Pagina 1 van 1

Zo vader, zo zoon?

Geplaatst: 13 sep 2011 20:38
door ElineH
Ik ben maar weer begonnen om een nieuw verhaal te schrijven. Ik weet nog niet precies waar ik heenwil en wat het plot precies gaat worden, maar dat bedenk ik gaande weg wel:)
Wees niet terughoudend met kritiek! Ik ben lerende en ik weet dat mijn schrijfstijl en spelling en grammatica nog het nodige te wensen over houdt:) Oh, en laat me alsjeblieft weten of je het idee tot nu toe orgineel genoeg vindt of niet:)

Hopelijk veel leesplezier en bedankt!:)

Proloog:

Ken je dat moment waarop je denkt; ‘Laat het een droom zijn, laat het een droom zijn.’En dan knijp je in je arm en dan word je inderdaad wakker in je bed. Niks aan de hand. Alles is goed. Zo was dit dus niet. Hoe hard ik ook smeekte of deze absurde situatie alsjeblieft, lieve God (en ik heb nog nooit iets aan God gevraagd), een droom mocht zijn, het veranderde niks aan deze situatie. Ik zat nog steeds met mijn lieve vriend, mijn beste vriendin, mijn moeder en mijn aanstaande schoonvader a.k.a. huurmoordenaar aan een tafel in een vier-sterrenrestaurant. Op tafel stonden glazen wijn, kleine doch lekkere voorgerechten en wel drie verschillende soorten bestek. Onder de tafel hield ik in mijn linkerhand de hand van Desmund, mijn vriend, en in mijn rechterhand de hand van Jody, mijn beste vriendin. Tegelijker tijd wist ik dat mijn schoonvader onder de tafel zijn pistool op mij had gericht en dat er aan de andere kant van het glas op dit moment vier auto’s van de FBI stonden te wachten op het sein dat gegeven zou worden. Wij stonden op het punt om de meest beruchte huurmoordenaar, mijn vriend zijn liefhebbende vader (hoe vreemd dat ook mag klinken), aan te geven. Wij stonden op het punt om op de voorpagina van de krant te komen. Wij stonden op het punt om geschiedenis te schrijven. Mijn vriend stond op het punt zijn leven op te offeren om zijn vader aan te geven. En ik? Ik stond op het punt te zeggen tegen deze man, die mij tot nu toe zeven keer met de dood bedreigd heeft, dat het me speet en dat ik, ondanks die zeven bedreigingen en ondanks de korte tijd dat ik hem kende, van hem hield, maar dat ik niet anders kon dan de moorden op al die onschuldige mensen op deze manier te wreken. Ik stond op het punt hem te vertellen dat het kind dat ik en Desmund zouden krijgen zijn naam zou krijgen en dat we hem nooit, maar dan ook nooit naar de film zouden laten kijken die Desmund’s vader zo veranderd had. En ook stond ik op het punt om te zeggen dat als we niet in dit restaurant gezeten hadden, ik het pistool uit zijn hand had gepakt om hem zelf neer te schieten.
En mijn moeder dacht dat we op een gezellig uitje waren met z’n vijven.

Re: Zo vader, zo zoon?

Geplaatst: 13 sep 2011 20:51
door -Maaike-
Heey!

Spannend begin zeg! Ik wil heeeel graag verder lezen :D
Ik vind dat je de situatie goed hebt omschreven, wel zou ik je willen aanraden misschien iets meer gebruik te maken alinea's. Dat maakt het iets makkelijker lezen.

Schrijf snel verder

Groetje Maaike

Re: Zo vader, zo zoon?

Geplaatst: 13 sep 2011 20:58
door Babette<3.
Leuk begin!
Ik ben erg nieuwsgierig naar hoe het verder gaat - en naar hoe het is begonnen (:

Toch - vervelende ik - heb ik één foutje ontdekt;
ElineH schreef: laat het een droom zijn.’En dan knijp je
Na de ’ na 'zijn.' moet een spatie. Nu zit die E aan die ’ geplakt. (:

Keep going!

Re: Zo vader, zo zoon?

Geplaatst: 14 sep 2011 10:29
door ElineH
Bedankt voor jullie positieve reacties:) En ik heb het foutje verbeterd hoor! Niks vervelends aan dat je het zegt:)

En alvast sorry dat dit gelijk een lang stukje is, maar ik heb het niet zo om in halverwege in een gesprek het verhaal af te kappen :)

Volgende stukje:

Hoofdstuk 1:

‘Hé Em!’ klonk het enthousiast door de telefoon. Met een chagrijnig hoofd, een diepe zucht en een geërgerd neerleggen van mijn pen leunde ik achterover op mijn stoel,
‘Hé Jod, what’s up?’
‘Je gelooft nooit wie ik net zag bij de snackbar!’ tetterde Jody ergerlijk hard in mijn oor. Het bleef even stil totdat ik doorhad dat ik degene was die nu wat zou moeten zeggen.
‘Nou?’ Vroeg ik niet bijster enthousiast,
‘Weet je nog dat ene rare meisje die bij ons in de klas zat vorig jaar? Die met die rare neus en die altijd en overal haar schoudertas omhield en die nooit wat zei als je langsliep maar vervolgens wel outtanowhere een gesprek met je begon als je daar totaal geen zin in had?’ Er begon zich een beeld te vormen op mijn netvlies van een lang meisje met onverzorgde lange krullen, een scheefstaande neus en een altijd en eeuwige schoudertas.
‘Oja, god hoe heet ze ook al weer…Janice? Janine?’
‘Volgens mij Janina!’ antwoordde Jody,
‘Dus je kwam haar tegen?’
‘Niet zo snel! Nee haar kwam ik niet tegen. Iets veel beters,’ Heel moeilijk was het niet om iemand tegen te komen die “beter” was dan Janina. Ik had wel zo’n gloeiende hekel aan dat mens gekregen. Wat een scheinheilige trut was zij!
‘Wie dan?’
‘Nou Janina heeft een broer, en die…’
‘Een broer?’ onderbrak ik, ‘Ik hoop toch dat hij niet zo’n neus heeft?’ Jody grinnikte,
‘Nee niet zo’n neus maar al met al is het toch nog een beetje een weirdo. Maar goed, ik kwam die broer dus tegen en hij begon zo tegen mij te praten over whatnot en op een gegeven moment komt er zo’n jongen naar die broer, Erik, toe.’
‘Ja, en toen?’
‘Nou Erik, die broer dus, begint helemaal zenuwachtig te doen als die vreemde jongen tegen hem begint te praten. En oh my…wat was hij een ontzettende knappe jongen! Met hem zou ik wel sushi willen maken,’
‘Hoho, wacht even. Wie is knap? Erik?’
‘Nee, die vreemde jongen! Of nou vreemd, hij heet Desmund. Echt hij is zo’n ontzettende hottie! Hij is lang en echt een ontzettend lekkerding en hij heeft prachtige bruine ogen en prachtige donkerblonde krullen en hij was gespierd en…’
‘Oke, ik snap het, hij was een schatje. Dus….je punt?’
‘Nou allereerst hij was dus echt….GOD-DE-LIJK’ met een fikse nadruk op elke lettergreep,
‘Jody, geheel achterlijk ben ik niet, dat punt had ik begrepen.’
‘Sorry, schat. Goed mijn punt is dus dat Erik helemaal zenuwachtig werd toen hij Desmund zag. Bijna alsof hij bang voor hem was, het was best vreemd. Maar Desmund deed gewoon heel koel en begroette hem en was gewoon vriendelijk. Op een gegeven moment zegt Desmund zo tegen Erik dat zijn (Desmund’s dus) vader nog een keer en gesprek wilde met een oom van Erik, waarop Erik helemaal zeven kleuren stront scheet,’
‘Zat je in zijn broek?’ onderbrak ik haar weer,
‘Hè? Wat?’ antwoordde Jody verbaasd,
‘Ja, hoe kan je anders weten dat hij zeven kleuren stront scheet?’
‘Het is spreekwoordelijk, Em, kom op!’ ik lachte,
‘Sorry ga door,’
‘Waar was ik?’ Jody zuchtte, ‘Nu ben ik dus helemaal van mijn à propos…’
‘Erik werd bang,’ hielp ik haar op weg,
‘Juist. Erik werd dus helemaal bang door die opmerking, hoewel ik niet kan begrijpen waarom, ik bedoel, de vader van zo’n knapperd kan nooit erg eng zijn. Maar Desmund stelde zich op dat moment aan mij voor waarop Erik me indringend aankeek en vroeg of ik even mee wilde lopen. Dus ik zette mijn frietje neer,’
‘Hé? Was je patat aan het eten? We zouden samen gaan lijnen!’
‘Ja sorry, maar ik had zo’n honger, maar dat maak ik goed met je, maar in ieder geval…’
‘Zo makkelijk maak je dat niet goed met me hoor! Minstens een broodje carpaccio,’
‘HET PUNT IS,’
‘Sorry,’ zei ik lachend, ‘ga door.’
‘Ik loop dus met Erik mee en hij zegt zo dat ik absoluut niet met Desmund om moet gaan omdat ik geen idee heb hoe gevaarlijk hij is. Dus ik zeg zo; ik ken je amper, dus waar haal je het lef vandaan mij te vertellen met wie ik wel of niet moet omgaan? En hij kijkt me kwaad aan en zegt; ik probeer je alleen maar te helpen, maar dan niet. En toen liep hij kwaad weg.’
‘Oké, dat is wel redelijk vreemd!’
‘Ja dat vond ik dus ook, maar ik ging dus terug naar de plek waar we Desmund hadden achtergelaten en…’ ze bleef even stil voor het effect, ‘toen was hij weg!’ ik lachte weer,
‘Haha, heb je mooi je kans om met hem te praten verkeken,’
‘Ja echt hè?’ ze zuchtte geërgerd, ‘Nu heb ik dus echt een ontzettende hekel aan die Erik. Wat een ontzettende lul dat hij het in zijn hoofd haalt om mij bij mijn toekomstige man weg te halen!’
‘Overdrijven is ook een vak,’ hielp ik haar uit haar droom,
‘Hmpf, ja daar heb je wel gelijk in denk ik zo,’ zei Jody met een sip toontje,
‘Had hij niet iets op je servetje geschreven of zo? Net zoals ze altijd in films en boeken doen?’
‘Waarmee had hij moeten schrijven? Een klodder mayonaise?’
‘Misschien had hij wel een pen bij zich. Of een lippenstift,’ gniffelde ik,
‘Beste grap EVER!’ zei Jody sarcastisch,
‘Sorry Jod, ik neem aan dat ons leven te saai is om te lijken op een boek of film…jammer dat wordt dus nooit zoenen me Leonardo di Caprio,’
‘Of Desmund…’ voegde Jody er aan toe,
‘Ach, misschien had hij wel helemaal geen interesse in je!’ vrolijk ik haar op,
‘Yeah right, wie heeft er nou geen interesse in mij?’ ze snoof. Daar had ze wel een punt. Jody was echt een ontzettende mooie meid. Ze had de goede lengte, de goede verhoudingen van kont, heup en borsten. Ze had altijd een vrolijke, positieve uitstraling die er voor zorgde dat hoe down ze zich ook voelde ze er echt altijd vrolijk uit zag. En daarbij had ze, en om eerlijk te zijn ben ik daar toch een potje jaloers op, superlang, bruin stijl haar. God wat ik wel niet zou doen om haar kapsel te hebben.
‘Jod, ik haat het om je uit je droom te helpen, maar ik heb geen interesse in je,’ riep ik vrolijk,
‘Maar jij bent geen wie, maar een wat,’
‘Oh, ze is weer op dreef hoor!’ lachte ik en Jody lachte mee.
‘Weet je wat ik me afvraag?’ vroeg ze serieus,
‘Nou?’
‘Nou zouden Desmund en Erik misschien…een stel of zo kunnen zijn?’
‘Het zou vast kunnen, maar waarom denk je dat?’
‘Nou het zou verklaren waarom Erik totaal ongemakkelijk werd toen Desmund er bij kwam staan en waarom hij zegt dat Desmund gevaarlijk is. Ik bedoel, voor een meisje is het denk ik het gevaarlijkst om verliefd te worden op een homo, denk je niet?’
‘Nou, ik kan me wel gevaarlijkere dingen bedenken om eerlijk te zijn….maar het zou op zich wel het een en ander verklaren.’ Ik bleef even stil, ‘Waarom vraag je het niet gewoon?’
‘WAT BEN JIJ EEN MEGABREIN,’ riep ze sarcastisch, ‘hoe de fuck stel jij je voor dat ik aan Desmund of Erik vraag of ze homo zijn? Ik heb toch geen telefoonnummer van ze?’
‘Oja, ach je kan ze ook altijd opzoeken op facebook of hyves?’
‘Ja, laat ik dat gaan doen! En dan bij het vriendenverzoek typ ik; ‘Hé, ik vroeg me af of je misschien homo bent? Liefs!’, echt Emily, wat ben jij af en toe een ontzettende tros bananen.’
‘Liever een tros bananen dan een zak appels,’ zuchtte ik vermoeid,
‘Ben je moe?’
‘Wat?’ vroeg ik verbaasd,
‘Je deed je ik-ben-moezuchtje. Dus, ben je moe?’
‘Nou ja, best wel eigenlijk. Mam geeft volgende week een feestje toch?’ mijn vader is overleden toen ik drie jaar was, daarom gaf hij niet samen met mam een feestje. ‘En Mick en Lynn moeten nog naar huis komen, alleen dan moeten ze wel een keer de telefoon opnemen. En ik moet de familie nog bellen en bedenken wat het eten wordt.’
‘Schat, je moeder geeft een feestje, jij niet. Zíj moet zorgen voor alle voorbereidingen en jij moet naar school en je leven leven.’
‘Ja ik weet het…’ ik zuchtte weer, ‘maar mam heeft het al zo druk met haar baan en met die nieuwe man en….’
‘Dan moet ze geen feestje geven,’
‘Daar is het sort of te laat voor,’
‘Dan bel je mij op als je hulp nodig hebt en dan kom ik je helpen,’ dat was typisch Jody; altijd en eeuwig hulp aanbieden,
‘Dankje Jod. Ik laat het je wel weten als ik verzuip onder mijn werk,’
‘Doe dat!’ antwoordde ze vrolijk. ‘Dan ga ik nu hangen hoor, dan kan je verder aan je werk.’
‘Dankjewel! Ik spreek je snel.’
‘Doeidoei,’ en ze hing op.
Ik legde de telefoon neer en pakte mijn pen weer. Voor me lag het blad met visite waarvan mam wilde dat ze bij het feest waren. Ome Henk, tante Vera, Ome Joep en Alice, oma en opa, tante Linda met de kinderen, Esmeralda en Josef (twee vrienden van mijn moeder), natuurlijk Mick en Lynn (mijn broer en zus) en dan ook Silvie en Caleb (de vrouw en zoon van Mick), nog een stuk of acht collega’s van mam, een paar oud-collega’s van pap en de nieuwe vriend van mam; Darius.
Een hele lijst dus. Ik vinkte aan wie al had gezegd te komen; Henk, Vera, oma en opa, Linda en de kinderen, Josef en Darius. Ik schreef op dat Joep en Alice niet kwamen omdat ze hun dochter Sanne moesten ophalen van het vliegtuig. Die kwam namelijk terug van een halfjaar stage in Zuid-Afrika. En ik schreef nog de gasten op die nog uitgenodigd moesten worden; de buren, Jody, Casper (de vriend van mijn zus), meneer de Vries (de baas van mam) en daarna schreef ik helemaal onderaan, als laatste van de personen die nog moesten komen, ‘papa’. Als ik toen had geweten hoe verdraaid mijn laatste wens was uitgekomen, had ik hem nooit opgeschreven.

Re: Zo vader, zo zoon?

Geplaatst: 14 sep 2011 16:17
door Babette<3.
Heej.
Leuk stukje weer, al vielen er wel een paar dingen op.

Ik zie dat je aan het einde van een zin vaak een komma zet ipv een punt. Dit stoort best wel.

‘Het is spreekwoordelijk, Em, kom op!’ ik lachte,
‘Sorry ga door,’

Na 'kom op!' Eindigt de zin, dus de i van ik moet met een hoofdletter, en na 'lachte' moet een punt.
Ook na 'ga door' moet een punt, ipv een komma.
Soms doe je wel een punt, maar vaak ook niet. Misschien moet je hier maar even naar kijken.

Even een voorbeeldje;
waarop Erik helemaal zeven kleuren stront scheet,’
‘Zat je in zijn broek?’ onderbrak ik haar weer,

Na 'scheet' en 'weer' moet allebei een punt, en geen komma (:

Voor de rest een spannend stukje!

Re: Zo vader, zo zoon?

Geplaatst: 14 sep 2011 16:21
door ElineH
Bedankt voor je opmerking! Interpunctie is inderdaad niet mijn sterkste punt (haha, goeie grap), maar ik zal er proberen op te letten :) !

Re: Zo vader, zo zoon?

Geplaatst: 14 sep 2011 16:35
door ElineH
Sorry, maar ik post gewoon gelijk volgend stukje:) ben zo lekker bezig met schrijven:D

Hoofdstuk 2

Desmund liep naar huis via de winkelstraat waar hij al honderden keren was langsgelopen. Hij was diep in gedachten verzonken doordat hij Erik tegen het lijf was gelopen. Zijn vader had tegen hem gezegd dat als hij Erik een keer zou tegen komen, hij meteen de boodschap moest doorgeven. Normaal gesproken zou Desmund geweigerd hebben, zijn vaders praktijken waren zijn praktijken en daar wilde hij zelf niks mee te maken hebben. Maar toen hij de blik in Erik zijn ogen had gezien toen hij met het meisje had gepraat, wist Desmund weer wat Erik zijn familie had gedaan. Desmund was dus zonder aarzelen op Erik en het meisje afgestapt om de boodschap van zijn vader doorgegeven en vrijwel meteen had Erik het niet meer van de zenuwen. Toen Desmund zijn aandacht had gericht op het meisje waarmee Erik had staan praten, had Erik haar bijna meegesleurd om haar, zo dacht Desmund, voor hem te waarschuwen. Hij had er moeite mee gehad op dat moment niet Erik van haar weg te trekken om hem in elkaar te slaan, maar hij had zich kunnen inhouden. Hij was wel bang geweest wat hij gedaan zou hebben als hij was blijven staan en dus was hij er als een laffe hond vandoor gegaan.
Het beangstigde hem dat hij nog steeds zo’n kille, bijna moordlustige woede voelde als hij Erik of iemand van zijn familie zag. Hij had gedacht dat de haat, het verdriet en de afschuw na al die jaren wel iets had afgenomen, maar daar had hij zich kennelijk in vergist. Elke keer als hij iemand tegen kwam van de Freriksen (Erik’s familie) zag hij het beeld van zijn dode zusje weer voor zich. Het opgedroogde bloed dat aan de linkerkant van haar hoofd was geplakt en dat haar prachtige blonde haren rood maakte. Hij zag de ogen die naar hem staarden maar die niks zagen. Hij zag dan haar blauwe lippen weer voor zich, die vroeger zo vaak een venijnige opmerking naar hem hadden gegooid en die nu gevormd waren in een grimas. Hij zag haar arm die in een merkwaardige houding lag met in haar hand een stuk stof van een jas. Hij zag….
Stop. Desmund bleef staan en staarde voor zich uit terwijl hij probeerde zijn ademhaling weer normaal te krijgen. Hij keek in het rond en verbaasde zich dat de zon scheen en dat hij in de stad liep in plaats van dat het donker was zoals de nacht waarop hij zijn vermoorde zusje had gezien….
Een diepgewortelde haat leek zich te ontvouwen in zijn borstkas. Een haat zoals hij die alleen kon voelen als hij dacht aan de Freriksen. Een haat die alles leek te verteren en die hem nog maar een mogelijkheid gaf; zijn zusje wreken. Maar tegelijker tijd voelde hij een intens verdriet. Hij had gefaald. Hij had zijn kleine zusje niet kunnen redden van deze brute moordactie gebaseerd op lust. Hij had haar niet kunnen troosten, haar niet kunnen vertellen hoeveel hij van haar hield en hoe erg hij het vond dat ze nooit de broer-zusband hadden gehad die hij altijd wel voor haar voelde. Zij niet voor hem. Hij had haar niet kunnen vertellen over al die jongens die haar alleen zagen als een lustobject. Een apparaat om je mee te bevredigen. Hij had haar nooit kunnen vertellen dat hij de jongens die haar wilden om hoe ze eruit zag altijd bang maakte voordat ze haar pijn konden doen. Hij had altijd al gezien hoe de ogen van zulke seksisten van lust begonnen te branden als ze haar, of eigenlijk haar kont, in zicht kregen. En als hij zulke jongens bij hen thuis had gezien met een smoes om te vragen wat het huiswerk was of om een boek te lenen, dan had hij altijd de jongens uitgelaten en ze de deur gewezen met een ‘Waag het niet om mijn kleine zusje op welke manier dan ook pijn te doen, want dan zul je met mij te maken krijgen,’ en met een woedende blik. Die jongens kwamen nooit terug en konden zijn kleine zusje nooit pijn doen. Daar had hij allemaal voor gezorgd. Daar had hij haar voor beschermd.
Maar hij had gefaald. Degene waarvoor hij haar echt had moeten beschermen, leek hem aardig, een goede jongen. En hij had het ergst denkbare met haar gedaan. Hij had haar bang gemaakt, gebruikt, misbruikt, vernederd….vermoord. En waar was hij op dat moment geweest? Met vrienden naar de bioscoop.
Hij voelde een schuldgevoel dat zo bedwelmend was dat het leek alsof de lucht zo dik was als mayonaise. Hij voelde een verdriet zo diep en pijnlijk dat er nu al vijf jaar voor zorgde dat hij niet meer echt kon lachen, niet meer echt kon genieten en al helemaal niet rustig kon slapen. Een verdriet dat zelfs nu, midden op de straat, ervoor zorgde dat er een traan over zijn wang liep.
Hij was zwak. Een lafaard. Hij veegde snel de traan weg en haalde diep adem. Zijn vader had gezegd dat ze Joanne, Desmund’s zusje, zouden wreken. Ze zouden de vader van de moordenaar een bezoekje brengen en hem snel om het leven brengen. De moordenaar was minderjarig en hoe koelbloedig Desmund’s vader ook mag klinken, hij had zo zijn principes. Hij was niet een man die hield van bloedvergieten, van iemand pijn laten lijden. Hij was slechts een man die opkwam voor zijn familie, zoals hij vele malen tegen Desmund had gezegd. Maar Desmund wilde dat niet. Hoewel de moord nog steeds aan hem vrat en hij elke dag dacht aan Joanne, wist hij dat de moordenaar zijn straf al gehad. Vijf jaar celstraf plus TBS. Hoe absurd. Zijn kleine zusje werd vermoord en vijf jaar straf was alles dat de dader kreeg. En toch vond Desmund het verkeerd om het heft in eigen hand te nemen.
Hoe goed kon hij die avond zich nog herinneren. Zijn vader had gezegd dat hij binnen moest komen en was gekomen met het plan. Het was vrij simpel. Die vrijdag zouden ze naar het huis van de moordenaar gaan, daar zouden ze op een nette, beschaafde manier aan de vader uitleggen wat het geval was. Ze zouden hem een keus geven, of we vermoorden je zoon en je betaald ons een flinke smak geld (2 miljoen om precies te zijn) of we vermoorden jou. Zijn vader zou dan uitleggen dat de vader de maker van het kind is en dat alle daden uiteindelijk de vader zijn schuld waren. Hoe absurd. Desmund’s vader wist dat de man zou kiezen voor zijn eigen dood, want geen enkele vader zou zijn eigen kind dood laten gaan en daarbij had de man geen 2miljoen om aan hen te geven. En dan, had Desmund’s vader gezegd, dan geven we hem tijd. Of een dag om afscheid te nemen en dan knallen we hem neer of we geven hem (tegen betaling van 10 duizend euro per dag) meer dagen de tijd. Ik ben een beschaafde man, Desmund, ik geef mijn slachtoffers de tijd om afscheid te nemen. Desmund had tijdens dat hele gesprek zijn vader met open mond aan staan kijken en had aan het eind gezegd; ‘Pa, ik doe niet mee. Ik wil geen moordenaar te zijn.’ Waarop hij uit de kamer was gelopen. Zijn vader had hem allerlei dingen nageroepen en toen Desmund de deur dichtdeed hoorde hij een wanhopige schreeuw van zijn vader ; ‘LAFAARD!’, gevolgd door een niet te onderdrukken snik. Toen viel de deur dicht.

Re: Zo vader, zo zoon?

Geplaatst: 14 sep 2011 17:10
door xIMISSYOU
Wow, je maakt me wel heel nieuwsgierig, al vanaf je proloog heb ik in één keer doorgelezen! Fantastisch! :sweet

Re: Zo vader, zo zoon?

Geplaatst: 14 sep 2011 18:06
door JodieJJ
Ik moet alleen je laatste post nog lezen :p maar echt geweldig stuk tot nu toe :D
En ik speel erin! ( Oke, dan moet je misschien alleen je Y even in een IE veranderen (A) hehe )
En misschien iets minder hyper de piep karakter ook al *-) Als die nou sadistisch wordt is het goed haha :P.

Nee, ik vind het geweldig goed bedacht :p ben heel benieuwd hoe het verder afloopt, ook een goede proloog trouwens :)

Re: Zo vader, zo zoon?

Geplaatst: 14 sep 2011 19:45
door xILY.
Heeee!
Ik heb je proloog gelezen over en vond het erg leuk! Wel een paar opmerkingen, kijk maar wat je ermee doet ;)
ElineH schreef: Ken je dat moment waarop je denkt; ‘Laat het een droom zijn, laat het een droom zijn.’En dan knijp je in je arm en dan word je inderdaad wakker in je bed. Niks aan de hand. Alles is goed. Zo was dit dus niet. Hoe hard ik ook smeekte of deze absurde situatie alsjeblieft, lieve God (en ik heb nog nooit iets aan God gevraagd), een droom mocht zijn, het veranderde niks aan deze situatie.
Ik zou er van maken:
Ken je dat moment waarop je denk: laat het een droom zijn, laat het alsjeblieft een droom zijn. En dan knijp je in je arm en dan word je inderdaad wakker in je bed. Niets aan de hand. Alles is goed.
Zo was dit dus niet.
Hoe hard ik ook smeekte of deze absurde situatie alsjeblieft, lieve God - en ik heb nog nooit iets aan God gevraagd - een droom mocht zijn, het veranderde niets aan deze situatie.


Een paar leestekens verandert en wat gespeeld met het entergebruik. Zelf weten wat je doet of dat je het zo houdt (: Ohja, als je die 'Zo was dit dus niet.' op een nieuwe regel zet, komt het duidelijker binnen (: Niet dat het eerst niet goed was, maar het staat mooier - vind ik.

Tegelijker tijd wist ik dat mijn schoonvader onder de tafel zijn pistool op mij had gericht en dat er aan de andere kant van het glas op dit moment vier auto’s van de FBI stonden te wachten op het sein dat gegeven zou worden.
Tegelijkertijd mag aan elkaar (:

Wij stonden op het punt om de meest beruchte huurmoordenaar, mijn vriend zijn liefhebbende vader (hoe vreemd dat ook mag klinken), aan te geven.
Wij stonden op het punt om de meest beruchte huurmoordenaar, mijn vriend zijn liefhebbende vader - hoe vreemd dat ook mag klinken - aan te geven.

^^ Dat zou ik ervan maken. Haakjes in een tekst zijn meestal niet zo fijn om te lezen, vind ik in ieder geval. Meestal worden er dan - jes gebruikt, zegmaar! Snapje? (:

Wij stonden op het punt om op de voorpagina van de krant te komen. Wij stonden op het punt om geschiedenis te schrijven. Mijn vriend stond op het punt zijn leven op te offeren om zijn vader aan te geven. En ik? Ik stond op het punt te zeggen tegen deze man, die mij tot nu toe zeven keer met de dood bedreigd heeft, dat het me speet en dat ik, ondanks die zeven bedreigingen en ondanks de korte tijd dat ik hem kende, van hem hield, maar dat ik niet anders kon dan de moorden op al die onschuldige mensen op deze manier te wreken. Ik stond op het punt hem te vertellen dat het kind dat ik en Desmund zouden krijgen zijn naam zou krijgen en dat we hem nooit, maar dan ook nooit naar de film zouden laten kijken die Desmund’s vader zo veranderd had. En ook stond ik op het punt om te zeggen dat als we niet in dit restaurant gezeten hadden, ik het pistool uit zijn hand had gepakt om hem zelf neer te schieten.
En mijn moeder dacht dat we op een gezellig uitje waren met z’n vijven.
Dit is best wel een lap tekst. Ik zeg niet dat dat verkeerd is, maar een paar enters kunnen (denk ik) geen kwaad ;)
Like this:

Wij stonden op het punt om op de voorpagina van de krant te komen. Wij stonden op het punt om geschiedenis te schrijven. Mijn vriend stond op het punt zijn leven op te offeren om zijn vader aan te geven.
En ik? Ik stond op het punt te zeggen tegen deze man - die mij tot nu toe zeven keer met de dood bedreigd heeft - dat het me speet en dat ik, ondanks die zeven bedreigingen en ondanks de korte tijd dat ik hem kende, van hem hield. Ik kon echter niet anders dan de moorden op al die onschuldige mensen op deze manier te wreken.
Ik stond op het punt hem te vertellen dat het kind dat ik en Desmund zouden krijgen zijn naam zou krijgen en dat we hem nooit, maar dan ook nooit naar de film zouden laten kijken die Desmunds vader zo veranderd had. En ook stond ik op het punt om te zeggen dat als we niet in dit restaurant gezeten hadden, ik het pistool uit zijn hand had gepakt om hem zelf neer te schieten.
En mijn moeder dacht dat we op een gezellig uitje waren met z’n vijven.



Ik heb dus wat ge-enterd. Die zin na 'En ik?' heb ik in tweeën gesplitst, maar dat is natuurlijk niet noodzakelijk! (: En Desmund's vader mag gewoon achter elkaar: Desmunds vader. (:
Die laatste zin vond ik heel sterk!
Ik vind de proloog zelf ook heel spannend en goed opgebouwd. Ben erg benieuwd naar meer! :d
Ik heb je andere stukjes ook gelezen en ik ga je verhaal zeker lezen!

Nogmaals, doe met mijn feedback wat je wilt en succes met je verhaal! (:
Liefs, Marit.

Re: Zo vader, zo zoon?

Geplaatst: 14 sep 2011 21:05
door ElineH
Bedankt voor jullie positieve reacties! Het helpt echt heel motiverend als je merkt dat er mensen zijn die het leuk vinden om door te lezen!

en xILY, bedankt voor je feedback. Het proloog heb ik inderdaad aangepast en ik vind het zo zelf ook een stuk mooier:)

Nog een klein stukje. Ben benieuwd wat jullie er van vinden, hihi :) :

Een telefoon ging af en daardoor werd Desmund met de abruptheid van een klap in zijn gezicht teruggebracht naar het heden. Hij stond nog steeds in de straat en hij zag dat een groepje meisjes iets verderop hun aandacht op hem gefixeerd hadden. Eentje van hen, met een brutaal gezicht en vurig, kort rood haar, zwaaide naar hem en wenkte hem om naar hen toe te komen.
Weer die telefoon…kon de eigenaar van dat ding hem niet even opnemen? Hij zuchtte geërgerd en liep door.
Ring ring. Toen pas drong het tot hem door dat zijn telefoon afging. Snel pakte hij hem uit zijn broekzak en keek op het scherm: Darius. Geweldig, zijn vader belde hem, precies waar hij zin in had. Hij drukte op het groene knopje en bracht de telefoon naar zijn oor,
‘Met mij.’ Zei Desmund terwijl hij doorliep,
‘Desmund, je moet naar huis komen. Nu!’ Zijn vaders zware stem was zoals altijd een spreekwoordelijk mes in Desmunds middenrif.
‘Waarom?’
‘Ik moet het met je hebben over Ella.’
‘Ella?’ Vroeg Desmund niet-begrjipend. ‘Wie is Ella?’
‘Ella, die vrouw die afgelopen zaterdag bij ons was?’
‘Welke vrouw?’ Desmund zweeg even. ‘Oh, die ene die je wilt gebruiken om je goudmijntje aan te vullen?’
‘Mund…’
‘Nee, pa, ik denk niet dat ik daarvoor naar huis kom!’ Woest drukte hij op de rode knop en deed z’n telefoon weer in zijn broekzak. Wat was zijn vader toch een ontzettende manipulerende, bedroevende, laffe, godvergetende klootzak. Nooit kon hij eens op een normale manier aangeven dat hij iets niet kon. Nooit durfde hij te zeggen; ‘Sorry maat, maar ik doe het niet!’. Nooit wilde hij toegeven dat hij eigenlijk gewoon een godvergetende hond was die keer op keer in elkaar is geschopt door zijn baas. Altijd maar door voor zijn bazen, zijn opdrachtgevers. Hoeveel levens had hij wel niet verstoord? Geruïneerd. Verkloot.
En op welke manier had Desmund geholpen? Hij had zijn vader nooit tot halt geroepen. Maar hoe zeg je ook tegen een beroeps huurmoordenaar dat hij moet kappen met zijn handeltjes. En zelfs als hij de ballen had gehad zijn vader in zijn ogen aan te kijken als hij het had gezegd, zelfs dan had Darius niet zomaar kunnen stoppen. Je kan niet zomaar stoppen als je tot in je hele wezen in de onderwereld zit. Als je van alle grote, gevaarlijke, criminele acties op de hoogte bent. Als je alle grote bazen hun namen, schuilnamen, schuiladres en zwaktes wist. Zo makkelijk stop je er niet mee. Maar toch moest het mogelijk zijn.
Er konden niet meer levens opgeofferd worden voor Desmunds zwakte of voor de geldlust en de lafheid van zijn vader. Desmund moest en zou zijn vader tot een stop brengen. Maar hoe?
Weer ging zijn telefoon af en Desmund wierp er één blik op. Darius. Weer. Hij nam hem niet op, maar borg zijn telefoon ook niet op. Na een paar seconden stopte zijn telefoon met afgaan. Desmund zuchtte opgelucht en ging zitten op een bankje. Hij wilde net een sigaret uit zijn pakje pakken toen zijn telefoon trilde. Een sms’je.

Mund.
Ik moet stoppen.
Het kan zo niet door.
Help me.
Darius


Grote god, wat zullen we nu krijgen? Dacht Desmund.

Re: Zo vader, zo zoon?

Geplaatst: 15 sep 2011 15:47
door -Maaike-
Heey!

Ik liep een beetje achter maar ben weer helemaal bij :D Het is echt een spannend en een heel fijn te lezen verhaal, ga zo door!

Een kleine opmerking;
ElineH schreef:Desmund moest en zou zijn vader tot een stop brengen.
Ik denk dat je in plaats van "tot een stop brengen" beter iets kunt zeggen als "zou zijn vader laten ophouden / laten stoppen" ;)

Ik hoop dat je er iets aan hebt, schrijf snel verder :D

Groetjes Maaike

Re: Zo vader, zo zoon?

Geplaatst: 15 sep 2011 16:10
door ElineH
Ja je hebt gelijk! Ik verander het snel:)
Trouwens, ik verander het niet in mijn posts, omdat ik dan elke post meerdere keren moet gaan veranderen, en daar ben ik te lui voor XD Dus ik verander het in mijn word-document:)
Bedankt Maaike!:D

Re: Zo vader, zo zoon?

Geplaatst: 16 sep 2011 16:04
door Babette<3.
Leuk stukje weer.
Ik heb hier best veel feedback op, je mag er mee doen wat je wilt - je mag het totaal negeren, het helemaal aanpassen of alleen de stukjes aanpassen waarvan jij vind dat ze aangepast moeten worden. Ik zeg alleen maar wat me opvalt (:
Ring ring.
ECHT ZO DROOG. Ik ging gewoon helemaal stuk hier xD.
Toen pas drong het tot hem door dat zijn telefoon afging
Ipv onderstreping, kun je ook de nadruk leggen op zijn door er zíjn van te maken. Op de i zo'n í.
Nooit durfde hij te zeggen; ‘Sorry maat, maar ik doe het niet!’.
Ipv ; moet het : zijn, volgens mij (:
Maar hoe zeg je ook tegen een beroeps huurmoordenaar dat hij moet kappen met zijn handeltjes.
Als je 'beroeps' uit de zin zou laten, zou het denk ik iets netter staan. En aan het eind moet een vraagteken, wat het is een vraag.
Dus misschien:
Maar hoe zeg je ook tegen een huurmoordenaar dat hij moet kappen met zijn handeltjes?
Er konden niet meer levens opgeofferd worden voor Desmunds zwakte of voor de geldlust en de lafheid van zijn vader.
Ik denk dat je 'niet meer' of in 'niet nog meer' of in 'geen' moet veranderen, en 'voor' in 'door'. (:
Dus;
Er konden niet nog meer levens opgeofferd worden. Niet door Desmunds zwakte, niet door de geldlust en de lafheid van zijn vader.
Hij nam hem niet op, maar borg zijn telefoon ook niet op. Na een paar seconden stopte zijn telefoon met afgaan.
Hij nam niet op, maar bleef ernaar kijken tot hij stopte.
Deze zin loopt niet zo heel lekker, omdat je twee keer 'niet op' gebruikt. Ik heb die tweede zin er ook bij gedaan, omdat ik bij de zin die ik ervan gemaakt had als voorbeeld die twee zinnen in een zinnetje prop (:
Grote god, wat zullen we nu krijgen? Dacht Desmund.
De zin is na het vraagteken nog niet afgelopen, dus 'Dacht' moet met een kleine letter (:

Voor de rest vind ik het echt weer een heel mooi stukje!

Keep going.

Re: Zo vader, zo zoon?

Geplaatst: 16 sep 2011 17:45
door artikel
Ik volg je al sinds je begon met het eerste deel..
FANTASTISCH verhaal...
Ik heb dit account pas net en het eerste introtje staat er al op..
Zou ik mogen vragen hoelang jij je al verhalen hierop post :$?

Maar wil toch nog eens zeggen: een FANTASTISCH verhaal!

Re: Zo vader, zo zoon?

Geplaatst: 18 sep 2011 17:29
door ElineH
Bedankt voor je feedback Babette. Sommige stukjes vind ik inderdaad ook niet helemaal goed, maar met de veranderingen die jij postte, zijn ze toch beter geworden :). En bedankt voor je compliment!

En dankjewel Artikel, erg leuk om te lezen dat je het zo leuk vindt. En welkom op OV natuurlijk! Ik post mijn verhalen niet zo heel lang, voornamelijk omdat ik niet heel veel verhalen schrijf :) Soms heb ik gewoon zo'n periode waarin ik wel wat schrijf en dan vind ik het altijd leuk om te horen wat anderen er van vinden. Maar ik geloof dat ik nu zo'n 4maand of zo op OV zit. En ik heb twee verhalen gepost.

En sorry voor het late vervolg. Ik heb een beetje een druk weekend gehad en de andere dagen had ik niet echt inspiratie. Ik hoop dat jullie het volgende stuk ook weer leuk vinden en anders; excuses :)
---
Hoofdstuk 3:

Ik plofte opgelucht neer op de bank. Eindelijk was de rest van de familie gebeld en wist ik wie er allemaal zouden komen en wie toch niet. Nou ja, wist ik…wist mam het. Eigenlijk vind ik het best wel frustrerend dat ik moest bellen. Ik bedoel, dat mam het druk heeft en zo, dat is heel begrijpelijk en dat ze dan ook geen tijd heeft om haar familie te bellen snap ik ook wel…soort van, maar als ìk de familie bel dan is het gelijk; ‘Oh Emily! Hoe gaat het met je? Hoe gaat het met school? Waarvoor bel je? Waarom belt je moeder niet?’ en bla bla bla. Natuurlijk hartstikke lief bedoeld van de familie – en waar zou je anders ook over moeten praten met je nichtje?- maar wel redelijk irritant. Vooral omdat ze op het feestje van mam het allemaal nog een keer gaan vragen. Om nog maar te zwijgen over de rest van de feestjes waar je heen gaat; Nieuwjaar, verjaardagen, familiedagen….elke keer dezelfde vraag; ‘Hoe gaat het op school?’. Als ik ooit een tante word, dan ga ik nooit zulke irritante vragen stellen. Ik zou eerder vragen: ‘En, nog lekker je leraren geïrriteerd op school?’ of ‘Nog knappe jongens gezien?’. Alhoewel ik moet bekennen dat dat waarschijnlijk niet heel erg pedagogisch is…
Lena – onze kat van vier maanden- miauwde en sprong op de bank naast me. Afwezig begon ik haar te aaien terwijl zij luidruchtig begon te spinnen. De aanstelster. Ik pakte de afstandsbediening en zapte een beetje langs de zenders, zoals iedereen doet als hij of zij geen zin heeft om televisie te kijken, maar ook niks anders te doen heeft. Goede Tijden Slechte Tijden, Masterchef, een of ander programma over reizen, iets met katten, iets met vrouwen die naar de plastisch chirurg gingen, voetbal….al met al niks boeiends. Ik begon al bijna te foeteren op het programma-aanbod toen ik op een zender kwam die een film uitzond. Omdat er toch niets beters op was bleef ik kijken.
De film ging over een man die op een brute manier vermoord werd, waarna zijn broer zijn dood wilde wreken. Die broer had alleen last van een spierziekte waardoor hij amper kon lopen en de kansen op een geslaagde moordactie niet heel erg groot waren, zeg maar gerust miniem. Hij bedacht allemaal manieren waarop hij toch nog de moordenaar zou kunnen vermoorden; een huurmoordenaar, een partner die hem wilde helpen, een automatisch wapen, vergif of hem gewoon over laten rijden. Hij probeerde op allerlei manieren de moordenaar van zijn broer om het leven te brengen, maar geen een was succesvol. Sterker nog, de moordenaar lachte hem steeds vierkant uit omdat het hem niet lukte. En hij had ook nog eens een gelukkig leven met een mooie vrouw en vier deugdzame kinderen. De broer daarentegen bleek een ontzettend kutleven te hebben omdat zijn doel het vermoorden van de moordenaar was, wat dus steeds niet lukte. Uiteindelijk pleegde de broer uit pure wanhoop zelfmoord. Dus hij sprong van een flatgebouw af onder het slagen van de kreet; ‘Zijn hier dan geen huurmoordenaars?’.
Al met al vond ik het een erg vreemde film, maar wel vermakelijk. De acteurs waren niet heel goed, maar ook niet zo slecht dat je van pure ergernis naar de toneelschool zou gaan om die acteurs in te gaan schrijven.
Er werd aangebeld. Ik drukte snel de televisie uit en liep naar de deur. Toen ik langs de spiegel in de woonkamer kwam keek ik erin en probeerde mijn haar nog snel te fatsoeneren. Over het algemeen heb ik een hekel aan mensen wiens haar er niet verzorgd uitziet, alles tussen vet haar en klitten vind ik afschuwelijk. Eigenlijk blijkt daaruit dat ik een best wel oppervlakkig persoon ben, want stel jij stond voor me met een bos haar vol pluizen en klitten, dan zou ik gelijk een hekel aan je hebben terwijl het blijkt dat je mijn moeder hebt gered of zo. Niet dat ik jou ooit zal ontmoeten, maar het gaat even om het idee.
Ik deed de deur open en voor me stond een jongen waarvan je in de rest van dit verhaal nog veel zult horen.
‘Ehm…hallo.’ Zei hij met een zware, bijna zwoele stem.
‘Hallo. Wat kan ik voor je doen?’ Ik glimlachte naar hem, want om eerlijk te zijn heb ik niet veel jongens gezien die er én zo aantrekkelijk uitzagen én die zo’n mooie, sensuele stem hadden.
‘Ik vroeg me af of Ella ook thuis is?’ Helaas, hij was op zoek naar mijn moeder.
‘Nee, m’n moeder is er nog niet. Maar ik denk dat ik je ook wel kan helpen?’ Niet je stem te hoopvol laten klinken, Em, je bent niet desperate.
‘Misschien wel ja.’ Hij glimlachte zijn witte tanden bloot, ‘Ik wilde namelijk even laten weten dat Darius, mijn vader, helaas niet kan komen op Ella’s feest.’ Oh! Hij was de zoon van mijn moeders vriend! Goh, als Darius er net zo uit zag als zijn zoon, had mijn moeder niet zo’n slechte smaak.
‘Oh, jammer! Er is toch niks ergs gebeurd hoop ik?’
‘Met hem niet nee, maar een tante van mij is onverwachts opgenomen in een ziekenhuis in Frankrijk. ‘
‘Wat is er gebeurd dan?’ Vroeg ik verbaasd.
‘Nou, ze weten het niet helemaal zeker, maar er wordt vermoed dat ze een blindedarmontsteking heeft. Maar omdat zij geen woord Frans kan en ze wel meteen geopereerd moest worden, heeft het ziekenhuis mijn vader gebeld.’
‘Kan je vader wel Frans dan?’
‘Ja, zijn moeder, mijn oma dus, was Frans en hij is tweetalig opgevoed.’
‘Ben jij ook tweetalig opgevoed dan?’ Vroeg ik glimlachend, omdat ik niet wilde dat deze jongen snel weer weg zou gaan. Als ik nu terugkijk op deze opmerking, vind ik hem eigenlijk best wel slecht. Ik bedoel, er komt een jongen aan je deur om je te vertellen dat zijn tante in het ziekenhuis ligt en jij zegt dan, niet letterlijk, maar het komt op hetzelfde neer: ‘Ach, lekker boeien! Ik vind jou veel interessanter *knipoog*’.
‘Nee, ik gelukkig niet. Ik vind Frans echt een verschrikkelijk taal.’ Hij lachte.
‘Het is anders wel de taal van de liefde, de mooiste taal die er bestaat en…’
‘En een taal waarin neusklanken te veel voorkomen en er te veel irritante werkwoordsvervoegingen zijn.’ Onderbrak hij me. ‘En ach…wie wil de taal der liefde nou met woorden spreken?’ Hij knipoogde naar me met als gevolg dat ik onmiddellijk begon te blozen.
‘Ach het zou zo z’n voordelen hebben als je een Frans meisje tegenkwam.’ Mompelde ik een beetje ondersteboven.
‘Maar ja, die vind je voornamelijk in Frankrijk en wie gaat er nou naar Frankrijk als er hier zo veel mooie meiden zijn?’ Nu was er van blozen geen sprake meer. In plaats daarvan liep hij naar me toe en zoende hij me meteen op m’n mond, ging hij neer op zijn knieën en vroeg hij me ten huwelijk.
Nou niet helemaal.
Dat was meer een dagdroom van mij.
Ik bloosde in ieder geval niet meer, in plaats daar van was ik nu een dieprode kleur – een beetje als een tomaat- en wist ik niet meer wat ik moest zeggen.
‘Maar goed,’ Zei hij. ‘ik denk dat ik weer moet gaan, want ik heb nog genoeg te doen.’
‘Oké,’ Mompelde ik om meteen daarna eruit te flappen; ‘kom jij dan naar het feest? Ik bedoel…omdat je vader niet komt…dan kan je toch nog…ehm…wil je komen?’
‘Ben jij er ook?’ Ik knikte. ‘Lijkt me leuk. Mij kun je verwachten.’ Ik glimlachte bij de gedachte dat ik nu hem weer zou zien over vier dagen. Vier dagen. Vier dagen…en dan zou ik hem weer zien!
‘Maar ik ben bang dat ik nu echt moet gaan! Ik zie je snel weer. En leuk je te ontmoeten ehm…’
‘Emily.’ Zei ik lachend.
‘Leuk je te ontmoeten Emily,’ Hij stak zijn hand uit en ik schudde hem. ‘Ik ben Desmund.’ O shit! Dat ga je niet menen! Was dit dé Desmund die Jodie had ontmoet? De Desmund die opeens weg was gegaan? De Desmund waar Jodie gelijk helemaal verliefd op was geworden? Niet dat dat noodzakelijk iets te betekenen had, want Jodie werd verliefd op alles wat los en vast zat dat er een beetje goed uitzag, maar dan nog! Natuurlijk was er een kans dat dit niet de Desmund was, maar gewoon een toevallige naamgenoot. Ik hoopte dat zo erg, niet zozeer omdat ik Jodie niet iemand gun die er zo leuk uitzag en zo aardig was als deze Desmund, maar meer omdat ik geen zin had om te doen alsof ik blij was dat Jodie hem wilde gaan versieren. En om eerlijk te zijn, wist ik gewoon dat ik geen kans maakte als dit wel dezelfde Desmund was. Want wie op deze aarde zou nou voor mij kiezen als er zoiets als Jodie rondloopt?
‘Ik zie je snel, Emily. Geniet nog even van je weekend!’ Hij draaide zich om en liep weg.
‘Ja, tot over vier dagen en jij ook hè?’ Omdat ik niet wilde blijven staan om naar zijn lekkere kontje te kijken – laten we eerlijk zijn, hij was écht heel lekker! Een prachtexemplaar onder de kontjes- liep ik snel naar binnen en deed de deur dicht. Daarna leunde ik tegen de deur aan en sloeg mijn handen voor mijn gezicht; alsjeblieft, alsjeblieft, alsjeblieft laat mijn Desmund verschillen van die van Jodie.

Re: Zo vader, zo zoon?

Geplaatst: 19 sep 2011 12:49
door -Maaike-
Heey!

Je hoeft je geen zorgen te maken als je wat langer doet over een nieuwe post ;) Het is een hobby geen verplichting :)

Ik vind de manier waarop Desmund en Emily elkaar tegenkomen leuk bedacht!

Alleen, de toeloop naar het moment duurt mij iets te lang. Want ik snap niet helemaal wat de lange uitleg van de film te maken heeft met de rode draad van je verhaal. Dat kan natuurlijk nog komen. Plus de gedachtegangen van Emily die hadden wat mij betreft wat korter mogen zijn :$
Bijvoorbeeld wat ik persoonlijk zou weglaten, is hoe de familie reageert als Emily ze uitnodigt. En dat je hoofdpersonage niet van onverzorgd haar houdt, is al duidelijk als ze snel haar haar fatsoeneerd in de spiegel. De hele uitleg dat ze je niet wil kennen als je haar niet netjes zit is wat mij betreft een beetje overbodig ;)

Ik hoop dat je er iets aan hebt :)
Schrijf snel verder! Want ik ben benieuwd of Desmund echt naar het feestje komt en hoe Jodie zal reageren als ze er achter komt ^_^

Groetjes Maaike

Re: Zo vader, zo zoon?

Geplaatst: 19 sep 2011 16:46
door xILY.
Ik ben het met bovenstaande reactie helemaal eens (:
Leuk stukje weer, ik ben ook benieuwd! :d

Neem vooral je tijd om te schrijven en het na te lezen en te controleren enzo, want schrijven doe je op je eigen manier en in je eigen tempo! (:
Langzaam schrijven en een verhaal afmaken is beter dan snel schrijven en het verhaal onafgemaakt houden ;)

Nouja, tot zover even mijn commentaar (:
Keep goooin'

Re: Zo vader, zo zoon?

Geplaatst: 19 sep 2011 17:18
door artikel
tada... en je hebt weer en stukje erbij :D
Het maakt niet uit dat het nu wat langer duurde...
Een verhaal moet leuk zijn en mensen aanspreken en niet alles snel snel maar dan geen lezer/reactie krijgen...

Het verhaal heeft me weer een fantastisch beeld meegegeven over je personages...
ook ik ben het eens met maaike :O

Hoop dat er (snel, het mag op je eigen tempo) weer een nieuw stukje bij komt...

Re: Zo vader, zo zoon?

Geplaatst: 19 sep 2011 19:18
door ElineH
Bedankt voor jullie reacties wederom :)
Ik vind het zelf altijd wel leuk om wat meer gedachtes te beschrijven, omdat ik toch heel snel de neiging heb om dingen juist té beknopt te maken. Maar ik zal zeker luisteren naar jullie commentaar en proberen een beetje een tussenweg te vinden :)