Mythen ( van een nog nietbestaand verhaal)

Stap naar binnen en beland in werelden waar alles kan. Het zal je fantasie prikkelen.
Plaats reactie
Demon
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1098
Lid geworden op: 25 jun 2012 21:01

Ik heb op aanraden van Moderator Saskjezwaard het eerste deel erboven gezet, zodat het weer op volgorde staat. Voor de rest is alles nog gelijk gebleven. Maar ik zit te denken om wat te veranderen in het 2e deel. Het eerste deel blijft momenteel toch zo.
~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-
-1- Elementen der Oorsprong-1-

In het Zuiden heersen de krachten van de Zon en Zijn vlammen. Over de landen glijdt gesmolten steen, die een Demon, noch één van de Giganten overleven zou. De lava - zoals de bloedhete drab genoemd wordt - vind zijn oorsprong onder onze grond... Het komt uit bergen en scheuren die de oorspronkelijke schuilplaats van de Zon herbergen. Daarin heerst nog steeds een energiebron, die de Vuurbol evenaren kan; onze kern. De kern kan echter enkel in het Verre Zuiden bereikt worden, een land waar nog nooit iemand geweest is, en waar zelfs de Elfenboten niet komen kunnen...
In de vlammen leeft echter een wezen, die de landen tarten, en de hitte temmen kan; een wezen van almacht. Hij schiep de landen der aarde, in de Eenzame Ruimte (Tijdperk), zoals de goden de Hemelen schiepen.
De oorsprong van dit wezen is het vuur en hitte van de Kern... De Kern was slechts een land van vuur, waar het Vuurwezen niet leven wou. Daarom koelde hij de hitte rond de kern af. Waardoor alles hard werd en er een massa ontstond dat hij Aarde noemde.
Het wezen leefde toen eenzaam op de Aarde en zag het als zijn gebied. Hij was hier de heerser en niemand anders zou dat ooit zijn. Daarom schiep hij ook de Vuurlanden. Bergen zo groot als de Giganten liet hij uit de Aarde rijzen, en deze liet hij vlammen spuwen. Zijn land werd afgebakend en werd zijn domein... Vanuit de bergen die hij schiep, ontsnapten, echter, ook deeltjes van de Kern. Toen hij dit bemerkt had stuurde hij deze de Eenzame Ruimte in, waar het zich rondom de Aarde bewoog, zoeken naar een ingang, zodat het zich weer bij de kern kon voegen.

Soms gaat onze Zon schuil achter donzige wolken, die onze Hemelen met schaduw en onze Aarde met water bedekken. Sommige wolken blijven echter wel droog. Wolken zijn er niet zonder reden. Het is het resultaat van de strijd tussen het land en het water. Tussen het Waterwezen en het Vuurwezen.
De gekoelde lava, veranderde niet alleen in hard Aarde en in Steen. Het veranderde ook in Water; het element dat het Vuurwezen zond te beseffen gebruikt had om zijn element af te koelen. Toen het Waterwezen dat uit de koele vloeistof ontstaan was de Aarde betrad, zag hij dat alles slechts uit zijn tegenpool bestond. Hij vond geen genoegen in dit bestaan en liet zijn element daarom op de Aarde neerdalen. De Hemelen werden duister en water stortte vanuit de wolken de Aarde op.
Dagen streken voorbij, maar de Aarde werd niet door de Zon belicht. Het enige licht dat de Aarde domineerde, was het licht van het Verre Zuiden, waar het Vuurwezen zwak toekeek hoe zijn landen overspoelden. Omdat hij niet wou dat ook het Zuiden overspoeld worden zou, creëerde hij reusachtige gaten in het landschap en een beschermende koepel boven zijn hoofd. Zo zou het Verre Zuiden niet ten onder gaan. De rest van de Aarde zouden Waterlanden en Oceanen worden.
Het water dat op de hete oppervlakte neerkwam, liet stoom opstijgen. Het teken dat Water overwonnen had.

De landen waar wij op lopen zijn niet altijd vruchtbaar en worden ook niet altijd bewoond. De planten die wij oogsten, zijn beperkt... en zijn te weinig om aan onze verbeelding te voldoen. Vroeger was het echter anders.
Water en Aarde. Broeders in het heden en broeders toen zij ontstonden. Toen het water over de harde landen stroomde werden sommige delen zachter. Ze werden modder, vruchtbare modder. Daardoor werd de Aarde levend en het Aardwezen dat voorheen rust vond, stond op uit zijn slaap en bekeek het water, waaronder hij had slapend leed.
Het water dat zo machtig leek, liet hij samenkomen met het land, en hij liet uit het land groen komen. Waardoor het mooi en droog werd.
Vuur spendeerde zijn tijd vooral aan het kijken naar het water, waar ooit land gestaan had. Hij was verbaasd toen hij water aan de horizon zag verdwijnen, en kleur, anders dan blauw, verschijnen. Zijn Aarde... Alles was veranderd. Niets was meer goed, maar hij had geen keus. Zo moest het nu blijven. Maar hij zwoor dat zijn vlammen de Aarde ooit terug zouden brengen naar hoe het ooit geweest was.

Met de Noordenwind komt vaak een vreselijke kou, zoals de Succubi al lang ervaren hebben. Koude en hitte brengen hoe dan ook de Dood. Koude is kil en laat je sterven, alsof de werkelijke Dood naar je heen komt, terwijl hitte een intense strijd is, als een oorlog die plaatsvindt.
De Koude was echter wel de eerste die de Dood met zich meedroeg.
Terwijl in het Verre Zuiden warmte ontstond, werd in het afgesloten Noorden koude geproduceerd. Het water die daar zat bevroor ook tot een landschap van koelte en onvruchtbaarheid. Hoewel in zo 'n situatie niets geboren kan worden, kan er wel iets sterven. En zo stierf ook de Dood, waardoor het levend werd.
De Dood werd belichaamd door het Windwezen, die op de Noordenwind meerijdt. Eerst leefde het enkel in de landen waar alles onvruchtbaar was en waar de Dood was, zoals het leven in het Zuiden. Toen het windwezen echter naar de horizon staarde en het natte, blauwe water, de vruchtbare, groene landen en woeste, rode vuur zag, besefte hij dat enkel hij leefde, waar alles dood was.
Daarom besloot hij om de Dood naar onze landen te brengen. Hij liet de koude zuchten, en rees mee op de vlaag van Dodenwind.
Onze landen werden bereikt, waardoor vele planten verdorden en het Noordelijke Woud bevroor. Ook de vier wezens stierven, althans hun lichamen! Hun geesten zwierven immers nog over de landen, en in de koude van de Noordelijke Wouden creëerde het Windwezen wezens. Hij liet de doden sterven, voor onsterfelijk leven voor een dode.
Om een oorlog uit te lokken schiep ook de geest van het Vuurwezen wezens, in de hitte van de ondergrond. Maar de wezens ontmoetten elkaar nooit, en het Windwezen liet het niveau van de ondergrond waar zij zaten, afkoelen, waardoor deze wezens stierven. Ook deze doden liet hij weer sterven en zij werden onsterfelijk.
Zij waren nu de wezens van de Aarde. Zij waren de onsterfelijke Demonen.
En toen nog meer wezens de Aarde betraden, begiftigden zij ook enkelen van hen met hun Magische Gaven. Zij hadden echter afspraken gemaakt; geen van hen zou alleen werken. De krachten moesten altijd gedeeld worden. Zo werden sommige wezens Magiërs.
~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-
Dit is momenteel wat mythologie/geschiedenis van het fantasy verhaal waar ik nog niet aan begonnen ben. xD En aangezien ik dit opgeschreven heb, moest ik er gewoon wat mee doen. Er komt nog meer over de andere rassen en zo, en er is ook al meer geschreven dan dit... Dit is gewoon even het eerste stukje. ;p
Later komt er ook in voor dat de goden "vaak" samenkomen om te feesten en zo, en een familie zijn... Dat is nogal wat overdreven natuurlijk; ze komen occasioneel eens samen, dat wel (als ze echt zouden bestaan :p).
~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-
-2- Afdaling en Terugkeer en Nieuwe Rassen -2-

2.1. Strijd der Giganten

De ongoddelijke wezens hebben de oorlogen niet naar onze landen gebracht; tweedracht heerst niet alleen tussen onze rassen, maar stamt van een ouder gevoel van haat en afgunst af. Wij zijn slechts de kinderen van onze goden; imperfecte kinderen, van imperfecte goden. Hoewel de goden imperfect waren en nooit dezelfde gedachten deelden, waren zij wel goed. Het waren eerlijke wezens, die naar hun eigen genoegen streefden.
Aangezien een finale strijd de destructie van het Rijk der Hemelen betekenen zou, daalden onze moeders en vaderen af naar de plaats die heden "Aarde" heet. Onze dierbare vaderen verbleven op het oppervlak om eens en voor altijd met elkaar af te rekenen, en hun eigen plannen te voltooien. Ter bescherming van de kleinere godinnen, stuurden de Giganten hen naar het Ondergrondse Rijk; de plaats onder de aardkorst, waar hun invloed nog steeds merkbaar is.
De goden speurden het Middenrijk af, zoekend naar de ideale locatie om hun strijd te leveren. Die vonden ze. In het exacte middelpunt van de aarde, vonden zij een wonderlijke plek, waarmee je de Hemelen vergelijken kon. Een oase ten midden van droogte; met bomen hoger dan de Galactische Toren ooit was. De bomen waren gevuld met kleurrijke, grote bladeren. Bladeren gevormd als de veren van een pauw, met meer kleuren dan wit bevatten kon. De stam van de bladeren was groen gekleurd, en vond zijn oorsprong in het zachte gras. Rondom de bomen stond struikgewas, versmolten met diens stammen; tussen het groen van de struiken groeiden bessen die het eten van de vaderen kon zijn. En overal kon je wel een klein vijvertje of een groot meer vinden. Het water sprankelde als blauwwitte kristallen en diamanten. Het was zuiverder dan buigzaam metaal en mooier dan de schone godinnen. Het was de Hemel op Aarde; een werkelijk Aards Paradijs.
De goden hechtten echter geen belang aan de schoonheid: hun thuis bevatte immers meer pracht dan deze plek. Hier begonnen zij hun gevecht. De goden strijdden met hun macht of vochten ongewapend en ongekleed, zodat alles eerlijk verliep.
Tijdens het strijden werden de bomen plat gestampt, all vruchten geplukt en de bronnen leeggedronken. Het prachtige oord verschrompelde volledig onder de voeten van de Giganten; het groen werd bruin, de dagen werden maanloze nachten en vochtigheid werd kurkdroog. Niets bleef bestaan, en na een korte tijd werd het Paradijs een kale woestijn.
Velen van de goden lieten echter het leven. Hun lichamen versteenden en werden bergen. Vol afschuw zagen zij hoe hetgeen dat zij voor onsterfelijkheid aanschouwden, verdween en in steen veranderde zoals zij die dachten dat ze niet sterven konden. Uiteindelijk staakten zij hun strijd en velen keerden terug naar hun paradijs, zonder de vrouwen te waarschuwen. Met het laatste beetje kracht dat zij bezaten, stegen zij op naar de Hemelen en namen zij hun plaats weer in. Ditmaal, gescheiden van mekaar. Zo konden zij niet alleen ongestoord leven, maar genoten zij ook van vrijheid. Vrijheid waarin zij deden wat ze wilden, en waarin zij aan hun verlangens voldeden. De Aarde werd vergeten; net zoals velen van de kleine godenvrouwen.
Laatst gewijzigd door Demon op 09 sep 2012 14:29, 3 keer totaal gewijzigd.
CasBuijs
Balpen
Balpen
Berichten: 144
Lid geworden op: 29 aug 2012 15:42

Wow, dit is wel heel veel info in een keer XD Is dit gebaseerd op Griekse mythologie? In ieder geval was het interessant en vlot te lezen. Ga er alsjeblieft mee door :D
"In the face of disaster lies the opportunity for renewal."
Demon
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1098
Lid geworden op: 25 jun 2012 21:01

Haha, ja lijkt er wel op, hé? xD Daar zat ik ook even mee; zo "lijkt dit niet te veel op de Griekse mythologie?", maar ik had besloten dat niet te vragen. En, ja, het is nogal wat beknopt, ik weet het. :s
Het volgende stukje is iets langer, maar niet veel. :p

~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-
2.2. Ithrs ontmoeting

Het Woud van IJs is een wonderbaarlijke plek; de regen valt er niet, maar zweeft zacht neer op de Aarde, waarna hij er een wit tapijt van regenstof achterlaat. Het glazen water wordt er slechts drinkbaar als het warmer wordt, wat in dit gebied niet gebeuren kan, aangezien de zon er nooit schijnt. De bomen bezitten geen bladeren: aan de takken groeien enkel zachte, groene naalden, waarvan de meesten ook met het koude regenstof bedekt zijn.
Voor vele wezens is hier leven onmogelijk; bijna niemand kan de kou weerstaan, en als ze daar wel in slagen, slagen ze er niet in om eten te verkrijgen. De meesten denken zelfs niet aan eten, laat staan dat ze de koude winden, en het witte, zwevende water bemerken; het enige wat zij zien zijn de monsterlijke Demonen die hier huizen: de Succubi. Het zijn wezens, lelijker dan de nacht, maar verleidelijker dan de eerste, warme stralen van de ochtendzon. Zij leefden al heel lang op de Aarde; de Demonen hebben hier gewoond zoals de goden in de hemel woonden.
Na de Grote Strijd, bleef Ithr op de oppervlakte van de Aarde. Hij koos een richting om naartoe te gaan. Zijn ogen vielen op het Noorden; ver aan de horizon, bemerkte hij de regen neerdalen, als zwevende wolken. Langzaam, voorzichtig en zacht. Met zijn gigantische benen, nam hij grote passen. Tijdens zijn reis zag hij vele versteende goden, vanaf de grond opstijgend tot het zijn hoogte bereikt had. Hij meende enkelen van de Giganten te herkennen in de bergen, maar dat maakte hem niets uit; hij moest enkel zijn doel bereiken, en niet dat van de anderen: die ideeën zouden toch maar slecht aflopen.
Zo bereikte hij algauw de plaats waar hij heen wou. In het bos brak het glazen water onder het gewicht van zijn voeten, en de kracht waarmee hij stapte. De gebroken scherven verwondden zijn voet. Bloed sijpelde uit zijn verwondingen, en vulde de holle ruimte onder het glas. Aangezien zijn bloed zuiver was, veranderde het meteen in helder en drinkbaar water, maar dat verglaasde bijna onmiddellijk opnieuw, waardoor het lopen moeilijk werd en hij traag vooruit slenteren moest.
De bevingen die door het harde landen van zijn voeten veroorzaakt werden, werden door de bevolking van de bossen opgemerkt. Eén succubus waagde het om een kijkje te nemen. Zij werd vrijwel meteen door de godheid gezien. Maar hij wist niets over deze duivelse wezens,wezens met een monsterlijke schoonheid die iedereen voor hen liet vallen, hetzij man, hetzij vrouw - niemand valt voor alleen het andere geslacht. Er zal altijd één klein deeltje om hetzelfde geslacht smeken. Op dat part speelden de Demonen in, waardoor ook vrouwen en meisjes voor hen vielen
Hij viel ook voor het wezen, en zo verleidde zij hem tot het bedrijven van de liefde. De heilige vruchten ontwaakten een kind in het wezen. Ithr kreeg spijt van zijn zwakte, en omdat hij zijn kind moest opvoeden ,- en dus ook met dit wezen moest leven - veranderde hij haar uiterlijk, in het uiterlijk van de vrouwengoden, maar dan iets groter. Zo groot als de Succubi voordien waren; kleiner dan de Giganten, maar groter dan de godenvrouwen.
Dagen verstreken, weken gingen voorbij en met maanden gebeurde hetzelfde. Nog voordat het kind gebeuren was, terwijl Ithr buiten de bossen denkend aan het wandelen was, ontmoette hij één van de godinnen, die normaal onder de aarde blijven moesten.
Hij zei: "Vrouw! Waarom gehoorzaam jij niet aan de Gigant, aan wie je gebonden bent?"
"Vergeef mijn zonde, godheid," smeekte de vrouw. "Maar ik en de andere vrouwengoden hebben uw hulp nodig. Onder de aarde ontmoetten wij wezens, waarvoor wij vielen, en waarmee wij vrijwillig, zondige praktijken uitvoerden. Nu leeft er een nieuw wezen in ons, godheid. Wat moeten wij doen?"
De god vertelde haar hetzelfde te doen als hij. Daarna keerde de godin terug naar de anderen, en zag hij haar niet weder.
Toen de Succubus, waarmee Ithr gepaard had, beviel, bleek het niet één kind te zijn die uit haar kwam, maar een tweeling. De kinderen werden tot Suctr, hun dochter, en Thrus, hun zoon, benoemd. Ook werden zij "Het Nieuwe Ras". Ithr onderwees zijn kinderen in het weven van het Godenijzer, of Elvenzilver: Dryargen.
De elfen bereikten de volwassen leeftijd en verlieten hun thuis. Ze reisden samen naar het Westen, maar zij waren beïnvloed door de slechte gaven van de Demonen; zij werden verliefd op elkaar tijdens het alleen zijn. Ze hadden elkaar lief en kregen vele kinderen, ook zij kregen kinderen, en uiteindelijk was het ras groot geworden... een echt ras: De Elfen.
Laatst gewijzigd door Demon op 05 sep 2012 17:41, 2 keer totaal gewijzigd.
CasBuijs
Balpen
Balpen
Berichten: 144
Lid geworden op: 29 aug 2012 15:42

Aha, Succubi en elven. Ja, eerst leek het op de griekse mythologie, vooral door dat gedoe met de opgesloten giganten en vele goden, maar nu ook wat wezens van andere takken van religie en fantasie. Eigenlijk best interessant, om gewoon alle wezens een beetje bij elkaar te gooien, want het mixt wel erg mooi. Ik ben erg benieuwd naar de rest, want zeg nou zelf, een mix van lord of the rings, mythologie en een beetje persona kan voor mij niet beter :P
"In the face of disaster lies the opportunity for renewal."
glenovic
Fijnschrijver
Fijnschrijver
Berichten: 667
Lid geworden op: 18 aug 2012 00:32
Locatie: Rotterdam

Het doet me een klein beetje denken aan Ragnarok maar dan een lichtere versie omdat niet iedere god dood gaat. Je beschrijving van de oase vind ik zeer mooi ben zeer benieuwd naar je volgende post
My ego is to big for a conversation so thats the reason I write because writing is the best way to talk without being interrupted.
glenovic
Fijnschrijver
Fijnschrijver
Berichten: 667
Lid geworden op: 18 aug 2012 00:32
Locatie: Rotterdam

Heb nu je tweede stuk geschreven ook weer mooi omschreven. Je gebruikt het woord Mithril dit is iets wat zo ver ik weet alleen Tolkien gebruikte hij leidde het af van Mietreel uit de norse mythologie. Ik zou je willen waarschuwen om woorden te gebruiken die zeer verbonden zijn met een wereld geschreven door een andere auteur. Dit kan er toe leiden dat A) je lezers afhaken of B) je problemen krijgt met copyrights etc. Je tweede stuk zoals eerder vermeld doet me denken aan de griekse mythologie door het "paren" van goden met andere wezens. Persoonlijk hoop ik dat het niet een mengelmoesje word van verschillende mythologieën. Er is niks mis met het baseren van jouw eigen goden op de goden uit een mythologie Tolkien deed het ook en er zijn vele schrijvers die het deden maar persoonlijk vind ik het "mooi" als er verschillende mythologieën gebruikt zijn

maar dat is mijn menig ^^ in ieder geval weer mooi geschreven
My ego is to big for a conversation so thats the reason I write because writing is the best way to talk without being interrupted.
Demon
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1098
Lid geworden op: 25 jun 2012 21:01

Ja, ik weet het... .-. Maar ik heb echt geen zin om nieuwe benamingen te zoeken. :s Ik ben nogal lui... Als ik wat bedenken kan, zal ik het zeker aanpassen. Maar Tolkien is dan natuurlijk ook de vader van de Fantasy, hè. ;p Hmh. De volgende delen zal ik nog even bekijken. Niet dat dat zo lang duren zal. xD
Demon
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1098
Lid geworden op: 25 jun 2012 21:01

Ik ben gewoon wat inorigineel wat benamingen betreft. :p Sorry, daarvoor. Ik zal wat dingen later proberen aan te passen.
~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-
2.3 Broederoorlog

Ook goden zijn één grote familie. Sommigen zijn broeders en zusters, en anderen zijn neven en nichten. Net zoals families komen zij vaak samen; dan feesten ze in de Hemelen, of praatten gezellig. Maar in gezinnen heersen er vaak ruzies, en dat meestal tussen broers en zussen. De wezens die het meest met elkaar te maken hebben en op zoveel manieren verschillend zijn, kunnen het vaak niet goed met elkaar vinden. Zo ontstaan er soms kloven.
Cyclops en Ithr zijn altijd vijanden geweest, net zoals de meeste goden dat zijn als ze hun macht moeten bewijzen. Maar deze twee waren zelfs nog erger onderling. Tussen hen heersten er altijd gevechten en discussies. Spelletjes waren machtsspelen en onderonsjes waren oorlogen.
Toen Cyclops van zijn Derde Oog vernam dat Ithr zijn eigen ras gesticht had, betrad Cyclops de aarde weer. Hij verplaatste zich naar de plaats waar zijn broer in zijn avontuur het eerst naartoe gegaan was. Hier ontmoette hij ook de Succubi, maar aangezien zijn Derde Oog alwetend was viel hij niet voor hen. Hij verwekte echter wel een kind, met één van hen: Succlo. Succlo had het uiterlijk van Elven, maar met een oog op zijn voorhoofd. Om de Elven in de val te lokken, bond Cyclops, toen Succlo oud genoeg was, een doek rond het Derde Oog van zijn zoon. Zo stuurde hij hem naar het Elvenvolk.
Eenmaal tussen de kinderen van zijn oom, vrijde hij met velen van de Elven, waarmee hij altijd minstens één kind kreeg. Zelfs de onvruchtbare mensen werden van deze ziekte genezen en werden zwanger.
De Elvenvrouwen schrokken van hun drie-ogige kinderen, maar nog voordat zij het door hadden had Cyclops zijn kleinkinderen al in bezit genomen. Hij creëerde ook een ras. Een ras genaamd "Schaduwelven".
Toen hij genoeg Schaduwelven bezat, zond hij hen naar het oorspronkelijke Elvenvolk. Tussen de twee volken ontstond een oorlog. Velen van de Elven en Schaduwelven werden gedood en de gebouwen waar de Elven in leefden werden in brand gestoken en verwoest.
Ithr vernam pas laat dat zijn volk aan het strijden was, doordat hij geen Alziend Oog bezat. Hij hielp zijn volk strijden en al snel gaven de Schaduwelven zich over. Ze werden door Ithr van hun Derde Oog ontnomen, en op aanvraag van de Succubi ook van hun mooie uiterlijk. Hij maakte hen groen en gaf hen een bochelrug. Vanaf nu werd het volk - om de naam van Ithrs ras te zuiveren - "Ogers" genoemd.
En Cyclops, die zich schaamde voor zijn nederlaag, nam hen mee naar het Oosten, waar zij ter ere van Cyclops een tempel bouwden waar hij in moest leven; de Galactische - of Oostelijke - tempel. Uiteindelijk stierf hij uit schaamte en de Ogers werden geluid door leiders(koningen) die door het lot aangeduid werden.
Laatst gewijzigd door Demon op 05 sep 2012 17:42, 1 keer totaal gewijzigd.
glenovic
Fijnschrijver
Fijnschrijver
Berichten: 667
Lid geworden op: 18 aug 2012 00:32
Locatie: Rotterdam

Er zijn inderdaad veel fantasy verhalen waarin je duidelijk de invloed ziet die Tolkien had op het genre maar als je rechtstreekse benamingen overneemt kan dit verwarrend overkomen. Als je "White walkers" over zou nemen uit de boeken van George R.R. Martin zou dit lezers ook opvallen. Het is net als het ras van elven of dwergen lezers hebben er een beeld bij. ze weten grotendeels al hoe een elf/dwerg in elkaar zit voordat jij met je eerste omschrijving begonnen bent. En ook al stond Tolkien aan de basis van fantasy wil nog niet zeggen dat je eigen creativiteit gewonnen moet geven omdat Tolkien of een andere schrijver er al iets over gezegd heeft. Tolkien zou dat ook niet willen en je hoeft ook niet altijd het wiel op nieuw uit te vinden zolang je er maar creatief mee omgaat ;)
My ego is to big for a conversation so thats the reason I write because writing is the best way to talk without being interrupted.
Demon
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1098
Lid geworden op: 25 jun 2012 21:01

Nja, maar ik zal het even kort veranderen. Ik zet even mijn research en ideeën masker op. 8)
Demon
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1098
Lid geworden op: 25 jun 2012 21:01

Ziezo opgelost. Argentum = zilver
dryadalum = Volk van de Elfen
Dat is Latijn. :s Dus, ja. :p

Wijziging:
Wacht, ik ben vergeten de naam zelf te zeggen, haha. :p Dryargen, dus.
daantjeschrijft
Balpen
Balpen
Berichten: 144
Lid geworden op: 18 jun 2012 21:31

Wauw, ik vindt het echt goed omschreven. Ik vindt het überhaupt knap als iemand fantasy kan schrijven, want ondanks dat mijn brein genoeg fantasie bevat is zoiets voor mij toch heel moeilijk...

Ik ben het wel met mijn voorgangers eens dat sommige dingen op bepaalde schrijvers lijken, maar eerlijk gezegd denk ik ook dat je er niet altijd helemaal aan ontkomt. Zelfs voordat Tolkien zijn elven omschreef, hadden mensen al een bepaald blik van hoe ze eruit zagen.
Uit oude mythologieën blijkt dat mensen toen Elven zagen als gracieuze koninklijke wezens, vervuld met een innerlijke rust en wijsheid en niet te vergeten de puntoortjes... Sla er de oude keltische verhalen maar op na... (Ik heb een zwak voor keltische verhalen en muziek... ;) )
Wat de vele goden betreft, het is niet typisch iets grieks. In de tijd dat onze voorouders in berenvellen de europese wouden onveilig maakte, kende wij ook vele goden. Zie de vernoemingen van onze dagen maar....
Het zijn echter wel de grieken geweest die ze beroemd hebben gemaakt. In onze oude literatuur wordt Wodan nooit zoveel genoemd, als dat Zeus zijn naam op papier weervond.


Natuurlijk is het van belang dat je je eigen fantasie laat tellen, dus wel orgineel blijft, maar ik denk dat wanneer je teveel gaat afwijken, bijv. met een omschrijving van elven mensen ook gaan afhaken. Het uiterlijk van de elven zit zo in onze geest gebakken, dat iedere omschrijving die daaraan al te veel afwijkt zorgt voor een 'Nah jah'
Je kunt ze wel bepaalde gaven of talenten meegeven die onze elvenvrienden bijv in andere verhalen niet hebben.
Hebben ze in andere verhalen alleen blond haar, geef dan dat ze allerlei kleuren haar kunnen hebben. Of laat jou elven niet alleen heel mooi en wijs zijn, maar een lelijke dommekracht kan ook zorgen voor dat extra effect.
Ik weet nog goed dat ik samen met mijn broer lord of the rings zat te kijken, en hij vol verbazing uitriep 'een elf met bruin haar.' Ook hij had een specifiek beeld erbij. Blond! Tegen het witte aan. Tolkien week hiermee niet al te veel af van het beschreven uiterlijk van deze mythologische wezens, maar gaf toch ook wel weer zijn eigen draai eraan.

En vergelijk de tovenaar uit Harry Potter eens met de tovenaars uit LOTR. Er zitten toch enige vergelijkingen in. ....
Even Miracles take A Little Time
Demon
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1098
Lid geworden op: 25 jun 2012 21:01

Nog het laatste stukje dat al geschreven is. :s Daarna zal ik weer wat moeten denken. xD

Hmh. De elven in mijn ogen zijn nog altijd de puntorige wezentjes...
Ik heb me eigenlijk nooit enkel bij het blond van elven gehouden, maar ze blijven wel mooi, sorry daarvoor. xd
En dat van de Griekse mythologie is eerder dat "Strijd der Giganten" gedoe. Lijkt wat op de titanen.

Even om wat uitleg te geven; de mannelijke goden zijn giganten... dat staat er normaal in, terwijl de godenvrouwen heel erg klein zijn, zoals de dwergen (zie hieronder); natuurlijk wel geen kabouters, hé. :p
De demonen, krijgen dan een normale menselijke grootte. Ik plan eigenlijk ook om de mensen van de Succubi en Incubi te laten afstammen, die samen gepaard hebben... want voordien hadden zij nooit contact(volgens mijn mythen.). En bij het paren komen er dan zo ja... Mensjes. xD

~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-
2.4. Moeders onder de grond

De Ondergrondse Rijken zijn vergelijkbaar met de Noordelijke Wouden. Het is er niet zó koud, maar het is een mysterieuze, intrigerende en mooie locatie. Overal steken er puntige rotsen uit de bodem en uit het plafond. Er zijn ook veel stenen, waarmee verschillende soorten metaal gemaakt kunnen worden. En overal tussen die stenen glinsteren kristallen en diamanten. Hier zijn geen wolken, en is er ook geen zon. Er is zelfs geen Hemel boven de vloer; als je stijgt ontmoet je het plafond immers. Maar er is wel zeker leven mogelijk. Hoewel er geen eten, en geen planten te vinden zijn, zijn er wel de Ondergrondse Bronnen, waaruit water geput en gedronken kan worden. Het schijnt zelfs dat het water hier zuiverder is dan het glazen water in de Wouden van IJs.
Maar mooie plaatsen, brengen mooie wezens met zich mee... Misschien niet écht mooi, maar wel aantrekkelijk en verleidelijk. Wezens die zijn zoals de Succubi, maar dan mannelijk. Mannelijke wezens zoekend naar vrouwelijke prooien, die hun ras kunnen uitbreiden.
Toen de godenvrouwen in de wereld onder de Aarde afdaalden, konden hun ogen niets zien. Het was er donker; er scheen zon boven de wolken. Het was er ook koud, vonden de godinnen.
Nadat ze een tijdje gewacht hadden, wenden hun ogen aan het donker. Nu konden ze verschillende vormen onderscheidden. Ze zagen de vele rotsen en besloten om uit de rotsen wat materiaal - zoals warmere kleding - te maken. Ze maakten brons, door tin en koper samen te smelten. Ze maakten ijzer en staal, en allerlei andere dingen om zich te beschermen. Maar de kleren gaven hen wel niet veel warmte; alleen bescherming.
Ze zaten lang onder de grond en, na een paar dagen daar geleefd te hebben, merkten ze op dat ze niet alleen onder de grond waren. Aangezien de Godenvrouwen zeer sociaal waren, begonnen ze meteen met de onbekende bezoekers te praten. Maar toen ze een duidelijker beeld van hen kregen, werden ze onbeschrijfelijk aangetrokken door de wezens, en was de drang te paren te groot om te weerstaan. De vrouwen werden bevrucht en hadden veel last van het zwanger zijn van deze niet-goden. Omdat ze niet met deze wezens wilden leven, en hun kinderen alleen wilden opvoeden, stuurden ze één enkele vrouw naar het oppervlak om hulp te vragen. Deze godenvrouw kwam terug met het advies om hen het uiterlijk van de goden te geven, en zo met hen verder te leven. Maar al gauw bleek dat geen oplossing voor de vrouwen. Dus stuurden zij de wezens, die blijkbaar Incubi heetten, naar het oppervlak, waar zij in de Zuidelijke Wouden verder leefden.
De vrouwen bevielen van hun kinderen; de Dwergen noemden zij hen en onderrichten hen in de kunst van het maken van metaalsoorten. Zo leefden de Dwergen ondergronds verder... en de vrouwen besloten uiteindelijk naar de Hemelen terug te keren, waardoor de laatste goddelijke wezens de Aarde verlieten.
Laatst gewijzigd door Demon op 05 sep 2012 17:42, 1 keer totaal gewijzigd.
daantjeschrijft
Balpen
Balpen
Berichten: 144
Lid geworden op: 18 jun 2012 21:31

O, maar zo bedoelde ik het ook niet hoor. Je mag ze natuurlijk gewoon heel mooi houden ( Wat dat betreft ben ik wel geneigd lichtelijk jaloers te zijn op dat elvenras :P ) Ik bedoelde slechts dat het niet erg is om aan bepaalde beschrijvingen vast te houden en dat het soms ook niet goed is om al te ver af te wijken, naar mijn mening dan... kan natuurlijk zijn dat anderen hier weer een andere mening op na houden...

Moet wel even zeggen dat je keurig beschaafd blijft met bepaalde intimiteiten te omschrijven als 'paren'. Heb wel eens boeken gelezen dat ik bij mezelf dan 'Nou nou, moet dat zo...' Hahaha...
Misschien is dat wel een beetje het gevolg van mijn preutste inborst doordat ik alleen opgevoed ben door een vader, die het zelfs raar vondt dat ik op school bij biologie les kreeg over de voortplanting. En me op mijn zestiende nog te jong vondt om me te omgeven met jongens... Hahahaha....

Verder wil ik zeggen dat ik zeker mee blijf lezen, en dat ik het echt goed in elkaar vindt steken. Je hebt een fijne schrijfstijl. Ga zo door.... :super
Even Miracles take A Little Time
Demon
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1098
Lid geworden op: 25 jun 2012 21:01

Als je wilt kan ik er dieper op in gaan, maar ik probeer mijn perverse kant momenteel te onderdrukken. xD
En er zijn hier ook wat jongere schrijvers... ook al weten sommige kleutertjes al heel veel over de "liefde".
Kattie
Potlood
Potlood
Berichten: 90
Lid geworden op: 28 aug 2012 16:49

Nog niet alles gelezen, maar de eerste stukken vond ik wel goed :) ik vind het een heel mooie, originele schrijfstijl, net of het allemaal van een oud manuscript komt ofzo, al kan dat misschien ook wel liggen aan dat idee van goden en giganten en al die dingen :) En ik heb niks van spellingsfouten of grammaticale fouten gevonden zo op het eerste zicht, dat is ook al een groot pluspunt ;)
Fire, walk with me.
Demon
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1098
Lid geworden op: 25 jun 2012 21:01

Oei... Dit stukje is ietwat groter... maar, ja, dat had ik ook wel gedacht, toen ik in mijn bed lag te denken. xd
Bedankt voor het goede commentaar trouwens. :p Dat had ik eigenlijk niet echt verwacht.
En, Kattie, het is ook de bedoeling dat alles een beetje oud klinkt. ;p
~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-
2.5. Demonische kinderen

De Grote Woestijn, waar ooit het Aards Paradijs bestaan had, is een woest en wreed landschap waarin geen wezen overleven kan. Het schijnt, thans, dat er wezens - de Nomaden - in deze droogte rondzwerven. Er zijn slechts twee onsterfelijke wezens, die dit soort omstandigheden overleven kunnen; de Succubi en Incubi. In de oudere tijden, voordat de goden de Aarde betraden, kenden zij elkander niet, aangezien één van de Demonrassen onder het oppervlak leefde. Daardoor zouden kinderen van de wezens onmogelijk zijn... Maar de mannelijke Demonen werden naar de Zuidelijke Wouden verdreven.
Goden brengen goede energie en, aangezien zij de Aarde verlaten hadden, verdween die met hen en bleef enkel de goedheid - en slechtheid - der Elven, Dwergen en Ogers over. De Demonen die de landen met hen deelden, straalden enkel kwade krachten uit, en dus stegen die ook in de wereld; ze konden immers niet meer door de goden tenietgedaan worden. De slechtheid in de landen werd zo groot, dat het Zuiden en het Noorden mekaar konden opmerken. Zo groot was de slechtheid, ook, dat de Demonen zelf elkaar niet weerstaan konden. Beiden trokken naar de andere kant van onze landen, om te zien waardoor ze aangetrokken werden.
Aangezien ze aan dezelfde snelheid vorderden, bereikten ze elkaar in het exacte midden. De woestijn waar ooit de goden gestreden hadden, en waar ooit planten welig bloeiden, en water stralend glansde.
Iedere Demon beleefde liefdesnachten met één van de andere soort, en zo werden er velen bevrucht en vervloekt met een Duivelskind. Succubi aan wie geen kind geschonken was, werden nijdig en vermoorden de partner waarmee ze de bedden van zand gedeeld had. Daarna keerden zij, zonder door de anderen te worden vergezeld, naar hun Woud weder.
De anderen vertoefden in het middelpunt der Aarde, tot zij bevielen. Toen dat eenmaal gebeurt was, werden de mannelijke kinderen aan de vaders geschonken, en de vrouwelijke aan de moeders, opdat zij met hun eigen ras voort zouden leven.
Toen zij opgroeiden, merkten ze echter dat deze kinderen anders waren. Het waren geen Demonen zoals zij... Zij waren minder aantrekkelijk - lelijker, dan de Elfen zelfs. Daarom werden zij, nog voor hun volwassenheid weggestuurd.
De Duivelskinderen trokken in de richting van het andere ras... Naar de moeders en vaderen over wie hen verteld was. Maar toen zij het midden van de wereld bereikten, liepen ook zij elkaar tegen het lijf, en zij beseften dat geen van hen bij hun ouders thuishoorde.
Zij leefden lang in de Woestijn; Duivelskinderen zijn onsterfelijk en kunnen dat. Maar op een dag, kwam een zwervende Elf hen voorbij. Zij had haar volk achtergelaten, en stuitte zo op de jonge groep Demonen. Ze dacht dat dit slechts spelingen van het heelal waren, maar algauw besefte ze dat de wezens echt waren. Ze vertelde hen haar naam. Errena, Zandzwerver.
Al gauw waren de kinderen gefascineerd door de vele verhalen die hen door Errena verteld werden; zij beweerde dat er plaatsen in de Grote Woestijn waren, die nog precies zoals in de oude tijden waren. Plaatsen waar gras uit het onvruchtbare zand schoot, en waarin struiken gevuld met vruchten groeiden. Waar de bomen tot in de hemel rezen, en de plaats in schaduw hulden, zodat de warmte er nauwelijks in kon. En zij zei zelfs, dat er daar water was. "Oasen," noemde de Elf het.
Op aandringen van de kinderen, nam zij hen mee op haar lange reis. Tijdens het reizen werden de Demonkinderen geïnformeerd over de ongoddelijke wezens, die half god, half Demon waren. Daardoor wisten zij allerlei informatie te vergaren over de vele culturen, waarmee zij nooit in contact gekomen waren.
Tijdens het reizen werden hun geesten gekweld met verschijnselen, die niet met de werkelijkheid overeenstemden, zij zagen meren en mensen... "Slechts schouwspelen van de warmte," werden ze door Errena genoemd. Errena tekende de weg die ze aflegden op een blad. De kinderen wisten niet waarom ze dat deed, maar stelden er verder geen vragen over.
Na tijden reizen dachten de kinderen dat Errena een gestoorde Elf was... Iemand die niets over de wereld wist en hen leugens verteld had over de "intact gebleven plaatsen uit de oudheid".
Toen bereikten ze echter een oase. En de kinderen, die in tijden geen water meer gezien hadden, trokken met veel plezier hun kleren oud om er in te zwemmen. Maar nog voor dat ze erin springen konden, riep Errena hen een halt toe. Errena beval hen noch in het water te zwemmen, noch het water met zand te bevuilen. Het water was belangrijk om te drinken, en zichzelf te verfrissen, maar dat alleen door het over je heen te gieten... Anders werd het vuil en ondrinkbaar.
Toen iedereen gedronken had en wat water over hun oververhitte lichamen te kieperen, leerde Errena de wezens vuur maken met het hout van de oude bomen... Ze leerde hen hoe ze de bladeren van vreemde planten in water moesten koken om zo een brouwsel dat zij "soep" noemde te maken. Ook onderrichtte zij hen in het herkennen van al dan niet giftige planten, hoe zij in bomen moesten klimmen, en hoe zij wapens maken moesten...
Toen Errena op het punt stond te vertrekken, weigerde er een groep kinderen echter mee te gaan. De Elf verliet de oase toen zonder hen, en met degene die wel wensten mee te gaan. De kinderen die in de oase verbleven bouwden er een beschaving. Maar aangezien er slechts weinig groene gebieden waren, ging die snel ten onder.
De anderen reisden verder met behulp van Errena, en toen zij stierf, reisden ze alleen. Ze besloten zich los te maken van hun voorouders, de Demonen, en gaven hun ras een nieuwe naam. De "mensen", of de "Nomaden".
Laatst gewijzigd door Demon op 05 sep 2012 17:42, 1 keer totaal gewijzigd.
CasBuijs
Balpen
Balpen
Berichten: 144
Lid geworden op: 29 aug 2012 15:42

Tis wel een hoop informatie iedere keer, maar het blijft erg interessant en de schrijfstijl is goed
"In the face of disaster lies the opportunity for renewal."
Demon
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1098
Lid geworden op: 25 jun 2012 21:01

Zoals ik al zei, het is erg beknopt... Nja, als ik tijd heb maak ik er mischien iets langer van met de sagen van verschillende rassen en zo... Ik zie wel. Ik ben nog even aan het denken voor het volgende deel, maar heb tijdens de beginviering van het schooljaar in de kerk een hoofdidee bedacht... maar dat nog even uitwerken en zien of het past.
Demon
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1098
Lid geworden op: 25 jun 2012 21:01

Zoals je wel kan zien is er een stukje voor de rest gekomen... :s Ik zal eens moderator Saskjezwaard vragen of de volgorde niet kan veranderen... Maar dat maakt alles natuurlijk verwarrend voor de mensen die dit aan het lezen waren. Zou ik het laten veranderen of niet? Laten we stemmen.
Ik stem "Ja".
-Dit commentaar slaat terug op het deeltje dat in het begin geplaatst is. De stemmingen waren heel duidelijk. Eén keer "ja", tegenover nul keer "nee".
Demon
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1098
Lid geworden op: 25 jun 2012 21:01

In het derde deel wordt beschreven hoe de rassen veranderden, of opsplitsten - zoals hier - etc. Het is niet volkomen mythisch, maar het behoort tot het boek dat wij met onze bijbel kunnen vergelijken. :s
~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-
-3- Verandering -3-

3.1. De Kabouters

Dwergen leefden altijd al onder de grond. Voedsel hadden zij nooit te kort, aangezien zij genoten van de voorraden die ze wel bezaten. De Dwergen bewerkten de grotten om het benodigde materiaal te krijgen, en de Dwergenvrouwen verzorgden de kinderen en hun man. Zo ging het door, eeuwen lang. Maar dagelijks van een beperkte voorraad smikkelen, kan niet eeuwig duren, en dus slonk hun voedsel en moesten zij strenger besparen.
Helaas verloren zij hun voorraad toch en baden zij tot de godenvrouwen om hen voedsel te schenken. Zij werden echter niet begiftigd en dus hadden zij geen andere keus dan zelf voedsel te zoeken. Enkele Dwergen werden naar de oppervlakte gestuurd en daar zagen zij de pracht van het landschap waar zij al die tijd al onder moesten leven. Zij waren al meteen verknocht aan de bossen, die meer kleuren in hun naalden en bladeren droegen dan de blinkende stenen in hun grotten. Verliefd waren zij op de zachtheid van het gras onder hun voeten en op de warme stralen van de zon, die hen uitnodigden om te blijven genieten.
En dat deden zij ook. Zij keerden niet weder naar hun ondergrondse broeders en zusters; hun eigen bestaan was belangrijker en zij wilden hier leven. Van het hout maakten zij hutten zoals de stenen huizen in hun grotten. De bessen aten zij en van de geur van bloemen werd genoten. Zij waren vredig en dus lieten zij ook de dieren leven in hun kampen rondzwerven. Dit zou hun nieuwe leven zijn.
Ondergronds werden de Dwergen ongerust. Niet alleen om de niet-terugkomende Dwergen, maar ook om de afwezigheid van hun voedsel. Zij namen aan dat de uitgezondenen gestorven waren wegens de wreedheid van de landen. En dus om zeker te zijn dat zij niet nog een ploeg verliezen zouden, vervaardigden zij harnassen die bescherming bieden moesten.
Een groep sterke Dwergen werd ditmaal weggezonden. Een groep die niet verleid werd door de schoonheid. Zij waren bang van elk beetje pracht en zachtheid. Snel verzamelden zij vruchten en groenten en toen begonnen zij aan de terugtocht.
Tijdens het terugkeren echter ontmoetten zij een groep zwervende Ogers, die de Zuidwestelijke Landen aan het verkennen waren. De groene wezens, met donkere haren en een vreemd teken geschilderd op hun voorhoofd, vielen hen vrijwel meteen aan, maar waren geen partij voor de goedbewapende Dwergen. Aangezien de Dwergen een vredig ras zijn, vermoorden zij hen niet, maar vroegen ze de Ogers waarom zij hen aanvielen.
Ogers zijn vreselijke wezens en dus logen zij over hun daden en vertelden ze dat ze bang waren voor de Dwergen, en dat het beter zou zijn om hen uit te schakelen. De Dwergen vergaven hen hun zonden en schonken hen wat wapens, die wat te klein waren - maar dat maakte de Ogers niet uit.
De Dwergen op het land genoten van hun bestaan. Hier was veel zuurstof en werken was er makkelijker dan in de kleine ruimtes in de grotten. Alles leek perfect te gaan en ze leken volledig afgezonderd. Tot een groep gewapende Dwergen het kamp binnenkwam. De Dwergen waren op het eerste zicht verrast, maar toen de anderen hen vertelden waarom zij niet terugkeerden, begrepen zij dat. Toch zouden zij dit vertellen aan de rest van hun ondergrondse beschaving. Dat accepteerden zij.
Toen werd verteld wat er gebeurd was, zagen de ondergrondse Dwergen dit als een goede kans. Zij zouden een doorgang naar het Ondergrondse rijk bouwen, via het kamp van de bovengrondse Dwergen. Zij konden hen dan van voedsel voorzien, en de anderen hen van wapens... Er waren vele Dwergen die niet boven wensten te komen... En er waren er ook die niet terug in de grotten wilden leven... Dus ontstonden er twee groepen protestanten. Een groep die tegen het ondergrondse leven was, en een groep die niet naar het oppervlak wenste te komen... Zij maakten een vreedzame beslissing; aangezien zij als één ras niet konden leven, werden zij er twee. De ondergrondsen: de Dwergen; en de bovengrondsen: de Kabouters.
Demon
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1098
Lid geworden op: 25 jun 2012 21:01

Sorry... Dit is een heel klein stukje. :$ Trouwens "Kuolle" spreek je uit als [Ku-oll-é]. Ofzo. (altijd "of zo" toevoegen om het duidelijk te maken. :D)
~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-
3.2. De laatste Ogerkoning

De Ogers hebben altijd onder het bewind van een Ogerkoning gestaan, één der volk die als leider uitverkoren was en die het land naar welvaart leiden moest. Ogers waren lui en onverantwoordelijk en, dus, was het meer dan normaal dat de Ogerkoning enkel van de privileges der koningschap genoot, in plaats van het land te leiden zoals het hoort. De Ogers vonden dit echter niet storend. Het aanstellen van leiders hadden zij van andere volkeren gestolen, doch wisten zij niet waartoe dat diende. Ter traditie werden stervende koningen begraven in de Oostelijke Toren, waar Cyclops ooit zijn ballingschap der Hemelen leed.
Als blijk van hun medewerking in de huidige werelden, lieten zij hun koning ook wetten opstellen, opdat zij niet dwaas lijken zouden. Er werden onduidelijke en onnodige wetten opgesteld, die geen verbetering voor het land boden.
Toen naderde de dag, dat de Ogerkoningen geen gezag meer over hun volk hadden; zij waren overbodig en werden dus niet meer aangesteld. Die dag stortte ook de Oostelijke Toren in en werden alle herinneringen aan koningen verwoest. Want, binst de dood van Ogerkoning Kuolle, gaven de Levensgeesten hem de kracht de dood te overstijgen. Zijn geest werd aan zijn lichaam onttrokken en het zwierf over de landen waar de Ogers vertoefden, opdat hij hen kon leiden.
Toen het lichaam van de Koning begraven werd, en de laatste Oger uit de Toren schreed, zonk het de aarde in, en verdween om niet weder te worden gevonden.
Ter ere van Kuolle, werd het land naar hem vernoemd. Kuollerma werd het genoemd. Het Land der Kuolle.
Demon
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1098
Lid geworden op: 25 jun 2012 21:01

Nja, het volgende kleine stukje. :$
~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-
3.3. De Feeënsteen

In het midden van de Zuidoostelijke Wouden staat een eeuwenoude steen, waarin de zielen en hun krachten huizen. De Kabouters eren deze steen al jaren; zij respecteerden zijn locatie en bouwden daarom niet rondom dit object. Hun huizen waren altijd ver verwijderd van de steen en de offerspelen werden eens per jaar gehouden. Iedereen weet immers wat de Steen kan doen...
De Kabouters hadden inmiddels een goede samenleving opgericht. Aangezien de Levensgeesten hun aanwezigheid in de bovengrond hadden opgemerkt, werden ook zij met magische krachten begiftigd; de Magische Kabouters werden Feeën genoemd. De Feeën hadden een hoog prestige binnenin de gemeenschap der Kabouters. Zij kregen de grootste huizen, de mooiste vrouwen en het meeste materiaal - grondstoffen. De Feeën genoten van hun privileges, doch maakten zij er misbruik van; zij zagen zichzelf als de leiders des Kabouters.
Aangezien zij zoveel macht bezaten, straften de Levensgeesten hen, en plaatsten een steen, in het midden van het woud. Daarin werd de helft der magische vaardigheden der Feeën gestoken en zo verloren zij niet alleen macht, maar ook hun prestige.
Jaren nadat de steen geplaatst was, werd Silke geboren. Zij was een machtige Fee. Anders dan de anderen; zij bezat haar volledige macht. Daarvan maakte de bevolking goed gebruik. Silke was een aardig meisje en telkens wanneer iemand haar om hulp vroeg, hielp zij hen graag, al dan niet met haar magische vaardigheden.
Niets voor niets echter. Toen the andere Feeën ontdekten dat zij haar krachten aan de andere Kabouters schonk, waren zij ziedend. Maar zij schreeuwden niet naar het meisje; voor straf moest zij voor elke goede daad die zij deed, hen één derde der aantal grondstoffen dat de Kabouters dagelijks produceerden schenken. Silke besefte dat dit onmogelijk was om te doen, zonder de anderen te beroven. Dus zij zonderde zich af in één toren. Niemand wist dat zij daar zat. Thans, tot geruchten het oor der Kabouters bereikten. Geruchten die vertelden over de Fee die in de toren zat.
Eén der Kabouters bezocht haar, en, omdat zij geen opdrachten weigeren kon, wenste zij de man te helpen. De andere Feeën zagen dit echter, en toen ze klaar was met haar taak, dwongen zij de man hen al zijn inkomen te schenken. De man was arm en barstte in huilen uit; hij moest zijn gezin verzorgen en zonder hetgeen wat hij uit de mijnen en het bos haalde, kon hij dat niet. Dat maakte hen echter niets uit, en aangezien hij weigerde hen iets te geven, veranderden zij hem in een pad. Een afzichtelijk wezen dat gedoemd was voor eeuwig in de moerassen rond te springen, en dat werd gedwongen insecten te eten.
Toen de Levensgeest der Dood dit bemerkt, besloot hij hier voor eens en voor altijd een einde aan te maken. Hij veranderde zichzelf in een oude, hulpeloze vrouw, en vroeg Silke om met haar mee te komen. Natuurlijk deed zij dat.
De geest leidde haar naar de steen waar hij zijn normale vorm weer aannam. Hij greep Silke daar vast en trok haar de kleren van het lijf. Hij randde haar hevig aan en schonk haar een kind. Om dit kind veilig te verkrijgen, sloot hij haar dagen op, in de wouden der Incubi.
De moeder overleefde de geboorte niet, en een vloek rustte op het kind. Het kind zwierf naar de Dwergenwouden en nam daar alle magische krachten met zich mee. Deze trok hij met zich in de steen. En de Levensgeest der Dood sprak tot hen: "Om jullie krachten weder te verkrijgen, zijt gij gedwongen de steen met bloed te besmeuren. Bloed der hardste werker van gij. En gij zult dit nimmer stoppen. Dit ist de toorn der goden waaronder gij zult lijden."
-Maaike-
Computer
Computer
Berichten: 2696
Lid geworden op: 27 okt 2010 18:51

Dus zo is het fantasierijk ontstaan ^_^ Ik vroeg het me al af :)

Je hebt een mooie verhalende schrijfstijl. En ondanks je geen hoofdpersonen hebt en er nauwelijks dialogen inzitten, zit er toch enigszins vaart in :)

Ga zo door!
- Never give up on anything, because miracles happen every day -

My head is a jungle...
Demon
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1098
Lid geworden op: 25 jun 2012 21:01

Noe(<?), het is geen verhaal met hoofdpersonen, maar meerdere verhalen. o: En ik had volgens mij geen zin in dialogen, zelf vind ik die zo saaaai als er niets speciaals in gebeurt. Natuurlijk is het soms wel nodig. xD
-Maaike-
Computer
Computer
Berichten: 2696
Lid geworden op: 27 okt 2010 18:51

Ow, sorry. Ik zag het als een soort chronologisch verhaal :$ Ik zal het in het vervolg beschouwen als losse korte verhalen :)
- Never give up on anything, because miracles happen every day -

My head is a jungle...
Demon
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1098
Lid geworden op: 25 jun 2012 21:01

Weer een kort stukje. :s
~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-
3.4. Het elfenfort

Elfen zijn geen onsterfelijk ras meer. Sinds de zij langer voortplantten, zijn zij die vaardigheid verloren. Hoewel het ras slimmer werd, werd het zwakker. Toch zijn er nog onsterfelijke Elfen onder ons. Zij schuilen echter daar, waar nooit iemand heen gaan zal...
Toen Suctr en Thrus door de wouden naar het westen reisden, was hen hun eigen schoonheid niet ontgaan. Bijna elke nacht genoten ze van elkaars aanraking, zoals liefde met het lichaam getoond hoort te worden. Toen Suctr zwanger werd, beschermde Thrus haar en hun kind. Verplaatsten is een last, als een kind in je groeit. En dat merkte de tweeling algauw. Suctr werd vaak boos op haar broer en beschuldigde hem dat hij haar aanrandde en dat hij zo deze vloek over haar, over hen geroepen had. Andere nachten kroop zij dicht bij hem en fluisterde liefkozend in zijn oor, zeggend dat ze van hem hield.
Vaak markeerde ze de plaatsen waar ze al geweest waren met braaksel. Misselijkheid sloeg haar veel, en het stampende kind verbeterde deze ernst niet. Toen hun reis door de zee verspert werd, besloten zij bij deze vruchtbare grond te blijven leven. Hun volk werd geboren en jaren leefden zij goed. De dood kenden zij niet en vrees jegens hem bestond dus niet, maar het noodlot sloeg toe. En enkele Elven stierven. Niet aan verwondingen of ziekten, maar aan ouderdom. De onsterfelijke Elfen vreesden echter dat het wèl een ziekte was. Daarom bouwden zij rondom de stad een wal. De stad was nog klein en dus was er geen zwaar handwerk nodig. Met een list misleidden zij de anderen en stuurden hen de stad uit waarna zij hen buiten stuurden. Daar bouwden zij een leven op, terwijl de Ouderen binnen verbleven, beschermd door muren. Het Elfenfort noemden wij het, en onze huidige stad werd er rond geschapen.
Laatst gewijzigd door Demon op 05 okt 2012 16:12, 1 keer totaal gewijzigd.
Demon
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1098
Lid geworden op: 25 jun 2012 21:01

In het hoofdstuk "mensenmythen" worden de mythen der mens verteld. Zoals je waarschijnlijk al gemerkt hebt, werden de vorige hoofdstukken uit het standpunt van een Elf - of meerdere - geschreven; deze mythen zijn bij de Elven echter niet gekend en ze worden door een mens verteld.
~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-
-4- Mensenmythen -4-
4.1. De Zwarthoeders

De Elfen hebben ons altijd afgetekend als" kinderen der Demonen"; in hun ogen zijn wij slechts kwade wezens, die zich afzonderden in de dode vlakten der Woestijn. Of onze voorouderen zo waren of niet, dit is niet hoe wij zijn. Er leeft hier echter wel een Demonische soort Nomaden, De Zwarthoeders.
Demonen zijn onsterfelijk en dragen de kwaadheid der verleiding; hoewel hun onsterfelijkheid voortplanting onnodig maakte, waren zij altijd berust op het maken van kinderen. Mensen en andere wezens kunnen enkel met elkaar paren, maar Demonen kunnen dat met allen; dieren en edele rassen. Vruchtbaarheid was dus belangrijk in hun cultuur; de vrouwen moesten kinderen kùnnen baren en de mannen moesten vrouwen zwanger kùnnen maken.
Zij bezitten echter, net zoals wij, kwalen die dat versperren. Zo ook in der beginne, toen zij op voortplanting met mekaar berust waren, ontdekten zij dit. De meesten van hen bevruchten elkaar, maar enkelen schoten te kort. De gevoeligheid der vrouw zorgde ervoor dat zij de onvruchtbare mannen - aangezien zij dachten dat zij zelf niet onvruchtbaar zijn konden - nooit meer een ander zouden teleurstellen.
Zo vertelden de Elfen het ons ook; zij vertelden dat zij de anderen doodden. Niets is echter minder waar. Zij verlieten hun partners en dwongen de andere Succubi om hun mannen te bevelen de onvruchtbaren in de woestijn achter te laten. Zo gebeurde dat en enkele Incubi verbleven in de woestijn.
Onsterfelijkheid houd in dat een wezen geen drinken noch eten behoort, noch dat hij door leeftijd geschaad kan worden; gedood worden, is echter wel mogelijk. Om anderen af te schrikken kleden zij zich daarom in het zwart; zij trokken hitte aan, en zij droegen de duisternis met zich mee. Zo zwierven zij door de Woestijn, voor lange jaren.
Binst dit gebeurde, waren de ontevreden Succubi reeds naar hun Wouden wedergekeerd. Zo namen zij de Wouden, die eens tot de Heerseres behoorden in bezit. Wanneer de anderen terugkeerden, velen van hen een kind dragend, ontnamen zij hen hun kinderen en voedden de kinderen zelf op, met hulp van zij die geen kind meedroegen.
De Succubi die een kind gedragen hadden, werden verbannen naar de Woestijn en bevolen de "onvruchtbare mannen" te vergezellen. Reeds hadden de vrouwen nog niet gedacht, dat zij de oorzaak waren der onvruchtbaarheid, en zo gebeurde het dat zij vruchtbare vrouwen naar de Woestijndemonen stuurden.
Zo kregen ook de Woestijndemonen kinderen, die zich aansloten bij hen. Allen droegen zwart en zo werden zij de Zwarthoeders, duistere Nomaden der Woestijn.
Laatst gewijzigd door Demon op 05 okt 2012 16:09, 1 keer totaal gewijzigd.
Demon
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1098
Lid geworden op: 25 jun 2012 21:01

~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-
4.2. De Trollen

In de Woestijn huizen vele reusachtige rotsen, volgens de Elfen de gedaanten der goden. Als dat echter zo is dan droegen de goden parasieten onze wereld in; deze gebruiken hun lichaam nu,- of nog steeds - als huis. Het zijn één van de grootste gevaarten in onze leefomgeving.
Als Nomaden zijn onze grootste tegenstanders de hitte, uitdroging en het sterven van onze rijdieren. Daarom bevoorraadden wij ons altijd goed in elke oase. Er zijn echter verschillende groepen Nomaden en als de één bijna niets meer over heeft, is de ander overvallen altijd de beste optie. Overvallen worden wij ook door andere gedaanten. Het zijn grote, grijze wezens, ongeveer twee keer zo groot als de gemiddelde mens. Meestal hanteren zij een zware blok hout die zij ergens in de woestijn vonden. Zo ook hanteren zij stenen en de lichamen van hun slachtoffers. Deze wezens noemen wij Trollen. Zij huizen in de godenrotsen, en komen buiten wanneer zij een groep Nomaden horen langskomen. Deze overvallen zij dan waardoor wij moeite hebben met het overleven.
Eens kwam een Trol in een standplaats der mens. Zij hadden de oase daar omgebouwd tot een stad en leefden daar nu samen zonder rond te zwerven. Toen de Trol daar kwam, wisten zij niet wat ze moesten doen. Het wezen sloopte de ganse stad en nam al hun rijkdommen mee naar zijn grot. Hij vertelde zijn Trollenbroeders waar de stad was en zo namen zij hen allen in beslag. Enkelen besloten er net zoals de mensen te leven en daar bleven zij dan ook. De huizen hadden ze inmiddels weggehaald en zo werd het weer een oude oase. Een oase lokt Nomaden en zelfs andere reizigers aan, aangezien het de beste plaats is om te overleven; zo lokten de Trollen al vele Nomaden naar hun schuilplaats en zo werden al vele van onze stammen verslonden en beroofd.
Laatst gewijzigd door Demon op 05 okt 2012 16:06, 2 keer totaal gewijzigd.
Demon
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1098
Lid geworden op: 25 jun 2012 21:01

~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-
4.3. De Zanddoden

Het leven der mens is nooit het simpelste geweest. In de woestijn leven was al lastig genoeg, maar daarnaast bestonden wij nog eens uit verschillende groepen, onder wie altijd ruzie heerste. Zo ontstonden ook de eerste Zandoorlogen.
De Blauwe Groep had net hun kamp voor de nacht opgeslagen dicht bij een oase. Hun tenten werden rondom het groen gezet, opdat de oase niet door anderen ontdekt zou worden. De oasen waren schaars en als ze die moesten delen zouden ze snel uitdrogen; daarom was het belangrijk om ze voor jezelf te houden, en dat is het nog steeds.
Maar hoewel ze nog nooit een andere groep mensen tegen het lijf gelopen waren, gebeurde dat nu wel. Een andere groep - de Sepia Groep - naderde hen, met één doel voor ogen: het verkrijgen van de oase. Daarom naderden zij de groep en vielen hen aan, binst zij sliepen.
En het toeval wenste dat nog een groep hen bemerkte en van de gelegenheid gebruik maakte om de oase in te nemen na de dood van één der beiden, maar zij werden bemerkt en zo ook in de strijd betrokken. Bloed werd vergoten en het zand kleurde overal rood. Het water in de oase werd ook bloed, maar de strijd erom bleef duren. Steeds meer Nomaden raakten erin verzeild, zelfs zij die probeerden te vluchtten. Uiteindelijk, na vele nachten trokken vele troepen zich terug, sommigen sloten zich bij een andere troep Nomaden aan en uiteindelijk werd de oase achtergelaten.
Jaren later lag alles er nog steeds zo bij. Het rode zand en water. En de verrotte oase, die geurde naar bloed en compost. De lijken lagen er halfverteerd, maar onaangeroerd. Toen passeerde er een groep Zwarthoeders, die naar de lijken keek. Toen zij dit vreselijke schouwspel zagen, besloten ze om de lijken te begraven en de oase naar hen te vernoemen. Oase der Doden werd het nu genoemd. Toen zij klaar waren bleven enkele ouderen achter; aan de jongere mensen vertelden zij niet wat ze zouden doen. De ouderen waren nog steeds de Demonen uit de oude tijd, en zij bezaten nog steeds hun oude krachten. Met een simpele, duistere bezwering lieten zij de doden onder het zand weer leven, met het bevel om enkel boven te komen als één der Nomadengroepen hun territorium overschreed. Zo vergewisten zij zich dat de oase eeuwig veilig zou zijn voor de mensen die er langs zouden komen.
Maar de Dodengeest bemerkte hun daad en om hen te straffen liet hij de spreuk over de woestijn draven en begroef hij alle wezens die er stierven. De woestijnen waren nu op vele plaatsen onveilig. Toen de mens dit bemerkte, besloten zij om al de mensen die bijna stierven, ritueel op één bepaalde plaats te doden; de Oase der Dood. Het doden was lastig uit te voeren aangezien zij werden lastig gevallen door de Zanddoden, maar voor al het goede waren obstakels nodig en dit was er slechts één meer die de mens hinderde...
Laatst gewijzigd door Demon op 05 okt 2012 16:04, 2 keer totaal gewijzigd.
Demon
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1098
Lid geworden op: 25 jun 2012 21:01

Even iets korts:

Magische dwergen: Feeën
Magische ogers: Heksen
Magische mensen: Tovenaars
Magische Elfen: Magiërs
Magische bronnen: Levensgeest/de Vier (Ruiters); Demonen(Zwarte magie/alleen door de Demonen zelf); Goden(wordt alleen door de goden zelf gebruikt.)
Demonen worden beschouwd als altijd magisch, dus die kregen geen specefieke term. ^^
-Maaike-
Computer
Computer
Berichten: 2696
Lid geworden op: 27 okt 2010 18:51

Ik vind het stukje over de Oase der doden mooi beschreven. Zo'n ooit groene oase die voor de rest der tijd in een rode waas is gehuld. Ook dat de ouderen de doden tot leven wekten om zo de oase tegen indringers te beschermen vind ik mooi gedaan :)

Ga zo door!
- Never give up on anything, because miracles happen every day -

My head is a jungle...
Demon
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1098
Lid geworden op: 25 jun 2012 21:01

Haha. Nja, nu zit ik vast. ;p
Demon
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1098
Lid geworden op: 25 jun 2012 21:01

Ik heb mijn idee een beetje verwerkt. :D Nu, ik zie wel of er nog iets volgt in de Mythen op zich. :s
~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-~-
4.4 De Zandherfst

De Levensgeest der Dodelijke Winden heeft al vele levens verpest; letterlijk en figuurlijk. Iedere dag vraagt hij meer dan 100 honderd zielen, om aan zijn verlangen te voldoen. Daarnaast verstoord hij ieders rust met het creëren der Zielsteen, de Zanddoden... Na de Zanddoden in de Woestijn was hij nog niet klaar. Aangezien wij weinig door zijn volk der Levende Doden aangevallen werden, besloot hij onze Woestijnen ruiger dan ooit te maken. Maar zou hij dat zélf moeten doen, zou dat te veel moeite kosten...
Inmiddels waren de meeste menselijke volkeren standvastig geworden; de oasen werden vaak bezet en er waren al vele kaarten waarop de verschillende nederzetting al getekend stonden. De Zanden vielen weinigen lastig - zij bewerkten alleen het harde leven der Handelaars. De mensen die dagelijks door allerlei landen rondzwierven, zowel Woestijn, als langs de Elfenhavens, onder de grond bij de Dwergen, als in de rotsen bij de Ogers. Vele winden joegen hen vaak achterna, vooral in de Woestijnen, waar het zand hen als een doorn in de ogen was. Letterlijk.
Dat alles was echter vermoeiend voor de Dodengeest. Daarom besloot hij iemand anders zijn werken te laten doen. Maar wie? Hij besloot naar het elfenvolk te trekken en daar één der onsterfelijken van het elfenfort mee te nemen. Met haar verwekte hij een kind. De vrouw sloot hij op onder de zandvlakten, waar zij de Zanddoden hielp met boven de aarde te komen; voorheen moesten zij lang een weg naar boven graven, maar nu hielp de elfenvrouw hen met door de Windgeest verworven krachten. Hij voedde het kind zelf op. Het kreeg geen melk uit de moederlijke borst, maar het werd gevoed met Dodelijke Winden en Verwoestend Zand. Toen de Elfenknul ouder werd, en een leeftijd bereikt had waarop hij zelfstandig door het leven gaan kon, besloot de Windgeest hem te doden. En weer doodde hij het lichaam, waardoor de Ziel leefde; de Zandgeest werd geboren. Maar aangezien de Zandgeest enkel op de wind meedrijven kon, woei hij mee naar de andere landen. En telkens als de winden naar de Woestijnen weder waaien, waait ook hij met ze mee.
Het gebeurde in de periode, die de elfen "Herfst" noemen. Dan blaast de Windgeest hard naar onze landen waardoor zijn zoon meewoei. Zijn zoon was weerzinkwekkend; een wezen zo vreselijk afstotelijk, dat het zelfs onze Zanddoden wegjoeg. De wind en de Elfenvrouw joeg de Doden omhoog, aangezien zij te gevaarlijk werden om onder de grond te houden. In deze periode lopen zij weg van de Zandgeest en gaan zij naar onze dorpen, waar zij ons aanvallen, om daarna te sterven en weer gewekt te worden. En zo gaat het door. De hele Herfst.
En met de Zanddoden kwam de wind. De wind die zand naar de oasen waait en onze oogsten doet mislukken. Zandstormen en Zandorkanen ontstaan om ons zo te vernietigen, en alsof dat nog niet vreselijk genoeg is, valt de Geest ook onze handelaars aan; hij verjaagt en dood hen met zijn stormen en hij roept de Trollen met zijn gehuil. Deze periode verpest praktisch ons hele bestaan; onze economie valt drastisch en de steden vallen ook. Het is nooit veilig tijdens Zandherfst; de zoon keert immers altijd weder. Om ons op bevel van zijn vader te teisteren, en onze oogsten te verpesten. Om alles te doen wat slecht is en niets wat goed is...
Om de Nomaden te verwoesten en de Levende Wereld te doen instorten...
Laatst gewijzigd door Demon op 13 okt 2012 18:36, 1 keer totaal gewijzigd.
-Maaike-
Computer
Computer
Berichten: 2696
Lid geworden op: 27 okt 2010 18:51

Wreed als iemand dat van plan is met je zoon en jouzelf opsluit onder de grond :(

Weer mooi beschreven! Het mooiste aan dit stukje vond ik:
maar het werd gevoed met Dodelijke Winden en Verwoestend Zand.
waardoor zij zoon meewoei.
zij = zijn

Ga zo door!
- Never give up on anything, because miracles happen every day -

My head is a jungle...
Demon
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1098
Lid geworden op: 25 jun 2012 21:01

Oh. :$ Typfoutje. o:
Plaats reactie

Terug naar “De Poort naar een Andere Wereld”