Het einde van de wereld
Geplaatst: 04 okt 2012 15:50
Het begint met een enkele sigarettenpeuk die achteloos over iemands rug wordt gegooid. Helaas valt de peuk op een rondslingerende krant die vlam vat. De krant waait al brandend over het pad tot hij in een dood, uitgedroogd, bosje eindigt. Het bosje vat ook vlam. Naast het bosje staat een boom die onderdeel van een bos is. De bomen vatten één voor één vlam.
Helaas is er op het moment van eerste ontvlammen niemand in de buurt om de ramp te voorkomen.
De bosbrand slaat over op nabijgelegen weilanden en daarna op een groter bos in de buurt.
De aanhoudende droogte was ook geen grote hulp om de ramp te voorkomen.
Zodra het grote bos lekker brand vatten de eerste kleine dorpjes eromheen vlam. Niet lang daarna is de eerste bescheiden stad ook aan de beurt.
De eerste alarmklokken schallen, mensen beginnen in paniek te raken en emmertjes water worden met verenigde krachten aangerukt. Het is allemaal zinloos.
De grote steden beginnen nu ook te branden. De overheidsfunctionarissen beginnen nattigheid te voelen. Blusvliegtuigen worden eindelijk ingeschakeld en er wordt nog een slappe poging gedaan de grote steden te evacueren. Maar er is eigenlijk geen plek waar de mensen heen kunnen.
De allesverzengende vuurzee blijft genadeloos om zich heen slaan. Zeeën waar hij langs komt verdampen in luttele minuten. De regen die daar weer uitkomt, is bij lange na niet genoeg om het vuur te doven. De regen fungeert alleen als welkome verkoeling voor het vuur.
De overheidsfunctionarissen zitten nog veilig in het diepste midden voor zolang het duurt. Eerst gaat het vuur voor de ontwikkelde agro-parken en industriecomplexen. Duizenden hectares landbouwgrond wordt vernietigd.
Als laatste gaat het vuur over op de grootste stad. Hier zitten alle belangrijke mensen van de wereld. De middelbare scholen zijn hier en de fabriek voor de pil. Onmisbaar voor een samenleving. Het vuur heeft daar geen oog voor. Alles gaat genadeloos op in de vlammen.
De hele wereld staat nu in brand. driehonderd dagen en nachten blijft het branden. Hoewel het verschil tussen dag en nacht niet te zien is door het licht van de vlammen.
Langzamerhand worden de vlammen minder. Er is niets meer van de wereld over, alleen nog maar as die vervliegt in de kosmos.
Helaas is er op het moment van eerste ontvlammen niemand in de buurt om de ramp te voorkomen.
De bosbrand slaat over op nabijgelegen weilanden en daarna op een groter bos in de buurt.
De aanhoudende droogte was ook geen grote hulp om de ramp te voorkomen.
Zodra het grote bos lekker brand vatten de eerste kleine dorpjes eromheen vlam. Niet lang daarna is de eerste bescheiden stad ook aan de beurt.
De eerste alarmklokken schallen, mensen beginnen in paniek te raken en emmertjes water worden met verenigde krachten aangerukt. Het is allemaal zinloos.
De grote steden beginnen nu ook te branden. De overheidsfunctionarissen beginnen nattigheid te voelen. Blusvliegtuigen worden eindelijk ingeschakeld en er wordt nog een slappe poging gedaan de grote steden te evacueren. Maar er is eigenlijk geen plek waar de mensen heen kunnen.
De allesverzengende vuurzee blijft genadeloos om zich heen slaan. Zeeën waar hij langs komt verdampen in luttele minuten. De regen die daar weer uitkomt, is bij lange na niet genoeg om het vuur te doven. De regen fungeert alleen als welkome verkoeling voor het vuur.
De overheidsfunctionarissen zitten nog veilig in het diepste midden voor zolang het duurt. Eerst gaat het vuur voor de ontwikkelde agro-parken en industriecomplexen. Duizenden hectares landbouwgrond wordt vernietigd.
Als laatste gaat het vuur over op de grootste stad. Hier zitten alle belangrijke mensen van de wereld. De middelbare scholen zijn hier en de fabriek voor de pil. Onmisbaar voor een samenleving. Het vuur heeft daar geen oog voor. Alles gaat genadeloos op in de vlammen.
De hele wereld staat nu in brand. driehonderd dagen en nachten blijft het branden. Hoewel het verschil tussen dag en nacht niet te zien is door het licht van de vlammen.
Langzamerhand worden de vlammen minder. Er is niets meer van de wereld over, alleen nog maar as die vervliegt in de kosmos.