De hergeboorte van het kwaad

Stap naar binnen en beland in werelden waar alles kan. Het zal je fantasie prikkelen.
Plaats reactie
Hirador
Vulpen
Vulpen
Berichten: 366
Lid geworden op: 12 nov 2013 17:53

H1 Brutonia, hoofdstad Koningsburg, ergens in de oude binnenstad, 1893NT


De voetstappen van de agent klonken hol in de verlaten straten van Koningsburg. De agent bleef even staan toen hij wat hoorde. Even was er twijfel tot een collega de hoek om kwam rennen. 'Deze kant op, snel!' Weer blies hij op zijn fluitje. Direct rende de agent met zijn collega mee. Met de karabijn in zijn handen renden ze samen over de Koningsstraat, waar zich meerdere agenten hadden verzameld. In de verte klonk een onheilspellend geluid. Stenen vlogen in het rond toen een pantserwagen dwars door de muur kwam rijden.
'Wat is dat?!'
'Weet ik veel, maar het is zeker niet één van ons.' Uit pure wanhoop begonnen de agenten te schieten, maar de kogels ketsten af op de stalen buitenkant. Een kleine loop aan de zijkant draaide hun kant op en opende het vuur. Een granaat kwam midden tussen de agenten en explodeerde, waardoor ze werden weggeblazen De weinige overlevenden kwamen overeind en zetten de achtervolging in. Met enkele schoten werd de voorgevel van het Nationale Museum van Brutonia aan flarden geschoten. De zware rupsbanden lieten een spoor van vernieling na toen de pantserwagen de trap voor het museum opreed. Bewakers keken met grote ogen naar het stalen gevaarte dat zich een weg baande door het puin. Mannen achter zware mitrailleurs openden zonder aarzeling het vuur. Kogels vlogen in het rond en doorboorden de bewakers. Bloed spatte alle kanten op. Vitrines werden aan flarden geschoten en kunstwerken werden kapot geschoten.  Een zijdeur van de pantserwagen wagen vloog open en een aantal mannen gekleed in grijze Brundenwaldse uniformen kwamen naar buiten. Ze verdwenen in de gangen van het museum om niet veel later terug te komen met een grote kist. Toegesnelde agenten omsingelden het museum maar konden weinig aanrichten. Na enkele salvo’s van de kanonnen aan de zijkant van het voertuig, hielden de agenten afstand. De pantserwagen reed achteruit de trap af, een donkere rookpluim uitbrakend, en draaide om zijn as. In volle vaart reed het van het plein af, een zijstraat in, gevolgd door een menigte agenten. Voorbij een uitstekend muurtje hield de pantserwagen in en opende weer het vuur. Ramen sneuvelden, muren stortten in. Bloed van agenten kleefde overal aan de muren. Onder dekking van de uitstekende muur ging de zijdeur van de pantserwagen open. Twee mannen achter de muur pakten de kist over uit de tank en verdwenen in een kelder. Direct reed de pantserwagen weer verder om verderop richting de Bank van Brutonia te rijden. Met enkele salvo’s werd de voorgevel neergehaald. Als een stormram boorde de pantserwagen zich naar binnen. Bewakers werden geplet onder de rupsbanden of aan flarden geschoten. Met een nieuwe serie salvo’s stortte de muur van de kluis in. Snel werd er zoveel mogelijk goud ingeladen terwijl de agenten op afstand werden gehouden. Via een zijmuur boorde de pantserwagen zich een weg naar buiten. Enkele agenten doken te laat weg en werden vermorzeld onder de pantserwagen. Een bloederige hoop vlees was het enige wat van hem over was. De pantserwagen reed met zijn nieuwe kleur richting de haven en liet een rood spoor achter. Met veel geweld stortte de Koningsbrug, die één van de vele bruggen was die de stad met het havenkwartier verbond, in. Met een grote klap stortte de pantserwagen in de rivier. Water stroomde door alle gaten naar binnen en binnen de kortste keren was de pantserwagen gevuld met water. De eerste Brundenwalders die uit de pantserwagen probeerden de te komen werden neer geschoten. Toen stortte het laatste deel van de brug in en blokkeerde de laatste uitgang. Terwijl de rivier rood kleurde verdronken de laatste Brundenwalders.
Laatst gewijzigd door Hirador op 10 jun 2014 23:19, 1 keer totaal gewijzigd.
glenovic
Fijnschrijver
Fijnschrijver
Berichten: 667
Lid geworden op: 18 aug 2012 00:32
Locatie: Rotterdam

Bloederig begin van je verhaal. Is dit trouwens je nieuwe verhaal waar ik je over in de chatbox zag praten?

Heb er verder nog niets op aan te merken behalve dat je panzerwagen gebruikt. Panzer is afgeleid van de Duitse Panzerkampfwagen oftewel de Panzer tank. Refereer jij hier aan die tank of bedoel je een pantservoertuig?
My ego is to big for a conversation so thats the reason I write because writing is the best way to talk without being interrupted.
Hirador
Vulpen
Vulpen
Berichten: 366
Lid geworden op: 12 nov 2013 17:53

Het glenn leuk dat je reageert weer.

Die pantserwagen heet zo omdat ze in Brundenwald de S uitspreken als Z. Net zoal ze in Hanalee een land naast Brundenwald de a uitspreken als u en twee a's als eu
Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor
Hirador
Vulpen
Vulpen
Berichten: 366
Lid geworden op: 12 nov 2013 17:53

Brutonia, hoofdstad Koningsburg, hoofdkwartier brutoniaanse geheimedienst de BGD.

De voetstappen van Beckin klonken dof op het zachte tapijt. Even haalde hij adem en klopte  aan bij deur aan het eind van de gang. Na geen gehoor te krijgen stapte hij naar binnen. De zitkamer was leeg en daarom liep Beckin naar de slaapkamer waar hij zijn chef Wallington in bed zag liggen. Voorzichtig schudde hij hem wakker. Even mompelde hij wat voor hij overeind ging zitten. Met één hand trok hij zijn ooglapje voor zijn ogen weg en greep naar zijn bril op het nachtkastje.
'Beckin, wat doe jij hier zo laat?'
SirEerder vroeg Sir, ik heb slecht nieuws.'
'Wat dan?'
Beckin gaf hem een klein dossier en zei 'De Bank van Brutonia is overvallen.'
'Pardon?'
'De bank van Brutonia is overvallen Sir, Eerst zijn ze het Nationaal Museum binnen gevallen maar ze hadden zich blijkbaar vergist. Er is niks verdwenen uit de collectie voor zover we weten. De dieven zijn niet ver gekomen, ze zijn met hun pantserwagen of hoe je dat gevaarte noemt na hun roof in de Thems gestort.'
'Gestort?'
'Ja, de Koningsbrug begaf het onder het gewicht van dat stalen monster. Meer dan vijfenvijftig agenten zijn dood of gewond. Maar dat is niet het ergste.' Beckin zuchtte even.  'De dieven droegen Brundenwaldse uniformen.'
'Wat?! echt waar?!'
Beckin knikte slechts enkel. Met een bruuske beweging sloeg Wallington de dekens van zich af en stapte uit bed.
'Als dit waar is kan dit ernstige gevolgen hebben. Brutonia zit nu niet te wachten op oorlog met Brundenwald. De wapenwedloop is al moeilijk genoeg. Dit zou ongetwijfeld kunnen leiden tot een allesvernietigende oorlog die zich niet alleen tussen ons en Brundenwald zal afspelen.'
'Een wereldoorlog?'
'Ja mijn beste Beckin. Weet de koning hier al van?'
'Nee, nog niet.'
'Dan moet ik er direct naar toe. Zit hij nog hij nog steeds op Battinghall?'
'Ja, ik ben zo vrij geweest om al vervoer te regelen. Een trein staat gereed en een auto voor naar het station word nu klaar gemaakt.'
'Wat zou ik toch zonder je moeten Beckin.'
'Niks Sir, niks.' Zei Beckin grijnzend.’
Wallington deed voor de spiegel zijn stropdas goed waarna Beckin zijn colbert aan gaf. Vanaf de kapstok pakte hij zijn bolhoed. Beckin hielp hem met zijn jas en sjaal. Wallington trok zijn jas dicht. Het leek hem alsof het nu wat kouder was geworden in de slaapkamer. Met de wandelstok in zijn hand liep hij naar buiten. Een agent hield de deur van de auto open voor Wallington. Onder begeleiding van zes agenten te paard vertrok het gezelschap richting het station.

Al puffend en hijgend stond de korte trein gereed op platform 1. Enkele agenten van de geheime dienst hielden de wacht. Ze salueerden waarna Wallington een extra rapport kreeg. Daarna stapten ze allemaal in de trein. Verderop verschoof het sein op veilig waarna de trein begonte rijden. Al puffend en hijgend maakte de trein snelheid. Dikke zwarte rook kwam uit de schoorsteen terwijl cilinders zweetten. Luid klonk de fluit toen ze langs het seinhuis kwamen. Via een lange boog kwamen ze op de verhoogde spoorlijn door de stad. Een grote brug met vier sporen liep vanaf het centraal station dwars door de stad richting het noorden en het zuiden. Het centrale station van Koningsburg lag aan het begin van de Koningstraat die tot aan de kade aan de haven liep. Al snel was de trein op snelheid en stoomde richting het noorden. Ze passeerden onderweg enkele baanwachters die de spoorbomen bewaakten. Zo reden ze de ochtend tegemoet.

In de vroege ochtend minderde de trein vaart en wisselde van spoor. Via een boog kwamen ze op een apart spoor. Zachtjes reden ze tot aan een controlepost van het leger. Militairen met speurhonden liepen snel langs de trein om vervolgens door de gang langs de coupés te lopen. Met zaklampen werden de onderkanten van de rijtuigen gecontroleerd waarna een handvol soldaten aan boord bleef. Een groot ijzeren hek werd open geschoven zodat de trein zijn weg kon vervolgen.
'Sorry voor het ongemak Sir, maar sinds de laatste aanslag van de Elfen en met de huidige opstand zijn we op onze hoede.'
'Natuurlijk kapitein, ik begrijp het volkomen', zei Wallington.
Over een enkel spoor reed de trein het landgoed van Halling op. Langzaam zakte het spoor dieper het landschap in tot ze verdween in een tunnel. Via een korte tunnel kwamen ze in een ondergronds station dat ruimte bood aan een aantal treinen. Langs het grote platform stond de koninklijke trein opgesteld. Een nachtstoker stak zijn hoofd uit het raam van de stoomlocomotief van de koninklijke trein om de nieuwkomers te zien. De koninklijke trein werd altijd onder stoom gehouden zodat alsde koning onverwachts weg zou moeten de trein altijd gereed was. Wallington was hier wel vaker geweest en liep direct het ondergrondse station uit gevolgd door zijn mannen. Via een lange grauwe ondergrondse gang,  die enkel was verlicht met zwakke lampen aan het plafond,kwamen ze onder in de centrale lobby uit. Deuren die rijkelijk versiert waren versperden de weg tot twee lakeien ze open deden. Via een ronde trap kwamen ze op de begane grond. De adjudant van de koning kwam toegesneld met een bezorgde blik.
'Wallington wat brengt jou hier op dit uur?'
'Een zaak van groots staatsbelang.'
'Toch niet ernstig?'
'Nee, ernstig is nog zacht uitgedrukt. Is zijne majesteit de koning al op?'
'Ja, op dit moment geniet hij van zijn ochtendbad. Ik zal u begeleiden naar de theekamer. Zodra zijne majesteit klaar is zal ik hem verwittigen van u komst.'
'Graag.'
Laatst gewijzigd door Hirador op 10 jun 2014 23:22, 1 keer totaal gewijzigd.
Hirador
Vulpen
Vulpen
Berichten: 366
Lid geworden op: 12 nov 2013 17:53

De thee was wat sterk uitgevallen maar dat stoorde Wallington niet. Hij kon wel een opkikker gebruiken. Vanaf zijn stoel keek hij de kamer rond. Ook al kende hij de kamer goed, er was altijd wel wat nieuws te zien. Overal stonden prullaria die de koning verzamelde op zijn vele reizen. Soms vroegen burgers zich wel eens af of de koning wel eens thuis was. De immer reizende vorst werd hij ook wel genoemd. Wallington veegde de koek kruimels van zijn buik en keek door het venster naar buiten. Daar zag hij de prinses die bezig was met paardrijden. Een kleine glimlach verscheen op zijn gezicht.
'Zit je weer te gluren maar mijn dochter ouwe viespeuk? Ik zou je moeten castreren.'
Wallington schoot overeind en liet van schrik zijn thee vallen.
'Majesteit,  majesteit het spijt me ik wilde nie....' Met moeite kon hij de pijn weerstaan van de hete thee op zijn broek.
'Ja, ja, als het kon stak je hem er maar al te graag in hè?'
Wallington kleurde nu helemaal rood, hij was het ordinaire taalgebruik van de koning wel gewend maar dit ging toch weer een stapje verder.
Koning Willem de Tweede lachte hard. 'Je had je gezicht moeten zien, mijn oude kameraad. Kom vertel, wat brengt je hier?'
Opgelucht haalde Wallington adem. Je wist maar nooit met de koning. In het kort lichtte hij de Koning in. De koning leunde achterover in zijn stoel en at zijn koekje in één keer op. Aan de manier van kauwen kon Wallington opmaken dat de koning niet blij was met de situatie.
'Weten we zeker dat ze Brundenwalds waren?' zei de koning met volle mond.
'Uit alles blijkt dat, Majesteit.'
'Dit is niks voor mijn neef, de keizer van Brundenwald. Ja, hij is jaloers op het Brutoniaanse rijk. maar dit. We zijn al in een wapenwedloop met elkaar, maar mijn marine is en blijft het grootst hoe hard hij zijn best ook doet. Ik wil dat je dit tot op de bodem uitzoekt Wallington. Als dit het begin is van een reeks aanvallen, dan moeten we het voor zijn.'
'Natuurlijk Majesteit. Ik heb hier een uitstekend persoon voor in gedachten.'
'Wie dan, als ik zo vrij mag zijn.'
'Maar natuurlijk hoogheid, een leraar genaamd Sean Cannery uit Nallingham. Naja leraar hij is eigenlijk professor.'
De koning verslikte zich bijna in zijn tweede koekje en keek met ongeloof naar Wallington. 'Een leraar? Wat wil hij doen, de keizer naar de gang sturen?' zei de koning, lachend om zijn eigen grapje.
'Nee, nee, Majesteit,' lachte Wallington, 'deze man is uitermate geschikt voor deze klus.'
'Waarom, wat kan een leraar nou doen?'
'Deze man is niet alleen professor maar ook ere kolonel in uw eigen garde. tevens is hij eerste luitenant in het reserve korps mariniers. verder heeft hij twee jaar fulltime voor de marine gewerkt, heeft Brundenwaldse familie en heeft vaker voor de geheimedienst gewerkt. Verder is hij bekend met vele wapens en is hij een man van de wereld en misschien nog wel het mooiste van alles. Hij is voorzover ons bekend is, de laatste die de kunst van de magie meester is.'
'Hmm, ik vertrouw je op je woorden Wallington. Je hebt jezelf al vaak genoeg bewezen. Ik zal hem een vrijbrief geven om alles te kunnen wat hij nodig acht voor de staat.'
'Graag Majesteit.'
De koning trok aan een kort en al snel kwam er een adjudant de kamer binnen gelopen. Na een diepe buiging zei hij: 'U had geroepen Majesteit?'
'Ja, roep voor morgenochtend de militaire raad bijeen en voor morgenmiddag het parlement, voor een spoedvergadering. Als de krant informatie vraagt vertel dan alleen dat het parlement morgen bijeen komt om te praten over de situatie.'
'Ja majesteit, maar welke situatie hoogheid?'
'Ik licht je straks wel verder in en anders de krant,want het wordt wereldnieuws.'
De adjudant maakte weer een buiging en liep achteruit de kamer uit. Wallington stond op en maakte een buiging. 'Excuseert u mij majesteit maar ik zou graag blijven voor het diner maar de plicht roept.'
'Wat jammer nou, ik had je graag aan mijn dochter voorgesteld,' zei de koning, 'stel me niet teleur Wallington ik zit niet op een oorlog te wachten maar als het moet dan trekken we moedig ten strijde.'
'Laten we hopen dat het zover niet zal komen Majesteit.'
'Absoluut, we staan aan de rand van een nieuw tijdperk die al onze verwachtingen zal overtreffen. Maar zullen onze heren de Admiraals en generaals om kunnen gaan met de nieuwe technieken. Ja, de wapens zijn modern maar de tactieken zijn verouderd. Ik hou mijn hart vast Wallington, als de oorlog uitbreekt zal ik meer vrouwen weduwe maken dan al mijn voorgangers.' De koning zuchtte weer en keek door het raam naar buiten. Daar reed zijn dochter net weg op haar paard, de golvende heuvels van het landgoed in.
'Zover mag het niet komen majesteit.' Met die woorden nam Wallington afscheid en liet de koning, die was verzonken in zijn gedachten, achter. Hij prees zich gelukkig dat hij die zware last niet hoefde te dragen. Ook al bezat Brutonia een door het volk gekozen parlement en prime minister, de werkelijke macht lag nog altijd bij de koning. De koninklijke familie bezat vele bedrijven door het land en kon indien nodig via die weg  ook nog druk uitvoeren op de regering. Maar de zin ‘dit is een koninklijk besluit’ was altijd voldoende. Het maakte voor de gewone burger ook niets uit, ze waren content met hun koning die een man van het volk was. Zijn ordinaire taalgebruik konden de burgers wel waarderen, maar de rijkere adel en edelen totaal niet. Het was de Koning in zijn twintig jaar van heerschappij altijd gelukt de juiste balans te vinden.

Even slipten de grote wielen van de stoomlocomotief door maar toen kwam de trein in beweging. Langzaam maakte hij meer snelheid en reed na de militaire wachtpost weer verder naar het noorden langs vele kleine dorpjes omgeven door golvende groene heuvels vol met schapen.
Laatst gewijzigd door Hirador op 10 jun 2014 23:23, 1 keer totaal gewijzigd.
Hirador
Vulpen
Vulpen
Berichten: 366
Lid geworden op: 12 nov 2013 17:53

Al puffend kwam de trein tot stilstand op een zijspoor net voorbij het stationsgebouw. Wallington zijn telegram was voor hem uitgegaan en had de nodige voorbereidingen reeds getroffen. Een koets stond gereed langs het spoor en de koetsier keek op toen de trein tot stilstand kwam. Wallington haalde diep adem in de deur opening alvorens hij uitstapte. De frisse lucht van de ijzeren bergen vulde zijn longen. Met een simpele fruitkist die onder het trapje vam het rijtuig stond stapte Wallington uit. In de verte stak de oude burcht van Nallingham boven de stad uit. Daarachter in de Nallinghamse bossen lag de universiteit van Nallingham. Leerlingen van het noorden van het land en de kanaal eilanden die tussen de grootste eilanden lag kwamen hier heen. Het was druk maar toch gezellig in de straten toen de koets de stad binnen reed. Onder politiebegeleiding reden ze door de hoofdstraat. Vele kleine winkeltjes zaten onder luxe appartementen in het centrum van de stad. Ten midden van dat alles zocht de paarden tram zijn weg. Trots wapperde de brutoniaanse vlag met de draak in het midden op het stadhuis. Kinderen renden al spelend langs de koets en verdwenen in de steegjes. De kar hobbelde zachtjes op de keien. Het duurde voor Wallington een eeuwigheid alvorens ze eindelijk de buitenwijken achter zich lieten. Nallingham was een van de grotere steden van Brutonia. De wereldberoemde vliegende Brutonier stopte er zelfs. Menig brutoniaanse droomde ervan om in de luxe trein van het uiterste noordelijke punt naar de hoofstad te reizen. De zwart creme gekleurde trein sprak tot ieders verbeelding. De koets reed door het buiten hek van de universiteit die werd bewaakt door wachters. Het hek ging dicht zodra de nacht haar deken uitstrekte over het land. De grote bossen waren huis van wezens die de moedigste soldast nog deed beven. Gelukkig werden ze zelden gezien zodat menig persoon er niet meer in geloofde. Maar de universiteit nam geen enkel risico en bewaakte hun landgoed uitstekend.

Brutonia, Nallingham, universiteit van Nallingham, 1893NT

'Wie weet wat er door het hoofd van McReily heen ging jongens. Hij zocht slechts enkel een kortere route dan de bekende routes. Daar zat hij op het dek van zijn schip, turend naar de horizon. Die zwarte lijn in de verte was dat, nee hij durfde het niet te geloven. Maar elke dag werd die lijn dikker tot hij het woord land durfde te fluisteren, land, volmaakte schoonheid. Daar ontdekte hij een nieuw wereld deel. Een paradijs, de hemel op aarde zoals hij het zij.'
De leerlingen en vooral het vrouwelijke gedeelte lag aan de lippen van Proffesor Cannery.
'En zo ondekte we de nieuwe wereld, het continent Terra en daarna Oceania met haar vele duizenden eilanden. McReily snapte de ernst van de situatie en stichte daar nieuw Willemsburg.'
'Gelooft u Professor dat het een juiste keuze was om Terra te koloniseren?' Vroeg een leerling.
Proffer Cannery was totaal uit zijn concentratie gehaald en keek de klas rond wie hem onderbrak.
'Natuurlijk, zie wat we de lokale bewoners hebben gebracht. Cultuur, beschaving.'
'Maar toch ook veel oorlog, is de hele kolonisatie niet de aansteek geweest voor de tweede elfen opstand?'
'Hmm, dat is inderdaad waar, maar als wij het niet hadden gedaan dan was Brundenwald of welk land dan ook ons voor gegaan. Dit zijn dingen die niet tegen te houden zijn. Wij Brutonianen zijn van nature ontdekkers daarnaast zijn vele miljoenen elfen tevreden met de regering. Maar het is fout hem bij hun ras te noemen. Iedereen is gelijk, geen ras is minder dan de andere. Dwergen, mensen en elfen zijn allemaal Brutonianen. De opstandelingen zijn wanhopige elfen die niet mee willen in een veranderende wereld.'
'Zelfs de Drakars?'

Zachtjes werd er op het raam van de deur geklopt. Iedereen keek even naar de deur en zag een man met een bolhoedje staan.
'Dat was het voor vandaag, voor morgen bestuderen jullie pagina 69 van jullie boek. Iedereen sprong overeind en ging naar buiten. De vrouwen lachte naar de jonge Proffesor met zijn 28 lentes oud.
'Ow Alisa, kom zo even naar mijn kantoor.'
Ze knikte en verdween in de menigte die de klas uit ging. Wallington stapte naar binnen en gaf Sean een hand. 'Hoe is het ermee?'
'Prima Patrick, wat brengt jou hier? Nee ik weet het al.' Sean draaide zich en liep richting het raam en tikte onderweg met zijn vinger op de krant. Wallington sloot de deur achter zich en legde zijn stok en hoed op het bureau. Zachtjes streek hij zijn witte haren plat.
'Het rijk heeft je nodig Sean, ik heb je nodig.'
'Je weet mijn antwoord al.'
'Ik had ook niks anders verwacht van je, niemand is zo trots op zijn land als jij.'
'Geloof je dat het Brundenwald is Patrick?'
'Ik weet het niet, het bewijs liegt er niet om Sean. Ik wil dat je het tot de bodem uitzoekt. Hier is een brief van de koning die je overal en tot alles toegang geeft. Ga zo snel mogelijk aan de gang, de koning spreekt vanavond al met zijn militaire staf en morgen met het parlement. We moeten kosten wat kost een oorlog vermijden. Hier is de informatie die ik nu heb. Lees het door en ga dan aan de gang. Ow voordat ik het vergeet hier is je nieuwe penning.'
'Ik pak de trein van 19:00 om vervolgens in Bridlington de nacht trein naar Dablin te pakken.'
'Wat moet je daar?'
'Ik heb de hulp nodig van enkele goede vrienden. Ik ga niet alleen naar het vaste land.'
'Doe wat je nodig acht Sean, ik ben in Koningsburg als je mij zoekt. Het beste ermee Sean.'
'Het beste Patrick Wallington, zodra ik meer weet hoort u het direct. Ik zal mijn vorst niet teleurstellen. Of zoals hij zou zeggen vind die smeerlappen, dat tuig.'
Wallington zette zijn hoed op en knikte nogmaals en liep het lokaal uit. Sean pakte zijn colbertje van de kapstok en daarna zijn aktetas en sloot toen de deur achter zich. via de lange gangen van de universiteit die vol hingen met schilderijen van bekende leraren liep Sean naar zijn kantoor en tevens zijn huis op de universiteit.
savrom
Balpen
Balpen
Berichten: 256
Lid geworden op: 22 apr 2014 19:41

Hee! Ik heb net het eerste stukjes gelezen. Maar er zitten nog wel wat foutjes in qua vergeten de/het/een etc. Als ik vanavond tijd heb, zal ik het even allemaal goed uittypen voor je ;)

Voor de rest ben ik wel benieuwd waar het heen gaat. De namen klinken erg middeleeuws, maar dan hebben ze toch allemaal 'moderne' schietwapens. Dat lees je niet zo vaak in fantasy geloof ik!
Hirador
Vulpen
Vulpen
Berichten: 366
Lid geworden op: 12 nov 2013 17:53

Meestal is fantasy middeleeuws he, maar Brutonia is net zoals Brundenwald al erg oud en beiden erg traditioneel. Maar het speelt zich ook niet helemaal af in de moderne tijd
Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor
savrom
Balpen
Balpen
Berichten: 256
Lid geworden op: 22 apr 2014 19:41

Deel 1:
De agent bleef even staan toen hij wat hoorde, even was er twijfel tot er een collega de hoek om gerend kwam. 'Deze kant op snel.' Weer blies hij op zijn fluitje.
Ik zou het zo doen:
De agent bleef even staan toen hij was hoorde. Even was er twijfel tot er een collega de hoek om kwam gerend.
‘Deze kant op, snel.’
Weer blies hij op zijn fluitje. (Dan de rest van de zinnen)
Direct rende agent met zijn collega mee.
de agent
Stenen vloegen in het rond toen een panzerwagen dwars door de muur kwam rijden.
Hehe…. Vlogen misschien?
'Wat is dat!'
Zou er een vraagteken van maken.
'Weet ik veel maar het is zeker niet één van ons.' Uit pure wanhoop begonnen de agenten te schieten maar de kogels ketste slechts enkel af op de stalen buitenkant.
Ik zou het zo doen:
‘Weet ik niet, maar het is zeker niet van ons!’
Uit pure wanhoop begonnen de agenten te schieten, maar de kogels ketsten af op de stalen buitenkant.
Vitrines werden aan flarden geschoten, kunstwerken werden kapot geschoten.
Ik zou er het woordje en tussen plakken.
Toegesnelde agenten omsingelden het museum maar konden weinig aanrichten.
Bij aanrichten heb ik het idee dat ze het erger gaan maken, maar ik neem aan dat ze het museum willen beschermen?
Met een donkere rookpluim reed de panzerwagen achteruit de trap en draaide om zijn as.
…de trap op…..
In volle vaart reed het van het plein af een zijstraat gevolgd door een menigte agenten.
…een zijstraat in….
Ramen sneuvelden, muren storte in.
Ramen sneuvelden en muren stortten in.
Met twee salvos storte de voorgevel in.
Met twee salvo’s stortte de voorgevel in.
Bewakers werden geplet onder de rupsbanden of aan flarden geschoten. Met een nieuwe serie salvos storte de muur van de kluis in.
Bewakers werden geplet onder rupsbanden of werden aan flarden geschoten. Met een nieuwe serie salvo’s stortte de muur van de kluis is.
Via een zijmuur boorde de panzerwagen zich een weg naar buiten. Enkele agenten doken te laat weg en werden vermorzelt onder de panzerwagen. Een bloederig tafereel was het enige wat van hem over was. De panzerwagen reed met zijn nieuwe kleur richting de haven en liet een rood spoor achter.
3x panzerwagen in opvolgende zinnen.
Met veel geweld storte de Koningsbrug, die één van de vele bruggen was die de stad met het haven kwartier verbond in. Met een grote klap storte de panzerwagen in de rivier. Water stroomde door alle gaten naar binnen, binnen de kortste keren was de panzerwagen gevuld met water. De eerste Brundenwalders die uit de panzerwagen probeerde de te komen werden neer geschoten. Toen storte het laatste deel van de brug in en blokkeerde de laatste uitgang. Terwijl de rivier rood kleurde verdronken de laatste Brundenwalders.
Met veel geweld stortte de Koningsbrug, één van de vele bruggen die de stad met het haven kwartier verbond, in. Met een grote klap stortte de panzerwagen in de rivier. Water stroomde door alle gaten naar binnen en binnen de kortste keren was de panzerwagen gevuld met water. De eerste Brundenwalders die uit de panzerwagen probeerde de te komen, werden neer geschoten. Uiteindelijk stortte het laatste deel van de brug in en blokkeerde de laatste uitgang. Terwijl de rivier rood kleurde, verdronken de laatste Brundenwalders.
savrom
Balpen
Balpen
Berichten: 256
Lid geworden op: 22 apr 2014 19:41

Deel 2:
Ik geef je gewoon wat suggesties. Meestal over hoe ik het zou doen! Sommige dingen zijn dus niet echt fout 
Even haalde hij adem en klopte toen aan bij deur aan het eind van de gang. Na geen gehoor te horen stapte hij naar binnen
Hij haalde even adem en klopte toen op de deur aan het eind van de gang. Na geen gehoor te hebben gekregen, stapte hij naar binnen.
Even mompelde hij wat voor hij overeind ging zitten.

Is niet helemaal duidelijk wie hij is.
'Vroeg eerder Sire, ik heb slecht nieuws.'
Ik moest het een paar keer lezen om te begrijpen dat hij bedoelde dat het vroeg in de ochtend was XD.
‘Eerder vroeg, Sire. Ik heb slecht nieuws.’
Beckin gaf hem een klein dossier en zei: 'De Bank van Brutonia is overvallen.'
'Pardon?'
'De bank van Brutonia is overvallen Sire, eerst zijn ze Het Nationaal Museum binnen gevallen maar ze hadden zich blijkbaar vergist. Er is niks verdwenen uit de collectie zover we weten. De dieven zijn niet ver gekomen, met hun panzerwagen of hoe je dat gevaarte noemt zijn ze na hun roof in de Thems rivier gestort.'
'Gestort?'
'Ja de Koningsbrug begaf het onder het gewicht van dat stalen monster. Meer dan vijfenvijftig agenten zijn dood of gewond. Maar dat is niet het ergste,' Beckin zuchtte even, 'De dieven droegen Brundenwaldse uniformen.'
'Wat, echt waar.'
Beckin gaf hem een klein dossier en vervolgde zijn verhaal. 'De Bank van Brutonia is overvallen.'
'Pardon?'
'De bank van Brutonia is overvallen, Sire. Eerst zijn ze Het Nationaal Museum binnen gevallen, maar ze hadden zich blijkbaar vergist. Er is niks verdwenen uit de collectie zover we weten. De dieven zijn niet ver gekomen. Met hun panzerwagen zijn ze na hun roof in de Thems rivier gestort.'
'Gestort?'
'Ja, de Koningsbrug begaf het onder het gewicht van dat stalen monster. Meer dan vijfenvijftig agenten zijn dood of gewond. Maar dat is niet het ergste,' Beckin zuchtte even, 'De dieven droegen Brundenwaldse uniformen.'
'Dat meen je niet!’
Beckin knikte slechts enkel. Met een beweging sloeg Wallington de dekens van zich af en stapte uit bed.
Slechts en enkel betekenen ongeveer hetzelfde, maar ik zou het gewoon eruit laten.
Beckin knikte. Met een enkele beweging….
'Als dit waar is kan dit ernstige gevolgen hebben, Brutonia zit nu niet te wachten op oorlog met Brundenwald. De wapenwedloop is al moeilijk genoeg. Dit zou ongetwijfeld kunnen leiden tot een alles vernietigende oorlog dat zich niet alleen tussen ons en Brundenwald zal afspelen.'
'Een wereldoorlog?'
'Ja mijn beste Beckin, weet de koning hier al van?'
'Nee nog niet.'
'Dan moet ik er direct naar toe, zit hij nog hij nog steeds op Battinghall?'
'Ja, ik ben zo vrij geweest om al vervoer te regelen. Een trein staat gereed en een koets voor naar het station word nu klaar gemaakt.'
'Wat zou ik toch zonder je moeten Beckin.'
'Niks Sire, niks.' Zei Beckin grijzend
Wallington deed zijn stropdas goed voor de spiegel waarna Beckin zijn colbertje aan gaf. Vanaf de kapstok pakte hij zijn bolhoed, Beckin hielp hem met de jas en sjaal. Wallington trok zijn jas dicht, het leek hem alsof het wat kouder was geworden in de slaapkamer. Met de wandelstok in de hand liep hij naar buiten. Een agent hield de deur van de koets open voor Wallington. Onder begeleiding van zes agenten te paard vertrok het gezelschap richting het station.
'Als dit waar is kan het ernstige gevolgen hebben. Brutonia zit niet te wachten op een oorlog met Brundenwald. De wapenwedloop is al moeilijk genoeg. Dit zou ongetwijfeld kunnen leiden tot een alles vernietigende oorlog, die zich niet alleen tussen ons en Brundenwald zal afspelen.'
'Een wereldoorlog?'
'Ja, mijn beste Beckin. Weet de koning hier al van?'
'Nee, nog niet.'
'Dan moet ik er direct naar toe. Is hij nog steeds in Battinghall?'
'Ja. Ik ben zo vrij geweest om al vervoer te regelen. Een trein staat gereed en een koets voor naar het station wordt nu klaar gemaakt.'
'Wat zou ik toch zonder je moeten, Beckin.'
'Niks, Sire. Niks,' zei Beckin grijzend.
Wallington deed zijn stropdas goed voor de spiegel, waarna Beckin zijn colbertje aan gaf. Vanaf de kapstok pakte hij zijn bolhoed en Beckin hielp hem met de jas en sjaal. Wallington trok zijn jas dicht. Met de wandelstok in de hand liep hij naar buiten. Een agent hield de deur van de koets open voor Wallington. Onder begeleiding van zes agenten te paard vertrok het gezelschap richting het station.
Een zinnetje verwijderd omdat dit opeens vanuit een ander perspectief was.
Al puffend en hijgend stond de korte trein gereed op platform 1. Enkele agenten van de geheimedienst hielden de wacht. Ze salueren kort waarna Wallington een extra rapport kreeg. toen stapten ze allemaal in de trein. Verderop verschoof het sein op veilig en begon de trein te rijden. Al puffend en hijgend maakt de trein snelheid. Dikke zwarte rook kwam uit de schoorsteen terwijl de zweet druppels op de cilinders stonden. Luid klonk de fluit toen ze langs het seinhuis kwamen. Via een lange boog kwam ze op de verhoogde spoorlijn door de stad. Een grote brug met vier sporen liep vanaf het centraal station dwars door de stad richting het noord en zuiden. Het Centrale station van Koningsburg lag aan het begin van de Koningstraat die tot aan de kade aan de haven liep. Al snel was de trein op snelheid en stoomde richting het noorden. Ze passeerden onderweg enkele baanwachters die de spoorbomen bewaakten. Zo reden ze de ochtend tegemoet.
De korte trein stond gereed op platform één. Enkele agenten van de geheime dienst hielden de wacht. Ze salueerden kort, waarna Wallington een extra rapport kreeg. Ze stapten allemaal in de trein. Verderop verschoof het sein op veilig en begon de trein te rijden. Al puffend en hijgend maakte de trein snelheid. Dikke, zwarte rook kwam uit de schoorsteen terwijl druppels op de cilinders stonden. Luid klonk de fluit toen ze langs het seinhuis kwamen. Via een lange boog kwamen ze op de verhoogde spoorlijn door de stad. Een grote brug met vier sporen liep vanaf het Centraal Station dwars door de stad richting het noorden en zuiden. Het Centrale Station van Koningsburg lag aan het begin van de Koningstraat, die tot aan de kade aan de haven liep. Al snel was de trein op snelheid en stoomde richting het noorden. Ze passeerden onderweg enkele baanwachters die de spoorbomen bewaakten. Zo reden ze de ochtend tegemoet.
Via een boog kwam ze op een apart spoor.
Kwamen
Zachtjes reden ze tot aan een controlepost van het leger.
…reden ze door…
'Natuurlijk kapitein, ik begrijp het volkomen.' Zei Wallington.
‘Natuurlijk, kapitein. Ik begrijp het volkomen,’ zei Wallington.
De koninklijke trein werd altijd onder stoom gehouden mocht de koning onverwachts weg moeten dan was de trein altijd gereed.
De koninklijke trein werd altijd onder stoom gehouden mocht de koning onverwachts weg moeten. Zo was de trein altijd gereed.
Wallington was hier wel vaker geweest en liep direct het ondergrondse station uit gevolgd door zijn mannen.
Wallington was hier wel vaker geweest en liep direct het ondergrondse station uit, gevolgd door zijn mannen.

Over het algemeen moet tussen twee bijvoeglijknaamwoorden een komma. Dus bijvoorbeeld: dikke, grijze wolken.
Kijk ook goed naar meervoudsvormen en enkelvoudsvormen. Dit gaat soms nog fout. Daarnaast ook in een zin als iets gezegd wordt. Na of voor een naam meestal een komma. Kijk echt goed naar je komma gebruik!
Na ja of nee, meestal ook een komma. En: ‘Natuurlijk, kapitein. Ik begrijp het volkomen,’ zei Wallington. Ipv ‘Natuurlijk, kapitein. Ik begrijp het volkomen.’ Zei Wallington.
It is not in the stars to hold our destiny but in ourselves.
Shakespeare
Hirador
Vulpen
Vulpen
Berichten: 366
Lid geworden op: 12 nov 2013 17:53

Ik ga het thuis is door lezen, je doet in ieder geval erg je best voor mij

Dankje
Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor
savrom
Balpen
Balpen
Berichten: 256
Lid geworden op: 22 apr 2014 19:41

Moet die andere twee ook nog even thuis doen :D Beetje tijd over op mijn werk nu!
It is not in the stars to hold our destiny but in ourselves.
Shakespeare
Hirador
Vulpen
Vulpen
Berichten: 366
Lid geworden op: 12 nov 2013 17:53

Ga je straks mijn andere verhaal ook nog doen? Haha
Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor
savrom
Balpen
Balpen
Berichten: 256
Lid geworden op: 22 apr 2014 19:41

Haha. Daar heb ik eigenlijk nog niet naar gekeken!
savrom
Balpen
Balpen
Berichten: 256
Lid geworden op: 22 apr 2014 19:41

Deel 3:
De thee was wat sterk uitgevallen maar dat stoorde Wallington niet.

….uitgevallen, maar….
Ook al kende hij de kamer goed, was er altijd wel wat nieuws te zien.

… goed, er was…..
Overal stond prularie die de koning verzamelde op zijn vele reizen.
Prularie= prullaria
Verzamelde=had verzameld
Soms vroegen burgers zich wel is af of de koning wel is thuis was.
Soms vroegen de burgers zich af of de koning wel thuis was.
Wallington veegde de koek kruimels van zijn buik en keek door de venster naar buiten.
Koekkruimels :) en het venster of de vensters
Daar zag hij de prinses die bezig was met paardrijden, een kleine glimlach verscheen op zijn gezicht.
….paardrijden. Een kleine….
'Zit je weer te gluren maar mijn dochter ouwe viespeuk? Ik zou je moeten castreren.'
…dochter, ouwe viespeuk.
En ik zou zeggen: Ik zou je ogen uit moeten steken.
Omdat hij in principe zijn dochter niet aanraakt, maar gewoon kijkt ;)
Wallington schoot overeind en liet per abuis zijn thee vallen.
Per abuis vind ik zo oud klinken.
'Majesteit, majesteit het spijt me ik wilde nie....'
'Ja, ja als het kon stak je hem er maar al te graag in.'
‘Ja, ja! Als het kon, stak je hem er maar al te graag in.’
Oké nu snap ik het castreren. Zie maar wat je daar mee doet ;)
Wallington kleurde nu helemaal rood, hij was het platte gepraat van de koning wel gewend maar dit.
Vind ik persoonlijk niet zo’n mooie zin. Misschien: Wallington kleurde nog roder en sloeg beschaamd zijn ogen neer. Hij was de platte opmerkingen van de koning gewend, maar hij voelde zich nog altijd ongemakkelijk als de koning iets zei.
Koning Willem de 2de lachte hard, 'je had je gezicht moeten zien mijn oude kameraad. Kom vertel wat brengt je hier.'
Koning Willem de tweede lachte hard. ‘Je moet je eigen gezicht eens zien, mijn oude kameraad! Kom vertel, wat brengt je hier?’
Opgelucht haalde Wallington adem, je wist maar nooit met de koning.
…adem; je….
In het kort lichte hij de Koning in.
Ten eerste lichte = lichtte (verschil tegenwoordige en verledentijd. Let daar op! Als het met een t eindigt in de tt dan dubbele t in de vt)
En gebruik of Koning of koning, als je het over de koning hebt. Maar ik zou het bij koning houden.
'Weten we zeker dat ze Brundenwaldse waren?' Zei de koning met volle mond
‘Weten we zeker dat ze Brundaenwalds waren?’ vroeg de koning met volle mond.
'Dit is niks voor mijn neefje de keizer van Brundenwald. Ja hij is jaloers op het Brutoniaanse rijk maar dit. We zijn al in een wapenwedloop met elkaar, maar mijn marine is en blijft het grootst hoe hard hij zijn best ook doet. Ik wil dat je dit tot de bodem uitzoekt Wallington. Als dit het begin is van een reeds aanvallen dan moeten we het voor zijn.'
'Natuurlijk majesteit, ik heb hier een uitstekend persoon voor in gedachten.'
'Wie dan, als ik zo vrij mag zijn.'
'Maar natuurlijk hoogheid, een leraar genaamd Sean Cannery uit Nallingham. Naja leraar hij is eigenlijk Professor.'
De koning verslikte zich bijna in zijn tweede koekje en keek met ongeloof naar Wallington. 'Een leraar? Wat wil die doen, de keizer naar de gang sturen?'
'Nee, nee majesteit,' lachte Wallington, 'deze man is uitstekend voor deze klus.'
'Waarom, wat kan een leraar nou doen?'
'Deze man is niet alleen Professor maar tevens 1ste luitenant in het reserve korps mariniers. Daarnaast heeft hij twee jaar fulltime voor de marine gewerkt, hij heeft Brundenwaldse familie, hij heeft vaker voor de geheimedienst gewerkt. Verder is hij bekent met vele wapens en is een man van de wereld en misschien nog wel het mooiste van alles. Hij is de laatst voorzover bekend die de kunst van de magie meester is.'
'Hmm, ik vertrouw je op je woorden Wallington, je hebt jezelf al vaak genoeg bewezen. Ik zal hem een vrijbrief geven om alles te kunnen wat hij nodig acht voor de staat.'
'Graag majesteit.'
De koning trok aan een kort en al snel kwam er een adjudant de kamer binnen gelopen. Na een diepe buiging zei hij: 'U had geroepen majesteit?'
'Ja, roep de militaire raad bijeen voor morgenochtend en voor morgenmiddag het parlement voor een nood vergadering. Als de krant informatie vraagt vertel alleen dat het parlement morgen bijeen komt om te praten over de situatie.'
'Ja majesteit, maar welke situatie hoogheid?'
'Ik licht je straks wel verder in en anders de krant wel want het word wereldnieuws.'
De adjudant maakte weer een buiging en liep achteruit de kamer uit. Wallington stond op en maakte een buiging. 'Excuseert u mij majesteit maar ik zou graag blijven voor het diner maar de plicht roept.'
'Wat jammer nou, had je graag aan mijn dochter voorgesteld,' zei de koning, 'stel me niet teleur Wallington ik zit niet op een oorlog te wachten maar als het moet dan trekken we moedig ten strijde.'
'Laten we hopen dat het zover niet zal komen majesteit.'
'Absoluut, we staan aan de rand van een nieuw tijdperk wat al onze verwachtingen zal overtreffen. Maar zullen onze heren de admiraals en generaals om kunnen gaan met de nieuwe technieken. Ja de wapens zijn modern maar de tactieken zijn verouderd. Ik hou mijn hart vast Wallington, als de oorlog uitbreekt zal ik meer vrouwen weduwe maken dan al mijn voorgangers.' De koning zuchte weer en keek door het raam naar buiten. Daar reed zijn dochter net weg op haar paard de golvende heuvels van het landgoed in.
'Zover mag het niet komen majesteit.'
'Dit is niks voor mijn neefje, de keizer van Brundenwald. Ik wist dat hij jaloers is op het Brutoniaanse rijk, ik had nooit gedacht dat hij zo ver zou gaan. Ik wil dat je dit tot de bodem uitzoekt, Wallington. Als dit het begin is van een reeds aanvallen, dan moeten we het voor zijn.'
'Natuurlijk, majesteit. Ik heb hier een uitstekend persoon voor in gedachten.'
'Wie dan, als ik zo vrij mag zijn.'
'Maar natuurlijk hoogheid. Een leraar genaamd Sean Cannery uit Nallingham. Eigenlijk is hij Professor.'
De koning verslikte zich bijna in zijn tweede koekje en keek met ongeloof naar Wallington. 'Een leraar? Wat wil die doen? De keizer naar de gang sturen?'
'Nee, nee majesteit,' lachte Wallington, 'deze man is uitstekend voor deze klus.'
'Waarom? Wat is er zo speciaal aan deze Sean Cannery uit Hallingham?'
'Deze man is niet alleen Professor maar tevens eerste luitenant in het reserve korps mariniers. Daarnaast heeft hij twee jaar fulltime voor de marine gewerkt. Hij heeft Brundenwaldse familie en hij heeft vaker voor de geheime dienst gewerkt. Verder is hij bekend met veel verschillende wapens én hij is een man van de wereld. Maar misschien nog wel het mooiste van alles: hij is de laatste die de kunst van de magie meester is.'
'Hmm. Ik vertrouw je op je woorden, Wallington. Je hebt jezelf al vaak genoeg bewezen. Ik zal hem een vrijbrief geven om alles te kunnen doen wat hij nodig acht voor de staat.'
'Graag, majesteit.'
De koning trok aan een kort en al snel kwam er een adjudant de kamer binnen gelopen. Na een diepe buiging zei hij: 'U had geroepen majesteit?'
'Ja, roep de militaire raad bijeen voor morgenochtend en voor morgenmiddag het parlement voor een nood vergadering. Als de krant informatie vraagt, vertel alleen dat het parlement morgen bijeen komt om te praten over de situatie.'
'Ja, majesteit. Over welke situatie gaat het?'
'Ik licht je straks wel verder in en anders zal je het snel genoeg in de krant lezen. Dit wordt wereldnieuws vrees ik.'
De adjudant maakte weer een buiging en liep de kamer uit. Wallington stond op en maakte een buiging. 'Excuseert u mij majesteit. Ik zou graag blijven voor het diner, maar de plicht roept.'
'Wat jammer nou. Ik had je graag aan mijn dochter voorgesteld,' zei de koning, 'Stel me niet teleur Wallington. Ik zit niet op een oorlog te wachten. Alleen als het moet dan trekken we ten strijde.'
'Laten we hopen dat het zover niet zal komen, majesteit.'
'Absoluut! We staan aan de rand van een nieuw tijdperk dat al onze verwachtingen zal overtreffen. Maar zullen onze admiralen en generaals om kunnen gaan met de nieuwe technieken? De wapens zijn modern, maar de tactieken zijn verouderd. Ik houd mijn hart vast Wallington. Als de oorlog uitbreekt, zal ik meer vrouwen weduwe maken dan al mijn voorgangers.' De koning zuchtte weer en keek door het raam naar buiten. Daar reed zijn dochter op haar paard weg, de golvende heuvels van het landgoed in.
'Zover mag het niet komen, majesteit.'
De koninklijke familie bezat vele bedrijven door het land en kon zonodig via die weg ook nog druk uitvoeren op de regering.
Zonodig=daardoor
Maar de zin dit is een koninklijk besluit was altijd voldoende.
Klopt niet
Het maakte voor de simpele burger ook niks uit, ze waren content met hun koning die een man van het volk was. Zijn platte gepraat konden de burgers wel waarderen maar de rijkere adel en edelen totaal niet. Het was de Koning in zijn twintig jaar van heerschappij altijd gelukt de juiste balans te vinden.
…..uit. Ze waren….
….waarderen, maar…..

Let ook goed op majesteit of hoogheid ;)
Ben beniewd verder. Soms zijn de dialogen een beetje stroef. Kan je verhelpen door het voor te lezen en te luisteren of het soepel klinkt.
savrom
Balpen
Balpen
Berichten: 256
Lid geworden op: 22 apr 2014 19:41

Ik zal morgen het laatste deel nog doen!
It is not in the stars to hold our destiny but in ourselves.
Shakespeare
savrom
Balpen
Balpen
Berichten: 256
Lid geworden op: 22 apr 2014 19:41

Deel 4:
Wallington zijn telegram was voor hem uitgegaan en had de nodige voorbereidingen reeds getroffen.
Telegram? Je bedoelt die man die hem toen heeft gewekt? Noem je dat een telegram?
Met een simpele fruitkist die onder het trapje vam het rijtuig stond stapte Wallington uit.
Met een simpele fruitkist die onder het trapje van het rijtuig stond, stapte Wallington uit.
In de verte stak de oude burcht van Nallingham boven de stad uit. Daarachter in de Nallinghamse bossen lag de universiteit van Nallingham.
3x Nallingham in 2 zinnen
Leerlingen van het noorden van het land en de kanaal eilanden die tussen de grootste eilanden lag kwamen hier heen.
Leerlingen uit het noorden van het landen en van de kanaal eilanden die tussen de grootste eilanden lagen, kwamen hier heen.
Het was druk maar toch gezellig in de straten toen de koets de stad binnen reed.
Het was druk, maar toch gezellig in de straten, toen de koets de stad binnen reed.
Menig brutoniaanse droomde ervan om in de luxe trein van het uiterste noordelijke punt naar de hoofstad te reizen.
Hoofdstad
De zwart creme gekleurde trein sprak tot ieders verbeelding.
Crème
De koets reed door het buiten hek van de universiteit die werd bewaakt door wachters.
…universiteit, dat werd….
De grote bossen waren huis van wezens die de moedigste soldast nog deed beven.
De grote bossen waren het thuis van wezens die zelfs de moedigste soldaat nog lieten beven.
Gelukkig werden ze zelden gezien zodat menig persoon er niet meer in geloofde.
…gezien, waardoor


'Wie weet wat er door het hoofd van McReily heen ging jongens. Hij zocht slechts enkel een kortere route dan de bekende routes. Daar zat hij op het dek van zijn schip, turend naar de horizon. Die zwarte lijn in de verte was dat, nee hij durfde het niet te geloven. Maar elke dag werd die lijn dikker tot hij het woord land durfde te fluisteren, land, volmaakte schoonheid. Daar ontdekte hij een nieuw wereld deel. Een paradijs, de hemel op aarde zoals hij het zij.'
'Wie weet wat er door het hoofd van McReily heen ging, jongens. Hij zocht slechts een kortere route dan de bekende routes. Daar zat hij op het dek van zijn schip, turend naar de horizon. Hij durfde niet te geloven dat die zwarte lijn in de verte land kon zijn. Maar elke dag werd die lijn dikker, tot hij het woord land durfde te fluisteren. Land. Volmaakte schoonheid. Daar ontdekte hij een nieuw werelddeel. Een paradijs. De hemel op aarde, zoals hij het zei.’
De leerlingen en vooral het vrouwelijke gedeelte lag aan de lippen van Proffesor Cannery.
'En zo ondekte we de nieuwe wereld, het continent Terra en daarna Oceania met haar vele duizenden eilanden. McReily snapte de ernst van de situatie en stichte daar nieuw Willemsburg.'
'Gelooft u Professor dat het een juiste keuze was om Terra te koloniseren?' Vroeg een leerling.
Proffer Cannery was totaal uit zijn concentratie gehaald en keek de klas rond wie hem onderbrak.
'Natuurlijk, zie wat we de lokale bewoners hebben gebracht. Cultuur, beschaving.'
'Maar toch ook veel oorlog, is de hele kolonisatie niet de aansteek geweest voor de tweede elfen opstand?'
'Hmm, dat is inderdaad waar, maar als wij het niet hadden gedaan dan was Brundenwald of welk land dan ook ons voor gegaan. Dit zijn dingen die niet tegen te houden zijn. Wij Brutonianen zijn van nature ontdekkers daarnaast zijn vele miljoenen elfen tevreden met de regering. Maar het is fout hem bij hun ras te noemen. Iedereen is gelijk, geen ras is minder dan de andere. Dwergen, mensen en elfen zijn allemaal Brutonianen. De opstandelingen zijn wanhopige elfen die niet mee willen in een veranderende wereld.'
'Zelfs de Drakars?'
De leerlingen, vooral het vrouwelijke gedeelte, hingen aan de lippen van Proffesor Cannery.
'En zo ontdekte we de nieuwe wereld, het continent Terra en daarna Oceania, met haar vele duizenden eilanden. McReily snapte de ernst van de situatie en stichtte daar Nieuw-Willemsburg.'
'Professor, gelooft u dat het een juiste keuze was om Terra te koloniseren?' vroeg een leerling.
Proffer Cannery was totaal uit zijn concentratie gehaald en keek de klas rond wie hem onderbrak.
'Natuurlijk. Kijk wat we de lokale bewoners hebben gebracht. Cultuur, beschaving.'
'Maar toch ook veel oorlog. Is de hele kolonisatie niet de aansteek geweest voor de tweede elfen opstand?'
'Hmm. Dat is inderdaad waar, maar als wij het niet hadden gedaan dan was Brundenwald of welk land dan ook ons voor gegaan. Dit zijn dingen die niet tegen te houden zijn. Wij Brutonianen zijn van nature ontdekkers. Daarnaast zijn vele miljoenen elfen tevreden met de regering. Maar het is fout hen bij hun ras te noemen. Iedereen is gelijk. Geen ras is minder dan de andere. Dwergen, mensen en elfen zijn allemaal Brutonianen. De opstandelingen zijn wanhopige elfen die niet mee willen in een veranderende wereld.'
'Zelfs de Drakars?'
'Dat was het voor vandaag, voor morgen bestuderen jullie pagina 69 van jullie boek. Iedereen sprong overeind en ging naar buiten. De vrouwen lachte naar de jonge Proffesor met zijn 28 lentes oud.
'Ow Alisa, kom zo even naar mijn kantoor.'
'Dat was het voor vandaag. Voor morgen bestuderen jullie pagina 69 van jullie boek.
Iedereen sprong overeind en ging naar buiten. De vrouwen lachten naar de jonge Professor die nog maar 28 lentes oud was.
'Ow, Alisa. Kom zo even naar mijn kantoor.'
'Prima Patrick, wat brengt jou hier? Nee ik weet het al.' Sean draaide zich en liep richting het raam en tikte onderweg met zijn vinger op de krant. Wallington sloot de deur achter zich en legde zijn stok en hoed op het bureau. Zachtjes streek hij zijn witte haren plat.
'Het rijk heeft je nodig Sean, ik heb je nodig.'
'Je weet mijn antwoord al.'
'Ik had ook niks anders verwacht van je, niemand is zo trots op zijn land als jij.'
'Geloof je dat het Brundenwald is Patrick?'
'Ik weet het niet, het bewijs liegt er niet om Sean. Ik wil dat je het tot de bodem uitzoekt. Hier is een brief van de koning die je overal en tot alles toegang geeft. Ga zo snel mogelijk aan de gang, de koning spreekt vanavond al met zijn militaire staf en morgen met het parlement. We moeten kosten wat kost een oorlog vermijden. Hier is de informatie die ik nu heb. Lees het door en ga dan aan de gang. Ow voordat ik het vergeet hier is je nieuwe penning.'
'Ik pak de trein van 19:00 om vervolgens in Bridlington de nacht trein naar Dablin te pakken.'
'Wat moet je daar?'
'Ik heb de hulp nodig van enkele goede vrienden. Ik ga niet alleen naar het vaste land.'
'Doe wat je nodig acht Sean, ik ben in Koningsburg als je mij zoekt. Het beste ermee Sean.'
'Het beste Patrick Wallington, zodra ik meer weet hoort u het direct. Ik zal mijn vorst niet teleurstellen. Of zoals hij zou zeggen vind die smeerlappen, dat tuig.'
Wallington zette zijn hoed op en knikte nogmaals en liep het lokaal uit. Sean pakte zijn colbertje van de kapstok en daarna zijn aktetas en sloot toen de deur achter zich. via de lange gangen van de universiteit die vol hingen met schilderijen van bekende leraren liep Sean naar zijn kantoor en tevens zijn huis op de universiteit.
'Prima, Patrick. Wat brengt jou hier? Nee, ik weet het al.' Sean draaide zich om en liep richting het raam. Onderweg tikte hij met zijn vinger op de krant. Wallington sloot de deur achter zich en legde zijn stok en hoed op het bureau. Zachtjes streek hij zijn witte haren plat.
'Het rijk heeft je nodig, Sean. Ik heb je nodig.'
'Je weet mijn antwoord al.'
'Ik had ook niks anders verwacht van je. Niemand is zo trots op zijn land als jij.'
'Geloof je dat het Brundenwald is, Patrick?'
'Ik weet het niet. Het bewijs liegt er niet om, Sean. Ik wil dat je het tot de bodem uitzoekt. Hier is een brief van de koning die je overal en tot alles toegang geeft. Ga zo snel mogelijk aan de slag. De koning spreekt vanavond al met zijn militaire staf en morgen met het parlement. We moeten kosten wat kost een oorlog vermijden. Hier is de informatie die ik nu heb. Lees het goed door. En voordat ik het vergeet. Hier is je nieuwe penning.'
'Ik pak de trein van 19:00 om vervolgens in Bridlington de nacht trein naar Dablin te pakken.'
'Wat moet je daar?'
'Ik heb de hulp nodig van enkele goede vrienden. Ik ga niet alleen naar het vaste land.'
'Doe wat je nodig acht, Sean. Ik ben in Koningsburg als je mij zoekt. Het beste ermee, Sean.'
'Het beste, Patrick Wallington. Zodra ik meer weet, hoort u het direct. Ik zal mijn vorst niet teleurstellen.'
Wallington zette zijn hoed op en knikte nogmaals en liep het lokaal uit. Sean pakte zijn colbertje van de kapstok. Hij sloot zijn hand om de hendel van zijn aktetas en sloot toen de deur achter zich. Via de lange gangen van de universiteit, die vol hingen met schilderijen van bekende leraren, liep Sean naar zijn kantoor en tevens zijn huis op de universiteit.

Ik vind je idee heel leuk, maar soms zitten er nog wat stroeve zinnen in. Vooral de dialogen zijn nogal houterig. Als je hier even naar kijkt, komt het vast wel goed :). Kijk ook goed naar je komma gebruik en slechts enkel is dubbelop!
It is not in the stars to hold our destiny but in ourselves.
Shakespeare
Hirador
Vulpen
Vulpen
Berichten: 366
Lid geworden op: 12 nov 2013 17:53

Je hebt er duidelijk weer veel tijd ingestopt. Altijd fijn dat iemand zo uitgebreid kan reageren al is een leuk verhaal berichtje ook leuk. Nu voel ik mij wel genoodzaakt om een nieuw deel te plaatsen.

Ik ga je punten dit weekend door nemen en aanpassen waar ik mij er ook in kan vinden
Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor
savrom
Balpen
Balpen
Berichten: 256
Lid geworden op: 22 apr 2014 19:41

Oke, je moet maar kijken! Sommige dingen heb ik alleen komma's toegevoegd of het woord via word spellingscheck aangepast ;). Soms miste er een letter in een woord!
Ben benieuwd!
Hirador
Vulpen
Vulpen
Berichten: 366
Lid geworden op: 12 nov 2013 17:53

Alisa zat al op het bankje voor zijn kantoor te wachten. Ze glimlachte lief toen ze haar mentor Sean zag aankomen. Ze vond zijn lichtgrijze pak hem uitstekend staan samen met zijn das die hij nonchalant in zijn overhemd had gestopt. De dasspeld met het wapen van Brutonia maakte het geheel af al had ze gemixte gevoelens daarover. Sean groette Alisa en ging haar voor zijn kantoor in.
'Ga zit zitten Alisa, ik had graag wat langer met je gesproken maar mijn strakke schema verbied mij dat helaas. Ik vind het prima dat je een eigen mening hebt, een ieder heeft daar recht op. Maar dat neemt niet weg dat je er overal maar mee kan rond zwaaien. De rassen verschillen zijn al tweehonderd jaar geleden afgeschaft, je kan niet terug naar die tijd. Dat zouden die rebelse elfen in onze zuidelijke koloniën ook eens moeten snappen. Gelukkig snapt het grootste deel het wel en bloeit de economie als nooit tevoren. Wat ik wil zeggen is dat je die mening van je wat meer voor jezelf moet houden. Ik wil best een keer een discussie met je voeren maar niet in de klas. Dat soort taal is gevaarlijk, voor je het weet staat de BGD bij je op de stoep en dat is het laatste wat je wilt.' Sean schonk zichzelf wat sterks in en ging achter zijn bureau zitten.
'Maar Professor de grondwet geeft ons vrijheid van meningsuiting.' Zei Alisa als verweer, vastberaden haar gelijk te krijgen.
Sean zuchtte eens, 'Luister Alisa ik waarschuw je alleen en ik wil die mening niet meer boven alles horen in mijn klas. in deze tijd van onzekerheid is dat vragen om problemen. doe dat eens in Koningsburg op het koningsplein, dan word je direct gearresteerd wegens opruiing van de massa.'
'Dus er is geen vrijheid van meningsuiting?' Reageerde Alisa fel.
'Luister Alisa als je zo graag voor je mening uitkomt en je zo vast houd aan dat recht stel ik voor dat je voortaan rechten gaat studeren. Ik wil het niet meer in mijn klas horen. De nood van de velen gaan voor die ene die afwijkt. Zeker nu, kap ermee of je ziet binnenkort zeker de BGD op de vloer. We moeten sterk staan met ze allen nu vrede niet zo zeker meer is. We moeten verenigd zijn achter onze koning zodat we alles kunnen overwinnen koste wat kost'
Boos sprong Alisa op, haar stoel viel achterover op de grond; 'U bent niks anders dan al die andere mannen!'
'Ik waardeer een mening, maar opstandige meningen kunnen we nu niet gebruiken. Ik ben trouw aan mijn koning en land, ik zal mijn leven voor mijn geliefde land geven. misschien moest jij maar is nadenken waar je loyaliteit ligt. Als het je niet bevalt hier ga je toch naar Brundenwald waar ze nog maar net begonnen zijn met rassen gelijkheid!' Zei Sean met een ijzeren gezicht terwijl hij moeite deed zijn emoties te verbergen.
'Mijn volk heeft recht op een eigen land, wij zullen nooit buigen voor de koning. Wij zijn een trots volk!' huilend rende ze de kamer uit. Sean balde zijn vuisten heftig, met moeite kon hij zijn woede onderdrukken. achter hem sprongen de fijne kristallen glazen op het dienblad. Nieuwsgierig stak zijn lievelingsleerling haar hoofd om de hoek. 'Alles in orde professor, kan ik ergens mee helpen?'
'Vera, je komt als gelegen. ik moet een aantal telegrammen versturen zou jij die willen weg brengen?'
'Natuurlijk, zal het direct doen.'
'Uitstekend.' Ik schrijf ze meteen.
Sean pakte een kladblok en schreef een kort telegram op met daarin de code van de koning zodat zijn telegrammen voorrang hadden en daadwerkelijk werden uitgevoerd. 'Hier dit telegram moet naar deze adressen. Hier is tien gulden dat moet de kosten zeker dekken, hou de rest maar voor de moeite en zeg dat ik je stuurde.'
'Komt goed professor, ik ga meteen.' en ze knipoogde ondeugend naar haar mentor
'Fantastisch, ik sta bij je in het krijt. Als ik je ergens mee kan helpen laat het me maar weten.'
Vera liet haar wijsvinger zachtjes over de punt van haar tong gaan en knipoogde weer naar Sean. 'Ik weet u wel te vinden.' toen draaide zich om en liep weg om de telegrammen te bezorgen. Sean wreef over zijn kin en pakte toen na lang twijfelen de telefoon van de hoorn.
'Centrale zegt u het maar.'
'Goedemiddag ik wou graag verbonden worden met het politiebureau.'
'één ogenblik alstublieft.'
het was even stil tot er een mannenstem klonk.
'Goedemiddag met de politie brigadier Perss, waarmee kan ik u helpen.'
'Met agent 700 ik wil een iemand aangeven.'
Het bleef even stil maar toen klonk de agent weer, 'Mag ik u penningnummer.'
'Dat is 7478BGD.'
weer was het even stil, 'Wat wilt u aangeven meneer.'
'Op de universiteit zit een zekere Alisa Elfak, kamer 300 ze is een collaborateur met de rebellen. Arresteer haar onmiddellijk voor ze haar ideeën verder verspreid.'
'We komen direct.'
Sean hing op en over dacht zijn daad nog tijdje, ja hij had er goed aan gedaan. Het land was belangrijker als de individu, zeker nu. Daarnaast zou ze veiliger zijn in de gevangenis dan in de handen van de steeds grotere menigte die zich nationalist noemde. Hij trok de bovenste la van zijn bureau open en haalde zijn revolver tevoorschijn. het was een Bruton p10 waar de tien stond voor het aantal kogels. Het was het standaard wapen van de BGD. hij deed het holster dat ook in de la lag om en stopte de revolver weg, een paar extra magezijnen gingen in de daarvoor bestemde plekken in de riem. toen pakte hij zijn mapje waar zijn penning en persoonsbewijs in zat. hij verving de penning voor de nieuwe en stopte hem in zijn binnenzak. Na een laatste slok stond hij op en pakte een kleine koffer met de broodnodige spullen in en sloot toen zijn kamer af. Na zijn afwezigheid te melden bij de directeur te melden liep hij naar de uitgang. Vanaf buiten klonk veel rumoer dat het zelfs tot diep binnen de universiteit reikte. toen Sean naar buiten liep en van het bordes zag dat Alisa naar buiten werd gesleept door twee agenten snapte hij de commotie. Landverraadster, je deugd niet. knoop haar op en nog meer leuzen werd uit menig raam geschreeuwd. Sommige brutale leerlingen probeerde hij te schoppen voordat ze achterin de politieauto werd geduwd. toen enkele leerlingen het volkslied begonnen te zingen viel de ganse school in. Als één man zongen ze trost met hun linkerhand op de borst het volkslied. Brutoniaanse vlagen werden uit de ramen op de tweede verdieping gehangen. toen ze uitgezongen waren riepen ze luid: Leve de Koning, Leve de Koning, Leve de koning. Sean zijn ogen maakte even contact met de ogen van Alisa toen de politieauto eindelijk weg reed. toen zette hij zijn hoed op en keek is rond.
'Nou wat moet dat hier allemaal, aan het werk!'
langzaam dropen de leerlingen af en gingen weer verder met hun les. Sean zette zijn hoed op en liep de grote oprijlaan op om de taxi tegemoet te lopen.

Na een rit van een halfuur kwamen ze aan bij het station, Sean bedankte de koetsier en liep het stationsgebouw binnen. Gelukkig was de rij voor 1ste klas reizigers niet zo lang en was er slechts enkel een vrouw met een bontjas en een kleine hond voor hem. Toen Sean achter haar ging staan gromde de hond richting Sean. De vrouw draaide zich om richting Sean en maakte een licht knikje. Sean Beantwoorde haar door zijn hoed even af te nemen. 'Sorry hoor maar Fifie is anders nooit zo.' zei de vrouw
'Geeft niet hoor mevrouw, zolang die maar niet bijt.'
'Hoogheid is het eigenlijk meneer, ik ben de Barones van Waller.' Zei de Barones met een vieze blik naar Sean.
'Vergeef mij hoogheid, maar ik ben ook niet meneer maar eerste ridder in de orde Brutonia. Tevens rechterhand van zijne majesteit de koning.' Sean vond dat hij niet liegte omdat de koning hem nu een vrijbrief had gegeven met alle macht die de koning ook heeft.
Zichtbaar geërgerd zei de vrouw; 'Als u mij wilt excuseren Sire, ik heb de Vliegende Brutonier te halen, iets wat u zeker niet kan betalen aan u pak te zien.' Ze liet duidelijk blijken dat ze Sean zijn verhaal niet geloofde. Toen griste ze haar ticket uit de handen van de man achter de kassa en liep resoluut naar het platform. Vier kruiers liepen achter haar aan met haar vele koffers. De Caissière haalde zijn schouders op en vroeg waarmee hij Sean kon helpen.
'Een enkeltje met de Vliegende Brutonier naar Bridlington en vandaar een enkeltje met de nachttrein naar Dablin.'
'Ik kan u in beide gevallen niet helpen Sire, de Vliegende Brutonier is volgeboekt en voor de nachtrein moet u in Bridlington een kaartje kopen.'
'Maak niet uit, ik pak de Vliegende Brutonier wel en dan koop ik in Bridlington wel een kaartje.'
'Maar Sire, dat ka...'
Sean was al weg gelopen naar het platform waar de wereldberoemde Vliegende Brutonier Geduldig wachtte op haar passagiers. De conducteurs hadden het druk met de koffers van de barones maar toen Sean wilde instappen werd hij tegen gehouden.
'Meneer u kaartje alstublieft.'
'Die heb ik niet.' zei Sean Laconiek
'Maar dan kan u niet mee..' zei de conducteur resoluut
Sean liet zijn penning aan de man zien; 'BGd,' waarna de conducteur hem zonder enig protest liet instappen. Sean Zocht een plekje in het restauratierijtuig om een hapje te eten alvorens hij rond middernacht in Bridlington aan zou komen.


Brutonia, Bridlington, Centraal station, 1893NT

Sean had mazzel en kon een eigen slaapcoupé bemachtigen en vorderde het andere bed onder de zijne ook in de naam van de koning. Sean gaapte is toen hij aan boord stapte, niet veel later klonk de fluit en kwam de ijzeren slang in beweging. Met grote zwarte wolken uit boven haar trok de stoomlocomotief de trein over de wisselstraat heen om daarna richting de kust te rijden. Toen iedereen al op één oor lag reed de trein in snelle vaart over de Hertog George brug heen. Het was de langste brug in de wereld en was een staaltje moderne vak kunst. geheel uit staal opgetrokken verbond ze de twee grootste eilanden van Brutonia. Met een lengte van vijfentwintig kilometer met aan beide zijden een grote hefbrug was ze een veel voorkomende icoon op postzegels en vele souvenirs. Met de komst van de brug was de veerdienst voor de treinen buiten gebruik gekomen en leverde een tijdwinst van meer dan vier uur op. Zo snelde de trein zich steeds verder tot de vogeltjes hun ochtend liederen zongen ter meerdere ere van de goden. Net rond negen uur in de ochtend liep de trein het station van Dablin binnen. Sean had al snel een paard gevonden om daarmee richting de kust te reizen. Daar zou hij zijn oude kameraad Jack O'Brien opzoeken.
Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor
savrom
Balpen
Balpen
Berichten: 256
Lid geworden op: 22 apr 2014 19:41

Hee hier een voorstel voor eerste stukje. Misschien dat ik vandaag ook die andere twee stukjes doe, maar ben een beetje moe :D

Mijn voorstel:

Toen Sean bij zijn kantoor aankwam zat Alisa al op het bankje voor zijn kantoor te wachten. Ze glimlachte lief toen ze hem zag aankomen lopen. Hij zag haar ogen over zijn lichtgrijze pak glijden en ze stopten bij de dasspeld met het wapen van Brutonia. Ze trok haar mondhoek iets omhoog en wierp en korte blik op zijn gezicht. Hij voelde zich ongemakkelijk en schraapte zijn keel. Hij groette haar en ging haar voor zijn kantoor in.
'Ga zit zitten, Alisa. Ik had graag wat langer met je gesproken, maar mijn strakke schema verbied mij dat helaas. Ik vind het prima dat je een eigen mening hebt. Een ieder heeft daar uiteraard recht op. Dat neemt echter niet weg dat je er overal mee kan rond zwaaien. De rassen verschillen zijn al tweehonderd jaar geleden afgeschaft. Je kan niet terug naar die tijd. Dat zouden die rebelse elfen in onze zuidelijke koloniën ook eens moeten snappen. Gelukkig snapt het grootste deel het wel en bloeit de economie als nooit tevoren.’
Sean stopte zijn verhaal en keek indringend naar Alisa die hem fronsend aan keek.
‘Wat ik wil zeggen,’ vervolgde hij, ‘is dat je die mening van je wat meer voor jezelf moet houden. Ik wil best een keer een discussie met je voeren, maar niet in de klas. Dat soort taal is gevaarlijk. Voor je het weet staat de BGD bij je op de stoep en dat is het laatste wat je wilt.' Sean schonk zichzelf wat sterks in en ging achter zijn bureau zitten.
'Maar, professor, de grondwet geeft ons vrijheid van meningsuiting,' zei Alisa als verweer, vastberaden haar gelijk te krijgen.
Sean zuchtte. ‘Luister, Alisa, ik waarschuw je alleen en ik wil die mening niet meer boven alles uit horen in mijn klas. In deze tijd van onzekerheid is dat vragen om problemen. Doe dat in Koningsburg op het koningsplein en dan word je direct gearresteerd wegens opruiing van de massa.'
'Dus er is geen vrijheid van meningsuiting?' reageerde Alisa fel.
'Luister, Alisa, als je zo graag voor je mening uitkomt en je zo vast houdt aan dat recht, stel ik voor dat je voortaan rechten gaat studeren. Ik wil het niet meer in mijn klas horen. De nood van de velen gaat voor die ene die afwijkt. Zeker nu. Kap ermee of je ziet binnenkort zeker de BGD voor je deur. We moeten sterk staan nu vrede niet zo zeker meer is. We moeten verenigd staan achter onze koning zodat we alles kunnen overwinnen koste wat kost.'
Boos sprong Alisa op, waardoor haar stoel achterover op de grond viel. 'U bent niet anders dan al die andere mannen!'
'Ik waardeer een mening, maar opstandige meningen kunnen we nu niet gebruiken. Ik ben trouw aan mijn koning en land. Ik zal zelfs mijn leven voor mijn geliefde land geven. Misschien moest jij maar eens nadenken waar je loyaliteit ligt.’
Sean liet een pauze vallen en keek naar het rood aangelopen hoofd van Alisa.
‘Als het je niet bevalt hier ga je toch naar Brundenwald,’ zei hij. ‘Daar zijn ze nog maar net begonnen met rassengelijkheid!'
Met een ijzeren gezicht keek hij naar Alisa, terwijl hij moeite deed zijn emoties te verbergen.
'Mijn volk heeft recht op een eigen land. Wij zullen nooit buigen voor de koning. Wij zijn een trots volk!' huilend rende ze de kamer uit. Sean balde zijn vuisten heftig, met moeite kon hij zijn woede onderdrukken. Achter hem sprongen de fijne kristallen glazen op het dienblad. Nieuwsgierig stak zijn lievelingsleerling haar hoofd om de hoek. 'Alles in orde, professor? Kan ik ergens mee helpen?'
'Vera, je komt als geroepen. Ik moet een aantal telegrammen versturen. Zou jij die willen wegbrengen?'
'Natuurlijk. Ik zal het direct doen.'
'Uitstekend. Ik schrijf ze meteen.’
Sean pakte een kladblok en schreef een kort telegram op met daarin de code van de koning zodat zijn telegrammen voorrang hadden en daadwerkelijk werden uitgevoerd.
'Hier dit telegram moet naar deze adressen.’ Hij overhandigde haar het telegram en een blaadje met de adressen. Hij drukte tien gulden in haar hand en glimlachte.
‘Hier is tien gulden om de kosten zeker dekken. Houd de rest maar voor de moeite en zeg dat ik je stuurde.'
'Komt goed, professor. Ik ga meteen.' Ze knipoogde ondeugend naar hem.
'Fantastisch. Ik sta bij je in het krijt. Als ik je ergens mee kan helpen ,laat het me maar weten.'
Vera liet haar wijsvinger zachtjes over de punt van haar tong gaan en knipoogde weer naar Sean. 'Ik weet u wel te vinden.' Ze draaide zich om en liep weg om de telegrammen te bezorgen. Sean wreef over zijn kin en pakte toen na lang twijfelen de telefoon van de hoorn.
'Centrale, zegt u het maar.'
'Goedemiddag, ik wil graag verbonden worden met het politiebureau.'
'Één ogenblik, alstublieft.'
Het was even stil tot er een mannenstem klonk.
'Goedemiddag, met politie brigadier Perss. Waarmee kan ik u helpen?'
'Met agent 700 ik wil iemand aangeven.'
Het bleef even stil maar toen klonk de agent weer, 'Mag ik u penningnummer.'
'Dat is 7478BGD.'
Weer was het even stil. 'Wat wilt u aangeven, meneer.'
'Op de universiteit zit een zekere Alisa Elfak. Kamer 300 en ze is een collaborateur met de rebellen. Arresteer haar onmiddellijk voor ze haar ideeën verder verspreid.'
'We komen direct.'
Sean hing op en over dacht zijn daad nog tijdje. Hij had er goed aan gedaan. Het land was belangrijker dan het individu. Zeker nu. Daarnaast zou ze veiliger zijn in de gevangenis dan in de handen van de steeds grotere menigte die zich nationalist noemde. Hij trok de bovenste la van zijn bureau open en haalde zijn revolver tevoorschijn. Het was een Bruton P10 waar de tien stond voor het aantal kogels. Het was het standaard wapen van de BGD. Hij deed het holster dat ook in de la lag om en stopte de revolver weg. Een paar extra magazijnen gingen in de daarvoor bestemde plekken in de riem. Toen pakte hij zijn mapje waar zijn penning en persoonsbewijs in zat. Hij verving de penning voor de nieuwe en stopte hem in zijn binnenzak. Na een laatste slok stond hij op en pakte een kleine koffer met de broodnodige spullen in en sloot toen zijn kamer af. Na zijn afwezigheid te hebben gemeld bij de directeur, liep hij naar de uitgang. Vanaf buiten klonk veel rumoer dat het zelfs tot diep binnen de universiteit reikte. Toen Sean naar buiten liep en van het bordes zag dat Alisa naar buiten werd gesleept door twee agenten snapte hij de commotie. ‘Landverraadster! Je deugd niet. Knoop haar op!’ werd uit menig raam geschreeuwd. Sommige brutale leerlingen probeerde haar te schoppen, voordat ze achterin de politieauto werd geduwd.Toen enkele leerlingen het volkslied begonnen te zingen, viel de ganse school in. Als één man zongen ze trost met hun linkerhand op de borst het volkslied. Brutoniaanse vlagen werden uit de ramen op de tweede verdieping gehangen. Toen ze uitgezongen waren, riepen ze luid: ‘Leve de Koning. Leve de Koning. Leve de koning!’ Sean’s ogen maakte even contact met de ogen van Alisa toen de politieauto eindelijk weg reed. Onbegrip weerspiegelde even in haar ogen, tot het om ging in haat. Hij wendde zijn blik af en zette zijn hoed op.
'Nou wat moet dat hier allemaal. Aan het werk!' zei hij.
Langzaam dropen de leerlingen af en gingen weer verder met hun les. Sean liep de grote oprijlaan op om de taxi tegemoet te lopen en keek een laatste keer naar de wegrijdende BGD auto met Alisa op de achterbank. Had hij er echt goed aan gedaan?
It is not in the stars to hold our destiny but in ourselves.
Shakespeare
Hirador
Vulpen
Vulpen
Berichten: 366
Lid geworden op: 12 nov 2013 17:53

Savrom je blijft geweldig, wat een moeite voor mij zeg
Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor
savrom
Balpen
Balpen
Berichten: 256
Lid geworden op: 22 apr 2014 19:41

Oke laatste stuk:

- Na een rit van een halfuur kwamen ze aan bij het station. Sean bedankte de koetsier en liep het stationsgebouw binnen. -
Moet een punt tussen. Zijn twee aparte zinnen.

- Gelukkig was de rij voor eerste klas reizigers niet zo lang en was er slechts één vrouw, met een bontjas en een kleine hond, voor hem. -
De bijzin moet je tussen komma’s zetten.

- Toen Sean achter haar ging staan, gromde de hond richting Sean. -
Komma tussen twee werkwoorden.

- Sean beantwoorde haar door zijn hoed even af te nemen.
'Sorry hoor, maar Fifie is anders nooit zo,' zei de vrouw. -
De vrouw zegt de zin, dus op een volgende regel. Maar is een voegwoord, dus moet een komma voor. En omdat het een hele zin is moet er ipv een punt een komma achter zo.

- 'Geeft niet hoor mevrouw, zolang ze maar niet bijt.' -
Volgens mij zeg je ze of hij tegen een hond ipv die

- 'Hoogheid is het eigenlijk, meneer. Ik ben de Barones van Waller,' zei de vrouw met een vieze blik naar Sean. -
Voor een naam/uitdrukking van persoon (meneer, mevrouw, jongen, kind etc.) moet een komma. Daarnaast zijn het 2 zinnen, dus een punt er tussen en zoals eerder gezegd is het één zin dus moet er een komma tussen Waller en Zei en is Zei met een kleine letter. Plus zou ik van Barones vrouw maken.

'Vergeef mij hoogheid. Ik ben echter ook niet meneer, maar eerste ridder in de orde van Brutonia. Tevens rechterhand van zijne majesteit de koning.' Sean vond dat hij niet loog omdat de koning hem nu een vrijbrief had gegeven met alle macht die de koning ook had.
Ik zou het zo doen. Plus liegte is geen nederlands ;)

- Zichtbaar geërgerd zei de vrouw; 'Als u mij wilt excuseren, Sire. Ik heb de Vliegende Brutonier te halen. Iets wat u zeker niet kan betalen aan uw pak te zien.' –
Ik zou tussen Sire en die volgende zin een punt zetten. En het pak is van hem, dus is het uw ipv u.

- Ze liet duidelijk merken dat ze Sean’s verhaal niet geloofde. –
Ik zou zeggen merken ipv blijken en Sean’s verhaal.

- 'Ik kan u in beide gevallen niet helpen, Sire. De Vliegende Brutonier is volgeboekt en voor de nachtrein moet u in Bridlington een kaartje kopen.' –
Weer een punt tussen Sire en de volgende zin.

- 'Maak niet uit. Ik pak nu de Vliegende Brutonier tot Bridlingron en koop daar een kaartje richting Dablin.’-
Zou ik doen.

'Maar, Sire. Dat kan niet!'
Zou de zin afmaken en een komma voor Sire en een punt erna met een nieuwe zin.

- Sean was al weg gelopen naar het platform waar de wereldberoemde Vliegende Brutonier geduldig wachtte op haar passagiers. –
Geduldig zonder hoofdletter

- De conducteurs hadden het druk met de koffers van de barones, maar toen Sean wilde instappen werd hij toch tegen gehouden.-
Komma voor voegwoord maar. Plus ik zou het woordje toch toevoegen omdat er dan een contrast komt met de eerste zin die er hoort te zijn maar nu niet echt is.

- 'Meneer, u kaartje alstublieft.' –
Na persoonsuitdrukking een komma. Ik had volgens mij de vorige keer gezegd voor alstublieft ook een komma, maar dat klopt niet :D hehe

- 'Die heb ik niet.' zei Sean Laconiek –
Laconiek sowieso zonder hoofdletter, maar ik vind het geen mooi woord hier.

- 'Dan kunt u helaas niet mee, meneer,' begon de conducteur. ‘Vervoersbewijzen zijn verplicht.’-
Ik zou er deze zin van maken.

- Sean liet zijn penning aan de man zien en mompelde; ‘BGD.’
De conducteur keek naar zijn penning en knikte. Hij liet Sean zonder verder protest instappen, maar leek hem in de gaten te houden. Sean zocht een plekje in het restauratierijtuig om een hapje te eten, voordat hij rond middernacht in Bridlington aan zou komen. -
Ik zou er dit van maken.

- Sean had mazzel en kon een eigen slaapcoupé bemachtigen. Hij vorderde het andere bed onder de zijne ook in, in naam van de koning. Sean gaapte toen hij aan boord stapte en niet veel later klonk de fluit. De ijzeren slang kwam in beweging. Met grote zwarte wolken trok de stoomlocomotief de trein over de wisselstraat om daarna richting de kust te rijden. Toen iedereen al op één oor lag, reed de trein in snelle vaart over de Hertog George brug heen. Het was de langste brug in de wereld en het was een staaltje moderne vak kunst. Geheel uit staal opgetrokken, verbond ze de twee grootste eilanden van Brutonia. Met een lengte van vijfentwintig kilometer, met aan beide zijden een grote hefbrug, was ze een veel voorkomend icoon op postzegels en souvenirs. Met de komst van de brug was de veerdienst voor de treinen buiten gebruik geraakt, wat een tijdwinst van meer dan vier uur opleverde.
De trein snelde steeds verder tot de vogeltjes hun ochtend liederen zongen ter meerdere eren van de goden. Net rond negen uur in de ochtend liep de trein het station van Dablin binnen. Sean had al snel een paard gevonden om daarmee richting de kust te reizen. Daar zou hij zijn oude kameraad Jack O'Brien opzoeken. –
Zou ik doen ;)
It is not in the stars to hold our destiny but in ourselves.
Shakespeare
Hirador
Vulpen
Vulpen
Berichten: 366
Lid geworden op: 12 nov 2013 17:53

Wat doe je toch weer veel moeite voor me Savrom, zal ik een vrouwelijk hoofdpersoon na je vernoemen? als teken van waardering voor je hulp
Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor
savrom
Balpen
Balpen
Berichten: 256
Lid geworden op: 22 apr 2014 19:41

Haha ;) savrom lijkt me dan een beetje een rare naam! Maar ik doe het graag hoor!
It is not in the stars to hold our destiny but in ourselves.
Shakespeare
Hirador
Vulpen
Vulpen
Berichten: 366
Lid geworden op: 12 nov 2013 17:53

Heb nog een mysterieuze vrouw die voor gaat komen, ook nog geen naam voor haha

Als je het verhaal ook maar leuk vindt

Zodra ik tijd heb ga ik dingen aanpassen, zeg het wel steeds maar gaat echt gebeuren hoor
Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor
Hirador
Vulpen
Vulpen
Berichten: 366
Lid geworden op: 12 nov 2013 17:53

En hier is het begin van hoofdstuk 3[quote][/quote] dat extra goed is gecheckt.

H3 Brutonia, ergens langs de kust van Urlandis, 1893NT


Het was een kleine vier uur rijden tot Sean enigszins in de buurt van Bidlich kwam. Van een afstandje keek hij naar het dorpje dat aan de gelijknamige baai lag. Links en rechts rezen de kenmerkende witte kliffen van Urlandis omhoog. In het midden van het dorpje stak de kerktoren boven alles uit. Daar zou hij O'Brien zeker vinden. Hij gaf zijn paard de sporen, en reed in draf via de slingerweg langs de rivier die uitmondde in de baai. De lokale bevolking groette vriendelijk naar de eenzame welgeklede reiziger. Via kleine smalle straatjes, waaraan vele kleine winkeltjes lagen, kwam hij bij de kerk uit. Enkele kinderen speelden vrolijk in de vijver op het plein. Het was voor Sean plezierig om naar te kijken. Het was alsof al zijn problemen van hem af vielen. De kinderen waren nog jong en hadden geen flauw benul van welke ramp zich voltrok. Sean veegde zijn bezwete voorhoofd af met zijn zakdoek en steeg toen af. Hij bond zijn paard vast aan het hek van de kerk, wat al snel werd opgemerkt door de kinderen. Als fruitvliegjes rondom fruit vlogen ze op het paard af.
'Voorzichtig met mijn paard hè,' zei Sean zo vriendelijk mogelijk
'Ja meneer', zeiden ze in koor. Hun kleine handjes gingen al richting het paard.
Uit zijn binnenzak haalde Sean een zakje snoep en deelde wat uit. Toen liep hij richting de kerkdeuren. De grote houten deuren stonden open zodat alleen de binnendeuren de tocht tegen hield. Sean ging achter in de kerk zitten en wachtte rustig tot het koor was uitgezongen. Ondanks de mooie versiering op de steunpilaren was deze kerk armoedig vergeleken met de kerken in Koningsburg. Sean sloot zijn ogen toen het koor Brutonia in de hoge, Brutonia glorie zij aan u begon te zingen. Zachtjes zong hij mee met het lied waarin het land, geschapen naar het prachtige evenbeeld van haar godin Victorias, met de mooiste woorden werd bejubeld , Het grote orgel gaf het lied die extra kracht zodat iedere Brutoniaan geraakt werd. Toen ze uitgezongen waren draaiden ze zich om richting het altaar en bogen voor over. Daarna verlieten ze in stilte de kerkzaal.

Sean stond op en liep naar voren en boog ook voor het altaar. Hij liep langs de voorste rij naar de drie biechthokjes en nam plaats in de eerste. Een zachte mannenstem klonk zachtjes door de gaatjes in de houten afscheiding.
'Wat brengt u hier, mijn zoon?'
'Vergeef mij vader, want ik heb gezondigd.'
'Vertel mij uw zonden mijn zoon, opdat ze u vergeven worden als u hart oprecht berouw heeft', zei de stem vriendelijk.
'Ik had een vriend beloofd hem niet meer mee te sleuren op avontuur, maar ik doe het toch'. Sean had zichtbaar moeite om niet te lachen.
Het bleef stil tot de deur ineens werd open getrokken. Sean keek naar O'Brien die in een priestergewaad in de deur opening stond.
'Ik wist het, ik wíst het en nee ik ga niet meer mee. De vorige keer ben ik al bijna dood gegaan!' zei O'Brien boos.
'Dat was maar een slangenbeetje', zei Sean op een plagende toon.
'Een slangenbeetje, een slangenbeetje noemt hij dat! Mijn been was helemaal zwart en het had maar één haar gescheeld of ik lag hier buiten permanent te rusten!' zei O'Brien verontwaardigd.
'Ik heb je hulp nodig O'Brien, Brutonia heeft je hulp nodig. Ik heb opdracht gekregen van Wallington om de Brundenwaldse aanslag te onderzoeken.'
'Dat kan je toch prima alleen?' zei O'Brien met zijn armen over elkaar.
'Ja maar ik ben bang dat het niet zo eenvoudig ligt. Ik heb de hulp nodig van de Laatsten. We hebben een eed aan elkaar gezworen om elkaar te helpen in nood. Nu vraag ik je je daar aan te houden. Ga mee, en help het vaderland een oorlog te voorkomen. Magiërs zijn altijd beschermers van de vrede geweest en wederom rust die zware taak op onze schouders.'
'Niet alle Magiërs,' zei O'Brien geamuseerd, 'maar ik zal mee gaan alleen om die vervloekte Hanalees in de gaten te houden met zijn onzedelijke gedrag.'
'Fantastisch, heb je die penning nog?'
'Ja, wacht buiten maar. Ik pak mijn spullen en dan kom ik ook.'
Sean stapte uit de biechtstoel en gaf O'Brien een ferme hand. 'Brutonia zal je bedanken mijn vriend.'
'Weet je, ook zonder die eed was ik mee gegaan. Zoals een herder zijn kudde beschermt tegen de monsters uit de donkere bossen, zo bescherm ik mijn gemeente.' O'Brien gaf Sean spontaan een stevige knuffel, 'ik ben blij je te zien makker.'
'Het gevoel is geheel wederzijds.'
Sean wachtte buiten rustig op O'Brien die via een zij-ingang naar buiten kwam. Samen reden ze weg gevolgd door een menigte schreeuwende kinderen.
savrom
Balpen
Balpen
Berichten: 256
Lid geworden op: 22 apr 2014 19:41

Jeej! Een stuk waar ik niks op aan te merken heb. Soms nog een komma verkeerd. Als je een zin hebt die wordt gezegd, moet de komma wel binnen de aanhalingstekens, want het hoort nog bij het gezegde. Dus:
'Maar ik wist niet dat je ziek was,' zei hij verbaasd.
Over het algemeen doe je het goed hoor.Hier en daar zag ik het!

Ben benieuwd die/wat de Laatsten zijn ;)
It is not in the stars to hold our destiny but in ourselves.
Shakespeare
Hirador
Vulpen
Vulpen
Berichten: 366
Lid geworden op: 12 nov 2013 17:53

Wat betreft de komma, officieel moet die buiten de aanhalingstekens. Heb het laten nakijken door hoogleraar maar in boeken doen ze het binnen de aanhalingstekens omdat ze dat mooier vinden

Was ik niet duidelijk genoeg wie de laatsten waren? Sean en O'Brien vallen daar onder als Magiërs
Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor
savrom
Balpen
Balpen
Berichten: 256
Lid geworden op: 22 apr 2014 19:41

Ja, in mijn scriptie staat het er ook buiten inderdaad. Toen dacht ik laatst nog: omg waar doe ik het nou fout. Internet is er niet heel duidelijk over, maar laten we de andere schrijvers maar volgen in de verhalen en de hoogleraar in de scriptie!
Het was wel duidelijk dat ze dat waren, maar niet wat het dan betekent ;)
It is not in the stars to hold our destiny but in ourselves.
Shakespeare
Hirador
Vulpen
Vulpen
Berichten: 366
Lid geworden op: 12 nov 2013 17:53

Misschien wel beter ja, maar voor mij zou het goed zijn de officiële weg te volgen want voor ik iets heb geleerd haha
Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor
Hirador
Vulpen
Vulpen
Berichten: 366
Lid geworden op: 12 nov 2013 17:53

Eerste deel bijgewerkt en er komt snel weer een update
Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor
savrom
Balpen
Balpen
Berichten: 256
Lid geworden op: 22 apr 2014 19:41

Ga je hier nog mee verder eigenlijk :D of gooi je het allemaal in 1 verhaal zoals je laatst ergens zei
It is not in the stars to hold our destiny but in ourselves.
Shakespeare
Hirador
Vulpen
Vulpen
Berichten: 366
Lid geworden op: 12 nov 2013 17:53

Nee nee ik ga nog verder hoor, zit te wachten tot ik weer een deel krijg van mijn controle freak hier
Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor
savrom
Balpen
Balpen
Berichten: 256
Lid geworden op: 22 apr 2014 19:41

Control freak?
It is not in the stars to hold our destiny but in ourselves.
Shakespeare
Hirador
Vulpen
Vulpen
Berichten: 366
Lid geworden op: 12 nov 2013 17:53

Ja ik laat mijn verhalen nu checken door een externe partij hihi. Dus dan komen de delen wat beter hier
Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor
savrom
Balpen
Balpen
Berichten: 256
Lid geworden op: 22 apr 2014 19:41

Haha XD op die fiets!
It is not in the stars to hold our destiny but in ourselves.
Shakespeare
Hirador
Vulpen
Vulpen
Berichten: 366
Lid geworden op: 12 nov 2013 17:53

Ja dat is beter want dan worden de foutjes er uitgehaald die ik over het hoofd zie
Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor Hodor
Plaats reactie

Terug naar “De Poort naar een Andere Wereld”