De onschuldige moordenares....
Geplaatst: 08 feb 2012 09:39
Okej mensen. Eindelijk heb ik een verhaal. Na heel wat verhalen te gelezen hebben van andere mensen heb ik eindelijk zelf een verhaal. Het is mijn eerste verhaal dat ik post. Tips zijn altijd welkom..
---------------Proloog-----------------
Het is alsof ik in de hel zit, maar dan gemaakt van water. Overal om me heen is water, ik krijg bijna geen lucht meer. Ik voel mijn keel langzaam dichtknijpen, het is alsof er een touw om me nek wordt gebonden en dan steeds strakker wordt getrokken. Van kinds af aan vroeg ik me al af hoe het is om dood te gaan. Van films heb ik geleerd dat doodgaan iets heel moois is en dat je tijdens het doodgaan een wit licht ziet dat jou naar zich toe leidt. Niet dus, het enige wat ik zie is water, alleen maar vies zeewater. En waar blijft het witte licht dan, ik zie geen wit licht. Als in een film worden al mijn herinneringen afgespoeld, niet dat ik ze wil zien. Nee, sinds ik erachter ben gekomen dat ik een zelfzuchtige moordenaar ben, wil ik niks anders dan doodgaan. Maar nu het erop aan komt, is het veel moeilijker dan ik dacht.
Mijn hersenen beginnen op volle toeren te draaien. Opeens moet ik denken aan vroeger, aan die slechte, oude tijden. Wat zullen mijn ouders wel niet denken als ze te horen krijgen dat hun dochter een moordenaar is. Ik zie het al helemaal voor me, mijn moeder zou net als altijd stilletjes in een hoek gaan zitten en huilen. Mijn vader integendeel zou de hele tijd gaan vloeken en schelden. Hij zou alles wat in zijn weg zit kapot gooien. Ik kan dat weten want ik was degene die achttien jaar lang samen met hun onder één dak moest leven. Elke keer als ik iets verkeerds had gedaan begonnen ze met het hele proces van voren af aan. Ik kon niks anders doen naar mijn kamer vluchten en er voor zorgen dat ik mijn gezicht voor de rest van de dag niet vertoonde, anders was het gedaan met mij.
Mijn ouders waren nooit tevreden met mij, het was net alsof ik per ongeluk geboren was, ik was een ongewenst kind. Toen ik op mijn vijftiende dat ongewenste gevoel kreeg, besloot ik om geld te sparen. Ik ging overal werken waar ik kon. Eindelijk op mijn achttiende had ik genoeg geld gespaard. Ik kocht een eigen appartement en ging verder met mijn studie. Sindsdien heb ik mijn ouders nooit meer gezien.
Eigenlijk zou ik nu spijt van mijn daden moeten hebben, maar dat heb ik niet. Het huis uitgaan was de beste keus die ik ooit in mijn leven had gemaakt, anders zou ik nooit Peter ontmoet hebben. Hoe zou het nu met Peter zijn? Zou hij nu aan mij denken?. Hij zou mij nooit vergeven als hij wist dat ik iemand vermoord heb. Ik moet accepteren dat ik Peter nooit meer zal zien, maar hoe kan ik dat doen? Nooit meer zal ik getroost worden door hem als ik weer een nachtmerrie heb gehad. Nooit meer zal ik zijn lieve glimlach kunnen meemaken, als hij glimlachte was het net als of al je problemen opgelost waren.
Nu ik eraan denk, mis ik hem nog erger. Nee Jesicca, vergeet hem. Je zal hem nooit meer zien. Het is beter zo, nu hoef je ook niet mee te maken hoe hij zal reageren als hij hoort dat je iemand vermoord heb. Langzamerhand neem ik in mijn gedachtes afscheid van Peter met pijn in mijn hart. Zonder het zelf te beseffen stromen dikke krokodillentranen over mijn wangen. Ik wil nog een keer om hulp roepen maar door gebrek aan zuurstof kan ik dat niet. Wie zou mij nou kunnen horen als ik om hulp zou roepen?
Het enige wat ik nog kan doen is stilletjes wachten tot de dood mij op komt halen. Maar nee, het is niet de dood die mij op komt halen. Ik hoor van heel ver weg schreeuwende stemmen, ze roepen iets naar elkaar maar ik kan niet precies verstaan wat ze zeggen. Opeens word ik door twee sterke armen om mijn middel gegrepen. Diegene die zijn armen om mijn middel heeft geslagen, zwemt samen met mij naar een schip. Daar word ik opgehesen door twee andere armen. Ik voel dat ik langzaam weg zak, het laatste wat ik hoor is mijn naam.......

---------------Proloog-----------------
Het is alsof ik in de hel zit, maar dan gemaakt van water. Overal om me heen is water, ik krijg bijna geen lucht meer. Ik voel mijn keel langzaam dichtknijpen, het is alsof er een touw om me nek wordt gebonden en dan steeds strakker wordt getrokken. Van kinds af aan vroeg ik me al af hoe het is om dood te gaan. Van films heb ik geleerd dat doodgaan iets heel moois is en dat je tijdens het doodgaan een wit licht ziet dat jou naar zich toe leidt. Niet dus, het enige wat ik zie is water, alleen maar vies zeewater. En waar blijft het witte licht dan, ik zie geen wit licht. Als in een film worden al mijn herinneringen afgespoeld, niet dat ik ze wil zien. Nee, sinds ik erachter ben gekomen dat ik een zelfzuchtige moordenaar ben, wil ik niks anders dan doodgaan. Maar nu het erop aan komt, is het veel moeilijker dan ik dacht.
Mijn hersenen beginnen op volle toeren te draaien. Opeens moet ik denken aan vroeger, aan die slechte, oude tijden. Wat zullen mijn ouders wel niet denken als ze te horen krijgen dat hun dochter een moordenaar is. Ik zie het al helemaal voor me, mijn moeder zou net als altijd stilletjes in een hoek gaan zitten en huilen. Mijn vader integendeel zou de hele tijd gaan vloeken en schelden. Hij zou alles wat in zijn weg zit kapot gooien. Ik kan dat weten want ik was degene die achttien jaar lang samen met hun onder één dak moest leven. Elke keer als ik iets verkeerds had gedaan begonnen ze met het hele proces van voren af aan. Ik kon niks anders doen naar mijn kamer vluchten en er voor zorgen dat ik mijn gezicht voor de rest van de dag niet vertoonde, anders was het gedaan met mij.
Mijn ouders waren nooit tevreden met mij, het was net alsof ik per ongeluk geboren was, ik was een ongewenst kind. Toen ik op mijn vijftiende dat ongewenste gevoel kreeg, besloot ik om geld te sparen. Ik ging overal werken waar ik kon. Eindelijk op mijn achttiende had ik genoeg geld gespaard. Ik kocht een eigen appartement en ging verder met mijn studie. Sindsdien heb ik mijn ouders nooit meer gezien.
Eigenlijk zou ik nu spijt van mijn daden moeten hebben, maar dat heb ik niet. Het huis uitgaan was de beste keus die ik ooit in mijn leven had gemaakt, anders zou ik nooit Peter ontmoet hebben. Hoe zou het nu met Peter zijn? Zou hij nu aan mij denken?. Hij zou mij nooit vergeven als hij wist dat ik iemand vermoord heb. Ik moet accepteren dat ik Peter nooit meer zal zien, maar hoe kan ik dat doen? Nooit meer zal ik getroost worden door hem als ik weer een nachtmerrie heb gehad. Nooit meer zal ik zijn lieve glimlach kunnen meemaken, als hij glimlachte was het net als of al je problemen opgelost waren.
Nu ik eraan denk, mis ik hem nog erger. Nee Jesicca, vergeet hem. Je zal hem nooit meer zien. Het is beter zo, nu hoef je ook niet mee te maken hoe hij zal reageren als hij hoort dat je iemand vermoord heb. Langzamerhand neem ik in mijn gedachtes afscheid van Peter met pijn in mijn hart. Zonder het zelf te beseffen stromen dikke krokodillentranen over mijn wangen. Ik wil nog een keer om hulp roepen maar door gebrek aan zuurstof kan ik dat niet. Wie zou mij nou kunnen horen als ik om hulp zou roepen?
Het enige wat ik nog kan doen is stilletjes wachten tot de dood mij op komt halen. Maar nee, het is niet de dood die mij op komt halen. Ik hoor van heel ver weg schreeuwende stemmen, ze roepen iets naar elkaar maar ik kan niet precies verstaan wat ze zeggen. Opeens word ik door twee sterke armen om mijn middel gegrepen. Diegene die zijn armen om mijn middel heeft geslagen, zwemt samen met mij naar een schip. Daar word ik opgehesen door twee andere armen. Ik voel dat ik langzaam weg zak, het laatste wat ik hoor is mijn naam.......