in een merkwaardige positie, die hij enige tijd geleden voor onmogelijk had gehouden. Het werd steeds gevaarlijker om hier te blijven, maar de overige kapiteins leken er een andere mening op na te houden.
"Het wordt tijd om onze bevoorrading af te breken en de reis te aanvaarden."
"We zijn er nog niet klaar voor", wierp kapitein Aphaea tegen.
"We zullen er nooit helemaal klaar voor zijn. Wat ik wel weet is dat de Cylons ons zoeken en weten dat we wrakken plunderen. Een raptor is ternauwernood aan een hinderlaag ontsnapt. Het zal slechts een kwestie van tijd zijn voor we een raptor gaan verliezen. Hoe lang willen jullie hier nog blijven?", vroeg Dalum.
"We hebben meer tijd nodig."
"Ik beschouw het samenbrengen van de schepen nog steeds als een goed plan, maar daarbij heb ik verklaard over alle militaire beslissingen te gaan. Jullie hebben daarmee ingestemd."
Kapitein Dagba knikte instemmend.
"Ik ben ervan overtuigd dat we er nu beter voor staan dan als we meteen na de aanval zouden zijn gevlucht, maar we hebben een aantal berekeningen gemaakt, commandeur, over wat we dagelijks aan voedsel en water verbruiken. We hebben voor onze gezondheid op de lange termijn een te eentonig dieet. Daarnaast om tegenslagen door uitbreken van ziekten te voorkomen hebben we een grotere variëteit aan planten en dieren nodig."
Tandendknarsend moest de marineofficier de nederlaag aanvaarden omdat hij besefte dat de kapiteins gelijk hadden.
"Hoeveel tijd hebben we daarvoor nodig?"
"We schatten een week."
Dalum schudde zijn hoofd terwijl hij een afweging maakte.
"Over een week vertrekken we."
De kapiteins bevestigden het.

scout cruiser Draco
De Cylon merkte dat de man tegenover haar anders was. De bemanning van het oorlogsschip had haar inmiddels geaccepteerd als een vijand. De verpakking zou hen niet meer misleiden. Op de schietbaan oefenden ze zelfs op een afbeelding van haar.
"Je hebt mij eerder gezien?"
"Aan boord van de Pegasus."
Maira knikte begrijpend.
"We probeerden aan boord van alle grote schepen infiltranten te krijgen, maar het was soms lastig om het voor elkaar te krijgen."
De man leek geschokt door de makkelijke bekentenis.
"Hoeveel modellen zijn er?"
Maira glimlachte zonder de vraag te beantwoorden. Daarin had ook de moeilijkheid geschuild om te infiltreren. Er bestond met een beperkte oplage van twaalf modellen altijd een risico op herkenning en ontdekking. De piloot had het wel verwacht dat hij geen antwoord zou krijgen. De gevangene aan boord van de Pegasus had zich ook bijzonder zwijgzaam getoond.
"Hoe heette ze?"
Hij begreep meteen wie ze bedoelde. Een onderhandelaar zou onmiddelijk gebruik van haar nieuwsgierigheid hebben gemaakt, maar hij was slechts een eenvoudige piloot.
"Gina. Gina Inviere. Je mag blij zijn."
Maira knipperde met haar ogen. De manier waarop hij het had gezegd maakte iets bij haar los.
"Wat bedoel je?"
"Dat je hier bent en niet daar."
"Wat hebben jullie met haar gedaan?", vroeg ze op scherpe toon.
Beschaamd wendde de piloot het hoofd af. Ze stond op en greep de tralies vast. Hij bevond zich te ver van haar vandaan, maar anders had ze hem vast gegrepen en naar zich toe getrokken.
"Actieposten, actieposten. Conditie één, voor het gehele schip. Het is geen oefening."
Het was bijna alsof de man erop gewacht had zo hard ze hem zag weg rennen.
P_Westdijk
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1068
Lid geworden op: 27 jan 2011 21:55
Locatie: Dichtbij de A-27
Contacteer:

deel 45
auxiliary cruiser 115
"Richt op de basestar."
Het was geen tijd voor halve maatregelen. Kapitein Dagba kon het niet met zekerheid zeggen, maar volgens hem was dit dezelfde basestar, die al viermaal eerder was verschenen in slechts een dag tijd. De Cylons waren het konvooi op het spoor. In plaats van op één volgende golven van vele honderden raiders die een basestar kon inzetten waren er nu 'slechts' een paar honderd van deze jagers in een enkele formatie naar hen onderweg, die zich opsplitste in drie kleinere groepen. De overigen waren vermoedelijk ingezet voor wijd verspreidde verkenningsmissies om het konvooi op te sporen.
"Lanceer raketten één tot vier."
De kapitein kon slechts hopen dat het plan van de commandeur zou werken. Na het vertrek van de gesignaleerde raider hadden de schepen andere posities in gekomen. Zo vlogen bijvoorbeeld het douaneschip Terminus en het vrachtschip Hermes in een nauwe formatie. Net als de auxiliary cruiser 115 en het vrachtschip Dioscuri. De vier signalen op DRADIS waren op het scherm versmolten tot een paar grote signalen. Vergezeld door de scout cruiser.
"Herlaad buis één met een nucleaire kop en de buizen drie tot en met vier met conventionele raketten", beveelde de XO.
Ze hadden slechts en paar nucleaire gevechtskoppen voor de raketten aan boord en daar moesten ze spaarzaam mee om gaan.

basestar
Even dachten de Cylons de jacht op het konvooi voort te kunnen zetten, maar deze formatie telde volgens de sensoren slechts drie schepen en het waren bijna allen grote schepen. In plaats van te vluchten hadden de schepen zich omgedraaid en zich verspreid om hen van verschillende kanten aan te vallen.
"Deze schepen hebben de omvang van battlestars", meldde een Four.
"Onmogelijk", wierp een One tegen, maar keek daarbij toch wat minder zeker dan normaal.
"We moeten onze taak volbrengen."
Allen keken een moment naar Moira.
"Het is verstandiger om meer afstand te bewaren", verklaarde een Three.
"Het is nog verstandiger om op versterking te wachten en anders in ieder geval tot al onze jagers zijn terug gekeerd", vulde een Eight aan.
"In de tussentijd kunnen deze battlestars ontkomen", wierp Moira tegen.
"Hoe zijn deze battlestars onontdekt gebleven?", mijmerde een One.
"De kolonialen hebben een nucleaire raket afgevuurd."
"Laat de raiders deze onderscheppen."
Daarmee was de discussie ten einde gekomen. Een groep raiders wijzigde koers om de naderende raketten te onderscheppen waarvan een enkele uitgerust was met een kernkop. De andere twee groepen zette de aanval op de koloniale schepen voort.

scout cruiser Draco
Voldaan keek Dalum naar de snel in omvang groeiende bal van vuur. De basestar was niet het doel geweest, maar hij wist ook dat de Cylons geen andere keuze hadden dan het moederschip te verdedigen. De dichtstbijzijnde raiders werden er letterlijk door verzwolgen. De formatie raakte verbroken en de raiders probeerden aan een zekere vernietiging te voorkomen als ze de huidige koers handhaafden door alle kanten op te vluchten. Ze werden gedecimeerd door de kanonniers van de hulpkruiser en het vrachtschip Dioscuri.
"Ze verbreken de formaties."
Op DRADIS was te zien hoe de signalen zich vermenigvuldigden. De basestars had ook raketten afgevuurd en de programma’s ervan registreerden plotseling meerdere doelwitten.

vrachtschip Hermes
Langzaam draaide het grote schip weg van de versnellende Terminus. Van de vierenveertig op hen afkomende projectielen waren er nu nog maar slechts acht gericht op het douaneschip terwijl de raiders ook snel dichterbij kwamen. De kapitein besefte dat zijn rol in het geheel was uitgespeeld. Het werd de hoogste tijd om het strijdtoneel te verlaten voor zijn schip schade op zou lopen.

douaneschip Terminus
Voldaan keek de kapitein toe hoe een geconcentreerd vuur van de kanonniers met raket na raket afrekende. Het resultaat van een reeks intensieve oefeningen. Een laatste projectiel nadere het schip en bijna had Jeerom opdracht gegeven om te springen toen deze explodeerde. De drukgolf van de explosie zorgde ervoor dat diegenen die stonden het evenwicht verloren.
"Nu de raiders", schreeuwde Jeerom terwijl hij snel overeind krabbelde.
Hij wilde de aandacht van de vijand zolang mogelijk vasthouden om tijd te winnen voor de andere schepen.

auxiliary cruiser 115
De hulpkruiser had een nieuw salvo raketten afgevuurd. Ongeveer halverwege tussen de basestar en hen zelf passeerden de projectielen ongehinderd het volgende salvo van de basestar in tegenover gestelde richting. Kapitein Dagba luisterde naar de laatste woorden van Aphaeae voor de Dioscuri van koers veranderde.
"Bedankt en we zullen elkaar weerzien."
Hij keek om. Het gevecht eiste al zijn aandacht op.
"Status van het C-squadron?"
"De laatste raptor is vertrokken, meneer."
Bezorgd keek de kapitein naar het scherm. Hij was bereid om alle middelen waarover hij beschikte in te zetten om het schip voor een voltreffer te behoeden, maar springen was nog geen optie. De XO gaf nieuwe bevelen. Het schip draaide om de basestar in het vizier van de zware kanonnen aan stuurboordzijde te krijgen.
"Secundaire bewapening vuur."

scout cruiser Draco
De prikkelende rook van een aan boord uitgebroken brand was het CIC binnen gedrongen voor iemand de deur sloot. Ze hadden minder geluk gehad, maar de raptors waren er in geslaagd om het merendeel van de raketten af te leiden met een stroom van los gelaten decoys. De raiders bleken heel wat lastigere tegenstanders te zijn.
"De basestar trekt zich terug."
De auxiliary cruiser had waarschijnlijk enkele voltreffers geboekt en het nieuws werd met gejuich ontvangen.

basestar
De oogverblindende vuurbal vervaagde en onthulde de schade dat de nucleaire gevechtskop van de raket had aangericht. Een van de bovenste rompgedeelte afgebroken arm raakte de aan de onderkant van de centrale pylon bevestigde romp en veroorzaakte daar nog meer schade. Diverse dekken scheurden open en werden bloot gesteld aan het vacuüm. Alles wat los zat verdween de ruimte in.
De hybride staarde naar het plafond terwijl ze tussen de volgens One uitgekraamde wartaal de geregistreerde schade vermeldde. Vervuld van medelijden keek een Three op haar neer.
"FTL uitgeschakeld. De zonsopkomst kleurt de grond rood waarop een vis ligt te spartelen."
Op een andere plaats aan boord van het schip keek Moira om zich heen. De ravage was enorm. Stervende Cylons lagen naast bewegingloze soortgenoten op de vloer. Een centurion bemande nog altijd zijn post. Onaangedaan door wat zij zag. Al haar goede bedoelingen ten spijt besefte ze dat ze hadden gefaald. Deze slag hadden de Cylons verloren. Ze zakte dodelijk getroffen in elkaar. Het vooruitzicht om weer herboren te worden was niet iets waar ze eerlijk gezegd naar uit keek.

auxiliary cruiser 115
De hulpkruiser cirkelde om de zwaar getroffen basestar heen. De kanonniers bleven er meedogenloos granaten in pompen. Ook de scout cruiser liet zich daarbij niet onbetuigd en was de vijand zo dicht genaderd dat ook haar kanonniers aan deze eenzijdige schietpartij konden deelnemen. Zij konden hun behoefte aan wraak bevredigen.
"DRADIS. Twee, nee, drie schepen. Het zijn basestars."
De kapitein en de XO keken elkaar aan. De versterkingen voor de Cylons waren gearriveerd.
"Een oproep voor de kapitein. Het is Draco actuel."
Dagba wist al wat er ging komen voor hij de hoorn pakte. Het was zelfmoord om tegen deze overmacht de strijd voort te zetten.
"Haal de raptors aan boord", fluisterde hij richting zijn XO voor hij de commandeur te woord stond.
P_Westdijk
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1068
Lid geworden op: 27 jan 2011 21:55
Locatie: Dichtbij de A-27
Contacteer:

deel 46
scout cruiser Draco
Er was geen hele week verstreken, maar ditmaal was de commandeur van plan om zijn woord te breken. Tot zijn opluchting hadden de kapiteins zich unaniem achter zijn beslissing geschaard om de ruimte rondom de Twaalf Koloniën te verlaten. Al was kapitein Dagba in eigen persoon gekomen om enkele vragen beantwoord te hebben. De commandeur wachtte hem op in zijn persoonlijk kwartier voor enige privacy.
"Wat doen we als we op de Pegasus stuiten?", vroeg de commandeur terwijl hij de glazen vulde voor zowel zich zelf als de bezoeker. Verrast keek de kapitein Dalum aan. Hij had eerlijk gezegd niet verwacht dat ook de commandeur nog vragen had.
"Ik hoop dat we de Galactica eerder zullen treffen."
De commandeur zette de glazen op het bureau neer.
"Je vermijd de vraag."
De kapitein nam een slok uit het glas alsof hij er moed uit kon putten.
"Als we op een battlestar stuiten en we vermoeden dat het de Pegasus is dan zullen wij springen, maar ik wil onze keuze niet aan u opdringen."
Het antwoord was voor de commandeur geen verrassing. Dalum twijfelde nog of het een goed idee was om zich bij admiraal Caïn aan te sluiten als de kans zich voor deed. Al wilde hij zich daar nu nog niet over uit laten.
"Ik begrijp het."
De kapitein nam nog een slok.
"We willen een bewoonbare planeet zoeken en een nieuwe kolonie stichten."
"Een origineel idee", reageerde Dalum sarcastisch.
De kapitein haalde zijn schouders op.
"Fatum had een alternatieve route in gedachten."
Geïnteresseerd keek de commandeur op. Het was nauwelijks te geloven dat deze man tot voor kort nog een functie als hulpverlener vervulde. Onder zowel de militairen als de burgers was hij een bekende verschijning geworden. Sommigen beweerden zelfs dat de Cylons zijn naam kenden.
"Fatum wilde richting de thuiswereld van de Cylons vertrekken."
"Er zijn mensen waarvan ik blij ben dat ze aan onze kant staan."
"Het is waanzin", wierp kapitein Dagba tegen.
"Natuurlijk, maar als we onopgemerkt de vroegere grens kunnen passeren dan is de kans klein dat de Cylons ons zullen achtervolgen. We hoeven dan niet de rest van ons leven achterom te blijven kijken."
"Je overweegt het werkelijk."
"De Cylons zijn uit op de uitroeiing van het menselijke ras. Ik denk dat er geen einde aan komt tot zij dood zijn of wij."
De kapitein schoof het glas van zich af. Het smaakte hem plotseling niet meer. Wat hij zo snel en makkelijk als complete waanzin had afgedaan begon langzaam toch aantrekkelijke vormen aan te nemen.
"Hoe wil je de andere kapiteins overtuigen?"
Er verscheen een glimlach op het bleke gelaat van de commandeur.
"Daar heb ik jou voor."

Konvooi
In een breed uitgewaaierde formatie vlogen de raptors in complete radiostilte voor de schepen uit. Dagen waren verstreken sinds ze de Armistice Line hadden overschreden. Voorlopig werden alle stelsels vermeden omdat deze planeten konden bevatten, die door de Cylons waren gekoloniseerd of waar de machines op zoek waren naar grondstoffen. Er werd intensief gebruik gemaakt van de raptors om een route te bepalen in dit voor hen onbekende deel van het universum. Een vermoeden was al voldoende voor een koerswijziging. Elk risico moest worden vermeden. De verantwoordelijkheid ervoor woog zwaar op de schouders van commandeur Dalum.

scout cruiser Draco
De optimistische stemming waar Maira zelfs na haar gevangenname in verkeerde was om een nog onverklaarbare reden plotsklaps verdwenen. De depressiviteit was door de bewakers gesignaleerd, maar de Cylon had er geen verklaring voor gegeven. Hygeia had haar zorgen er over geuit. Al luisterde ze nu even bezorgd naar wat Fatum aan de gevangene kon uitlokken. Hij was daarvoor voorzien van een microfoon.
"Ik had niet verwacht hier nog eens vrijwillig te komen."
Maire keek Fatum aan.
"Kom jij me nu uithoren?"
Hij schudde het hoofd.
"De patrouilles beginnen saai te worden zonder dat je soortgenoten af en toe eens pdruiken en ik bedacht me dat je nooit de kans gekregen had om je vragen aan mij te stellen."
Maira lachte geluidloos.
"Ik heb nu andere zorgen dan mijn nieuwsgierigheid naar je te bevredigen."
"Je hebt het dus gehoord. We hebben geen te kort aan vrijwilligers voor je executiepeloton."
Hygeia sloot haar ogen. Fatum had al haar instructies overboord gegooid. Ze had het kunnen weten. Het was de stilte die haar deed opkijken.
"Werkt de microfoon nog?"
De mee luisterende marinier wierp een blik op de apparatuur en knikte.
"Jullie gaan me dood schieten?", stamelde Maira.
Fatum wist uit de gelezen rapporten dat eerdere doodsbedreigingen geen enkel effect hadden gehad. De Cylon had hen zelfs uitgedaagd het dreigement meteen uit te voeren. Hij vroeg zich af wat er was veranderd.
"Ik ben buiten bereik..."
"Buiten bereik waarvan?", vroeg Fatum.
Hij zag haar diep adem halen.
"Ik ben buiten bereik van het download station van de kolonie."
"Waarom wil je nu wel praten?", vroeg Fatum verbaast.
"Als ik voor het executiepeloton kom dan sterf ik werkelijk."
Hygeia en de marinier staarden elkaar in verbijstering terwijl ze mee luisterden naar wat de Cylon bereid was aan Fatum te vertellen terwijl het konvooi steeds verder van de wereld vandaan bewoog die de Cylon zo bekend was.

Fatum zag de blonde psychologe naar de op papier afgedrukt gesprek staren.
"Je bekijkt ook alles op een negatieve manier", merkte hij geamuseerd op.
"Als het waar is wat ze heeft verteld dan betekend het dat de Cylons onsterfelijk zijn. Ik weet niet hoe ik hier iets positiefs in moet zien."
"Geloof je haar?"
"Ja, en jij?"
Hij knikte. Het leek hem tot haar verbazing tevreden te stellen.
"Vertel de commandeur maar dat we vanaf nu op zoek kunnen gaan naar een te koloniseren planeet."
Hygeia en de marinier keken hem verward aan. Fatum knikte in de richting van de gevangene.
"Ik durf er vanuit te gaan dat geen enkele Cylon zich bewust buiten bereik van het download station begeeft. Wie het eeuwige leven heeft wil dit immers ook graag behouden."
De marinier begon te grijnzen. Het vooruitzicht dat ze na zoveel verstreken maanden op zoek gingen naar een nieuw thuis sprak hem wel aan.
"Hoe kunnen we zeker weten of ze de waarheid verteld?", vroeg Hygeia nog steeds sceptisch gestemd.
"Simpel, maar het zal je niet aanstaan."
Ze zag zijn hand op het holster aan zijn riem rusten.
"Je wilt haar doodschieten?"
"Als er geen Cylons verschijnen dan heeft ze de waarheid gesproken."
"Maar dan is ze dood."
Hij haalde zijn schouders op.
"Elke oplossing heeft een nieuw probleem in zich", reageerde Fatum laconiek.
"We zullen deze boodschap aan de commandeur overbrengen."
"Doe hem de groeten van mij."
"Je gaat niet mee?"
"Ik ga maar eens een naam voor de nieuwe kolonie verzinnen."
"Je gaat zeker naar de bar?", raadde Hygeia.
"Volgens mij hebben we wel iets te vieren."
"Eerst nog een planeet vinden die geschikt is."
"Pessimist."
Ze keek hem hoofdschuddend na, maar het was een aantrekkelijke gedachte dat er aan deze vlucht eindelijk een einde was gekomen en de zoektocht van start kon gaan. Beter dan wie ook besefte ze dat de mensen behoefte hadden aan goed nieuws. Tegen de meeste verwachtingen in had de gok van de commandeur zijn vruchten afgeworpen. De Cylons zochten op de verkeerde plaatsen naar hen en de mensheid zou spoedig weer een deel van het universum voor zich zelf gaan claimen, zoals in het verleden al vaker het geval was geweest. Het was wel zeker dat de mensen aan boord van de schepen van hun ervaringen zouden leren, maar niemand kon hetzelfde zeggen over de volgende generaties.
Plaats reactie

Terug naar “De Titanic's Dek”