De Zilveren Viool
Geplaatst: 08 aug 2009 17:23
01. DE ZILVEREN VIOOL.
Terwijl het publiek vol spanning naar mij kijkt, laat ik uit mijn viool de betoverende klanken komen. Ze vliegen over de mensen en raken een ieder in hun hart.
Men zegt dat uit mijn viool niet zomaar muziek komt. Dat de muziek wat ik speel, vol gevoel en emotie zit.
Misschien heb ik wel die uitzonderlijke gave van de vrouw die heeft gezorgd dat ik ben gaan spelen. Of misschien komt het wel vanuit mezelf. Komt het omdat ik niet voor mezelf speel, maar voor die ene bijzondere vrouw. Mijn oma.
Vioolspelen was altijd haar leven geweest. Vanaf dat ze klein was speelde ze al. Het leek bij haar vanzelf te gaan. De noten leken als vanzelf uit haar viool te komen. Ze was zo goed, dat ze zelfs naar het conservatorium mocht.
Ze was pas zestien, maar al wereld beroemd. Ze speelde in volle zalen, in allerlei steden. Amsterdam, Parijs, Londen, Milaan, ja zelfs in New York wist ze de mensen te verleiden met haar muziek.
Iedereen grapte altijd dat ze mijn opa had betoverd met haar muziek, zodat hij met haar trouwde.
Toen ze kinderen had, liet ze het vioolspelen even liggen, totdat die groter waren. Toen kon iedereen weer genieten van haar muziek.
Iedereen liet ze genieten, iedereen loofde haar sprankelende muziek, maar niemand, niemand wist van de pijn die mijn oma met elke noot ervoer.
Door het vele oefenen en spelen was er langzaam maar zeker een ziekte haar lichaam in geslopen. Vaak had ze stijve en pijnlijke gewrichten. Het begon met haar vingers, daarna sloop het in haar polsen, en langzaam maar zeker tastte het haar beide armen aan. Het spelen werd pijnlijk, zwaar, en uiteindelijk moest ze datgene, wat haar leven zin gaf – opgeven.
Ze gaf nog één laatste concert in Rome, waarna ze de viool bijna voorgoed opborg.
Heel af en toe speelde ze nog een stukje. Maar je kon goed zien hoeveel pijn het haar deed.
Ik was nog klein, maar vond het heel erg om te zien hoeveel pijn mijn oma had als ze speelde. Ik zag de prijzen in de woonkamer en het intrigeerde mij, dat mijn oma blijkbaar zo’n belangrijke violiste was. Ik vroeg haar naar de diverse prijzen. Ik vond ze erg mooi, vooral de vijfentwintig centimeter zilveren viool.
Mijn oma vertelde dat ze die had gekregen toen ze nog op het conservatorium zat. Ze nam de viool in haar kromme, verstijfde handen en keek er naar met een blik vol verdriet en heimwee. Het raakte me, dat iemand blijkbaar zoveel van vioolspelen kon houden, dat ze het jaren nadat ze gestopt was nog mistte.
Ik zei vol trots dat ik ook viool wilde spelen, en dat ik ook zoveel prijzen wilde winnen.
Maar oma schudde haar hoofd. Ze vertelde dat ik geen viool moest gaan spelen omdat ik prijzen wilde winnen. Zo zou mijn hart nooit de muziek bereiken. Ik moest spelen om te spelen, omdat de muziek in mijn hart zat en eruit wou. Die muziek wou noten en klanken hebben, wou gehoord worden.
Die prijzen waren leuk, maar het stelde allemaal niets voor, als je de ware betekenis wist van de muziek. Als je eenmaal die viool in je handen had, en je wijs kon spelen, je hart kon laten spreken. Daar was het allemaal om te doen, maar niet om de prijzen.
Ik snapte mijn oma toen helemaal niet. Al die prijzen waren toch mooi? Waarom deed mijn oma alsof het niets voorstelde?
Maar ik had mijn zinnen gezet op het vioolspel, en al was ik nog klein, ik was ook vreselijk koppig. Ik wilde weten waar mijn oma het over had.
Ik was dan ook vreselijk teleurgesteld toen bleek dat ik eerst heel veel zou moeten oefenen voordat ik ook maar een klein wijsje zou kunnen spelen.
Maar ik gaf het niet op, en mijn geduld werd beloond, want enkele jaren later mocht ik voor het eerst voor een groot publiek spelen.
Ik was verschrikkelijk nerveus. Ik was bang dat ik vals zou spelen, de wijs niet meer zou kennen, in mijn broek zou plassen waar iedereen bij was, en dat allemaal door de zenuwen.
Maar zodra de eerste klanken uit mijn viool klonken, viel er een rust en zekerheid over me heen. Ik wist wat ik deed, ik wist dat ik het kon, en bovenal, ik wist voor wie ik dit speelde. Want mijn oma zat op de eerste rij, en keek en luisterde vol trots, hoe ik mijn wijs speelde. Ikzelf was meer dan gelukkig. Ik was erachter gekomen wat mijn oma nou in feite bedoelde met haar woorden. Ik wist nu hoe mijn hart mijn muziek kon bereiken.
En nu, zoveel jaren later sta ik weer op het podium. Dit maal zit mijn oma niet op de eerste rij, vol trots te kijken naar mijn spel. Maar toch weet ik dat ze mij kan horen, en kan zien, en dat ze trots op me is.
En terwijl de laatste klanken uit mijn viool wegsterven, begint het publiek juist vol bewondering te klappen. Met een glimlach buig ik, mijn viool nog steeds dicht tegen mij aan.
Er word mij gevraagd nog even te blijven staan. Iemand houd een hele toespraak, maar slechts enkele woorden dringen tot mij door. Ik ben gekozen als winnares van de zilveren viool, en tevens ben ik eerste violiste geworden in het nationale orkest.
Als iemand mijn viool uit mijn handen pakt voel ik mij eerst akelig leeg, maar al snel krijg ik de zilveren viool in mijn handen gedrukt.
Ik kan geen uitdrukking geven aan het feit hoe dit voelt. Hier is het allemaal mee begonnen, een vijfentwintig centimeter, zilveren viool, in het huis van mijn oma.
Terwijl het publiek vol spanning naar mij kijkt, laat ik uit mijn viool de betoverende klanken komen. Ze vliegen over de mensen en raken een ieder in hun hart.
Men zegt dat uit mijn viool niet zomaar muziek komt. Dat de muziek wat ik speel, vol gevoel en emotie zit.
Misschien heb ik wel die uitzonderlijke gave van de vrouw die heeft gezorgd dat ik ben gaan spelen. Of misschien komt het wel vanuit mezelf. Komt het omdat ik niet voor mezelf speel, maar voor die ene bijzondere vrouw. Mijn oma.
Vioolspelen was altijd haar leven geweest. Vanaf dat ze klein was speelde ze al. Het leek bij haar vanzelf te gaan. De noten leken als vanzelf uit haar viool te komen. Ze was zo goed, dat ze zelfs naar het conservatorium mocht.
Ze was pas zestien, maar al wereld beroemd. Ze speelde in volle zalen, in allerlei steden. Amsterdam, Parijs, Londen, Milaan, ja zelfs in New York wist ze de mensen te verleiden met haar muziek.
Iedereen grapte altijd dat ze mijn opa had betoverd met haar muziek, zodat hij met haar trouwde.
Toen ze kinderen had, liet ze het vioolspelen even liggen, totdat die groter waren. Toen kon iedereen weer genieten van haar muziek.
Iedereen liet ze genieten, iedereen loofde haar sprankelende muziek, maar niemand, niemand wist van de pijn die mijn oma met elke noot ervoer.
Door het vele oefenen en spelen was er langzaam maar zeker een ziekte haar lichaam in geslopen. Vaak had ze stijve en pijnlijke gewrichten. Het begon met haar vingers, daarna sloop het in haar polsen, en langzaam maar zeker tastte het haar beide armen aan. Het spelen werd pijnlijk, zwaar, en uiteindelijk moest ze datgene, wat haar leven zin gaf – opgeven.
Ze gaf nog één laatste concert in Rome, waarna ze de viool bijna voorgoed opborg.
Heel af en toe speelde ze nog een stukje. Maar je kon goed zien hoeveel pijn het haar deed.
Ik was nog klein, maar vond het heel erg om te zien hoeveel pijn mijn oma had als ze speelde. Ik zag de prijzen in de woonkamer en het intrigeerde mij, dat mijn oma blijkbaar zo’n belangrijke violiste was. Ik vroeg haar naar de diverse prijzen. Ik vond ze erg mooi, vooral de vijfentwintig centimeter zilveren viool.
Mijn oma vertelde dat ze die had gekregen toen ze nog op het conservatorium zat. Ze nam de viool in haar kromme, verstijfde handen en keek er naar met een blik vol verdriet en heimwee. Het raakte me, dat iemand blijkbaar zoveel van vioolspelen kon houden, dat ze het jaren nadat ze gestopt was nog mistte.
Ik zei vol trots dat ik ook viool wilde spelen, en dat ik ook zoveel prijzen wilde winnen.
Maar oma schudde haar hoofd. Ze vertelde dat ik geen viool moest gaan spelen omdat ik prijzen wilde winnen. Zo zou mijn hart nooit de muziek bereiken. Ik moest spelen om te spelen, omdat de muziek in mijn hart zat en eruit wou. Die muziek wou noten en klanken hebben, wou gehoord worden.
Die prijzen waren leuk, maar het stelde allemaal niets voor, als je de ware betekenis wist van de muziek. Als je eenmaal die viool in je handen had, en je wijs kon spelen, je hart kon laten spreken. Daar was het allemaal om te doen, maar niet om de prijzen.
Ik snapte mijn oma toen helemaal niet. Al die prijzen waren toch mooi? Waarom deed mijn oma alsof het niets voorstelde?
Maar ik had mijn zinnen gezet op het vioolspel, en al was ik nog klein, ik was ook vreselijk koppig. Ik wilde weten waar mijn oma het over had.
Ik was dan ook vreselijk teleurgesteld toen bleek dat ik eerst heel veel zou moeten oefenen voordat ik ook maar een klein wijsje zou kunnen spelen.
Maar ik gaf het niet op, en mijn geduld werd beloond, want enkele jaren later mocht ik voor het eerst voor een groot publiek spelen.
Ik was verschrikkelijk nerveus. Ik was bang dat ik vals zou spelen, de wijs niet meer zou kennen, in mijn broek zou plassen waar iedereen bij was, en dat allemaal door de zenuwen.
Maar zodra de eerste klanken uit mijn viool klonken, viel er een rust en zekerheid over me heen. Ik wist wat ik deed, ik wist dat ik het kon, en bovenal, ik wist voor wie ik dit speelde. Want mijn oma zat op de eerste rij, en keek en luisterde vol trots, hoe ik mijn wijs speelde. Ikzelf was meer dan gelukkig. Ik was erachter gekomen wat mijn oma nou in feite bedoelde met haar woorden. Ik wist nu hoe mijn hart mijn muziek kon bereiken.
En nu, zoveel jaren later sta ik weer op het podium. Dit maal zit mijn oma niet op de eerste rij, vol trots te kijken naar mijn spel. Maar toch weet ik dat ze mij kan horen, en kan zien, en dat ze trots op me is.
En terwijl de laatste klanken uit mijn viool wegsterven, begint het publiek juist vol bewondering te klappen. Met een glimlach buig ik, mijn viool nog steeds dicht tegen mij aan.
Er word mij gevraagd nog even te blijven staan. Iemand houd een hele toespraak, maar slechts enkele woorden dringen tot mij door. Ik ben gekozen als winnares van de zilveren viool, en tevens ben ik eerste violiste geworden in het nationale orkest.
Als iemand mijn viool uit mijn handen pakt voel ik mij eerst akelig leeg, maar al snel krijg ik de zilveren viool in mijn handen gedrukt.
Ik kan geen uitdrukking geven aan het feit hoe dit voelt. Hier is het allemaal mee begonnen, een vijfentwintig centimeter, zilveren viool, in het huis van mijn oma.