Pagina 1 van 1

Zwaarden + Magie (Nog geen titel)

Geplaatst: 29 mei 2009 22:12
door CDune
Hallo allemaal,

Net even een account aangemaakt voor dit verhaal, ben er al even mee bezig, maar zal een gedeelte posten. Als er positieve reacties zijn heb ik nog meer :). Ben benieuwd naar de reacties.

Hoofdstuk 1
Hij was onzichtbaar. Wie zou hem kunnen zien in deze gewaden? Zelfs al was iemand naar hem op zoek, en die kans achtte hij gering, dan nog zouden zijn gecamoufleerde kleren bijna onwaarneembaar zijn in de schemering. Hij droeg een donkerbruin, lederen vest, schoenen en een broek in dezelfde kleur en een lange cape, zo donker als de nacht. Geluid was iets wat hem meer zorgen baarde. Daarom liep hij in een gestaag tempo, want haast had hij niet. Nee, hij had alle tijd van de wereld. Al zou het uren duren; zolang de opdracht werd uitgevoerd zou er geen haan naar kraaien.
Zijn plaats in de Orde zou voorgoed zijn veiliggesteld en rijkdom zou hem ten deel vallen, zoveel was zeker. Nog maar een paar uur, dan was alles voltooid en kon hij zich voortaan onthouden van dit soort duistere praktijken. Het was, zoals zijn Meester het noemde, ‘De Laatste Test’, de unieke kans om voor eens en altijd zijn waarde te laten blijken. Hij zou de Meester niet teleur stellen, al zou zijn slachtoffer de hele nacht gillen. De Meester was de leider, hij de volger. Daar zou uiteindelijk verandering in komen, natuurlijk, maar nu moest hij gehoorzamen. Hij verheugde zich al op de volgende dag; de uitdrukkingen van verbazing en verwondering op de gezichten van zijn kompanen, en de wijze woorden van zijn Meester die de toekomst veilig zouden stellen. Nog een uur of twaalf, dan was het zover.

Het pad slingerde en was op geen enkele plaats makkelijk begaanbaar. Het was onmogelijk om geen geluid te maken, aangezien er meerdere takken braken bij elke stap die hij zette. Het Dorre Woud was nu eenmaal een onheilzame plek, en hij was blij dat hij wist welke kant hij op moest. Het was niet ver meer. Om hem heen waren de geluiden van wilde dieren duidelijk waarneembaar. Voor uilen was het nog te vroeg, gelukkig, maar er waren meer dan genoeg andere vogels die hun herkenbare deuntje schalden. Voor hem was dat alleen maar gunstig; hoe meer geluid er om hem heen was, hoe minder hijzelf zou opvallen. Niet dat hij verwachtte iemand tegen te komen, zo vlak voor het invallen van de avond. Maar hij had niets te zoeken op deze plek en op dit uur; vragen waren daarom onvermijdelijk.

Hij trok zijn muts nog wat dichter over zijn hoofd. De dagen werden nu echt kouder. Het zou niet lang meer duren voordat er sneeuw ging vallen. Hij haatte sneeuw; niet alleen vanwege de extreme kou die het met zich meebracht, maar voornamelijk omdat voetsporen niet uit te wissen waren als er sneeuw was. Vaak genoeg had hij daar de narigheden van ondervonden en hij wist dat het nog vaker zou gebeuren. Dat waren echter geen missies van extreme noodzaak, zoals deze. Vandaag zat alles mee.
Hij kuste zijn duim, een gewoonte die hem in de loop der jaren eigen was geworden, en vervolgde zijn pad. In de verte was nu het lastig waarneembare silhouet van de hut te zien. Zijn hart begon sneller te kloppen en onbewust legde hij zijn linkerhand op het gevest van zijn zwaard. Het zou niet lang meer duren voordat hij bloed zou vergieten, iets waar hij van tevoren altijd tegenop zag; De daad zelf viel hem echter nooit tegen. Hij vond de intense opwinding van het moment geweldig; het gevoel van onoverwinnelijkheid was met niets op de wereld te vergelijken. De meeste mensen zouden zijn daden verafschuwen, maar de Meester niet. Nee, de Meester wist precies wat een moord inhield. Elke dimensie ervan. Lieve hemel, hoe vaak had de Meester al een moord gepleegd? Als hij de verhalen mocht geloven zeker vijftig keer. De trots om voor zo een man te werken overweldigende hem weer. Hij zou de Meester niet teleurstellen.
Hij vertraagde zijn pas. Als zijn doelwit hem zou zien alvorens hij het zwaard door zijn borst zag steken, had hij gefaald. De schrik in de ogen van zijn slachtoffer wilde hij niet missen. Bovendien, het kon nogal eens rommelig worden indien de ander zich verweerde. Niet dat zijn slachtoffer enige kans maakte tegen hem, maar het kon zorgen voor onvoorzienbare incidenten. Een wond bijvoorbeeld. Nee, hij moest tot op het laatste moment ongezien blijven. Morgen wilde hij zich ongedeerd voor de Meester vertonen.
Behendig omzeilde hij enkele grote maar lastig waarneembare takken, waarna hij voor het eerst goed zicht had op de hut. Deze was nog precies zoals een paar maanden geleden, toen hij ook al eens op deze plek naar het huisje stond te kijken. De hut was klein, vervallen, maar nog altijd in gebruik en het straalde bovendien een zekere gezelligheid uit; waarschijnlijk vanwege de rook die uit de schoorsteen kringelde. Aan de voorzijde zat een enkele deur, en aan drie zijdes was een klein raam aanwezig. Een vierde, korte zijde, was massief. Natuurlijk zou hij zich aan die kant een tijdje schuilhouden, zodat hij de bewegingen in de hut kon waarnemen. Niet dat hij dat echt hoefde te doen, maar hij wilde alle risico’s vermijden. Zelfs bij zo een eenvoudige klus als deze.

Re: Zwaarden + Magie (Nog geen titel)

Geplaatst: 29 mei 2009 22:13
door CDune
Eindelijk was hij gearriveerd bij de plaats waar het moest gebeuren. Muisstil verplaatste hij zich richting de muur; hij wachtte lang met het plaatsen van zijn voet, want hij wilde geen enkel geluid produceren. Tevreden steunde hij uiteindelijk tegen het koude hout van de hut aan. Hij legde zijn oor tegen de houten muur aan en wachtte. Seconden. Minuten. Niets. Geen enkel geluid. Zou zijn slachtoffer slapen? Rond dit uur van de dag was het ongebruikelijk, maar niet onmogelijk. Hij moest wel in de hut zijn, want naar zijn weten leefde zijn slachtoffer als een soort kluizenaar en verliet hij zijn huis uitsluitend voor dringende zaken. Tevergeefs drukte hij zijn oor opnieuw tegen het hout. Het enige wat hij hoorde was het gieren van de ijzige wind. Hij had gehoopt op meer tekenen van leven, maar het leek erop dat hij toch het risico moest nemen om naar binnen te spieken. Zacht ademend van de inspanning verzette hij zijn gewicht naar zijn andere been. Hij kon nu om de hoek kijken. Nog een minuut wachtte hij, en toen keek hij naar binnen.
Hij had een paar seconden nodig om zich te realiseren wat hij zag. Bloed sijpelde over de houten vloer; een hand lag roerloos naar hem toe. Midden in de hut lag zijn doelwit; bleek, ijzig en onmiskenbaar dood.

Zijn hersenen begonnen onmiddellijk te werken. Was iemand met hetzelfde doel hem voor geweest? Of had deze man een ongeluk gehad? Hij stapte de hut binnen, keek even rond, en na zich ervan te hebben overtuigd dat voor de rest alles in orde was, boog hij zich over de man. Het bloed kwam uit een groot gat, dat bijna midden op zijn voorhoofd was ontstaan. Hij richtte zijn aandacht op het eikenhouten tafeltje dat tegen de muur stond. Het was mogelijk dat de man was gevallen en met zijn hoofd de punt van de tafel had geraakt. En ook al wilde hij zich daarvan overtuigen, zijn intuïtie vertelde hem duidelijk: moord.
Ach ja. Zolang hij de documenten mee terugnam naar de Meester, zou er niets aan de hand zijn. Hij kon eenvoudigweg beweren dat hijzelf deze moord had gepleegd. Niemand zou zijn ongelijk kunnen bewijzen. Zijn stemming werd weer wat vrolijker toen hij zichzelf daarvan verzekerde. In zijn achterhoofd stond de situatie hem echter niet aan. Het was té toevallig dat de kluizenaar dood aan zijn voeten lag. Zouden de documenten nog veilig zijn? Hij schoof de la van het enige kleine bureau uit het huisje open en drukte, zoals hem was verteld, op de twee lastig waarneembare houten knoppen aan weerskanten van de la. Het geheime compartiment opende zichzelf. Er lag papier in de la! Hij haalde het er direct uit en legde deze op het bureau neer. Snel las hij het bericht en langzaam verloor hij alle moed. Hij zakte op de vloer van de hut en barstte in tranen uit. De boodschap op het briefje was duidelijk en direct:

Aan degene die dit leest: je bent te laat! Verkwansel niet nog een leven door mij te achtervolgen, want die weg is er een die geen ziel wil volgen.
S.

Re: Zwaarden + Magie (Nog geen titel)

Geplaatst: 31 mei 2009 10:43
door farlain
Ik heb net je eerste hoofdstukje gelezen. En het bevalt me wel.
Het klopt gewoon allemaal, je schrijft niet geforceerd, wat je schrijft is ook geloofwaardig.
Ik ga nu je tweede stuk lezen. Maar hierbij toch 1 tip. Als je echt lezers wil hebben.
En dat is toch de bedoeling, dan zou je best kleinere stukken posten, op dit forum is het gebruikelijke 2 a4tje . Anders zullen velen zelf al de moeite niet doen om eraan te beginnen.
Maar ik ben al aangenaam verrast van je begin, dus ik zou graag nog wat meer van je lezen.

Ik heb net je tweede deel gelezen, en ik kan er geen kwaad woord over zeggen.

Re: Zwaarden + Magie (Nog geen titel)

Geplaatst: 31 mei 2009 12:04
door CDune
Hoofdstuk 2

Tarlin probeerde zich een weg te banen door de menigte. Zo druk als vandaag had hij het nog maar zelden meegemaakt. Bij de wekelijkse markt waren vaak veel mensen aanwezig, maar bij de Jaarmarkt leek dat aantal te zijn vervijfvoudigd. Het hele dorp stond vol met kraampjes, waarachter kooplui hun waren probeerden te verkopen. Burgers liepen in massa’s, zonder enige orde, door elkaar op zoek naar interessante producten. Op veel hoeken stonden wachters, die door de chaos maar weinig uit konden richten; iemand had alleen kans zichzelf verstaanbaar te maken door veel, en vooral hard te schreeuwen. Er zouden genoeg bekenden van hem rondlopen op de markt, maar de kans ze tegen het lijf te lopen was niet erg groot. Het liefst wilde Tarlin weer naar huis; hij had het na een uurtje ronddolen wel gezien. Het was echter een hele klus je een weg te banen door de massa, en bovendien werd Tarlin’s aandacht zo nu en dan getrokken door interessante producten die uitgestald stonden. Hij dacht juist een rustigere plek te hebben gevonden, toen hij voor het eerst een bekende tegen het lijf liep.
‘Hee Tarlin!’ riep iemand achter zijn rug. Tarlin draaide zich om en het duurde even voordat hij opmerkte wie hem had geroepen, maar al snel vond hij een bekend gezicht tussen de hordes mensen: Pietro. Pietro was een goede vriend van zijn vader, en zo af en toe deed Tarlin een klusje voor hem om wat bij te verdienen. Het was een aardige vent; een jaar of veertig, schatte hij; de man was niet groot, maar behoorlijk gezet en er stond altijd een lach op zijn verweerde gezicht.
‘Tarlin, wat goed om jou te zien! Ik dacht al dat je vandaag de markt zou bezoeken, maar het is fortuinlijk dat ik je heb gevonden tussen zoveel mensen. Hoe gaat het met je? Het is al een paar weken geleden sinds we elkaar voor het laatst gesproken hebben.’
‘Prima, Pietro, prima. Ik kijk of hier wat te beleven valt vandaag. Het is druk, maar ik heb nog maar weinig bekenden gezien. Ik denk dat de meeste bezoekers van ver komen, in de hoop wat goedkope spullen op de kop te kunnen tikken. Verkoop jij nog wat, of ben je hier ook als koper?’
Pietro schudde zijn hoofd. ‘Nee, ik heb verderop een kraam. Mijn zoon houd daar even een oog in het vizier nu, ik wilde zojuist wat te eten halen. Maar ik heb een paar kruidenmengsels gemaakt tegen allerlei ziekten, toch weet je maar nooit of dat aanslaat. Verderop zijn er andere verkopers van medicijnen die de boel aan het belazeren zijn. Het is dat ik daar uit principe nooit aan meedoe, maar als ik zie hoeveel klanten zij hebben…’ De koopman zag er niet al te vrolijk uit; Tarlin vermoedde dat zijn omzet niet al te hoog was geweest tot nu toe.
‘Kop op. Eerlijkheid duurt het langst, en dat weet je maar al te goed. Hoe vaak hebben we de bewakers al niet iemand mee zien sleuren aan de arm, doordat zij de boel hadden opgelicht? Ik zou me daar niet in begeven, als ik jou was. Bovendien, jouw brouwsels werken tenminste. Dat drankje wat je mij vorig jaar gaf tegen koorts hielp uitstekend; binnen een dag was ik ervan af.’ zei Tarlin in de hoop om de man wat op te vrolijken. Het leek maar half te lukken.
‘Ach, toen was je ook al een week ziek; ik heb geen idee of mijn kruiden de genezing hebben versneld. Maar ik vind wel dat je gelijk hebt; ik ben niet zoals die kwakzalvers. Over kwakzalvers gesproken, de oude Renc vroeg mij om hem wat paddenstoelen te brengen; ik hoopte je al te zien vandaag, omdat ik dacht..’
‘..Dat ik die wel even zou brengen voor je.’ Tarlin glimlachte. ‘Maar natuurlijk, geen probleem. Het is maar een uur of twee lopen naar Renc, dan ben ik nog voor het donker thuis.’
‘Ik weet dat je het ook voor niets zou doen, maar natuurlijk krijg je wat zilverstukken voor je hulp. Ik zou het niet kunnen verdragen je voor niets op pad te sturen. Hier, twee bij voorbaat en nog eens drie wanneer je terug bent. Doe maar rustig aan, Renc loopt niet weg…vervloekt, die vent ken ik al jaren en ik kan me slechts een stuk of drie keer herinneren dat ik hem niet in zijn huis heb gesproken…Toegegeven, hij is ook niet zo goed ter been, maar ik vraag me ten zeerste af of het ook maar iets met zijn fitheid te maken heeft.’

Re: Zwaarden + Magie (Nog geen titel)

Geplaatst: 31 mei 2009 12:05
door CDune
Tarlin moest onbewust lachen om de woorden van de koopman, want hij wist hoe de oude Renc zijn dagen doorkwam. Hij kende hem niet bijzonder goed, maar de keren dat hij hem had gezien, hadden een onuitwisbare indruk achtergelaten. Renc straalde een bijzondere vorm van wijsheid uit; de man kon mensen als geen ander naar hem laten luisteren en zijn diepe, geruststellende stem was zo zalvend, dat de tijd omvloog als hij één van zijn talloze verhalen over zijn lippen liet rollen. Om de een of andere reden vond Tarlin het een prettig vooruitzicht, de wandeling naar de oude kluizenaar. Bovendien had hij dan tijd om na te denken. Zijn dilemma werd met de minuut groter…

Nadat Pietro hem de spullen had overhandigd en vervolgens weer op weg ging naar zijn kraam, vertrok Tarlin door de Oosterpoort in de richting van de Schemerende Plassen, een plaats die hij nooit echt had betreden. De hut van Renc stond aan de rand van het merengebied en hij had nooit reden gehad de Plassen verder te verkennen. Mensen vertelden elkaar voortdurend ongure verhalen over de plaats, maar de gekscherende toon van de meest bizarre verzinsels verraadde dat niemand écht geloofde dat het gebied gevaarlijk was. Toch beloofde hij zichzelf voorzichtig te zijn, want alhoewel hij de tocht al meermaals had gemaakt, wilde hij niets aan het toeval over laten. Nee, Pietro zou tevreden met hem zijn. Dat wist hij zeker.

Het eerste gedeelte van zijn tocht verliep vlekkeloos. Zo nu en dan kwam hij iemand tegen, maar over het algemeen was het rustig op de wegen. De meeste mensen waren vandaag in de stad, of kwamen de stad binnen via het Westen, wist Tarlin. Ten oosten van de stad waren niet veel dorpjes of steden en zeker in vergelijking met het westen woonden er aanzienlijk minder mensen aan deze kant van de stad.
Hij was al over de helft toen hij een geweldig kabaal hoorde, een meter of tien van de weg vandaan tussen de struiken. Kreten van woede en geluiden die duidden op een gevecht! Tarlin was van plan de benen te nemen, totdat de herrie plotseling ophield. Het voelde zo..onnatuurlijk aan. Het geluid was in een fractie van een seconde opgehouden. Hij voelde het gevaar, maar zijn nieuwsgierigheid was groter.
Verbaasd liep hij in de richting van de plaats waar hij de geluiden gehoord dacht te hebben. Hij zag al snel dat de bron, of beter gezegd bronnen van het kabaal, het land der levenden hadden verlaten. Op de grond lagen vijf lichamen; onmiskenbaar gedood. De mannen die levenloos op de grond lagen zager er niet uit als de minsten: messen en zwaarden lagen her en der verspreid in het gras. De mannen leken verrast te zijn door de kracht van hun moordenaars. Of moordenaar…Tarlin durfde niet te denken aan de aanblik van iemand die vijf mensen op deze manier kon doden; zijn hoofd wilde deze plaats zo snel mogelijk verlaten, maar zijn benen droegen hem niet verder. In plaats daarvan bleef hij doodstil staan.

Re: Zwaarden + Magie (Nog geen titel)

Geplaatst: 31 mei 2009 12:06
door CDune
farlain schreef:Ik heb net je eerste hoofdstukje gelezen. En het bevalt me wel.
Het klopt gewoon allemaal, je schrijft niet geforceerd, wat je schrijft is ook geloofwaardig.
Ik ga nu je tweede stuk lezen. Maar hierbij toch 1 tip. Als je echt lezers wil hebben.
En dat is toch de bedoeling, dan zou je best kleinere stukken posten, op dit forum is het gebruikelijke 2 a4tje . Anders zullen velen zelf al de moeite niet doen om eraan te beginnen.
Maar ik ben al aangenaam verrast van je begin, dus ik zou graag nog wat meer van je lezen.

Ik heb net je tweede deel gelezen, en ik kan er geen kwaad woord over zeggen.
Dank je wel, dat is heel leuk om te lezen :). Ik heb het stuk al in kleinere stukken gehakt, ik heb nog een aantal pagina's liggen, maar ik wacht het nog wel even af. Zal in de loop van de dag nog een gedeelte posten.

Re: Zwaarden + Magie (Nog geen titel)

Geplaatst: 31 mei 2009 13:21
door CDune
‘Geen beweging!’ riep een stem achter zijn rug. Tarlin schrok, maar wist op de been te blijven. Onbewust bracht hij zijn handen in de lucht. Hij voelde een metaal voorwerp licht tegen de huid van zijn rug aan komen. Het was op dat moment dat het bij hem opkwam dat hij wel eens zou kunnen sterven, op dit moment en op deze plaats. Als deze persoon al deze mannen had omgebracht, maakte Tarlin geen schijn van kans. Het zou gedaan zijn in een oogwenk.
‘Doe me geen pijn, ik smeek U! Ik heb niets met dit bloedvergieten van doen!’ Zijn stem trilde, maar hij probeerde toch zo oprecht mogelijk te klinken. Vechten was geen optie; misschien kon praten zijn leven redden.
Het bleef een hele tijd stil. Tarlins belager hield nog steeds het zwaard tegen hem aan, maar hij zei niets. Seconden en minuten gingen voorbij, en met de minuut werd Tarlin banger. Waarom zei de man niets? Net toen hij zelf zijn mond wilde opendoen, sprak zijn belager zijn tweede zin:
‘Waar kom je vandaan?’ vroeg hij. Het klonk niet overdreven vijandig, maar de stem was resoluut en bars. Het was duidelijk dat hij geen zin had in getreuzel. Hij verwachtte een snel en bondig antwoord.
‘Ik..Ik kom uit de stad…ik liep langs deze weg toen ik geluiden hoorde. Bloed..overal bloed..Alstublieft, doe me geen pijn!’ smeekte Tarlin opnieuw. Zijn leven hing nu af van het antwoord van de man.
‘Hmm…je ziet er niet al te kwaadaardig uit en ik geloof niet dat je deel uit maakt van deze groep mannen die mij zojuist overviel, maar mij is altijd geleerd dat men niet voorzichtig genoeg kan zijn. Welke baat zou ik er bij hebben jou te laten leven? Erg rijk zie je er niet uit en het zou dagen duren voordat iemand je lichaam vindt..’
Tarlins hersenen maakten overuren. Wat zou hij nu kunnen zeggen? Welk antwoord verwachtte deze man? Hij bedacht dat een eerlijk antwoord nu het beste van pas zou komen: ‘Wat heeft u er aan een onschuldig persoon te vermoorden? Wat zou ik u kunnen maken? Als u al deze mensen heeft gedood, en dat geloof ik ogenblikkelijk, dan bent u een machtig man. Ik ben maar een nietige jongen, niet in staat u in enig opzicht te deren. Krijgt u werkelijk geen last van uw geweten als u iedereen die maar een beetje in de weg staat, aan het zwaard rijgt?’
Het antwoord kwam snel en zonder blikken of blozen: ‘Welnee, ik heb geen geweten meer..’

Een tel later voelde Tarlin het zwaard van zijn rug glijden. Hij wist wat er komen ging. Hij zette zich schrap en wachtte op de scherpe punt, die zich elk ogenblik in zijn rug kon boren. Teleurstelling en angst, dat zijn mijn laatste gevoelens, dacht hij. Zijn antwoord was niet het juiste geweest.
Het duurde een hele tijd voordat zijn opponent actie ondernam. Maar dit was niet hetgeen wat Tarlin verwachtte.
‘Je hebt gelijk, ik heb er niets aan je te doden. Maar ik heb een vraag die ik beantwoord wil zien. Alleen als je mij vertelt wat ik wil horen, dan laat ik je leven. Verkwist deze kans niet, want je krijgt er maar één. Ik heb echt geen geweten, en over een uur zou ik je al weer vergeten zijn. Welnu, mijn vraag is, ken jij een man genaamd Saevar? Hij is een invloedrijk persoon..’
Tarlin had nog nooit gehoord van iemand die zo werd genoemd, en afgezien van het feit dat hij geen enkel invloedrijk persoon kende, probeerde hij in zijn geheugen te graven…wist hij maar wie Saevar was! Dan zou hij zijn belager kunnen helpen…maar het ogenblik dat hij de naam had gehoord, had Tarlin diep in zichzelf geweten dat hij de naam nog nooit eerder had gehoord.
‘Ik…Ik..echt, ik ken de man niet. Ik zou U graag willen helpen maar dat kan ik alleen door te liegen, de naam Saevar zegt mij niets.’ Tarlin sprak zo oprecht en duidelijk als hij maar kon, al wist hij dat het weinig verschil zou maken.
De man achter hem liep om Tarlin heen en kwam recht voor hem staan. Binnen een seconde zag Tarlin hoe gevaarlijk deze persoon was. Hij was niet uitermate groot of fors. Maar zijn imposante kleding en houding maakten hem er indrukwekkender uitzien dan dat zijn figuur ooit had kunnen doen. De man droeg een zwartlederen vest, met aan beide zijdes een rij vlijmscherpe messen. Zijn broek, eveneens zwart, werd aan beide kanten versierd door een gouden havik, die eigenlijk als eerste in het oog sprong bij het zien van de man. Afgezien van de messen droeg de man twee zwaarden aan zijn riem, en had hij nog een zware bijl over zijn schouders hangen. Een zwarte cape zorgde ervoor dat de man nog meer leek op een schaduw in de nacht. Degene die zo onfortuinlijk was met deze man te moeten vechten, zou geen vijf seconden overleven. Bovendien zou het gezicht van zijn moordenaar nooit duidelijk worden, want een kap omsloot het grootste gedeelte van zijn hoofd.

Re: Zwaarden + Magie (Nog geen titel)

Geplaatst: 31 mei 2009 17:45
door farlain
tja, dat je het in kleinere stukjes hebt gehakt is goed. Maar wat ik waarschijnlijk vergat te zeggen. Is om niet teveel te snel willen posten. Als je elke dag een stuk post dan is het beter. Want niet iedereen heeft veel tijd om te lezen.
Alhoewel ik al uitkijk naar het vervolg

Re: Zwaarden + Magie (Nog geen titel)

Geplaatst: 31 mei 2009 21:57
door Shadowfire
Prachtig, echt waar. Je schrijft leuk, beschrijft goed,... Ik ga dit zeker blijven volgen ;)

Re: Zwaarden + Magie (Nog geen titel)

Geplaatst: 02 jun 2009 21:44
door CDune
De man pakte razendsnel één van zijn messen, gooide deze in de lucht, en ving hem weer op; de scherpe kling wees naar zijn eigen borst.
‘Je hebt geen wapens bij je, zie ik. Neem dit mes maar. Dan kun je jezelf in elk geval verdedigen. Niet dat ik verwacht dat we worden aangevallen, maar voor het geval dat. Zoals ik zei, men moet niets aan het toeval overlaten.’
Tarlin, die als versteend had gestaan bij de worp van de man, had geen woord gemist van wat deze zei. ‘Eh…u zei we, meneer?
‘Juist ja, was je dat nog niet duidelijk? Wij reizen de rest van de dag samen. Voorlopig noem je me maar Danwe. Schiet op, we moeten gaan. Ik heb haast.’

Danwe was een bijzondere reisgenoot. De man zei nauwelijks een woord; hij maakte slechts via handgebaren en norse geluiden duidelijk wat hij wilde. Niet dat hij echt bevelen gaf aan Tarlin; Danwe keek af en toe om, zodat hij kon controleren of zijn reisgenoot meeliep, maar veel meer ook niet. Het viel Tarlin direct op dat de man altijd waakzaam om zich heen keek. Zo nu en dan stopte hij zelfs omdat hij de zaak niet helemaal vertrouwde. Geen enkele maal werd het Tarlin duidelijk waarom Danwe zo op zijn hoede was, maar één van de dingen die hij wel wist, was dat hij geen vragen moest stellen. Als Danwe iets kwijt wilde, zou hij daar zelf wel mee aan komen zetten. Nee, de tocht verliep langzaam maar gestaag, en een enkele keer stopten de twee om wat te eten; Danwe had een kleine buidel met enkele vruchten en wat brood bij zich. Het leek erop dat de man alleen op zichzelf had gerekend, maar hij bood Tarlin elke keer weer de helft van zijn voedsel aan. Daar was Tarlin wel dankbaar voor, al vertrouwde hij zijn metgezel van geen kant. Danwe had iets... onguurs. Hij leek niet kwaadaardig, maar er ging evenmin warmte van hem uit. Het leek een soort van geest; hij was onvermoeibaar en zijn waakzaamheid verslapte geen seconde, maar een goed gesprek was er niet mee te voeren.
Danwe vertelde hem dat de twee naar een andere stad zouden reizen, Orydel genaamd. Daar had Tarlin wel eens van gehoord, al had hij nooit reden toe gehad naar de plaats af te reizen. Die reden was er nu ook niet, maar toch had Tarlin het donkerbruine vermoeden dat hij Danwe maar beter te vriend kon houden; er zat niets anders op dan hem te volgen. Zijn uitstapje naar de kluizenaar Renc leek hiermee even van de baan, maar gelukkig hoefde hij slechts een aantal paddenstoelen te bezorgen. Het zou niemand echt deren als deze onverhoopt verloren gingen. Nee, het ergste vond hij het voor Pietro, want hij had deze een belofte gedaan. Tarlin zou deze alsnog voldoen, maar dan met enige vertraging.

Het werd al donker toen Tarlin zijn metgezel voor het eerst iets hoorde zeggen wat leek op een duidelijk geformuleerde zin. ‘Je vraagt je vast af wat je hier nu doet. Jouw nut zal snel genoeg duidelijk worden. Voorlopig kan ik je niet veel meer vertellen. Ik vraag je alleen goed uit te kijken; ik heb nog steeds het gevoel dat wij worden gevolgd. Met mij aan je zijde loop je weinig gevaar, maar desondanks vermijd ik liever gevechten. Dat kost me soms weer een dolk en ik ben nogal gehecht aan mijn wapens.’ zei de krijger, en het werd Tarlin niet duidelijk of hij dat laatste serieus had bedoeld. In ieder geval had er geen glimlach gespeeld op het gezicht van Danwe, maar lachen had Tarlin de man de hele dag nog niet zien doen.
Tarlin kon zich zelf niet meer beheersen het vroeg wat hij al de hele tijd wilde weten. ‘Zou je mij doden, Danwe, als ik nu een poging deed te vluchten? Om eerlijk te zijn kan ik mijn tijd nuttiger besteden dan een tocht naar een of andere stad, waar ik niets, maar dan ook helemaal niets te zoeken heb.’ Tarlin sprak met een bittere toon, want hij meende het.
Danwe reageerde nors, zoals gewoonlijk. ‘Zoals ik zeg, dat zou me een dolk kosten en die behoud ik liever. Nee, ik zou je niets aandoen. Toch raad ik je aan te blijven; ik kan je hulp goed gebruiken, maar bovendien schenk ik je de kans een machtig man te ontmoeten. Geloof me, je zou er je hele leven spijt van hebben als je nu wegliep.’
Tarlin overwoog zijn mogelijkheden. Hij had de kans nu weg te lopen, en dan zou hij in een uur of vijf veilig thuis kunnen zijn. Of hij zou koers naar Renc kunnen zetten; die tocht zou vier uur vergen en bovendien zou hij Pietro dan niet teleurstellen. De derde optie was om door te reizen met de mysterieuze Danwe, een man waar Tarlin nog steeds geen lucht van had. Behalve zijn angstaanjagende gestalte en zijn ongeïnteresseerde houding had de man zich angstvallig op de vlakte gehouden.

Re: Zwaarden + Magie (Nog geen titel)

Geplaatst: 04 jun 2009 20:07
door Shadowfire
CDune schreef: Danwe had iets..onguurs.
drie punten (en een spatie) ;)

Oef, je gaat door :)
Ik dacht al dat je gestopt was xD
Het was weer prachtig, alleen gebruik je wel erg veel ;, is het niet :)?

Re: Zwaarden + Magie (Nog geen titel)

Geplaatst: 04 jun 2009 20:41
door CDune
Shadowfire schreef:
CDune schreef: Danwe had iets..onguurs.
drie punten (en een spatie) ;)

Oef, je gaat door :)
Ik dacht al dat je gestopt was xD
Het was weer prachtig, alleen gebruik je wel erg veel ;, is het niet :)?
Dank je, al aangepast :).
Ja, ik vind ; een mooi compromis tussen een punt en een komma, vind het zelf altijd wel prettig lezen, maar ik kan begrijpen dat het misschien een beetje in overvloede lijkt te zijn :). Ik heb nog niet eens een derde gepost van wat ik heb, dus het stopt voorlopig nog zeker niet :).

Re: Zwaarden + Magie (Nog geen titel)

Geplaatst: 04 jun 2009 20:42
door CDune
‘Wanneer kan ik deze ‘machtige man’ ontmoeten? Kan ik rekenen op enkele uren of enkele weken?’ vroeg Tarlin. Hij achtte de kans op een antwoord niet erg groot. Als Danwé één onderwerp angstvallig vermeed, afgezien van zijn verleden, dan was het hun bestemming. Hij was dan ook verbaasd toen hij Danwe hoorde zeggen:
‘Een dag, misschien twee. Het is niet zo ver meer. Stil nu…ik wil de omgeving kunnen horen. Dat doe ik niet voor niets. Ik vertrouw het niet. Ik denk dat we gevolgd worden.’
‘Ge-gevolgd? Maar ik dacht dat je al je belagers had vermoord? Ik zou zweren dat ze dood zijn. De meesten zagen er nauwelijks meer herkenbaar uit.’
Danwe keek Tarlin fronsend aan en zei stug: ‘O, maar dat waren lang niet de enigen. Er zitten veel meer mensen achter mij aan. Dat was slechts een kleine verkenningsgroep. Ze waren licht gekleed en het waren geen beste vechters. Nee, ik mag hopen dat we de werkelijke groep die het op mij heeft gemunt niet tegenkomen. Het zou ons onnodig kunnen vertragen.’
‘Danwe, wat moeten al deze mensen van je? Waarom willen ze je allemaal dood hebben? Heb jij hen iets aangedaan, willen ze je goud, hoe zit het? Ik wil wel eens weten wie de man is waar ik al een tijdje mee rondtrek.’
‘Vragen, vragen….’ Danwe keek Tarlin aan en deze schrok bijna: voor het eerst was er iets wat op een glimlach leek te zien op het gezicht van de ruige krijger. ‘Niemand is onschuldig, ik ook niet, Tarlin. Maar ik geloof dat de mensen die achter mij aanzitten, meer op hun geweten hebben dan ik. Vraag me alsjeblieft niets over mijn verleden…dat heeft geen enkele zin. Ik heb zo langzamerhand aangeleerd om zelf te komen met antwoorden op vragen die ik al dan niet heb gehoord. Het zal je vanzelf duidelijker worden.’

Tarlin en Danwe vorderden snel op hun tocht. Tarlin wist niet waar de twee heen gingen, maar Danwe leek nimmer te twijfelen over de te nemen weg. Zo nu en dan hielden ze halt om even iets te eten en wat te rusten, maar deze momenten waren schaars. Het was duidelijk dat Danwe haast had. Of dat te maken had met de onzichtbare groep achtervolgers was Tarlin niet duidelijk, maar hij klaagde niet over het tempo. Na jaren lang in een stad te hebben geleefd vond hij de reis te voet een enorme beleving. Hij had niemand die zich er druk over zou maken dat hij er even tussenuit was, behalve de koopman Pietro misschien. Zijn vader zou het toch druk hebben met de markt; voor een koopman was dit de drukste tijd van het jaar. Bovendien leefden de twee erg gescheiden van elkaar; het wilde wel eens voorkomen dat de twee elkaar weken niet zagen. Nee, hij had geen haast en eigenlijk wilde hij ook niet terug. Nog niet althans. Hij was benieuwd waar de reis hen voerde en hij wilde graag meer weten over zijn metgezel.

Voor Tarlin was één ding al snel duidelijk: Danwe was iemand om rekening mee te houden. Met elke pas die hij zette was het duidelijk dat de krijger erg gelauterd was en bovendien wist Tarlin zeker dat hij al een grote hoeveelheid doden op zijn geweten had. Zijn wapens, die toch een aanzienlijk gewicht zouden moeten hebben, leken hem absoluut niet in de weg te zitten. Het was alsof hij de wapens als een gedeelte van zichzelf beschouwde. De man scheen ook geen waarde te hechten aan bezittingen, want hij zei dat hij al zijn eigendommen bij zich droeg; wel had hij een aanzienlijke buidel goud. Tarlin schatte de man op iemand die zichzelf liet inhuren om veldslagen uit te vechten, of misschien was hij een sluipmoordenaar die voor veel goud invloedrijke personen ombracht. Hij zou duur zijn: in een één tegen één situatie zou bijna niemand een kans maken tegen Danwe.

Halverwege de tweede dag gebeurde hetgeen waar Tarlin zo voor had gevreesd: vragen. Met Danwe aan zijn zijde voelde hij zich veilig, maar de man leek vele vijanden te hebben en had al vermeld dat het een kwestie van tijd was voordat de eerste vragen de kop op zouden steken.
‘Rustig nou, er komen ons vier mannen tegemoet. Op de manier waarop ze lopen zie ik dat ze naar mij op zoek zijn. Blijf achter mij en doe geen gekke dingen.’ Danwe sprak zoals altijd: kalm, rechtdoorzee en beslist. Het was duidelijk dat hij geen antwoord verwachtte: hij had gewoon gezegd wat er moest gebeuren en daar had Tarlin zich maar aan te houden.
Gestaag zetten ze hun tocht voort, en inderdaad: na een meter of honderd zag Tarlin vier man naderen. Ze keken priemend naar Danwe en leken weinig goeds in de zin te hebben. Danwe deed net alsof hij hen niet zag, en liep met grote passen verder. Maar al snel riep één van de mannen hem: ‘Hee jij daar, krijger!’
Danwe reageerde niet.
De mannen zetten er nu de vaart in en al snel hadden ze de afstand naar Danwe overbrugd. Één van de mannen, dezelfde als daarnet, sprak Danwe opnieuw aan: ‘Wij hebben wat vragen te stellen.’
Danwe reageerde niet, en liep nog altijd gestaag door.
‘Ben je doof en stom? Ik zei je wat!’ brulde de leider van de mannen. Om zijn woorden kracht bij te zetten, legde hij zijn hand op zijn zwaard. Danwe hield halt.
Seconden lang keek Danwe de man aan. Eindelijk sprak hij. ‘Jullie begaan een fatale fout.’
Danwe ontweek de blik van de man en liep tussen hen door, weg van het groepje.
Een moment lang waren de gezichten van de mannen verbijsterd, maar daarna maakte hun verbijstering plaats voor woede. Met een schreeuw trokken ze hun zwaard. ‘Dit is je laatste kans, we willen enkel wat vragen stellen!’
Danwe deed alsof hij de man niet hoorde en hij gebaarde Tarlin met een simpele handbeweging om halt te houden.
Nadat Danwe hen opnieuw had genegeerd, kwamen de mannen in actie. Met hun zwaard vooruit renden ze naar de krijger, hun bedoeling duidelijk om geen spaan van de man heel te laten. Voordat Tarlin er erg in had, schreeuwde hij ‘Danwe!’ maar de man wist al lang wat er te gebeuren stond. Hij had de mannen een kans gegeven aan de dood te ontkomen; die kans hadden ze niet gegrepen.
In een vloeiende beweging trok Danwe zijn zwaard. Hij ontweek de klap die een blondharige man hem wilde geven, om hem daarna vervolgens de keel door te snijden. De tweede man, die probeerde Danwe in zijn rug te steken, werd al even snel gedood: Danwe trapte de man keihard tegen zijn knie, om hem vervolgens met een snelle steek om te brengen. De twee overgebleven mannen stormden tegelijk op hem af, de woede over hun omgekomen collega’s duidelijk zichtbaar. Het waren gelouterde zwaardvechters, maar het leek Danwe geen enkele moeite te kosten zich te verdedigen. Hij pareerde twee slagen van hun zwaarden, waarna hij één van de mannen bij de keel greep. Toen zijn zwaard door de borst van de leider van de mannen werd gestoken, draaide hij de nek van de laatste man om. Nog voordat deze de grond had geraakt, was Danwe al weer op pad.
Hij had zichtbaar haast.

Re: Zwaarden + Magie (Nog geen titel)

Geplaatst: 05 jun 2009 13:18
door Shadowfire
CDune schreef: Seconden lang keek Dante de man aan. Eindelijk sprak hij. ‘Jullie begaan een fatale fout.’
Dante = Danwe, neem ik aan?
Haha, goed, er komen veel minder ; hier in voor :)
Ik wacht op het volgende stuk ;)

Re: Zwaarden + Magie (Nog geen titel)

Geplaatst: 05 jun 2009 15:41
door CDune
Hoofdstuk 3

‘Hector!’ riep de stem weer luid. ‘Hector, ik weet dat je er bent, doe open!’ De man was duidelijk woedend. ‘In naam van Seyr, open de deur!’

Hector had weinig keuze. Deze man, Rasdock, zou de deur open breken als hij niet zou reageren. Hector keek nog een keer snel rond door zijn kamer, maar besloot toen dat er niets anders op zat. Hij zou deze vreselijke man te woord moeten staan. ‘Jaja, ik kom al!’ riep hij richting de stem. Hij schoof de grendel los en opende de deur, al had hij dat niet hoeven doen. Rasdock stormde gelijk naar binnen.
‘Daar ben je eindelijk! Wat bezielde je, mij zo lang te laten wachten?’
‘Excuseer mij, Meester Rasdock. Ik sliep nog. U deed er goed aan te blijven kloppen, want uiteindelijk word ik altijd wakker. Heilig de Cirkel!’
‘Ik geloof er geen woord van, Hector. Ik meende je te horen lopen achter de deur, nog voordat ik klopte.’ Bij het zien van Hectors onschuldige gezicht ging hij over op een ander onderwerp. ‘Heb je Grootmeester Xand gezien vandaag? Ik moest op bezoek komen bij hem, maar hij is nergens te bekennen.’
Hector had eveneens een afspraak met Grootmeester Xand, maar deze was later op de dag. ‘Geen idee, Meester Rasdock. Ik heb een afspraak met de Grootmeester, maar deze is pas in de namiddag.’
Rasdock keek niet blij na het horen van dit nieuws. ‘Jij? Een afspraak met Grootmeester Xand? Hoe heb je dat voor elkaar gekregen?’
Wat had Hector toch een hekel aan deze Rasdock. Hij was ongeveer van dezelfde leeftijd als hij, achtentwintig, maar deed alsof hij als persoon veel meer was. Maar Rasdock was iemand uit de Cirkel, dus hoorde iemand zoals hijzelf, iemand zonder status, eerbiedig te zijn. Hector hoopte dat hij ooit ook een deel uit zou maken van de Cirkel, maar dan moest hij nog veel leren. Hij was nu pas iemand uit de Derde Trede.
‘Ik weet het niet, Meester Rasdock. Grootmeester Xand stuurde mij een korte brief, met het verzoek hem te bezoeken om vier uur. Misschien krijg ik wel promotie.’
‘Hector, Hector...’ Rasdock moest moeite doen niet te lachen. ‘Jij, promotie? Dat is het onzinnigste dat ik in weken heb gehoord.’
Het deed pijn, maar Hector wilde dat niet laten blijken. Hij wilde Rasdock dat genoegen niet geven. ‘Excuseer mij, Meester. Een foutieve gedachte. Heilig de Cirkel!’
Rasdock luisterde nauwelijks. Zijn aandacht was getrokken door een donkergroene steen, die op Hectors bureau lag. ‘Wat is dit? Vertel me niet dat het een Tredesteen is!’

Hector kon zichzelf wel een klap verkopen. Een Tredesteen was de ultieme vernedering. Het was een magisch object, dat mensen kon helpen met het oefenen van hun magische vaardigheden. Hector was nog steeds enorm zwak op het gebied van magie. Hij had toegang tot ‘De Bron’, anders had hij hier nooit gestaan, maar hij was één van de zwakste magiërs die hij kende. Een Tredesteen werd meestal een jaar gebruikt om magiërs kennis te laten maken met magie. Hector gebruikte hem al drie jaar. Hij had hem veilig op moeten bergen, uit het zicht. Nu gaf hij Rasdock een kans uit duizenden.

‘Hector toch....’, Rasdock vond het duidelijk schitterend. ‘Gebruik jij nog altijd zo een ding? Heb je het nódig om je ‘kunsten’ te vertonen?’ Rasdock bulderde nu van het lachen. ‘En ik dacht nog wel dat je niet dieper kon zinken, mijn beste Hector.’ De magiër probeerde te stoppen met lachen, maar dat leek ijdele hoop. In plaats daarvan gierde hij het uit.
Hector kookte; al zijn lessen zelfcontrole leken nu opeens heel moeilijk om te herinneren. Hoe hard hij dat ook probeerde, hij kon het niet. Slechts pure wilskracht weerhield hem er van Rasdock aan te vliegen. Dat zou rampzalige gevolgen hebben.
‘Meester, ik….Soms gebruik ik hem, alleen om te kijken hoe het ook alweer aanvoelde. Het is niet zo dat ik hem nodig heb; natuurlijk niet.’
Rasdock leek hem niet te geloven: ‘Wat zou er gebeuren als ik Grootmeester Xand vertelde dat je nog steeds zo een ding nodig hebt? Zou je nog steeds hopen op promotie?’ Rasdock schaterde opnieuw van het lachen; Hector voelde zich zo nietig als hij zich maar kon voelen.

Re: Zwaarden + Magie (Nog geen titel)

Geplaatst: 10 jun 2009 11:08
door CDune
Rasdock had ergens wel gelijk; na drie jaar had Hector bitter weinig kennis voor iemand van de Derde Trede. De kansen om ooit een Cirkelmagiër te worden leken ontzettend klein. Eén van de weinige dingen die hij wel kon, was een kaars aansteken met zijn kracht. Maar dat was dan ook wel de meest simpele handeling die een magiër kon uitvoeren. Als hij Grootmeester Xand, of zelfs Rasdock soms zag oefenen, zag hij het soms niet meer zitten.

Het systeem was eenvoudig: er waren verschillende niveaus van magiërs. Onderin had je eenvoudige beginnelingen. Zij hadden geen echte naam, maar werden meestal gewoon ‘studenten’ genoemd. Dan was er de Eerste Cirkel, waar Rasdock toe behoorde. Zij waren volleerde magiërs die elk een stuk of tien studenten onder hun hoede hadden. In het geval van Hector was dit Meester Rasdock. Ten slotte waren er magiërs uit de Tweede Cirkel. Deze waren ongelooflijk invloedrijk. Grootmeester Xand was er één; hij had de controle over alle andere bewoners van het terrein.
De treden waren eenvoudigweg om aan te geven hoe veel ervaring iemand had. Vijf waren er, maar velen bleven op de vijfde staan zonder ooit door te stromen naar de volgende Cirkel. Het leek de weg van Hector te worden. Hij geloofde niet dat er ooit iemand zou zijn die hem zou moeten aanspreken met ‘Meester Hector’. Dat gevoel van macht zou hij nooit kennen…toch?

Hector staarde naar de vloer; hij voelde zich op dat moment niets. Minderwaardig ten opzichte van deze grote magiër. Hij had een hekel aan Rasdock, met zijn vette haar dat altijd stijl achterover gekamd was; toch had hij ook respect voor de man. Hij was enorm slim en was slechts luttele maanden nadat hij gearriveerd was, al een Cirkelmagiër. Alles wat bij Hector scheen te mislukken, lukte bij Meester Rasdock. Heel even dacht Hector glimlachend aan het feit dat Rasdocks afspraak met Grootmeester Xand op niets was uit gelopen; nu had hij een kans iets te doen wat zijn superieur niet lukte: een gesprek houden met de meest invloedrijke man van de academie.
‘Ik moet gaan; ik ga Grootmeester Xand zoeken. Misschien heeft iemand anders hem gezien. Het zijn vreemde tijden; ik kan voelen dat er iets is gebeurd is de laatste weken, iets groots, iets wat een enorme verandering te weeg zal brengen. Ik moet daarover met de Grootmeester praten; ik neem aan dat hij de verandering ook heeft gevoeld.’ Rasdock scheen vergevingsgezind te zijn, want zijn toon was zachter toen hij dit sprak en bovendien noemde hij de Tredesteen niet meer. Hector was blij met dit kleine gewin; hij hoopte dat Rasdock niemand zou vertellen over de steen.
‘Maar natuurlijk, Meester. Ik hoop van harte dat U slaagt Grootmeester Xand te vinden; mijn doel is de uwe. Heilig de Cirkel!’ Hector sprak zo kordaat mogelijk, maar was bang dat er toch een spoor van zijn onzekerheid terug te vinden was in zijn stem.
‘Tot kijk, Hector. En voor ik het vergeet: raak je Tredesteen niet kwijt...Hoewel, we zouden dan wel eens kunnen lachen!’ Meester Rasdock had zichtbaar plezier in zijn leedvermaak en schreed de kamer uit. Toen het slot achter de man neerviel, barstte Hector in tranen uit.

Re: Zwaarden + Magie (Nog geen titel)

Geplaatst: 10 jun 2009 14:04
door farlain
tja weer een goed stukje, je legt vrij duidelijk uit hoe het tredesysteem werkt, alhoewel het op bepaalde punten vrij onduidlijk blijft.
Maar je schrijft nog altijd even goed als in het begin, dus daar valt niets op aan te merken

Re: Zwaarden + Magie (Nog geen titel)

Geplaatst: 14 jun 2009 19:16
door Shadowfire
Je schrijft erg leuk, en ik lees het graag :)
Maar ik snap ook het tredesysteem niet zo goed (a) Maar dat kan ook weer helemaal aan mij liggen.

Re: Zwaarden + Magie (Nog geen titel)

Geplaatst: 15 jun 2009 01:09
door CDune
Later die middag, om kwart voor vier, ging Hector op zoek naar Grootmeester Xand. Hij hoopte dat Rasdock erin geslaagd was de man te vinden; misschien was hij uit zichzelf teruggekeerd. Grootmeester Xand was wel vaker een paar dagen weg, maar dan verzette hij altijd zijn afspraken. Want je kon niet onder afspraken uit: dat was een basisregel in het complex. Hector was dan ook verbaasd geweest nadat hij hoorde dat Xand onvindbaar was toen Rasdock een afspraak met de man had. Dat was niets voor hem. Misschien was er echt wel wat aan de hand; hij herinnerde zich dat Rasdock hem had verteld dat hij een verandering kon voelen. Hector kon dat niet; daarvoor waren zijn magische capaciteiten te beperkt.

Hij verliet zijn kamer en begaf zich richting de binnenplaats. De deur deed hij niet op slot, want zoals de meeste andere studenten had hij weinig van waarde in bezit. Wel, behalve zijn Tredesteen misschien, maar die had hij bij zich gestoken. Zonder het ding kon hij nauwelijks iets. Hij dacht terug aan de dag dat hij te horen kreeg magie te bezitten. De toenmalige Eerste Cirkelmagiër die hem dat had verteld, zei ook dat hij nauwelijks mensen had gevoeld die over magie beschikten, maar het in zulke lage mate hadden. Hij zei dat de opleiding een zware zou worden voor Hector. En als hij eenmaal had gekozen er mee te beginnen, was er geen weg meer terug. Tenminste niet voordat hij zijn opleiding had voltooid. Dat was één van de regels van de Cirkelmagiërs: ze wilden absolute geheimhouding. Na enig overleg met zijn ouders had Hector de keuze gemaakt: hij zou het doen. Per slot van rekening waren er maar weinig mensen die zo een kans kregen, dus moest hij hem grijpen. Enkele dagen later liep hij de poort van de academie door.

Naarmate de tijd verstreek, dacht Hector steeds vaker dat hij de verkeerde keuze had gemaakt; bijna iedereen was meer getalenteerd dan hij. Het lag niet aan een gebrek aan inspanning. Hector deed alles wat in zijn macht lag om beter te worden. Maar zijn niveau ging slechts tergend langzaam omhoog. Ondanks deze dingen was hij één geworden met het gebouw en zijn bewoners. Deze dingen gaven hem de kracht om door te zetten.

Hij had geen oefeningen vandaag, dus had hij alle tijd gehad. Dat gold lang niet voor iedereen, want de meeste studenten waren nu hard aan het leren. Vroeger dacht hij bij studenten altijd aan jongeren van een jaar of twintig, maar in de academie waren er ook studenten van in de dertig. Leeftijd zei niet veel, met uitzondering van het feit dat ouderen vaak hoger in Trede stonden.
Veel studenten bevonden zich in de oefenvleugel en niet in de woonvleugel waar Hector en alle anderen hun kamer hadden. Zonder mensen die door de gangen stierven, was de sfeer heel anders. De witte muren en tegels gaven het gebouw een koude, onpersoonlijke uitstraling. Maar het gebouw werd er niet minder indrukwekkend door. De woonvleugel zag er nog redelijk normaal uit, maar op andere plaatsen in het complex stonden hoge beelden, hingen oude schilderijen en sierden eeuwenoude objecten de muren. Het gebouw was al zó oud; eenmaal was het half verwoest, in een hevig gevecht, tijden geleden. Maar naarmate de jaren vorderden werd het gebouw weer in ere hersteld. Zo zei iedereen tenminste dat het was gegaan. Misschien was het een legende die zich had verweven met de historie van het gebouw. Hij betwijfelde of daar ooit iemand achter zou komen.

Op de binnenplaats waren altijd wel mensen te bekennen; het was het gezelligste gedeelte van de academie. Hij telde nu een stuk of twintig personen. Onder andere omstandigheden was hij een praatje gaan maken met bekenden, maar hij moest over een paar minuten bij Grootmeester Xand zijn. Die woonde in het grote, sierlijke gebouw aan de noordkant van het terrein. Aan de oostkant was de oefenvleugel, daartegenover aan de westkant de woonvleugel. Alle overige zaken zoals de kapel, de bibliotheek, het hospitaal en dergelijke hadden hun gebouw aan de zuidkant. Te midden van dit alles lag niet één grote binnenplaats; nee, een groot bos scheidde de gebouwen van elkaar. De enige manier om je te verplaatsen naar een ander gebouw was via de brede weg die van oost naar west en van noord naar zuid liep. Bij het kruispunt was een soort plein, dat door iedereen ‘de binnenplaats’ werd genoemd.
Het was een aardige wandeling van de ene kant van het terrein naar de andere; studenten verbleven meestal de hele dag in dezelfde vleugel. Waren ze vrij, dan brachten ze hun dag door in de woonvleugel. Op een lesdag waren ze de hele dag te vinden in de oefenvleugel. Dit systeem gebruikte de academie al sinds de oprichting, en het werkte naar behoren.

(Bedankt voor de reacties :))

Re: Zwaarden + Magie (Nog geen titel)

Geplaatst: 15 jun 2009 19:56
door farlain
leuk beschreven, hoe onmachtig hij zich voelt bij de situatie

Re: Zwaarden + Magie (Nog geen titel)

Geplaatst: 30 jun 2009 21:36
door CDune
Het hoofdgebouw, waar Hector moest zijn, werd omgeven door een groot hek. De poort werd vierentwintig uur per dag bewaakt. Enkel en alleen met een uitnodiging werd er toegang verleend. Hector voelde in zijn binnenzak. De uitnodiging was nog steeds veilig. Toen hij de poort naderde, hief de wachter zijn hand op.
‘Halt! Wat heb je hier te zoeken?’
Hector sprak luid en zonder aarzeling: ‘Ik heb een uitnodiging bij me van Grootmeester Xand. Hier.’ Hij haalde het perkament uit zijn zak en reikte het de poortwachter aan. Deze bekeek het ding even, maar knikte toen. ‘Het is in orde. We zullen de poort openen.’ De poortwachter maakte een gebaar naar de man die aan de andere kant van de poort stond. Ook deze hief een vinger op en opende de poort. Hector knikte tevreden naar de poortwachter en liep richting het imposante gebouw dat recht voor hem stond. Zes maanden geleden had hij deze gang voor het laatst gemaakt.

Het duurde niet lang voordat Hector de kamer van Grootmeester Xand had gevonden. Deze was recht tegenover de ingang van het gebouw. Aan alles was te zien hoe veel invloed deze man had. Zijn verblijven leken wel een paleis. Maar iedereen had grote bewondering voor hem. Hij was al een jaar of acht Grootmeester, een titel die aangaf dat hij de leiding over het terrein had. De vorige Grootmeester, wiens naam Hector zich niet kon herinneren, was overleden van ouderdom. Grootmeester was dan ook een titel voor het leven; de benoeming kon niet ongedaan gemaakt worden. De keuze voor Xand was niet moeilijk geweest; hij was de enige magiër van de Tweede Cirkel die in de nabije omgeving woonde. De man had zijn opleiding met succes voltooid en woonde al enige tijd in de buurt van de academie. Hij hoefde niet lang na te denken toen hij de aanbieding kreeg. Het betekende een grote hoeveelheid macht, maar ook een grote verantwoordelijkheid jegens de gehele academie. Hij was immers de eindverantwoordelijke. Als er iets fout ging, was dat Xands schuld. Maar Grootmeester Xand was ongekend talentvol op het gebied van magie; Hector had nog nooit gehoord dat iemand meer kracht had dan deze man.

Hij klopte op de deur. Niet zo zacht dat het onverstaanbaar was, maar ook niet te hard; dat zou dringend lijken. Hector probeerde zich alle regels te herinneren. Hij moest natuurlijk met eerbied spreken, maar er waren nog talloze andere kleine dingen die niet vergeten mochten worden.
Hector hoopte dat Xand er was. Misschien kon hij over een minuut de tocht terug maken, richting het wooncomplex. Iets in hem hoopte dat; Hector had zijn zenuwen nauwelijks in bedwang.

‘Binnen!’ klonk het vanachter de andere kant van de deur. Hector dacht Grootmeester Xands stem te herkennen. Hij was er! Nu hoefde hij zich alleen nog af te vragen wat hij hier deed. In promotie geloofde hij niet; daar was hij te slecht voor.
Hij opende de deur, liep snel naar binnen, en deed deze weer dicht. Dit zonder de Grootmeester aan te kijken. Dat was een gouden regel.
‘Goedemiddag, Hector,’ zei de man vriendelijk. ‘Ik zie dat je jezelf weer druk maakt om regels en etiketten. Niets van dat alles. Laten we vrijuit praten.’
Hector verstond Grootmeester Xand goed, maar bleef naar de grond kijken. ‘Jawel, Grootmeester Xand. Ik..’
Xand glimlachte. ‘Hector, kijk me aan. Dat praat wat makkelijker.’ Hector durfde nu eindelijk zijn hoofd op te heffen. ‘Dank U, Grootmeester.’
‘Het is niets. Je zult je wel afvragen wat je hier doet. Nee, ik ga je niet promoveren. Daarvoor moet je meer kracht bezitten.’
Hector had niet anders verwacht, maar desondanks was hij teleurgesteld. Ergens had hij het gehoopt. Dat had hij natuurlijk niet moeten doen. ‘Nee, Grootmeester Xand. Dat had ik ook niet verwacht.’
De Grootmeester voelde met hem mee. ‘Je hebt het zwaar, Hector. Ik zie het aan je. Toch moet je vertrouwen in jezelf hebben. Ik hoor dat je goed je best doet. Dat telt ook. Ik ben trots op je.’
Hector kon het niet laten te glimlachen. Hij betwijfelde of Xand de waarheid sprak, maar toch was hij enorm blij met het compliment. ‘Dank U, Grootmeester. Heilig de Cirkel.’
‘Kom nu, niets van dat alles. Ik weet niet wie die bespottelijke zin heeft verzonnen, maar ik hecht er geen waarde aan. Het klinkt zo..afstandelijk.’
Hector was dat met hem eens. Meester Rasdock vond het een geweldige zin. Het gaf hem een gevoel van macht, als iemand de woorden tegen hem zei. ‘Jawel, Grootmeester.’ sprak Hector nu minder zenuwachtig.
Xand wees naar een mooie stoel, recht tegenover zijn bureau. ‘Ga zitten, Hector. Ik moet je wat vertellen, en dat kan wel even duren.’ De man liet zich zelf ook zakken, op zijn prachtige stoffen zetel, en nam een slok wijn. De zetel was de mooiste die Hector ooit had gezien; hij was smaragdgroen met gouden randen en symbolen. Midden op de rugleuning stond het embleem van de Cirkelmagiërs: Drie cirkels die door elkaar heen liepen, met vreemde tekens langs de rand. Waar de tekens voor stonden wist Hector niet, maar voor zover hij wist had hij nog nooit iemand gesproken die daar wel weet van had.
Hector ging langzaam zitten op de houten stoel en wachtte af op wat er komen ging.

Re: Zwaarden + Magie (Nog geen titel)

Geplaatst: 14 jul 2009 20:34
door xYaartje
Heey,
leuk verhaal :) je schrijft erg fijn, en je beschrijft alles goed en duidelijk. En ik blijf je verhaal zeker volgen!

Re: Zwaarden + Magie (Nog geen titel)

Geplaatst: 15 jul 2009 14:32
door CDune
Grootmeester Xand zuchtte diep. Het was duidelijk dat dit een lang verhaal zou worden. ‘Dit verhaal…het zal veel verklaren. Je zult ongetwijfeld vragen hebben, maar stel die pas na afloop. Anders raak ik de draad kwijt. Sommige delen ken je misschien al, maar ze helpen om het geheel te verduidelijken.’
Hector knikte. Onder geen beding zou hij Xand onderbreken.
‘Goed dan. Welnu, luister goed..’

‘Ons systeem van Cirkelgangers bestaat al vele eeuwen. In oude tijden liepen magiërs tussen de gewone mensen rond. Ze hadden weinig controle over hun magie; omdat ze zeldzaam zijn, hadden ze bijna nooit contact met andere magiërs. Hierdoor waren ze vaak erg in zichzelf gekeerd. Vaak gebruikten ze hun macht voor egoïstische en vreselijke doeleinden. Daarom werden magiërs gevreesd; het kwam niet vaak voor dat hun spreuken positieve werking hadden. Maar natuurlijk hadden sommigen van ons een goede aard; één van hen was Dandurga. Hij is in feite de grondlegger van ons stelsel.’
Hector had wel eens gehoord van Dandurga; in legenden werd de man beschreven als een soort god. Nooit had hij een negatief woord over de magiër gelezen. Maar velen dachten dat hij nooit echt had bestaan. Dat was dus verkeerd gedacht.
‘Dandurga was een geniaal persoon. Hij gebruikte zijn kracht om mensen te genezen en om te helpen waar hij kon. Aangezien magiërs volstrekt willekeurig worden geboren, is de kans niet groot dat je er opgroeit naast één. Dat is nu zo en dat was toen zo. Dandurga kwam echter op een dag iemand tegen, die ook de gave bleek te hebben. Die persoon heette Rancar; zijn rol in het verhaal is betrekkelijk klein, al zou hij Dandurga helpen met zijn taak. Waar het om gaat is, dat Dandurga inzag hoe zeldzaam mensen waren die contact hadden met De Bron. Hij ging op zoek naar anderen. En hij vond anderen.’ Xand nam nog een slok van zijn wijn, maar ging toen weer verder met zijn verhaal. ‘Na een jaar of vijf had hij vier anderen gevonden die eveneens over onze kracht beschikten. Dandurga wilde alle magiërs verenigen; hij zag dat vele lotgenoten slecht van geest waren. Je moet begrijpen, Hector, dat indertijd wij magiërs niet werden gezien als gelukkigen. Wij werden vuil aangekeken. Misschien met recht. Velen van ons pleegden misdaden. Dandurga zag dit en wilde ons scheiden van de normale burger. Maar dat kon hij niet in zijn eentje. Daarvoor waren er teveel.
Van de vier personen die contact hadden met De Bron, wilden er slechts twee meewerken aan zijn plan. De ene, Peygra, was een rijk man. Hij kwam voort uit een familie van kooplui. Het landgoed van de familie was immens; een gedeelte daarvan was in bezit van Peygra zelf. Dandurga en hij werden het al snel eens: alle magiërs die zij vonden, zouden gaan wonen op Peygra’s landgoed. Wie hier niet aan mee zou willen werken, werd gedood.’
Xand stopte even met zijn verhaal en vroeg Hector: ‘Begrijp je wat ik bedoel? Gedood, zeg ik je. Dandurga, Peygra, en de derde man, Rancar, trokken het land door en vroegen alle lotgenoten zich naar het landgoed te begeven. Natuurlijk weigerden velen; zij hadden families of andere banden met hun locatie. De Drie legden het hele verhaal uit, en enkelen gingen inderdaad mee. De anderen leefden geen dag langer.’

‘Door ons allen te verenigen, wilde De Drie de mensheid zuiveren. De magiërs zouden van elkaar leren hoe ze om moesten gaan met hun kracht, terwijl de gewone burger zich geen zorgen meer hoefde te maken om ons soort. Degenen die een goed hart hadden, zagen het nut in van Dandurga’s plan en gingen mee. Voor wie het niets kon schelen wat er gebeurde, was er volgens Dandurga maar één uitweg: de dood.’
‘Natuurlijk waren veel mensen het niet eens met de ideeën van De Drie. Maar zij werden bovenal gevreesd: niemand had wat tegen ze in te brengen. Het waren personen die ongekende macht hadden. Je zult begrijpen dat het een hopeloze opgave was om alle magiërs van het land te vinden. Het waren er niet heel veel, maar sommigen leefden op plaatsen waar zich zelden iemand vertoonde. Na enkele jaren dachten De Drie echter dat zij de meesten hadden gevonden.
Het landgoed van Peygra was groot, maar niet erg indrukwekkend. Op sommige plaatsen stonden huizen en hutten, maar deze leken geenszins op de plaats die Dandurga voor ogen had. Hij wilde magiërs weer aanzien geven. Daarbij hoorde een prachtige plaats, die kracht en invloed uitstraalde. Hij vroeg Peygra dan ook, of deze mensen kenden die de plaats op konden knappen. Peygra had als rijk man veel contacten, en deze begonnen al snel aan de constructie, maar in die tijd was de burcht nog maar een klein gebouw. De plaats zoals hij nu is, werd gecreëerd in de loop der eeuwen. Stap voor stap werd de plek groter en indrukwekkender. De originele burcht is echter altijd het centrum van het landgoed geweest; het is dan ook de plaats waar jij nu staat.’

Hector had al een idee van de historie gehad van deze plaats, maar nu alle puzzelstukjes op hun plek leken te vallen werd de grootse geschiedenis van het gebouw hem nog duidelijker. Grootmeester Xand was echter nog niet klaar met zijn verhaal. ‘Langzaam maar zeker begon de plaats de gestalte van een academie te krijgen. Niet alleen werd het terrein steeds mooier; ook de magiërs zelf begonnen een natuurlijk systeem te ontwikkelen. Degenen met de meeste kracht hadden ook de meeste invloed; zij die nauwelijks iets konden, mochten slechts bevelen opvolgen.’ Xand keek Hector even indringend aan, maar leek er niets mee te bedoelen. ‘Hoe het ook zij, in die tijd is ons Cirkelsysteem gecreëerd. Niemand weet hoe dat precies is gegaan; helaas is dat niet opgeschreven. Er zijn echter wel verwijzingen naar het concept. Dat is in grote lijnen hetzelfde als hoe wij het nu gebruiken. Zoals je weet, promoveren wij geen studenten vanwege hun ervaring. Ze moeten bepaalde dingen kunnen, voordat wij dat doen. Eerste Cirkelmagiërs kennen eigenlijk alle facetten van magie. Tweede Cirkelmagiërs beschikken tevens over uitgebreide kennis over onze geschiedenis, maar ook over andere dingen zoals mensenkunde, logica en wiskunde. Wij moeten kennis uitstralen; niet alleen over magie. En dan zijn er nog de Derde Cirkelmagiërs.’
Hector dacht dat hij het niet goed had verstaan. ‘Derde Cirkelmagiërs? Daar heb ik nog nooit van gehoord!’
Xand knikte. ‘Ik weet het, weinigen kennen de legende. Want meer is het niet. Er zijn verwijzingen in oude geschriften. Dat is het. Behalve misschien ons embleem.’ Hij wees naar zijn bureau, waarop ook een embleem aangebracht was. ‘Zoals je ziet, drie cirkels met elkaar verbonden. Een duidelijkere aanwijzing is er toch niet.’
Hector had zich vaker verwonderd over dit feit, maar dacht zoals velen dat de Cirkel een symbolische betekenis zou hebben. Hij bedacht zich iets en vroeg hardop: ‘Wat kunnen zij, Derde Cirkelmagiërs?’
Xand schudde zijn hoofd.’Dat weet niemand. Geloof me, ik heb er alles aan gedaan om daar achter te komen. Maar het wordt niet beschreven. Nergens. Ik heb de hoop opgegeven er ooit achter te komen.’ Xand leek bedroefd. Hector kon zien aan de oude man hoe graag hij het geheim wilde ontrafelen.
Xand sprak verder, zij het iets minder opgewekt. ‘Na jaren en jaren werd het systeem zoals het nu is. Kinderen die de gave bleken te hebben, werden naar de academie gebracht. Het was min of meer een regel geworden. Nog steeds is het onmogelijk iedereen hier te houden, en verplicht is het niet, maar we zijn een heel eind gekomen.’

Xand zuchtte diep. ‘Tot zover de geschiedenis van deze plek. Het is belangrijk dat je die kent.’
‘Waarom?’ vroeg Hector, en hij had echt geen idee.
‘Dat ga ik je nu vertellen.’ zei Grootmeester Xand geheimzinnig.

Re: Zwaarden + Magie (Nog geen titel)

Geplaatst: 20 jul 2009 22:11
door xYaartje
Interessante geschiedenis, maar nu ben ik zeer benieuwd naar wat Xand nog meer te vertellen heeft!
Dus snel meer :D!