Het Rode Lint ( Proloog --> written by Pebblooz & Dap5hne )
Geplaatst: 22 dec 2010 10:16
1e deel --> Pebblooz
Ik zit in de klas. Mijn schooldag is net begonnen. Ik haal mijn hand door mijn rode haar. Ik zal je even over mezelf vertellen. Ik ben Adrien Lockridge ( ja, ik ben familie van Marley. ) Ik ben getint, heb groene ogen en een, ook al zeg ik het zelf, een goddelijk lichaam. Helaas zit ik nog op school, in de zonnige stad Arizona. Ik rek me uit. Naast mij zit mijn vriend, Bailey. We zitten op het Saint-Micheal, de school met de saaiste leraren ooit. Nou ja, de saaiste? Het Saint-Micheal is de enige school in de buurt.
Als je het nog niet wist, ik ben een populaire hunk. Veel meiden heb ik al gehad, maar nooit lang. En ik maakte het meestal snel uit, want zo hoort het ook.
'Dus Adrien, wat denk je wat er gebeurt als aardkorsten tegen elkaar botsen?' vraagt de leraar opeens. 'U bent toch de leraar? Legt u het maar uit!' roep ik. 'Dat is heel fijn dat je me er even op wijst, meneer Lockridge'. Hij loopt verder en geeft een ander de beurt. Ik staar naar de openvliegende deur. De rector loopt naar binnen met een meisje achter hem aan. Ze kijkt verlegen naar beneden.
2e deel --> Dap5hne
Dit is Marry-Alice, ze komt hier in deze klas. Ik vertrouw er op dat jullie haar even de weg wijzen in deze school. Zo snel als hij gekomen was, was hij ook weer verdwenen. Voorzichtig schuifelde ze naar voren. Adrien kuchte en gniffelde tegen Bailey: 'Wat een nerdje!' Ze keek op met een blik in haar ogen die de twee vrienden niet konden thuis brengen. Haar ogen hadden uit gouden gloed en haar haar was zwart en krulde in een hoge paardenstaart. Er was een rood lint om heen gebonden. Adrien was even onder de indruik van haar blik, iets in haar ogen liet hem zien dat er niet te sollen met haar viel. Ze liep naar de tafel voor hun en ging langzaam zitten op de stoel. Nu Adrien haar rug zag, zag hij ook dat in het katoen van haar shirt een tekst stond. Hij las: 'What you see, isn't what you think.' Als of ze hem zag lezen draaide ze zich met een ruk om. Haar ogen hadden het verlege achtige iets niet meer, het had plaats gemaakt voor macht en trots, of ies duisters. Ze glimlachte en zei tot hem: Ik weet wat je denkt, maar ons verhaal begint pas...'
Ik zit in de klas. Mijn schooldag is net begonnen. Ik haal mijn hand door mijn rode haar. Ik zal je even over mezelf vertellen. Ik ben Adrien Lockridge ( ja, ik ben familie van Marley. ) Ik ben getint, heb groene ogen en een, ook al zeg ik het zelf, een goddelijk lichaam. Helaas zit ik nog op school, in de zonnige stad Arizona. Ik rek me uit. Naast mij zit mijn vriend, Bailey. We zitten op het Saint-Micheal, de school met de saaiste leraren ooit. Nou ja, de saaiste? Het Saint-Micheal is de enige school in de buurt.
Als je het nog niet wist, ik ben een populaire hunk. Veel meiden heb ik al gehad, maar nooit lang. En ik maakte het meestal snel uit, want zo hoort het ook.
'Dus Adrien, wat denk je wat er gebeurt als aardkorsten tegen elkaar botsen?' vraagt de leraar opeens. 'U bent toch de leraar? Legt u het maar uit!' roep ik. 'Dat is heel fijn dat je me er even op wijst, meneer Lockridge'. Hij loopt verder en geeft een ander de beurt. Ik staar naar de openvliegende deur. De rector loopt naar binnen met een meisje achter hem aan. Ze kijkt verlegen naar beneden.
2e deel --> Dap5hne
Dit is Marry-Alice, ze komt hier in deze klas. Ik vertrouw er op dat jullie haar even de weg wijzen in deze school. Zo snel als hij gekomen was, was hij ook weer verdwenen. Voorzichtig schuifelde ze naar voren. Adrien kuchte en gniffelde tegen Bailey: 'Wat een nerdje!' Ze keek op met een blik in haar ogen die de twee vrienden niet konden thuis brengen. Haar ogen hadden uit gouden gloed en haar haar was zwart en krulde in een hoge paardenstaart. Er was een rood lint om heen gebonden. Adrien was even onder de indruik van haar blik, iets in haar ogen liet hem zien dat er niet te sollen met haar viel. Ze liep naar de tafel voor hun en ging langzaam zitten op de stoel. Nu Adrien haar rug zag, zag hij ook dat in het katoen van haar shirt een tekst stond. Hij las: 'What you see, isn't what you think.' Als of ze hem zag lezen draaide ze zich met een ruk om. Haar ogen hadden het verlege achtige iets niet meer, het had plaats gemaakt voor macht en trots, of ies duisters. Ze glimlachte en zei tot hem: Ik weet wat je denkt, maar ons verhaal begint pas...'