Nieuw thuis
Geplaatst: 20 mei 2011 14:36
Moira haalde haar neus op bij het zien van New York. Ze had er zoveel verhalen over gehoord, maar ze vond het niets meer dan een vieze stad. Er rezen al grote achterstandswijken op die vooral Ieren als bewoners hadden. Mensen die hier een nieuwe toekomst wilde opbouwen, maar toch in dezelfde situatie terecht kwamen.
Voorzichtig stak ze de rode lokken die uit haar kapsel geglipt waren weer terug onder haar zonnehoed, terwijl ze haar ogen over haar man liet glijden om zijn reactie te peilen. Zijn blauwe ogen die anders altijd straalden stonden nu hopeloos. Wanhopig streek hij met zijn hand door zijn asblonde haar dat droog leek te zijn als gevolg van weken de zilte zeelucht op te hebben gevangen.
Kinderen zonder schoenen aan hun voeten kwamen voorbij gelopen. Vele van hen zagen er heel erg ongezond uit. De bleke gezichtjes hadden afstekende vuurrode wangen. Niet van opwinding, maar bijna allemaal van koorts. Toch moesten ze proberen aan eten te komen. Het deed Moira pijn om ze zo te zien lopen, maar ze was niet gemachtigd om er iets aan te doen.
Aan de rechterkant van de straat stond een groep mannen die de pas gearriveerde mensen uit stonden te joelen. Vooral de Ieren moesten het ontgelden. Kreten als, 'Ga terug naar waar je vandaan komt,' vulden de lucht. Nieuwkomers keken zenuwachtig hun kant op voordat ze op zoek gingen naar onderdak.
Moira keek opnieuw naar haar man en liet vervolgens haar ogen over de schreeuwende mannen heen glijden. Waarom ze zo vijandig waren wist ze niet, maar wat ze wel wist was dat ze weinig hulp van hen hoefde te verwachten. Een ander ding wat ze zeker wist was dat ze niet in deze vieze stad wilde blijven. Ze was vrijheid gewend. Open gebieden waar mensen op zichzelf konden zijn en niet een plek waar het krioelde van de ziektes doordat de mensen zo dicht op elkaar zaten.
'Ik weet niet of ik me hier wel thuis kan voelen hoor,' mompelde ze hopeloos tegen haar echtgenoot.
Connor's gezicht draaide zich naar haar toe. 'Liefste, zolang we maar samen zijn kunnen we overal een thuis creeëren.'
Die woorden gaven haar toch weer de moed om door te gaan. Hij had gelijk, zolang ze maar samen waren kon ze hier ook wel een plekje voor zichzelf creeëren.
Voorzichtig stak ze de rode lokken die uit haar kapsel geglipt waren weer terug onder haar zonnehoed, terwijl ze haar ogen over haar man liet glijden om zijn reactie te peilen. Zijn blauwe ogen die anders altijd straalden stonden nu hopeloos. Wanhopig streek hij met zijn hand door zijn asblonde haar dat droog leek te zijn als gevolg van weken de zilte zeelucht op te hebben gevangen.
Kinderen zonder schoenen aan hun voeten kwamen voorbij gelopen. Vele van hen zagen er heel erg ongezond uit. De bleke gezichtjes hadden afstekende vuurrode wangen. Niet van opwinding, maar bijna allemaal van koorts. Toch moesten ze proberen aan eten te komen. Het deed Moira pijn om ze zo te zien lopen, maar ze was niet gemachtigd om er iets aan te doen.
Aan de rechterkant van de straat stond een groep mannen die de pas gearriveerde mensen uit stonden te joelen. Vooral de Ieren moesten het ontgelden. Kreten als, 'Ga terug naar waar je vandaan komt,' vulden de lucht. Nieuwkomers keken zenuwachtig hun kant op voordat ze op zoek gingen naar onderdak.
Moira keek opnieuw naar haar man en liet vervolgens haar ogen over de schreeuwende mannen heen glijden. Waarom ze zo vijandig waren wist ze niet, maar wat ze wel wist was dat ze weinig hulp van hen hoefde te verwachten. Een ander ding wat ze zeker wist was dat ze niet in deze vieze stad wilde blijven. Ze was vrijheid gewend. Open gebieden waar mensen op zichzelf konden zijn en niet een plek waar het krioelde van de ziektes doordat de mensen zo dicht op elkaar zaten.
'Ik weet niet of ik me hier wel thuis kan voelen hoor,' mompelde ze hopeloos tegen haar echtgenoot.
Connor's gezicht draaide zich naar haar toe. 'Liefste, zolang we maar samen zijn kunnen we overal een thuis creeëren.'
Die woorden gaven haar toch weer de moed om door te gaan. Hij had gelijk, zolang ze maar samen waren kon ze hier ook wel een plekje voor zichzelf creeëren.