Het geheim van de regenboog
Geplaatst: 29 apr 2008 14:20
Het geheim van de regenboog
Een stralende ronde druppel zie ik over haar mooie gezichtje glijden. Haar verdriet voelt als een bevestiging van mijn eigen verdriet. Ik sluit haar troostend in mijn armen ‘Stil maar lieve Lisa.’ Sus ik zachtjes. ‘Zal ik je een verhaaltje vertellen?’ Vraag ik geruststellend. Ze heft haar kleine ronde hoofdje op, kijkt me met grote betraande ogen aan en knikt voorzichtig.
Dan begin ik te vertellen. ’Het verhaaltje heet: ‘Het geheim van de regenboog’.’ Zeg ik, terwijl ik ondertussen terug denk aan vroeger, toen mijn moeder dit verhaaltje altijd vertelde wanneer ik verdrietig was.
‘Er is een plek die de hemel en de aarde met elkaar verbind. Een plek waar alles goed is, zonder ruzie en zonder pijn. Een plek die is ontstaan door de tranen, de regen, en de vreugde, de zon. Zolang deze elementen zich op de aarde bevinden zal de plek blijven bestaan, maar wanneer het verdriet overwint, zal de aarde een hel worden, maar wanneer de vreugde overwint, zal de aarde een hemel worden. Een hemel van geluk.’ Even slik ik en kijk ik naar buiten, waar de sterren aan de hemel staan, dan haal ik diep adem en vertel ik verder. ’Het geluk en de blijdschap, die zich op deze plek bevinden, stralen en brengen kleur op de aarde. Het is een plek waar je komt als je gestorven bent. Deze prachtige plek heet de regenboog.
De regenboog met al zijn kleuren beschermt de mensen die op de aarde wonen. De regenboog vangt de zielen die na het sterven omhoog zweven. Alleen wanneer je niet lief bent geweest, laat de regenboog je verder vliegen en kom je in het land van de bliksem, waar het altijd regent. Ooit zullen deze mensen van de duivel worden bevrijd, het land van de regenboog mogen beklimmen en leren hoe het is om geluk te kennen. Je moet weten lieve Lisa, mamma is daar waar geen verdriet gekend wordt. Mamma is daar op de regenboog.’
Ik kijk op en zie hoe Lisa in slaap is gedommeld. Ik geef haar een voorzichtig kusje op haar voorhoofd en stop haar in bed. Ik ga bij haar liggen om nu mijn eigen verdriet te leren kennen en mijn tranen in vrije loop te laten. De woede en de angst weten me elke dag weer we overmeesteren, maar vooral het missen van dat stukje uit mijn hart. Dat stukje dat zich bevindt ergens hoog in de lucht en alleen zichtbaar is wanneer het regent en de zon schijnt. Het stukje dat zich bevindt op de kleurrijke regenboog.
’s Ochtends wanneer ik mijn ogen open en mijn tranen als een spinnenweb aan mijn gezicht voel plakken, kijk ik naar buiten en zie de mooie kleurrijke regenboog.
Ik hoor hoe twee voetjes zacht op het tapijt belanden en naar het raam toe lopen. Met lichtjes in haar ogen kijkt ze mij aan en vraagt: ‘Zullen we naar mamma toe vliegen?’ Meteen weet ik wat ik moet doen, om ons beide uit het leiden te verlossen. Ik kijk Lisa met een glimlach aan en zeg: ‘Kom, we moeten nu snel gaan voordat de regenboog weer weg is.’ Ik pak haar kleine klamme hand en duw het raam open.
‘Ik tel tot drie en dan springen we, oké?’ Zeg ik tegen Lisa. ‘Eén, twee, drie!’ Ik voel hoe we ons laten vallen. Ik voel me vrij, vrij van alles. Ik hoor hoe Lisa vreugde gilletjes geeft.
Ineens sta ik met Lisa voor een grote, zware, eikenhouten deur. Ineens gaat de deur langzaam open. Een vlaag van geluk stroom als nieuw bloed door mijn aderen heen. Als versteend sta ik te kijken en neem alles in mij op, alles wat ik ruik, voel en zie. Even schrik ik wanneer ik zie dat Lisa niet meer aan mijn zijde is. Ik kijk snel om me heen en zie dan hoe het kleine meisje het geluk heeft gevonden, mamma. Mijn hart is weer compleet.
Met snelle passen loopt hij naar zijn werk. Om zich heen kijkend, geniet hij van de geur van net gemaaid gras. Een plas ontwijkend zet hij een stap naast de stoep en loopt verder. Abrupt blijft hij staan en kijkt nog eens naar het huis op nummer 14. Het gordijn wappert uit het raam. Voorzichtig gaat hij met zijn blik naar de grond. Meteen trekt hij een sprint en knielt bij de twee meisjes neer. Naar de pols van het ene meisje zoekend, vist hij zijn mobiel uit zijn broekzak en belt het alarmnummer. Ondertussen heeft een voorbijganger zich bij hem gevoegd en samen proberen ze de meisjes nog te reanimeren, maar het is tevergeefs.
De meisjes zijn op een plek waar ze gelukkig zijn. Dood voor de aardmens, maar springlevend voor ieder die de meisjes zullen tegenkomen op de plek waar alles goed is. Op de regenboog.
Weer is een verhaaltje van mij =]
Judith
Een stralende ronde druppel zie ik over haar mooie gezichtje glijden. Haar verdriet voelt als een bevestiging van mijn eigen verdriet. Ik sluit haar troostend in mijn armen ‘Stil maar lieve Lisa.’ Sus ik zachtjes. ‘Zal ik je een verhaaltje vertellen?’ Vraag ik geruststellend. Ze heft haar kleine ronde hoofdje op, kijkt me met grote betraande ogen aan en knikt voorzichtig.
Dan begin ik te vertellen. ’Het verhaaltje heet: ‘Het geheim van de regenboog’.’ Zeg ik, terwijl ik ondertussen terug denk aan vroeger, toen mijn moeder dit verhaaltje altijd vertelde wanneer ik verdrietig was.
‘Er is een plek die de hemel en de aarde met elkaar verbind. Een plek waar alles goed is, zonder ruzie en zonder pijn. Een plek die is ontstaan door de tranen, de regen, en de vreugde, de zon. Zolang deze elementen zich op de aarde bevinden zal de plek blijven bestaan, maar wanneer het verdriet overwint, zal de aarde een hel worden, maar wanneer de vreugde overwint, zal de aarde een hemel worden. Een hemel van geluk.’ Even slik ik en kijk ik naar buiten, waar de sterren aan de hemel staan, dan haal ik diep adem en vertel ik verder. ’Het geluk en de blijdschap, die zich op deze plek bevinden, stralen en brengen kleur op de aarde. Het is een plek waar je komt als je gestorven bent. Deze prachtige plek heet de regenboog.
De regenboog met al zijn kleuren beschermt de mensen die op de aarde wonen. De regenboog vangt de zielen die na het sterven omhoog zweven. Alleen wanneer je niet lief bent geweest, laat de regenboog je verder vliegen en kom je in het land van de bliksem, waar het altijd regent. Ooit zullen deze mensen van de duivel worden bevrijd, het land van de regenboog mogen beklimmen en leren hoe het is om geluk te kennen. Je moet weten lieve Lisa, mamma is daar waar geen verdriet gekend wordt. Mamma is daar op de regenboog.’
Ik kijk op en zie hoe Lisa in slaap is gedommeld. Ik geef haar een voorzichtig kusje op haar voorhoofd en stop haar in bed. Ik ga bij haar liggen om nu mijn eigen verdriet te leren kennen en mijn tranen in vrije loop te laten. De woede en de angst weten me elke dag weer we overmeesteren, maar vooral het missen van dat stukje uit mijn hart. Dat stukje dat zich bevindt ergens hoog in de lucht en alleen zichtbaar is wanneer het regent en de zon schijnt. Het stukje dat zich bevindt op de kleurrijke regenboog.
’s Ochtends wanneer ik mijn ogen open en mijn tranen als een spinnenweb aan mijn gezicht voel plakken, kijk ik naar buiten en zie de mooie kleurrijke regenboog.
Ik hoor hoe twee voetjes zacht op het tapijt belanden en naar het raam toe lopen. Met lichtjes in haar ogen kijkt ze mij aan en vraagt: ‘Zullen we naar mamma toe vliegen?’ Meteen weet ik wat ik moet doen, om ons beide uit het leiden te verlossen. Ik kijk Lisa met een glimlach aan en zeg: ‘Kom, we moeten nu snel gaan voordat de regenboog weer weg is.’ Ik pak haar kleine klamme hand en duw het raam open.
‘Ik tel tot drie en dan springen we, oké?’ Zeg ik tegen Lisa. ‘Eén, twee, drie!’ Ik voel hoe we ons laten vallen. Ik voel me vrij, vrij van alles. Ik hoor hoe Lisa vreugde gilletjes geeft.
Ineens sta ik met Lisa voor een grote, zware, eikenhouten deur. Ineens gaat de deur langzaam open. Een vlaag van geluk stroom als nieuw bloed door mijn aderen heen. Als versteend sta ik te kijken en neem alles in mij op, alles wat ik ruik, voel en zie. Even schrik ik wanneer ik zie dat Lisa niet meer aan mijn zijde is. Ik kijk snel om me heen en zie dan hoe het kleine meisje het geluk heeft gevonden, mamma. Mijn hart is weer compleet.
Met snelle passen loopt hij naar zijn werk. Om zich heen kijkend, geniet hij van de geur van net gemaaid gras. Een plas ontwijkend zet hij een stap naast de stoep en loopt verder. Abrupt blijft hij staan en kijkt nog eens naar het huis op nummer 14. Het gordijn wappert uit het raam. Voorzichtig gaat hij met zijn blik naar de grond. Meteen trekt hij een sprint en knielt bij de twee meisjes neer. Naar de pols van het ene meisje zoekend, vist hij zijn mobiel uit zijn broekzak en belt het alarmnummer. Ondertussen heeft een voorbijganger zich bij hem gevoegd en samen proberen ze de meisjes nog te reanimeren, maar het is tevergeefs.
De meisjes zijn op een plek waar ze gelukkig zijn. Dood voor de aardmens, maar springlevend voor ieder die de meisjes zullen tegenkomen op de plek waar alles goed is. Op de regenboog.
Weer is een verhaaltje van mij =]
Judith