Steel me
Geplaatst: 03 nov 2008 20:12

Steel Me.
30 Augustus
“Spreek ik met Agent Claes?”
“Daar spreek je mee.”
“We hebben beelden die u waarschijnlijk wel interessant vindt. Het heeft met die ontvoering te maken.”
“Oké stuur ze maar door.”
Mexx Claes zat in een kamer met nog enkele andere agenten. Die ochtend was er een bericht gekomen over een ontvoering. Een ontvoering die nog wel eens belangrijk of zelfs gevaarlijk voor hen kon zijn. Vandaar dat Mexx hier graag meer over wou weten. Hij had verschillende mensen erop af gestuurd en zo waren ze aan een filmpje gekomen. Hij en nog enkele andere agenten staarde nu naar een leeg scherm, wachtend tot er wat op verscheen.
Het beeld sprong aan. Het enige wat je zag was de witte grond. Je hoorde een onheilspellende gil waarvan je haren overeind gingen staan. Het beeld werd gedraaid. Je zag een man met een masker die wat zei. Het was niet te verstaan. Het beeld werd nogmaals gedraaid. Er kwam een vrouw in beeld. Ze zat geketend op de grond met een doek voor haar mond zodat ze niet veel kon zeggen. Ook zag je dat ze wel eens een paar klappen had gehad. Blauwe plekken en zelfs een open wond. Pas toen er werd ingezoomd kon je zien wie het was...
Los van het feit dat Mexx en zijn collega's het niet zo'n mooi gezicht vonden, die arme vrouw zo op de grond.. Ze schrokken zich dood toen er werd ingezoomd. De vrouw die daar zat kende ze.. Het was Nashely Twisk. Agent, Nashely Twisk. Enkele minuten lang bleef het stil.
“Controleer of agent Twisk inderdaad vandaag niet is komen opdagen.”
De stem van Mexx was ineens niet meer zo stand vast als dat hij normaal gesproken was. Sterker nog.. Het huilen leek hem nader te staan dan het lachen. Meteen ging er iemand opweg om te controleren of dat inderdaad zo was. Verdere bevelen wist Mexx zo gauw niet op te geven. Hij staarde naar zijn voeten en dacht diep na. Wanneer had hij Nashely voor het laatst gezien? Dat moet zondag zijn geweest. Ze waren samen uit eten geweest. Hij had haar thuis gebracht. Maandag had ze altijd vrij. En welke dag was het vandaag? Dinsdag..? Zou ze dan echt daar zitten?
Mexx keek op toen er iemand binnen kwam.
“Hier staat dat ze zich vandaag nog niet heeft gemeld, Agent Claes.”
“Dankje.”
Mexx stond op en ging aan zijn bureau zitten. Na enkele tellen besluitloos naar een wit papiertje te hebben gestaard pakte hij de telefoon die op zijn bureau stond. Hij toetste een nummer in en wachtte tot deze over ging. Na enkele secondes kreeg hij de voicemail.
“Dit is de voicemail van Nashely Twisk. Op dit moment ben ik er ... “
Mexx had al opgehangen voordat de voicemail was afgelopen. Hij toetste haar mobile nummer in.. Maar die gaf meteen de voicemail. Ofwel deze stond uit. Mexx plante zijn ellebogen op tafel en legde zijn hoofd in zijn handen. Waarom.. Waarom nou zij? Een vraag die in zijn hoofd rond bleef spoken.
“Agent Claes?”
“Ja?”
“Wat zijn de ordes?”
Mexx keek op en zag dat verschillende mensen hem aan keken. Stom! Zoals altijd gaf hij de ordes hier.
“Agent Nuyen, zoek uit waar dit filmpje vandaan komt. Agent van Zandt, kijk of je de identiteit kunt achterhalen van degene op de film. Agent Uiterwijk, zoek uit waar Agent Twisk allemaal voor het laatst is gezien. En Agent Fliem, jij helpt mij.”
Iedereen ging meteen aan de slag, alsof het normaal was wat er was gebeurt. In zekere zin wás dat ook zo.. Maar het was niet normaal dat het nu ook persoonlijk werd.
Agent Fliem ging aan zijn bureau tegenover Mexx zitten en begon meteen op zijn computer te werken. Mexx had inmiddels ook zijn computer aan gezet. Hij staarde echter naar het openings scherm omdat hij niet goed wist waar hij moest beginnen. Hij zat eerder met zijn hoofd bij Nashely dan hier op het bureau. Hij besloot even te wachten op enig informatie.
Enkele minuten later kwam de info waar Mexx op wachtte. Het scherm sprong weer aan en er verscheen iemand die hem aan keek.
“Agent Claes?”
“Zeg het maar Plancius.”
“Ik heb hier iets gevonden over de mogelijke lokaties...”
Mexx zijn aandacht was meteen gewekt. Hij ging recht op in zijn stoel zitten, steunen op de stoel leuningen. Misschien werkte ze sneller nu er een collega ontvoerd was.
“Laat maar horen Plancius!”
“Ik heb de kamer die je zag gescand en berekend hoe groot deze kamer ongeveer is. Het is handig dat onze dader de camera geheel ronddraaide en dat we via onze moderne technologieën...“
Mexx zuchtte en trommelde ongeduldig op zijn bureau. Sommige mensen praten te veel en doen te weinig voor hun geld. En Plancius was soms een daarvan. Al was hij nog hun technisch genie.. Soms praatte hij veel te veel.
“Ja, ja, ja, super.. Wat zijn de mogelijke lokaties?”
“Ik stuur ze door naar uw computer.”
“Bedankt, als je meer weet laat het horen.”
“Natuurlijk Agent Claes.”
Hij klonk inmiddels wat humeurig, maar op dit moment boeide het Mexx niet zo heel veel. Er waren belangrijkere dingen. Er verscheen een icoontje op zijn scherm en Mexx opende de plattegrond. Verschillende huizen werden aangegeven met een rood stipje. Het waren er een stuk of tien in deze stad. Mexx zuchtte. Ze konden moeilijk al die tien huizen doorzoeken.. En dan was het nog maar de vraag of ze überhaupt wel in deze stad was. Hoe dan ook. Hij zou haar vinden.
31 Augustus.
De volgende dag kwam Mexx vermoeid weer op het bureau. Gister waren ze niet veel verder gekomen. En die avond had Mexx de hele avond lopen piekeren. Hoe was het nou mogelijk dat ze weg was? Ze was een agent, ze liet zich niet zomaar meenemen.. De anderen agenten kwamen naar zijn kamer toe om daar te overleggen.
Alle vijf de agenten waren niet veel verder gekomen.
“Het enige wat ik heb kunnen vinden is dat ze zondag met u weg is geweest.. En maandag was ze thuis volgens deze berichten..”
Agent Uiterwijk had verschillende camera's bekeken van de flat waar ze woonden, maar heeft geen man weg zien gaan met Nashely. Alleen Mexx zelf op zondag.. Maar hij had ze ook weer terug zien komen. Dus Mexx viel af als dader, want hij was maandag op kantoor geweest. Enig ander dader was tot nu toe onbekend.
Plots schoot het scherm weer aan. Ze draaide zich om en verwachte half om half dat het hun technische agent Plancius was. Maar enig verbaast keken ze toen ze zagen dat het weer die witte kamer was..
Dit keer leek het erop alsof de dader wist hoe hij met de camera om moest gaan. Langzaam aan draaide de camera om. Op de muur zag je wat bloed zitten. Het rode zag er angstaanjagend uit op de spierwitte muur. De camera leek het bloedspoor te volgen langzaam naar het midden van de kamer. Daar zat iemand. Nashely. Ze had witte kleren aan en haar zwarte haren hingen nat, of vettig om haar hoofd heen zodat je haar gezicht niet kon zien. Haar voeten kon je ook niet zien, ze zat op haar knieën. En haar handen waren achter haar vast gebonden. Dit keer zoomde de dader langzaam op haar in. Nashely haar gezicht werd zichtbaar tussen haar haren door. Je kon zien dat ze geslagen was. Ze zat onder de blauwe plekken en wonden. En de vraag was of het alleen bij haar gezicht was gebleven. De camera ging plots uit.. Zonder boodschap, zonder bericht..
Mexx slikte moeizaam. Hij had er moeite mee gehad om te blijven kijken. Het was niet om aan te zien, zo vreselijk vond hij het. Hij vond het gewoon zo vreselijk voor haar. Aan de andere kant wou hij blijven kijken. Hij wou weten hoe het er met haar aan toe was. Of er een boodschap was.. Of er iets was wat hij kon doen.. Of waarom ze ontvoerd was. Iets. Gewoon iets... Verdrietig staarde Mexx voor zich uit. En dit keer was er niemand die om ordes vroeg. Allemaal staarde ze naar het scherm. En ineens ging deze weer aan. Iedereen in de kamer hield zijn hart vast toen het scherm helemaal wit werd. Niet weer. Maar toen verscheen er een ander bekend gezicht in beeld. Plancius. Mexx zuchtte opgelucht. Even was hij bang dat het weer Nashely was, er nog erger aan toe dan dat ze al was.
“Iets verkeerds gegeten Agent Claes? U ziet nogal witjes..”
Mexx beet nog net niet op zijn vuist om zijn woede te beheersen. Plancius had mazzel dat hij via een scherm praatte en niet voor zijn neus stond.. Anders had hij zo een dreun gekregen.
“Nee Tristan. We hadden weer een bericht van onze dader.”
Je kon het gezicht van Plancius zien verstrakken. Mexx noemde hem alleen maar bij zijn voornaam als er iets ernstigs was, als hij boos was of als het persoonlijk was. En nu ging het duidelijk om alle drie.
“Ik wou het daar net over hebben Claes. Ik heb kunnen achterhalen waar het bericht vandaan kwam.”
Alle agenten in de kamer gingen rechtop zitten en hingen aan Plancius zijn lippen.. Waardoor deze weer een arrogante glimlach kreeg.
“Ik zet het even op het scherm.”
Op het scherm waar net nog Plancius zijn gezicht stond verscheen een kaart. Gisteren stonden nog ongeveer een stuk of tien huizen roodgekleurd. Een voor een vielen er huizen af, steeds minder rode stippen bleven over.. Tot dat er nog een over was. Het huis werd uitvergroot. Het lag aan de rand van de stad.
“Het staat leeg volgens de papieren.. Dus we kunnen er nu zonder problemen heen.”
Plancius gaf al antwoord voordat Mexx de vraag überhaupt al had kunnen stellen. Heel even glimlachte hij tevreden, totdat hij bedacht waarom het hier ook al weer ging.
“Dan zie ik je zo Plancius. In vijftien minuten bij dat adres.”
“Ja is go.. Moet ik ook mee?”
“Ja.”
“Maar baas.. Ik.”
“Geen gemaar.. Daar in vijftien minuten.”
En daarmee verbrak Mexx dit keer de verbinding. Hij wou geen seconde langer wachten dan vijftien minuten.. En dat vond hij eigenlijk al te veel. Hij stond op en trok een la open. Daaruit haalde hij zijn pistool die hij in zijn holster aan zijn riem deed en pakte hij zijn badge. De andere agenten die in de kamer stonden deden hetzelfde en volgde vervolgens Mexx naar de auto's.
Vijftien minuten later was iedereen bij het verdachte huis. Mexx bekeek het huis. Tristan Plancius kwam naast hem staan.
“Wáárom moest ik mee?”
Bromde Plancius wat geïrriteerd.
“Jij hebt dit huis geselecteerd en kent het huis dus al redelijk. We hebben je hard nodig.”
Mexx zij dit met zo'n ernst dat Plancius er even niks tegen in wist te brengen. Mexx keek in het rond en zag dat iedereen zich gereed maakte om naar binnen te gaan.
“Oké. Iedereen gereed om naar binnen te gaan?”
Informeerde Mexx terwijl hij zijn geweer pakte en laadde. Hij liep naar de deur toe en ging ernaast staan. De andere mensen van de politie en van zijn team gingen in een halve cirkel naast hem staan.
“Ik tel af. 3... 2.... 1.. Gaan!”
Mexx riep de woorden en iemand trapte de deur in die met een luidde dreun op het parket belandde. Iedereen rende al rond kijkend het huis in.
“Wc Clear!”
“Woonkamer Clear!”
“Keuken Clear!”
“Trapkast Clear!”
Van alle kanten kwamen bevestigingen dat er niemand was. Mexx bleef in de hal staan voor de trap.
Toen alle kamers op de begane grond waren gecheckt verzamelde iedereen weer bij Mexx in hal. Mexx knikte en kreeg enkele bevestigingen voor hij naar boven ging. Zacht liep hij de trap op naar boven gevolgd door het team. Bovenaan ging iedereen in paren van twee weer uit elkaar om de kamers te onderzoeken. Plancius en Mexx gingen naar de kamer recht tegenover de trap. Tristan keek Mexx een tel lang aan voordat hij de deur open trapte. Tristan liep eerst met getrokken pistool de kamer in en werd gevolgd door Mexx. Verbaast keken ze rond toen ze in een spierwitte kamer stonden. Tristan was de eerste die zijn geweer laadde omdat hij iets had gezien in de kamer. Mexx keek op en zag hetzelfde als wat ze die twee keer op het filmpje hadden gezien. Langzaam liep hij naar Nashely toe. Of in ieder geval, waarvan hij dácht dat het Nashely was. Nog steeds met gericht geweer knielde Mexx voor haar neer. Ze keek op en Mexx wist gewoon zeker dat het Nashely was. Snel stopte hij zijn geweer weg en gaf haar een knuffel. Misschien iets te hard.. Want Nashely maakte een kreunend geluid. Ook Tristan kwam aangelopen en haalde snel de doek voor Nashely haar mond weg.
“Nashely, god zij dank.”
Fluisterde Mexx en keek haar aan. Nashely leek eerst even rustig adem te halen en er verscheen toen een glimlach op haar gezicht.
6 September.
Mexx zat tevreden op de bank met zijn arm om Nashely heen geslagen. De tv stond aan en het was tijd voor het acht uur journaal. Het was nu een week geleden dat Nashely ontvoerd was, en gelukkig hadden ze de dader te pakken weten te krijgen. Nashely was na de ontvoering wel wat stiller geworden, maar Mexx dacht dat dit kwam doordat ze nog erg geschrokken was. Nashely wist echter wel beter. Ze staarde naar de Tv.
“De Politie heeft de ontvoerder van een Agente succesvol weten op te lossen. Het is nog steeds niet duidelijk waarom de Agente ontvoerd was maar bij de politie zijn ze allang blij dat ze hun agente weer terug hebben. Agent Claes beantwoordde wat vragen.”
Mexx verscheen in beeld en gaf antwoorden op enkele vragen. Nashely keek naar het filmpje. Zachtjes zuchtte ze. Mexx daarin tegen zat te stralen op de bank. Hij was gewoon zo blij dat dat alles zo snel achter de rug was. De ontvoerder verscheen in beeld. Het commentaar ging verder.
“De ontvoerder wordt binnenkort voor de rechtbank gesleept en het is even afwachten welke straf hem te wachten staat.”
Nashely keek naar haar ontvoerder. Ze dacht terug aan haar ontvoering.. Zij wist wel waarom ze ontvoerd was. Haar ontvoerder had een hele goede reden. Maar deze had niks met de politie zelf te maken. Deze had te maken met haar en Mexx. Ze keek even opzij naar Mexx en vervolgens keek ze weer naar haar Ontvoerder.
“Toe.. Steel me.”
Fluisterde ze zachtjes, voor de tweede keer naar hem. Alleen kon hij het deze keer niet horen...