De man die met de Dood wandelde
Geplaatst: 07 jul 2012 01:57
Mijn nieuwe projectje: (werknaam zal mogelijk nog veranderen).
Voor de mensen die al wat meer van mijn werken hebben gelezen: Wees gerust, ik heb geleerd en zal niet te veel tegelijk posten, en zal rustperiodes tussen de posts in bouwen ;-)
----------------------------------------------------------------------------
De man die met de Dood wandelde
"De koffie van de Starbucks is beter." De laatste woorden van Alexander Reijen, de laatste woorden die hij had gesproken voordat zijn leven voorgoed zou worden beëindigd. Had hij geweten dat zijn einde op de aarde was aangebroken, had hij geweten dat hij enkele momenten later zou worden aangereden op het zebrapad, dan had hij wel iets anders gezegd. Wijze woorden, woorden waardoor hij herinnerd zou worden. Of misschien geruststellende woorden voor zijn familie, dat zij zich geen zorgen hoefden te maken, dat hij nu naar een betere plaats was vertrokken. En heel misschien waren zijn laatste woorden de woorden van de liefde geweest, woorden voor de vrouw van wie hij altijd had gehouden.
Dit waren de gedachten die door het hoofd van Alexander schoten, enkele momenten nadat hij was gestorven. Geen beelden van zijn geliefden, geen samenvattende film over zijn leven.
"Je leven flitst niet aan je voorbij." Alexander wist niet tegen wie hij het had; hij was dood, niemand zou hem kunnen horen.
"Alexander Desiderius Reijen, u bent geroepen." Een hese stem sprak tegen hem, fluisterend en zachtjes sissend.
Met tegenzin hief Alexander zijn hoofd op: Hij wist wat hij zou zien, hij wist wat er aan de hand was. Hij was dood, en er zou maar één wezen zijn dat hem hier zou komen opzoeken.
Over Alexander heen gebogen stond een lange figuur, een wezen gehuld in een vieze, grauwe mantel. Het wezen leek noch armen te hebben, noch benen. Ook een gezicht was niet te zien. Nu Alexander de gestalte die voor hem stond goed bekeek, leek het er op dat de grauwe mantel alles bedekte wat het wezen enigszins menselijk zou kunnen maken.
"Alexander Desiderius Reijen, ik ben hier om u te begeleiden naar de Wereld Hierna."
Alexander keek naar de gezichtsloze duisternis die onder de kap van het wezen schuilging en zonder na te denken knikte hij.
Het wezen draaide zich langzaam om en leek weg te willen glijden, toen Alexander zijn stem verhief: "Wacht..."
Met een vloeiende beweging draaide het wezen zich weer terug en bracht zijn gezicht - of eerder de duisternis waar zijn gezicht had moeten zitten - vlak voor dat van Alexander.
"Wacht?" de hese fluisterstem klonk verbaasd. "Ik wacht niet."
"Maar ik smeek u, ik ben er nog niet klaar voor..."
"Iedereen," siste het wezen, "Iedereen is klaar. Mensen sterven niet voordat ze klaar zijn. Het leven en de dood zijn van tevoren bepaald."
"Ik kan nog niet sterven, ik ben te jong. Ik moet nog zoveel bereiken in mijn leven, ik moet nog zo veel doen."
"Ik ben slechts de gids, ik breng hen die zijn gestorven naar hun rustplaats. Ik besluit niet wie er sterft, en wie er blijft leven. Dit is de waarheid, dit is een feit. Ik schenk geen leven, ook u zult dit moeten leren accepteren." Het wezen pauzeerde even voordat het verder sprak. "Maar slechts weinigen kunnen dit. De ziel van de mens is niet snel bereid te accepteren. Maar ik wacht niet. Als uw ziel de waarheid niet kan accepteren, dan zal ik het van uw persoonlijkheid moeten bevrijden. Zonder de vorm verliest u al uw herinneringen en gevoelens, u verliest uw identiteit. Zonder gevoelens om u te binden aan uw leven, en zonder herinneringen om naar te verlangen zult u vrij zijn, vrij om de waarheid te accepteren en de Wereld Hierna te betreden."
Alexander ademde diep in - hij was dood, was het nog wel nodig om te ademen? - en knikte naar het wezen.
"Ik ben dood. Ik wist dit al, maar ik hoopte dat u het zou kunnen terugdraaien. Ik zie nu in dat dit niet langer mogelijk is, mijn leven is voorbij."
"Acceptatie komt snel, uw gids kan u al leiden. Uw ziel zal zijn vorm kunnen behouden. Ik zal u naar uw volgende bestemming brengen."
"Wacht -"
"Ik wacht niet..." De fluisterende stem van het wezen klonk nu nóg heser, bijna geïrriteerd.
"Ik ga welwillend met u mee, mits u mijn vraag kunt beantwoorden, één simpele vraag."
Het wezen leek te twijfelen, en boog toen naar Alexander.
"Zoals u wenst. Eén enkele vraag zal ik beantwoorden, waarna wij zullen vertrekken."
Alexander knikte. "Mijn vraag is simpel, doch complex. Er is slechts één antwoord, maar het juiste antwoord kan veranderen. Niemand kan u het antwoord vertellen, toch zullen velen het zelf weten."
"Stel me uw vraag."
"Wie bent u?"
-----------
~Chris
Aangepast na commentaar van P_Westdijk en JodieJJ
Voor de mensen die al wat meer van mijn werken hebben gelezen: Wees gerust, ik heb geleerd en zal niet te veel tegelijk posten, en zal rustperiodes tussen de posts in bouwen ;-)
----------------------------------------------------------------------------
De man die met de Dood wandelde
"De koffie van de Starbucks is beter." De laatste woorden van Alexander Reijen, de laatste woorden die hij had gesproken voordat zijn leven voorgoed zou worden beëindigd. Had hij geweten dat zijn einde op de aarde was aangebroken, had hij geweten dat hij enkele momenten later zou worden aangereden op het zebrapad, dan had hij wel iets anders gezegd. Wijze woorden, woorden waardoor hij herinnerd zou worden. Of misschien geruststellende woorden voor zijn familie, dat zij zich geen zorgen hoefden te maken, dat hij nu naar een betere plaats was vertrokken. En heel misschien waren zijn laatste woorden de woorden van de liefde geweest, woorden voor de vrouw van wie hij altijd had gehouden.
Dit waren de gedachten die door het hoofd van Alexander schoten, enkele momenten nadat hij was gestorven. Geen beelden van zijn geliefden, geen samenvattende film over zijn leven.
"Je leven flitst niet aan je voorbij." Alexander wist niet tegen wie hij het had; hij was dood, niemand zou hem kunnen horen.
"Alexander Desiderius Reijen, u bent geroepen." Een hese stem sprak tegen hem, fluisterend en zachtjes sissend.
Met tegenzin hief Alexander zijn hoofd op: Hij wist wat hij zou zien, hij wist wat er aan de hand was. Hij was dood, en er zou maar één wezen zijn dat hem hier zou komen opzoeken.
Over Alexander heen gebogen stond een lange figuur, een wezen gehuld in een vieze, grauwe mantel. Het wezen leek noch armen te hebben, noch benen. Ook een gezicht was niet te zien. Nu Alexander de gestalte die voor hem stond goed bekeek, leek het er op dat de grauwe mantel alles bedekte wat het wezen enigszins menselijk zou kunnen maken.
"Alexander Desiderius Reijen, ik ben hier om u te begeleiden naar de Wereld Hierna."
Alexander keek naar de gezichtsloze duisternis die onder de kap van het wezen schuilging en zonder na te denken knikte hij.
Het wezen draaide zich langzaam om en leek weg te willen glijden, toen Alexander zijn stem verhief: "Wacht..."
Met een vloeiende beweging draaide het wezen zich weer terug en bracht zijn gezicht - of eerder de duisternis waar zijn gezicht had moeten zitten - vlak voor dat van Alexander.
"Wacht?" de hese fluisterstem klonk verbaasd. "Ik wacht niet."
"Maar ik smeek u, ik ben er nog niet klaar voor..."
"Iedereen," siste het wezen, "Iedereen is klaar. Mensen sterven niet voordat ze klaar zijn. Het leven en de dood zijn van tevoren bepaald."
"Ik kan nog niet sterven, ik ben te jong. Ik moet nog zoveel bereiken in mijn leven, ik moet nog zo veel doen."
"Ik ben slechts de gids, ik breng hen die zijn gestorven naar hun rustplaats. Ik besluit niet wie er sterft, en wie er blijft leven. Dit is de waarheid, dit is een feit. Ik schenk geen leven, ook u zult dit moeten leren accepteren." Het wezen pauzeerde even voordat het verder sprak. "Maar slechts weinigen kunnen dit. De ziel van de mens is niet snel bereid te accepteren. Maar ik wacht niet. Als uw ziel de waarheid niet kan accepteren, dan zal ik het van uw persoonlijkheid moeten bevrijden. Zonder de vorm verliest u al uw herinneringen en gevoelens, u verliest uw identiteit. Zonder gevoelens om u te binden aan uw leven, en zonder herinneringen om naar te verlangen zult u vrij zijn, vrij om de waarheid te accepteren en de Wereld Hierna te betreden."
Alexander ademde diep in - hij was dood, was het nog wel nodig om te ademen? - en knikte naar het wezen.
"Ik ben dood. Ik wist dit al, maar ik hoopte dat u het zou kunnen terugdraaien. Ik zie nu in dat dit niet langer mogelijk is, mijn leven is voorbij."
"Acceptatie komt snel, uw gids kan u al leiden. Uw ziel zal zijn vorm kunnen behouden. Ik zal u naar uw volgende bestemming brengen."
"Wacht -"
"Ik wacht niet..." De fluisterende stem van het wezen klonk nu nóg heser, bijna geïrriteerd.
"Ik ga welwillend met u mee, mits u mijn vraag kunt beantwoorden, één simpele vraag."
Het wezen leek te twijfelen, en boog toen naar Alexander.
"Zoals u wenst. Eén enkele vraag zal ik beantwoorden, waarna wij zullen vertrekken."
Alexander knikte. "Mijn vraag is simpel, doch complex. Er is slechts één antwoord, maar het juiste antwoord kan veranderen. Niemand kan u het antwoord vertellen, toch zullen velen het zelf weten."
"Stel me uw vraag."
"Wie bent u?"
-----------
~Chris
Aangepast na commentaar van P_Westdijk en JodieJJ