Alleen
Geplaatst: 13 apr 2008 19:00
Met een voorovergebogen hoofd loopt ze richting haar vaste pauzeplek. Ze vind zichzelf te lelijk om aan andere te laten zien. Lusteloos ploft ze maar weer neer op de koude harde grond onder zich. Ze vraagt zich af hoelang nog. Maar er is niemand om die vraagt te beantwoorden. Voorzichtig klikt ze haar broodtrommel open, zodat er geen boterhammen uit zullen vallen. Ze pakt de bovenste boterham met pindakaas en eet die op. Puur en alleen, omdat dat van haar verwacht word. Omdat anders de leraren zullen zeuren waarom ze haar brood niet heeft opgegeten.
Vandaag was het niet anders dan anders verlopen. Toen ze vanmorgen op school was gekomen, had ze er al niet op durven hopen dat het eens een keer anders zou mogen gaan. Ze durfde zich niet zo kwetsbaar op te stellen door dat te doen. Het pesten was al weer vroeg begonnen. Ze zat pas net op school, of ze zag de meiden al aankomen lopen. Allemaal mooi opgetut met hun hoge laarzen, netpanty’s, té korte rokjes en té lage truitjes.
Hé daar hebben we mevrouwtje de kut gothic weer, hadden ze naar haar geroepen. Wijselijk had ze toen haar mond gehouden, maar de groep was gewoon door gegaan. Ze wisten inmiddels dat ze haar toch wel aan het praten zouden krijgen. Het groepje ging net zo lang door totdat ze haar helemaal kapot hadden gemaakt. Ze konden aan haar gezicht zien dat ze het nog maar net strak kon houden en misschien zou ze nog wel gaan huilen ook vandaag. Dat zou pas echt mooi zijn!
Nog even kon ze het volhouden, maar toen ging het echt niet meer. Tranen stroomden over haar gezicht. Ze wilde wegrennen, maar van alle kanten kwamen de meiden op haar afgestormd. Hardhandig werd ze vastgepakt. Zowel aan haar armen als aan haar haren. Zo werd ze de gangen door gesleurd en uiteindelijk door de deur van lokaal 2.12 naar binnen geduwd. Ze schaamde zich kapot dat de klas haar huilend moest ziet. Huilen vond ze echt iets voor mietjes! Voor mensen die hun gevoelens moesten tonen, omdat ze aandacht wilden.
Op een onverwacht moment, als de meiden die haar vast hebben nét even niet opletten duikt ze onder de grepen door en kan ze ontsnappen. Snel rent ze door de gangen en de wereld gaat in een sneltreinvlucht aan haar voorbij. Als ze eenmaal buiten is begint haar zij te steken, maar opgeven doet ze niet. Ze blijft doorrennen totdat ze uiteindelijk bij haar pauzeplek aankomt.
Zo was het vanmorgen dus gegaan. Zo ging het al jaren. Nooit was er eens iemand die het voor haar opnam. Of die haar eens gezelschap hield in de pauze. Een lange zucht ontsnapt uit haar mond. O wat wil ze graag opgeven. Vluchten voor het leven. Wegvliegen naar een mooi oord, waar ze nooit meer gepest zal worden. Maar nee dat zou ze niet doen. Vechten zit in haar. Dus zo gaat ze weer verder. Jaar in jaar uit. Tot er een dag zal komen dat ze haar niet zullen pesten. Tot er een dag zal komen dat ze weet dat ze het waard is om te leven.
Vandaag was het niet anders dan anders verlopen. Toen ze vanmorgen op school was gekomen, had ze er al niet op durven hopen dat het eens een keer anders zou mogen gaan. Ze durfde zich niet zo kwetsbaar op te stellen door dat te doen. Het pesten was al weer vroeg begonnen. Ze zat pas net op school, of ze zag de meiden al aankomen lopen. Allemaal mooi opgetut met hun hoge laarzen, netpanty’s, té korte rokjes en té lage truitjes.
Hé daar hebben we mevrouwtje de kut gothic weer, hadden ze naar haar geroepen. Wijselijk had ze toen haar mond gehouden, maar de groep was gewoon door gegaan. Ze wisten inmiddels dat ze haar toch wel aan het praten zouden krijgen. Het groepje ging net zo lang door totdat ze haar helemaal kapot hadden gemaakt. Ze konden aan haar gezicht zien dat ze het nog maar net strak kon houden en misschien zou ze nog wel gaan huilen ook vandaag. Dat zou pas echt mooi zijn!
Nog even kon ze het volhouden, maar toen ging het echt niet meer. Tranen stroomden over haar gezicht. Ze wilde wegrennen, maar van alle kanten kwamen de meiden op haar afgestormd. Hardhandig werd ze vastgepakt. Zowel aan haar armen als aan haar haren. Zo werd ze de gangen door gesleurd en uiteindelijk door de deur van lokaal 2.12 naar binnen geduwd. Ze schaamde zich kapot dat de klas haar huilend moest ziet. Huilen vond ze echt iets voor mietjes! Voor mensen die hun gevoelens moesten tonen, omdat ze aandacht wilden.
Op een onverwacht moment, als de meiden die haar vast hebben nét even niet opletten duikt ze onder de grepen door en kan ze ontsnappen. Snel rent ze door de gangen en de wereld gaat in een sneltreinvlucht aan haar voorbij. Als ze eenmaal buiten is begint haar zij te steken, maar opgeven doet ze niet. Ze blijft doorrennen totdat ze uiteindelijk bij haar pauzeplek aankomt.
Zo was het vanmorgen dus gegaan. Zo ging het al jaren. Nooit was er eens iemand die het voor haar opnam. Of die haar eens gezelschap hield in de pauze. Een lange zucht ontsnapt uit haar mond. O wat wil ze graag opgeven. Vluchten voor het leven. Wegvliegen naar een mooi oord, waar ze nooit meer gepest zal worden. Maar nee dat zou ze niet doen. Vechten zit in haar. Dus zo gaat ze weer verder. Jaar in jaar uit. Tot er een dag zal komen dat ze haar niet zullen pesten. Tot er een dag zal komen dat ze weet dat ze het waard is om te leven.