Deze heb ik vorig jaar ofzo een keer geschreven en ik dacht vanavond: laat ik het eens posten. Kijken wat jullie ervan vinden, ik schrijf namelijk niet zo vaak one-shots (:
Enjoy!

‘Alisha! Alsjeblieft, laat het me uitleggen!’ Ik schreeuwde zo hard dat mijn stem bijna oversloeg. Het blonde meisje draaide zich om en ik schrok van haar gezicht. Het stond verdrietig en teleurgesteld, maar bovenal gekwetst. Het deed me pijn om haar zo te zien. Ze stond te wachten tot ik wat ging zeggen; ik zocht naar de goede woorden.
‘Alisha, ik…’ Ik zuchtte en bedacht dat ik niet met mezelf moest beginnen.
‘Lieverd. We zijn elkaar kwijtgeraakt in het heetst van de strijd. We zochten troost, allebei op onze eigen manier. Ik…’ Ik zocht naar de goede woorden. “Het spijt me” klonk zo afgezaagd, zo standaard. Toch was het precies waar het om ging, om de waarheid.
‘Alisha, ik snap dat je niet nog een keer gekwetst wilt worden. En het spijt me zo dat ik je pijn heb gedaan. Ik zag geen andere oplossing. En dit valt natuurlijk niet goed te praten, maar je moet weten dat het me vreselijk spijt!’
Alisha zei nog steeds niets en keek me met haar grote, blauwe ogen niet aan. Ze ontweek mijn blik constant.
‘Alisha.’ Ik zei het zacht, maar dwingend.
Ze keek niet op. Voorzichtig liep ik naar haar toe, bang om haar weg te jagen; ze bleef staan waar ze stond. Ik was nu zo dichtbij dat ik haar kon aanraken als ik wilde, ik kon haar aanwezigheid voelen.
Zo stonden we een paar minuten stilzwijgend. Zij deed niets, ik deed niets. Toen kon ik mezelf niet langer tegenhouden. Ik pakte met mijn vingers zacht haar kin vast en dwong haar zo om mij aan te kijken. Haar betraande ogen lieten zien dat ze gehuild had. Ik slikte even. Het deed me pijn om haar verdrietig te zien. Het deed me nog meer pijn doordat ik realiseerde dat het mijn schuld was. Ík had haar pijn gedaan.
Haar blauwe ogen keken wanhopig in de mijne. Voorzichtig sloeg ik mijn handen om haar heen. Toen ze niet reageerde, trok ik haar wat dichter naar me toe. Nu reageerde ze wel. Heftig begon ze te snikken. Ik hield haar stevig vast, streelde haar en troostte haar. Ik besefte me dat ik niet zonder Alisha kon. Ze was mijn leven, mijn alles. Mijn leven draaide om haar.
‘Ik heb je gemist,’ fluisterde ik in haar krullen.
Een waterige glimlach brak door op haar gezicht. ‘Ik jou ook,’ fluisterde ze terug.
Ik glimlachte tevreden en hield haar stevig vast. ‘Ik laat je nooit meer gaan, lieverd. Niemand die ooit nog eens tussen ons komt. Wij blijven voor altijd samen.’
Alisha reageerde met een glimlach, maar zweeg.
Voorzichtig zette ik een stapje naar achteren. Ik plantte een kus op haar voorhoofd en keek in haar heldere ogen. ‘Voor altijd,’ herhaalde ik.
‘Samen,’ maakte zij af.
Liefdevol keek ik haar aan. Ze begreep het, ze wilde ook samen verder. Ik glimlachte even en keek naar de klok. Je kon de tijd niet terugdraaien, maar je kon wel fouten uit het verleden herstellen. Ik had veel fouten gemaakt, maar samen konden we dat overwinnen, ik wist het zeker.
Alisha sloeg haar armen om mijn nek en fluisterde in mijn oor. ‘Is het nu weer goed, schatje?’
Ik lachte en knipoogde. ‘Zeker weten!’
Onze lippen raakten elkaar en ik besefte me dat dat al weken eerder moest gebeuren. Haar zachte lippen voelden bekend, vertrouwd.
‘Ik heb dit gemist,’ fluisterde ze daarna ondeugend in mijn oor. Ik lachte. Het was goed tussen ons. Natuurlijk was het niet hetzelfde als eerst, maar ik was er van overtuigd dat dat weer terug kon komen. Voor altijd. Samen.