Een aantal gedichten
Geplaatst: 06 jul 2006 21:15
Ik heb echt een hele verzameling gedichten, maar ik zal er maar gewoon een aantal posten.
Gezicht van schoonheid
Een prachtig gezicht,
Ze heeft haar als een kroon,
Lichaam zó schoon,
Als Maria met haar zoon.
Bloeiende roos,
Als een vlam die volhoudt tussen water en wind,
Hopend dat iemand haar vindt,
Weghaalt uit het harde grind.
Engel uit de hemel,
Afgedaald naar de aarde,
De plek waarnaar ze altijd staarde,
Zich bewust van de gevaren die het bewaarde.
Helder als kristal,
Beschenen door het zonlicht,
Nooit voor het slechte gezwicht,
Ze heeft je pad verlicht.
Aan haar draag ik dit op,
Hetgeen wat nu voor u ligt,
Dit gedicht,
Herinner alstublieft haar liefdevolle gezicht.
De spiegel van de ziel
De spiegel dwingt je,
Je kunt niet anders,
Je moet jezelf in de ogen kijken,
Ja kunt het niet ontwijken,
Je kunt jezelf niet verrijken,
Je moet jezelf niet vergelijken,
Je mag niet bezwijken.
Wat zie je?
Pijn, Angst, Verdriet?
Liefde, Vreugde, Vertrouwen?
Je moet de spiegel bij je dragen,
Ik zal niets anders van je vragen,
Ik zal je lasten verlagen.
Verandering
Mensen veranderen,
Worden zoals ze nooit geweest zijn,
Worden wat ze nooit hebben gewild,
Hun ideeën zijn verspild.
Een onvoorstelbare metamorfose,
Je bent als dag en nacht verschil,
Compleet uit vrije wil.
Het lijkt positief,
Maar is het dat ook?
Deze kant van jezelf heb je altijd weggeduwd,
Je bent nu wat je altijd hebt verafschuwd.
Kennelijk is het toch niet zo erg,
Toch niet zo afgrijselijk als je dacht,
Had je het eigenlijk wel zo verwacht?
Mond gesloten
Door muren omsloten,
Stilte voor de storm,
Onrustig wordend,
Graaft naar boven als een worm.
Opgesloten om de rust te bewaren,
Begint me zorgen te baren.
Borrelend komt het naar boven,
Net zoals een vulkaan,
Komt het uit een hete oven,
Het wilde maar niet weggaan.
Kolkend als het overloopt,
Het was te duidelijk opgehoopt.
Weergalming
Touwen aan mijn armen en benen,
Zorgen voor meer dan een tweestrijd,
Niemand die me bevrijdt.
Met mijn handen in m'n haar,
Geen idee waar ik moet beginnen,
Het lijkt een strijd die ik nooit zal winnen.
Ik wou dat ik jouw woorden kon verstaan,
Dat ik ze kon horen,
Dan leek alles misschien niet zo verloren.
Mijn laatste gedachtes blijven weergalmen,
Ze worden in mijn hoofd herhaald,
Ik heb toch al gefaald.
Bevestiging
Mijn ogen zijn gesloten,
Mijn ogen zijn dicht,
Toch ben jij niet uit het zicht.
Mijn ogen zijn open,
Mijn ogen worden volgeschenen met licht,
Mijn hersens zijn gezwicht.
Jij komt overal vandaan,
Jij komt overal terug,
Ik voel je ogen branden in mijn rug.
Jij beheerst mijn gedachtes,
Jij beheerst mijn gevoelens,
Dit bevestigd al mijn vermoedens.
In oorlog
Grove krassen op mijn huid,
Pijnlijke plekken was je er niet zomaar uit.
Ruwe stukken eelt,
Bepaalde plekken zijn langzaam vergeeld.
Stukken herinnering op zwart-wit,
Ik ben de enige die ermee zit,
Mijn tong als een sappige lap vlees,
Ben jij de enige die ik vrees.
Spreken gaat niet meer,
Want dan beleef ik alles weer,
Jij ontkende alles onder ede,
Het geeft geen vrede.
En ten slotte nog drie gedichten die eigenlijk bij elkaar horen:
Meisje in de spiegel
Meisje dat ik zie in de spiegel,
Verloren in de droevigheid,
Kan ik je helpen,
Of verdwijn je in de eeuwigheid?
Ik wil je zo graag helpen,
Maar het lukt niet,
Je blijft er maar,
Omhuld door je verdriet.
Ik hoop dat het je lukt,
Dat je doorgaat,
Je geniet van het leven,
Dat de droevigheid je verlaat.
Dag meisje in de spiegel,
Tranen lopen uit je ogen,
Ze zijn rood en vochtig,
Ik wil ze voor je drogen.
Wees niet bang voor de toekomst,
Geef niet op,
Blijf doorgaan.
Anders houdt het allemaal op.
Heb geen zelfmedelijden,
Ookal heb je het nog zo zwaar,
Er zijn altijd mensen die meer lijden,
Op een dag zul je je uit deze situatie bevrijden.
Loop nu maar weer verder,
Droog je glinsterende tranen,
Je gaat door,
Ga ervoor!
Dag meisje in de spiegel,
Ik zie je steeds vaker,
Al had ik dat liever niet,
Toch ben je er weer,
Ik ben de enige die je ziet.
Stroompjes over je wangen,
Je ziet er wit uit,
Je ogen rood en gezwollen,
Er blijven maar tranen uit rollen.
Eerst kijk je opgelucht,
Zie je er wat beter uit,
Maar daarna weer verdrietig,
Het drukt zwaar op je,
Geluk lijkt alleen maar nietig.
Wat vind je ervan? Zit er nog eentje bij die je er uit vind springen en t beste vind?
Gezicht van schoonheid
Een prachtig gezicht,
Ze heeft haar als een kroon,
Lichaam zó schoon,
Als Maria met haar zoon.
Bloeiende roos,
Als een vlam die volhoudt tussen water en wind,
Hopend dat iemand haar vindt,
Weghaalt uit het harde grind.
Engel uit de hemel,
Afgedaald naar de aarde,
De plek waarnaar ze altijd staarde,
Zich bewust van de gevaren die het bewaarde.
Helder als kristal,
Beschenen door het zonlicht,
Nooit voor het slechte gezwicht,
Ze heeft je pad verlicht.
Aan haar draag ik dit op,
Hetgeen wat nu voor u ligt,
Dit gedicht,
Herinner alstublieft haar liefdevolle gezicht.
De spiegel van de ziel
De spiegel dwingt je,
Je kunt niet anders,
Je moet jezelf in de ogen kijken,
Ja kunt het niet ontwijken,
Je kunt jezelf niet verrijken,
Je moet jezelf niet vergelijken,
Je mag niet bezwijken.
Wat zie je?
Pijn, Angst, Verdriet?
Liefde, Vreugde, Vertrouwen?
Je moet de spiegel bij je dragen,
Ik zal niets anders van je vragen,
Ik zal je lasten verlagen.
Verandering
Mensen veranderen,
Worden zoals ze nooit geweest zijn,
Worden wat ze nooit hebben gewild,
Hun ideeën zijn verspild.
Een onvoorstelbare metamorfose,
Je bent als dag en nacht verschil,
Compleet uit vrije wil.
Het lijkt positief,
Maar is het dat ook?
Deze kant van jezelf heb je altijd weggeduwd,
Je bent nu wat je altijd hebt verafschuwd.
Kennelijk is het toch niet zo erg,
Toch niet zo afgrijselijk als je dacht,
Had je het eigenlijk wel zo verwacht?
Mond gesloten
Door muren omsloten,
Stilte voor de storm,
Onrustig wordend,
Graaft naar boven als een worm.
Opgesloten om de rust te bewaren,
Begint me zorgen te baren.
Borrelend komt het naar boven,
Net zoals een vulkaan,
Komt het uit een hete oven,
Het wilde maar niet weggaan.
Kolkend als het overloopt,
Het was te duidelijk opgehoopt.
Weergalming
Touwen aan mijn armen en benen,
Zorgen voor meer dan een tweestrijd,
Niemand die me bevrijdt.
Met mijn handen in m'n haar,
Geen idee waar ik moet beginnen,
Het lijkt een strijd die ik nooit zal winnen.
Ik wou dat ik jouw woorden kon verstaan,
Dat ik ze kon horen,
Dan leek alles misschien niet zo verloren.
Mijn laatste gedachtes blijven weergalmen,
Ze worden in mijn hoofd herhaald,
Ik heb toch al gefaald.
Bevestiging
Mijn ogen zijn gesloten,
Mijn ogen zijn dicht,
Toch ben jij niet uit het zicht.
Mijn ogen zijn open,
Mijn ogen worden volgeschenen met licht,
Mijn hersens zijn gezwicht.
Jij komt overal vandaan,
Jij komt overal terug,
Ik voel je ogen branden in mijn rug.
Jij beheerst mijn gedachtes,
Jij beheerst mijn gevoelens,
Dit bevestigd al mijn vermoedens.
In oorlog
Grove krassen op mijn huid,
Pijnlijke plekken was je er niet zomaar uit.
Ruwe stukken eelt,
Bepaalde plekken zijn langzaam vergeeld.
Stukken herinnering op zwart-wit,
Ik ben de enige die ermee zit,
Mijn tong als een sappige lap vlees,
Ben jij de enige die ik vrees.
Spreken gaat niet meer,
Want dan beleef ik alles weer,
Jij ontkende alles onder ede,
Het geeft geen vrede.
En ten slotte nog drie gedichten die eigenlijk bij elkaar horen:
Meisje in de spiegel
Meisje dat ik zie in de spiegel,
Verloren in de droevigheid,
Kan ik je helpen,
Of verdwijn je in de eeuwigheid?
Ik wil je zo graag helpen,
Maar het lukt niet,
Je blijft er maar,
Omhuld door je verdriet.
Ik hoop dat het je lukt,
Dat je doorgaat,
Je geniet van het leven,
Dat de droevigheid je verlaat.
Dag meisje in de spiegel,
Tranen lopen uit je ogen,
Ze zijn rood en vochtig,
Ik wil ze voor je drogen.
Wees niet bang voor de toekomst,
Geef niet op,
Blijf doorgaan.
Anders houdt het allemaal op.
Heb geen zelfmedelijden,
Ookal heb je het nog zo zwaar,
Er zijn altijd mensen die meer lijden,
Op een dag zul je je uit deze situatie bevrijden.
Loop nu maar weer verder,
Droog je glinsterende tranen,
Je gaat door,
Ga ervoor!
Dag meisje in de spiegel,
Ik zie je steeds vaker,
Al had ik dat liever niet,
Toch ben je er weer,
Ik ben de enige die je ziet.
Stroompjes over je wangen,
Je ziet er wit uit,
Je ogen rood en gezwollen,
Er blijven maar tranen uit rollen.
Eerst kijk je opgelucht,
Zie je er wat beter uit,
Maar daarna weer verdrietig,
Het drukt zwaar op je,
Geluk lijkt alleen maar nietig.
Wat vind je ervan? Zit er nog eentje bij die je er uit vind springen en t beste vind?