Liefde vs. Wetenschap
Geplaatst: 15 mar 2011 19:43
Hey,
Ik had weer eens zin om iets anders te schrijven, dus ben maar met iets nieuws begonnen!
Geen idee of het wat wordt!
Maar daar kom ik vanzelf achter!
Reacties zijn altijd welkom!
------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Verliefd zijn is een grote tegenstander van Haat!
Men zegt dat haat en liefde daarentegen niet ver uit elkaar ligt, sterker nog, zeer dicht bij elkaar!
Ik ben verliefd, maar het eerste wat ik dacht was: Kut!
Verliefd zijn brengt al die onzekerheden met zich mee, zoals een eeuwigheid voor de spiegel staan en je afvragen of hij jou ook leuk vindt?
Zoals wanhopige conflicten met jezelf, waarin je je afvraagt of het wel verstandig is om hem wéér een smsje te sturen?
Zoals om de halve minuut op je mobieltje kijken in de hoop een reactie te hebben gekregen op dat verstuurde smsje.
Jezelf dan betrappen op een teleurgestelde blik als je ziet dat het smsje van iemand anders komt.
Jezelf voor schut zetten, om zijn aandacht te krijgen, op de meest originele maar gênante manieren of momenten.
Natuurlijk, verliefd zijn is lang zo gek nog niet en ik loop eigenlijk alleen maar wat te zeuren.
Maar het is een feit dat het zijn onnodige complicaties met zich mee brengt.
Dit is mijn verhaal!
Ik was nooit zo van het verliefd zijn en vond het eigenlijk maar een chemische reactie waarbij je hersenen verslavende stoffen als Adrenaline, Endorfine, Dopamine, Fenylethylamine en Noradrenaline aanmaakte. Een soort van natuurlijke harddrugs, heb ik ooit ergens gelezen.
Ik was dan wel niet geïnteresseerd in ‘verliefd’ zijn, maar vond dit proces wel erg interessant. Vaak bestudeerde ik het gedrag van meisjes uit mijn klas, hoewel ze allemaal in de pubertijd verkeerden en er eigenlijk steeds dezelfde symptomen bleken te zijn, hield dit proces me geboeid.
Oke, dus ik ben iets anders dan mijn leeftijdsgenoten?! Wat dan nog?
Dat ze jong en onbezonnen zijn en dat elk meisje haar eigen chickflick leven lijdt, betekend niet dat ze dom zijn, daar zorgen het opstandige gedrag en hun hormonen wel voor!
Het is dan ook geen misbruik maken van, maar juist gebruik maken van de situatie en in elke situatie is een wetenschappelijk onderzoek veroorloofd.
Mijn naam is Elisa, 17 jaar, 198 dagen en 13 uur oud en ik ben ervan overtuigd dat ik mijn leven wil wijden aan de wetenschap!
Tenminste, op dat moment nog wel.
Hoe kon ik weten dat ik in precies 21 dagen, 6 uur en 10 minuten, een hele andere levensloop zou willen kiezen?
Ik stap het wiskunde lokaal in en kijk geërgerd naar de verdeling in de klas, de giechelende populaire meisjes staan weer om de groep jongens heen en ik zie mijn kans schoon een mooie plek uit te zoeken, aangezien nog bijna geen enkele stoel is gevuld.
Ergens vooraan, dat zou het meest praktisch zijn als ik op zijn minst 80% van de lestijd nuttig wilde maken aan het opnemen van de stof. De overige 20% is ging altijd op aan het in en uitpakken van de tassen (vooral door de minder geïnteresseerden), het stellen van domme vragen en een vaak ontstane kettingreactie van meisjes die naar de wc moesten.
Juist! Vooraan dus.
Het kost me weinig moeite de som op te lossen die de leraar op het bord kalkt en ik besluit nogmaals aantekeningen te schrijven bij de som, die ik dan op wetenschappelijke basis zou kunnen ontleden.
Plots voel ik iets tegen de achterkant van mijn hoofd. Nog voordat ik wil weten wat het is, hoor ik een paar meisjes gniffelen. Ik heb me altijd afgevraagd, waarom er niet meer leergierige mensen in de klas zaten. Rustig draai ik me om en kijk strak in de richting van Melissa, ze trekt een brede grijns, alsof ze denkt dat ze iets gewonnen heeft.
‘Is er iets, Elisa?’ hoor ik mijn docent zeggen.
Ik draai me weer om, kijk hem aan en vraag ‘Waarom is de evolutie dusdanig uit de hand gelopen, dat zelfs de mensheid er op achteruit gaat?’.
De wat oudere docent fronst zijn wenkbrauwen en krabt even aan de achterkant van zijn schedel ‘Hoe bedoel je dat?’.
‘Nou, zoals ik het nu zie, zijn er een paar mensen in dit lokaal, wiens gedrag weer sterk overeen komt met dat van aap!’ verklaarde ik, zonder achterom te kijken.
Ik hoorde een paar meisjes een beledigde ‘Oh!’ uitroepen, maar verder bleef het akelig stil, ik was tevreden, mijn punt was gemaakt.
Ik had weer eens zin om iets anders te schrijven, dus ben maar met iets nieuws begonnen!
Geen idee of het wat wordt!
Maar daar kom ik vanzelf achter!
Reacties zijn altijd welkom!
------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Verliefd zijn is een grote tegenstander van Haat!
Men zegt dat haat en liefde daarentegen niet ver uit elkaar ligt, sterker nog, zeer dicht bij elkaar!
Ik ben verliefd, maar het eerste wat ik dacht was: Kut!
Verliefd zijn brengt al die onzekerheden met zich mee, zoals een eeuwigheid voor de spiegel staan en je afvragen of hij jou ook leuk vindt?
Zoals wanhopige conflicten met jezelf, waarin je je afvraagt of het wel verstandig is om hem wéér een smsje te sturen?
Zoals om de halve minuut op je mobieltje kijken in de hoop een reactie te hebben gekregen op dat verstuurde smsje.
Jezelf dan betrappen op een teleurgestelde blik als je ziet dat het smsje van iemand anders komt.
Jezelf voor schut zetten, om zijn aandacht te krijgen, op de meest originele maar gênante manieren of momenten.
Natuurlijk, verliefd zijn is lang zo gek nog niet en ik loop eigenlijk alleen maar wat te zeuren.
Maar het is een feit dat het zijn onnodige complicaties met zich mee brengt.
Dit is mijn verhaal!
Ik was nooit zo van het verliefd zijn en vond het eigenlijk maar een chemische reactie waarbij je hersenen verslavende stoffen als Adrenaline, Endorfine, Dopamine, Fenylethylamine en Noradrenaline aanmaakte. Een soort van natuurlijke harddrugs, heb ik ooit ergens gelezen.
Ik was dan wel niet geïnteresseerd in ‘verliefd’ zijn, maar vond dit proces wel erg interessant. Vaak bestudeerde ik het gedrag van meisjes uit mijn klas, hoewel ze allemaal in de pubertijd verkeerden en er eigenlijk steeds dezelfde symptomen bleken te zijn, hield dit proces me geboeid.
Oke, dus ik ben iets anders dan mijn leeftijdsgenoten?! Wat dan nog?
Dat ze jong en onbezonnen zijn en dat elk meisje haar eigen chickflick leven lijdt, betekend niet dat ze dom zijn, daar zorgen het opstandige gedrag en hun hormonen wel voor!
Het is dan ook geen misbruik maken van, maar juist gebruik maken van de situatie en in elke situatie is een wetenschappelijk onderzoek veroorloofd.
Mijn naam is Elisa, 17 jaar, 198 dagen en 13 uur oud en ik ben ervan overtuigd dat ik mijn leven wil wijden aan de wetenschap!
Tenminste, op dat moment nog wel.
Hoe kon ik weten dat ik in precies 21 dagen, 6 uur en 10 minuten, een hele andere levensloop zou willen kiezen?
Ik stap het wiskunde lokaal in en kijk geërgerd naar de verdeling in de klas, de giechelende populaire meisjes staan weer om de groep jongens heen en ik zie mijn kans schoon een mooie plek uit te zoeken, aangezien nog bijna geen enkele stoel is gevuld.
Ergens vooraan, dat zou het meest praktisch zijn als ik op zijn minst 80% van de lestijd nuttig wilde maken aan het opnemen van de stof. De overige 20% is ging altijd op aan het in en uitpakken van de tassen (vooral door de minder geïnteresseerden), het stellen van domme vragen en een vaak ontstane kettingreactie van meisjes die naar de wc moesten.
Juist! Vooraan dus.
Het kost me weinig moeite de som op te lossen die de leraar op het bord kalkt en ik besluit nogmaals aantekeningen te schrijven bij de som, die ik dan op wetenschappelijke basis zou kunnen ontleden.
Plots voel ik iets tegen de achterkant van mijn hoofd. Nog voordat ik wil weten wat het is, hoor ik een paar meisjes gniffelen. Ik heb me altijd afgevraagd, waarom er niet meer leergierige mensen in de klas zaten. Rustig draai ik me om en kijk strak in de richting van Melissa, ze trekt een brede grijns, alsof ze denkt dat ze iets gewonnen heeft.
‘Is er iets, Elisa?’ hoor ik mijn docent zeggen.
Ik draai me weer om, kijk hem aan en vraag ‘Waarom is de evolutie dusdanig uit de hand gelopen, dat zelfs de mensheid er op achteruit gaat?’.
De wat oudere docent fronst zijn wenkbrauwen en krabt even aan de achterkant van zijn schedel ‘Hoe bedoel je dat?’.
‘Nou, zoals ik het nu zie, zijn er een paar mensen in dit lokaal, wiens gedrag weer sterk overeen komt met dat van aap!’ verklaarde ik, zonder achterom te kijken.
Ik hoorde een paar meisjes een beledigde ‘Oh!’ uitroepen, maar verder bleef het akelig stil, ik was tevreden, mijn punt was gemaakt.