Beïnvloed
Geplaatst: 05 sep 2008 16:33
Beïnvloed
Heel voorzichtig, voetje voor voetje, bewandel ik de straten van mijn gedachten. Langzaam en voorzichtig, zodat ik de kuilen en gaten ontwijk.
Met geopende ogen loop ik de realiteit tegemoet: kleur, licht en warmte. Het stralen van alles wat tegemoet kom, vrolijkt me op. Totdat ik op een punt beland en niet meer weet welke afslag ik moet nemen, waarna ik de weg vraag aan één van de bevliegingen die voorbij vliegt.
De nog nawijzende vinger volgend, loop ik een donkere straat in. Een beklemd gevoel betreedt mijn lichaam, de angst laat mijn hart harder kloppen en mijn voeten grotere en snellere passen nemen.
Wanneer alle kleur, licht en warmte uit de omgeving is onttrokken, krijg ik het gevoel dat dit de verkeerde straat is die ik nu betreed. De straat is donker en een terugweg onvindbaar. Het enige wat me op de been houd is het oranje lampje dat al de hele reis voor me zweeft. Ik loop verder, terwijl ik me verbaas over de goede wegen die zich hier bevinden. Geen gaten en kuilen te bekennen, alleen een gladde weg, waarover ik steeds verder glijd. Ik word vrolijk, hopend dat ik me in een paradijs bevind, waar goede wegen zijn en ik geen kuilen en gaten hoef te ontwijken, maar waar alleen de duisternis nog verdreven moet worden. Mijn hoop gevestigd op dat ene lichtje, die mij als enige nog verder probeert te helpen. Dan schrik ik, het lichtje is gestopt. Ik zie alleen nog een muur die voor me staat. Geen paradijs, geen weg terug en geen weg verder.
Zelf probeerde ik de kuilen te ontwijken, maar door de bevlieging heb ik me een in kuil laten sturen. Er is geen uitweg te vinden, terwijl de duisternis me omringt, tegen de muur duwt, de lucht uit mijn longen perst en me verstikt.
Mijn gedachte is gestopt, mijn leven is klaar nu.
Ik heb me laten ophangen, ophangen door de bevlieging.
Judith
Heel voorzichtig, voetje voor voetje, bewandel ik de straten van mijn gedachten. Langzaam en voorzichtig, zodat ik de kuilen en gaten ontwijk.
Met geopende ogen loop ik de realiteit tegemoet: kleur, licht en warmte. Het stralen van alles wat tegemoet kom, vrolijkt me op. Totdat ik op een punt beland en niet meer weet welke afslag ik moet nemen, waarna ik de weg vraag aan één van de bevliegingen die voorbij vliegt.
De nog nawijzende vinger volgend, loop ik een donkere straat in. Een beklemd gevoel betreedt mijn lichaam, de angst laat mijn hart harder kloppen en mijn voeten grotere en snellere passen nemen.
Wanneer alle kleur, licht en warmte uit de omgeving is onttrokken, krijg ik het gevoel dat dit de verkeerde straat is die ik nu betreed. De straat is donker en een terugweg onvindbaar. Het enige wat me op de been houd is het oranje lampje dat al de hele reis voor me zweeft. Ik loop verder, terwijl ik me verbaas over de goede wegen die zich hier bevinden. Geen gaten en kuilen te bekennen, alleen een gladde weg, waarover ik steeds verder glijd. Ik word vrolijk, hopend dat ik me in een paradijs bevind, waar goede wegen zijn en ik geen kuilen en gaten hoef te ontwijken, maar waar alleen de duisternis nog verdreven moet worden. Mijn hoop gevestigd op dat ene lichtje, die mij als enige nog verder probeert te helpen. Dan schrik ik, het lichtje is gestopt. Ik zie alleen nog een muur die voor me staat. Geen paradijs, geen weg terug en geen weg verder.
Zelf probeerde ik de kuilen te ontwijken, maar door de bevlieging heb ik me een in kuil laten sturen. Er is geen uitweg te vinden, terwijl de duisternis me omringt, tegen de muur duwt, de lucht uit mijn longen perst en me verstikt.
Mijn gedachte is gestopt, mijn leven is klaar nu.
Ik heb me laten ophangen, ophangen door de bevlieging.
Judith