(19)
Hoofdstuk 11: Een gebroken hart
‘H-hoe kun je?’ vroeg ik na een lange stilte waarin ik haar alleen maar aanstaarde. Ik zag dat ze zocht naar de juiste woorden. Ik kon het maar niet geloven. De dagen met Kathy hier waren prachtig geweest. Er was niets waar ik ook maar een beetje spijt van had. Ik hield van Kathy, maar zij blijkbaar niet van mij. De eerste de beste jongen die ze tegen kwam... Hoe kon ze?
‘Het is niet wat het lijkt,’ zei ze onhoorbaar, maar ik kon het aan haar lippen lezen. Ze kreeg tranen in haar ogen en stapte dichterbij. Ze legde haar hand op mijn schouder, maar die viel er weer af doordat ik achteruit stapte. Ik draaide me om en liep weg. Ik hoorde Kathy mijn naam nog een paar keer roepen en hoorde haar achter me aanlopen, maar ik was veel sneller. Doordat ik voetbalde waren mijn kuiten getraind en vond ik gemakkelijk mijn weg in het zand, maar ik wist dat Kathy weinig had met sport. Nadat ik alleen nog maar de geluiden van mijn eigen voetsporen en de zee hoorde, stopte ik en liet ik me in het zand vallen. Ik staarde naar de sterrenhemel. Mijn ogen vulden zich met tranen, maar ik kon nergens energie vinden om de tranen tegen te houden. Langzaam rolden ze over mijn wangen. Was ik niet goed genoeg voor haar?
‘Ik heb niets verkeerds gedaan,’ hoorde ik een bekende stem zeggen. Inmiddels lag ik al bijna een kwartier naar de lucht te staren. Ik had Kathy helemaal niet horen aankomen. ‘We waren gewoon normaal aan het dansen en opeens pakte hij me vast. Voor dat ik kon reageren stond jij er al.’ Ik ging rechtop zitten en keek haar aan. Mijn tranen waren gelukkig al verdwenen. Ik wilde niet dat Kathy me zag huilen en dacht dat ik zwak was. Ik ging rechtop zitten en keek Kathy aan. Met haar handen ineen gevouwen achter haar rug keek ze me met een onschuldige blik aan. Ik hield mijn kaken stevig op elkaar gedrukt en keek haar aan. Ik zag dat ze een beetje zenuwachtig werd.
‘Geloof je me?’ vroeg ze. Ik zweeg. Ik merkte dat haar ogen zich langzaam vulden met tranen. ‘Alsjeblieft Michael, je moet me geloven,’ zei ze. Geen reactie, ik bleef haar gewoon aankijken. Ze zakte naast me in het zand neer en sloeg haar armen om mijn nek. Haar gezicht begroef ze in mijn T-shirt en ik voelde hoe ze zichzelf tegen me aandrukte. Na een paar seconde niet gereageerd te hebben, sloeg ik mijn armen om haar middel en drukte ik haar nog wat steviger tegen me aan. Ik drukte een kus op haar hoofdhuid. Eindelijk haalde ik mijn kaken van elkaar af.
‘Ik geloof je,’ fluisterde ik in haar oor. Ik vergaf haar, maar dat betekende niet dat deze gebeurtenis niets veranderd had. Ik zou haar nu in de gaten houden, vooral met al deze dronken mensen in de buurt. Kathy was mooi, ze had een ongelofelijk sexy lichaam en had een goed hart waarin ze mensen gemakkelijk inliet.
‘Wat gaan we nu doen?’ vroeg Kathy na elkaar een tijdje vastgehouden te hebben. Ik verslapte mijn greep en keek haar aan. Daar zei ze me wat.
‘Ehm, ik denk dat het het beste is als we wachten tot morgenmiddag voor we iets kunnen beslissen. Dan is iedereen wel weer een beetje bekomen van de kater,’ stelde ik voor. Kathy knikte instemmend en ging in mijn armen liggen. Ze sloot haar ogen.
‘Laten we dan maar gaan slapen,’ zei ze. Ik knikte kort en ging goed liggen. Zodra ik mijn ogen sloot, besefte ik me dat ik eigenlijk ontzettend moe was. Niet veel later viel ik in slaap.
Ik werd wakker met Kathy in mijn armen, net als normaal. Alleen dit keer voelde het anders. Normaal ik me gelukkig en beschermend. Normaal voelde het vertrouwd. Ik stond op en deed een keer geen moeite om haar niet wakker te maken. Ze kreunde zachtjes en keek met slaperige ogen op. Ik klopte het zand van mijn benen af en keek om me heen. Kathy wreef in haar ogen en stond ook langzaam op. We wisten allebei dat de gebeurtenis van gisterenavond dingen veranderd had en ik vroeg me af of het ooit weer zoals ervoor werd. Het ergste was nog dat ik me ook schuldig voelde. Schuldig omdat ik haar helemaal alleen had gelaten en omdat ik haar niet vertrouwde.
‘Kom,’ zei ik en ik begon te lopen richting de boot. Ik liep niet zo snel als normaal, want dan kon Kathy me niet bijhouden. Ze rende een stukje waardoor ze naast me kon lopen. Ze keek me aan met grote, onschuldige ogen. Je hoefde haar niet heel lang te kennen om te weten dat dit de blik was die ze trok als ze zich zorgen maakte om iets of iemand. In dit geval dus om mij. Ik keek haar aan. Ik wilde niet dat we uit elkaar gingen. Het was de bedoeling dat we verdomme de rest van ons leven met elkaar zouden doorbrengen. Ik drukte mijn kaken op elkaar en richtte mijn blik op mijn voeten. Ik sloeg langzaam een arm om haar heen en trok haar wat dichter tegen me aan. Al gauw voelde ik Kathy’s armen om mijn middel en we liepen in een langzaam tempo verder. Ze huilde. Het was niet te horen of te zien, maar ik wist het gewoon.
We zagen de groep in de verte. De meesten lagen bewegingloos in het zand, maar zelfs vanaf deze afstand wisten Kathy en ik dat ze gewoon sliepen. Een paar mensen stond rechtop en keken om zich heen. Ik haalde mijn arm van Kathy’s schouders en Kathy liet mij los. Toen we dichterbij kwamen, hoorden we de mensen luid snurken. Vele meiden hadden korte jurkjes aan en daar hielden ze natuurlijk niet veel rekening mee in hun slaap. Ik drukte mijn kaken op elkaar toen ik dat merkte, hopelijk ging Kathy nu niet iets denken. Met opgetrokken wenkbrauwen en een frons in mijn voorhoofd liep ik naar het groepje van mensen dat al wakker was en zich verzameld had. De meesten zagen er heel ziek uit. Ik zag zelfs iemand overgeven vlakbij het bos. Volgens mij hadden de meeste mensen die daar stonden wel door dat wij niet één van de feestgangers waren. We liepen naar het midden van de groep. Ik probeerde de aandacht van iedereen te krijgen.
Tropische Kust
-
- Balpen
- Berichten: 213
- Lid geworden op: 03 mei 2012 10:27
Wow wat een gebeurtenissen allemaal!!
Wat zou Michael nu te zeggen hebben?
Snel meer!
Wat zou Michael nu te zeggen hebben?
Snel meer!
(20)
Hoofdstuk 12: Wachten op redding
Mijn blik kruisde met die van Joëy. Gelijk ontstond er een enorme brok in mijn keel. Joëy glimlachte naar me, maar ik keek weg. Het leek Michael eindelijk te lukken om de aandacht van iedereen te krijgen. Hij sleog zijn arm weer om me heen.
'Okay, where should I start?' dacht Michael hardop. 'We,' zei hij doelend op hij en ik,' are not from Rio de Janeiro. We've been on this place for a couple of weeks and suddenly you guys showed up. So, we decided to help you guys to get back. Now, I need a few people who are able to tell us what exactly happend on that boat en where you were going to and stuff.' Michael keek vragend om zich heen. Hij had bijna geen accent als hij Engels sprak en hij had een luide stem, als hij dat - zoals nu - wilde ten minste. Ik voelde me niet zo prettig met al die ogen op me gericht, maar daar leek Michael geen last van te hebben.
'I think I can help you,' zei een vrouwelijke stem. Ik keek naar de richting waar het vandaan kwam en zag een lang meisje staan van een jaar of achttien. Ze was ontzettend slank en had rood haar waarvan ik niet zeker wist of het geverfd was of gewoon haar natuurlijke haarkleur. Haar lippen had ze rood gestift en ze droeg een zwart, strak mini jurkje. Onder haar groenige ogen zaten lichte wallen en ze zag een beetje bleek, maar ze zag er fitter uit als de meeste andere feestgangers. Ze liep op ons af.
'We were supposed to arrive in a city early this morning. I can't remember the name anymore. After that we would come back to Rio in the evening. But we didn't arrive this morning. I think... I hope that people will look for us.' Michael knikte een paar keer langzaam en keek bedenkelijk voor zich uit.
'I think that the best thing we can do now is wait for help. But we need lots of food to feed al of us.' Michael's blik ging naar waar de boot tegen de rotsen opgebotst was.
'Where is the boat?' vroeg hij. Het meisje beet op haar lip. 'It sunk,' zei ze.
De hele dag ging er een groepje op zoek naar eten en we gooide het op een grote berg tot we voorlopig genoeg hadden. Alleen de mensen met slechts een lichte kater hielpen mee, de rest was te brak. Er hielpen er dus maar een paar. Het hele gebied rook naar overgeefsels en dat maakte de mensen alleen maar zieker. Michael probeerde de boel te regelen. Iemand moest de wacht houden om te zien of er al hulp kwam en er moest eten worden uitgedeeld aan de zieken. Later kreeg de rest ook eten. Het was ontzettend druk overal.
De dag ging snel voorbij. Er werd hout gesprokkeld voor een groot vuur en er werd vis gevangen die werd gebakken en verdeeld. Er werd gedronken uit kokosnoten die we verzameld hadden. Ook al was er veel eten gevonden, niemand had echt zijn buik vol. Niet lang nadat de zon zich onder de horizon verborgen had, viel iedereen in slaap.
De volgende ochtend waren veel mensen weer beter en friste iedereen zich op in het zeewater. Daarna herhaalde zich hetzelfde liedje als gisteren, alleen werden er nu ook kleine hutjes gebouwd waar ze die avond in sliepen. Het stelde niet veel voor, maar het was iets. Dorst was een groot probleem want er was lang niet genoeg fruit voor iedereen. Water was er ook nauwelijks, maar er was ten minste genoeg om in leven te blijven. Dagen gingen voorbij en iedereen werkte zelfs onder alle omstandigheden erg hard. Ze kregen het wel steeds beter - hutten werden uitgebreid en mensen raakten aan de toestand gewend - maar het werd steeds moeilijker om eten te vinden. Waar bleef die hulp toch?
Ik Michael spraken elkaar niet erg veel meer. Geen intieme momenten meer, alleen nog af en toe een omhelsing. Ik miste hem. Joëy probeerde flink gebruik te maken van de situatie, maar dat lukte hem niet. Ik deed mijn best om hem te ontwijken.
Op het moment dat we bijna de hoop hadden opgegeven, kwam er een reddingsboot in het blikveld van degene die op de uitkijk stond. Michael spoorde iedereen aan om te schreeuwen om hulp zo hard als ze konden en iedereen gehoorzaamde. Hij was een goede leider. Na even flink geschreeuwd te hebben, leek het erop dat het hielp . De inzittenden van de reddingsboot hoorde het en veranderden hun koers. Ze voeren recht op ons af. Volgens mij had ik me in mijn hele leven nog nooit zo blij en opgelucht gevoeld. De boot voer het strand op en de inzittende stapten uit. Michael liep naar ze toe en praatte met ze. Iedereen keek in spanning toe. Konden deze mensen ons helpen?
Na enkele minuten stapten de mannen weer in hun boot en voeren ze terug naar waar ze vandaan kwamen. Iedereen keek teleurgesteld, maar Michael's glimlach gaf men hoop.
'Geen zorgen, mensen. Ze gaan hulp halen. Het ziet ernaar uit dat overmorgen iedereen weer thuis is!' deelde Michael mee. Er klonk gejuich. Ik liep met een brede glimlach naar Michael toe en sloeg mijn armen om zijn nek. Ik voelde Joëy's ogen in mijn rug branden, maar het kon me niets schelen. Ik zoende hem kort en keek hem daarna serieus aan. 'En wij?' vroeg ik. Ongeveer een minuut lang staarde we elkaar aan, maar volgens mij dachten we hetzelfde.
'Wij kunnen volgens mij een prima leven samen in Rio de Janeiro hebben,' zei hij en hij bevestigde daarbij mijn gedachten. De glimlach op mijn gezicht kwam weer tevoorschijn en Michael zoende me. Een lange zoen waar ik van genoot. Het zou allemaal goed komen. Misschien was dit gewoon niet de juiste plek om gelukkig te worden. Bovendien was Rio een prachtige stad.
De hulp kwam de volgende dag. Het was laat in de avond toen iedereen aan het instappen was. Michael en ik pakten de allerlaatste boot. Ik moest wel even een traan wegpikken toen ik deze plek verliet. Er zaten prachtige herinneringen aan vast. Het waren een paar gelukkige weken geweest en ik zou dit nooit vergeten. De boot begon te varen richting Rio de Janeiro en de tropische kust verdween uit mijn blikveld.
Hoofdstuk 12: Wachten op redding
Mijn blik kruisde met die van Joëy. Gelijk ontstond er een enorme brok in mijn keel. Joëy glimlachte naar me, maar ik keek weg. Het leek Michael eindelijk te lukken om de aandacht van iedereen te krijgen. Hij sleog zijn arm weer om me heen.
'Okay, where should I start?' dacht Michael hardop. 'We,' zei hij doelend op hij en ik,' are not from Rio de Janeiro. We've been on this place for a couple of weeks and suddenly you guys showed up. So, we decided to help you guys to get back. Now, I need a few people who are able to tell us what exactly happend on that boat en where you were going to and stuff.' Michael keek vragend om zich heen. Hij had bijna geen accent als hij Engels sprak en hij had een luide stem, als hij dat - zoals nu - wilde ten minste. Ik voelde me niet zo prettig met al die ogen op me gericht, maar daar leek Michael geen last van te hebben.
'I think I can help you,' zei een vrouwelijke stem. Ik keek naar de richting waar het vandaan kwam en zag een lang meisje staan van een jaar of achttien. Ze was ontzettend slank en had rood haar waarvan ik niet zeker wist of het geverfd was of gewoon haar natuurlijke haarkleur. Haar lippen had ze rood gestift en ze droeg een zwart, strak mini jurkje. Onder haar groenige ogen zaten lichte wallen en ze zag een beetje bleek, maar ze zag er fitter uit als de meeste andere feestgangers. Ze liep op ons af.
'We were supposed to arrive in a city early this morning. I can't remember the name anymore. After that we would come back to Rio in the evening. But we didn't arrive this morning. I think... I hope that people will look for us.' Michael knikte een paar keer langzaam en keek bedenkelijk voor zich uit.
'I think that the best thing we can do now is wait for help. But we need lots of food to feed al of us.' Michael's blik ging naar waar de boot tegen de rotsen opgebotst was.
'Where is the boat?' vroeg hij. Het meisje beet op haar lip. 'It sunk,' zei ze.
De hele dag ging er een groepje op zoek naar eten en we gooide het op een grote berg tot we voorlopig genoeg hadden. Alleen de mensen met slechts een lichte kater hielpen mee, de rest was te brak. Er hielpen er dus maar een paar. Het hele gebied rook naar overgeefsels en dat maakte de mensen alleen maar zieker. Michael probeerde de boel te regelen. Iemand moest de wacht houden om te zien of er al hulp kwam en er moest eten worden uitgedeeld aan de zieken. Later kreeg de rest ook eten. Het was ontzettend druk overal.
De dag ging snel voorbij. Er werd hout gesprokkeld voor een groot vuur en er werd vis gevangen die werd gebakken en verdeeld. Er werd gedronken uit kokosnoten die we verzameld hadden. Ook al was er veel eten gevonden, niemand had echt zijn buik vol. Niet lang nadat de zon zich onder de horizon verborgen had, viel iedereen in slaap.
De volgende ochtend waren veel mensen weer beter en friste iedereen zich op in het zeewater. Daarna herhaalde zich hetzelfde liedje als gisteren, alleen werden er nu ook kleine hutjes gebouwd waar ze die avond in sliepen. Het stelde niet veel voor, maar het was iets. Dorst was een groot probleem want er was lang niet genoeg fruit voor iedereen. Water was er ook nauwelijks, maar er was ten minste genoeg om in leven te blijven. Dagen gingen voorbij en iedereen werkte zelfs onder alle omstandigheden erg hard. Ze kregen het wel steeds beter - hutten werden uitgebreid en mensen raakten aan de toestand gewend - maar het werd steeds moeilijker om eten te vinden. Waar bleef die hulp toch?
Ik Michael spraken elkaar niet erg veel meer. Geen intieme momenten meer, alleen nog af en toe een omhelsing. Ik miste hem. Joëy probeerde flink gebruik te maken van de situatie, maar dat lukte hem niet. Ik deed mijn best om hem te ontwijken.
Op het moment dat we bijna de hoop hadden opgegeven, kwam er een reddingsboot in het blikveld van degene die op de uitkijk stond. Michael spoorde iedereen aan om te schreeuwen om hulp zo hard als ze konden en iedereen gehoorzaamde. Hij was een goede leider. Na even flink geschreeuwd te hebben, leek het erop dat het hielp . De inzittenden van de reddingsboot hoorde het en veranderden hun koers. Ze voeren recht op ons af. Volgens mij had ik me in mijn hele leven nog nooit zo blij en opgelucht gevoeld. De boot voer het strand op en de inzittende stapten uit. Michael liep naar ze toe en praatte met ze. Iedereen keek in spanning toe. Konden deze mensen ons helpen?
Na enkele minuten stapten de mannen weer in hun boot en voeren ze terug naar waar ze vandaan kwamen. Iedereen keek teleurgesteld, maar Michael's glimlach gaf men hoop.
'Geen zorgen, mensen. Ze gaan hulp halen. Het ziet ernaar uit dat overmorgen iedereen weer thuis is!' deelde Michael mee. Er klonk gejuich. Ik liep met een brede glimlach naar Michael toe en sloeg mijn armen om zijn nek. Ik voelde Joëy's ogen in mijn rug branden, maar het kon me niets schelen. Ik zoende hem kort en keek hem daarna serieus aan. 'En wij?' vroeg ik. Ongeveer een minuut lang staarde we elkaar aan, maar volgens mij dachten we hetzelfde.
'Wij kunnen volgens mij een prima leven samen in Rio de Janeiro hebben,' zei hij en hij bevestigde daarbij mijn gedachten. De glimlach op mijn gezicht kwam weer tevoorschijn en Michael zoende me. Een lange zoen waar ik van genoot. Het zou allemaal goed komen. Misschien was dit gewoon niet de juiste plek om gelukkig te worden. Bovendien was Rio een prachtige stad.
De hulp kwam de volgende dag. Het was laat in de avond toen iedereen aan het instappen was. Michael en ik pakten de allerlaatste boot. Ik moest wel even een traan wegpikken toen ik deze plek verliet. Er zaten prachtige herinneringen aan vast. Het waren een paar gelukkige weken geweest en ik zou dit nooit vergeten. De boot begon te varen richting Rio de Janeiro en de tropische kust verdween uit mijn blikveld.
Zeg wat je denkt, denk wat je zeg. Zeg wat je wilt, wil wat je zegt...
-
- Balpen
- Berichten: 213
- Lid geworden op: 03 mei 2012 10:27
Oh het is al afgelopen :s maar wel goed stukje!
(21)
Epiloog
'Michael!' riep ik hard. Mijn ogen waren wijd opengesperd. 'Michael, kom!' Ik hoorde de vlugge voetstappen en de badkamerdeur ging open. Michael's blik viel op hetgeen wat ik in mijn hand had. Een zwangerschapstest. Ik keek hem aan. 'Ik ben zwanger,' fluisterde ik. Hij schrok en zei even niets. Een voorzichtig glimlachje verscheen rond zijn lippen toen het eindelijk tot hem doordrong. Hij liep naar me toe en drukte me tegen zich aan.
'Misschien is het iets eerder dan zou moeten,' zei hij zacht en kalm,' maar dat geeft niets.' Tranen sprongen in mijn ogen, maar het waren tranen van geluk. 'We hebben het goed hier. We kunnen best voor hem zorgen,' zei ik. Hij glimlachte. 'Of haar,' zei hij en hij streek de haren uit mijn gezicht. Michael had best een goede baan en we hadden een kleine flatwoning bemachtigd. Ik deed een thuisstudie en werkte in de weekenden.
Nadat Michael erachter kwam dat ik zwanger was, zorgde hij extra goed voor me. Na een paar dagen vroeg hij me zelfs ten huwelijk en ik zei natuurlijk volmondig "ja". Ik wilde mijn leven met niemand anders dan hem delen. Wel besefte ik dat ik hier verder geen mensen kende en dat mijn ouders ook van de bruiloft moesten weten. Ik besloot ze dus een brief te schrijven. Michael deed hetzelfde. Na een hele tijd naar een wit vel gekeken te hebben, begon ik te schrijven.
Lieve papa en mama,
Allereerst wil ik mijn excuses aanbieden voor dat ik vertrokken ben. Ik zag het allemaal niet meer zitten. Ik wilde niet zo'n standaard leven leiden die iedereen heeft. Huisje, boompje, beestje. Ik wilde anders zijn. Dus toen ben ik samen met een vriend - die ongeveer hetzelfde probleem had - op reis gegaan. Jullie kennen hem nog niet, maar dat zal veranderen.
Ik ben ontzettend egoïstisch geweest en heb jullie zomaar achtergelaten met een hele hoop bezorgdheid. Ik snap dat wat ik heb gedaan heb onvergefelijk is.
De afgelopen tijd heb ik wel een hele hoop geleerd en ik ben erg verantwoordelijk geworden. Ik ben nu echt gelukkig in Rio de Janeiro. Ja, daar ben ik nu. Ik woon in een flatwoning samen met die vriend, Michael. Ik ben verliefd op hem geworden. Echt heel erg verliefd. Zo verliefd dat we gaan trouwen en jullie zijn natuurlijk welkom. Ik houd echt van hem en wil de rest van mijn leven met hem doorbrengen. Jullie weten hoe ik ben, ik maak geen beslissingen als ik niet er niet honderd procent achter sta. Dit is wat ik wil. Ik snap het als jullie me niet kunnen vergeven, maar ik smeek jullie om te komen. Ik ben bereikbaar op het telefoonnummer onderaan deze brief.
Ik houd van jullie,
Kathy
Ik vertelde maar niet dat ik zwanger was, dat kwam wel als ze zouden komen. Michael en ik verstuurden de brieven en begonnen met het plannen van de bruiloft. Dat was erg veel werk.
'Neem jij, Michael van Leeuwen, Katherine Garcia als jouw echtgenote?' vroeg een Nederlandssprekende ambtenaar. Ik droeg een niet al te dure, witte bruidsjurk en Michael droeg een simpel pak. Het ging meer om het moment zelf. Iedereen keek naar ons. Onze beide families zaten in dit kleine kerkje in Rio. Mijn buik was al een klein beetje gegroeid en iedereen wist het al. Ze waren allemaal blij voor ons. 'Ja,' zei Michael met een brede, gelukkige glimlach. Ze hadden ons vergeven. 'Neem jij, Katherine Garcia, Michael van Leeuwen als jouw echtgenoot?' Vergeven, maar niet vergeten. Het werd nooit meer hetzelfde. Dat was ook niet te verwachten natuurlijk. Er was te veel gebeurd om te kunnen vergeten. 'Ja,' zei ik stralend met de gelukkigste glimlach die ik ooit had gedaan had. De tranen sprongen al in mijn ogen, maar ik gaf daarvan de hormonen de schuld. 'Dan verklaar ik jullie nu tot man en vrouw. U mag de bruid kussen,' zei de ambtenaar en Michael gehoorzaamde.
Epiloog
'Michael!' riep ik hard. Mijn ogen waren wijd opengesperd. 'Michael, kom!' Ik hoorde de vlugge voetstappen en de badkamerdeur ging open. Michael's blik viel op hetgeen wat ik in mijn hand had. Een zwangerschapstest. Ik keek hem aan. 'Ik ben zwanger,' fluisterde ik. Hij schrok en zei even niets. Een voorzichtig glimlachje verscheen rond zijn lippen toen het eindelijk tot hem doordrong. Hij liep naar me toe en drukte me tegen zich aan.
'Misschien is het iets eerder dan zou moeten,' zei hij zacht en kalm,' maar dat geeft niets.' Tranen sprongen in mijn ogen, maar het waren tranen van geluk. 'We hebben het goed hier. We kunnen best voor hem zorgen,' zei ik. Hij glimlachte. 'Of haar,' zei hij en hij streek de haren uit mijn gezicht. Michael had best een goede baan en we hadden een kleine flatwoning bemachtigd. Ik deed een thuisstudie en werkte in de weekenden.
Nadat Michael erachter kwam dat ik zwanger was, zorgde hij extra goed voor me. Na een paar dagen vroeg hij me zelfs ten huwelijk en ik zei natuurlijk volmondig "ja". Ik wilde mijn leven met niemand anders dan hem delen. Wel besefte ik dat ik hier verder geen mensen kende en dat mijn ouders ook van de bruiloft moesten weten. Ik besloot ze dus een brief te schrijven. Michael deed hetzelfde. Na een hele tijd naar een wit vel gekeken te hebben, begon ik te schrijven.
Lieve papa en mama,
Allereerst wil ik mijn excuses aanbieden voor dat ik vertrokken ben. Ik zag het allemaal niet meer zitten. Ik wilde niet zo'n standaard leven leiden die iedereen heeft. Huisje, boompje, beestje. Ik wilde anders zijn. Dus toen ben ik samen met een vriend - die ongeveer hetzelfde probleem had - op reis gegaan. Jullie kennen hem nog niet, maar dat zal veranderen.
Ik ben ontzettend egoïstisch geweest en heb jullie zomaar achtergelaten met een hele hoop bezorgdheid. Ik snap dat wat ik heb gedaan heb onvergefelijk is.
De afgelopen tijd heb ik wel een hele hoop geleerd en ik ben erg verantwoordelijk geworden. Ik ben nu echt gelukkig in Rio de Janeiro. Ja, daar ben ik nu. Ik woon in een flatwoning samen met die vriend, Michael. Ik ben verliefd op hem geworden. Echt heel erg verliefd. Zo verliefd dat we gaan trouwen en jullie zijn natuurlijk welkom. Ik houd echt van hem en wil de rest van mijn leven met hem doorbrengen. Jullie weten hoe ik ben, ik maak geen beslissingen als ik niet er niet honderd procent achter sta. Dit is wat ik wil. Ik snap het als jullie me niet kunnen vergeven, maar ik smeek jullie om te komen. Ik ben bereikbaar op het telefoonnummer onderaan deze brief.
Ik houd van jullie,
Kathy
Ik vertelde maar niet dat ik zwanger was, dat kwam wel als ze zouden komen. Michael en ik verstuurden de brieven en begonnen met het plannen van de bruiloft. Dat was erg veel werk.
'Neem jij, Michael van Leeuwen, Katherine Garcia als jouw echtgenote?' vroeg een Nederlandssprekende ambtenaar. Ik droeg een niet al te dure, witte bruidsjurk en Michael droeg een simpel pak. Het ging meer om het moment zelf. Iedereen keek naar ons. Onze beide families zaten in dit kleine kerkje in Rio. Mijn buik was al een klein beetje gegroeid en iedereen wist het al. Ze waren allemaal blij voor ons. 'Ja,' zei Michael met een brede, gelukkige glimlach. Ze hadden ons vergeven. 'Neem jij, Katherine Garcia, Michael van Leeuwen als jouw echtgenoot?' Vergeven, maar niet vergeten. Het werd nooit meer hetzelfde. Dat was ook niet te verwachten natuurlijk. Er was te veel gebeurd om te kunnen vergeten. 'Ja,' zei ik stralend met de gelukkigste glimlach die ik ooit had gedaan had. De tranen sprongen al in mijn ogen, maar ik gaf daarvan de hormonen de schuld. 'Dan verklaar ik jullie nu tot man en vrouw. U mag de bruid kussen,' zei de ambtenaar en Michael gehoorzaamde.
Zeg wat je denkt, denk wat je zeg. Zeg wat je wilt, wil wat je zegt...
Dat was het allerlaatste. Het is niet heel lang geworden, maar ik wilde het ook niet geforceerd lang maken.
Ik hoop dat jullie het leuk vonden. (:
Ik hoop dat jullie het leuk vonden. (:
Zeg wat je denkt, denk wat je zeg. Zeg wat je wilt, wil wat je zegt...
-
- Balpen
- Berichten: 213
- Lid geworden op: 03 mei 2012 10:27
Wow! Had ik niet verwacht maar wat een sprookjeseinde 
