
ik ben helemaal nieuw op deze site. Ik schrijf vaker stukken, maar dat zijn eigenlijk altijd informatieve stukken of zoiets... nooit zulk soort verhalen. Ik zou graag tips willen hebben bij het schrijven ervan. Hoe ik het verhaal interessanter zou kunnen maken. Ik wist niet precies waar ik het verhaal het beste zou kunnen plaatsen... fantasy vond ik een beetje twijfelachtig. Wat ik vooral wil, is dat mensen meeleven met de hoofdpersoon (of in ieder geval dat ze zich de situatie van de hoofdpersoon in gaan beelden). Daarnaast komen er vrij veel dingen in voor, die een symbolische betekenis (zouden kunnen) hebben. In de meeste gevallen is het zo dat de lezer wat dat betreft zelf conclusies kan trekken of iets op zijn manier interpreteren. Een aantal schrijftips zou ik erg waarderen!
Liefs, Yanaa
Zonder vleugels
In deze wereld die jij kent leef ik. Ik ben een mens, maar ik heb een bijzondere eigenschap: ik kan vliegen. Ik heb geen vleugels, zoals een engel of een elf, maar gebruik mijn armen. Ik wapper ze heen en weer als een vogel. Bij die eerste bijzondere eigenschap hoort eigenlijk nog een tweede: ik kan voor korte tijd onsterfelijk zijn. Ik sta alleen op straat. Als uit het niets komt er een vrouw met een mes op me af. De vrouw wil me doden. Er is namelijk gezegd, dat degene die mij dood, de eigenschap over zal nemen om te kunnen vliegen en zich tijdelijk onsterfelijk te maken. De vrouw steekt het mes dwars door mijn hart heen en trekt het er daarna weer uit. Er gebeurt niets. Geen druppel bloed, geen verwonding. Opeens voel ik dat ik bijna weer sterfelijk ben. Ik word enorm angstig voor deze vrouw en ben bang dat ze mij zal doden. Ik probeer te ontsnappen en flapper mijn armen heen en weer als een vogel. Dan stijg ik op… ik vlieg… het werkt! Wapperend met mijn armen vlieg ik steeds hoger en hoger. Op een gegeven moment is de vrouw met het mes uit het zicht. Een enorm gevoel van bevrijding komt over me heen en tegelijkertijd een enthousiast gevoel, omdat ik kan vliegen! Ik vlieg steeds verder weg van de vrouw die me wilde doden. Af en toe merk ik dat ik hoogte verlies. Op een gegeven moment vlieg ik zelfs bijna tegen een schutting op. Ik wapper mijn armen enorm snel heen en weer, waardoor ik weer een stuk hoger kom te vliegen en uiteindelijk toch veilig over de schutting heen kom. In een tuin staat een man. Ik daal neer en vraag hem waar ik heen moet. “Die kant op”, zegt de man met een vriendelijke lach, een bepaalde richting uit wijzend. Ik voel me goed bij het zien van zo veel vriendelijkheid en eindelijk eens iemand die me niet wil doden. Ik vlieg verder en vlieg de hele dag door. Op een gegeven moment begint het schemerig te worden. In de verte zie ik een soort ronde tentjes staan. Ik besluit neer te dalen en in een van de tentjes de nacht door te brengen. Ik loop naar binnen in een van de tentjes en ga tegen de wand liggen, opgerold en met mijn gezicht naar de muur. Ik sluit mijn ogen. Opeens heb ik het gevoel dat er buiten iemand rondloopt…. langs de tent waar ik in lig! Ik houd mijn adem in. Ik hoor hoe iemand de tent binnen komt en zachtjes naar mij toe loopt. Nog steeds doe ik alsof ik lig te slapen, maar ondertussen bonkt mijn hart van opwinding. De persoon buigt zich over mij heen. Ik voel een hand op mijn schouder. Wie is deze persoon? Is het de vrouw met het mes die mij had willen doden? Wie het ook is, ik voel me sterk en klaar om de strijd aan te gaan. Ik ben niet meer bang.