Groen.
Het is niet anders, ik ben groen.
Zelf kan ik daaraan echt niks doen.
Mijn moeder had die groene genen,
Vanaf haar kop tot aan haar tenen.
En ook mijn vader had een huid
Zo groen als gras of ander kruid.
Dus is mijn mooie huidskleur puur
Een prachtig wonder der natuur.
En wie het vies of lelijk vindt,
Iets heeft te zeuren om mijn tint,
Omdat hij zelf rood,geel of wit is,
Die vraag ik of hij wel goed fit is
Want niet de kleur van huid en vel,
Maakt je tot held of lellebel.
Aan de buitenkant kan je niet zien
Of iemand slecht is, of misschien
Wel heel erg braaf en netjes leeft,
Maar toch een rotte inborst heeft.
In mijn geval laat ik u weten,
Dat U, als u echt prinses wil heten,
Het door mij te kussen kunt bewijzen.
Want ik zal dan als prins herrijzen.
Dus als u een goede daad wil doen,
Geef dan die kikker eens een zoen!
J++
Wat is het met de kikker en de prinses opeens trouwens?