Magische waanzin
Geplaatst: 20 jan 2010 16:36
Proloog
Kreunend rolde Anastasia haar bed uit en klikte de lamp aan. Ze beefde toen ze de schaduwen onder de kaptafel en onder het bed zag. Wat was ze bang van het donker. En met reden, want velen wisten niet wat zich in de schaduwen schuilhield, maar zij wel. In bed was ze veilig, want de ban rond haar bed was sterk genoeg om het kwaad weg te houden. Mark had vaak genoeg gezeurd over het zout dat zij over de vloer gooide, maar hij geloofde het niet. Hij liet het toe vanwegen haar. Maar haar magie was niet sterk genoeg om de ban rond het hele huis te leggen, dus had ze besloten niet in de schaduw te lopen wanneer het nacht was. Maar ze moest zo nodig plassen! Razendsnel klikte ze de lamp op de overloop aan voordat iets ook maar de kans zou hebben. Door het raam flitste een bliksemflits, waarna een donder volgde. Ze rilde terwijl ze wegkeek van het raam. In die flits had ze een gezicht gezien, onmiskenbaar. Ze klikte de lamp van de wc aan en trok gauw haar onderbroek omlaag om zich van haar last te ontdoen. Onder de wasbak waren kastjes die de vloer niet raakten. Hier viel een donkere schaduw die niet door het licht opgevangen kon worden. Onder het kastje zat een klein jongetje. Hij keek haar aan, heel voorzichtig om het licht van de lamp niet op zijn huid te laten komen. Anastasia keek niet naar hem, ze keek vooruit en alleen vooruit. Ze voelde hem kijken, ook al wist ze dat hij niet kon kijken. Hij had geen ogen, maar slechts oogkassen waaruit de ogen gekrabt waren. Tranen begonnen over haar wangen te rollen van angst, maar ze bleef de jongen negeren. Hij zou haar dichtbij willen lokken, en wanneer ze dichtbij genoeg was, zou hij bijten. Hij zou haar bijten tot ze zou bloeden, en dan zou hij doorbijten. Snel trok ze door en stond op. Een heftig gesnik volgde de tranen en ze wou de badkamer verlaten. Een luid gedonder buiten, en het licht viel uit. AAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAH!!!!
Hoofdstuk 1
Michael hoorde buiten geroep en liep naar zijn raam. De buren. Ze woonden er nog niet lang, maar hij had hen en paar keer gezien. Een mooie meid, op zich, maar haar vriend leek op haar neer te kijken. De blik tussen hen was verre van verliefd. Michael interesseerde zich niet zo voor de buren. Hij woonde in een studentenhuis en was niet van plan hier lang te blijven wonen. Nog lang genoeg om zijn studie af te maken. Niet lang genoeg om met de buren te maken te krijgen. Met een kop koffie in zijn éne hand, en zijn blote borst krabbend met de andere hand, keek hij geamuseerd toe. De buurvrouw stond met niets dan een handdoek om haar lijf in de voortuin en riep kwaad verwensingen naar haar vriend die vanaf het raam op de eerste verdieping terugschold. 'Geef me mijn kleren, Mark!! NU!!'
'Als je je kleren wil, had je ze niet uit moeten trekken! Het is midden op de dag, kreng, waar ben je mee bezig?! Hoepel op, ik hoef je niet meer te zien!' Hij gooide het raam dicht.
'Maar Mark! Mijn kleren, mijn geld!!! AAAAAAAH, daar heb je geen recht op, dit is diefstal!' De buurman deed nog één keer zijn raam open en wierp haar een portemonnee toe.
'Dat is van jou, de rest is van mij! Ik heb je van de straat gepikt omdat ik dacht dat je een goede vriendin zou zijn, maar ik ben die grappen van jou zat! Flikker maar op, en zoek het maar uit.' De buurvrouw schreeuwde nog eens kwaad naar het gesloten raam en maakte toen de portemonnee open. Daarna keek ze zijn kant op. Ze keek hem recht in zijn gezicht. Hij schrok en deed een stap weg van het raam.
TRIIIIIIIIING! TRIIIIIIIING!! Michael zuchtte en liep naar beneden. Hij deed de deur open en keek naar zijn buurvrouw, die met een handdoek rond haar lijf geslagen hem met een honingzoete glimlach aankeek. Hij gaf haar een scheve glimlach terug.
'Dag buurvrouw. Kan ik wat voor je doen?' Ze liet haar glimlach nog zoeter lijken, maar in haar ogen lag nog steeds vuur.
'Bestaat er een kans dat ik een paar kledingstukken mag lenen?' Hij grijnsde ontdeugend.
'Mwa, ik weet niet. Dit uitzicht bevalt me ook prima.' zei hij plagend. Ze zuchtte en draaide zich om om weg te lopen. Hij haalde zijn wenkbrauwen op en pakte haar arm. 'Sorry, ik meende het niet. Natuurlijk mag je wat kleren lenen.' Ze trok haar arm zo snel terug dat hij ervan schrok. Ze deed het niet vijandig of afkerend, maar angstig. Hij kon het niet helpen daarna naar haar hand te kijken. Twee vingers misten van haar linkerhand. Hij zei er niets over en liet haar binnen.
'Je zit aardig in de problemen, nietwaar?' Ze keek zijn kamer rond en gaf hem geen antwoord. 'Ik weet niet of je ergens hebt om te slapen...?' Twintig tot vijfentwintig, schatte hij haar. De buurman was ouder geweest, een jaar of dertig. Ze was zo mooi, zo zacht. Haar haren vielen als een rode waterval over haar rug en haar ogen waren vol kracht en zo donker dat ze bijna zwart waren. Ze keek hem aan en glimlachte.
'Ik heb geen liefdadigheid nodig, ik red mezelf wel.' Hij gaf haar een gele trui, een onderbroek en een joggingbroek en draaide zich om terwijl ze omkleed. Nadat ze klaar was pakte hij een paar schoenen van zijn ex, en een paar sokken. De trui was haar te groot en gaf haar daardoor een breekbaar uiterlijk, en de joggingbroek nam niets van haar schoonheid weg. Maar ze was geen echte schoonheid. Haar uiterlijk was tot in elk detail adembenemend, maar het geheel leek... gebroken. 'Het is geen probleem, buurvrouw. U kunt hier blijven zo lang u wilt. De huiskamer is beschikbaar.'
'Ik slaap niet in huiskamers,' zei ze terwijl ze de veters strikte.
'Je mag ook op deze kamer op de grond slapen, als je dat liever hebt.' Ze keek hem opeens in zijn ogen aan, en iets veranderde. Het koppige vuur veranderde in wanhoop.
'Graag, als het mag,' zuchtte ze uiteindelijk. Wat was er met mij? Waarom bood hij haar dat aan? Dacht hij haar het bed in te krijgen? Hij hoopte dat hij er geen spijt van kreeg, maar hij zou de vrouw alles aanbieden wat hij kon. Om de één of andere reden wilde hij haar helpen.
Kreunend rolde Anastasia haar bed uit en klikte de lamp aan. Ze beefde toen ze de schaduwen onder de kaptafel en onder het bed zag. Wat was ze bang van het donker. En met reden, want velen wisten niet wat zich in de schaduwen schuilhield, maar zij wel. In bed was ze veilig, want de ban rond haar bed was sterk genoeg om het kwaad weg te houden. Mark had vaak genoeg gezeurd over het zout dat zij over de vloer gooide, maar hij geloofde het niet. Hij liet het toe vanwegen haar. Maar haar magie was niet sterk genoeg om de ban rond het hele huis te leggen, dus had ze besloten niet in de schaduw te lopen wanneer het nacht was. Maar ze moest zo nodig plassen! Razendsnel klikte ze de lamp op de overloop aan voordat iets ook maar de kans zou hebben. Door het raam flitste een bliksemflits, waarna een donder volgde. Ze rilde terwijl ze wegkeek van het raam. In die flits had ze een gezicht gezien, onmiskenbaar. Ze klikte de lamp van de wc aan en trok gauw haar onderbroek omlaag om zich van haar last te ontdoen. Onder de wasbak waren kastjes die de vloer niet raakten. Hier viel een donkere schaduw die niet door het licht opgevangen kon worden. Onder het kastje zat een klein jongetje. Hij keek haar aan, heel voorzichtig om het licht van de lamp niet op zijn huid te laten komen. Anastasia keek niet naar hem, ze keek vooruit en alleen vooruit. Ze voelde hem kijken, ook al wist ze dat hij niet kon kijken. Hij had geen ogen, maar slechts oogkassen waaruit de ogen gekrabt waren. Tranen begonnen over haar wangen te rollen van angst, maar ze bleef de jongen negeren. Hij zou haar dichtbij willen lokken, en wanneer ze dichtbij genoeg was, zou hij bijten. Hij zou haar bijten tot ze zou bloeden, en dan zou hij doorbijten. Snel trok ze door en stond op. Een heftig gesnik volgde de tranen en ze wou de badkamer verlaten. Een luid gedonder buiten, en het licht viel uit. AAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAH!!!!
Hoofdstuk 1
Michael hoorde buiten geroep en liep naar zijn raam. De buren. Ze woonden er nog niet lang, maar hij had hen en paar keer gezien. Een mooie meid, op zich, maar haar vriend leek op haar neer te kijken. De blik tussen hen was verre van verliefd. Michael interesseerde zich niet zo voor de buren. Hij woonde in een studentenhuis en was niet van plan hier lang te blijven wonen. Nog lang genoeg om zijn studie af te maken. Niet lang genoeg om met de buren te maken te krijgen. Met een kop koffie in zijn éne hand, en zijn blote borst krabbend met de andere hand, keek hij geamuseerd toe. De buurvrouw stond met niets dan een handdoek om haar lijf in de voortuin en riep kwaad verwensingen naar haar vriend die vanaf het raam op de eerste verdieping terugschold. 'Geef me mijn kleren, Mark!! NU!!'
'Als je je kleren wil, had je ze niet uit moeten trekken! Het is midden op de dag, kreng, waar ben je mee bezig?! Hoepel op, ik hoef je niet meer te zien!' Hij gooide het raam dicht.
'Maar Mark! Mijn kleren, mijn geld!!! AAAAAAAH, daar heb je geen recht op, dit is diefstal!' De buurman deed nog één keer zijn raam open en wierp haar een portemonnee toe.
'Dat is van jou, de rest is van mij! Ik heb je van de straat gepikt omdat ik dacht dat je een goede vriendin zou zijn, maar ik ben die grappen van jou zat! Flikker maar op, en zoek het maar uit.' De buurvrouw schreeuwde nog eens kwaad naar het gesloten raam en maakte toen de portemonnee open. Daarna keek ze zijn kant op. Ze keek hem recht in zijn gezicht. Hij schrok en deed een stap weg van het raam.
TRIIIIIIIIING! TRIIIIIIIING!! Michael zuchtte en liep naar beneden. Hij deed de deur open en keek naar zijn buurvrouw, die met een handdoek rond haar lijf geslagen hem met een honingzoete glimlach aankeek. Hij gaf haar een scheve glimlach terug.
'Dag buurvrouw. Kan ik wat voor je doen?' Ze liet haar glimlach nog zoeter lijken, maar in haar ogen lag nog steeds vuur.
'Bestaat er een kans dat ik een paar kledingstukken mag lenen?' Hij grijnsde ontdeugend.
'Mwa, ik weet niet. Dit uitzicht bevalt me ook prima.' zei hij plagend. Ze zuchtte en draaide zich om om weg te lopen. Hij haalde zijn wenkbrauwen op en pakte haar arm. 'Sorry, ik meende het niet. Natuurlijk mag je wat kleren lenen.' Ze trok haar arm zo snel terug dat hij ervan schrok. Ze deed het niet vijandig of afkerend, maar angstig. Hij kon het niet helpen daarna naar haar hand te kijken. Twee vingers misten van haar linkerhand. Hij zei er niets over en liet haar binnen.
'Je zit aardig in de problemen, nietwaar?' Ze keek zijn kamer rond en gaf hem geen antwoord. 'Ik weet niet of je ergens hebt om te slapen...?' Twintig tot vijfentwintig, schatte hij haar. De buurman was ouder geweest, een jaar of dertig. Ze was zo mooi, zo zacht. Haar haren vielen als een rode waterval over haar rug en haar ogen waren vol kracht en zo donker dat ze bijna zwart waren. Ze keek hem aan en glimlachte.
'Ik heb geen liefdadigheid nodig, ik red mezelf wel.' Hij gaf haar een gele trui, een onderbroek en een joggingbroek en draaide zich om terwijl ze omkleed. Nadat ze klaar was pakte hij een paar schoenen van zijn ex, en een paar sokken. De trui was haar te groot en gaf haar daardoor een breekbaar uiterlijk, en de joggingbroek nam niets van haar schoonheid weg. Maar ze was geen echte schoonheid. Haar uiterlijk was tot in elk detail adembenemend, maar het geheel leek... gebroken. 'Het is geen probleem, buurvrouw. U kunt hier blijven zo lang u wilt. De huiskamer is beschikbaar.'
'Ik slaap niet in huiskamers,' zei ze terwijl ze de veters strikte.
'Je mag ook op deze kamer op de grond slapen, als je dat liever hebt.' Ze keek hem opeens in zijn ogen aan, en iets veranderde. Het koppige vuur veranderde in wanhoop.
'Graag, als het mag,' zuchtte ze uiteindelijk. Wat was er met mij? Waarom bood hij haar dat aan? Dacht hij haar het bed in te krijgen? Hij hoopte dat hij er geen spijt van kreeg, maar hij zou de vrouw alles aanbieden wat hij kon. Om de één of andere reden wilde hij haar helpen.