de regen
Geplaatst: 22 jun 2010 16:31
Deel 1
‘waarom is het nou altijd klote weer als we over donkere weggetjes moeten rijden!’ riep joanna woest tegen haar net zo vrolijk kijkende vriend , patrick, die achter het stuur zat. ’ik kan er niks aan doen lieverd, mompelde hij’. ‘ik bedoel, het is al donker genoeg en de regen helpt er heus niet bij hoor.’ ging joanna verder. ‘dit is nou echt zo’n dag om aan het eind dood te gaan.’ ‘dood te gaan, waarom nou?? Vind je het zo verschrikkelijk met me dan??’ vroeg patrick, die nu ook steeds kwader begon te worden. ‘nee, natuurlijk niet…. Alhoewel hebben wij inderdaad ook wel eens leukere tijden gehad samen, maar jah dat hoef ik natuurlijk niet nog een keer te vertellen want als je het nu nog niet begrijpt!’ ‘NEE’ riep patrick zo hard dat ze er eigenlijk een beetje van schrok. ‘nee’ riep hij nog een keer maar iets rustiger ‘ik begrijp het nog steeds niet, het ene moment ben je zielsgelukkig met me en opeens, PLOTSELING uit het niets, wil je met me praten en vertel je me allemaal dingen die plotseling niet meer goed zijn in onze relatie en hoe slecht je het wel niet hebt, dat je niet meer weet wat je allemaal wilt en dat je er misschien wel een eind aan wilt maken. ik zet alles op alles om eraan te werken, ik probeer me in allemaal hoeken te wikken en te wegen om jou gelukkig te maken, ik plan een mooi weekendje en DIT is wat ik krijg.. DIT!! Niet eens een dank je wel.. Nee DIT’ patrick was zo kwaad dat ie niet meer wist waar ie moest kijken. ‘NOU..’ riep joanna na een korte stilte. ‘als je het zo verschrikkelijk vind allemaal.. Wat doe je hier dan nog met me?’ woest zet Patrick de auto aan de kant van de weg en gooit de portier aan joanna der kant open. ‘eruit!’ siste ie ‘maar…’ ‘ERUIT’. snel stapt joanna de stromende regen in en gelijk is ze doorweekt. Achter haar werd gelijk de deur dicht getrokken en weg was hij. Geschokt kijkt joanna de rooie lichten na van de auto. ‘die komt wel terug.’ mompelde ze mopperend in zichzelf. En ja hoor, de remlichten lichte op en hij kwam weer terug. Met gierende banden kwam de auto tot stilstand vlak voor haar voeten. ‘zeg.. Kan je niet even uitkijken, je reed me bijna overhoop joh.’ riep ze terwijl ze naar het portier liep. Ze gaf er een ruk aan, maar hij zat op slot. ‘hey… hallo, doe die deur eens open. Denk je dat het leuk is om hier te staan?’ ze hoorde de achterbak open schieten en Patrick stapte uit.
‘je bent je koffers vergeten!’ riep hij, over het geluid van de regen heen. Hij liep naar de kofferbak en gooide alle koffers die niet van hem waren op straat. ’heb je gelijk een stoeltje voor als je moe word van het lopen.’ schreeuwde hij nog harder omdat de regen steeds sneller en in meerdere proporties naar beneden kwam. De druppels deden bijna zeer op zijn huid, zo hard ging het. ’je telefoon zit in je handtas, alsjeblieft.’ snel rende Patrick terug naar de auto en wou wegrijden. “KRIIIIIIISCCC.. “ was het enigste geluid wat de auto maakte en veel beweging zat er ook niet in zo te zien. ’GOTVERDOMME’ woedend sloeg Patrick op zijn stuur en probeerde het nog een keer “KRIIIIIIIIIIIIIIIIIIISCCC”. wanhopig viel Patrick zijn hoofd op het stuur. Dat dit nu, op dit moment moet gebeuren. Waarom nou niet gister ofzo, of morgen. Waarom gebeurd mij dit soort dingen sowieso. Hij hoorde dat er zachtjes op het raam werd geklopt. Kwaad keek ie naar rechts en zag zijn vrouw, helemaal doorweekt en uitgelopen mascara, huilend naar binnen kijken. Met een zucht deed hij de deur open en voelde hoe er een zeiknat iemand dankbaar op de passagiersstoel neerplofte.
Na een lange stilte was joanna de eerste die voorzichtig wat zei. ‘wat gaat er nu met ons gebeuren?’ ‘ik weet het niet jo, ik weet het echt niet. En ik ben nu ook niet in de juiste bij om daar nu al beslissingen over te gaan nemen. Laten we ons eerst maar eens druk gaan maken over de auto. Ik ga onder de motorkap kijken en kijken of ik zie wat er aan de hand is. Ik wil het hier niet meer over hebben. Dit moet maar wachten tot we thuis zij….’ “KABLAM” een harde knal tegen de vooruit deed joanna en Patrick verstijfen van angst. ‘Wat was dat??’
‘waarom is het nou altijd klote weer als we over donkere weggetjes moeten rijden!’ riep joanna woest tegen haar net zo vrolijk kijkende vriend , patrick, die achter het stuur zat. ’ik kan er niks aan doen lieverd, mompelde hij’. ‘ik bedoel, het is al donker genoeg en de regen helpt er heus niet bij hoor.’ ging joanna verder. ‘dit is nou echt zo’n dag om aan het eind dood te gaan.’ ‘dood te gaan, waarom nou?? Vind je het zo verschrikkelijk met me dan??’ vroeg patrick, die nu ook steeds kwader begon te worden. ‘nee, natuurlijk niet…. Alhoewel hebben wij inderdaad ook wel eens leukere tijden gehad samen, maar jah dat hoef ik natuurlijk niet nog een keer te vertellen want als je het nu nog niet begrijpt!’ ‘NEE’ riep patrick zo hard dat ze er eigenlijk een beetje van schrok. ‘nee’ riep hij nog een keer maar iets rustiger ‘ik begrijp het nog steeds niet, het ene moment ben je zielsgelukkig met me en opeens, PLOTSELING uit het niets, wil je met me praten en vertel je me allemaal dingen die plotseling niet meer goed zijn in onze relatie en hoe slecht je het wel niet hebt, dat je niet meer weet wat je allemaal wilt en dat je er misschien wel een eind aan wilt maken. ik zet alles op alles om eraan te werken, ik probeer me in allemaal hoeken te wikken en te wegen om jou gelukkig te maken, ik plan een mooi weekendje en DIT is wat ik krijg.. DIT!! Niet eens een dank je wel.. Nee DIT’ patrick was zo kwaad dat ie niet meer wist waar ie moest kijken. ‘NOU..’ riep joanna na een korte stilte. ‘als je het zo verschrikkelijk vind allemaal.. Wat doe je hier dan nog met me?’ woest zet Patrick de auto aan de kant van de weg en gooit de portier aan joanna der kant open. ‘eruit!’ siste ie ‘maar…’ ‘ERUIT’. snel stapt joanna de stromende regen in en gelijk is ze doorweekt. Achter haar werd gelijk de deur dicht getrokken en weg was hij. Geschokt kijkt joanna de rooie lichten na van de auto. ‘die komt wel terug.’ mompelde ze mopperend in zichzelf. En ja hoor, de remlichten lichte op en hij kwam weer terug. Met gierende banden kwam de auto tot stilstand vlak voor haar voeten. ‘zeg.. Kan je niet even uitkijken, je reed me bijna overhoop joh.’ riep ze terwijl ze naar het portier liep. Ze gaf er een ruk aan, maar hij zat op slot. ‘hey… hallo, doe die deur eens open. Denk je dat het leuk is om hier te staan?’ ze hoorde de achterbak open schieten en Patrick stapte uit.
‘je bent je koffers vergeten!’ riep hij, over het geluid van de regen heen. Hij liep naar de kofferbak en gooide alle koffers die niet van hem waren op straat. ’heb je gelijk een stoeltje voor als je moe word van het lopen.’ schreeuwde hij nog harder omdat de regen steeds sneller en in meerdere proporties naar beneden kwam. De druppels deden bijna zeer op zijn huid, zo hard ging het. ’je telefoon zit in je handtas, alsjeblieft.’ snel rende Patrick terug naar de auto en wou wegrijden. “KRIIIIIIISCCC.. “ was het enigste geluid wat de auto maakte en veel beweging zat er ook niet in zo te zien. ’GOTVERDOMME’ woedend sloeg Patrick op zijn stuur en probeerde het nog een keer “KRIIIIIIIIIIIIIIIIIIISCCC”. wanhopig viel Patrick zijn hoofd op het stuur. Dat dit nu, op dit moment moet gebeuren. Waarom nou niet gister ofzo, of morgen. Waarom gebeurd mij dit soort dingen sowieso. Hij hoorde dat er zachtjes op het raam werd geklopt. Kwaad keek ie naar rechts en zag zijn vrouw, helemaal doorweekt en uitgelopen mascara, huilend naar binnen kijken. Met een zucht deed hij de deur open en voelde hoe er een zeiknat iemand dankbaar op de passagiersstoel neerplofte.
Na een lange stilte was joanna de eerste die voorzichtig wat zei. ‘wat gaat er nu met ons gebeuren?’ ‘ik weet het niet jo, ik weet het echt niet. En ik ben nu ook niet in de juiste bij om daar nu al beslissingen over te gaan nemen. Laten we ons eerst maar eens druk gaan maken over de auto. Ik ga onder de motorkap kijken en kijken of ik zie wat er aan de hand is. Ik wil het hier niet meer over hebben. Dit moet maar wachten tot we thuis zij….’ “KABLAM” een harde knal tegen de vooruit deed joanna en Patrick verstijfen van angst. ‘Wat was dat??’