Wat Als?
Geplaatst: 12 sep 2013 21:50
Beste forumleden,
Op aanraden van een hele goede vriendin, heb ik besloten om een stukje van mijn verhaal hier neer te zetten. Graag wil ik van jullie horen wat jullie ervan vinden.
Voordat ik dit doe, wil ik mezelf even voorstellen, aangezien ik nieuw op het forum ben. Mijn naam is Lizzie McKenzie (is een pseudoniem). Mijn ware identiteit hou ik liever verborgen, omdat dit verhaal semiautobiografisch is. Verder ben ik sinds jaar en dag bezig met schrijven. Het is echt mijn lust en mijn leven.
Ik zal niet teveel over mezelf vertellen, want jullie komen hier tenslotte om te lezen. Ik hoop dat jullie het wat vinden.
Groetjes
Hoofdstuk 1
Maandagochtend, kwart voor acht. Geduldig stond ik voor de koffiezetautomaat, wachtend tot mijn mok werd gevuld met heerlijk, dampende thee. Nog half in slaap probeerde ik de vermoeidheid van het afgelopen weekend weg te gapen. Wat verveeld keek ik uit het raam, rechtstreeks op het kantoor van de naaste bedrijfsburen. Zo vroeg in de ochtend had ik nog wel eens opstartproblemen. In mijn hoofd, niet met mijn auto. Die functioneerde nog prima, al waren de banden niet opgewassen tegen de hevige sneeuwval van de afgelopen dagen.
Leunend tegen de witte kast naast het raam, dacht ik na over mijn leven. Vijf maanden geleden was ik gestart met mijn nieuwe baan als klantenservice medewerkster bij On Telephone, een van de grootste telecomaanbieders van het land. Klantenservice medewerkster was een duur woord voor callcenter trutje, Truus met de koptelefoon of simpelweg dom blondje (al was ik zelf een brunette).
Vier jaar lang had ik gestudeerd aan de universiteit, maar ik was er tot nog toe niet in geslaagd om mijn bachelor-diploma te behalen. Uiteindelijk was ik door financiële problemen gedwongen geweest om naast mijn studie fulltime te gaan werken. Wat ik in eerste instantie als een uitvlucht voor al mijn financiële zorgen had gezien, was geëindigd in een baan zonder toekomstperspectief. Ik functioneerde ver onder mijn eigen niveau en was tig treden gedaald op de sociale ladder.
Toch hield ik oprecht van mijn baan. Ik genoot van de strenge, doch reguliere werktijden, de altijd zeurende klanten aan de telefoon en de chagrijnige collega’s, die elkaar niet het licht in de ogen gunden. Er viel weinig te klagen, gezien de slechte omstandigheden waarin de economie verkeerde.
In gedachten verzonken pakte ik een pakje suiker uit de lade tegenover de koffieautomaat. Natuurlijk had ik me mijn toekomst als klein meisje altijd anders voorgesteld. Ik wilde chirurg worden, carrière maken, trouwen met een beroemde, rijke man en zes kinderen krijgen.
Helaas was dat allemaal net iets anders gelopen. In plaats daarvan studeerde ik nu criminologie (omdat ik mijn ouders graag dwars wilde zitten), was ik nog steeds ongehuwd en kinderloos en het werk dat ik deed, kon niet worden geschaard onder het kopje ‘carrière maken’. Mijn bestaan viel het beste samen te vatten in één woord: mislukt.
Ik wilde echter niet opgeven, dat ging tegen al mijn principes in. Persoonlijk vond ik dat je altijd moest blijven vechten voor je dromen. Opgeven stond niet in mijn vocabulaire. Daarom vocht ik iedere dag voor het enige dat ik als het meest belangrijke in mijn leven zag: een bestseller schrijven.
Ik hield van het schrijven, van de stille en eenzame momenten die ik kon doorbrengen met mijn laptop en een word-document, opgevuld met allerlei woorden en zinnen, die tezamen een verhaal vormden. Ik hield ervan om mijn fantasie de vrije loop te laten, om te dromen over een wereld die niet bestond. De werkelijkheid maakte mij half niet zo gelukkig als mijn eigen fantasiewereld, waarin ik echt mezelf kon uitleven. Ik droomde en schreef over mijn dromen, heerlijk zwijmelend over prachtige liefdesscenario’s en intrigerende affaires.
Ondanks dat ik erg gesteld was op de momenten dat ik alleen door kon brengen met mijn schrijfwerk, was ik ook ontzettend sociaal ingesteld. Ik kon met bijna iedereen wel overweg en noemde mezelf een kameleon, omdat ik me snel aan verschillende situaties wist aan te passen. Converseren met anderen was geen probleem voor mij. Zolang ik een respons kreeg, kon ik een gesprek op gang houden. Als ik iemand expres doodzweeg, kon dat maar twee redenen hebben: of ik mocht diegene absoluut niet of ik mocht diegene juist iets teveel.
Aan de ene kant besteedde ik geen aandacht aan mensen die ik niet mocht, dat vond ik zonde van mijn tijd en energie. Waarom zou ik mezelf vermoeien met een gesprek met iemand, die geen toegevoegde waarde aan mijn leven hadden?
Aan de andere kant klapte ik dicht tegen de mensen die ik juist heel er mocht, zoals mannen waar ik me tot aangetrokken voelde. Als ik een jongen/man/aardbewoner echt leuk vond, sloeg ik spontaan dicht. Hierdoor was ik ontzettend ongelukkig in het land der liefde.
Om de onzekerheid over mijn eigen liefdesperikelen te maskeren, probeerde ik een indruk van totale perfectie op anderen achter te laten. Mijn haar zat altijd goed, mijn kleren zaten als gegoten en de make-up, die ik iedere ochtend met de grootste zorgvuldigheid van de wereld aanbracht, maakte het plaatje compleet.
Maar niet alleen mijn uiterlijk straalde perfectie uit. Ik was ook nog eens slim (werd bevestigd door mijn IQ-score, die ver boven het gemiddelde lag) en had een enorme doorzettingsvermogen. Ik studeerde, werkte veertig uur per week en had een contract voor mijn tweede boek al in de pocket. Ik sliep maar vijf uurtjes per nacht, omdat ik zoveel mogelijk tijd wilde besteden aan alle belangrijke zaken in mijn leven. Mijn werkprestaties waren ongeëvenaard, mijn tentamencijfers kenden hun weerga niet en ik was er heilig van overtuigd dat mijn volgende boek een bestseller zou worden.
Ik leek perfect, maar dat was ik zeker niet. Achter mijn zelfverzekerde uitstraling ging een wereld van onzekerheid schuil. Ik probeerde perfect op anderen over te komen, omdat ik vooral mijn eenzaamheid wilde verdoezelen. Mijn leven lang was ik al op zoek naar de ware liefde, die ik klaarblijkelijk nergens kon vinden. Natuurlijk had ik de nodige relaties achter de rug, maar deze stelden allemaal niets voor in vergelijking met wat ik echt wilde. Ik was op zoek naar warmte en geborgenheid, een schouder om op te huilen en te steunen. Maar dat leek mij niet te zijn gegund. In plaats daarvan trof ik altijd de verkeerde mannen op mijn pad: mannen die mij leuk vonden voor een avondje seks, mannen die mij zagen als een trofee om mee te pronken en mannen die ik leuk vond, maar die geen interesse in mij hadden.
In mijn zoektocht naar de perfecte partner, die ook nog eens voldeed aan al mijn eisen, was ik geëindigd met een drietal kwelgeesten.
Op aanraden van een hele goede vriendin, heb ik besloten om een stukje van mijn verhaal hier neer te zetten. Graag wil ik van jullie horen wat jullie ervan vinden.
Voordat ik dit doe, wil ik mezelf even voorstellen, aangezien ik nieuw op het forum ben. Mijn naam is Lizzie McKenzie (is een pseudoniem). Mijn ware identiteit hou ik liever verborgen, omdat dit verhaal semiautobiografisch is. Verder ben ik sinds jaar en dag bezig met schrijven. Het is echt mijn lust en mijn leven.
Ik zal niet teveel over mezelf vertellen, want jullie komen hier tenslotte om te lezen. Ik hoop dat jullie het wat vinden.
Groetjes
Hoofdstuk 1
Maandagochtend, kwart voor acht. Geduldig stond ik voor de koffiezetautomaat, wachtend tot mijn mok werd gevuld met heerlijk, dampende thee. Nog half in slaap probeerde ik de vermoeidheid van het afgelopen weekend weg te gapen. Wat verveeld keek ik uit het raam, rechtstreeks op het kantoor van de naaste bedrijfsburen. Zo vroeg in de ochtend had ik nog wel eens opstartproblemen. In mijn hoofd, niet met mijn auto. Die functioneerde nog prima, al waren de banden niet opgewassen tegen de hevige sneeuwval van de afgelopen dagen.
Leunend tegen de witte kast naast het raam, dacht ik na over mijn leven. Vijf maanden geleden was ik gestart met mijn nieuwe baan als klantenservice medewerkster bij On Telephone, een van de grootste telecomaanbieders van het land. Klantenservice medewerkster was een duur woord voor callcenter trutje, Truus met de koptelefoon of simpelweg dom blondje (al was ik zelf een brunette).
Vier jaar lang had ik gestudeerd aan de universiteit, maar ik was er tot nog toe niet in geslaagd om mijn bachelor-diploma te behalen. Uiteindelijk was ik door financiële problemen gedwongen geweest om naast mijn studie fulltime te gaan werken. Wat ik in eerste instantie als een uitvlucht voor al mijn financiële zorgen had gezien, was geëindigd in een baan zonder toekomstperspectief. Ik functioneerde ver onder mijn eigen niveau en was tig treden gedaald op de sociale ladder.
Toch hield ik oprecht van mijn baan. Ik genoot van de strenge, doch reguliere werktijden, de altijd zeurende klanten aan de telefoon en de chagrijnige collega’s, die elkaar niet het licht in de ogen gunden. Er viel weinig te klagen, gezien de slechte omstandigheden waarin de economie verkeerde.
In gedachten verzonken pakte ik een pakje suiker uit de lade tegenover de koffieautomaat. Natuurlijk had ik me mijn toekomst als klein meisje altijd anders voorgesteld. Ik wilde chirurg worden, carrière maken, trouwen met een beroemde, rijke man en zes kinderen krijgen.
Helaas was dat allemaal net iets anders gelopen. In plaats daarvan studeerde ik nu criminologie (omdat ik mijn ouders graag dwars wilde zitten), was ik nog steeds ongehuwd en kinderloos en het werk dat ik deed, kon niet worden geschaard onder het kopje ‘carrière maken’. Mijn bestaan viel het beste samen te vatten in één woord: mislukt.
Ik wilde echter niet opgeven, dat ging tegen al mijn principes in. Persoonlijk vond ik dat je altijd moest blijven vechten voor je dromen. Opgeven stond niet in mijn vocabulaire. Daarom vocht ik iedere dag voor het enige dat ik als het meest belangrijke in mijn leven zag: een bestseller schrijven.
Ik hield van het schrijven, van de stille en eenzame momenten die ik kon doorbrengen met mijn laptop en een word-document, opgevuld met allerlei woorden en zinnen, die tezamen een verhaal vormden. Ik hield ervan om mijn fantasie de vrije loop te laten, om te dromen over een wereld die niet bestond. De werkelijkheid maakte mij half niet zo gelukkig als mijn eigen fantasiewereld, waarin ik echt mezelf kon uitleven. Ik droomde en schreef over mijn dromen, heerlijk zwijmelend over prachtige liefdesscenario’s en intrigerende affaires.
Ondanks dat ik erg gesteld was op de momenten dat ik alleen door kon brengen met mijn schrijfwerk, was ik ook ontzettend sociaal ingesteld. Ik kon met bijna iedereen wel overweg en noemde mezelf een kameleon, omdat ik me snel aan verschillende situaties wist aan te passen. Converseren met anderen was geen probleem voor mij. Zolang ik een respons kreeg, kon ik een gesprek op gang houden. Als ik iemand expres doodzweeg, kon dat maar twee redenen hebben: of ik mocht diegene absoluut niet of ik mocht diegene juist iets teveel.
Aan de ene kant besteedde ik geen aandacht aan mensen die ik niet mocht, dat vond ik zonde van mijn tijd en energie. Waarom zou ik mezelf vermoeien met een gesprek met iemand, die geen toegevoegde waarde aan mijn leven hadden?
Aan de andere kant klapte ik dicht tegen de mensen die ik juist heel er mocht, zoals mannen waar ik me tot aangetrokken voelde. Als ik een jongen/man/aardbewoner echt leuk vond, sloeg ik spontaan dicht. Hierdoor was ik ontzettend ongelukkig in het land der liefde.
Om de onzekerheid over mijn eigen liefdesperikelen te maskeren, probeerde ik een indruk van totale perfectie op anderen achter te laten. Mijn haar zat altijd goed, mijn kleren zaten als gegoten en de make-up, die ik iedere ochtend met de grootste zorgvuldigheid van de wereld aanbracht, maakte het plaatje compleet.
Maar niet alleen mijn uiterlijk straalde perfectie uit. Ik was ook nog eens slim (werd bevestigd door mijn IQ-score, die ver boven het gemiddelde lag) en had een enorme doorzettingsvermogen. Ik studeerde, werkte veertig uur per week en had een contract voor mijn tweede boek al in de pocket. Ik sliep maar vijf uurtjes per nacht, omdat ik zoveel mogelijk tijd wilde besteden aan alle belangrijke zaken in mijn leven. Mijn werkprestaties waren ongeëvenaard, mijn tentamencijfers kenden hun weerga niet en ik was er heilig van overtuigd dat mijn volgende boek een bestseller zou worden.
Ik leek perfect, maar dat was ik zeker niet. Achter mijn zelfverzekerde uitstraling ging een wereld van onzekerheid schuil. Ik probeerde perfect op anderen over te komen, omdat ik vooral mijn eenzaamheid wilde verdoezelen. Mijn leven lang was ik al op zoek naar de ware liefde, die ik klaarblijkelijk nergens kon vinden. Natuurlijk had ik de nodige relaties achter de rug, maar deze stelden allemaal niets voor in vergelijking met wat ik echt wilde. Ik was op zoek naar warmte en geborgenheid, een schouder om op te huilen en te steunen. Maar dat leek mij niet te zijn gegund. In plaats daarvan trof ik altijd de verkeerde mannen op mijn pad: mannen die mij leuk vonden voor een avondje seks, mannen die mij zagen als een trofee om mee te pronken en mannen die ik leuk vond, maar die geen interesse in mij hadden.
In mijn zoektocht naar de perfecte partner, die ook nog eens voldeed aan al mijn eisen, was ik geëindigd met een drietal kwelgeesten.