
Benieuwd wat jullie er van vinden!
(Ohja, bij gebrek aan een betere titel heb ik gewoon de titel van het liedje overgenomen..)
LIFE
http://www.youtube.com/watch?v=DZpD4YeYl08
“Gewonnen!”, riep het meisje lachend terwijl ze terug naar binnen stoof en haar blote voeten diepe afdrukken nalieten in de sneeuw. Haar lange, zwarte haren wapperden achter haar aan. De jongen, warm ingeduffeld, volgde haar glimlachend.
“Vijf minuten op blote voeten in de sneeuw, ik had niet gedacht dat je het zou doen!”
“Wat krijg ik als beloning?”, vroeg ze plagerig.
De jongen keek haar even aan en kuste haar vervolgens op de mond. Geschrokken duwde ze hem weg.
“Sorry”, mompelde hij, terwijl zijn normaal zo bleke wangen de kleur van herfstappels kregen, “ik dacht…”
“Je begrijpt het niet”, zei ze aarzelend, “het is… volgende week word ik achttien.”
Hij wierp haar een verwarde blik toe.
“Wat heeft dat er mee te maken?”
Het meisje slaakte een diepe zucht.
“Dan is het weer drie jaar geleden dat we naar IJsland verhuisden.”
Helena’s ouders hadden – om redenen die ze nooit helemaal had begrepen – nooit de behoefte gevoeld een normaal leven te leiden. Ze waren op hun twintigste met elkaar getrouwd en drie jaar later, toen Helena net geboren was, verhuisd naar Bali. Twee jaar later leefden ze in Australië. Helena had haar kleutertijd afgewerkt in Vietnam en ging vervolgens naar de lagere school in Brazilië. Ze kreeg thuisonderwijs toen ze in Rusland woonden, volgde de eerste twee jaren van het middelbaar in Canada en kreeg daarna opnieuw een jaar privéles in Frankrijk. Haar ouders waren er nog nooit in geslaagd langer dan drie jaar op één plek te blijven; hun werk varieerde van schapenhouder tot afwasser of zelfs leraar Engels. Het leek hen weinig te kunnen schelen dat Helena telkens opnieuw haar eigen leven moest opbouwen en het vervolgens als een kaartenhuis weer te zien instorten. Om de zoveel jaar moest ze een nieuwe vriendenkring zien te vinden waar ze tijdelijk in kon passen en die ze daarna zonder pardon weer aan de kant moest schuiven. Ze was opgegroeid met de stelling dat ervaringen meer waard waren dan mensen. Haar familie had ze nog nooit ontmoet.
Nu naderde het moment waarop haar ouders zouden beslissen om weer verder te trekken. Ze merkte het altijd al weken op voorhand: haar vader begon exotische gerechten klaar te maken, haar moeder flapte Engelse zinnen tussen hun eeuwige mengeling van Nederlands en de plaatselijke taal, en wanneer er op een of andere manier terloops de naam van een land of stad werd genoemd, wierpen ze elkaar die betekenisvolle blik toe die Helena was gaan haten.
Meer dan twee jaar lang had ze gehoopt dat Bjork, de knappe IJslandse jongen uit haar huidige school, haar zou kussen. Nu dat moment was gekomen, besefte ze wat voor een vreselijke vergissing dat was: binnen de maand zou zij ergens in Zuid-Afrika of Indonesië zitten en de marteling zou des te groter zijn als ze haar grote liefde hier moest achterlaten.
Met een trieste blik schonk ze een dampende kop thee in om op te warmen terwijl ze hem het probleem uitlegde. Haar slobberige, zalmroze trui deed haar afgebleekte short bijna helemaal verdwijnen.
“Maar waaróm gaan je ouders dan telkens weer weg?”
“Als ze te lang op een plek blijven, krijgen ze het gevoel dat er een laag stof over hen valt. Dan moeten ze ervandoor, krijgen ze die reiskriebels weer en gaan naar overal en nergens. Of met de woorden van mijn moeder: de wind achterna”, zei Helena bitter.
“Kan je niet vragen of ze voor een keer wat langer willen blijven?”, vroeg Bjork wanhopig.
Helena schudde meewarig haar hoofd. Hij begreep helemaal niks van haar ouders.
Toch vroeg ze het. Precies een week later, op de dag dat ze achttien werd, smeekte ze haar ouders of ze, in plaats van een cadeau, een jaar langer in IJsland konden blijven wonen. Nog nooit eerder had ze geklaagd over hun manier van leven, ze had nog nooit met een woord gerept over alle verloren jeugdvrienden, het feit dat ze haar eigen grootmoeder niet eens kende of over de honden en katten die ze uit asielen had gered en er vervolgens weer in had moeten dumpen. Maar haar ouders wisselden weer die gehate blik en ze stormde van tafel. Terwijl ze de trap op stampte naar haar kamer, rolden er tranen van woede over haar wangen.
Een hele tijd later klopte haar vader op haar deur en kwam voorzichtig naar binnen. Hij nam plaats op de rand van haar bed.
“Je moeder en ik hebben – gezamenlijk! – beslist dat we dit jaar nog blijven. Voor jou”, zei hij met een poging tot een glimlach, hoewel het meer leek op een pijnlijke grimas. Helena had een vaag vermoeden wie de doorslag had gegeven bij die “gezamenlijke” beslissing, maar ze omhelsde haar vader stevig.
“Bedankt pap, het betekent veel voor me.”
Hij zuchtte alleen maar.
“Passengers for San Fransisco, last call”, schalde het door een krakende intercom.
Het was precies één jaar later en ze stonden met zijn vieren op de luchthaven: Bjork, Helena, haar vader en haar moeder.
“Ben je hier zeker van?”, vroeg de laatste met tranen in haar ogen.
Helena knikte vastberaden. Ze had er lang genoeg over nagedacht.
“Ik ben oud genoeg, mama”, zei ze en ze probeerde dapper te klinken.
Haar vader kuste haar en schudde lichtjes zijn hoofd, om aan te geven dat hij het er eigenlijk niet mee eens was. Maar ze was intussen negentien en haar ouders konden haar niks meer verplichten, hoe graag ze dat ook wilden.
“Het zal niet lukken”, zei haar vader zacht.
“Wat bedoel je daar mee?”; vroeg Helena fel.
Hij keek haar lang aan voor hij ten slotte zei:
“Het zit in je bloed.”
Helena keek hoe de twee mensen die heel haar leven voor haar hadden gezorgd van haar weg wandelden. Bjork sloeg zijn arm rond haar schouders.
“Bedankt om mee te komen”, zei Helena. Hij kuste haar op haar wang en glimlachte:
“Alles voor mijn schat!”
Sindsdien zag ze haar ouders nog twee keer: op de dag dat ze trouwde met Bjork en toen hun dochtertje Misia geboren werd.
Ze miste haar ouders soms wel, maar ze was tevreden met haar leven in IJsland. Af en toe bekroop haar het gevoel dat ze iets verkeerd deed, maar ze kon niet zeggen wat het was en zette het van zich af.
Misia vroeg haar vaak waarom ze haar oma en opa niet kende, en Helena antwoordde dan steevast met een glimlach. Als haar dochter vroeg waar ze naartoe waren, zei ze alleen maar:
“De wind achterna”, en staarde ze met een vreemde blik naar de horizon.
“Mama, waarom zie ik oma en opa nooit?”, vroeg de kleine jongen.
Misia zuchtte en zei niks. De wind trok ongeduldig aan haar zwarte haren en ze kon een trieste glimlach niet onderdrukken toen ze naar haar zoontje keek. Ze miste hem nu al.