Re: Broken Switch (De RP)
Geplaatst: 30 mar 2011 13:25
“ Zijn er bloemen in de buurt?” Vragend keek Shanara op van het bed.
“Ik wil het water een geur geven.” Verklaarde Miyaki.
Shanara grimaste iets. Bloemblaadjes in het water deed haar aan het paleis denken. Daar gooiden ze haar bad vol met bloeiblaadjes en olieen. Ze werd gek van al die luxe. De geur had altijd iets onnatuurlijks, zo rook het in de wouden nooit en de olieen lieten een vieze vette laag op haar huid achter waar ze nog een uur voor moest schrobben om het eraf te krijgen.
Miyaki wachtte nog op een antwoord en Shanara haalde iets haar schouders op.
“Hmn, dan maar zonder geurtje. Wie gaat mee badderen?’ Even dacht Shanara dat ze de woorden van Miyaki niet goed had verstaan. Vroeg ze nou werkelijk of er iemand mee ging badderen? Nee, bedankt.
Aisha leek er hetzelfde over te denken.
“Doe niet zo gek,’ merkte het verlegen meisje op. Miyaki leek de afwijzing gelijk weer van zich af te schuiven.
“Dan vraag ik een van de jongens wel.”
SHanara schoot overeind van Miyaki’s woorden, maar voor ze een reactie kon geven was ze al verdwenen door de deur. Aisha keek al met even vreemde ogen op.
“Meende ze dat?” Vroeg ze in een zacht stemmetje aan de moordenares. Shanara keek alleen maar hoofdschuddend naar de plek waar Miyaki naar toe was verdwenen.
“Ik mag hopen van niet, anders ben ik van deze kamer af.” Ze walgde ervan hoe sommige mensen tegenover seks stonden. Al snel werd haar walging door iets anders vervangen. Wat nou als Finnin mee terug kwam? Cain was nog buiten westen, dus... Ze moest er niet aandenken wat ze zou doen als hij de kamer in zou komen lopen.
Het duurde niet lang voor Cain de kamer in kwam lopen. Wat opgelucht haalde ze adem. Hij negeerde haar volledig, ook al bestuurde Shanara hem intens. Op de een of andere manier leek de jongen genezen te zijn. Hoe kon dat? Zonder ook maar een woord tegen hen twee te spreken verdween hij de badkamer in. Miyaki stond ook op het punt naar binnen te gaan. Maar er leek wat te zijn, iets vreemds. Het drukte zwaar op Shanara haar longen. Miyaki had het net zo goed door en had haar gezicht al naar een kale muur gedraaid. Shanara volgde het voorbeeld. Haar ogen groeiden groter toen de lucht vanuit het niets begon te trillen en vonken rondschoten. Haar pupillen krompen tot kleine spleetjes toen de vonken in een helder blauw licht omsloegen en langzaam zelfs een paarse variatie leken aan te nemen.
Haar mond ging open om iets te zeggen, maar ze wist er geen woord uit te brengen. Het gele bol verscheen door het ding. Langzaam nam het voor aan van een persoon. Een persoon met bloedrode ogen. De persoon gaf een griezelige verschijning. Het deed haar denken aan een lijk, bedenkt onder tatoeages.
“Kunoichi! Hier zit je dus.” De duistere stem was volledig op Miyaki gericht. De meester riep, en nu kreeg ik op mijn kop omdat jij weg was! Laat je niet als een slappeling ontvoeren! Hij heeft een portaal voor ons geopend. Kom!”
De man liet er geen gras over groeien en stapte naar Miyaki toe. In een snelle vloeiende beweging tilde hij haar over haar schouder en trok Miyaki her portaal door. Aisha en Shanara konden alleen in schok toe kijken hoe alles weer rustig werd alsof er niet gebeurd was. Binnen een seconde wist Shanara zich te herstellen. Ze vloekte terwijl ze overeind sprong. In drie passen was ze bij de muur en drukte haar handen ertegen aan. Niets. Het was echt alsof er helemaal niets gebeurd was. Alsof er net niet een of andere vreemde man had gestaan en dat Miyaki niet in dat vreemde portaal was weggetrokken.
Met grote passen stampte ze naar de badkamer deur en bonkte er hard op.
“Cain, uit het bad nu! Miyaki is weg.”
Ze keerde zich naar Aisha die nog steeds grote ogen had.
“Leg alles aan Cain uit, ik ga naar Finnin toe.”
Snel rende ze weer de kamer uit naar die van de jongens. Deze kamer was al verduisterd. Haar oog viel al snel op het opgebolde dekbed.
“Finnin,” Sprak ze rustig. Geen reactie. Hij was nog diep in slaap
Ze liep naar zijn bed en schudde wat aan zijn schouder.
“Finnin, wakker worden.”
Met een kreun draaide de man zich naar haar toe.
“Miyaki is weg.”
“Ik wil het water een geur geven.” Verklaarde Miyaki.
Shanara grimaste iets. Bloemblaadjes in het water deed haar aan het paleis denken. Daar gooiden ze haar bad vol met bloeiblaadjes en olieen. Ze werd gek van al die luxe. De geur had altijd iets onnatuurlijks, zo rook het in de wouden nooit en de olieen lieten een vieze vette laag op haar huid achter waar ze nog een uur voor moest schrobben om het eraf te krijgen.
Miyaki wachtte nog op een antwoord en Shanara haalde iets haar schouders op.
“Hmn, dan maar zonder geurtje. Wie gaat mee badderen?’ Even dacht Shanara dat ze de woorden van Miyaki niet goed had verstaan. Vroeg ze nou werkelijk of er iemand mee ging badderen? Nee, bedankt.
Aisha leek er hetzelfde over te denken.
“Doe niet zo gek,’ merkte het verlegen meisje op. Miyaki leek de afwijzing gelijk weer van zich af te schuiven.
“Dan vraag ik een van de jongens wel.”
SHanara schoot overeind van Miyaki’s woorden, maar voor ze een reactie kon geven was ze al verdwenen door de deur. Aisha keek al met even vreemde ogen op.
“Meende ze dat?” Vroeg ze in een zacht stemmetje aan de moordenares. Shanara keek alleen maar hoofdschuddend naar de plek waar Miyaki naar toe was verdwenen.
“Ik mag hopen van niet, anders ben ik van deze kamer af.” Ze walgde ervan hoe sommige mensen tegenover seks stonden. Al snel werd haar walging door iets anders vervangen. Wat nou als Finnin mee terug kwam? Cain was nog buiten westen, dus... Ze moest er niet aandenken wat ze zou doen als hij de kamer in zou komen lopen.
Het duurde niet lang voor Cain de kamer in kwam lopen. Wat opgelucht haalde ze adem. Hij negeerde haar volledig, ook al bestuurde Shanara hem intens. Op de een of andere manier leek de jongen genezen te zijn. Hoe kon dat? Zonder ook maar een woord tegen hen twee te spreken verdween hij de badkamer in. Miyaki stond ook op het punt naar binnen te gaan. Maar er leek wat te zijn, iets vreemds. Het drukte zwaar op Shanara haar longen. Miyaki had het net zo goed door en had haar gezicht al naar een kale muur gedraaid. Shanara volgde het voorbeeld. Haar ogen groeiden groter toen de lucht vanuit het niets begon te trillen en vonken rondschoten. Haar pupillen krompen tot kleine spleetjes toen de vonken in een helder blauw licht omsloegen en langzaam zelfs een paarse variatie leken aan te nemen.
Haar mond ging open om iets te zeggen, maar ze wist er geen woord uit te brengen. Het gele bol verscheen door het ding. Langzaam nam het voor aan van een persoon. Een persoon met bloedrode ogen. De persoon gaf een griezelige verschijning. Het deed haar denken aan een lijk, bedenkt onder tatoeages.
“Kunoichi! Hier zit je dus.” De duistere stem was volledig op Miyaki gericht. De meester riep, en nu kreeg ik op mijn kop omdat jij weg was! Laat je niet als een slappeling ontvoeren! Hij heeft een portaal voor ons geopend. Kom!”
De man liet er geen gras over groeien en stapte naar Miyaki toe. In een snelle vloeiende beweging tilde hij haar over haar schouder en trok Miyaki her portaal door. Aisha en Shanara konden alleen in schok toe kijken hoe alles weer rustig werd alsof er niet gebeurd was. Binnen een seconde wist Shanara zich te herstellen. Ze vloekte terwijl ze overeind sprong. In drie passen was ze bij de muur en drukte haar handen ertegen aan. Niets. Het was echt alsof er helemaal niets gebeurd was. Alsof er net niet een of andere vreemde man had gestaan en dat Miyaki niet in dat vreemde portaal was weggetrokken.
Met grote passen stampte ze naar de badkamer deur en bonkte er hard op.
“Cain, uit het bad nu! Miyaki is weg.”
Ze keerde zich naar Aisha die nog steeds grote ogen had.
“Leg alles aan Cain uit, ik ga naar Finnin toe.”
Snel rende ze weer de kamer uit naar die van de jongens. Deze kamer was al verduisterd. Haar oog viel al snel op het opgebolde dekbed.
“Finnin,” Sprak ze rustig. Geen reactie. Hij was nog diep in slaap
Ze liep naar zijn bed en schudde wat aan zijn schouder.
“Finnin, wakker worden.”
Met een kreun draaide de man zich naar haar toe.
“Miyaki is weg.”