Pagina 1 van 1

De Zoon van Astegor

Geplaatst: 19 jun 2012 02:04
door Christian Damen
Hallo forum!

Ik ben nieuw hier en hoopte dat er mogelijk mensen op dit forum zouden zijn die het leuk zouden vinden om een kijkje te nemen in mijn wereld. Ik hoop dat ik de goede forumplaats heb gevonden voor een fantasy verhaal. Ik zag dat in de meeste threads de proloog in de eerste post werd gezet, dus ik zal hetzelfde doen. Ik heb voor de zekerheid voor 16+ gekozen omdat er in het verhaal situaties zijn die mogelijk schokkend kunnen zijn.

Dit is de proloog van het eerste deel, het idee is dat het uiteindelijk een epos wordt van (minstens) drie delen.

EDIT: Ik heb de oorspronkelijke tekst nu vervangen door de nieuwe proloog. Voornamelijk dingetjes gladgestreken en tekstdingetjes aangepast, maar ik dacht dat men het misschien leuk zou vinden te zien dat er met de feedback dingen zijn gedaan.

Enjoy!

In de wouden van Duneidan was het nagenoeg stil, op één enkel geluid na; het geluid van een ruiter te paard die haastig tussen de bomen doorschoot. De herfst had zijn intrede gedaan en de bladeren vielen van de bomen, waardoor de vele paden in het woud bedekt werden met een bruingele laag die ze het aanzien gaven van de grillige rivier in het zuiden. De dag was bijna om, en de ondergaande zon zette het gehele bos in een bloedrode gloed. Tussen de schaduwen die werden opgeworpen door de jagende roofvogels vloog een grotere, snellere schaduw door de bomen. Een lange man gehuld in een rode cape reed gebogen over zijn paard met hoge snelheid door het bos. Terwijl hij over de paden stoof vlogen de gevallen bladeren alle kanten op, waardoor de rit eruit zag als de vlucht van een grote geest die een lang spoor van zijn aanwezigheid in de lucht achterliet.
In zijn wilde vlucht kreeg de wind greep op de ruiter, en de kap van zijn mantel vloog van zijn hoofd. Onder de kap zat het gezicht van een man van middelbare leeftijd met pikzwarte haren, en onder zijn dikke wenkbrauwen gloeiden twee felgroene ogen. In zijn armen hield hij een klein pakketje, voorzichtig tegen zich aangedrukt alsof het ieder ogenblik zou kunnen breken.
De ruiter hoorde het geluid van naderende hoeven steeds sterker worden. Hij schudde zijn zwarte haren uit zijn ogen en keek om over zijn schouder. Achter hem doken drie paarden op, twee zwart en één lichtgrijs. Op het ene zwarte paard zat een man gehuld in een lange cape, met de kap ver over de ogen getrokken. Het andere zwarte paard werd bereden door een slanke vrouw. Haar golvende, blonde haren wapperden lustig in de wind terwijl zij haar paard de sporen gaf. De man op het lichtgrijze paard had lange, bruine haren en een jong gezicht, maar een oude blik. Hij schreeuwde door het woud, maar de woorden gingen tussen de bomen verloren. Zijn intenties waren echter duidelijk. Zijn starre ogen waren gericht op de ruiter voor zich, en zijn mondhoeken krulden in een maniakale lach. In zijn linkerhand hield hij het gevest van een lang zwaard, terwijl hij met zijn rechterhand de teugels van zijn paard stevig met zijn hand omvatte.
De man op het lichtgrijze paard schreeuwde weer: ``Je kunt ons niet ontsnappen Maegh! Geef op als je leven je lief is!''
Maegh keek weer achterom en zag dat zijn achtervolgers hem begonnen in te halen. Zijn blik bleef even rusten op zijn linkerhand waarmee hij het pakketje vasthield. Hij was al te lang op de vlucht, zijn magie was op en zijn paard was buiten adem. Terwijl hij door het woud bleef rijden probeerde hij de ruiters af te schudden door zigzaggend van het pad af te wijken en onder laaghangende takken door te rijden, in de hoop dat één van de ruiters van zijn paard af zou worden geslagen. Achter hem reden deze echter behendig onder de takken door.
Met een woeste beweging draaide Maegh zich om en liet zijn magie in zich opkomen. Met alle kracht die hem nog restte probeerde hij een vuurkolom tussen zichzelf en zijn achtervolgers te plaatsen. Zijn magie was echter uitgeput; een kleine sliert van vuur was alles dat hij kon produceren.
De sliert miste zijn doel volledig en liet een kleine varen vlam vatten. Direct na zijn poging de achtervolgers van zich af te schudden moest hij zich razendsnel omdraaien om de teugels weer vast te pakken, zodat hij in de wilde rit niet van zijn paard af zou worden gegooid. Achter zich hoorde hij een snerpend geluid, alsof twee ruwe stenen snel langs elkaar heen werden gehaald, en hij voelde een zachte duw tegen zijn schouder vlak voordat een paarse straal van knetterende energie zich door zijn schouder boorde en hem van zijn paard af schoot. In zijn val probeerde Maegh het pakketje zo goed mogelijk te beschermen. Al rollend drukte hij het pakketje dicht tegen zijn lichaam aan, waarna hij met een smak tegen een boom tot stilstand kwam. Door de schok vloog het pakketje uit zijn hand, en rolde het een aantal meters van hem weg. Verdwaasd door de klap probeerde Maegh op te staan, maar halverwege werd het hem zwart voor de ogen. De uitputtende poging te vluchten voor de ruiters, opgevolgd door de klap tegen de boom werden hem teveel, en hij zakte bewusteloos tegen de boom aan.

Toen hij weer bijkwam was de rode avondzon bijna verdwenen. Zijn belagers waren van hun paarden afgestapt en stonden om hem heen. De blonde vrouw boog zich voorover om het pakketje te pakken. De laatste stralen van het avondlicht die over haar gezicht streelden gaven haar een beeldschone gloed op haar wangen. Voor een enkel moment vergat Maegh de situatie en kon hij alleen maar naar haar kijken, hoe de wind speels door haar haren blies waardoor haar ogen aan het zicht werden onttrokken. Toen liet ze zich op haar hurken zakken en was het moment even plots voorbij als dat het begonnen was. De vrouw pakte het pakketje voorzichtig van de grond en begon het uit de doeken te wikkelen. Maegh wist dat hij nu niets meer kon doen, ze zouden er nu achter komen. Maar het gaf niet meer, het was nu toch al te laat. Hij had zijn plicht vervuld, zijn laatste daad zou er een zijn van eer en hoop. De vele zonden die hij in zijn lange leven had begaan zouden hem mogelijk worden vergeven, doordat hij nu met zijn laatste acties de waarheid voor altijd zou doen verdwijnen.
De vrouw wikkelde de laatste windsels van het pakketje, en uit haar handen rolde een grote, ovalen steen. Een moment was het stil terwijl ze er met grote ogen naar staarde. Ze betastte de steen hardhandig, pakte hem op en draaide hem rond alsof ze verwachtte dat de steen in iets anders zou veranderen. Ze hield de steen tegen het licht en tuurde er aandachtig naar, maar liet hem toen plots op de grond vallen. Ze draaide zich met een ruk om in de richting van Maegh en keek met haar ogen brandend met woede op hem neer.
``Waar...'' zei ze met een zachte, hese stem, terwijl ze langzaam dichter naar hem toeliep. ``Waar is het.... Wat heb je gedaan....''
Maegh lachte honend. ``Je bent te laat, veel te laat.''
De vrouw sprong naar voren en drukte Maegh met haar sterke armen hard tegen de boom aan. De geur van haar haren was fris en zoet en gaf hem wederom het magische gevoel dat de vrouw hem zojuist had gegeven.
``Waar is het... Waar is het deel? Ons deel, wat heb je ermee gedaan?''
Maegh kon een glimlach niet onderdrukken ``Háh, jullie deel. Het is nooit van jullie geweest, en het zal nooit van jullie zijn. Jullie begrijpen niet hoe het werkt, hoe de waarheid in elkaar zit, en jullie zullen het nooit begrijpen ook. En ik zal alles doen, alles, om ervoor te zorgen dat jullie haar nooit zullen vinden of bereiken!''
Met deze woorden haalde Maegh diep adem, en putte uit zijn laatste restje levenskracht de energie om een geconcentreerde straal van vuur uit zijn vingers naar voren te schieten. De vlammen schoten dwars door het dijbeen van de vrouw, en vloekend sprong ze achteruit.
Onmiddellijk merkte Maegh de effecten van het laatste staaltje magie dat hij ooit zou gebruiken. Zijn volledige lichaam werd slap, en zijn zintuigen verloren hun kracht. Het vloeken van de vrouw klonk als een zacht geroep in de verte, en de bomen verwerden tot één grote massa. In de verte hoorde hij een mannenstem. Met moeite probeerde hij zijn ogen open te houden en zag nog net dat de man met het zwaard het woord had genomen, terwijl de man met de cape zich over de vrouw ontfermde.
``Het is inderdaad te laat. Hij heeft net zijn laatste levenskracht verspild. Echter, niet alles... meer aanwijzingen om te vinden.... er is tijd...'' Maegh kon niet alle woorden meer duidelijk onderscheiden, en hij moest alle mogelijke moeite doen om de laatste woorden op te vangen. ``... heeft gevochten met eer.... sterven... ''
De man met het zwaard kwam op Maegh afgelopen. Op twee meter afstand bleef hij staan, en keek even naar hem. Toen trok hij het zwaard uit de schede. Als uit de verte hoorde Maegh het geluid van staal dat getrokken werd, en toen hoorde hij niets meer. Met zijn allerlaatste kracht draaide hij zijn ogen omhoog, en zag het jonge gezicht van de man, bijna nog een jongen, naar hem kijken terwijl hij het zwaard ophief. De maniakale lach had plaatsgemaakt voor een kalme, bijna vriendelijke lach, en zijn ogen spraken een bepaalde rust uit die Maegh zijn moment van sterven kalm liet betreden. Toen maakte alles plaats voor duisternis terwijl het zwaard naar beneden kwam, en Barragan Maegh was niet meer.

``Moge ons aller vader Caine genadig zijn, uw zonden vergeven en u met uw geliefden herenigen.'' Nadat de man met zijn geruststellende glimlach de Laatste Woorden van de Oude Goden had gesproken, sloot hij de ogen van Maegh en draaide diens hoofd naar het westen.
``Hah! `Ons aller vader Caine', nou dan zal hij je nu zeker zeer dankbaar zijn dat hij door jouw toedoen zijn zoon weer aan het hart kan drukken,'' zei de blonde vrouw spottend tegen de zwaardmeester, terwijl deze weer opstond. ``Je zou je eigen zonden nog maar eens goed moeten overdenken. Voor een man die zo heilig gelooft in de Oppergod heb je verbazend vaak gezondigd. Als ik een boom zou planten voor elk slachtoffer dat is gevallen door het scherp van jouw zwaard, dan zou ik nu een bos ter grootte van Nomnia bezitten.''
``Het doden van anderen ontzegt ons niet noodzakelijkerwijs de toegang tot het Rijk na het Leven,'' antwoordde de zwaardmeester rustig, ``al is dat wel waarschijnlijk. Echter, een man die zijn leven besteedt aan het doden van de vijanden van zijn Heer en Meester, is een man van eer en zal door zijn Heer worden geloofd tot in den eeuwigheid. Waarom zou het anders zijn, als een man zijn leven besteedt aan het doden van de vijanden van ons aller vader Caine? Waarom zou Caine hem dan niet belonen voor het doen van zijn werk?''
``Pfah! Jij gelooft werkelijk dat je de gezant van de Oppergod bent, dat jij zijn werk op aarde doet. Hoe kun je nóg geloven in die onzin? De Oude Goden zijn niet meer van deze tijd. Zelfstandig denkende mensen hebben de valse goden onttroond, en vereren nu de rechtmatige heersers van de wereld: de wonderschone Maan en de eeuwig vlammende Zon. De Oppergod bestaat niet en heeft ook nooit bestaan, en jij bent al helemaal nooit de Hand van God geweest! Je -''
``Zwijg!'' De man met de cape sprak met een diepe rauwe stem tot zijn metgezellen. ``Twijfel nooit of te nimmer meer aan het bestaan van Caine. Hij heeft bestaan, ook al is hij nu niet langer onder ons. Wij hoeven inderdaad niet langer in de Oude Goden te geloven, wij wéten dat zij hebben bestaan. Vergeet dit nooit.''
Met ogen van ontzag keek de blonde vrouw naar de man die net had gesproken, en schaamtevol boog ze haar hoofd. ``Ja vader, vergeef mij mijn woorden. De leugens van de valse aanbidders van de Maan en Zon hebben mij verward. Ik zal niet meer twijfelen aan de Oude Goden.''
``We zullen nu samen vertrekken, mijn dochter, en terugkeren naar ons thuis. Nu Maegh een doodlopend spoor is gebleken, moet er nog veel gebeuren willen mijn plannen lukken, en des te sneller het gebeurd is des te beter.''
De blonde vrouw liep terug naar haar zwarte paard en haalde eenzelfde soort cape uit de zadeltassen als degene die haar vader droeg. Ze sloeg de cape om haar lichaam en trok de kap over haar hoofd heen, zodat nu ook haar gezicht verdween in de duisternis.
``En voor jou heb ik nog een andere dringende opdracht,'' zei de man tegen de zwaardmeester. ``Maegh's woorden doen mij vermoeden dat er meer aan de hand is dan wij oorspronkelijk dachten. Vind een weg in het land van de Cainûl en dring door tot de bibliotheken van Ostho. Mogelijk dat er daar nog documenten te vinden zijn die ons meer kunnen vertellen over het deel van Caine, en waar Maegh het heeft gelaten.''
``Jawel, meester.''
``Dan zeg ik je nu vaarwel. Het zou heel goed kunnen dat wij elkaar een lange tijd niet zullen zien; het binnendringen van Zudan zal een lastige opgave zijn. Wees niet te gehaast. Ik vertrouw erop dat je mij bij onze volgende ontmoeting meer informatie zult verstrekken over het Deel.''
``Jawel, meester. Moge Caine uw pad helder voor u uitstippelen, en uw vijanden voor u laten wijken.''
``En moge hij je beschermen tegen onspoed. Het ga je goed.''
De man in de cape liet zijn paard draaien, en gaf het een flinke tik in de flanken, waarop het in galop wegreed. De blonde vrouw keek nog kort hoofdschuddend naar de zwaardmeester, en volgde toen het voorbeeld van haar vader.
Toen beiden uit zijn zicht waren verdwenen besteeg ook de zwaardmeester zijn paard. Met een laatste blik op het levenloze lichaam van Maegh keerde hij zich naar het oosten en gaf zijn paard de sporen.

-

Daarmee eindigt het eerste hoofdstuk. Alle commentaren zijn welkom (ook als mensen het slecht vinden). Vragen zijn natuurlijk ook van harte welkom, er steekt een volledige wereld achter het verhaal. Ik zal van tijd tot tijd hier komen kijken of mijn post vruchten heeft afgeworpen.

~Chris

Re: De Zoon van Astegor

Geplaatst: 19 jun 2012 10:39
door Silk
Heel in het begin komt er naar mijn smaak een beetje te vaak "de paden" in voor, voor de rest leest het vlot. Ik wacht op het volgende stukje. :)

Re: De Zoon van Astegor

Geplaatst: 19 jun 2012 22:48
door justme
heej :)

Leuk om eens zo'n soort verhaal te lezen. Niets meer aan veranderen joh! Echt hoe kom je op die tekst die ze tegen elkaar spreken, geweldig bedacht. Ook die zin toen hij die man afslachte. Geen idee hoe je hier allemaal op komt maar je hebt een rijk fantasie ;) ben benieuwd naar het volgende stukje!!

groetjes

Re: De Zoon van Astegor

Geplaatst: 21 jun 2012 20:45
door Tesserell
Ik vind dat je alles heel mooi beschrijft, ik kreeg meteen een warm gevoel van bij het lezen van de ondergaande zon! :P
Ik ben benieuwd naar je volgende post.

Re: De Zoon van Astegor

Geplaatst: 22 jun 2012 17:01
door Plushie
Je beschrijft alles met veel details, maar soms heb ik de indruk dat je zinnen net iets te lang zijn, waardoor het soms iets minder vlot leest. (Dat kan ook aan mij liggen ;P)
Voor de rest -> je houd veel dingen verborgen die het verhaal meteen spannend maken, dus ik ben nieuwsgierig naar meer ;)

Re: De Zoon van Astegor

Geplaatst: 24 jun 2012 10:14
door Tijgerlelie
Hey Christian,

Pfieuw een lange post! Maar de eerste heb ik ook met plezier gelezen dus ik zal me hier ook eens aan wagen (natuurlijk stiekem in de hoop dat je ooit eens wat van mij gaat lezen (A)). Veel mensen beginnen inderdaad met hun proloog hoewel dit in de meeste gevallen of geen proloog is, of een nogal uitleggerig stuk wat beter weggelaten kan worden. Dus ik ben benieuwd wat het hier wordt! Schrik niet trouwens, ik ben nogal een kritische lezer...
De herfst had zijn intrede gedaan, en de blaadjes vielen ruimschoots uit de bomen, waardoor de vele paden in het woud bedekt werden met een bruingele laag bladeren die de paden het aanzien gaven van de grillige rivier in het zuiden.
“Ruimschoots” vind ik een beetje vreemde woordkeuze in deze context. Daarnaast is de zin lang en lastig door de... , en, waardoor, die.... . En weer “, en” ;)
Tussen de schaduwen die werden opgeworpen door de rusteloos vliegende roofvogels vloog een grotere, snellere schaduw door de bomen.
Goed, we zitten in een bos. Hoe valt in een bos nog de schaduw van een roofvogel op? En hoe vliegt een vogel rusteloos? En roofvogels jagen meestal alleen, dit komt over als een zwerm boven het bos :P En volgens mij als je een komma tussen “grotere” en “snellere” schaduw zet, moet je die komma herhalen achter “snellere” maar dat weet ik niet zeker. Of moet het dan zo? Vloog een grotere – snellere – schaduw door de bomen. In ieder geval loopt het zo een beetje vreemd.
Een lange man gehuld in een rode cape reed gebogen op zijn paard met hoge snelheid door het bos.
Haha, ik zie nu een man in buiging op zijn paard staan :P Maar mijn brein doet gekke dingen soms. Volgens mij rijdt iemand gebogen over zijn paard.
Terwijl hij over de paden stoof vlogen de gevallen bladeren alle kanten op, wat de rit eruit liet zien als de vlucht van een grote geest, welk een lang spoor van zijn aanwezigheid in de lucht achterliet.
Dit is weer zo’n lastige komma constructie.
In zijn armen hield hij een klein pakketje, wat hij dicht tegen zich aangedrukt hield, voorzichtig alsof het ieder ogenblik zou kunnen breken.
En dit ook, loopt niet soepel.
Haar golvende blonde haren wapperden in de wind op het tempo waarop zij haar paard de sporen gaf.
Dit vind ik een beetje vreemd beeld. Haren wapperen niet op een tempo, snap je? Dat indiceert voor mij een soort bewuste handeling en dat kan haar niet.
Zijn lange, bruine, warrige haren vlogen achter hem aan als een vaandel in de wind.
Tip, pas op met dit soort opsommingen (lang, bruin, warrig). Dat doe je vaker en is vaak als lezer niet zo boeiend en haalt je slechts uit het tempo van het verhaal. Kies 1, misschien 2 bijvoegelijk naamwoorden die je kwijt wilt of verplaats iets naar het eind van de zin (Zijn lange haren vlogen als een donker vaandel achter hem aan).
Tevergeefs probeerde Maegh zich om te draaien en de ruiters aan te vallen, maar met slechts één hand en geen resterende magie kreeg hij niet meer voor elkaar dan een kleine sliert van vuur uit zijn handpalm te laten ontsnappen.
Waarom heb je dit zo afstandelijk opgeschreven? Je geeft al weg dat het gaat mislukken terwijl ik hier de actie in gesleept wil worden.
‘In een laatste wanhoopspoging draaide Maegh zich om en viel de ruiters aan. De vingers van zijn vrije hand spanden zich, tekenden het juiste gebaar. Uit zijn handpalm onsnapte slechts een klein vlammetje in plaats van de vuurkolom die hij nodig had. Zijn magie was uitgeput, zijn paard doodop en hij kon nergens meer heen. ‘
Toen hij weer bijkwam was de rode avondzon bijna verdwenen... Hij had zijn plicht vervuld, zijn laatste daad zou er een zijn van eer en hoop, waardoor zijn vele zonden in zijn lange leven hem mogelijk zouden worden vergeven door met zijn laatste acties de waarheid voor altijd te doen verdwijnen.
Dit vond ik een mooie alinea! Zinnen goed, personage herkenbaar en vanuit zijn ogen geschreven.
betaste de steen met haar handen, pakte hem op en draaide hem rond, half verwachtend dat er aan de andere kant iets anders zat dan dat wat ze nu in haar handen had.
Laatste helft loopt raar.
De vrouw wikkelde de laatste windsels van het pakketje, en uit haar handen rolde een grote ovalen steen.
Achter zich hoorde hij een snerpend geluid, alsof twee ruwe stenen snel langs elkaar heen werden gehaald, en hij voelde een zachte duw tegen zijn schouder vlak voordat een paarse straal van knetterende energie zich door zijn schouder boorde en hem van zijn paard af schoot.
In zijn wilde vlucht kreeg de wind grip op de ruiter, en de kap van zijn mantel vloog van zijn hoofd.
De dag was bijna om, en de ondergaande zon zette het gehele bos in een bloedrode gloed.
Door de schok vloog het pakketje uit zijn hand, en rolde het twee meter van hem weg.
De uitputtende poging te vluchten voor de ruiters en de klap tegen de boom werden hem teveel, en hij zakte bewusteloos tegen de boom aan.
Ze hield de steen tegen het licht en tuurde er aandachtig naar, en liet hem toen plots uit haar handen op de grond vallen.
Allemaal “, en”


Zo, tot hier heb ik intensief nagekeken. De meeste opmerkingen komen op hetzelfde neer zoals je kunt zien :) Een achtervolgingscène door het bos om een voorwerp/persoon te bemachtigen is (sorry dat ik het moet zeggen weer!) al erg vaak gedaan als begin. Vrijwel hetzelfde zit volgens mij in het boek Eragon bijvoorbeeld en ik heb het ook hier wel eens gelezen. Die van jou is op de kleine dingetjes hierboven goed in elkaar gezet maar springt er nog niet uit. Wat is er anders in deze situatie/wereld waarom ik dit nog eens zou willen lezen? Op dit moment kan deze scène in de helft van de boeken die ik gelezen heb. Dus het moet echt heel goed zijn om mij nog een boek te laten lezen. De karakters moeten van de bladzijde af druipen, de emoties als de mijne voelen. Snap je?

Hopelijk heb je wat aan mn gemuggenzift, blijf vooral lekker doorschrijven!

Re: De Zoon van Astegor

Geplaatst: 24 jun 2012 12:29
door Christian Damen
Flinke muur van commentaar, bedankt daarvoor! :) Ik heb de commentaren al verwerkt in mijn bestanden, ik zal t.z.t. de forumpost ook aanpassen.

Dit is inderdaad de proloog. In het eerste hoofdstuk worden de karakters geïntroduceerd, een hoofdstuk waar je een boek dus niet mee wilt openen ;-)

Het is bij mij bekend dat ik de , en constructie vaak gebruik. Ik denk dat ik die er meestal in zet om óf een lange zin netter op te delen, óf om extra pauze in te lassen. Ik weet ook dat het in veel gevallen niet correct Nederlands is, maar het is onderhand een wezenlijk deel van mijn stijl geworden denk ik. Ik kijk nog even wat ik er mee ga doen.
Een achtervolgingscène door het bos om een voorwerp/persoon te bemachtigen is (sorry dat ik het moet zeggen weer!) al erg vaak gedaan als begin. Vrijwel hetzelfde zit volgens mij in het boek Eragon bijvoorbeeld en ik heb het ook hier wel eens gelezen. Die van jou is op de kleine dingetjes hierboven goed in elkaar gezet maar springt er nog niet uit. Wat is er anders in deze situatie/wereld waarom ik dit nog eens zou willen lezen? Op dit moment kan deze scène in de helft van de boeken die ik gelezen heb. Dus het moet echt heel goed zijn om mij nog een boek te laten lezen. De karakters moeten van de bladzijde af druipen, de emoties als de mijne voelen. Snap je?
Ik begrijp hier je redenatie, maar ik zal dit waarschijnlijk toch houden zoals het nu is. Ik kan niet heel goed uitleggen waarom deze scene zo belangrijk is en waarom deze als proloog moet voorkomen, zonder dat ik een groot deel van de plotlijn weggeef. Ik kan wel zeggen dat in de eerste tachtig procent van het boek helemaal niets betrekking heeft op de proloog. Pas aan het einde van het boek wordt duidelijk wat er is gebeurd (en nog wat andere dingen).
Ik snap dat deze uitleg een beetje vaag is, maar ik wil de plotlijn niet verpesten ;-)

Nogmaals bedankt voor de commentaren, ik heb er een hoop aan gehad!
[En ik zal binnenkort naar jouw verhalen kijken, zijn er nog voorkeuren waar ik moet beginnen?]

~Chris

Re: De Zoon van Astegor

Geplaatst: 26 jun 2012 22:15
door ScytheNL
Hoewel ik helemaal in het begin even het idee kreeg dat het een heel langdradig verhaal zou worden, door de erg gedetailleerde tekst en veel beeldspraak, merk ik dat het toch lekker wegleest. De stijl bevalt me, en ik denk dat je de juiste toon hebt gevonden om een mooie spanning neer te zetten (Wie zijn de achtervolgers? Voor welke dingen moet Maegh boete doen? Wat zit er in het pakketje? Of, wat DENKEN ze dat erin zit). Ik zeg: Zo doorgaan :)

Eén kritiekpuntje: Door het woud Duneidan te noemen linkte je me meteen naar Lord of the Rings :D Aragorn is daarin uiteraard lid van de Dunédain... Maar dat was ook het enige ;)

Re: De Zoon van Astegor

Geplaatst: 27 jun 2012 00:05
door Christian Damen
Eén kritiekpuntje: Door het woud Duneidan te noemen linkte je me meteen naar Lord of the Rings :D Aragorn is daarin uiteraard lid van de Dunédain... Maar dat was ook het enige ;)
Argh, je hebt helemaal gelijk xD Hm, hoe storend is dit denk je?

Re: De Zoon van Astegor

Geplaatst: 27 jun 2012 07:33
door ScytheNL
Mwoa, storend... Het viel me op, dat wel. Maar ik weet niet hoe vaak de naam terugkomt? Als het één of twee keer wordt genoemd kun je het misschien zo laten... Maar zelf zou ik het veranderen... Ik had overigens zelf net zoiets, het volk in mijn verhaal heette de Ferendi... En toen ineens, onder het eten, schoot me te binnen: Star Trek... Ferengi... Sjips! :D

Re: De Zoon van Astegor

Geplaatst: 03 jul 2012 13:20
door Wannabe
Spannend stukje! Mooi geschreven en beschreven, het roept inderdaad een heleboel vragen op. Ik wacht in ieder geval op meer! ^^

Re: De Zoon van Astegor

Geplaatst: 16 sep 2012 23:34
door Christian Damen
Ik heb de oorspronkelijke tekst nu vervangen door de nieuwe proloog. Voornamelijk dingetjes gladgestreken en tekstdingetjes aangepast, maar ik dacht dat men het misschien leuk zou vinden te zien dat er met de feedback dingen zijn gedaan.

Overigens zal ik de rest niet gaan plaatsen (althans de komende maanden niet), aangezien ik er nu redelijk zeker van ben dat ik het hele verhaal naar uitgevers wil gaan sturen (wanneer het 'af' is dan natuurlijk hè)

Re: De Zoon van Astegor

Geplaatst: 30 jun 2013 21:15
door Rob
Kijk eens aan! Wat een goed verhaal. Al bij de eerste zin, had ik een levendig beeld voor me! Goede beschrijvingen ok en een lekker vlotte stijl!

Groetjes Rob,
auteur van het Judascomplot