Reis naar Tlerius
Geplaatst: 09 feb 2011 16:51
In een klein dorpje in de bergen woonden Sandra en slanke vrouw haar haar duf toch kon je zien dat het ooit golvend blond haar was ,
Ze was gekleed in een oude jurk gemaakt van vodden
Hieraan kon je zien dat ze niet een in rijke familie had.
Samen met haar moeder woonde ze in een klein huisje in een achterbuurt van Trindor.
In de omliggende straten kon je geluiden hoorde van de markt en de paarden die over te straten trappelden.
Sandra kwam thuis van de markt ze had dingen gehaald voor het eten, Ze hoorde haar moeder hoesten.
'Mam wat is er?' Vroeg ik ze bleef hoesten en viel uiteindelijk op de grond neer.
Ik was dood bezorgt ik vroeg me af wat ik moest doen. Ik sprokkelde mijn laatste geld bij elkaar en ging naar de dichtstbijzijnde dokter,
Dokter Dokter! riep ik Wat is er zei hij U moet komen hij liep met mee
Na een tijdje had de dokter geconstateerd dat het een Speciale ziekte was die alleen genezen kon worden met Takkenkruid en speciaal kruid dat alleen in Tlerius groeit
Ik gaf hem het geld en hij vertrok.
Hier begint dit verhaal ,Dit was de dag dat Sandra aan een reis begon naar Tlerius , de hoofdstad van Magbar.
Het was een mooie zonnige dag Sandra was thuis haar tas aan het inpakken en checkte of ze niks vergeten was.
'Even kijken.' zei ze.
'Ik heb alles, klaar om te vertrekken dus. 'Ik ga eerst mijn vriend maar ophalen.'
Ik liep verder naar het huis van Tralon, mijn vriend.
Ik klopte op de deur.
'Tralon ben je daar?'
Opeens voelde ik een harige hand over mijn schouder glijden. Ik schrok.
' Hoi.' Zij Tralon De Satyr keek opgewekt.
'Gaan we?'
'Ja we gaan.'
En samen vertrokken we naar Tlerius.
De weg was donker en met veel hindernissen.
Er was nog niet veel gebeurd het eerste uur nadat ze waren vertrokken, totdat ze het bos naderden dat steeds hoger in de bergen begon te liggen. Je hoorde de bomen kraken, wat een akelig geluid was.
'brrr!' Zei ik.
Tralon beefde van angst en verschuilde zich achter mij. Opeens kwamen we de wachter van het bos tegen. Het was een bos trol.
'Halt!' Zei de bos trol.
De bos trol was niet groter dan mijn been.
'U mag hier niet doorgaan zonder het codewoord.'
Ik vroeg de bostrol wat het codewoord was. Hij gaf me een hint.
'Je vindt het veel in bossen en sommige zijn eetbaar.'
Dit was de hint.
Ik dacht diep na.
Tralon schreeuwde...
'Ik weet het! Een paddenstoel.' Zei hij opgewekt.
De bostrol zei...
'U mag doorgaan.'
We liepen verder. Het begon heel hard te regenen, terwijl De padden werden steeds drassiger en modderiger en hoger de bergen in gingen liepen we verder .
Toen kwamen we bij een smal stuk aan.
Tralon drong aan eerste te gaan op zijn 2 onstabiele benen klom hij langs de klif hij wankelde een beetje Ik liep vlak achter hem. Terwijl we verder klommen langs de klif vielen bij elke stap die we zette rotsblokken naar beneden . Opeens hoorde ik geschreeuw voor me. Ik zag Tralon bungelen aan de rand van de klif,
'Help!' Schreeuwde Tralon.
Ik raakte in paniek en wist niet wat ik moest doen. Ik probeerde hem omhoog te trekken maar het lukte niet. Tralon viel. Tralon was dood.
Ik besloot mijn reis alleen verder te vervolgen. Ik zag Tlerius al liggen. Ik rende opgewekt richting Tlerius. Opeens zag ik dat het niet echt was. Achter me hoorde ik gegniffel. Ik keek achterom en zag een oud vrouwtje staan.
'Tlerius is hier niet' zei ze terwijl ze nog steeds stond te gegniffel ik vroeg 'waar is Tlerius dan wel?' ik kreeg geen antwoord op mijn vraag daarin tegen hield het op met regenen de regen werd bliksem. De bliksem inslagen waren hard , het harde geluid van de bliksem alleen liet me al beven van angst
Ze zei
'Ik zal de dood naar je toe brengen.'
Ik hoorde haar woorden zeggen waarvan ik nog nooit gehoord had en voelde iets vreemds in me lichaam gebeuren.
Ik probeerde weg te rennen, maar mijn benen wouden opeens niet meer bewegen. Ik voelde iets mijn lichaam doorboren ik kon nooit zien wat het was want me hoofd wou niet meer bewegen. ik voelde hevige pijn door mijn lichaam. Ik wou schreeuwen maar er kwam geen geluid uit mijn mond.
Mijn ogen werden zwaar en viel in slaap. Na deze dag ben ik nooit mee wakker geworden.
Ze was gekleed in een oude jurk gemaakt van vodden
Hieraan kon je zien dat ze niet een in rijke familie had.
Samen met haar moeder woonde ze in een klein huisje in een achterbuurt van Trindor.
In de omliggende straten kon je geluiden hoorde van de markt en de paarden die over te straten trappelden.
Sandra kwam thuis van de markt ze had dingen gehaald voor het eten, Ze hoorde haar moeder hoesten.
'Mam wat is er?' Vroeg ik ze bleef hoesten en viel uiteindelijk op de grond neer.
Ik was dood bezorgt ik vroeg me af wat ik moest doen. Ik sprokkelde mijn laatste geld bij elkaar en ging naar de dichtstbijzijnde dokter,
Dokter Dokter! riep ik Wat is er zei hij U moet komen hij liep met mee
Na een tijdje had de dokter geconstateerd dat het een Speciale ziekte was die alleen genezen kon worden met Takkenkruid en speciaal kruid dat alleen in Tlerius groeit
Ik gaf hem het geld en hij vertrok.
Hier begint dit verhaal ,Dit was de dag dat Sandra aan een reis begon naar Tlerius , de hoofdstad van Magbar.
Het was een mooie zonnige dag Sandra was thuis haar tas aan het inpakken en checkte of ze niks vergeten was.
'Even kijken.' zei ze.
'Ik heb alles, klaar om te vertrekken dus. 'Ik ga eerst mijn vriend maar ophalen.'
Ik liep verder naar het huis van Tralon, mijn vriend.
Ik klopte op de deur.
'Tralon ben je daar?'
Opeens voelde ik een harige hand over mijn schouder glijden. Ik schrok.
' Hoi.' Zij Tralon De Satyr keek opgewekt.
'Gaan we?'
'Ja we gaan.'
En samen vertrokken we naar Tlerius.
De weg was donker en met veel hindernissen.
Er was nog niet veel gebeurd het eerste uur nadat ze waren vertrokken, totdat ze het bos naderden dat steeds hoger in de bergen begon te liggen. Je hoorde de bomen kraken, wat een akelig geluid was.
'brrr!' Zei ik.
Tralon beefde van angst en verschuilde zich achter mij. Opeens kwamen we de wachter van het bos tegen. Het was een bos trol.
'Halt!' Zei de bos trol.
De bos trol was niet groter dan mijn been.
'U mag hier niet doorgaan zonder het codewoord.'
Ik vroeg de bostrol wat het codewoord was. Hij gaf me een hint.
'Je vindt het veel in bossen en sommige zijn eetbaar.'
Dit was de hint.
Ik dacht diep na.
Tralon schreeuwde...
'Ik weet het! Een paddenstoel.' Zei hij opgewekt.
De bostrol zei...
'U mag doorgaan.'
We liepen verder. Het begon heel hard te regenen, terwijl De padden werden steeds drassiger en modderiger en hoger de bergen in gingen liepen we verder .
Toen kwamen we bij een smal stuk aan.
Tralon drong aan eerste te gaan op zijn 2 onstabiele benen klom hij langs de klif hij wankelde een beetje Ik liep vlak achter hem. Terwijl we verder klommen langs de klif vielen bij elke stap die we zette rotsblokken naar beneden . Opeens hoorde ik geschreeuw voor me. Ik zag Tralon bungelen aan de rand van de klif,
'Help!' Schreeuwde Tralon.
Ik raakte in paniek en wist niet wat ik moest doen. Ik probeerde hem omhoog te trekken maar het lukte niet. Tralon viel. Tralon was dood.
Ik besloot mijn reis alleen verder te vervolgen. Ik zag Tlerius al liggen. Ik rende opgewekt richting Tlerius. Opeens zag ik dat het niet echt was. Achter me hoorde ik gegniffel. Ik keek achterom en zag een oud vrouwtje staan.
'Tlerius is hier niet' zei ze terwijl ze nog steeds stond te gegniffel ik vroeg 'waar is Tlerius dan wel?' ik kreeg geen antwoord op mijn vraag daarin tegen hield het op met regenen de regen werd bliksem. De bliksem inslagen waren hard , het harde geluid van de bliksem alleen liet me al beven van angst
Ze zei
'Ik zal de dood naar je toe brengen.'
Ik hoorde haar woorden zeggen waarvan ik nog nooit gehoord had en voelde iets vreemds in me lichaam gebeuren.
Ik probeerde weg te rennen, maar mijn benen wouden opeens niet meer bewegen. Ik voelde iets mijn lichaam doorboren ik kon nooit zien wat het was want me hoofd wou niet meer bewegen. ik voelde hevige pijn door mijn lichaam. Ik wou schreeuwen maar er kwam geen geluid uit mijn mond.
Mijn ogen werden zwaar en viel in slaap. Na deze dag ben ik nooit mee wakker geworden.