Pagina 1 van 1

Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 22 nov 2009 01:52
door Rebel
Een Magarijn is een bovennatuurlijk wezen dat jaagt op andere kwaadwillende bovennatuurlijke wezens zoals met name vampieren, weerwolven , zombie's etc.

Omdat Magarijnen zeer zeldzaam zijn was er eeuwenlang maar weinig over bekend.
Contact tussen Magarijnen en mensen was er ook maar weinig, het is gebleken dat Magarijnen bijna tot geen interesse hebben in mensen. althans niet kwaadwillend,
er is nog nooit een geval geregistreerd dat een mens door een Magarijn is aangevallen.

Wat wel naar voren is gekomen is dat Magarijnen menselijke gedaante aan kunnen nemen en zich anoniem tussen mensen mengen met de bedoeling hun ware indentiteit te
verbergen voor hun prooien, namelijk eerder genoemde bovennatuurlijke wezens.
Ze schijnen er zelfs een sadistisch genoegen in te hebben zichzelf zwak voor te doen om zodoende vampiers enz. in de val te lokken en deze te laten denken dat ie te maken heeft met
een weerloze prooi, en dan juist op het laatste moment van fysiek contact laten ze hun ware aard zien in een afschuwelijke transformatie naar hun ware gedaante en verscheuren ze
de vampier met gruwelijk geweld, deze heeft dan geen idee wat er gebeurd en er word beweerd dat Magarijnen hiermee sollen voor de uiteindelijke afmaak.

Behalve de verscheurde resten laten ze vervolgens geen sporen na, vroeger werd aangenomen dat magarijnen hun prooi (gedeeltelijk) op aten , maar dit blijkt een misverstand, ze
gebruiken wel hun bek zowel als klauwen om hun prooi te verscheuren.

De fysieke kenmerken van een Magarijn in zijn 'eigen' vorm als hij een prooi verscheurd word omschreven als een torenhoog Gargoyl-achtig wezen met grote vleermuisvleugels
met een donkerblauwe of zwarte huidskleur, een enorm drakengebit met slagtanden en klauwen met meterlange nagels waarvan word beweerd
dat ie ze kan gebruiken als 'schaar' om zijn prooi mee te onthoofden.

Omdat hij Vampiers en Weerwolven zo direct en vernietigend uit kan schakelen moet hij logischerwijs beschikken over een enorme fysieke kracht die die van zijn prooi velen
malen overtreft, afgaande op de kracht van een vampier en weerwolf in vergelijking met mensen moet deze dan gigantisch zijn.
Een Magarijn is immuun voor alles wat zijn prooi tegen hem kan beginnen, Omdat vampiers ook menselijke gedaante's aan kunnen nemen word beweerd dat Magarijnen ze kunnen ruiken,
andersom blijkt dit zeer zeker niet het geval aangezien er al veel vampiers aan hun verschikkelijk einde zijn gekomen omdat ze hun tanden in een vermeend
menselijk slachtoffer wilden zetten.

In menselijke gedaante is een Magarijn zeer moeilijk te herkennen omdat hij in tegenstelling tot een vampier geen bekende zwakheden bezit die hem veraden.
Zo kan hij tegen daglicht, heeft een spiegelbeeld en blijkt totaal geen last te hebben van religieuze objecten of gebouwen.
hij blijkt ook duidelijk anders dan een vampier geen dood of halfdood wezen te zijn.

Het enige wat juist wel opvalt is dat ze in mensengedaante een nog al teruggetrokken bestaan leiden, zoals al eerder vermeld hebben ze weinig tot geen interesse in omgang
met mensen behalve om de menselijke gemeenschap te gebruiken als dekmantel.
Mochten een Magarijn en een Vampier allebei in mensengedaante zich in dezelfde menigte bevinden dan heeft de Magarijn de grootst mogelijke moeite om zijn ware aard te verbergen, omdat dan zijn natuurlijke instincten de overhand krijgen en hij de controle over zijn transformatie verliest, hetgeen resulteert in het verbergen van ledematen van handen en gezicht door ze te bedekken met een mantel of zijn gezicht weg te draaien.
In het ergste geval krijgt zijn beestachtige instinct de overhand en valt hij gewoon aan tussen de menigte. Dit is echter zeer zeldzaam omdat Magarijnen in menselijke gestalte zich nogal op de vlakte houden en geen grote aantallen mensen opzoeken.


Onderling blijken Magarijnen ook maar minimaal tot geen interesse in elkaar te hebben, het enige wat daar over bekend is is dat iedere Magarijn zich beperkt tot zijn 'eigen'
territorium en er nooit twee werkzaam zijn in 1 gebied.

Over hun oorsprong is helemaal niks bekend maar ze blijken voor te komen in de oudste geschriften van iedere beschaving.
De eerste duidelijke en gedetailieerde meldingen dat er een Magarijn in de buurt actief was dateren uit 1787 uit het stadje Waso-wark in Transylvanie.
Hier was het een publiek geheim dat het plaatselijke adelijke geslacht van de waroja's een Vampierenclan was waarvan men de leden nooit bij daglicht zag.
Er vonden al jarenlang snacht's vreemde moorden plaats in en rond de omgeving waarbij er leegezogen slachtoffers en vooral vee gevonden werd met vampierbeten in de nek.

Tot op een goede nacht er in het dorp afschuwelijke kreten werden gehoord die weinig menselijks meer hadden, bij aankomst op de plek des onheils vond men bij fakkellicht
tot grote onsteltenis het onthoofde lichaam van de Graaf van Waroja met het hoofd afgerukt naast het lichaam, hier waren twee dingen duidelijk,
ten eerste had het hoofd een blik van ontzetting op het gelaat en was het hoofd tot ieders verbijstering nog in vampiergedaante met hoektanden en al.
wat dus veraade dat het wezen in zijn natuurlijke staat gedood was en geen kans had gehad terug te veranderen tot mens, hetgeen de jarenlange vermoedens over
het adelijke geslacht bevestigde. men cremeerde zijn resten door ze simpelweg tot zonsopgang te laten liggen.

Het enige gesprek dat ooit met een Magarijn en een mens is vastgelegd blijkt te zijn geweest rond 1814 tussen een boer die een zwervende gast voor een nacht onderdak had verleent en schijnbaar ondekte dat er iets met zijn gast was. toen hij de gast begon te ondervragen met 'wie of wat bent u en wat gaat u met ons doen?' waar op de boer antwoord kreeg:

"Als je het zo nodig weten wilt, ik ben een Magarijn als dat je wat zegt, zo niet heb je pech. het enige wat ik je vertel is dat jij en je vrouw nu in het vervolg rustig kunnen gaan slapen zonder de stank van die strengen knoflook om je heen want die zijn hier niet meer nodig.'' waarop hij zag dat zijn gast opeens twee enorme Drakenvleugels uit zijn kleren scheurde en het raam uitvloog de volle maan tegemoet.

De volgende dag ondekte men in een nabijgelegen bos de zwaar verminkte resten van
2 lijken die bij zonsopgang raadselachtig begonnen te smeulen..

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 22 nov 2009 10:44
door Cubiculum Nephilia
Ik moet zeggen, dat ondanks dit niet echt op een proloog lijkt, de inleiding op een (ik neem aan) zelfverzonnen wezen goed gedaan is. Je vertelt goed hoe dit wezen eruit kan zien, wat zijn krachten zijn en waarvoor hij bestaat.
Wat wel jammer is, zijn de plekken van enters in het verhaal. Met elke keer zo'n witregel ertussen leest niet echt lekker. Ik snap dat je dat doet om het wat makkelijker leesbaar te maken, omdat het anders één lap tekst wordt. Maar toch leest het zo niet lekker. Ook heb je af en toe op de verkeerde plek een punt staan of een komma.
Omdat Magarijnen zeer zeldzaam zijn was er eeuwenlang maar weinig over bekend.
Contact tussen Magarijnen en mensen was er ook maar weinig, het is gebleken dat Magarijnen bijna tot geen interesse hebben in mensen. althans niet kwaadwillend,
er is nog nooit een geval geregistreerd dat een mens door een Magarijn is aangevallen.
Omdat Magarijnen zeer zeldzaam zijn, was er eeuwenlang maar weinig over ze bekend. Contact tussen Magarijnen en mensen was er ook maar weinig. Het is gebleken dat Magarijnen niet tot geen interesse hebben in mensen. Althans, niet kwaadwillend. Er is nog nooit een geval geregistreerd dat een mens door een Magarijn is aangevallen.

De in dikgedrukte delen zijn dingen die ik heb verbeterd.

Ik zou het stukje nog even nalezen en eventueel in Word de controle er overheen laten gaan. Dit haalt niet alles eruit, toegegeven, maar misschien kan het helpen. Laat het anders door anderen doorlezen, zodat je zulke foutjes er eerder uithaalt. :)
En probeer het gewoon als één geheel te schrijven met iets minder witregels. Enters zijn goed, maar zo staat het wat minder. Wat je in Word heel goed kan doen, is tab gebruiken bij het begin van een nieuwe alinea. Dit werkt niet hier op het forum, maar toch zullen de alinea aanduidingen tonen.

Verder ben ik wel zeer benieuwd naar je verhaal. Tot nu toe lijkt het nog niet echt op een verhaal, meer als iets informatiefs (zoals in het vampier/weerwolvenhandboek). Maar het maakt wel heel nieuwsgierig. Schrijf vooral verder! :)

Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..Deel 1

Geplaatst: 22 nov 2009 16:54
door Rebel
Dubice 1528, een klein stadje in Tjechie, het mocht zichzelf sinds kort stad noemen omdat het stadsrechten had gekregen van de landelijke regent.

Het was een klein stadje aan de rivier Opava. Hoewel het er Idylisch bij lag was de welvaart er de laatste decennia in verval geraakt, De meest voor de hand liggende oorzaak hiervan was het stilvallen van de barnsteenroute , de weg die eeuwenlang gebruikt werd als handelsweg waarvan de handel de levensader was van de streek. Het liep echter door een woest bebosd gebied en de laatste jaren gaf men vanwege bijgeloof, mythes en sagen maar ook ordinaire roofbendes steeds meer de voorkeur aan routes met veiligere overnachtingsplaatsen met betere watervoorzieningen.

Nu bestonden de meeste inkomsten uit de opbrengst van het land
en de veestapel. het leven was er eenvoudig maar zwaar.
Omdat de stad tot voor kort toch ook betere tijden kende en het geboortecijfer daarom toen een stuk hoger lag was het aantal jonge mensen dat er woonde toch zeer groot,
Deze werkten meestal voor hun ouders in de familiezaak of bij de boeren op het land. veel uitzicht op de toekomst had men daarbij echter niet dus er waren onder de jeugd veel plannen die vertrek inhielden naar grotere handelsteden zoals Praag.

Een van die jonge mensen was Irena, een prachtige jonge vrouw van 20 lentes met zwart haar en helblauwe ogen zoals die men alleen maar bij slavische schonen tegenkomt.
ze had een goed figuur en omdanks haar eenvoudige kledij die bestond uit een jurk en een schort zag ze er verfrissend en levenslustig uit. Haar vader was de eigenaar van de plaatselijke herberg waar men tegen bepaalde tarieven kon eten en overnachten. Met het terugvallen van de handel was er echter een stuk minder aanloop en hadden haar ouders zich gespecialiseerd in bijverdiensten, haar vader had een smederij aangebouwd en bekwaamde zich in het bewerken van landbouwgereedschap terwijl haar moeder bijverdiende als naaister. Irena zelf hielp haar ouders waar en waarmee ze maar kon en was hen in alles gehoorzaam, ze was niet alleen een sprankelende persoonlijkheid maar had ook een deugzaam en rustig karakter.

Op een dag ging het nieuws door het dorp dat het plaatselijke kasteel (wat al jaren leegstond omdat de plaatselijke adel vertrokken was naar betere oorden) was gekocht door een Markies en zijn familie, volgens de geruchten ging het hier om een excentrieke maar zeer aanzienlijke familie met veel geld en macht. niemand wist te zeggen waar de Markies oorspronkelijk vandaan kwam maar dat zou iedereen ook een zorg zijn, Nieuwe adel betekende mischien ook weer nieuwe handel en dus ook nieuwe inkomsten.

Zo gebeurde het.. de nieuwe Hertog nam zijn intrek en liet vrijwel onmiddelijk het omliggende landgoed opknappen,
Ook werden voor het kasteel zelf kosten nog moeite gespaard dus de plaatselijke vaklieden hadden hun handen weer vol.
Er werd gewerkt van s'morgens vroeg tot diep in de nacht.
toen het werk aan het kasteel klaar was werd er s'avonds
een groot dorpsfeest gehouden waarbij iedereen was uitgenodigd ongeacht rang of stand. Ook Irena was hier vanzelfsprekend bij en alle jonge mannen dongen naar haar hand.

Van af die tijd leek het weer beter te gaan. de Hertog zorgde goed voor de streek door te investeren in de landbouw, hij kocht de gewassen op en verkocht ze in Duitsland en Polen.
hij liet het gebied ontginnen en begaanbare wegen aanleggen zodat de handel weer op stoom kwam.

Het leek allemaal te mooi om waar te zijn en dat was het ook...want iedere gunst en dienst heeft zijn prijs en daar zouden de mensen van Dubice snel genoeg achter komen..

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 22 nov 2009 17:03
door Spoekie
Heey,
Ik vind je verhaal tot nu toe erg spannend. En bijzonder.
Je hebt een aantrekkelijke schrijfstijl die makkelijk leest.
Ik vind je vertel perspectief erg goed.
Ik ben benieuwd hoe het verder gaat
Liefs spoekie

Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..Deel 2

Geplaatst: 24 nov 2009 00:55
door Rebel
Een jaar verstreek en er kwamen betere tijden voor de stad, het werd een doorstroomplaats voor handelsmensen en kooplui van allerlei genre en ook de lokale bevolking spon er garen bij, de omzet van de lokale middenstand steeg dus ook zoals vanouds weer in de herberg.

Irena was ondertussen 21 geworden en hielp haar ouders met het ontvangen en bedienen van de gasten. de kamers waren volgeboekt en de eetzaal zat weer vol met mensen van allerlei allure, de plafonds stonden avond na avond blank van de tabaksrook en de wijn en het bier vloeide rijkelijk, het geklink van de glazen en luidruchtig rumoer vulden het bokaal. Irena verichte de taak om de tafels te bedienen terwijl haar vader Sergey de plaats achter de bar vervulde . haar moeder Sarah hield zich bezig met het onderhoud van de kamers, het waren lange dagen voor het gezin die begonnen van smorgens vroeg rot laat in de nacht, Irena werkte hard, ze had de leeftijd inmiddels bereikt dat meisjes in die tijd trouwden, het was zeer gebruikelijk in die christelijke dagen en meestal werd zo'n huwelijk mede geregeld door de ouders die een keuze maakte uit de lokale jongemannen. Irena zelf had echter nog geen enkele kandidaat op het oog, niet dat er geen keus was, ze behoorde tot de meest gewilde vrouwen van de omgeving , ze had het tot nu toe altijd alleen veel te druk gehad en bovendien maakte ze er geen geheim van dat het haar zwaar zou vallen haar ouders en de herberg te verlaten indien ze met een man zou trouwen die geen herbergier wilde zijn.

Met de nieuwe toeloop van handelsmensen en kooplui uit allerlei windstreken kwam zoals vanzelfsprekend in die tijd ook weer de geruchten en verhalenstroom op gang, Avond op avond werden er roddels, verhalen en legendes uitgewisseld. alledaagse belevenissen gingen hand in hand met folkore en mythen en de gasten vermaakten elkaar ermee tot diep in de nacht zoals dat de traditie was in die tijd.
Het was iedere avond hetzelfde ritueel, het begon bij aanvang met suksesverhalen over de handel om elkaar de loef af te steken en naarmate het bier meer vloeide gingen de onderwerpen de meest uiteenlopende kanten op. sommige waren dronkemansgelal, andere geruchten, maar er werden ook volksverhalen verteld, sommige oud en anderen weer nieuw. meestal vervulde het bovennatuurlijke daarin de grootste rol.
Om een handgreep te nemen:

In een nabijgelegen gehucht had een tapijtenverkoper zijn best geweven tapijt verkocht aan een vrouw die later een heks bleek en hem betaald zou hebben met goudklompjes, bij het tellen van de winst savonds waren de klompjes echter veranderd in kiezelstenen.

Verderop in een dorp was de lokale bevolking er met spaden en hooivorken er op uitgetrokken naar de heide om een weerwolf te doden, hij had al veel vee gedood en werd een plaag voor de omgeving. niemand kreeg hem te pakken omdat hij bij benadering verdween in een dichte mist die in eens op kwam zetten.

Weer een Pottenbakker op doorreis naar Praag had fantastische verhalen over een ontmoeting met dwergen in het woud die hem gevangen hadden en vastgebonden en hem levend wilden villen, hij had ze echter in ruil voor een vrije doortocht aangeboden ze de edele kunst van het pottenbakken bij te brengen zodat ze hun kostje niet meer hoefden te bereiden op een platte steen met vuur.

Allerlei kleurrijke verhalen dus met een grote verscheidenheid aan inhoud en geloofwaardigheid. Zoals altijd en overal had met in die tijd ook nuchtere figuren die wisten wie ze voor zich hadden en de verhalen op hun juiste waarde wisten te schatten.
er waren echter toch een aantal verhalen die toch boven de rest uitstaken...met name omdat ze onafhankelijk van elkaar verteld werden door verschillende personen..met een onderwerp dat keer op keer terugkwam met steeds weer dezelfde overeenkomsten.
Zo was er een verhaal dat zijn oorsprong scheen te hebben bij de plaatselijke Roma-zigeuners, zij stonden in die tijd echter bekend om hun wilde verhalen die ze op dorpspleinen en markten tegen betaling vertelden aan passanten.
In het begin werd er dan ook niet veel waarde aan gehecht..maar toch...de verhalenstroom hield aan en spreide zich binnen de kortste keren rond als een lopend vuur dat onstoken was en niet meer wilde doven.Op een gegeven moment kwam het niet meer alleen van de Roma's maar uit alle lagen van de bevolking.

Er gingen verhalen de ronde over een zwarte duivel, een reuzenvleermuis, een vliegende draak en in andere gevallen werd het een helhond genoemd..maar ondanks de verschillende benamingen bleek het steeds weer keer op keer het om een wezen te gaan dat aan dezelfde uiterlijke omschrijving voldeed, een reusachtig gevleugeld wezen met een enorme spanwijdte, duivelkop, enorme tanden, een zweepachtige staart met weerhaken aan het einde en klauwen met nagels waarmee het volgens de sterkste beweringen een stier kon doden.

De ene keer was het vliegend gezien, de andere keer liep het gevaarte van 8 meter hoog rechtop als een mens maar had het poten met roofvogelklauwen en groteske armen met weerhaken aan de ellebogen , in andere overleveringen liep het juist weer op vier poten net als een hond met zijn vleugels ingevouwen op zijn rug. de kop werd beschreven als lijkend op dat van een kortsnuitige hond met drakentanden en vleermuisoren en de ogen van een roofkat.

In de eerste meldingen werd er verteld dat het voor het eerst s'nachts was gezien bij een zigeunerkamp in het bos, In het volle maanlicht zagen de Roma's een enorm gevaarte boven de bomen zweven, het duikte naar beneden en storte zich op sommige van de zigeunermannen die compleet machteloos op de grond werden geslingerd terwijl het wezen zich over hen heen boog, maar in plaats van dat hun laatste uur geslagen had deed het wezen iets belachelijks, het enorme gevaarte boog zijn kop over zijn met tereur vervulde vangst en nam met briesend gesnuif hun geur op..of hij iets onderzocht..deed vervolgens niks met zijn van schrik verlamde prooi, richte zijn enorme vleugels weer op en schoot met een enorm geklapper weer omhoog richting de nachtelijke sterrenhemel zich niets aantrekkend van de dichtbegroeide bebossing waarvan de afgebroken takken met donderend geraas naar beneden vielen, de plaatselijke zigeuners verwonderd maar ongedeerd achterlatend.

In een ander geval werd het wezen rond middernacht gesingaleerd boven een dorp , terwijl de lokale bevolking uitliep daalde het wezen neer aan de rand van het dorp waar de begraafplaats was , het streek neer op de gewijde grond en liep op vier poten met het hoofd luid snuivend over de graven...hoewel de bewoners van het dorp niet dichterbij durfden komen zagen ze bij het licht van de maan hoe het monster de graven voorbijliep...maar dan in eens bij sommige graven stokstijf stilstond en onmiddelijk de grond om begon te woelen als een hond! met zijn enorme klauwen verplaatste het enorme hoeveelheden grond om vervolgens voorover met zijn monsterlijke kop het graf in te duiken waarbij men vervolgens de meest afschuwelijke beestachtige geluiden hoorde die het gevogelte in een straal van kilometers alle kanten de bomen uitjoeg en de getuigen door merg en been gingen.
toen men de volgende dag het lef bij elkaar kon brengen om de begraafplaats te inspecteren was men verbijsterd met wat ze zagen en sloegen met koude rillingen over hun rug een kruis......sommige graven waren volledig opengegooid, zware grafstenen waren compleet ontwricht of zelfs helemaal losgegooid en toen men er in keek zag men met onmenselijke ontzetting dat de kist met bruut geweld was opengebroken en de lijken waren onthoofd en verscheurd...het was zelfs zo erg dat sommige ledematen meters verderop werden teruggevonden... de verbijstering was nog groter toen men waar moest nemen dat het niet om ontbonden lichamen ging en dat sommige hoofden hun ogen wijd open hadden als het ware met een blik van ontzetting. .in andere maar soortgelijke meldingen had het monster de lijken niet verscheurd maar had ie volstaan door het graf te openen, het houten kruis of paal wat er bij stond als markering los te trekken en bij het 'lijk' door het hart te rammen.

Op het laatst was er zelfs een geval waarbij het monster het lef had om op klaarlichte dag een dorp binnen te vliegen, de bewoners de stuipen op het lijf jagend maar totaal negerend naar de begraafplaats te gaan om vervolgens een loodzwaar marmeren deksel van een bovenaardse tombe af te gooien of het niks was, waarbij hij de inhoud niet aanviel maar gewoon doodgemoedereerd bleef wachten tot het daglicht zijn werk deed en de vlammen uit de geopende crypte omhoog sloegen.

Op een keer verzamelde zich in een dorp wat Vobotna genoemd word en waar de mensen bekend stonden als dappere godvrezende lieden die zelfs voor de duivel zelf niet bang waren een grote groep mensen die het wezen in het holst van de nacht hadden zien neerstrijken op de begraafplaats naast de dorpskerk, zich niks aantrekkend van de gewijdheid en de Christelijke symbolen. De menigte verzamelde zich met fakkels en bewapend met hooivorken, zeizen, en speren en marcheerde met de plaatselijke predikant voorop gewapend met een kruis , wijwater en de bijbel naar de plaats des onheils. Toen men aan de rand van het kerkhof was zag men het wezen bij het licht van de fakkels, mischien nog nooit eerder geconfronteerd met een dergelijk schouwspel negeerde het wezen de menigte dit keer niet en stopte bij hoge uitzondering zijn activiteiten en draaide zijn hoofd naar de mensenschaar toe.
Nu, door de combinatie van heldere maan en fakkels verlicht en nog nooit zo dicht door iemand benaderd was het gezicht van het monster goed zichtbaar, het keek met roofdierachtige ogen en indringende en afwachtende blik naar de door hartkloppingen geteisterde burgerij....afwachtend....zelfverzekerd en onverstoorbaar.
De priester, die dacht met de demon Asmodeus te maken te hebben richte zijn trillende rechterarm op met in zijn met zweet beklamde vuist een crusifix en sprak met bibberende stem het monster toe..

GA! GA! GIJ HELLEGEBROED! SCHENNER VAN HEILIGE GROND! VERDWIJN IN NAAM VAN JEZUS CHRISTUS! ALS DIENAAR VAN GOD MET DE KRACHT VAN HET WARE GELOOF GEBIED IK JE! GA TERUG NAAR DE BINNENSTE CIRKEL VAN DE HEL WAAR GIJ THUISHOORT! GA!

......Het bleef stil...ijzingwekkend stil...de sterkste man kon zich nog amper goedhouden van de zenuwen en sommigen urineerden zichzelf onder zonder dat ze het merkten...

Toen opeens!..na een pauze van stilte kon men haast niet geloven wat men toen zag..het wezen dat zichzelf aanvankelijk kalm hield, sperde zijn ogen verder open en op eens was er welliswaar een leesbare uitdrukking op het monsterlijke gezicht zoals men bij mensen zag...
Het wezen begon zijn bek te bewegen,...eerst geluidloos ..alsof het moest slikken..vervolgens begon het te spreken! met verbijstering hoorde men een bulderend stemgeluid dat welliswaar niks menselijks had maar nietemin goed en duidelijk verstaanbaar was...
''GIJ DOM EN DWAAS STUK MENSENGESLACHT!!! WEET GIJ NIET, DAT INDIEN HET MIJN TAAK WAS OM DE WERELD TE VRIJWAREN VAN DOMHEID EN DWAASHEID IN PLAATS VAN KWAAD EN GRUWEL, DAT GIJ EN U ONNOZELE SOORT ALLANG VAN DE AARDBODEM VERDWENEN ZOU ZIJN??? WAT STOORT GIJ MIJ, STERFELIJK STUK ONBENUL! STOOR IK U SOMS OOK BIJ U TAKEN EN PLICHTEN DIE GIJ VERICHT ALS ZOGENAAMD DIENAAR? INDIEN HET ANTWOORD DAAROP 'NEE' IS, VERWIJDER U ZELF DAN EN LAAT MIJN TAAK MIJN TAAK ZIJN ZOALS DIE VAN U DE UWE IS!!!''

Als aan de grond genageld bleef de menigte roerloos staan..om daarna met masse achteruit te gaan, het wezen krampachtig in de gaten houdend dat vervolgens onbekommerd doorging met zijn bezigheden de mensenmassa verder negerend om toen het eenmaal klaar was ten hemel te stijgen en zich verwijderde tussen de sterren.

Het wezen kreeg vervolgens talloze benamingen en toeschrijvingen, vampier-eter, Asmodeus, zelfs de engel Gabriel werd genoemd. men kon het niet eens worden of het om een duivel ging of een monster, het enige wat vaststond was dat het ondanks dat het grote angst inboezemde geen mens ook maar iets kwaad deed, niet omdat het veel met mensen op scheen te hebben, maar gewoon niet geinteresseerd was in mensenbloed.
sommigen begonnen het wezen niet te zien als duivel of monster, maar als een goedaardig wezen. anderen noemden het juist een demon, maar wat het ook was. de streken waar het zich had laten zien waren soms na jaren verlost van mysterieuze vee en mensensterfte, op de gewone gevallen van ouderdom en pest in die tijd na dan...

Het was stil in de Herberg. het was laat en Irena en haar ouders waren bezig met opruimen. Ze hadden aandachtig geluisterd naar een gast die een goede verteller bleek te zijn en de hele avond de aandacht van de gasten in het bokaal wist vast te houden. dit was bij wijze van hoge uitzondering, meestal hadden ze door de drukte geen tijd om stil te staan bij de overvloed aan volksverhalen die ze in hun hele leven als herbergiers om de oren vlogen..maar zo nu en dan kwam er iemand die er kwa vertelwijze en inhoud bovenuit stak.
Nu lagen de gasten op bed in hun kamers en de lokale bewoners waren naar hun eigen huis vertrokken. Irena was bezig de borden met etensresten van de tafel te ruimen om ze vervolgens te voorzien van een schoon tafelklaken voor de volgende dag...toen er inneens op het late tijdstip luid op de deur werd gebonkt. Irena en haar ouders keken verbaasd op..wie melde zich zo laat nog op dit onchristelijke uur?..

Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..deel 4

Geplaatst: 26 nov 2009 01:51
door Rebel
Het was niet gebruikelijk dat er zo laat op dit tijdstip bezoeken werden afgelegd, En welk mens bevond zich met dat weer op dat moment nu buiten? er was namelijk een zware regenbui en er waaide een harde wind. in geval van nood was echter alles mogelijk. Het kloppen hield aan en Sergey en zijn vrouw keken elkaar aan met een blik van verstandhouding, indien er iemand met kwade bedoelingen voor de deur stond stonden ze er met hun drieen voor, de herberg zat dan wel tot de nok toe vol met gasten maar die waren allen in beschonken toestand naar bed gegaan, en van dronkaards die hun roes uit liggen te slapen hoef je nu eenmaal niet veel te verwachten..

''Wie is daar?!? '' Riep Sergey luid....geen antwoordt...het kloppen hield op...

De gezette herbergier liep ijverig naar de muur van de eetzaal waar een bijl als eigenlijke decoratie aan de muur hing en nam het er af, Zijn vrouw Sarah stak een kaars en begaf zich bedachtzaam naar de Zware houten deur van de herberg. de vergrendelbalk werd door Irena uit de steunen getild en ze pakte de handgreep beet terwijl haar vader pal achter haar bleef staan in de aanslag..de deur werd opengedaan en doordat de maan net even door de wolken kwam kwam het maanlicht de eetzaal binnen...voor de deur stond een iellerige gedaante met een brede hoed op, omdat ie de maan precies in de rug had was het op dat ogenblik niet meer dan een silhouet.

''Wie bent u???'' Riep de herbergier toe...de gestalte antwoorde met hese en gebroken stem: ''..Ik...ben ....een marskramer..ik was verdwaald in het woud en zag op een gegeven moment de lichten van de stad...ik ben door het weer overvallen en zoek een plek voor overnachting...''
Op zich een geloofwaardig verhaal, ware het niet dat de Herbergier niet van gisteren was en terstond het onmiskenbare gevoel kreeg dat er iets niet klopte..de kaars was inmiddels vervangen door een fakkel die Irena onstoken had en ze kwam ermee dichter bij de deurpost, in het wakkerene schijnsel van het vuur werden de spierwitte gelaatsrekken van de bezoeker zichtbaar, het was een smal ingevallen lijkbleek gezicht met ingevallen bloeddoorlopen ogen..hij droeg een oude rafelige maar zwierige hoed met een drijfnatte pluim en zijn iellerige postuur werd omhuld door een oude lange jas met daaronder kleren die doorweekt waren van de regen.

Sergey vroeg de vreemdeling niet gelijk binnen en daar had hij met zijn ervaring als waard zijnde een reden voor, hij vermeed een directe uitnodiging of iets wat als zodanig uitgelegd kon worden en formuleerde voorzichtig, '' uw wenst op dit tijdstip nog voedsel en onderdak hier?'' ''Jaaaaaa! antwoorde de man, ik wil naar binnen!!!''

Irena en haar moeder begrepen de opzet van hun vader en echtgenoot niet en wilde zich ermee bemoeien maar Sergey legde hun per direct het zwijgen op! Hij had zijn reden voor dit domme theaterstukje. ''Zo,'' sprak hij, ''En hoe had u zich dat dan voorgesteld? alle kamers zitten helaas vol en de proviandkast is leeg.'' dit was niet waar..''Dat maakt niks uit! je haard brand toch? laat me dan tenminste binnen om me te warmen en drogen tot het weer verbeterd, man!!'' Sergey stelde de hamvraag, ''Waarom blijf je daar eigenlijk staan? heb je soms moeite om over de drempel te stappen mischien?''

Het gezicht van de vreemdeling werd thans grimmig, zijn ogen werden smaller en hij siste ''Omdat uw mij nog niet heeft uitgenodigd!... ik moet uitgenodigd worden!... nodig me uit!!!!
Terstond smeet de Herbergier de zware deur dicht, duwde zijn vrouw en dochter ruw aan de kant en smeet de zware grendelbalk er weer op! EEN UPIR!!!! schreeuwde hij zijn verwonderde vrouw en dochter verbeten toe! Upir is Tjechisch voor vampier. voor degenen die het (nog) niet weten, een vampier kan volgens de oude overleveringen nooit iemands huis naar binnen zonder eerst formeel uitgenodigd te worden, of dit nu moedwillig of in onwetendheid gedaan word maakt niets uit, als dit eenmaal is gebeurd heeft ie ongehinderde toegang om binnen te komen en met je te doen en laten wat ie wil.

Onmiddelijk werd er een crusifix tevoorschijn gehaald en Sarah rende op bevel van haar man als de wiedeweerga naar de proviandkast om strengen knoflook te voorschijn te halen. Ondertussen ging het wezen buiten als een razende tekeer, Verbitterd door woede omdat het hem nu duidelijk was dat men hem doorhad en hij zijn snode plannen voor een menselijke maaltijd die nacht gedwarsboomd zag koelde hij zijn woede door allerlei verwensingen en beledigingen te uiten en rond de herberg stenen tegen de muur en de houten raamluiken te gooien...dit hield lang aan, ondertussen waren de waard, zijn vrouw en zijn dochter bij elkaar in het midden van de eetzaal gaan zitten...het geraas van het wezen ging urenlang door, de volgende morgen kwamen de eerste zonnestralen door de kieren naar binnen...de kust was veilig,..De eerste die de waard en zijn gezin slapend aan een tafel in de eetzaal aantrof was een koopman die er te gast was, hij was een vroege vogel en de eerste die aangekleed en uitgeslapen naar beneden kwam.
verbaasd schudde hij de oude en gezette Sergey aan de schouder wakker en informeerde of alles goed was, de waard werd terstond wakker en keek wild om zich heen, ..daarna keek hij in het rond en vervolgens naar zijn gast. hij bedaarde en realiseerde zich dat het daglicht was, weldra zouden de eerste gasten naar beneden komen voor het ontbijt om zich vervolgens naar het dorpsplein te begeven om daar hun handel te drijven, hun diensten aan te bieden of om verder te gaan op hun doorreis.

De waard stond op en dacht een ogenblik na, hij wilde zijn gasten niet onnodig angst aanjagen, dit was immers zeer slecht voor de omzet, aan de andere kant voelde hij zich er toe wel verplicht om de waarheid te zeggen omdat er mensenlevens mee gemoeid waren..''Wij hadden gisterenavond laat bezoek sprak hij,..er stond een vampier voor de deur.''
de gast keek hem beteuterd aan, ''een vampier??? man weet je dat zeker??? heb je niet teveel van je eigen wijn geproefd?? ''Zo zeker als ik hier sta,'' sprak de herbergier terwijl hij zichzelf fatsoeneerde, Zijn vrouw en dochter waren inmiddels ook ontwaakt en probeerden zich nog slaperig een houding te geven,'' Hij gaf zichzelf uit voor een marskramer terwijl hij nog geen plunjezak bij zich had.'' ''dat zegt nog niks.'' sprak de koopman.'' terwijl hij voor zichzelf en zijn gast wat wijn inschonk vervolgde Sergey ''En hij stond er op te hameren dat ie eerst perse uitgenodigd wilde worden alvorens binnen te komen, een normaal mens had me met dat weer allang opzij geduwd.'' hierop was de koopman stil...het volk uit deze streek kende vampiers maar al te goed, verdere uitleg was overbodig...

Het verhaal van de herberg ging als een lopend vuurtje door de streek en het nieuws dat er een vampier in de omgeving was zorgde voor een storm van tumult, er ontstond een stormloop op knoflook, wijwater en heilige gewijde voorwerpen. mensen spijkerde deuren en ramen dicht en de plaatselijke magistraat die belast was met de handhaving van de wetten en orde stelde een avondklok in, de handel had er gelukkig weinig van te leiden omdat het een komen en gaan was van kooplieden, zodra als er iemand wegging vulde de volgende reizende handelaar het gat op. De volgende dag melde zich in de herberg een zonderling figuur, een wat oudere man met lang grijs haar tot aan zijn schouders, blauwe ogen en een oude zwarte hoed met rokkostuum. hij had een ogenschijnlijk vriendelijk en innemend gezicht, nam zijn hoed af wat in die tijd een teken van beleefdheid was en vroeg aan de waard wat een bed koste, ''Goedemiddag heer, ik zou hier graag een aantal dagen in de stad willen verblijven, zou u mij tegen betaling kost en inwoning kunnen verschaffen?''
"U heeft geluk.'' antwoorde de waard al glazen schoonmakend achter de toog,''er is vandaag toevallig net een bed vrijgekomen in de slaapzaal, als u een paard heeft zal mijn dochter die even naar de stal brengen en verzorgen.'' ''Dat is mooi, ik betaal u nu vast voor drie nachten vooruit, daarna zien we wel weer.'' Hij pakte een lederen buidelzakje uit zijn zak, stak zijn hand er in en gooide een paar zilveren kronen op de toog..

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 27 nov 2009 20:25
door justme
Wat origineel!!! =P

zoiets heb ik nog nooit gelezen. En dit heb je allemaal zelf verzonne?

knap hoor!

heb je nergens of zo inspiratie opgedaan.
Je word het verhaal ingezogen als t waar :P

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 27 nov 2009 20:49
door Spoekie
Whoh, ik wil weten hoe het verder gaat.
Je schrijfstyle is echt heel fijn maar dat had ik geloof ik al gezegt.
Je verhaal is heel erg orgineel. Je wilt echt verder lezen.
Schrijf snel verder.
Liefs spoekie

Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..deel 5

Geplaatst: 28 nov 2009 02:46
door Rebel
Het was in middels al weer twee dagen geleden, Irena liep over het marktplein met twee zakken meel die ze zojuist gekocht had voor de bereiding van de broden. al lopend spookte het gebeuren nog steeds door haar hoofd.. het verhaal was zoals altijd in een omgeving van kleine gemeenschappen van dorp tot dorp over de tongen gegaan en haar vader Sergey werd gebombardeerd tot plaatselijke held omdat hij door middel van wijs en doeltreffend handelen niet alleen zijn gezin, maar ook nog eens zijn gasten gered had van een vreselijk lot. Het zou niet de eerste keer in de geschiedenis zijn dat een verschrikkelijke ondode een hele herberg uitmoorde, weerloze laveloze dronkaards waren inmiddels een makkelijke prooi.

Het meisje liep naar de rand van het dorp waar vlakbij de bosrand de herberg stond.Ze zwaaide de deur open om haar last naar de proviandkast te brengen, binnen trof ze zoals gebruikelijk haar vader achter de toog aan die zich getooid met witte schort bezighield met het nakijken van de wijnvaten. haar moeder was er niet, die was bij een plaatselijke varkenshoeder aan het onderhandelen voor een slachtvarken dat moest dienen als avondmaal.
Binnen in de eetzaal trof ze tot haar lichte verbazing de oudere man aan die de dag na die beangstigende nacht in de herberg kwam logeren, normaal was iedereen rond deze tijd van de dag in de stad, was deze man dan geen handelaar? hij zat daar aan tafel met een grote zak naast zijn stoel waar voorwerpen in bleken te zitten die hij voorovergebogen aan de tafel geconcentreerd en met een bloedserieus gezicht aan het nakijken was.
Irena had ondertussen de zakken meel in de provisiekast gezet en groete haar vader, die wenkte haar dat zij de gast moest vragen of hij nog mischien iets wilde gebruiken. Ze liep op hem toe en toen ze naast hem stond richte hij zijn gezicht op en keek haar vriendelijk aan. Ze lachte vriendelijk terug.

Irena vond de man sinds zijn aankomst wel symphatiek, deze man had wel iets waardoor hij gelijk bij haar in de smaak viel. nee, niet op een romantische manier, zeker niet, daarvoor was hij veel te oud. maar te vergelijken met het gevoel dat je krijgt als bij een oom die je graag mag. hij keek haar tenminste recht aan met een blik van respect in plaats van alleen naar haar vormen zoals de rest van de mannelijke klandizie dat met lust en begering deed die hier dag na dag de zaal opvulde.
''wilt u mischien nog wat te eten of drinken ? ' vroeg ze in dienstbare houding met gevouwen handen..'ehum,..eh..ja. doe maar een glas wijn kindje.' zich vervolgens terugwendend naar de voorwerpen op de tafel. Irena zette grote ogen op toen ze de spullen bekeek, een houten spie, een hamer, een bijbel en een stuk hout dat gevormd was als een vork..'Als ik u mag vragen heer, wat is dat?' en ze wees naar het stuk hout...het gezicht van de man keek thans zeer ernstig..'dat, kindje ..is een wichelroede, dat gebruik ik om vampiers mee te lokaliseren.' . . . Bij het horen van het woord vampiers strekte de oude waard zich direct overeind en keek de vreemdeling strak aan.
De man op zijn beurt keek vader en dochter over en weer aan,'Ik kan het jullie nu maar beter vertellen sprak de man, ik ben een vampierjager.'

'Een vampierjager?? zo, doe maar! en wat brengt Mijnheer de vampierjager naar onze stad??' klonk het van achter de toog...

Dit klonk enigzins spottend en dat was het ook, de oude waard van de herberg had in zijn jarenlange looopbaan ook al zat van die figuren gezien, kerels die overal geld uit wilden slaan. ze doken vaak ineens op op plaatsen waar meldingen over vampiers de kop opstaken , beloofden de bevolking verlossing tegen een passende beloning om vervolgens een zogenaamde klopjacht te beginnen in het bos of de gebruikelijke begraafplaats om vervolgens terug te keren met een varkenshart of een oude schedel als 'bewijs' met de bewering dat ze het kwade wezen hadden gedood om daarna het geld op te strijken en spoorloos te verdwijnen naar het volgende dorp met goedgelovige sukkels .

De man merkte de spottende toon heel goed op en antwoorde 'Als u daar een serieus antwoord op wilt..ik ben op jacht naar een bepaalde vampier en ik vermoed dat u die een paar dagen geleden bent tegengekomen,' 'Uw kent dat wezen????' vroeg Irena verbaasd?
'Jazeker ken ik die...ik maak er al maanden jacht op'..sprak de vreemdeling met een ietwat gebroken stem...Mischien is het nu wel gepast dat ik mijzelf even voorstel, mijn naam is Ivan Bagarian'
Een paar wijntjes en een uitgebreid gesprek later was het allemaal duidelijk geworden..Ivan vertelde dat ie oorspronkelijk uit een dorp kwam uit de grenstreek met Polen, in dat dorp was hij de plaatselijke priester die leefde bij zijn zus en zwager en hun twee kinderen in hun huisje tegenover de oude kerk waarvan Ivan de priester was. hij was daar heel gelukkig en ze hadden ondanks de strenge regels van het geloof best een goed leven, Maar op een vreselijke nacht met storm en noodweer moest Ivan naar de kerk omdat men een luide donderslag had gehoord en de kerkklok door een blikseminslag naar beneden bleek te zijn gevallen. Terwijl hij daar met een kapelaan de schade opmaakte kwam er net als bij de herberg een vampier aan de deur die zich voordeed als zwerver vragend om onderdak, Uit een mengeling van medelijden en christelijke naastenliefde nodigde het gezin hem uit om binnen te komen, het wezen voede zichzelf met het bloed van het gezin.

Toen Ivan en de kapelaan ondanks de hevige regen net naar buiten wilden komen zag hij door de opening van het raam een afschuwelijk beeld aan de overkant, een man met bloed besmeurd gezicht stond duidelijk in de deuropening van zijn familiehuis, omdat hij echter te laat in de gaten had wat er gebeurd was en hijzelf ook niets tegen een veel machtigere tegenstander als een vampier kon uitrichten heeft de kapelaan hem er met de grootst mogelijke moeite van tegengehouden om er naar toe te gaan en in de kerk de blijven die een vampier , uitgenodigd of niet, toch niet kan betreden als heilige grond. overmand van verdriet moest hij de ochtend afwachten om alarm te slaan, toen was de vogel echter alweer gevlogen..Ivan's leven verwoest achterlatend..
De dorpelingen zagen zich genoodzaakt het gezin met houten spietsen in het hart te begraven en Ivan bezwoer zich die zwarte dag dat hij zijn familie zou wreken, Hij gaf zijn ambt op, studeerde de daarop volgende jaren alle boeken en naslagwerken die hij maar kon vinden over vampiers en besloot van die dag af onverschrokken als vampierjager door het leven te gaan. Sinds die tijd zwierf hij al dertig jaar over de Balkan zonder vaste woon en verblijfplaats, altijd met een open oor voor geruchten reisde hij van grote steden naar kleine dorpen om zijn kennis toe te passen waar dat ook maar nodig was en zoveel mogelijk vampiers uit te schakelen. Zijn avonturen hadden hen al half Europa doorgestuurd en had hem bij tijd en wijlen vaak bijna het leven gekost, de kennis die ie hiermee over vampieren opgedaan had was inmiddels enorm...

'Is de vampier die hier is geweest..is die...van plan geweest om ons...' vroeg Irena stammelend....'Ja! antwoorde de man nu heftig geëmotioneerd.' die was het hetzelfde van plan als wat zijn soortgenoot met mijn familie heeft gedaan, dat weet ik omdat vampieren in de regel dezelfde manieren gebruiken...als ze maar werken'...
'Wat zijn u plannen?' vroeg Sergey nu ineens wel overtuigd....'Dat ding vinden voordat het weer een slachtoffer vind.' sprak een nu heel streng kijkende Bagarian...

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 28 nov 2009 03:03
door Rebel
Het was vroeg in de avond, als zijnde vampierjager had Ivan van de plaatselijke magistraat toestemming gekregen om de avondklok te negeren. hij was de hele dag in de omgeving van de stad en de stad zelf druk in touw geweest met zijn oude vertrouwde opsporingsmethoden, met een houten wichelroede was hij afgedaald tot de duisterste en goorste plekken waar vampiers zich meestal schuil houden, hij was het oude rioleringsysteem afgedaald, had haast iedere dode holle boom en ieder verlaten dierenhol onderzocht en iedere oude en vervallen hooischuur op zijn kop gezet. Nu was het de beurt aan de begraafplaats...Het begon intussen te schemeren, Ivan wist dat als hij de schuilplaats van het wezen nu niet binnen een paar uur zou vinden het te laat was en hij het vandaag voor gezien moest houden, zolang het daglicht was kon Ivan zich benutten van het voordeel, de nacht was echter van de ondoden en dan waren de rollen omgedraaid...PLOTS! ging opeens...de wichelroede!! het bewoog!!... Opgewonden en verbitterd na zo'n lange vruchteloze dag volgde Ivan het spoor dat het stuk hout hem door de trillingen scheen te vertellen..hij kwam uit op het oudste gedeelte en meest afgelegen plaats van de uitgestrekte begraafplaats, meer dan verweerde stenen met amper nog leesbare tekst en mos er op vond men hier niet. Omdat men hier in het verleden veel slachtoffers begraven had van de pest had men uit angst voor deze beruchte ziekte de begraafplaats op aanzienlijke afstand van de stad geplaatst...Als Ivan hier in moeilijkheden kwam, kon niemand uit de stad hem helpen...

Zijn wichelroede bracht hem bij een plaats met een zeer oude gebroken en verweerde steen...maar de aarde van het graf zag er uit als alsof het gisteren nog was omgewoeld. geen enkele twijfel meer..hier moest hij zijn, professioneel als hij was pakte hij zijn gereedschapszak met benodigdheden en pakte er ten eerste een lange streng knoflookbollen uit en sloeg deze dubbel om zijn nek, dit was bij alles wat hij altijd deed zijn eerste veiligheidsmaatregel, ten tweede haalde hij een crucifix tevoorschijn en deed deze binnen handbereik in de zak van zijn rokkostuum. vervolgens haalde hij een schep tevoorschijn en als laatste een forse hamer en een scherpe houten spie..

Hij stroopte zijn mouwen op en begon als een bezetene te graven, terloops keek hij nog even naar de stand van de zon, zou hij nog genoeg tijd hebben? hij schatte dat de zon binnen afzienbare tijd weg zou zakken tussen een spleet tussen twee bergen die aan de horizon stonden..mischien was het beter om zich terug te trekken, maar dan zou de vampier mischien een nieuwe schuilplaats opzoeken en zou zijn speurtocht de volgende dag van begin af aan opnieuw beginnen, om maar te zwijgen over het feit wie er vannacht dan mischien weer zou moeten sterven...een vampier nam ook wel eens genoegen met een koe of een geit, maar er ging toch niets boven het warme levensbloed van een mens..NEE!!! Hij kon niet stoppen! niet terwijl hij zo dichtbij was! hij zette fanatiek door met graven en vervloekte ieder hard stukje puin dat zijn werk vertraagde..toen opeens hij bij een volgende steek in de grond het bonzende geluid hoorde van ijzer op een houten kist...
Hij keek naar de stand van de zon en het koude zweet brak hem aan alle kanten uit, de vogels waren al gestopt met zingen en hij merkte dat hij zijn ogen meer moest inspannen om te zien waar hij mee bezig was..Hij pakte een olielamp uit zijn draagzak, onstak deze en zette die naast het graf. De tijd drong..hij groef de zware bruine houten grafkist vrij tot hij de rand vrij had en probeerde met kloppend hart de deksel te openen...dat lukte niet..verdomme! hij had geen tijd voor tegenslag! Gefrustreerd probeerde hij het deksel te forceren met zijn spa...dat scheen te werken , de rand kwam los, hij pakte een breekijzer uit zijn zak , zette die in de de spleet, zette zijn tanden op elkaar en met alle kracht die zijn niet al te jonge lichaam hen nog wilde geven brak hij het deksel open dat aan 1 kant opeens losschoot...de rest van het deksel was nu makkelijk...maar het was intussen al wel halfduister...

Badend van het zweet en met een zware ademhaling zag hij ondanks zijn jarenlange ervaring met grote ontzetting bij het licht van de olielamp het dode lijkbleke lichaam liggen met gevouwen handen en gesloten ogen als ware het opgebaard,...het magere lijkbleke gezicht bleek een half open mond te hebben en bleek te behoren tot het soort vampier dat hun bijttanden in het midden naast elkaar hadden in plaats van de buitenste hoeken...hij droeg een lange koetsiersjas en aan zijn voeten lag een zwarte zwierige hoed met een pluim zoals edelmannen die vaak droegen in de oude dagen.
Zo duidelijk zichtbaar en dichtbij was bijna nog nooit iemand bij een vampier geweest..maar tijd voor fascinatie en bewondering was er niet want er moest een klus geklaard worden! Ivan bedacht zich geen moment en draaide zich om om zijn hamer en spie te pakken om die bij het lijk door het hart te rammen, het was al grotendeels donker, NU was de tijd! terwijl hij tot zijn knieen in het graf stond en zich weer naar het lijk keerde met het gereedschap in de hand kreeg hij de schrik van zijn leven...

HET had de ogen open!!! Ivan keek regelrecht in twee lege bloeddoorlopen dode ogen die hem op hun beurt ook regelrecht aankeken! HIJ WAS TE LAAT!! de vampier was wakker! hij was stom geweest, ondanks zijn jarenlange ervaring en kennis zou zijn fanatiekheid en ijver hem nu de kop kosten! de vampier keek naar de hamer en spie en met de bovenmenselijke snelheid waarover vampiers beschikten greep hij van uit zijn opgebaarde houding Ivan bij de knieen die terstond het evenwicht verloor en voorover bij de vampier in de kist viel!! Zijn crucifix! geen tijd meer....hij was er geweest...

Tenminste....dat zou normaal wel het geval geweest zijn bij een normaal mens, maar zijn eerste veiligheidsmaatregel redde zijn leven! de strengen knoflook! de strengen met bollen die hij om zijn nek had hangen konden nog net voorkomen dat de vampier hem met zijn wagenwijde gore stinkbek met vlijmscherpe tanden en paarse tong al een dodelijke beet had gegeven. deze onbenullige stinkdingen waren nu het enige voor hem dat stonden tussen leven en een gruwelijke dood...de vampier , 10 tot 20 keer sterker dan een mens had hem echter wel in de greep! het had zijn klauwen met scherpe nagels als in zijn zij gestoken en Ivan schreeuwde het uit van een onmenselijke pijn terwijl hij met zijn gezicht maar een paar tientallen centimeters boven die van het monster hong! zijn crucifix! hij moest zijn crucifix! met zijn laatste inspanningen en onmenselijke pijnen reikte hij naar zijn zakken....pech!! deze was waarschijnlijk bij de worsteling uit zijn zak gevallen en dat moest hij nu met de dood bekopen...want hoewel de vampier door de knoflook zijn nek niet kon bereiken en verder ook zichtbaar moeite had met het spul had hij de op hem gevallen Ivan stevig beet in de zijen ...hij voelde hoe de woedende en sissende vampier zijn krachten aan begon te wenden en dat zijn dood nog maar een kwestie van luttele seconden was...

Toen...opeens!...Hoewel hij alleen maar pijn voelde en amper iets anders bemerkte hij dat hij door iets of iemand bij de kraag van zijn jas werd gegrepen! en voor hij goed en wel de aandacht daarbij had werd hij ineens met een enorme kracht uit het graf en uit de houdgreep van de eveneens verbaasde vampier getrokken, de nagels van de vampier scheurden er van in zijn zijden en met een gigantische kracht werd hij met zijn voeten naar boven de lucht ingeslingerd om vervolgens met een grote boog in een bos met struiken terecht te komen die zijn val braken. Verbaasd en gedesoriënteerd probeerde hij zich zo goed en zo kwaad als hij kon te herstellen en vast te stellen wat er aan de hand was en wie of wat...eerst knipperde hij nog...daarna keek hij voor zich en werden zijn ogen zo groot dat ze uit leken te puilen...voor hem , bij het blootgelegde graf van de vampier zag hij bij het lichtschijnsel van de daar nog brandende olielamp een metershoge gevleugelde gehoornde gestalte staan...het stond met de rug naar hem toe en scheen voor zich te kijken, in het graf van de vampier .

Ivan kon door de hoogte van het wezen tussen zijn twee poten doorkijken en zag duidelijk hoe een briesende vampier de gestalte aankeek en zijn tanden ontblote, Plotseling stootte het torenhoge wezen een keiharde beestachtige kreet uit die Ivan binnen de kortste keren de broek deed vullen en zijn hart zo klein maakte als dat van een muis. het monster gooide zijn rechterarm de lucht in, greep met zijn linker de tot Ivans grote verbazing weerloze vampier bij de keel en trok hem spartelend omhoog het graf uit. uit de vingers van de rechterklauw van het monster sloegen ineens 5 meterslange nagels die kwa lengte deden denken aan zwaarden, opeens haalde hij daarmee uit naar de sissende vampier die vervolgens slap en dood in de linkerhand van het wezen bleef hangen...Ivan hoorde ineens een doffe klap naast zich, toen hij zich omdraaide keek hij recht in het gezicht van een afgeslagen vampierenhoofd met uitpuilende ogen en open bek maar met blik in de ogen van iemand die met een doodsklap is afgemaakt...Ivan wist zich geen houding meer te geven... en zeer zeker niet toen het reusachtige wezen zich omdraaide en met zijn gele duivelsvormige ogen Ivan nu regelrecht aankeek...Was Ivan net bang geweest toen ie met de vampier in het graf lag...dat was niets vergeleken met nu, toen het gevleugelde gevaarte regelrecht op hem toeliep, wat was het in hemelsnaam met hem van plan?

...het wezen bleef voor Ivan staan, keek met geringschattende blik op hem neer, Ivans hart klopte als een gek en een brok in zijn keel verhinderde hem te slikken laat staan schreeuwen...opeens stak het ding zijn klauw uit en greep Ivan bij zijn kleren en trok hem omhoog, tilde hem tot zijn eigen hoofdhoogte en keek hem vol aan, Ivan, door de schok verlamd en zwetend van schrik wachte af wat het monster met hem zou doen, ....maar het monster deed niks, althans, niks verkeerds, het leek hem min of meer te onderzoeken, met verbijstering moest hij meemaken dat de duivelkop hem besnuffelde! toen het wezen dat gedaan had scheen het te twijfelen en te overleggen met zichzelf...Ivan en het wezen keken elkaar regelrecht aan en het monster bracht ineens een klauw naar de nek van Ivan, het deed de kraag van zijn jas opzij en bekeek aandachtig Ivans nek, toen het de strengen knoflook zag scheen de twijfel ineens verdwenen en liet hij Ivan onverwacht los en met een doffe plof op de grond vallen...toen Ivan zich oprichte en paniekerig omhoogkeek voelde hij de wind van klapperende vleugels en zag hoe het monster opsteeg...een stomverbijsterde Ivan op de begraafplaats achterlatend...

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 28 nov 2009 15:58
door Spoekie
Mooi, maar toch vooral wel een spannend stuk. De magarijn die de vampier jager red.
Maar wat ik me toch wel ergens afvraag is de rol van Irena en haar familie wat die verder nog in het verhaal gaan betekenen.
Maar ik zal afwachten.
Liefs spoekie

Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..deel 6

Geplaatst: 29 nov 2009 19:12
door Rebel
Het was Zaterdagmiddag, Irena had net haar moeder geholpen om de de bedden van de slaapzaal te verschonen en nu was ze buiten bezig om het paardenverblijf uit te mesten, niet echt het werk dat een jong meisje aanspreekt. Ze had de laatste tijd ook erg aan dat onderwerp gedacht..ze was in de stad de dochter van de plaatselijke bakker tegengekomen die ze goed kende en dezezelfde leeftijd had, deze had haar dolgelukkig verteld dat ze verloofd was met de knecht van haar vader die haar de dag ervoor bij verrassing ten huwelijk had gevraagd. Irena had haar toegelacht en uiteraard veel geluk gewenst.

Ze kende de jongen wel, het was een fiere donkere sterk gebouwde jongen waar ze zelf ook wel een stiekem haar ogen naar af had laten wijken, hij had dit af en toe ook wel eens in de gaten gehad in de zitbanken van de kerk waar de hele bevolking in die tijd te vinden was op zondagen . hij had toen ook wel eens vriendelijk teruggelachen, meer was het echter nooit geworden. ze had tot nu toe al vele jongens op afstand gehouden omdat ze toekomstplannen hadden over reizen en handel, iets wat de aantrekkelijke maar honkvaste Irena niet erg aansprak aangezien ze verknocht was aan de herberg,... of...was dat eigenlijk wel zo?... Wat hield haar dan zo vast aan deze plek? Hier had ze de laatste tijd diep over nagedacht en ze was uiteindelijk toch tot de conclusie gekomen dat als het er echt op aankwam dat dat haar ouders waren. Ze overdacht hoe het zou zijn als -God verhoede- haar ouders weg zouden vallen, of een iets mildere gedachte: na verloop van tijd gewoon te oud zouden worden zodat Irena de herberg alleen zou moeten beheren?

Zou ze het kunnen? dat leed geen twijfel, ze was er inmiddels mee opgegroeid en beheerste alles tot in het topje van haar vingers. maar zou ze zelf zo'n toekomst willen? er van uitgaand dat het soort klanten dat er door de jaren kwam altijd hetzelfde zou blijven en zij dan als vrouw alleen de herberg zou moeten uitbaten...Haar vader was en is altijd de figuur geweest die haar beschermde en de bezoekers wisten dat ze de dochter van de waard beter met respect konden behandelen, maar als ze er in haar verdere toekomstige leven alleen voorstond? En wat ervan uitgaande als ze dan uiteindelijk wel zou trouwen met een man die de herberg met haar zou willen beheren?? zou ze dan met haar man hetzelfde leven willen leiden als haar vader en moeder nu deden in de herberg? Ze moest eerlijk toegeven dat ze anders over haar toekomst was gaan nadenken...vroeger leek het allemaal zo makkelijk en vanzelfsprekend...nu, terwijl ze naar alles en iedereen om haar heen keek en de wetenschap steeds groter werd dat de wereld toch meer te bieden had leek het leven haar keuzes voorlegde waarop zij zelf de antwoorden wel in mocht vullen maar dat de tijd daarvoor steeds beperkter werd...

De bevolking liep uit, er naderde een sjieke koets het drukke stadsplein. het was een prachtige uitgevoerde dichte koets met rode gordijnen en gemaakt van het betere houtwerk dat alleen de rijkste adel zich kon veroorloven. Op de bok zat een geuniformeerde koetsier met een zweep waarmee hij de twee trekpaarden bestuurde. het was een jongeman van schijnbaar halverwege de twintig . Het was voor de bevolking geen geheim wie de passagiers van de koets waren, het was niemand minder dan de Markies, niemand minder dan degene die ruim een jaar geleden het plaatselijke kasteel had opgekocht en met zijn macht en rijkdom verantwoordelijk was voor de opbloei van de handel in de streek. de andere passagier was zijn enige zoon en erfgenaam. deze had ongeveer dezelfde leeftijd als de jongen op de koetsiersbok. de koets reed met de paarden in draf over het dorpsplein langs het kijkende volk en begaf zich binnen de kortste keren naar de rand van de stad op de grens met het wout...Het stopte pal voor de herberg. De jongen op de bok hield de paarden stil, klom van de koets en zoals dat hoorde maakte hij met een respectvolle buiging de deur open.

Sergey wist niet wat hij denken moest, welliswaar was de Markies geen onbekende meer voor hem maar hij had nooit durven dromen dat deze man van hoge adel hem en zijn nederige herberg persoonlijk op zou komen zoeken? uit de koets stapte een man met een voorkomen dat gebruikelijk was voor zijn rang en stand in die tijd..het was een wat lange slanke man met, gekleed in rode en purperen kleren met gouden gespen en knopen en een felrode cape. Hij had witte fluwelen handschoenen en een wandelstok met een zilveren bolle knop, op zijn hoofd droeg hij een soort musketiershoed met volle pluim. wat gezicht betreft was het een ietwat bleke man die ondanks zijn afkomst er wat afgeleefd maar toch verzorgd uitzag. de man had een lang smal gezicht met een volle kin met een snor en een sik. Zijn haardracht was rood en lang en liep van onder de hoed met volle slagen tot zijn schouders. zijn zoon die na zijn vader uitstapte was het evenbeeld van zijn vader zowel in kleding als uiterlijk, zij het alleennatuurlijk jaren jonger en zonder gezichtsbeharing. de waard fatsoeneerde vluchtig zijn haar en snor en liep komisch waggelend met zijn o-benen naar buiten om het edele bezoek te ontvangen.

'Heer! welk een eer is het voor mij om dergelijk bezoek in mijn nederige herberg te mogen...' De markies ontbrak hem vrijwel onmiddelijk door zijn hand sussend omhoog te doen en lachte hem vriendelijk toe..'In orde beste man, het is mij allang bekent dat u herberg een uitstekende reputatie geniet, voor welke klassse dan ook' Daarna draaide hij zich om en richte hij zich tot zijn jonge koetsier 'Tomi! span jij de paarden los en breng ze even naar de paardenstal? na deze lange reis zullen ze wel goede verzorging kunnen gebruiken.' 'Oooh welzeker excellentie zijn u paarden hier in goede handen, mijn dochter is toevallig..' de Markies onderbrak de oude Sergey weer op dezelfde manier als daarvoor en vervolgde 'ik weet dat dat bij u in goede handen is, maar waar ik voor kom...ik zou graag wat zakelijks met u willen bespreken onder het genot van een glas van u voortreffelijke wijn, ..zouden wij ons naar binnen mogen begeven? Sergey schoot als de bliksem naar de deur om deze met een buiging open te houden voor zijn edele bezoek, waarbij hij zijn vrouw terstond opdracht gaf om hun beste wijn uit de kelder te halen.

Ondertussen maakte de jonge koetsier de paarden los van de dissel om ze naar de herbergstal te brengen, dat deed hij zeer gehaast..niet zozeer uit ijver voor zijn opdracht , maar om datgene te doen wat zij hart hem al tijden geleden had opgedragen ..Hij liep met de paarden tot achter de herberg en keek naar de stal waar hij een ploeterende Irena zag, deze zag hem nog niet omdat de jonge vrouw te druk was met haar bezigheden (het hele bezoek was haar trouwens ontgaan omdat de paardenverblijven achter de herberg waren.) en ging gewoon door met het uitmesten met een hooivork. de jongen bekeek de donkerharige schoonheid, kreeg een brok in zijn keel , werd terstond warm en zijn ogen werden ter plekke dromerig...hij kende het meisje wel, en hij was haar ook niet onbekend, hij zag haar in de kerk of soms op het dorpsplein...maar tot een gesprek was het nog nooit gekomen, daar wilde de jongen verandering inbrengen en had besloten dat dat vandaag dan eindelijk maar moest gebeuren..want wanneer zou hij de gelegenheid weer krijgen? reed hij soms iedere dag met de koets hiernaartoe?...nee, deze kans zou hij ten volle benutten..daarvoor waren zijn gevoelens en bewondering inmiddels te sterk geworden...en die had hij al sinds de eerste keer dat hij haar zag..

Terwijl dit alles zich afspeelde zat er in de herberg bij een tafel aan het raam een nog steeds in schok verkerende Ivan Bagarian voorover gedoken over een paar oude mystieke boeken... Hij was die ochtend naar de stad gelopen of liever gezegd gestrompeld, en de verwonderde bevolking ving hem op toen ze zagen hoe hij verwond aan zijn zij hevig bloedend de stad inliep, men had hem ondersteund en naar de plaatselijke chirurgijn gebracht zoals een dokter in die tijd genoemd werd en men had zijn wonden laten verbinden en de waard van de herberg op de hoogte laten stellen, omdat het een tijd duurde voordat hij aanspreekbaar was had men hem op zijn bed gelegd in de herberg waar hij de halve dag naar het plafon had liggen staren alvorens zijn verhaal te doen, een grote vreugde barste los toen men hoorde dat de vampier die in hun dorp gesingaleerd was dood was, maar toen hij begon over het gevleugelde wezen verstomde de meute en keek men hem aan als was hij een dronkelap, bij nader onderzoek op de begraafplaats ondekte men dat de vampier inderdaaad dood was maar wist van de overige sporen en verhalen van Ivan niks te maken...niemand had ooit van een dergelijk wezen gehoord, en zoals het gezegde al zegt 'wat de boer niet kent dat eet die niet' gelde dat ook met verhalen over het onbekende, Oooooh! Verhalen over vampiers en weerwolven waren geliefde gespreksstof te over..maar die wezens waren hoewel gevreesd toch bekend..dit was iets wat schijnbaar machtiger was en hen totaal onbekend was en daar reageerde men verschillend op, de een zei dat de vampierjager gewoon geluk gehad had omdat de vampier sliep en zijn klus geklaard had met flink wat wijn achter de kiezen, de ander ging er van uit dat hij de waarheid sprak en dat er een demon rondvloog en weer anderen die niet wisten wat er van te denken hielden wijselijk hun mond maar dicht ...wat Ivan zelf betrof, hij plunderde de plaatselijke bibliotheek in een poging alles maar dan ook alles over dit wezen te weten proberen te komen, al was het maar om voor zichzelf alles te kunnen plaatsen...

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 30 nov 2009 02:09
door Rebel
'Goedendag!' zei de ogenschijnlijk schuchtere jongen tegen het meisje, Irena, volledig in beslag genomen door haar werk draaide zich verrast om en zag daar een jongen van ongeveer haar leeftijd staan met een koetsierspak en twee paarden, in zijn rechterhand had hij de teugels van de paarden en in de andere hand hield hij zijn hoed vast die men in die tijd afnam als men tegen een dame sprak. 'Hallo' kreeg hij als antwoord..Nuchter als ze was en bewust van haar taken begreep ze onmiddelijk wat de bedoeling was en nam de paarden vrijwel direct van de jongen over, ze leide ze naar de stallen waar ze onmiddelijk zorgde voor een trog met water en een voederbak. meteen daarna begon ze met een norstel de dieren te kammen...hierbij schonk ze onbewust geen aandacht aan de jongen waardoor hij een beetje ontmoedigd werd, tot ze zich ineens al borstelend omdraaide en vriendelijk sprak 'nou welkom in de herberg zou ik bijna vergeten te zeggen, van wie zijn deze paarden?' 'van de Markies.' sprak de jongen. 'Ik ben zijn staljongen en tevens zijn koetsier.' Irena's gezicht vertrok van verbazing, haar blauwe ogen werden groter en ze zei 'Van de Markies?' en die breng jij hiernaartoe? moest je voor hem in het dorp zijn of zo?' 'Hij zit binnen in de herberg met u vader te praten, sprak de jongen.' Hij sprak irena aan met 'u' zoals het in die dagen betamelijk was jongens en heren die een goede opvoeding hadden genoten. 'Zeg maar je hoor, Ik ben Irena, en jij bent?' 'Ik weet wie jij bent,' zei de jongen' ik heb je wel eens vaker gezien in de stad en in de kerk. Ik ben Tomi.' Irena ging verder. 'De Markies hier in de herberg? wat zou iemand zoals hij nu van mijn vader willen? sprak het meisje verwonderd.' hierop gaf de jongen geen antwoord..zijn gedachten waren heel ergens anders..want hier stond hij eindelijk, met de jonge vrouw die al een jaar het object was van zijn fascinatie...wat moest hij zeggen?? hoe moest hij haar laten weten hoe hij over haar dacht en wat ie voor haar voelde? en hoe moest ie dat doen hier en nu?? deze gedachten gingen als bliksem door zijn hoofd terwijl hij haar opnam. Irena was nog steeds bezig de paarden te borstelen en haalde ze aan door onder hun kin te aaien en tegen ze te praten.. Tomi vond het allemaal schitterend , het liet hem zien dat hij zich niet in haar vergiste en dat ze inderdaad het lieve karakter had waar hij haar altijd al voor aanzag, plots draaide ze zich om.zag Tomi daar nog steeds staan met de hoed in zijn hand en zei ''de paarden zijn in goede handen hoor! moet jij niet naar binnen een glas te drinken met je meester? of mag je dat niet tijdens je dienst?' de jongen stamelde...ehm...de Markies kennende zal hij daar niet zo'n problemen mee hebben ..maar...ik blijf liever bij de paarden... ' dat kwam er nog al ongelukkig uit vond hij zelf. hij had willen zeggen: 'bij jou en de paarden.' maar hij herstelde zich en zei..ik vind het leuk om te zien hoe goed je met die dieren op kan schieten,...je kan er schijnbaar goed mee overweg en ze voelen zich zichtbaar op hun gemak..' 'Irena lachte en zei: dank je, jij verstaat je vak ook wel want ze zien er goedverzorgd uit.' 'dank je wel.' was het antwoord.

Ze keer de jongen nog eens aan en het viel haar op dat ie zich wat ongemakkelijk voelde naar haar toe, hij was schuchter en ze kon duidelijk zien dat hij naar woorden aan het zoeken was..'is er verder nog iets wat je wilt zeggen?' vroeg ze hem tussen neus en lippen door terwijl ze verder ging met borstelen..hiermee had ze meer geraakt bij de jongen dan ze feitelijk vermoede..hij wilde het over haar hebben, en over hem,niet over paarden..Al zijn moed bijeenrapend bedacht hij dat het er maar van moest komen, Oooh wat zopu hij de boel vervloeken als er nu iemand om de hoek zou komen, een klant of haar vader, hij wilde zijn moment met haar..'Ehm Irena...nu ik je toch spreek,..je weet wie ik ben en we zien elkaar wel eens regelmatig niet?' Irena keek hem lichtverwonderd aan en zei 'Ja? dus?' zonder onvriendelijk te klinken..'wel..ik wilde...nu ik je spreek...ja ..weet je..ik weet niet zo goed hoe..ja ik spreek je niet vaak en mischien hierna ook niet meer zo gauw ..dus...' Irena was gestopt met borstelen en keek hem nu strak aan...ze begon een vermoeden te kweken...'Ik wilde je zeggen dat ik niet zo veel meisjes tegenkom als jij en dat ik je ..eigenlijk best bewonder..als ik zie hoe je bent en zo..hoe je je gedraagt.. je werk in de herberg..ja, ik weet het je zult het wel vaker horen...maar..

Irena kreeg een blos op haar wangen en speelde wat met haar haren...wat wilde deze jonge knul? alsof ze dat niet wist...ze had al talloze aanbidders gehad en ze wist onderhand wel waar ze naar toe wilden..deze jongen was daarop geen uitzondering maar..hij was in sommige opzichten toch anders..schuchter en verlegen..maar toch doortastend, eerlijk, recht door zee en toch respectvol..kwa uiterlijk viel hij niet echt op, hij was niet gespierd, maar hoewel niet echt knap ook niet echt lelijk, Irena had knappere jongens als hij afgewezen maar ze vond dat hij toch wel iets had,,iets aandoenlijks..
Ze glimlachte en zei met rode wangen terwijl ze naar de grond keek en met haar voet over het zand begon te draaien..begrijp ik je soms goed als ik denk dat je me aardig vind? ' 'Meer dan dat eigenlijk...sprak Tomi. 'Irena keek hem nu met wijde ogen en een grote glimlach aan waarmee ze onbedoeld zijn warme gevoelens voor haar hoger deed oplaaien. 'Oh, zo te horen heb ik er dan dus een bewonderaar bij, zei ze nu duidelijk in verlegenheid gebracht maar niet op een negatieve manier..Tomi, nu sterker in zijn schoenen nu hij het ijs gebroken was ging verder..'Ik wil je niet in verlegenheid brengen. ik heb je al vaker willen spreken, maar telkens ontbrak me de moed of simpelweg de gelegenheid..maar nu , nu ik je voor me zie en het praten met je mij makkelijk afgaat...wilde ik van deze kans gebruik maken..om...om jou te vragen of je mij wilde vergezellen naar het bal!
Irena' s hoofd schoot pardoes omhoog? 'Bal?' 'Welk bal?'

'Ik ben van plan om een groot bal te geven als ontmoetingsfeest voor de jonge mensen uit de omgeving.' sprak de Markies tegen Sergey terwijl ze met zijn drieeen aan tafel zaten met daarop drie glazen wijn en een fles uit een goed jaar..de Markies, zijn zoon die de naam Leon droeg en Sergey zelf..'Een..een bal?... voor ..voor de jonge mensen uit de stad? stamelde Sergey? dat ..dat is nog nooit voorgekomen dat iemand van adel een feest geeft voor de plaatselijke jeugd ...eh...mag ik zo onbeschaamd zijn om uwe excellentie te vragen naar de reden waarom onze kroost net zoiets vereerd?' 'dat mag u zeker!' antwoorde de Markies terwijl hij zich een teug van de wijn liet smaken..'Uw weet, ik ben hier met mijn familie een jaar geleden neergestreken en we hebben ons gevestigd in het kasteel op de hoge heuvel van het woud...' de waard knikte en de Markies vervolgde 'Uw weet ook dat ik toen ik deze streek zag ik in de gaten kreeg dat het slecht ging, de handel stond praktisch stil en de jeugd wilde massaal naar de grote steden trekken, wel, ik vond dat ik dat niet moest laten gebeuren en heb toen grote investeringen gedaan in de landbouw en veeteelt, de wegen veilig en begaanbaar gemaakt en zodoende hier weer een actief handelscentrum van gemaakt..andersom heeft is streek voor mij ook goed geweest, door de opkoop van goederen, wijn en gewassen die ik weer elders kon verkopen heeft het mij al aardige winsten opgeleverd..ik mag zelfs spreken van een erg goed jaar, voor zowel de stad als mijzelf..

Hij en de waard keken elkaar een moment instemmend aan en hij vervolgde..' de jonge mensen hier werken echter hard, soms dagen en nachten achter elkaar, echt veel tijd om aandacht aan elkaar te schenken hebben ze niet en ondanks de goede handel hebben er nog steeds veel het idee om weg te trekken..vind dat geen goede zaak, ik wilde dat voorkomen door een bal voor ze te organiseren en hen zodoende de gelegenheid geven om een potentiele huwelijkspartner uit te kiezen zodat ze hier in deze streek blijven wonen als goede arbeiders die ik vervolgens voor mij kan laten werken waarvoor ik ze goed zal behandelen...' De waard keek hem verbaasd aan..' Goed uwe excellentie...u plan is wijs en natuurlijk zou het goed zijn als onze jeugd in onze voetsporen zou treden...maar waarvoor komt u dan naar mij?'

'Ik wil dat u en u vrouw de wijn en het eten verzorgen op het bal in mijn kasteel.' sprak de Markies. 'Mijn eigen bedienden zijn welliswaar goed maar geen grote massa gewend...u daarentegen met u reputatie en u herberg.' en hij hief glimlachend zijn glas..toen jij echter een slok wijn wilde nemen zag hij verder aan een tafel Ivan zitten die hem met grote ogen aan zat te kijken, In zijn ogen lag een blik van herkenning, Hij had dat gezicht eerder gezien! maar waar en wanneer? Zeker niet van een markies! De markies scheen het gevoel van herkenning niet te delen en stapte nietsvermoedend op Ivan af en nam beleefd zijn hoed af. 'neemt u mij niet Kwalijk heer,' sprak de Markies. 'Wij hebben geloof ik nog niet het genoegen gehad aan elkaar voorgesteld te zijn. Ik ben Markies de Boraja en dit is mijn zoon Leon.' Hierbij keek hij Ivan een en sprak 'bent u niet die dappere vampierendoder die onze stad verlost heeft van zo'n verschrikkelijk wezen? ..of..als ik de verhalen goed begrepen heb..heeft u het een duivel zien doen? ' vroeg de markies met opgetrokken wenkbrauwen. 'Inderdaad' antwoorde Ivan..om vervolgens de Markies doordringend aan te kijken zijn geheugen doorspittend. 'Wel, ik kan u niet vertellen hoezeer ik de aanwezigheid van moedige mannen zoals u op prijs stel, mijheer....?' 'Bagarian!' antwoorde Ivan 'Ivan Bagarian om u te dienen.

'En..en ..naar dat bal wil JIJ MIJ naartoe nemen?' Stamelde Irena verbaasd nadat Tomi haar uitleg had gegeven..'Ik...Ik weet dat ik het plotseling vraag, ..maar..ik kon me geen beter moment voorstellen dan nu..en als je me het eerlijk vraagt zou ik ook niet geinterreseerd zijn om iemand anders mee te nemen.' antwoorde Tomi..Irena, nu rood van verlegenheid keek de jongen aan..hij kwam steeds sympathieker op haar over en voor ze het zelf goed en wel doorhad zei ze: 'ja! Ik wil! ..Ik ga met je mee naar dat bal!' de jongen kreeg een kleur en had moeite om het gevoel van triomf niet ter plekke uit te schreeuwen! hij was verbaasd en dolgelukkig tegelijk, schijnbaar had hij bij haar toch de snaar weten te raken die al zijn voorgangers hadden gemist. 'Dat...is dan goed.' sprak hij nog steeds met de hoed draaiend in zijn handen. ' We weten nog niet precies welke datum het bal is maar ik vermoed ergens de volgende maand als...er klonk ineens geroep, TOMI! TOMI WAAR BEN JE JONGEN?

Het was de stem van zijn meester, de zaken waren gedaan en het gezelschap stond buiten, Tomi en Irena haasten zich in allerijl om de paarden voor de koets te spannen terwijl de markies afscheid nam van de waard 'Ik zal mijn dienstbodes sturen om de nodige zaken af te handelen. zoals afgesproken zullen wij elkaar weer zien.' de waard maakte een diepe buiging terwijl de Markies en zijn zoon weer plaats namen in de koets, Tomi hield de deur open, gooide hem dicht en klom vervolgens weer op de bok..zwaaiend en lachend naar Irena terwijl hij de zweep in de lucht liet knallen, Irena zwaaide ijverig terug en de blik in haar ogen die zij voor de jongen had ontging haar vader niet... de oude Sergey verloor zijn scherpte nooit, hoog bezoek of niet..vader en dochter hadden dan ook heel wat te bespreken in de herberg terwijl de koets zich verwijderde in de verte..

Ivan zat intussen als een bezetene voor zich uit te staren zichzelf tergend afvragend waar hij dat gezicht van kende...hij kende het wel dat was zeker..terwijl hij zichzelf aan het afvragen was merkte hij in eens dat er een man bij zijn tafel kwam staan..het was een zeer sjofele armoedige vent met smalle ogen een grote uitgezakte boerenpet en een ongeschoren bolle kop, zijn ogen waren zo smal dat je amper zijn pupillen kon zien, bijna alleen maar smalle spleetjes.. zijn kleren zagen er verweerd en vlekkerig uit en in plaats van schoenen droeg hij omgerolde vodden om zijn voeten met een stuk touw er omheen... Ivan keek op en keek de man strak aan, wie was dat nu weer voor figuur en wat wilde ie? de man wees met zijn vette vingers naar de plekken waar Ivan gewond en verbonden was en sprak: 'en hoe gaat het nou? geen last meer van pijn of erger nog,..vampierbijwerkingen?' Ivan, in de veronderstelling met een dronkelap te maken te hebben die zijn verhaal gehoord had wende zijn blik af en zei, 'neemt u mij niet kwalijk als ik doorlees? ik heb nog veel te doen...excuseert u mij!' 'De man negeerde Ivans botte poging om hem af te wimpelen en zei, 'Zozo..je hebt daar behoorlijk interessante boeken? gaan die mischien over mij?' Ivan keek de man in ineens verbaasd aan en fronsde zijn wenkbrauwen.. 'Nou nou,..je gaat mij toch niet vertellen dat je me niet meer kent he? ..laat het me je gemakkelijk maken..als je meer over me te weten wilt komen vanwege onze veel te korte ontmoeting gisteravond kan je het me nu persoonlijk vragen...ik sta nu voor je...' Waarop Ivan hem met opperste verbazing aankeek,..Hij leek bijna helemaal buiten zichzelf te raken toen de vreemdeling hem strak aankeek en met zijn smalle ogen en vervolgens zijn gebit blootlegde dat in eens in twee enorme rijen vlijmscherpe tanden bleken te zijn, niet als van een vampier of weerwolf maar meer lijkend op dat van een krokodil of draak..

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 30 nov 2009 16:31
door Spoekie
heey,
Ik heb je stukjes weer even gelezen. Wat me eigenlijk nu pas opvalt is dat je vaak ... neer zet. Dat is soms best irritant waarom zet je niet gewoon één punt neer? Dat leest echt lekkerder. En dan nog een klein leesteken dingentje. De ene keer gebruik je wel aanhalings tekens als iemand wat zegt. Ik zou dit persoonlijk toch elke keer doen. Dan is het wat duidelijker.
'Mijn eigen bedienden zijn welliswaar goed maar geen grote massa gewend...u daarentegen met u reputatie en u herberg.' en hij hief glimlachend zijn glas..toen jij echter een slok wijn wilde nemen zag hij verder aan een tafel Ivan zitten die hem met grote ogen aan zat te kijken, In zijn ogen lag een blik van herkenning, Hij had dat gezicht eerder gezien! maar waar en wanneer?
bijvoorbeeld hier er staan ook nog wat kleine foutjes in als hoofdletters en punten.

En even jou vraag beantwoorden in je reactie op mijn verhaal.
Ik schrijf in één keer door zo lang mijn opleiding dat toelaat dus niet elke dag. Ik controleer wel alles oppervlakkig aangezien ik het altijd 36x moet nakijken aangezien ik dyslectie heb. :D

Schrijf snel verder.

Liefs spoekie

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 30 nov 2009 16:54
door Rebel
Hallo. Ik had voordat ik hier begon te schrijven al een vermoeden dat ik meer kritiek zou krijgen op mijn schrijfstijl dan op de inhoud van het verhaal. niet dat ik zo'n fantastische verteller ben maar ik ken mijn eigen schrijftechniek zelf wel een beetje.

De reden dat ik vaak ... neerzet is om duidelijk te maken dat de personage's in het verhaal op dat moment in een rustig en bedachtzaam tempo praten. vergelijk het met de stilte die af en toe valt als je een gesprek met iemand voert over een zwaar onderwerp. het klinkt mischien gek maar deze techniek heb ik overgenomen van striptekenaars die dit veel toepassen in tekstballoons van de stripfiguren. daar blijkt het wel te werken.

Maar ik zal er rekening mee houden omdat ik weet dat iritatie afbreuk kan doen aan het verhaal. Ik schrijf de stukjes ook meestal laat op de avond omdat bij mij dan de beste ideeen komen.

Ik vind het jammer dat schijnbaar alleen jij de moeite neemt om te laten weten wat je er van denkt, Mochten jij of nog meer mensen suggestie's hebben gooi ze dan maar graag hier neer.
vriendelijke groeten.

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 30 nov 2009 22:07
door Spoekie
Heey Rebel,
Tja sommige mensen hebben meer met lezen dan reacties schrijven. En ik wil je niet benadelen je verhaallijn en plot zijn goed. Alleen het begon me nu dus echt op te vallen van die vele ... en in een gesprek kan ik het me ook wel voorstellen alleen doe je het ongemerkt ook gewoon als ze een beweging maken of als ze glimlachen. Ik denk dat je daar beter gewoon één punt kan neer zetten. Als ik de tijd heb zal ik de rest van de kleine foutjes eruit halen. Maar ik moet morgen weer om half 6 op dus vandaag even niet :D Ik ben benieuwd naar je volgende stuk
Liefs Spoekie

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 01 dec 2009 00:52
door Rebel
Ivan Bagarian zat als versteend op zijn stoel. Hij wist zich geen raad met het wezen dat tegenover hem zat . 'Wat was dat toch in godsnaam voor een wezen?' 'Hoe kon het zich hier in menselijke gedaante vertonen??? Wat wilde het van hem?' De Magarijn had als bij toverslag weer een normaal mensengebit en zuchte gelaten, haalde zijn wenkbrauwen op en zei met ietwat sarcastische ondertoon: 'Kijk. ik ben niet echt aan contact met mensen gewend en jullie manier van denken en doen zal voor mij altijd wel een raadsel blijven, maar ik weet wel dat het niet echt opschiet om met open mond waar niets uitkomt tegen over elkaar te blijven zitten, nietwaar?'

Sergey, met zijn gebruikelijke scherpte, had de situatie aan Ivans tafel al een poosje in de gaten en hoewel hij in de verste verte geen idee had wat er gaande was wist hij wel dat zijn gast zich niet echt comfortabel voelde tegenover de sloeberig uitziende figuur. Hij gooide een witte lap over zijn arm liep van achter de toog naar de tafel. 'is alles naar wens heren?' sprak hij met een blik van verstandhouding naar Ivan toe, oftewel vrij vertaald 'Zijn er soms problemen?' De Magarijn nam het woord en zei 'Ja hoor alles is prima naar wens, doe ons maar een fles van u allerbeste wijn.' Sergey bemerkte de spottende ondertoon en vroeg zonder enige schroom: 'Zozo! mijnheer wil geen glas maar een hele fles van mijn beste wijn, en weet mijnheer wel wat dat kost? als ik mijnheer goed bekijk kan hij zich volgens mij niet eens een glas water veroorloven!

Hij stopte en zijn ogen werden groot van verbazing, terwijl hij aan het praten was had de armoedige figuur een muntstuk uit zijn afgeragde jas gehaald en duwde dat bij de waard in de hand. 'Ik vertrouw er op dat dat voldoende zal zijn?' Sergey keek met verbazing naar de munt. het was een gouden Dukaat! zelfs de Markies die hier net was zou een dergelijk muntstuk niet zo lukraak uitgeven, het enige vreemde dat er aan was is dat het al 200 jaar oud bleek te zijn! 'IK VRAAG OF DAT VOLDOENDE IS!' sprak de Magarijn dit keer luider door het bokaal. De waard knikte ijverig zijn hoofd en spoede zich als de wiedeweerga naar de wijnkelder om het bestelde goedje te halen en dat bij de gasten op tafel te zetten. Toen hij met gevouwen handen bij de tafel bleef staan zei de Magarijn geiriteerd: 'Is er soms iets wat je nodig hebt?' waarop de geshokeerde herbergier zich ijlings uit de voeten maakte richting de toog.

De Magarijn schonk voor zichzelf en Ivan wat in en Ivan was ondertussen genoeg tot zichzelf gekomen om tekst en uitleg te vragen. nee, te eisen! 'Wie of wat ben jij?' sprak hij op gedempte maar indringende toon. 'he he! dat werd tijd' sprak zijn tafelgenoot. 'Ik ben iemand die in vroeger dagen door jullie vele namen toegeschreven kreeg, nu trouwens nog , maar jij mag me een Magarijn noemen. Ivan keek het wezen doordringend aan...verdomme! hij had sinds gisteren een stortvloed aan vragen gehad en nu wist hij er geen een meer! 'wat ben je met mij van plan?' sprak de Vampierjager.

'Ik? met jou? niks! antwoorde de Magarijn, dat is het hem juist! je hebt me flink wat last bezorgd!' Ivan verstijfde.. waar had dit wezen het over? het leek of de Magarijn gedachten kon lezen en sprak: 'Kijk, Ik heb eerlijk gezegd heel weinig op met mensen. Ze zijn me meer tot last dan tot nut. jij bent daarop ook geen uitzondering. de nacht dat ik je redde op de begraafplaats, wat trouwens tussen haakjes niet eens mijn bedoeling was want je stond slechts in de weg. heb ik je heel lang gevolgd omdat ik erg twijfelde of je een van hen was.' Ivan fronsde zijn wenkbrauwen. 'een van hen?? Je bedoelt een vampier?' Hoe kom je daarbij??' 'Je Geur!' verduidelijkte de Magarijn. 'Je hebt de geur van vampieren in je kleren zitten! kennelijk heb je er al verscheidene gedood in je zwervende bestaan en zit de geur van hun bloed daarom nog duidelijk in je kleren!' Ivan slikte, hij schaamde zich bijna, hij leed inderdaad een zwervend bestaan waarbij men lange tijd op dezelfde kledij was aangewezen en een wasbeurt er vaak bij inschoot. Hij had er nooit bij stilgestaan dat dat ooit zo'n openlijke kwestie zou worden. de Magarijn vervolgde..'De vampier die ik gedood heb had ik al langer op het oog. en normaal had ik zijn graf allang gevonden maar jij verspreide met je omzwervingen door de stad een afleidende geur op elke plek waar je kwam.' zei hij terwijl hij onwennig met het glas om zijn mond speelde, kennelijk was hij helemaal niet gewend om uit glazen te drinken zoals mensen dat doen. 'Begrijp ik het goed dat onze oppermachtige Vampierdoder nu alleen maar naar mij toegekomen is om me te vertellen dat ik mijn kleren een keer moet wassen?' vroeg Bagarian laconiek. van zijn aanvankelijke schroom en terughoudendheid was nu weinig meer te merken.' De Magarijn lachte, kennelijk had het wezen behalve voor sarcasme ook een gevoel voor humor.' Ik kwam je eigenlijk vertellen dat ik jou wel kan gebruiken voor mijn verdere werk in deze stad.'

Ivan keek verontwaardigd. 'Mij gebruiken?' 'Excuses. ik bedoelde dat we elkaar kunnen helpen.' zei de Magarijn zichzelf corrigerend. 'Hoe bedoel je dat we elkaar kunnen helpen? waar heeft zoiets als jij mij nu voor nodig en waarom?' vroeg Ivan. De Magarijn ging verder, 'Dacht je nu echt dat wat er gisteren op de begraafplaats gebeurd is het einde was? Ik zal je wat kennis bijbrengen over Vampiers mijnheer de Vampierdoder, Vampieren zijn net ongedierte! Als je er een hebt heb je een heel nest! dacht je nu echt dat je met doden van een exemplaar het hele probleem had opgelost? de taak die hier voor mij in deze stad ligt is amper begonnen!' Hij wees met zijn vettige vinger naar een klant die aan de bar van de herberg hong, het was niet druk die middag maar er was toch een aanzienlijk aantal mensen, meestal reizigers. 'Zie je die vent daar?' Sprak de Magarijn. Bagarian knikte. 'Die man is nog niet zo lang geleden gebeten door een vampier.' 'Hoe weet je dat?' vroeg Bagarian. 'Dat ruik ik en dat zie ik aan zijn manier van uiterlijk en gedrag. Hij is lijkbleek, beweegt zich onhandig en heeft een afwezige blik.' dat zijn de verschijnselen van een eerste beet. deze man is wat wij noemen een knecht' ' Een 'knecht?' vroeg Ivan onwetend. 'Laat mij je iets vertellen mens. wat jij met je zogenaamde kennis nog niet weet, een vampierbeet hoeft niet altijd dodelijk te zijn, dat is pas zo als de vampier echt honger heeft en al het bloed tot de laatste druppel tot zich neemt. in dat geval heeft ie geen verdere plannen meer met zijn slachtoffer. heeft hij echter iemand nodig om voor hem te spioneren of handelingen te verrichten bij daglicht wat hij zelf niet kan maakt hij met een enkele beet iemand tot knecht, hij neemt daarbij een klein gedeelte van het bloed en het slachtoffer blijft leven , hij staat van af dat moment dan wel alleen in dienst van de vampier zonder eigen wil. hij zal pas weer vrij zijn als de vampier sterft. Bijt hij die zelfde persoon een tweede keer op die manier dan spreken we van een bloedknecht, die persoon blijft ook nog in leven maar krijgt vervolgens zelf ook dorst naar bloed en een bovenmenselijke kracht voor wat verder gaande handelingen, hij kan in dit geval nog wel tegen zonlicht en bij dood van zijn meester krijgt hij ook zijn menselijkheid weer terug. Bij zo'n derde beet sterft het slachtoffer de mensendood om vervolgens weer op te staan als een volbloedvampier. dat zal hij dan ook blijven als zijn maker sterft, en dan heeft hij nog maar slechts 1 uitweg uit zijn ellendige lot en dat ben ik. of overijverige mensensoorten zoals jij.' merkte hij schertsend op.

Dit was nieuw voor Ivan , tot nu toe werd aangenomen dat iedereen die gebeten werd als een vampier terugkwam. 'Waar heb je mij voor nodig?' vroeg Ivan nog steeds kijkend naar de man die de Magarijn had aangewezen. De Magarijn keer Ivan nu zeer ernstig aan. 'Bij een 'nest' hebben de vampieren meestal ook een leider, deze noemen we de Oppervampier. Deze is velen malen sterker en machtiger dan de exemplaren die onder hem staan en die jij tot nu toe gedood hebt. wat mij betreft..Ik heb er in de laatste 200 jaar pas 3 kunnen doden omdat ze zo moeilijk te vinden zijn..zelfs voor mij, daarvoor kom jij nu van pas..' Bagarian keek de Magarijn onbegrijpend aan. 'Hoe..kan ik je daarmee helpen? als zelfs jij hem al niet kan vinden?' 'Dat is het verschil tussen Magarijnen en Vampieren.' sprak de Magarijn, 'Vampieren hebben ondanks alles toch 1 ding voor op mijn soort, ze kunnen zich beter onder de mensen vermengen dan wij en jullie gebruiken en gewoonten overnemen zonder op te vallen. Wij daarentegen hebben zelden of geen contact met mensen en lopen daardoor erg snel tegen de lamp. daar komt nog bij dat een Oppervampier niet de zwakheden van zijn onderdanen heeft zoals knoflook en daglicht, al kan hij dan overdag niet zijn krachten gebruiken. ook kunnen ze s'nachts verschillende gedaanten aannemen van nachtdieren zoals wolven, vleermuizen en uilen, andere mensen en zelfs mist.'

'En jij vermoed dat zoiets zich hier in de omgeving schuilhoud?' vroeg Bagarian geintrigeerd. 'Dat vermoed ik niet maar dat weet ik zeker.' antwoorde de Magarijn koeltjes. 'om je daar in te vergissen moet je mens zijn en dat ben ik niet..Jij echter wel..jij kunt mijn ogen en oren zijn onder de mensen en op plekken komen en in kringen bewegen waar ik dat niet kan, want ten eerste verraad mijn onmenselijke gedrag mij en ten tweede mocht ik in mensengedaante in de buurt komen van slechts al een onbenullige normale vampier heb ik mijzelf niet meer onder controle en dood ik hem, daarmee is dan wel gelijk mijn dekmantel weg en in dat geval zal het voor de Oppervampier een makkie zijn om mij te ontlopen.' en dronk zijn glas wijn achteloos in een teug achterover zoals hij dat al met alle glazen tijdens dit gesprek gedaan had zonder dronken te worden. hij kende de grenzen en gebruiken van de mensen zeker niet.

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 01 dec 2009 16:16
door Spoekie
Hooi,
weer een heel goed stuk, het bevat heel veel informatie maar je hebt het leuk weten te brengen in het gesprek dus je leest het toch vlot weg. Wat ik me nou eigenlijk even afvraag eah schrijf je in word ? En heb je dit stukje zelf al nagekeken op foutjes of is die nakijk beurt achteraf nog niet geweest ?
Liefs spoekie

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 01 dec 2009 16:46
door Rebel
Nee dat moet ik nog maar eerlijk gezegd ben ik op het moment als ik schrijf meer bezig met verzinnen dan letten op fouten. maar ik ga dat nog doen en inderdaad ik werk in word ja.

Vriendelijke groeten, ik heet trouwens patrick.

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 06 dec 2009 18:46
door Rebel
Irena zat die middag op haar kamer voor een kapspiegel, ze borstelde haar haren met lange halen en dacht terug aan de jonge staljongen van de markies die haar zo openlijk en onomwonden zijn belangstelling kenbaar had gemaakt. Haar moeder Sarah die in hetzelfde vertrek aan een tafeltje achter haar bezig was met haar naaiwerkzaamheden zag de dromerige blikken van haar dochter in de spiegel. Moeders weten op dergelijke momenten feilloos wat er voor gevoelens en gedachten in hun dochter omgaat en hoeven dan alleen nog maar de details te vragen. Sarah glimlachte.. 'Vertel eens Irena, je borstelt daar nu al een uur je haren met die dromerige blik en die glimlach, is er soms iets wat je bezighoud? of..mischien iemand?' Irena schrok licht. daarna bedacht ze zich dat het toch onbegonnen werk was om iets voor haar moeder verborgen proberen te houden. 'Heeft het mischien iets te maken met een jongeman die zich opwerpt als je aanbidder? zo ja, wie is het? ik heb niet vaak gezien dat iemand zo'n invloed had op mijn normaal zo nuchtere dochter. vertel eens, is het een bekende of iemand uit de vreemde?' Irena kreeg een felle bloskleur en lachte via de spiegel terug. toen staakte ze haar bezigheden en draaide zich om. 'Het is de staljongen van de Markies moeder..hij heeft me meegevraagd om met hem mee te gaan naar het bal.' Sarah stopte met naaien en keek haar dochter met grote ogen indringend aan. 'Vader weet er van moeder. Hij had het gezien dat Tomi me aansprak in de stallen.' Sarah trok glimlachend haar wenkbrauwen op. 'Zo zo, Tomi. Dus jullie spreken elkaar al bij voornamen aan.' Irena moest blozen. in deze strenge tijd was het gebruikelijk dat zelfs Jonge mensen elkaar aanspraken met 'jongeheer' of 'Mijnheer' en 'Mevrouw' of 'Juffrouw'. zeker als men pas aan elkaar voorgesteld was. Irena hoefde zich echter nergens voor te schamen, haar ouders hadden het beste met haar voor en zouden haar geluk nooit in de weg willen staan. Ze hadden haar tot nu toe de ruimte gegeven terwijl andere ouders hun dochters tegen keur en willekeur uithuwelijkten, of zo'n huwelijk nou op liefde gebaseerd was was erg te betwijfelen. meestal was het uit zakelijke en financiele overwegingen ten behoeve van hun dochters toekomst.

Irena's ouders waren echter eenvoudige mensen en zouden er geen problemen mee hebben als hun dochter iemand uit dezelfde klasse zou trouwen, ze hadden haar altijd voorgehouden dat met hard werken en eerlijk zakendoen genoeg eer en geld te verdienen was als een mens nodig had. Ze stonden dan ook niet afwijzend tegen de uitnodiging van Tomi. bovendien was stallenjongen van een man als de Markies zeer zeker geen slechte betrekking en hoewel hij niet echt zo'n sterke bekende was kenden ze hem in de omgeving als een hardwerkende fatsoenlijke jongen waar weinig tot niets op aan te merken viel.

'Weet je dan al wat je op dat bal gaat dragen?' vroeg Sarah. Irena' s blik versteende, hoe kon ze dat over het hoofd zien? natuurlijk had ze niets om aan te trekken , een simpele jurk en een schort was alles wat ze bezat! vertwijfeld sloeg ze beide handen in het haar tot haar moeder zei. 'Haha! wees maar gerust mijn kind, zoals je ziet zorg ik hier toch niet met niets voor een bron van extra inkomen? ' ze wees naar het naaigerei en de stapel werk die ze erbij had.' 'wees maar niet bang. Maandagochtend gaan we gelijk naar de markt om stoffen in te slaan, het zullen helaas verre van dure stoffen zijn maar met mijn uiterste best weet ik er ongetwijfeld een jurk van te maken die menig meisje op dat bal zal benijden.' Irena keek haar moeder vreugdevol aan en vloog haar terstond om de nek. moeder en dochter knuffelden elkaar en lachte gelukkig. Irena voelde zich echt gezegend met haar ouders..

'Als je hier vannacht gaat slapen zal zo'n knecht je proberen te vermoorden.' sprak de Magarijn tegen Ivan. 'MIJ?!?' vroeg de vampierjager verwonderd? 'Ja, of deze het is of mischien een andere,dat weet ik niet.. maar je bent evengoed gemarkeerd.' zei de Magarijn terwijl hij achteloos een enorme slok wijn nam of het water was. 'Gemarkeerd? vroeg Bagarian geschokt. 'Je bedoelt dat ze mij op het oog hebben? is dat naar aanleiding wat er gisterenavond op die begraafplaats is gebeurt?' 'Slimme jongen!' beet de Magarijn hem toe terwijl hij met een klap het glas op tafel zette en zich voorover boog. 'En natuurlijk omdat je sinds je aankomst hier niet bepaald onder stoelen of banken hebt gestoken wat je beroep was, Mijnheer de vampierjager!' zei hij terwijl hij zijn kin afveegde met zijn vlekkerige mouw. Ivan verstijfde en slikte. Hij had er inderdaad niet zo bij stilgestaan maar als alles zo was als de Magarijn hem tot nu toe verteld had was het zeker niet zo slim geweest om zich gelijk bekend te maken, maar hij dacht dat het in eerste instantie om een enkele bloedzuiger zou gaan en niet om een netwerk, bovendien had hij de vampier niet vermoord maar de Magarijn. maar dat machtige wezen was tegen over dit soort vijanden natuurlijk wel stukken beter af als hij, dat sprak vanzelf. 'Ik weet wel iets.' vervolgde de Magarijn. 'jij leid een zwervend bestaan, ik denk dus dat je door de jaren heen hebt geleerd niet echt kieskeurig te zijn wat slaapplaats betreft, slaap vannacht in de paardestallen. die beesten hebben net als ik een neus voor vampieren en hun knechten, ze zouden je gelijk wekken met hun zenuwachtige gebries en gehinnik indien er eentje binnen zou komen.' Ivan knikte begrijpend ja. 'Je beschikt verder zelf wel over de ervaring en de middelen om jezelf voldoende te beschermen, jij wel.' sprak de magarijn en hij stond op van tafel. 'Ga je weg?' vroeg Bagarian. 'Ja mijn vriend, dat was het voor dit moment. Ik heb je de nodige informatie gegeven hoe je knechten kunt herkennen en voor de rest kan zo iemand als jij wel terugvallen op je eigen talenten, ik zeg het niet snel van een mens maar jij bent capabel genoeg.' Hij drukte de stoel naar achteren en wilde zich uit de voeten maken. 'Ik zeg je nog wel een ding, des te meer knechten er op je pad komen , des te dichterbij is de Oppervampier.' Ivan knikte begrijpend. 'Vergelijk het maar met een wespennest.' voegde de Magarijn er nog overbodig aan toe en begaf zich naar de uitgang. Ivan keek hem na. Ongelooflijk dat dit nu dat oppermachtige en oersterke monster was dat hij de dag ervoor was tegengekomen, nu in menselijke gedaante leek het warempel wel een strompelend oudje met een bochel. Ivan wist dat dit echter maar schijn was en wist dat de Magarijn zich onwennig als hij was met mensen maar een overtrokken gedaante had aangemeten waarvan hij tenmiste zeker wist dat men daar maar weinig achter zou zoeken.

'Hee wacht! nog een ding!' riep hij de Magarijn in eens toe die zich zogenaamd met moeite omdraaide en hem met smalle ogen aankeek. Ivan stond op en liep naar hem toe. 'Wanneer zie ik je weer en hoe weet ik hoe ik in contact met je kan komen?' vroeg hij. 'Zit daar maar niet over in .' antwoorde de Magarijn. 'Ik heb jou geur en weet jou wel te vinden. altijd en overal.' Zei hij glimlachend zelfgenoegzaam met zijn smalle ogen maar wel zeker van zijn zaak. 'En noem me voortaan in het geval ik in deze mensengedaante verkeer maar Magar, dat lijkt me voor jou wel handiger en toepasselijkker.'

Op dat moment kwam Irena de trap af en liep de twee voorbij. in het voorbijgaan knikte ze vriendelijk naar Ivan en wenste hem goedendag, hetzelfde deed ze met de armoedige vettige ongeschoren sloeber die naast hem stond met die vette pet en smalle ogen, ze bekeek hem maar vluchtig en liep met een verwrongen glimlachje door. Ze was niet echt afkeurend ingesteld maar deze figuur spande wel de kroon, bovendien stonk hij.
Ivan keek haar na hetgeen niet onopgemerkt bleef door de Magarijn die eerst naar Ivan keek en vervolgens weer naar Irena. 'Als je zin hebt om met haar te paren dan vraag je dat toch gewoon?' Zei hij in eens. Ivan was gelijk uit het veld geslagen en keek hem met grote ogen aan. 'Pardon?' vroeg hij verbaasd lachend. 'Poeh! neem me niet kwalijk.' antwoorde de Magarijn. 'Ik was vergeten hoe complex jullie je omgang maken en hoe moeilijk jullie doen door jullie ware aard te verschuilen achter jullie zogenaamde regels en fatsoen. nee, ik rook je paringsdrift door je kleren heen toen je haar zag dus ik weet dat ze je aanspreekt, net als ze de rest van je mannelijke soortgenoten hier doet trouwens, en bij haar rook ik iets van gelijke orde al dan niet op jou gericht. nou ja, ik zie je wel weer , vaarwel mijn vriend.' en hij strompelde richting uitgang. toen hij langs de toog liep waar Sergey bij de wijnvaten stond bleef hij in eens stijf staan, graaide in de zak van zijn versleten jas en gooide nog een gouden dukaat op het tafelvlak. Sergey riep verwonderd 'Maar heer!! dit is toch werkelijk veel te..' ''Weinig?' riep de Magarijn om vervolgens tot stomme verbijstering van Sergey nog zo'n dukaat nonchalant op de toog te gooien. Sergey kon geen woord meer uitbrengen en terwijl hij aan het hakkelen was strompelde de Magarijn de deur uit...achterlangs de herberg via de handelsweg richting het dichtbegroeide woud. een in zichzelf lachende Ivan hoofdschuddend achterlatend..

'In de stallen???' Vroeg Sergey verbijsterd? 'Jij verkiest de paardestal boven een lekker warm bed en de veiligheid van de herberg?' Ivan lachte. 'Mijn vriend. ik heb er zo mijn reden voor, en mocht er van af nu iemand naar je toe komen en naar me vragen zeg dan maar dat je niets weet en laat het me vervolgens gelijk weten, heb je dat begrepen?' vroeg hij vervolgens zeer ernstig. Sergey keek hem met gefronsde wenkbrauwen bedenkelijk aan. Maar de twee mannen kenden elkaar intussen al een beetje en knikte instemmend. de vampierjager zou zijn reden er wel voor hebben in verband met zijn beroep en dat voor zichzelf willen houden. dat was Sergey best, hij was als waard wel wat gewend.

Die nacht sliep Irena dromend van zichzelf in een schitterende baljurk op het bal dansend met haar nieuwe bewonderaar die haar met zijn grappige, onbeholpen maar aandoenlijke gedrag vreemd genoeg zo diep wist te raken. Sergey lag naast Sarah te woelen omdat hij met zijn gedachten nog niet bij het hoe en waarom kon van de onbekende sloeber die gemakkelijk zoveel geld uitdeelde dat hij de hele wijnvoorraad op had kunnen kopen en Ivan sliep in de pikdonkere stal..achterin bij de muur, voorbij de paarden waar het hooi lag en hij uitkeek op de de staldeur waar een strook licht van de volle maan onder de deur naar binnen kwam, op dit moment had hij zijn ogen nog wijd open, had een streng knoflook om zijn nek gegooid en een gigantisch mes in zijn hand en in de andere een houten spie. Hij verkeerde in spanning naar aanleiding van wat de Magarijn hem verteld had, hij vroeg zich af of iets of iemand wist dat hij hier zou slapen en nam ieder geluid wat hij buiten en binnen hoorde behoedzaam in zich op..onder een paardendeken de uitgang in de gaten houdend wachte hij af, zijn instinct was gespannen en hij had een voorgevoel dat de nacht hem iets zou brengen, en zijn voorgevoel had de oude ervaren vampierjager zelden voorgelogen...

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 08 dec 2009 14:36
door Spoekie
Heey,,
Weer een leuk stukje :D
Ik zie dat je af en toe nog steeds met die puntjes werkt maar het is al een stuk minder. Dit leest echt een stuk fijner.
Ik wacht op het volgende stukje :D
Liefs Spoekie

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 11 dec 2009 01:07
door Rebel
In de Stal lag Ivan nog lange tijd onder de paardendeken te woelen van de spanning. in zijn hoofd gingen de dingen die hij in zijn gesprek met de Magarijn doorgenomen had keer op keer door zijn hoofd. Tot op een gegeven moment de slaap toch de overhand begon te krijgen. In het begin had hij nog gespannen de loop van de nacht afgewacht en alert de deur van de stal in de gaten gehouden. Nu kreeg hij echter last van dubbel zicht en ondekte ie dat ie keer op keer wakker schrok uit zijn overpeinzingen. kortom, hij was aan het knikkebollen. Hij kwam tot de conclusie dat het nu wel laat genoeg was geworden en dat als er iets stond te gebeuren die nacht dat allang al gebeurd had moeten zijn. Hij stelde zichzelf met die gedachte gerust en draaide zich nog een keer om om zich comfortabel te maken, legde zijn hoed over zijn ogen en wilde ze sluiten. Toen opeens...De paarden werden ineens hysterisch! Ze begonnen te briesen en te hinniken en Ivan begreep direct dat ze iets waarnamen. Met de reflexen van een kat schoot hij recht overeind! er klonk gerommel en geroezemoes aan de andere kant van de muur. er was iets of iemand buiten de stal. Ivan concentreerde zich om beter op te maken hoe of wat toen hij opeens honden hoorde blaffen gevolgd door een zware toonloze mannenstem. 'Hij zit hier! Hij zit hier meester, Hij bevind zich in de stallen! Ivan versteende. was men hem aan het zoeken met speurhonden? en wie was die meester?

Veel tijd om zich dingen af te vragen kreeg hij niet, het luide geblaf van de honden verstomde nadat iemand ze het bevel had gegeven om stil te houden. Daarna werd er keihard op de staldeur gebonkt! 'Ivan Bagarian! Ivan Bagarian! We weten dat je daar in zit! kom onmiddelijk naar buiten!' Ivan meende aan het geluid te horen dat er minimaal 4 tot 5 man buiten liepen. 'Bagarian! we menen het kom naar buiten! Ivan hield zich stil, hij zat op zijn hurken in de donkere stal en piekerde er niet over, of het nu mensen of vampieren waren, als ze hem wilden hebben moesten ze hem komen halen! Ineens hield het roepen op. Dat wilde volgens Ivan er op wijzen dat ze iets van plan waren, vampieren konden hier niet zomaar binnendringen omdat die eerst uitgenodigd moesten worden, mensen echter niet. Opeens klonk er een tweede stem..een hese.. niet echt menselijke stem . Bagarian begreep vrijwel direct dat het hier om een vampier ging. 'Ivan Bagarian ! Jij bent daar binnen! hou je niet van de domme en kom naar buiten! Als je denkt dat we niks kunnen beginnen als je daar binnen zit heb je het mis want dan gooien we gewoon onze fakkels op het dak en ook op die van de herberg! dan ga jij er aan maar je vrienden ook!

Verdomme! daar hadden ze hem tuk. ze konden inderdaad makkelijk de herberg in lichterlaaie zetten en dan zouden de gasten , Irena en haar familie de prijs moeten betalen. Nu had hij geen keus meer..maar..waarom staken ze de boel eigenlijk niet gelijk in brand? Vampieren zouden over een dergelijke daad niet eens twee keer nadenken. Opeens klonk de hese onmenselijke grafstem weer. 'Bagarian! we geven je de kans om je levend aan ons over te geven, zoals je zelf ook wel zult begrijpen zouden we deze moeite nooit doen als we je dood hadden willen hebben, dan zouden we de boel gelijk in de hens hebben gezet! Jij hebt echter iets dat wij willen!' Wat zij wilden? Ivan verwonderde zich, wat had hij nou dat interessant was voor een vampier? Bagarian probeerde de paarden te kalmeren en naderde voorzichtig de staldeur en zei. 'Goed, maar geef me nog even de tijd, Ik kom niet naar buiten zonder knoflook om mijn nek! ik laat me niet leegdrinken door jullie soort!' Dit was in feite maar tijdtrekkerij, hoe dan ook. Na dit knullerige antwoord bulderde de mannen buiten direct in schaterlachen uit. De dode hese stem zei. 'Haha oke hoor Bagarian! doe je strengetjes maar om! als jij denkt dat dat helpt en je voelt je er beter door moet je dat vooral doen, maar wij wachten nog maar een paar seconden!' Die seconden waren alles wat Ivan nodig had. wat hij uit de stemmen op kon maken was dat het buiten om 1 vampier ging en voor de rest om 3 of hooguit 5 mannen. vast en zeker 'knechten' zoals de Magarijn ze al genoemd had. zij hadden ook nog eens jachthonden bij zich, zo hadden ze hem ook in de stal gevonden.

Ivan deed inderdaad strengen knoflook om maar dat was maar een rotsmoesje. Hij scheurde een witte doek uit een paardendeken en maakte daar een draagdoek van , een zogenaamde mitella, waar mensen hun arm in laten rusten als ie gebroken is. Iedereen wist van zijn avontuur op de begraafplaats en zijn gevecht met de vampier die door de Magarijn was gedood. Hij wilde voordoen of hij aan zijn rechterarm gewond was. Hij opende zijn zak met spullen en haalde er een kruisboog en een houten pijl uit tevoorschijn.

De kruisboog was anders dan gangbaar was in die tijd. het was een stuk kleiner en in plaats van een boog zaten er slechts twee hele korte boogarmen op en het had het ding slechts maar een klein handvat met een trekker, deze zat niet aan de achterkant zoals bij een gewone kruisboog maar vooraan onder de plek waar bij het spannen de hand onder de voorkant terecht kwam. Het wapen zeer smal en hoewel het niet zoveel spankracht had als een gewone kruisboog kon het over de korte afstand toch van pas komen. Ivan spande de boog, deed er een houten pijl met weerhaken in zonder metalen punt die hij in heilig wijwater gedoopt had en deed hem in de mitella waar hij zijn 'gewonde' arm in had hangen. 'Schiet je nog op Bagarian!' Klonk buiten de krasse maar luide vampierenstem. Ivan begaf zich richting de staldeur.

'Kom maar gerust naar buiten Bagarian! wij hebben ons al van de staldeur verwijderd, we willen slechts met je praten! doodmaken kunnen we je altijd nog!' klonk de krasse stem. Ivan gooide de vergrendelbalk uit de dragers en opende de deur voorzichtig..hij speelde met zijn leven maar had geen keus, krakend ging de deur open en vulde de stal zich met maanlicht, er was niemand die hem vastpakte of naar buiten rukte. Toen hij de staldeur echter opengooide zag hij op enkele meters afstand een bende mannen met fakkels staan. Bij het licht van de maan en fakkels zag Ivan dat het 5 kerels waren waarvan er 1 in het midden stond. Deze droeg de deftigste kleren met een rode mantel, witte handschoenen en zelfs een musketiershoed met pluim, het gezicht was amal en bleek met een puntige kin, rode ogen en slagtanden, overduidelijk de vampier. Hij werd geflankeerd door 2 mannen aan iedere kant. vier mensen met duidelijk met eenvoudige boerenlompen met een pet en fakkels in hun handen. 1 van de mannen had twee honden bij zich. Toen Ivan buiten kwam stond hij lijnrecht tegen de mannen. met links van hem de herberg en rechts het bos.

'Zozo! je armpje in het verband?' Zei de stem sarcastisch toen hij Ivan naar buiten zag strompelen. Ivans gestrompel was echter een portie acteerwerk waar hij zijn redenen voor had. ook al had hij nog wel flink last van zijn verwondingen na de ontmoeting met de vorige vampier op de begraafplaats. afijn, in het donker was ook niet te zien dat hij in zijn draagdoek de kruisboog vasthield. 'Wat wil je van me vampier?' Vroeg hij op de man af. De Vampier kwam ter zake. 'jij hebt Sorgoi vermoord is het niet? vroeg de vampier sissend. Sorgoi was mijn soortgenoot die gedood is de begraafplaats! Of...heb jij het niet gedaan en was het die zogenaamde gevleugelde duivel waar je het over had? Vertel op! was dat waarheid of gewoon dronkemansgelal?' Ivan bedekte met zijn linkerhand zijn ogen tegen het fakkellicht en antwoorde 'Nee echt niet! het was echt een gigantisch wezen dat hem het hoofd afsloeg met een klauw!' Terwijl hij dit zei werd hij door de knechten aan vier kanten omsingeld. Ivan liet zich echter niet van de wijs brengen. de gestalten waren log en lomp..bovendien liep alles voor hem nog hoopvol volgens plan, maar dichterbij moesten ze niet komen. 'Dat dachten we al!' sprak de vampier terwijl de fakkel die ie omhooghield zijn woedende gezicht verlichte. 'De manier waar op ie vermoord is kan nooit door een mens gebeurd zijn! vertel op! Wie of wat is dat wezen? Beheers jij het? Volgt het jou bevelen op ? Waar is het zodat we het kunnen doden!! Ivan lachte scherpjes en keek de vampier met smalle ogen aan. 'Wil jij mij vertellen..' sprak hij 'dat zelfs jullie niet weten wat dat ding is??' Deze vraag was niet echt geacteerd. het verbaasde hem echt dat zelfs de bovennatuurlijke vampieren door hun eveneens bovennatuurlijke vijand voor een raadsel werden gesteld.

'Als je niets weet te vertellen zijn dit je laatste momenten!' brulde de vampier. 'Ik zal.. 'Wacht! zei Bagarian die vond dat het moment nu of nooit was want de knechten kwamen al behoorlijk dichterbij. 'Ik zal je vertellen wat ik weet al is het niet veel, het is een Wezen dat er op gebrand is om jullie allemaal uit de weg te ruimen en het enige dat ik weet is dat ie jullie op kan sporen door jullie geur, tien keer sterker is dan jullie en dat het wezen Magarijn genoemd word.'

'Magarijn?? Ruiken??' En hoe weet jij dat allemaal?' Sliste de vampier. 'Je zal me mischien niet geloven. maar hij is me gisterenmiddag in mensengedaante op komen zoeken om me te spreken en heeft een hele karaf wijn met me leeggedronken.' Antwoorde Ivan licht spottend met brede glimlach onder de rand van zijn hoed vandaan. Het was hem echter bittere ernst! Hij was van plan de verborgen kruisboog te richten op de hartstreek van de vampier. vampieren hebben echter de gave om zich snel als de bliksem te kunnen bewegen, sneller dan voor een mens mogelijk was om naar te handelen. Daarom was het Ivans strategie om de vampier zodanig uit balans te brengen door hem op stang te jagen en zijn aandacht in beslag te nemen. de knechten kwamen langzaam maar zeker dichter bij hem. In een laatste poging de vampier uit balans te brengen sprak hij ' Hij weet ook alles van jullie, van jullie plannen en de Oppervampier..'

Toen de naam 'Oppervampier' viel werd de vampier duidelijk van zijn stuk gebracht. hij zette grote ogen op en zei 'Oppervampier??? wat heeft ie je verteld over...RATS! meer tijd om iets te zeggen kreeg hij niet! Ivan had de trekker van de boog overgehaald en de houten pijl suizde razendsnel naar de hartstreek van de bloedzuiger! maar..wat was dat? tot Ivans grote ontzetting moest hij waarnemen dat de vampier desondanks toch nog snel genoeg was geweest om de pijl tegen te houden want schijnbaar hield hij de staart van de pijl vast in zijn vuist net voor zijn borstkas ..of ..toch niet? Ivan zag ineens bloed stromen! Het was toch raak! de vampier staarde Ivan met grote rode ogen en wijd opengesperde bek aan terwijl het een hees en kreunend geluid uitstote.

De knechten vielen Ivan direct aan! Ze snelden op hem toe en grepen hem bij zijn kleren en wilden hem slaan met fakkels en vuisten toen opeens..ze stokstijf stilstonden en begonnen te wankelen. Hun meester de vampier, was inmiddels door zijn knieen gezakt . een houten spie in het hart van een vampier was dodelijk dus een houten pijl ook. de pijl met weerhaken was bovendien gedoopt in heilig wijwater wat eveneens dodelijk was voor de vampier. indien de houten pijlen niet diep genoeg zouden gaan doopte Ivan ze altijd in wijwater van de plaatselijke kerk. omdat de vampier stervende was was zijn kracht over zijn menselijke knechten aan het afnemen om bij zijn dood geheel te verdwijnen. het was immers precies zo als de Magarijn tegen Ivan gezegd had ''Maakt hij iemand tot knecht, dan zal hij zal pas weer vrij zijn als de vampier sterft. '' dat was nu het geval en Ivan realiseerde zich dat.

Uiteindelijk viel de vampier op zijn zij dood en met open ogen tegen de grond. op dat moment deden zijn menselijke knechten hetzelfde alleen echter niet dood. Ivan verspilde geen tijd aan winnaarsgejuich en keek ijverig om zich heen, naar de rand van het bos, de herberg en overal elders. wie zei immers dat dit de enige vampiers en knechten waren die die nacht waren gekomen ??? Er gebeurde echter niets en Ivans wichelroede gaf niets aan..gerustgesteld boog hij zich over de knechten. deze lagen kreunend en stuiptrekkend van de koorts over de grond te rollen hoewel het niet leek of ze er zich bewust van waren. Dit waren schijnbaar de bijverschijnselen indien een 'knecht' onder de invloed van de vampier uitkwam en terugkeerde naar zijn oorspronkelijke menselijke staat. Het rollen en bibberen hield op den duur op en de mannen bleven bewusteloos stil liggen. De jachthonden lagen angstig op de grond en keken het met lede ogen aan. Ivan overwoog wat ie met de mannen moest doen. welliswaar vormden ze geen gevaar meer maar wat moest ie doen als ze weer bij positieven kwamen? ze alles vertellen? alles ging hier altijd als een lopend vuurtje rond en Ivan kwam tot de conclusie dat hij met zijn speurtocht naar de Opper-vampier en zijn samenwerking met de Magarijn geen extra aandacht kon gebruiken wilde hij die taak naar behoren kunnen uitvoeren. Hij joeg de honden weg, sleepte de bewusteloze mannen naar de hooiberg en ging terug om het lijk van de dode vampier te begraven aan de rand van het bos. Hij ging vervolgens weer terug naar de mannen en legde ieder van hen een lege wijnfles in de hand. het was zijn filosofie dat iedereen , de mannen zelf inbegrepen, hun geheugenverlies en afwezigheid zouden verklaren door dronkemanschap.

Hijzelf wiste alle sporen uit en ging terug naar de stal. Morgen was het Zondag en het was in die tijd een soort ongeschreven wet dat iedereen dan in de kerk zat. Ivan, Hoewel zelf ooit priester geweest moest er niet aan denken zo vroeg op te staan na dit alles en wilde zijn slaapuren inhalen en zich morgen wel in de loop van de dag opfrissen. Zijn afwezigheid zou hij wel verklaren met de smoes dat hij nog last had van zijn verwondingen en rust nodig had. Hij kroop onder de paardendeken in bijzijn van de inmiddels weer rustig geworden paarden en viel vrijwel direct in slaap. De volgende ochtend bij zonsopgang luide de kerkklokken en Irena en haar ouders gingen zoals iedere zondag naar de kerk. de bevrijde vampierknechten vond men inderdaad zoals Ivan gepland had bij het hooi en ze werden versleten voor dronkaards die zelf geen eens een idee hadden van wat ze hadden uitgespookt. Ivan draaide zich bij het klokkengeluid nog een keer tevreden om en dacht bij zichzelf dat er vandaag toch geen eer te behalen viel want het was een rustdag. morgen, als alles en iedereen weer actief was op de markt en op het land begon zijn missie pas echt..

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 13 dec 2009 09:32
door Sabbientje
Hoi Rebel,

Je had bij het typex team gevraagd naar een inhoudelijke reactie.
Ik heb stukken van je verhaal zitten lezen. (niet geheel want dan ben ik mijn hele ochtend kwijt :P)

Plot: Origineel is het zeker. Ik heb nog nooit iemand een soort van myshologisch figuur zien bedenken.
Dus wat dat betreft zit je helemaal goed.

Schrijfstijl:
Je maakt mooie zinnen. Gebruikt goede woorden. Ik kan zo op het eerste gezicht weinig tot geen spellingsfouten vinden. Dus dat is in ieder geval goed.

Overigens kwam ik net het woord “Hong” tegen. Dat bestaat niet volgens mij.
Het werkwoord hangen heeft in de verleden tijd Hing.
Ik hing aan de boomtak
Hij hing aan de boomtak
Wij hingen aan de boomtak (en toen zei de tak “krak”)
Ik heb aan de boomtak gehangen.

Let op als je een nieuwe zin begint dat je met een hoofdletter begint. Dat zag ik ook enkele keren.
En een geschreven zin:
“Ik zei nog dat je niet aan die tak moest gaan hangen,” riep moeder kwaad.
Riep (kan ook zijn vraagt, zegt, en ga zo maar door) hoef je niet met een hoofdletter te schrijven.


Het leest best lekker weg, maar.... (Ja er is altijd een maar te bedenken :P)
Als ik zo je verhaal zit te lezen mis ik iets.
Ik vind het op een afstandelijke manier neergezet. En dat is zonde, want met een verhaal als dit is echt heel wat te bereiken.
Als ik sommige stuken nu zit te lezen, dan heb ik het gevoel dat ik een encyclopedie lees.
Wat ik vooral mis zijn beeldende omgevingen en gevoelens en emoties van de mensen die je erin laat spelen.
Hoe voelen ze zich? Zijn ze bang, boos, verdrietig?
Wat hebben ze aan? Hoe zit hun haar? Wat is hun houding?
Hoe is hun omgevind. Ruisende wind, badend zonlicht, regen, bomen, stoelen, tafels.

Als je bijvoorbeeld schrijft:
Het waaide hard. Oscar had moeite om tegen de wind in te komen. Hij had het er warm van en zat er aan te denken zijn jas los te maken.

of:
Het waaide hard. De wind ruiste door de bomen en liet de boomtakken flink bewegen. Oscar zat over zijn stuur gebogen en kwam met moeite tegen de wind in getrapt. Zijn hoofd was rood en hij voelde het zweet over zijn rug lopen. Zou hij er verstandig aan doen zijn jas een stukje open te doen? Oscar schudde zijn hoofd. Dat leek hem niet slim. Dan zou de wind hem nog meer tegenhouden.

In beide stukken vertel ik hetzelfde, alleen in de tweede is het mooier uitgewerkt en kun je er meer gevoel bij krijgen.

Verderop in het verhaal gaat het wel iets beter, maar het kan nog veel meer.

Als laatste puntje wilde ik nog even melden dat het uitschrijven van cijfers in een verhaal vele malen netter staat dan gewoon het getal neerzetten.
Dit natuurlijk tot een bepaalde hoogte.

Ik hoop dat je iets aan mijn commentaar hebt.
Succes met schrijven.

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 13 dec 2009 09:48
door Rebel
heel erg bedankt voor je commentaar, hier kan ik wat mee en ik kan me er grotendeels ook goed in vinden. Dat de schrijfstijl wat weg heeft van een encyclopedie heeft mischien grotendeels te maken met het feit dat ik ook meer docu lees dan romans en daar onbewust de stijl min of meer van overneem. Dat is wel een goede reden om hier aan te werken. ik zal bij de rest van het verhaal zeker je bijdrage en commentaar strak in mijn achterhoofd houden en het beste er van maken. dat voel ik me aan de lezers verplicht.

Vriendeljk bedankt.

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 31 jan 2010 02:05
door Rebel
Het was die Zondagmorgen kil en frisjes voor de tijd van het jaar, Grijze wolken lagen boven de omgeving en er stond een kalme toch waterkoude wind. hoewel het niet hard waaide hoorde men de windvlagen toch duidelijk langs de scherpe hoeken van het Kasteel loeien.

Onder bij de ophaalbrug stond Tomi ijverig zijn taak te verichten, de blonde stallenjongen met de blauwe ogen was volledig in uniform en bezig om de gitzwarte paarden van zijn meester de Markies voor de koets te spannen. hij was gekleed in zijn zondagse ruiterskostuum. een zwart pak met glinsterende koperen knopen, zwarte mantel met daaronder een even zwarte broek met riem en opvallende zilveren gesp, met daaronder weer zwarte glimmende opgepoetste laarzen. op zijn hoofd droeg hij een zwarte hoed met drievoudige steek en pluim. nadat hij de paarden voor de dissel van de koets had gespannen trok hij zijn fluwelen witte handschoenen aan.

Hij was verwikkeld in zijn bezigheden, of waren het mischien zijn gedachten? hij merkte in ieder geval niet dat de Markies op enkele meters afstand achter hem opdoemde en hem gade sloeg. de man was eveneens op zijn zondags gekleed met een purperen kostuum van een stof die alleen de voornaamsten zich konden veroorloven. Hij droeg een rode mantel die tot net onder zijn knieen kwam, zijn kraag en mauwen waren afgezet met de witte franjers die we goed kennen van oude schilderijen van de adel uit die tijd. ook hij droeg witte handschoenen en een purperen hoed met pluim. het was duidelijk een man van aanzien.

Met bedenkelijk samengeknepen ogen en wolken van condens uitademend door de kou liep hij naar Tomi die nog steeds niet in de gaten had dat hij benaderd werd. ''Zo!'' brieste de Markies. ''Ik zie dat je taken vanmorgen erg snel maar piekfijn hebt uitgevoerd.'' Hiermee doelend op de goed onderhouden koets met paarden. Tomi schrok, keek verschrikt achterom en ging vrijwel onmiddelijk rechtop in de houding staan, zoals dat voor een bediende in die tijd gebruikelijk was om te doen tegenover zijn meester.

De Markies glimlachte flauwtjes maar vriendelijk en liep naar de paarden, terwijl hij de voorste begon te strelen en aaien sprak hij Tomi aan zonder hem aan te kijken. ''Jijzelf ziet er ook erg representatief uit, dat is altijd wel zo maar ik kan me toch niet aan de indruk ontrekken dat je iedere keer wel extra aandacht aan je voorkomen besteed als we naar de stad gaan.'' Tomi verstijfde, ''Mijnheer, het is vanzelfsprekend dat wanneer men zijn meester naar het huis des heres brengt en vergezelt men er in die heilige plek onberispelijk uit behoort te zien.''

De Markies glimlachte weer.. hij moest onwillekeurig lachen om het statige en formele antwoord van zijn jonge stalknecht. ''Dat is zeker,'' antwoorde hij ietwat lacherig maar met een beamende knik en opgetrokken wenkbrauwen ''Maar Tomi, vertel mij eens eerlijk, het valt mij de laatste tijd vaker op dat wanneer je hoort dat we naar de stad gaan je ijver en bereidwilligheid toch groter lijkt dan normaal.'' nu keek hij zijn stallejongen glimlachend en met een schuine blik aan. ''heeft je enthousiasme op die momenten dan echt niets te maken met je fascinatie voor een zekere jongedame die je daar aantreft, als ik me niet vergis, in de herberg om precies te zijn, hm?''

Tomi verslapte, het was duidelijk dat zijn meester de situatie goed inschatte, terwijl hijzelf toch dacht dat hij ongemerkt te werk was gegaan wat zijn gevoelens en omgang met Irena betrof, bovendien verkeerde hij in de veronderstelling dat iemand met zo'n status als zijn meester wel belangrijkere zaken te doen had dan zulke dingen van zijn knechten op te merken. niet dat hij dat zag als een negatieve zaak, maar de meeste adel kenden de namen van hun personeel zelfs na jaren niet eens laat staan dat ze belangstelling toonden voor hun persoonlijke leven. Een dergelijk gesprek over persoonlijke zaken zoals nu tussen hem en de hertog kwam dan ook niet echt vaak voor in die tijd.

''Mijn meester is zeer opmerkzaam.'' antwoorde Tomi nog steeds formeel in de houding.De Markies wende zich nu af van het paard en stond nu recht tegen over Tomi ''Ontspan je maar.'' zei hij op vriendelijke toon, zijn stem klonk heel erg kalm en geruststellend. ''Ik mag dan wel de meester zijn, maar ik ben ook je medemens, en jij hebt je sinds de dood van je vader een goede en loyale opvolger van deze deze taak getoond dat ik je intussen meer ben gaan zien dan simpelweg een knecht en staljongen.'' Tomi was verbaasd over deze woorden en kreeg het er warm van, de Markies bleef hem ondertussen lachend aankijken terwijl ie nog eens extra zijn fluwelen handschoenen straktrok.

''Vertel mij eens, hoe sterk zijn je gevoelens eigenlijk voor deze jongedame? is het een serieuze aangelegenheid of is het slechts een typisch avontuur zoals gebruikelijk is voor jongens van jouw leeftijd? je kan het me gerust vertellen,ik ben ook jong geweest.''Tomi stammelde '' Uwe excellentie, Mijn gevoelens voor deze jonge vrouw zijn erg sterk, eigenlijk al van af de eerste dag dat ik haar zag toen ik u voor het eerst naar de stad begeleide, ik kan haar sindsdien niet uit mijn gedachten krijgen en onlangs heb ik al mijn moed verzameld en haar uitgenodigd voor het bal dat uwe excellentie gaat geven voor zijn eenvoudige onderdanen.'' ''Zo, zo.'' antwoorde de markies olijk, ''Naar mijn bal? dat is dan niet mis. ''Eigenlijk niet eens zo gek dat deze dame deze invloed op jou heeft, ik ben er al lang achter dat zij vele bewonderaars heeft in de omgeving..waaronder ook mijn zoon Leon ben ik onlangs achter..'' Tomi schrok en verstijfde bij het horen van deze woorden. De zoon van de Markies! was dat het nut van dit hele gesprek? dat hij te horen moest krijgen dat de zoon van zijn meester ook bewondering had voor het meisje dat hij zo aanbad? was het de bedoeling van deze zogenaamde belanstelling en spontaan aangeknoopte gesprek dat hij zijn plaats zou kennen en nu terugschrok ten gunste van de zoon van de Markies? Zijn gezicht vertrok ter plekke..

De Markies bemerkte dit en leek zijn gedachten te raden. gelukkig klonk tot geruststelling van tomi: ''Rustig maar, ik been geenszins van plan om jou op welke manier dan ook iets in de weg te leggen als je dat soms denkt, bovendien, als Leon toevallig belangstelling heeft voor dezezelfde jongedame heeft hij net als jij ook de leeftijd om voor zijn eigen zaak op te komen, en trouwens, ik denk dat de dame in kwestie haar eigen keuze wel kan maken. bovendien..als mannen onder elkaar.. was jij eerst..toch?'' Hierbij keek hij Tomi aan met een geruststellende glimlach waar geen valsheid of andere achterliggende bijgedachte in leek te liggen. ''Ik zal je vertellen wat ik wel doe.'' sprak de markies. ''Ik geef je na de kerkdienst vrij en je mag een rijpaard nemen om te gaan en staan om te doen en laten wat je vandaag wilt, en met wie je wilt, hoe lijkt je dat?'' Tomi was stomverbaasd..een paard? hij kreeg vrij en bovendien ook nog een paard ter beschikking? zo'n gunst was ongehoord tegenover een eenvoudige stalknecht. het begon tot zijn hoofd te schieten wat hij die dag zou gaan doen, hij zou Irena op kunnen zoeken..haar het hof kunnen maken.de dag met haar doorbrengen!

''Uwe ecxellentie,..u bent te goed..'' stamelde te jongen ''ik weet niet wat ik moet z..'' de Markies onderbrak hem en gaf hem een schouderklopje, ''het is niet alleen voor jou dat ik dit doe, ook je vader die mij voor jouw jarenlang heeft gediend was een goede man, zijn zoon verdiend het beste.'' Na deze woorden kwam uiteindelijk ook de zoon van de Markies naar buiten, hij droeg precies dezelfde kleding als zijn vader, hierbij was het gesprek ten einde, de Markies en zijn zoon gingen in de koets zitten en Tomi nam zijn plaats op de bok weer in. met een slag aan de teugels en een kort commando bracht hij de paarden in draf en begaf de koets zich richting de stad.

De oude gotische kerk zat die ochtend stampvol, dat was nog zeer gebruikelijk in die tijd. het kwam toen gewoon niet in je op om niet te gaan en iedereen, van de hoogste adel tot de eenvoudigste landloper en dakloze. de priester preekte zoals gebruikelijk afwisselend over liefde en naastenliefde, over goedheid en zonde en over hemel en hel. iedereen zat met zijn pet en hoed in de hand terwijl de vrouwen zoals gebruikelijk een hoofdoek om hadden. terwijl de preek door de oude kerk galmde zochten Tomi's ogen Irena. Hij zat vooraan op de middelste rij banken en wist zeker dat ze hier ook zat, dat was iedere zondag het geval, dan zat ze hier met haar familie.

Tomi keek 'onopvallend' naar links en stroopte met zijn blik de hele zaal af, hij keek achter zich, hij keek rechts van zich maar nergens ontwaarde hij haar..toch..plots keek hij opzij en opeens zag hij haar, zij zat op de rij banken een tiental meters rechts van hem naast haar ouders, haar ogen waren vol aandacht op de priester gericht en ze leek zich niet bewust van de blikken van Tomi. zijn hart werd week en klopte sneller..wat was ze toch prachtig. die ogen, ze droeg een lichtblauwe hoofdoek met een eenvoudige zwarte boerenjurk en een wit schort aan de voorkant. hoewel haar klederdracht de eenvoud zelf was was ze voor Tomi het mooiste wezen wat er was, haar zwarte lokken vielen onder de hoofdoek uit en hingen tegen haar sneeuwwitte wangen, haar prachtige blauwe ogen die schuin naar boven waren gericht glinsterde, onbewust van de blikken van Tomi keek ze zeer ernstig naar de priester wiens commentaar voor Tomi maar achtergrondgeluid was waar hij geen woord van opstak.

Plots! was het net alsof ze op haar rug werd getikt... alsof ze voelde dat ze bekeken werd, haar blik gleed in eens allerlei kanten op alsof ze iets zocht..tot opeens ze regelrecht oogcontact kreeg met Tomi, deze schrok zichtbaar en kwam kort omhoog van de kerkbank om vervolgens weer neer te ploffen, hij slikte en wist zich even geen houding te geven nu hij zo direct de aandacht had van het object van zijn verering. tot zijn opluchting glimlachte ze opeens, de glimlach werd een giegel en in eens zwaaide ze zelfs stiekem..hij werd gerustgesteld en kreeg het warm van binnen..ze kom zich niet voorstellen wat ze bij deze verliefde jongen teweegbracht.

De kerkdienst zat er al lang en breed op en Irena was die namiddag rond de stallen van de herberg te vinden, ze werkte niet op Zondag maar er was toch niks op tegen om de paarden te aaien en te liefkozen? terwijl ze dit deed reed hoorde ze opeens een paard naderen..

Toen ze naar buiten liep om te kijken wie er op de rustdag nog aan kwam rijden zag ze een prachtig rijdier met een erg opgedofte ruiter in het zwart. alsof het de normaalste zaak ter wereld was liet Tomi zich uit het zadel glijden en begroete Irena door overdreven te buigen en zijn hoed af te nemen, deze onbenullige maar aandoenlijke poging om ridderlijk over te komen deed haar lachen. geen spottende lach, maar gemengd met warme gevoelens.

Tomi liep naar haar toe en zei ''Ik mocht van de hertog een paard lenen en de stad in gaan..ik wilde van de gelegenheid gebruik maken om je weer eens te zien, ..je hebt je nog niet bedacht?..over het bal stamelde de jongen.'' Irena's ogen glinsterden ''Hoe kom je daar toch bij? ik kijk er juist naar uit, het enige probleem dat ik heb is hoe ik een beetje aan mooie kleren kan komen voor zoiets plechtigs.'' ''Tomio antwoorde '' Al had je aan wat je vandaag in de kerk aanhad, eenvoudig of duur, jou staat alles prachtig..'' Irena zweeg en keek hem aan. de wind waaide door de boomtoppen en de bladeren ruisde.ze zei geen woord en haar blik werd steeds serieuzer en de glimlach op haar mond versmalde, Tomi zag dit en werd verlegen met de situatie, wat was deze serieuze blik? had hij iets verkeerds gezegd? had hij er wel goed aan gedaan haar zo onverwachts op te komen zoeken als ze alleen was? terwijl al deze vragen door zijn hoofd spookten en hij begon te stotteren kreeg hij zijn antwoord toen Irena in eens haar biede handen uitstak en hem bij zijn kraag greep, ze trok hem naar zich toe en begon hem vol passie te kussen..Hij wist niet wat hem overkwam maar beantwoorde haar omhelzing, terwijl het harder begon te waaien en het bovendien ook nog begon te regenen merkten de twee verliefden daar weinig van, daar stonden ze dan, twee verliefde jonge mensen in elkaar verstrengeld achter de paardenstal op een gure Zondagmiddag..

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 03 mar 2010 14:10
door seven
Prachtig verhaal, geweldig verzonnen.
Een mythisch wezen helemaal zelf verzonnen, goed omschreven, ik kan het gewoon voor me zien!
Bovendien laat u de verschillende verhaallijnen goed in elkaar overlopen.
Benieuwd hoe het afloopt;)

grtz

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 05 apr 2010 11:45
door Matsuei
Mooie en origineel geschreven.
De schrijfstijl ligt me wel leest heel makkelijk en heb ok verspreid over 2 dagen met meer verplichtingen in 1 stuk door gelezen.

Ben benieuwd wat er nog komt. Maar mijn gevoel zegt dat het nog wel even duurt voordat dit verhaal/boek afgelopen is ;)

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 05 apr 2010 12:35
door Rebel
Ik vergeet niet dat ik er aan werk, momenteel heb ik door omstandigheden weinig tijd om er echt voor te gaan zitten, maar het komt gegarandeerd af.

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 05 apr 2010 13:25
door Matsuei
zo bedoel ik het niet :)... ik bedoel alleen te zeggen dat ik denk dat dit een heel mooi en lang verhaal/boek word.

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 19 apr 2010 20:24
door Cubiculum Nephilia
Een Magarijn is een bovennatuurlijk wezen dat jaagt op andere kwaadwillende bovennatuurlijke wezens zoals met name vampieren, weerwolven , zombies zombies etc.
Waarom hier een witregel? Je gaat feitelijk verder over de Magarijnen, dus deze witregel is eerder storend dan dat het helpt.
Omdat Magarijnen zeer zeldzaam zijn was er eeuwenlang maar weinig over bekend. Contact tussen Magarijnen en mensen was er ook maar weinig, het is gebleken dat Magarijnen bijna tot geen interesse hebben in mensen, althans niet kwaadwillend, er is..
Vaak hoor je "weinig tot geen" te schrijven. Dit staat beter dan “bijna tot geen interesse”. Bijna interesse is namelijk hetzelfde als geen. Bijna raak is immers nog altijd mis. ;)
er is nog nooit een geval geregistreerd dat een mens door een Magarijn is aangevallen.
Hmn, zou het hier niet beter staan als je ervan maakt: er is nog nooit een geval geregistreerd van een mens die door een Magarijn is aangevallen.
Wat wel naar voren is gekomen is dat Magarijnen menselijke gedaante aan kunnen nemen en zich anoniem tussen mensen mengen met de bedoeling hun ware indentiteit identiteit te verbergen voor hun prooien, namelijk eerder genoemde bovennatuurlijke wezens.
Vergeet niet om op essentiële plaatsen de juiste leestekens te gebruiken. Het is vaak zo dat tussen twee werkwoorden in een komma komt voor een pauze. Deze pauze zorgt er ook voor dat een zin net anders gelezen wordt.
Deze informatie komt een beetje dubbel bij mij over. Een Magarijn kan dus anoniem blijven, maar toch weten mensen dat het zich kan veranderen. Waar komt deze informatie dan vandaan? Zijn er toch getuigen geweest?
Ze schijnen er zelfs een sadistisch genoegen in te hebben zichzelf zwak voor te doen om zodoende vampiers enz. het staat netter als je bepaalde afkortingen gewoon voluit schrijft. Zo had je hier best enzovoorts mogen uitschrijven. Probeer niet teveel als een documentaire te blijven schrijven, je wilt immers een verhaal vertellen. in de val te lokken en deze te laten denken dat ie gebruik liever hij of het te maken heeft met een weerloze prooi, en dan juist op het laatste moment van fysiek contact laten ze hun ware aard zien in een afschuwelijke transformatie naar hun ware gedaante en verscheuren ze de vampier met gruwelijk geweld, deze heeft dan geen idee wat er gebeurd en er word beweerd dat Magarijnen hiermee sollen voor de uiteindelijke afmaak.
Wow, wat een lange zin! Je kan beter zulke lange zinnen veranderen naar meerdere kortere zinnen. Waarom? Omdat dan de gegeven informatie in de zin(nen) beter blijft hangen. Nu zou de lezer deze lange zin vaker moeten lezen om te onthouden wat er nou in werd verteld. Dit maakt het voor een verhaal onaantrekkelijk om te lezen. Pas hier dus mee op. Je zou dit stukje tekst op de volgende manier kunnen proberen te verwoorden;
---
Ze schijnen er zelfs een sadistisch genoegen in te hebben om de vampiers te verscheuren met gruwelijk geweld. Hoe hen dit lukt? Magarijnen doen zich zwak voor om vampiers enzovoorts in de val te lokken. Pas op het laatste moment van fysiek contact laten deze jagers hun ware aard zien door een transformatie. Het is dan al te laat voor de bovennatuurlijke wezen om nog besef te hebben van wat er gebeurd. Het schijnt zelfs dat sommige Magarijnen nog met hun slachtoffers sollen voordat ze uiteindelijk worden afgemaakt.
---
Zo vertel je toch de informatie die je wilde vrijgeven, maar geef je de lezers meer tijd om deze informatie ook daadwerkelijk in zich op te slaan.
Nog wel een dingetje tussendoor; de ene keer gebruik je vampieren, de andere keer vampiers. Persoonlijk vind ik het mooier staan als je consistent blijft. Dus blijf of vampieren gebruiken of vampiers, maar wissel niet tussendoor.
Behalve de verscheurde resten laten ze vervolgens geen sporen na, vroeger werd aangenomen dat magarijnen hun prooi (gedeeltelijk) op aten , maar dit blijkt een misverstand, ze gebruiken wel hun bek zowel als klauwen om hun prooi te verscheuren.
Ook hier weer een lange zin en zoals je het neerzet, lijkt het alsof dit één alinea moet voorstellen. Maar één zin kan nooit een alinea op zich zijn. Je moet altijd proberen om je alinea’s ongeveer gelijk te houden aan het aantal zinnen. Dit zal niet altijd lukken, maar misschien als je het probeert, dat het dan wat mooier uitkomt en wellicht beter leest. In ieder geval voor de lezers dan. Als schrijver merk je het zelf namelijk niet zo snel, omdat jij het in je hoofd hebt zitten en weet hoe het moet lopen.
Ik zal een voorbeeld geven met hoe deze zin ook in kortere zinnen kan worden neergezet.
---
Op de verscheurde resten na, laten Magarijnen geen sporen na. Vroeger werd aangenomen dat ze hun prooi gedeeltelijk opaten, maar dit is echter een misverstand. Wel gebruiken ze zowel hun bek als klauwen om hun prooi te verscheuren.
---
De fysieke kenmerken van een Magarijn in zijn 'eigen' vorm als hij een prooi verscheurd word omschreven als een torenhoog Gargoyle-achtig wezen met grote vleermuisvleugels met een donkerblauwe of zwarte huidskleur, een enorm drakengebit met slagtanden en klauwen met meterlange nagels waarvan word beweerd dat ie ze kan gebruiken als 'schaar' om zijn prooi mee te onthoofden.
Hier weer een ‘te’ lange zin. Verder vraag ik mij af of die extra omschrijving wel nodig is. Op zich weten de meeste mensen namelijk wel hoe een waterspuwer (zoals de Nederlandse naam is voor Gargoyle) eruit ziet. Maar als jij vindt dat het zo beter staat, dan moet je dat geheel zelf weten.
---
De fysieke kenmerken van een Magarijn in zijn werkelijke vorm, kan worden omschreven als een torenhoge Gargoyle. Zij hebben dan grote vlerken met een donkerblauwe of zwarte huidskleur en een grote bek vol met vlijmscherpe tanden. Verder hebben Magarijnen klauwen met meterslange nagels. Hiervan wordt beweerd dat een Magarijn deze nagels kan gebruiken als schaar om zijn prooi mee te onthoofden.
---
Omdat hij Vampiers en Weerwolven zo direct en vernietigend uit kan schakelen moet hij logischerwijs beschikken over een enorme fysieke kracht die die van zijn prooi velen malen overtreft, afgaande op de kracht van een vampier en weerwolf in vergelijking met mensen moet deze dan gigantisch zijn.
Oké, dit is logisch, maar waarom eerst vampiers en weerwolven met een hoofdletter schrijven om dit de volgende keer niet te doen? Eerder schreef je het ook niet met een hoofdletter. Probeer het wel volgens één lijn te houden. Dus of elke keer met een hoofdletter, of elke keer zonder hoofdletter. Met een hoofdletter geef je aan dat iets belangrijk is, zoals de Magarijn. Logischerwijs zijn die vampiers dan de ene keer belangrijk en de andere keer niet, althans zoals jij het neerzet. Niet echt handig, denk ik.
Je kan het ook zien als een benaming, maar dan moet het wel elke keer met een hoofdletter.
Verder vind ik die zin wel weer vrij lang. Je wilt te veel informatie in één zin proppen, dat is jammer. Niet alles hoeft in één zin te passen. Je hebt een heel verhaal de tijd om dingen te omschrijven. ;)
Deze laat ik dus aan jou over om wellicht aan te passen naar meerdere kortere zinnen. Niks moet, maar probeer rekening te houden met je lezers!
Een Magarijn is immuun voor alles wat zijn prooi tegen hem kan beginnen, omdat vampiers ook menselijke gedaantes aan kunnen nemen wordt beweerd dat Magarijnen ze kunnen ruiken. Andersom blijkt dit niet het geval, aangezien er al veel vampiers aan hun verschrikkelijk einde zijn gekomen, omdat ze hun tanden in een vermeend menselijk slachtoffer wilden zetten.
Dik gedrukt is het verbeterde.
In menselijke gedaante is een Magarijn zeer moeilijk te herkennen omdat hij in tegenstelling tot een vampier geen bekende zwakheden bezit die hem veraden.

verraden met dubbel r. Over het algemeen laten vampiers zich dan ook niet zien overdag ;). Zij maken zich meestal ook pas op het allerlaatste moment kenbaar aan hun slachtoffer.
hij blijkt ook duidelijk anders dan een vampier geen dood of halfdood wezen te zijn.

Hij, zo had je de zin moeten beginnen, met een hoofdletter. Daarbij, een vampier is een Ondood wezen. Geen dood wezen en ook geen halfdood wezen. Daar zit zeerzeker een verschil tussen. Zoek het nog maar eens op. Ondood wilt zeggen dat het lichaam feitelijk niet leeft, maar ook niet dood is. Alle processen gaan gewoon door zoals wij dat van een mens kennen, hoogstwaarschijnlijk wel aangepast. Dit moet men echter aan de fantasie overlaten. Maar het is wel iets waar je over na kunt denken.
Het enige wat juist wel opvalt is dat ze in mensengedaante een nog al teruggetrokken bestaan leiden, zoals al eerder vermeld hebben ze weinig tot geen interesse in omgang met mensen behalve om de menselijke gemeenschap te gebruiken als dekmantel.
Mochten een Magarijn en een Vampier allebei in mensengedaante zich in dezelfde menigte bevinden dan heeft de Magarijn de grootst mogelijke moeite om zijn ware aard te verbergen, omdat dan zijn natuurlijke instincten de overhand krijgen en hij de controle over zijn transformatie verliest, hetgeen resulteert in het verbergen van ledematen van handen en gezicht door ze te bedekken met een mantel of zijn gezicht weg te draaien.
Probeer ook hier meer kortere zinnen te gebruiken. De tekst wordt anders onoverzichtelijk.
In het ergste geval krijgt zijn beestachtige instinct de overhand en valt hij gewoon aan tussen de menigte. Dit is echter zeer zeldzaam omdat Magarijnen in menselijke gestalte zich nogal op de vlakte houden en geen grote aantallen mensen opzoeken.
Hmn, ik weet niet of je hier het juiste spreekwoord gebruikt. “Zich op de vlakte houden” betekent meer dat je onpartijdig bent, dat je je mening voor je houdt. Ik zou kijken of er niet iets is wat beter past. Meer iets als “zich op de achtergrond houden”.
Wat wel jammer is, is dat je in een paar zinnen veel herhaling geeft over de Magarijn zijn mogelijkheid om te mengen en zich liever toch niet onder de mensen begeeft. Probeer erop te letten dat je dit niet vaker doet. Of kijk anders of je dit stukje misschien nog wat kan bijschaven.
Onderling blijken Magarijnen ook maar minimaal tot geen interesse in elkaar te hebben, het enige wat daar over bekend is is dat iedere Magarijn zich beperkt tot zijn 'eigen' territorium en er nooit twee werkzaam zijn in 1 gebied.
Waarom gebruik je ook in deze zin? Ik snap dat het als een soort opsomming geldt voor de dingen waar een Magarijn geen interesse in heeft, maar persoonlijk vind ik het wat overbodig hier staan. Er hoort nog wel een komma in je zin erbij te staan, tussen is en is. Zo gun je namelijk de lezer een pauze in deze lange zin en klopt het weer met de werkwoorden in de zin.
Verder nog getallen volledig uitschrijven. Het hoeft natuurlijk niet met jaartallen, maar cijfers die een aantal uitdrukken, gewoon uitschrijven. Één, twee, drie, etc.
Over hun oorsprong is helemaal niks bekend maar ze blijken voor te komen in de oudste geschriften van iedere beschaving. Dit moet niet, maar ik denk dat het een pre is als je hier een voorbeeld geeft van zulke geschriften. Gewoon wat extra informatie om het nog meer levendig/echt te maken voor de lezer.
De eerste duidelijke en gedetailieerde meldingen dat er een Magarijn in de buurt actief was dateren uit 1787 uit het stadje Waso-wark in Transylvanie.
Het moet gedetailleerde zijn, dubbel L. En ik geloof dat het Transsylvanië moet zijn. Daarbij vind ik persoonlijk duidelijk en gedetailleerd nogal hetzelfde verwoorden, daardoor zou je dus onnodig één van de twee woorden gebruiken. Let erop dat je dat niet vaker doet. Je hoeft niet altijd lange en “volle” zinnen te leveren om een leuk/goed verhaal te vertellen.
Hier was het een publiek geheim dat het plaatselijke adelijke geslacht van de waroja's een Vampierenclan was waarvan men de leden nooit bij daglicht zag.
Deze zin moest ik even meerdere keren lezen voordat ik hem vatte. Er staat in het begin al een tegenstrijdigheid in, want hoe kan iets geheim zijn als het publiekelijk bekend is? Dat botert gewoon niet. Een plaatselijk geheim zou wel weer kunnen.
Adellijke moet het trouwens zijn, met dubbel L ook en ik zou Waroja’s met een hoofdletter schrijven, omdat het een naam is. In het geheel zou ik deze zin even heroverwegen en opnieuw formuleren. Puur zodat het net wat lekkerder leest.
Er vonden al jarenlang snacht's vreemde moorden plaats in en rond de omgeving waarbij er leegezogen slachtoffers en vooral vee gevonden werd met vampierbeten in de nek
.
Jouw snacht’s moet ’s nachts zijn. Je hebt het net omgedraaid. En leeggezogen met twee G’s. Mag ik vragen of je dyslectisch bent? Of zijn dit puur snelheidsfoutjes?
Tot op een goede nacht er in het dorp afschuwelijke kreten werden gehoord die weinig menselijks meer hadden, bij aankomst op de plek des onheils vond men bij fakkellicht tot grote onsteltenis het onthoofde lichaam van de Graaf van Waroja met het hoofd afgerukt naast het lichaam, hier waren twee dingen duidelijk, ten eerste had het hoofd een blik van ontzetting op het gelaat en was het hoofd tot ieders verbijstering nog in vampiergedaante met hoektanden en al. wat dus veraade dat het wezen in zijn natuurlijke staat gedood was en geen kans had gehad terug te veranderen tot mens, hetgeen de jarenlange vermoedens over het adelijke geslacht bevestigde. men cremeerde zijn resten door ze simpelweg tot zonsopgang te laten liggen.
Ho.. Wat een lap tekst. Zulke lange zinnen maakt het lastig voor een lezer. Zeker als je dan ook nog foutjes maakt. Zonde van je verhaal, want zulke stukken tekst haalt het nogal onderuit.
---
Niemand was zeker van het geheim. Tot op een goede nacht in het dorp afschuwelijke kreten werden gehoord die nauwelijks nog menselijk klonken. Bij aankomst op de plek des onheil, vond men bij fakkellicht het onthoofde lichaam van de Graaf van Waroja. Tot grote ontsteltenis van de vinders leek het erop dat het hoofd van de romp was gerukt. Toen het hoofd nader werd bekeken, was het tot ieders verbijstering vervormd. Het was nog in vampiergedaante en de hoektanden waren duidelijk zichtbaar in de roodoranje gloed die de fakkels op de resten wierpen. Dit verraadde dat de geruchten over de adellijke familie waar waren. Men cremeerde de resten van de Graaf door ze simpelweg in het licht van de opkomende zon te laten liggen.
---
Wel vraag ik mij af, waarom de mensen het lijk niet gelijk in de fik staken met de fakkels. Je moet er –neem ik aan- niet aan denken dat het weer ineens opstaat, terwijl jij op de zonsopgang staat te wachten.
Het enige gesprek dat ooit met een Magarijn en een mens is vastgelegd blijkt te zijn geweest rond 1814 tussen een boer die een zwervende gast voor een nacht onderdak had verleent en schijnbaar ondekte dat er iets met zijn gast was. toen hij de gast begon te ondervragen met 'wie of wat bent u en wat gaat u met ons doen?' waar op de boer antwoord kreeg:
Te lange zinnen weer. En waarom zou je iemand zo ondervragen als je hem eerst onderdak verleend? Je gaat er dan juist vanuit dat er niks mis is met je gast. In ieder geval dat hij niet van plan is om je te doden. Dat weet je nooit van te voren en ik denk dat als je die vragen zo uit het niets stelt, dat je gast toch wel beledigd zal zijn, of niet zal beantwoorden.
Het lijken mij in ieder geval niet de meest logische vragen om te stellen. Zo zou het ook kunnen:
---
Het enige gesprek dat ooit met een Magarijn en een mens is vastgelegd, blijkt rond 1814 te zijn geweest. Dit gesprek was tussen een boer en een Magarijn die zich voordeed als een zwervende man. De boer had de man onderdak verleent en had schijnbaar ontdekt dat er iets vreemds met zijn gast was. Toen hij zijn de man begon te ondervragen, kreeg de boer het volgende antwoord:
---
"Als je het zo nodig weten wilt, ik ben een Magarijn als dat je wat zegt, zo niet heb je pech. het enige wat ik je vertel is dat jij en je vrouw nu in het vervolg rustig kunnen gaan slapen zonder de stank van die strengen knoflook om je heen want die zijn hier niet meer nodig.'' waarop hij zag dat zijn gast opeens twee enorme Drakenvleugels uit zijn kleren scheurde en het raam uitvloog de volle maan tegemoet.
Ook dit kan beter iets anders geformuleerd worden. Wederom, probeer met ook korte zinnen te werken. De afwisselen tussen korte en lange zinnen, maakt dat je lezer makkelijker door je verhaal heen komt. Zeker als ze eerst iets informatiefs moeten verwerken voordat ze bij het spannende gedeelte komen.
---
“Als je het zo nodig wilt weten, ik ben een Magarijn. Waarschijnlijk zegt dat je niets, maar dat is niet mijn zorg. Het enige wat ik je vertel is dat jij en je vrouw voortaan met een gerust hart kunnen gaan slapen. Je hoeft geen strengen knoflook meer op te hangen, want dat probleem is opgelost.”
Na dit antwoord te hebben gekregen, kreeg de boer de schrik van zijn leven. Zijn gast scheurde ineens uit zijn tuniek door twee enorme Drakenvleugels te ontvouwen, waarna hij het raam uitdook en de volle maan tegemoet vloog.
---
Natuurlijk moet het niet zoals ik het hier heb staan, want iedereen heeft zijn eigen stijl. Dit is gewoon een voorbeeld van hoe het ook kan.
De volgende dag ondekte men in een nabijgelegen bos de zwaar verminkte resten van 2 lijken die bij zonsopgang raadselachtig begonnen te smeulen.
onTdekte moet het zijn, en 2 weer volledig uitgeschreven als twee.
Dubice 1528, een klein stadje in Tjechie, het mocht zichzelf sinds kort stad noemen omdat het stadsrechten had gekregen van de landelijke regent.
Het is Tsjechië ;)
Het was een klein stadje aan de rivier Opava. Hoewel het er Idylisch bij lag was de welvaart er de laatste decennia in verval geraakt. De meest voor de hand liggende oorzaak hiervan was het stilvallen van de Barnsteenroute. Een weg die eeuwenlang gebruikt werd als handelsweg, waarvan de handel de levensader was van de streek. Het liep echter door een woest bebost gebied en de laatste jaren gaf men vanwege bijgeloof, mythes en sagen maar ook ordinaire roofbendes steeds meer de voorkeur aan routes met veiligere overnachtingsplaatsen met betere watervoorzieningen.

Het is met dubbel L idyllisch en waarom met een hoofdletter?
Deze laatste zin is ook nog eens weer onnodig lang. Hoezo eigenlijk mythes en sagen? Is dat niet iets meer voor latere tijden? Want rond 1528 geloofden mensen nog heilig in bepaalde dingen. Misschien dat je het daarom beter kan houden op bijgeloof en geruchten? Voor je maar moet trouwens nog een komma, want je gebruikt hier maar als een voegwoord tussen twee zinnen. Overnachtingplaatsen wordt als het correcte woord aangegeven in Word, dus je zou nog een s moeten weghalen.
Nu bestonden de meeste inkomsten uit de opbrengst van het land en de veestapel. Het het leven was er eenvoudig maar zwaar. Omdat de stad tot voor kort betere tijden kende en het geboortecijfer daarom toen een stuk hoger lag, was het aantal jonge mensen dat er woonde toch zeer groot. Deze werkten meestal voor hun ouders in de familiezaak of bij de boeren op het land. Veel uitzicht op een betere toekomst had men daar echter niet. Dus onder de jeugd waren er veel plannen om te vertrekken naar grotere handelssteden zoals Praag.

Het dik gedrukte is verbeterd.
Één van die jonge mensen was Irena, een prachtige jonge vrouw van twintig lentes jong/oud met zwart haar en helblauwe ogen, zoals die men alleen maar bij Slavische schonen tegenkomt. Ze had een goed figuur en ondanks haar eenvoudige kledij, die bestond uit een jurk en een schort, zag ze er verfrissend en levenslustig uit.
Haar vader was de eigenaar van de plaatselijke herberg waar men tegen bepaalde tarieven kon eten en overnachten. Met het terugvallen van de handel was er echter een stuk minder aanloop en hadden haar ouders zich gespecialiseerd in bijverdiensten. Haar vader had een smederij aangebouwd en bekwaamde zich in het bewerken van landbouwgereedschap, terwijl haar moeder bijverdiende als naaister.
Irena zelf hielp haar ouders waar en waarmee ze maar kon en was hen in alles gehoorzaam. Ze was niet alleen een sprankelende persoonlijkheid maar had ook een deugdzaam en rustig karakter.
Is het nog steeds zo stereotype met Slaviche schonen? Zo ja, dan kan "tegenkomt", maar anders moet het "tegenkwam" zijn, omdat je in het verleden verteld.
Ik twijfel een beetje aan dat “verfrissend”, want vroeger had men voornamelijk kledij in aardekleuren, als ze al überhaupt de spullen hadden om hun kleding te verven.
Op een dag ging het nieuws door het dorp dat het plaatselijke kasteel (wat al jaren leegstond omdat de plaatselijke adel vertrokken was naar betere oorden) was gekocht door een Markies en zijn familie, volgens de geruchten ging het hier om een excentrieke maar zeer aanzienlijke familie met veel geld en macht. niemand wist te zeggen waar de Markies oorspronkelijk vandaan kwam maar dat zou iedereen ook een zorg zijn, Nieuwe adel betekende mischien ook weer nieuwe handel en dus ook nieuwe inkomsten.
Waarom heb je hier een stukje tussen haakjes staan? Haakjes geven een gedachte aan van de schrijver, terwijl dit gewoon extra informatie is. Ik zou je dus adviseren om hier de komma te gebruiken.
Anders kan dit stukje ook:
Op een dag ging het nieuws door het dorp dat het plaatselijke kasteel, wat al jaren leegstond omdat de bewoners waren vertrokken naar betere oorden, was gekocht door een Markies. Volgens de geruchten ging het hier om een excentrieke, maar zeer vooraanstaande familie met veel geld, en dus veel macht. Niemand wist te zeggen waar de Markies oorspronkelijk vandaan kwam, maar dat kon ook niemand iets schelen. Nieuw adel betekende namelijk ook misschien weer nieuwe handel en dus nieuwe inkomsten.
Zo gebeurde het.. de nieuwe Hertog nam zijn intrek en liet vrijwel onmiddelijk het omliggende landgoed opknappen, Ook werden voor het kasteel zelf kosten nog moeite gespaard dus de plaatselijke vaklieden hadden hun handen weer vol. Er werd gewerkt van s'morgens vroeg tot diep in de nacht. toen het werk aan het kasteel klaar was werd er s'avonds
een groot dorpsfeest gehouden waarbij iedereen was uitgenodigd ongeacht rang of stand. Ook Irena was hier vanzelfsprekend bij en alle jonge mannen dongen naar haar hand.
Zo gebeurde het, de nieuwe Markies nam zijn intrek en liet vrijwel onmiddellijk het omliggende landgoed opknappen. Ook werd er voor het kasteel noch moeite noch kosten gespaard, dus de plaatselijke vaklieden hadden hun handen weer vol. Er werd gewerkt van ’s morgens vroeg tot diep in de nacht.
Toen het werk aan het kasteel klaar was, werd er ’s avonds een groot dorpsfeest gehouden waarbij iedereen was uitgenodigd ongeacht hun stand. Irena en haar familie hadden eveneens een uitnodiging ontvangen en waren vanzelfsprekend naar het feest gegaan. Op het feest dongen alle jongemannen er naar Irena haar hand.
Van af die tijd leek het weer beter te gaan. de Hertog zorgde goed voor de streek door te investeren in de landbouw, hij kocht de gewassen op en verkocht ze in Duitsland en Polen. hij liet het gebied ontginnen en begaanbare wegen aanleggen zodat de handel weer op stoom kwam.
Waarom ben je van Markies ineens overgegaan op Hertog? Naar mijn weten zijn dat twee verschillende titels. Wel op één lijn blijven door je verhaal heen.
De Markies zorgde goed voor de streek door te investeren in de landbouw. Zo kocht hij de gewassen op en verkocht ze in Duitsland en Polen. Hij liet het gebied ontginnen en begaanbare wegen aanleggen, zodat de handel weer op gang kwam.
Het leek allemaal te mooi om waar te zijn en dat was het ook...want iedere gunst en dienst heeft zijn prijs en daar zouden de mensen van Dubice snel genoeg achter komen..
Anders:
Het leek allemaal te mooi om waar te zijn. En dat was het ook. Iedere gunst en dienst heeft zijn prijs. Daar zouden de mensen van Dubice snel genoeg achterkomen.
Korte zinnen bouwen spanning op, daar heb je geen puntjes voor nodig. Sowieso staan de puntjes het leesgemak in de weg. Ze zijn overbodig. Probeer ook om “en” niet zo vaak te gebruiken. Wederom stoor ik mij toch weer aan het te veel aan enters, of soms juist het gebrek eraan. Je schijnt nog niet precies aan te voelen wanneer je wel en wanneer je geen enter moet gebruiken.
Meestal begin je pas een volgende alinea, als je het onderwerp iets verandert. Witregels hoef je er al helemaal niet zo vaak in te voegen als dat jij hebt gedaan. Een witregel is enkel nodig voor als je in tijd verschuift.
Een jaar verstreek en er kwamen betere tijden voor de stad, het werd een doorstroomplaats voor handelsmensen en kooplui van allerlei genre en ook de lokale bevolking spon er garen bij, de omzet van de lokale middenstand steeg dus ook zoals vanouds weer in de herberg.
Een andere manier van opschrijven:

Een jaar verstreek en er kwamen betere tijden voor de stad. Het werd een doorstroomplaats voor handelaars en kooplui van allerlei genre. Ook de lokale bevolking spon er garen bij. De omzet van de lokale middenstand steeg en zo ook in de herberg.

De laatste twee zinnen achter elkaar doen wel dubbel aan, want eerst zeg je al dat het financieel beter gaat en dan nog eens.
Irena was ondertussen eenentwintig geworden en hielp haar ouders met het ontvangen en bedienen van de gasten. De kamers waren volgeboekt en de eetzaal zat weer vol met mensen van allerlei allure. De plafonds stonden avond na avond blank van de tabaksrook en de wijn en het bier vloeide rijkelijk. Het geklink van de glazen en luidruchtig rumoer vulden de taverne. Irena verrichtte de taak om de tafels te bedienen, terwijl haar vader Sergey de plaats achter de bar vervulde. Haar moeder Sarah hield zich bezig met het onderhoud van de kamers. Het waren lange dagen voor het gezin. Ze werkten van ’s morgens vroeg tot laat in de nacht. Irena werkte hard, ze had de leeftijd inmiddels bereikt dat meisjes in die tijd trouwden. Het was zeer gebruikelijk in die christelijke dagen en meestal werd zo'n huwelijk mede geregeld door de ouders die een keuze maakten uit de lokale jongemannen. Irena zelf had echter nog geen enkele kandidaat op het oog. Niet dat er geen keus was, ze behoorde tot de meest gewilde vrouwen van de omgeving, ze had het alleen tot nu toe altijd veel te druk gehad. Bovendien maakte ze er geen geheim van dat het haar zwaar zou vallen haar ouders en de herberg te verlaten, indien ze met een man zou trouwen die geen herbergier wilde zijn.
Alles dik gedrukt is verbeterd.
Een kleine opmerking; vaak waren deze huwelijken geregelde huwelijken en hadden zoon of dochterlief er zelf weinig over te zeggen. Zo’n huwelijk werd vaak al afgesproken op de dag van geboorte. Er waren natuurlijk uitzonderingen, dat zoiets pas op latere leeftijd werd geregeld, maar een zeggenschap had men (vooral de vrouwen) hier niet in.
Met de nieuwe toeloop van handelsmensen en kooplui uit allerlei windstreken, kwamen ,zoals vanzelfsprekend in die tijd, ook weer de geruchten en verhalenstroom op gang. Avond op avond werden er roddels, verhalen en legendes uitgewisseld. Alledaagse belevenissen gingen hand in hand met folklore en mythen . De gasten vermaakten elkaar ermee tot diep in de nacht zoals dat de traditie was in die tijd.
Het was iedere avond hetzelfde ritueel; het begon bij aanvang met succesverhalen over de handel om elkaar de loef af te steken en naarmate het bier meer vloeide gingen de onderwerpen de meest uiteenlopende kanten op. Sommige waren dronkenmannenpraat, anderen geruchten, maar er werden ook volksverhalen verteld. Sommigen oud en anderen weer nieuw. Meestal meestal vervulde het bovennatuurlijke daarin de grootste rol. Om een handgreep te nemen:
Alles dik gedrukt is verbeterd.
Echter vind ik het stukje "de geruchten en verhalenstroom" wat dubbel staan. Geruchten zijn immers ook verhalen.
Waren er dan legendes in die tijd? Zo ja, noem ook eens een voorbeeld. Vergis je echter niet in de betekenis van een sage of legende. Zoiets is heel anders dan een gerucht of roddel.
In een nabijgelegen gehucht had een tapijtenverkoper zijn best geweven tapijt verkocht aan een vrouw die later een heks bleek en hem betaald zou hebben met goudklompjes, bij het tellen van de winst savonds waren de klompjes echter veranderd in kiezelstenen.
In een nabijgelegen gehucht had een tapijtenverkoper zijn best geweven tapijt verkocht aan een vrouw. Zij zou hem betaald hebben met goudklompjes. Bij het tellen van de winst 's avonds, waren de goudklompjes echter veranderd in kiezelsteentjes. Later bleek de vrouw een heks te zijn geweest.
Verderop in een dorp was de lokale bevolking er met spaden en hooivorken er op uitgetrokken naar de heide om een weerwolf te doden, hij had al veel vee gedood en werd een plaag voor de omgeving niemand kreeg hem echter te pakken omdat hij bij benadering verdween in een dichte mist die in eens op kwam zetten.
weerwolf te doden. Hij had..
de omgeving. Niemand kreeg..
te pakken, omdat..
Feitelijk gezien kan één persoon of ding geen plaag worden genoemd. Ik zou proberen om die zin anders te verwoorden.

Weer een Pottenbakker
Waarom weer en waarom pottenbaker met een hoofdletter? Vertellen soms alle pottenbakkers dat ze dwergen hebben ontmoet?
genomen en vastgebonden en hem levend wilden villen, hij had ze echter in ruil voor een vrije doortocht aangeboden ze de edele kunst

..villen. Hij had..
Let op waar je een nieuwe zin moet beginnen.
Waarom eigenlijk “en.. en..” vertellen? Het doet afbraak aan je verhaal. Zo “edel” was het beroep pottenbakken niet. Afhankelijk van het soort werk wat hij leverde.
Er er waren echter toch een aantal verhalen die toch boven de rest uitstaken...met
Waarom twee keer toch achter elkaar gebruiken? Het misstaat nogal en voegt niks toe aan de zin. Daarbij is de zin ook nog eens erg lang. Meerdere puntjes achter elkaar hebben ook geen toegevoegde waarde, tenzij het in een gesprek wordt gebruikt waarbij de spreker stottert, spanning wilt opbouwen, moet nadenken voor hij/zij verder spreekt, of wordt onderbroken.
Roma-zigeuners, zij stonden in
zigeuners. Zij stonden..
verhalenstroom hield aan en spreide zich
verspreidde
rond als een lopend vuur dat onstoken was en niet meer wilde doven.
Waarom deze toevoeging aan de zin? Persoonlijk vind ik dat de uitdrukking “het ging rond als een lopend vuurtje” heeft al de toon dat het niet meer zal ophouden.
Er gingen verhalen de ronde over een zwarte duivel, een reuzenvleermuis, een vliegende draak en in andere gevallen werd het een helhond genoemd..maar ondanks de verschillende benamingen bleek het steeds weer keer op keer het om een wezen te gaan dat aan dezelfde uiterlijke omschrijving voldeed, een reusachtig gevleugeld wezen met een enorme spanwijdte, duivelkop, enorme tanden, een zweepachtige staart met weerhaken aan het einde en klauwen met nagels waarmee het volgens de sterkste beweringen een stier kon doden.
Zie je hier zelf, als je het terugleest wat je doet? Je maakt van één zin feitelijk een hele alinea. En hoewel er komma’s staan, is het toch te veel om te onthouden voor de lezer als er niet ook weer een nieuwe zin in begint.
Probeer dit stukje te herschrijven. Vergeet dan niet om hoofdletters op de juiste plaatsen te gebruiken. Ik heb door het verhaal heen gemerkt dat je dat nog wel eens wilt vergeten.
het gevaarte van 8 meter
acht meter
de ellebogen, in andere overleveringen liep het juist
ellenbogen. In andere..
zijn vleugels ingevouwen
ineengevouwen of ingeklapt
De de kop werd beschreven als lijkend op dat van een kortsnuitige hond met drakentanden en
en zou ik veranderen in een komma.
vleermuisoren en de ogen van een roofkat.
Hadden/hebben ze in Polen bergleeuwen dan? Of iets wat erop lijkt? Anders zou ik het erop houden dat ze de ogen van een kat hebben.
het eerst s'nachts was

's nachts
het duikte
dook. Verleden tijd van duiken is dook/doken.
naar beneden en storte

stortte
tereur vervulde vangst

terreur. Let wel, terreur is iets anders dan angst. Je hebt hier dus het verkeerde woord gebruikt.
prooi, richte
richtte

Oké, hier stop ik even met het “bèta-readen”. Ik heb al veel aangestipt en suggesties gegeven. Ook in deze laatste alinea blijkt weer dat je moeite hebt met kortere zinnen. Weten wanneer je punt moet plaatsen om het leesbaar te houden voor je lezers. Ga er nooit vanuit dat je lezers een super geheugen hebben.
Je verhaal is verder origineel. Ik heb wel eens eerder verhalen gelezen over bovennatuurlijke wezens die anderen opjagen, maar een Magarijn heb ik nog nooit van gehoord. Wel is hun uiterlijk misschien niet heel origineel, maar wat is dat nog wel tegenwoordig?
Het vertellen op zich, daar heb ik wat problemen mee. Het is heel informatief, haast alsof je nog steeds in het proloog zit en het verhaal nog steeds niet is begonnen. Dat is jammer, want toen je over Irena begon, hoopte ik eigenlijk dat het verhaal zou beginnen. Je stelt dus eigenlijk je lezers teleur, omdat je te veel wilt vertellen. Het is geen verhaal meer, maar bijna een documentaire. Ik krijg bijna het idee naar Discovery Channel te luisteren, en ik kan dat niet echt een compliment vinden.
Dit is mijn mening, anderen kunnen dit best prettig lezen vinden, maar ik houd meer van echt verhalend. Mensen die iets meemaken en dat voor mij zien. Niet beelden zien terwijl ik een saaie stem hoor vertellen wat erbij hoort.
Desondanks ben ik benieuwd naar hoe je verhaal verder loopt. En zodra ik er weer de energie voor heb, zal ik verder gaan.
Succes met schrijven en hopelijk heb je iets aan de dingen die ik heb aangestipt!

Groetjes CN.

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 19 apr 2010 20:41
door Rebel
Ik heb hiervoor ook even een time-out ingelast omdat ik me wat meer wil storten op verhalende schrijftechnieken. ik heb inmiddels zelf ook wel een beetje door wat de mensen er aan vinden schorten. het is simpelweg te statisch.

Bedankt voor je intensieve tijd en moeite, :super (ik scrol me suf!)

ps..De Magarijn is een eigen verzinsel en min of meer bedoeld als antwoord op de vaak onoverwinnelijke en verheven status van vampieren in andere bekende verhalen,

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 06 mei 2010 18:03
door Cubiculum Nephilia
In een ander geval werd het wezen rond middernacht gesingaleerd boven een dorp , terwijl de lokale bevolking uitliep daalde het wezen neer aan de rand van het dorp waar de begraafplaats was , het streek neer op de gewijde grond en liep op vier poten met het hoofd luid snuivend over de graven...hoewel de bewoners van het dorp niet dichterbij durfden komen zagen ze bij het licht van de maan hoe het monster de graven voorbijliep...maar dan in eens bij sommige graven stokstijf stilstond en onmiddelijk de grond om begon te woelen als een hond!
Hey hey,
Ik weet niet of je al hier zelf bent met verbeteren, maar ik zal alsnog commentaar geven. Wat een tekst. Echt een hele alinea die feitelijk uit één zin bestaat als ik zo kijk. Gebruik alsjeblieft interpunctie. En gebruik het goed! Ik zie niet waar de zin ophoudt.
En daarmee onthoud ik de informatie niet die mij wordt gegeven, of ik onthoud het maar half.
Verder nog een paar kleine foutjes.
Gesingaleerd moet gesignaleerd zijn. En onmiddelijk moet onmiddellijk zijn.
Nog een vraagje, waarom eindig je dit stukje met een uitroepteken? Het is informatie wat wordt gegeven, dus geen gesproken zin waar nadruk op moet liggen. De ! is daardoor uiterst overbodig en persoonlijk, voor mij, ook storend.
Daarbij toch ook weer al die puntjes tussendoor. Het heeft echt geen extra effect. Schrijf dan een nieuwe zin.
met zijn enorme klauwen verplaatste het enorme hoeveelheden grond om vervolgens voorover met zijn monsterlijke kop het graf in te duiken waarbij men vervolgens de meest afschuwelijke beestachtige geluiden hoorde die het gevogelte in een straal van kilometers alle kanten de bomen uitjoeg en de getuigen door merg en been gingen.
Hier is een voorbeeld waarom je de zinnen nooit te lang moet maken. Het laatste deel van je zin “en de getuigen door merg en been gingen” valt totaal niet onder de eerder genoemden werkwoorden.
Sowieso gaat een bepaald geluid door merg en been, niet de getuigen.
Daarbij denk ik dat je te vaak je zinnen wilt “opfluffen”. Je probeert bij alles wel een reeks bijvoeglijke naamwoorden te gebruiken. Met welk doel als ik vragen mag? Denk je dat het je zin/verhaal beter en meer spannend maakt? Ik vind van niet. Natuurlijk spreekt het soms meer tot de verbeelding, maar te vaak en te veel kan ook irriteren en ergernis opwekken bij de lezer. De lezer kan het idee krijgen dat de schrijver enkel wilt pochen met diens bereik van vocabulaire. Of de lezer kan denken dat de schrijver bang is dat zijn lezers zelf niet iets kunnen invullen. In ieder geval lijk je jouw lezers te onderschatten.
toen men de volgende dag het lef bij elkaar kon brengen om de begraafplaats te inspecteren was men verbijsterd met wat ze zagen en sloegen met koude rillingen over hun rug een kruis......sommige graven waren volledig opengegooid, zware grafstenen waren compleet ontwricht of zelfs helemaal losgegooid en toen men er in keek zag men met onmenselijke ontzetting dat de kist met bruut geweld was opengebroken en de lijken waren onthoofd en verscheurd...het was zelfs zo erg dat sommige ledematen meters verderop werden teruggevonden... de verbijstering was nog groter toen men waar moest nemen dat het niet om ontbonden lichamen ging en dat sommige hoofden hun ogen wijd open hadden als het ware met een blik van ontzetting. .in andere maar soortgelijke meldingen had het monster de lijken niet verscheurd maar had ie volstaan door het graf te openen, het houten kruis of paal wat er bij stond als markering los te trekken en bij het 'lijk' door het hart te rammen.
Bij dit stuk is mijn commentaar weer; let op je interpunctie. Ik mis vooral hoofdletters en punten. Ik mis dus rustpunten in je verhaal. Je vertelt alles nu feitelijk in één adem door. Je ratelt. Ik adviseer je om de tijd te nemen. Je zult zien dat je verhaal dan ook heel ander naar voren zal komen. Het zal meer verhalend worden, in plaats van een soort Bijbeltekst.
toen men er in keek zag men met onmenselijke ontzetting dat de kist
Hoezo onmenselijke ontzetting? Naar mijn idee is ontzetting juist iets menselijks. Je moet echt niet te hard proberen om je tekst te vullen. Je gaat nu onnodig de mist in. Dat is trouwens ook iets waar je op moet letten. Ik heb gemerkt dat je nogal fan bent van gezegden gebruiken, maar je gebruikt de meesten verkeerd. Je husselt de zinnen vaak door elkaar, zodat het lijkt alsof het beter past in de tekst, maar je haalt ze meestal zodanig uit elkaar dat de betekenis ervan niet goed terecht komt.
Ook zou ik het woordje “ontzetting” niet zo snel weer herhalen. Er zijn genoeg synoniemen voor.
de verbijstering was nog groter toen men waar moest nemen
“waar moest nemen”? Moet het nog gebeuren dan? Je begint de zin juist in v.t., dus het einde van je zin moet ook in verleden tijd. Het is namelijk al gebeurd. Het is informatie die je verstrekt. Daarom moet de zin als volgt zijn:
De verbijstering werd nog groter toen men vernam..
Of
De verbijstering werd nog groter toen men waarnam dat..
in andere maar soortgelijke meldingen had het monster de lijken niet verscheurd maar had ie volstaan door het graf te openen, het houten kruis of paal wat er bij stond als markering los te trekken en bij het 'lijk' door het hart te rammen.
In andere, maar soortgelijke meldingen, had het monster de lijken niet verscheurd. Echter, had hij de graven geopend en een houten kruis of paal, waarmee ook een graf werd gemarkeerd, los getrokken en bij het lijk door het hart geramd.
Ik snap niet waarom je lijk tussen aanhalingstekens zet. Ik snap dat Vampieren feitelijk geen lijken zijn, maar Ondoden, toch weten de mensen dat niet. Daarom is het prima als je gewoon lijk schrijft zonder de aanhalingstekens.
Hierbij wil ik ook opmerking; waarom zien de mensen überhaupt nog delen van de genoemde Vampieren? Het is vrijwel algemeen aangenomen (niemand kan het zeker weten, omdat het ook maar ontstaan is uit bijgeloof en fantasie) dat Vampieren tot as vergaan bij het doorboren van het hart, of totaal niet meer in contact staan van vitale lichaamsonderdelen.
Misschien dat je daar nog even over na moet denken met wat jij wilt dat het wordt. Je schrijft namelijk eerder in je verhaal dat er enkel nog hoopjes as waren die werden weggeblazen door de wind en nu zouden er zelfs nog lijken te zien zijn. Niet erg logisch of consistent. Probeer dat wel te behouden. Anders vervliegt de geloofwaardigheid van je verhaal, ook al is het pure fictie.
Op een keer verzamelde zich in een dorp wat Vobotna genoemd word en waar de mensen bekend stonden als dappere godvrezende lieden die zelfs voor de duivel zelf niet bang waren een grote groep mensen die het wezen in het holst van de nacht hadden zien neerstrijken op de begraafplaats naast de dorpskerk, zich niks aantrekkend van de gewijdheid en de Christelijke symbolen. De menigte verzamelde zich met fakkels en bewapend met hooivorken, zeizen, en speren en marcheerde met de plaatselijke predikant voorop gewapend met een kruis , wijwater en de bijbel naar de plaats des onheils. Toen men aan de rand van het kerkhof was zag men het wezen bij het licht van de fakkels, mischien nog nooit eerder geconfronteerd met een dergelijk schouwspel negeerde het wezen de menigte dit keer niet en stopte bij hoge uitzondering zijn activiteiten en draaide zijn hoofd naar de mensenschaar toe.
Nu, door de combinatie van heldere maan en fakkels verlicht en nog nooit zo dicht door iemand benaderd was het gezicht van het monster goed zichtbaar, het keek met roofdierachtige ogen en indringende en afwachtende blik naar de door hartkloppingen geteisterde burgerij....afwachtend....zelfverzekerd en onverstoorbaar.
De priester, die dacht met de demon Asmodeus te maken te hebben richte zijn trillende rechterarm op met in zijn met zweet beklamde vuist een crusifix en sprak met bibberende stem het monster toe..
gewijdheid Ik geloof niet dat deze vervoeging bestaat. Ik zou het houden op "Hij trok zich niet aan van de gewijde grond", of iets in die trend.
Zeizen moet zijn; Zeis(en)
de plaats des onheils moet zijn: plaats des onheil. (onheil is hoe dan ook enkelvoudig en kent geen meervoud, omdat het al iets groter beslaat. Net zoals het woordje men. Dus geen vervoeging met s erachter.)
mischien moet zijn; misschien, met dubbel s.
richte moet zijn; richtte. Denk aan de stam en dan is het +te of +de, afhankelijk van ’t Kofschip. Ik richt, dus in vt wordt het; Ik richt+te
zweet beklamde vuist, iets is klam van het zweet. Zo gaat de uitdrukking, maar van de vervoeging beklamde heb ik nog niet gehoord. Klamme handjes hebben, ken ik ook nog wel. Probeer gezegden en uitdrukking niet uit hun verband te rukken.
Crusifix, ten eerste zou ik hier gewoon kiezen voor het, over het algemeen gebruikte, Nederlandse woord “kruis”, maar anders is het crucifix. Met een c.
Ook zou ik je zin eindigen met dubbele punt, want je gaat hierna citeren wat die priester heeft gezegd tegen de Magarijn op dat moment.
GA! GA! GIJ HELLEGEBROED! SCHENNER VAN HEILIGE GROND! VERDWIJN IN NAAM VAN JEZUS CHRISTUS! ALS DIENAAR VAN GOD MET DE KRACHT VAN HET WARE GELOOF GEBIED IK JE! GA TERUG NAAR DE BINNENSTE CIRKEL VAN DE HEL WAAR GIJ THUISHOORT! GA!
Waarom heb je alles met capslock aan geschreven? Moet dit meer kracht even aan de tekst? Ik vind het juist afbraak van het verhaal en de sterkte van de tekst. Het is vervelend om van normale lettertype ineens voor een alinea over te moeten gaan naar alleen maar hoofdletters.
Sowieso, waarom schreeuwt de man alleen maar? Is dat vanwege zijn angst? Sommige mensen kunnen soms juist niet praten van angst. Of ze kunnen iets alleen maar piepen/fluisteren.
Daarbij zou ik de mogelijkheid overwegen dat de man kalm en duidelijk zijn “rite” citeert, juist omdat er kracht achter moet zitten. Om zeker te zijn van een bepaalde effectiviteit, ook al weet jij als schrijver dat het totaal geen effect zal hebben.
......Het bleef stil...ijzingwekkend stil...de sterkste man kon zich nog amper goedhouden van de zenuwen en sommigen urineerden zichzelf onder zonder dat ze het merkten...
Te veel punten, te weinig juiste leestekens. Ik denk dat het goed houden moet zijn, dus een spatie ertussen. Al betwijfel ik de woordkeuze bij voorbaat al.
De sterkste man kon zich nog amper goed houden van de zenuwen.
Dus veel spiermassa zegt iets over iemand zijn innerlijk? Over zijn geestelijke sterkte? Ik denk van niet. Vaak zijn zij met de grootste spieren ook de grootste bangeriken, die enkel spieren hebben gekweekt om anderen af te schrikken. Dat is mijn visie erop.
Eveneens twijfel ik erover of mensen het niet merken dat zij zichzelf bevuilen. Meestal merk je dat toch wel, ongeacht hoe bang je bent of hoe benauwd de situatie is.
Toen opeens!..na een pauze van stilte kon men haast niet geloven wat men toen zag..het wezen dat zichzelf aanvankelijk kalm hield, sperde zijn ogen verder open en op eens was er welliswaar een leesbare uitdrukking op het monsterlijke gezicht zoals men bij mensen zag...
Het wezen begon zijn bek te bewegen,...eerst geluidloos ..alsof het moest slikken..vervolgens begon het te spreken! met verbijstering hoorde men een bulderend stemgeluid dat welliswaar niks menselijks had maar nietemin goed en duidelijk verstaanbaar was...
''GIJ DOM EN DWAAS STUK MENSENGESLACHT!!! WEET GIJ NIET, DAT INDIEN HET MIJN TAAK WAS OM DE WERELD TE VRIJWAREN VAN DOMHEID EN DWAASHEID IN PLAATS VAN KWAAD EN GRUWEL, DAT GIJ EN U ONNOZELE SOORT ALLANG VAN DE AARDBODEM VERDWENEN ZOU ZIJN??? WAT STOORT GIJ MIJ, STERFELIJK STUK ONBENUL! STOOR IK U SOMS OOK BIJ U TAKEN EN PLICHTEN DIE GIJ VERICHT ALS ZOGENAAMD DIENAAR? INDIEN HET ANTWOORD DAAROP 'NEE' IS, VERWIJDER U ZELF DAN EN LAAT MIJN TAAK MIJN TAAK ZIJN ZOALS DIE VAN U DE UWE IS!!!''
Wederom teveel puntjes. Wat doet trouwens die uitroepteken na opeens? Het staat middenin de zin zoals het hier staat. Dat kan absoluut niet. Een punt, vraagteken of uitroepteken markeert altijd het einde van een niet gesproken zin. Hierna volgt automatisch altijd een hoofdletter.
Welliswaar moet zijn weliswaar. Het woord bestaat feitelijk uit drie woordjes. Wel, is, waar. Er komt dus geen tweede l.
Nietemin moet zijn niettemin. Het woord bestaat feitelijk uit drie woordjes. Niet, te, min. Er moet hier dus wel een tweede t komen.
Verder vind ik ook hier weer de capslock-tekst zeer storend voor het verhaal. Voor zover er nog sprake is van een verhaal. Ik begin het nogal saai te vinden om te lezen. Ik had al alinea’s terug gehoopt over een verhaal afspelend in lang vervlogen tijden waarin iets spannends zal gebeuren en je ons versteld doet staan met je vertelkwaliteiten.

Ik eindig hier dan ook mijn “bètareaden” en wacht vol spanning op je gecorrigeerde stukken/verhaal om te lezen. Als je mij dan weer kan vasthouden om te lezen, dan zal ik verder gaan met “bètareaden”. Hopelijk lukt je dat! Veel succes en ik vind vanzelf je verhaal wel.

Groetjes, CN

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 29 jul 2010 17:54
door Rebel
De nacht was donker en koud. De Markies stond in zijn purperen staatsiegewaad op het brede balkon van zijn weelderige kasteel. Hij voelde een ijzige wind door zijn lange haren waaien en hoorde deze deze luid weerkaatsen door en langs de vele gaten en welvingen van het kasteel.

Het licht van de weelderige kroonluchter met kaarsen van zijn studiezaal achter hem wierp een indrukwekkend schaduwspel over het balkon met zijn stenen leuning en decoratieve waterspuwers die aan weerszijden als decoratie dienden. Het geknisper van het haardvuur binnen vermengde zich met het loeien van de wind.

De Markies dacht na over de dag die achter hem lag, hij had zich tot diep in de avond gebogen over allerlei notulen, uitvaardigingen en akte's. Hij vastbesloten de perkamenten diezelfde avond nog op orde te krijgen en had zich tijdens deze geestdodende taak geen minuut rust gegund. Hij had zijn huishouding het bevel gegeven hem onder geen beding te storen en wilde met rust gelaten worden. Krampachtig en verbeten had hij zich afgezonderd achter zijn werktafel met enkel zijn perkamenten, ganzeveer en zijn pot met inkt.

Afgestomd en moe had hij na het einde van zijn taak de zware deuren van zijn eenzame studiezaal naar buiten open gegooid voor een frisse neus en een blik over het nachtelijke landschap bij het licht van de volle maan.

Ondanks de kou en de wind was hij er aan toe. Hij verwonderde zich over het prachtige uitzicht van het uitgestrekte woud met het rustieke dorp dat ten westen aan de kronkellende rivier lag met zijn houten huisjes en hier en daar nog verlichte ramen en walmende schoorstenen.
Met als achtergrond de majestueuze grijze bergen met hun witte toppen, alles badend in het licht van de volle maan die daarboven hoog en vol stond in de rijk bezaaide sterrenhemel.

Hij genoot van dit uitzicht en hoewel hij het onderhand al meer gezien had raakte hij er nooit op uitgekeken. Het deed iets voor zijn gemoedsrust. Deze avond was echter anders, er bekroop hem al sinds de vroege avond een of ander onheilspellend voorgevoel, rillend van de kou en in zijn handen wrijvend probeerde hij dat gevoel van zich af te schudden, maar dat lukte niet.
Hij hield het eerst voor het oncomfortabele gevoel dat hij zijn werk niet op de door hemzelf gestelde tijd af zou krijgen, deze taak was echter al een half uur gedaan en sinds hij zijn luxe studiekamer uiteindelijk had verlaten was dat gevoel op een onverklaarbare manier alleen maar beklemmender geworden. Er was iets anders dan normaal aan deze avond.

Hij kon het plaatsen noch verwoorden, maar waar hij normaal genoot van de nachtelijke rust en schoonheid leek de nacht nu iets onheilspellens over zich te hebben, alles was anders, alsof de wind, het geruis van de bomen en heel de natuur met al zijn onverklaarbare uitingen hem nu ergens voor waarschuwde. Alsof het gebied waar hij over uitkeek nu iets gruwelijks voor hem in petto had. Nuchter en rationeel als hij was probeerde hij dat te negeren maar dat lukte hem niet. De schuld gevend aan zijn nachtelijke inspanningen en het laat opblijven wuifde hij die gedachten weg en haalde een fluwelen zak met tabak uit de zak van zijn mantel, deed wat van de inhoud er van in een houten pijp met ivoren steel en liep terug naar binnen om deze aan te steken met een gloeiend stuk hout uit de haardstede.

Toen hij de eerste passen gelopen had bleef hij in eens staan. Enkele passen voor de haard hield hij plotseling halt op het brede grote tapijt van zijn studiekamer en verstijfde zich, met fronsende wenkbrauwen en afvragende blik draaide hij zich langzaam om naar de opening van het balkon.
Hoorde hij iets? Het leek voor een ogenblik net of het geloei van de wind overstelpt werd door een doffe klap. Of waren het er mischien twee? De Markies kneep zijn ogen tot spleten en spitste zijn oren, haalde zijn vermoeidheid geintjes met hem uit? Zal wel. Zichzelf hervattend liep hij verder naar de grote brede haardstede, stak er een stok in om het gloeiende uiteinde naar zijn pijp te brengen.

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 29 jul 2010 18:00
door Rebel
Terwijl de tabak begon te branden begon hij zijn pijp happig aan de eerste trekken te onderwerpen en de eerste rookwolken stegen richting het houten plafon met dwarsbalken.
Opnieuw verstijfde hij, verstikte haast in een te gulzig genomen trek en draaide zich wederom naar de opening tot het balkon. Het geluid was er weer, en dit keer was er geen twijfel.
De Markies verruilde zijn gekonkel voor moed en stapte met vastberaden tred op weg naar buiten om zich er van te vergewissen wat dat geklapper was wat nu duidelijker te horen was geweest boven de wind uit. De wind blies hem een felle kou in het gezicht dat hem even zijn ogen liet sluiten. Vervolgens hief hij zijn arm omhoog en speurde de omgeving af.
Waar kwam het geluid vandaan? Was het een vogel geweest die zijn balkon aandeed ter beschutting tegen de wind die steeds feller begon te loeien? Een blik naar beneden in de diepte leverde hem weinig op. Een blik naar links en rechts en over het landschap leverde hem ook niets ongebruikelijks op. Een blik naar boven dan mischien? Stond er mischien ergens een raam te klapperen? dan zou een van zijn bedienden hem nu toch wel dichtgedaan hebben?

Tot de conclusie gekomen dat er niets ongewoons waar te nemen was besloot hij terug naar binnen te gaan, met zijn haren en mantel wapperend in de felle kou sloot hij eerst de ene zware houten deur en vervolgens de andere, het weer werd hem nu toch wel te gortig om de weg naar het balkon open te houden. Toen hij de laatste deur aan het zware ijzeren handvat dicht liet vallen deed hij de zware houten balk in de steunen ter afsluiting, draaide zich zuchtend om en klapte zijn handen uit. Het was mooi geweest, hij pakte de pijp die hij op zijn werktafel had laten liggen en klopte hem leeg in de smeulende haard. Het was tijd voor hem om zijn slaapvertrek op te zoeken en er een punt achter te zetten voor vandaag.

Net toen hij de handgreep van de deur naar de gang beetpakte klonk er een afschuwelijk gedonder door de studiezaal. Zware stukken van de massieve balkondeuren slingerde in een geweldige knal door alle kanten van het vertrek en de wind en sneeuw baanden zich een weg naar binnen. De Markies vloog door een aanvliegend stuk hout zo hard tegen de stenen muur dat hij voor enkele ogenblikken het bewustzijn leek te verliezen. Uit evenwicht gebracht en steun zoekend met zijn armen zette hij zich af tegen de muur en probeerde met knipperende ogen te zien welke kracht de ravage teweegbracht.
Plotseling voelde hij een vlijmscherp en lang voorwerp als ware het een zwaard met kracht tegen zijn keel geduwd worden, zo krachtig dat op enkele plekken zelfs de huid sprong en begon te bloeden.
Toen hij zijn ogen opende kreeg hij een walgelijke, naar verotting stinkende luchtstoot in zijn gezicht die hem deed kokhalzen. Vertwijfeld richte hij zijn hoofd omhoog en keek regelrecht in twee fel oranje, met rode aderen bloeddoorlopen ogen met pikzwarte pupillen.

Hij voelde hoe zijn nek beetgegrepen werd en zijn voeten van de grond werden getild.
Stomgeslagen van angst en paniek keek hij naar het duivelse wezen dat hem vasthield. De breedte van de studiekamer was niet genoeg voor dit wezen. De vleugels kwamen aan beide kanten tegen de muur en hielden de wind en sneeuw tegen die van af het balkon naar binnen waaide.
De rijzige gestalte stond gebukt onder het plafon en keek gebogen op de armzalige mensfiguur neer.
In paniek sloeg de Markies uiteindelijk een bekende bezweringspreuk uit die mensen indertijd gebruikten om demonische verschijningen te weren.

''Indien gij van de duivel zijt, verwijder u zelf van mij! Indien gij van God komt, maak u bekend!''

Het wezen reageerde niet. Terwijl de Markies daar machteloos en vol angst met zijn keel in de hand van het wezen hing uitte deze na een korte stilte slechts een nonchalante snuif richting zijn prooi die zijn neusgaten vervulde met een afschuwelijke stank. Toen liet het wezen hem op eens los...
De Markies viel met zijn lichaam met een plof op het tapijt en wanhopig spartelend leek het of hij zich ergens aan vast wilde klampen, zij het iets wat hij als wapen kon gebruiken of iets om zichzelf aan op te trekken. Toen klonk er opeens een raspende galmende stem die door merg en been leek te gaan: ''Jij bent niet degene die ik zoek, noch heb je zijn geur!''
Vrijwel meteen daarna voelde de Markies weer de volle wind en natte sneeuw die de studiekamer vulde met ijzige kou en nattigheid.
Terwijl de rillingen van angst en kou hem over de rug liepen richte hij van uit liggende positie zijn hand tot boven zijn ogen op en zag enkel nog de ravage. Het wezen was nog sneller verdwenen als dat het gekomen was, de wind joeg door het vertrek en blies de asresten van de open haard samen met de sneeuw door de kamer...

De volgende morgen was de wind gaan liggen en de grote rode bol van de zon wierp zijn eerste lichtstralen van achter de bergen vandaan over het land. Alsof er niks gebeurt was kraaide de haan en nog in het schemer begon het dorp weer op te leven. In de late ochtend genoot Sergei Bagarian van zijn ontbijt in de Herberg. Gebakken eieren met vette spek werden door hem gretig naar binnen gewerkt. Er waren op hem en de waard na weinig mensen in de eetzaal en al die tijd had hij in afwachting van het ontbijt de deur in de gaten gehouden als of hij iemand verwachte.
Nu had hij echter een comfortabel gevoel gekregen en zat zichtbaar te genieten van zijn maaltijd zonder zich om zijn omgeving te bekommeren.

Hij merkte niet dat hij van achteren benaderd werd door een wankelende gestalte. Hij schrok toen deze zijn groezelige hand op zijn schouder legde, Hij keek om en zag daar de bekende gedrongen
en armoedige gestalte staan van het wezen in menselijke gedaante dat hij op dezelfde plaats had leren kennen.
''Je hebt je vergist beste vrind.'' klonk het onder een vettige pet vandaan waaronder twee smalle ogen van een rond, grauwig en ongeschoren smoelwerk hem aankeken. ''De Markies is niet de Oppervampier, hij draagt niet eens zijn geur, maar ik denk toch dat hij er wel door word gebruikt.''

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 18 dec 2010 13:24
door Cubiculum Nephilia
Het gaat al beter, prima :) Hopelijk blijf je aan dit verhaal schrijven. Ik blijf het volgen en zal met genoeg tijd zoeken naar foutjes, om je verder te helpen.

Re: Magarijnen...de onbekende bovennatuurlijke opruimers..

Geplaatst: 18 dec 2010 16:13
door Rebel
Laat de nieuwe richtlijnen vooral geen beletsel zijn om eerlijk je mening te uiten.
Ik was al van plan om dit verhaal weer op te pakken zodra ik weer wat nieuwe plotwendingen had uitgedacht. (en wat meer tijd had.) ik vond het zelf wat voorspelbaar worden.