De droomvakantie
Proloog:
Het water kabbelt en stroomt over mijn lichaam. Ik zit gevangen in deze rivier, kan geen kant meer op. Van Joris is ook geen spoor meer, en ik had het hem nog zo graag willen vertellen.
"Daphne!" Ik roep de naam van mijn vriendin.
Geen antwoord. Ik laat mijn hand op een grote steen steunen en probeer met moeite op te staan. Een rode vloeistof heeft zich vermengd met het water, het is bloed. Ik heb mijn heup verwond tijdens de val. Met moeite verzet ik me tegen de stroming van de rivier. Ik moet overeind zien te komen voordat hij me straks mee voert richting de waterval. Met al mijn kracht probeer ik mezelf overeind te helpen. De wond verhindert deze poging, ik kan nauwelijks mijn linker been bewegen door de bijtende pijn.
"Joris!" Ik kijk om me heen. Het enige dat ik zie is de verwilderde natuur naast de rivier.
Ik richt mijn blik op de helderblauwe lucht. Een paar zonnestralen doorbreken de bewolking en geven een heerlijke warmte af die bezit neemt van mijn gezicht. Ik sluit mijn ogen en geniet ervan. Tegelijkertijd gis ik hoe het met mezelf zou aflopen. Zou het binnen een uur met me gedaan zijn of zal er alsnog iemand komen om mij te redden?
Nogmaals probeer ik op te staan, maar de pijn lijkt alsmaar sterker te worden. Vermoeid laat ik me vallen en mijn spieren verslappen. Ik voel hoe de stroming bezit wil nemen van mijn lichaam.
Dag, Maria. Ik zucht diep en laat de steen los.
Mijn lichaam drijft naar boven. Ik werp een laatste blik naar de wolken en geef een glimlach aan de zon. Nu weet ik het zeker, dit wordt mijn einde.
Het water kabbelt en stroomt over mijn lichaam. Ik zit gevangen in deze rivier, kan geen kant meer op. Van Joris is ook geen spoor meer, en ik had het hem nog zo graag willen vertellen.
"Daphne!" Ik roep de naam van mijn vriendin.
Geen antwoord. Ik laat mijn hand op een grote steen steunen en probeer met moeite op te staan. Een rode vloeistof heeft zich vermengd met het water, het is bloed. Ik heb mijn heup verwond tijdens de val. Met moeite verzet ik me tegen de stroming van de rivier. Ik moet overeind zien te komen voordat hij me straks mee voert richting de waterval. Met al mijn kracht probeer ik mezelf overeind te helpen. De wond verhindert deze poging, ik kan nauwelijks mijn linker been bewegen door de bijtende pijn.
"Joris!" Ik kijk om me heen. Het enige dat ik zie is de verwilderde natuur naast de rivier.
Ik richt mijn blik op de helderblauwe lucht. Een paar zonnestralen doorbreken de bewolking en geven een heerlijke warmte af die bezit neemt van mijn gezicht. Ik sluit mijn ogen en geniet ervan. Tegelijkertijd gis ik hoe het met mezelf zou aflopen. Zou het binnen een uur met me gedaan zijn of zal er alsnog iemand komen om mij te redden?
Nogmaals probeer ik op te staan, maar de pijn lijkt alsmaar sterker te worden. Vermoeid laat ik me vallen en mijn spieren verslappen. Ik voel hoe de stroming bezit wil nemen van mijn lichaam.
Dag, Maria. Ik zucht diep en laat de steen los.
Mijn lichaam drijft naar boven. Ik werp een laatste blik naar de wolken en geef een glimlach aan de zon. Nu weet ik het zeker, dit wordt mijn einde.
Het laatste contact is altijd het zwaarste.
Heyhey bliepje, ^^
Sinds ik weer enigszins OV actief ga doen xD, ook maar van de actieve leden verhalen gaan lezen
.
Ik vind je zinnen lekker op elkaar lopen in dit stukje, ik kan me nog vaag herinneren van stukjes die je in het begin plaatste ( toen je net op de site kwam ) dat ik dat minder vond. Zelfs de t.t. stoorde me niet ^^ ( dat is een heel goed teken xD ).
Wat me wel enigszins stoorde was hoe de gedachtegang van de hp is. Ze is wel erg rustig onder de omstandigheden, nu ben ik benieuwd of je dit goed in het verhaal gaat uitwerken dat het wel realistisch klopt of dat het niet helemaal gaat kloppen. Het kan namelijk nog wel kloppen, maar ik zie wel in veel verhalen dat het toch niet echt klopt wanneer ze een te rustige manier van doen geven aan een karakter in zo'n situatie.
Ik vind het een sterke proloog die veel vraagtekens oproept, vooral als je ook naar je titel kijkt. De titel liet mij eerst denken dat het een romantische, simpel verhaaltje zou zijn zonder veel ernstige dingen erin en dat blijkt uit je proloog niet te kloppen.
SO good job
Sinds ik weer enigszins OV actief ga doen xD, ook maar van de actieve leden verhalen gaan lezen

Ik vind je zinnen lekker op elkaar lopen in dit stukje, ik kan me nog vaag herinneren van stukjes die je in het begin plaatste ( toen je net op de site kwam ) dat ik dat minder vond. Zelfs de t.t. stoorde me niet ^^ ( dat is een heel goed teken xD ).
Wat me wel enigszins stoorde was hoe de gedachtegang van de hp is. Ze is wel erg rustig onder de omstandigheden, nu ben ik benieuwd of je dit goed in het verhaal gaat uitwerken dat het wel realistisch klopt of dat het niet helemaal gaat kloppen. Het kan namelijk nog wel kloppen, maar ik zie wel in veel verhalen dat het toch niet echt klopt wanneer ze een te rustige manier van doen geven aan een karakter in zo'n situatie.
Ik vind het een sterke proloog die veel vraagtekens oproept, vooral als je ook naar je titel kijkt. De titel liet mij eerst denken dat het een romantische, simpel verhaaltje zou zijn zonder veel ernstige dingen erin en dat blijkt uit je proloog niet te kloppen.
SO good job

Regenboog of regenboog, waarom ben je krom?
Anders heette je regenstreep en dat klinkt zo stom
Anders heette je regenstreep en dat klinkt zo stom
Bedankt voor jullie reacties!
Hier is het vervolg:
"Maria!" Iemand bonkt op mijn kamerdeur.
Ik draai me nog eens om en doe net of ik niets hoor, waarom moet ik nu al opstaan?
"Maria, ze staan zo voor je deur, sta nou op!" Het is de stem van mijn moeder.
Ik grinnik en blijf doen alsof ik niets hoor.
"Het is half negen, straks kom je te laat!" Mijn moeder wordt geïrriteerd.
Ik zucht diep en ga op mijn rug liggen.
Half negen, het is pas half negen. Ik glimlach en sluit mijn ogen.
Al snel open ik mijn ogen weer en er gaat een schok door mijn lichaam.
"Verdomme, half negen!" Ik vloek en sta meteen op.
Over een kwartier staan mijn vrienden voor de deur en dan moet ik gedoucht, me aangekleed en ontbeten hebben. Verward kijk ik rond in de slaapkamer. Wat trek ik aan? Vlug trek ik de kledingkast open en werp een snelle blik naar mijn kleding. Een korte spijkerbroek en een shirtje met legerprint vallen me op het oog. Snel pak ik nog even een willekeurig ondergoedsetje uit de la en ren als de bliksem naar de badkamer. De deur is op slot.
"Hallo!" Ik bons op de deur, "wie staat daar?"
"Ik," het is mijn broer, "ik ga nu even douchen, anders kom ik ook te laat voor de vakantie!"
"Wat?" Ik schrik, "ga jij ook mee?"

"Maria!" Iemand bonkt op mijn kamerdeur.
Ik draai me nog eens om en doe net of ik niets hoor, waarom moet ik nu al opstaan?
"Maria, ze staan zo voor je deur, sta nou op!" Het is de stem van mijn moeder.
Ik grinnik en blijf doen alsof ik niets hoor.
"Het is half negen, straks kom je te laat!" Mijn moeder wordt geïrriteerd.
Ik zucht diep en ga op mijn rug liggen.
Half negen, het is pas half negen. Ik glimlach en sluit mijn ogen.
Al snel open ik mijn ogen weer en er gaat een schok door mijn lichaam.
"Verdomme, half negen!" Ik vloek en sta meteen op.
Over een kwartier staan mijn vrienden voor de deur en dan moet ik gedoucht, me aangekleed en ontbeten hebben. Verward kijk ik rond in de slaapkamer. Wat trek ik aan? Vlug trek ik de kledingkast open en werp een snelle blik naar mijn kleding. Een korte spijkerbroek en een shirtje met legerprint vallen me op het oog. Snel pak ik nog even een willekeurig ondergoedsetje uit de la en ren als de bliksem naar de badkamer. De deur is op slot.
"Hallo!" Ik bons op de deur, "wie staat daar?"
"Ik," het is mijn broer, "ik ga nu even douchen, anders kom ik ook te laat voor de vakantie!"
"Wat?" Ik schrik, "ga jij ook mee?"
Het laatste contact is altijd het zwaarste.
Spannend begin van je verhaal! Ik zou niet graag in zo'n benarde situatie zitten.
Ik ben benieuwd hoe Maria verzuild raakt te midden van de rivier. Ga zo door!
Ik ben benieuwd hoe Maria verzuild raakt te midden van de rivier. Ga zo door!

- Never give up on anything, because miracles happen every day -
My head is a jungle...
My head is a jungle...
Dank je wel, Maaike!
Het vervolg:
"Ja, ik ga ook mee," mijn broer lacht om mijn opmerking, "Jouw beste vriendin en mijn beste vriend zitten in dezelfde vriendengroep, weet je nog?"
Mijn broer heeft inderdaad gelijk. Remco is zijn beste vriend, dat was ik helemaal vergeten. Dat komt ook doordat we nooit met zijn tweetjes uitgaan. Het ene weekend mag hij met die groep stappen, en het andere weekend ben ik aan de beurt. En als ik niet ga stappen, gaat Daphne ook niet mee. Zij is dan liever samen met mij thuis, we zitten dan meestal een filmpje te kijken en een zak chips te delen. Die is dan op voordat de film afgelopen is. Want snoepen, dat kunnen we wel. Vooral als we ongesteld zijn, ironisch genoeg rond dezelfde periode. In het begin was dat lang niet zo, maar naar verloop van tijd is dat op een vreemde wijze veranderd. Daphne is mijn alles, ik zou niet weten wat ik zonder haar zou moeten.
De telefoon van mijn broer gaat af, die vervelende ringtone die klinkt als een raceauto is weer hoorbaar.
"Neem jij even op, Maria?" Roept mijn broer. "Dat zal Jelle wel zijn!"
"Wat moet ik nou met Jelle?" Ik zucht. "Kom jij nou maar eens uit die douche, ik moet ook nog!"
Dat flikt mijn broer nou altijd, alles op het laatste moment nog even doen waardoor ik bijna geen tijd meer over heb. Ik zie dan ook geen reden om zijn telefoon op te nemen. Zuchtend loop ik naar beneden voor een ontbijt. Als ik de cornflakes in mijn handen heb komt mijn moeder de keuken in. Ze glimlacht naar me en gaat zitten.
"Ben je wel een beetje aardig voor je broer de komende week?" Ze kijkt me strak aan.
"Ja mam." Ik pak de aardbeien uit de ijskast en pluk de kroontjes er vanaf.

Het vervolg:
"Ja, ik ga ook mee," mijn broer lacht om mijn opmerking, "Jouw beste vriendin en mijn beste vriend zitten in dezelfde vriendengroep, weet je nog?"
Mijn broer heeft inderdaad gelijk. Remco is zijn beste vriend, dat was ik helemaal vergeten. Dat komt ook doordat we nooit met zijn tweetjes uitgaan. Het ene weekend mag hij met die groep stappen, en het andere weekend ben ik aan de beurt. En als ik niet ga stappen, gaat Daphne ook niet mee. Zij is dan liever samen met mij thuis, we zitten dan meestal een filmpje te kijken en een zak chips te delen. Die is dan op voordat de film afgelopen is. Want snoepen, dat kunnen we wel. Vooral als we ongesteld zijn, ironisch genoeg rond dezelfde periode. In het begin was dat lang niet zo, maar naar verloop van tijd is dat op een vreemde wijze veranderd. Daphne is mijn alles, ik zou niet weten wat ik zonder haar zou moeten.
De telefoon van mijn broer gaat af, die vervelende ringtone die klinkt als een raceauto is weer hoorbaar.
"Neem jij even op, Maria?" Roept mijn broer. "Dat zal Jelle wel zijn!"
"Wat moet ik nou met Jelle?" Ik zucht. "Kom jij nou maar eens uit die douche, ik moet ook nog!"
Dat flikt mijn broer nou altijd, alles op het laatste moment nog even doen waardoor ik bijna geen tijd meer over heb. Ik zie dan ook geen reden om zijn telefoon op te nemen. Zuchtend loop ik naar beneden voor een ontbijt. Als ik de cornflakes in mijn handen heb komt mijn moeder de keuken in. Ze glimlacht naar me en gaat zitten.
"Ben je wel een beetje aardig voor je broer de komende week?" Ze kijkt me strak aan.
"Ja mam." Ik pak de aardbeien uit de ijskast en pluk de kroontjes er vanaf.
Het laatste contact is altijd het zwaarste.
-
- Puntenslijper
- Berichten: 8
- Lid geworden op: 26 jul 2013 15:52
Ben benieuwd naar het vervolg.
Bedankt iedereen voor de reacties!
Het vervolg:
Ik zucht diep en gooi de aardbeien in het vergiet. Waarom moet ik altijd aardig zijn? Mijn broer is nooit echt aardig voor mij! Ach, hij is gewoon het lieverdje, altijd al geweest.
"Goedemorgen, schat!" Mam kijkt mijn broer met een glimlach aan.
Ach, is het weer zo ver? Ik was de aardbeien, doe ze in het kommetje met de cornflakes en ga aan de tafel zitten.
"Maria," mijn broer loopt naar me toe, "heb je de telefoon niet opgenomen?"
"Sorry, ik had er geen tijd voor," ik kijk mijn broer direct aan, "doordat jij zo lang in de douche stond, moet ik nu heel snel gaan eten en dan ook nog douchen!"
"Maria!!!!" Mijn moeder kijkt me boos aan.
Ik zucht diep en werk zo vlug mogelijk mijn cornflakes naar binnen. Altijd hetzelfde hier. Mijn broer mag me wel plagen en als ik er dan iets van zeg heb ik het weer gedaan. Geïrriteerd loop ik naar boven en ga me douchen. Ik kijk naar de condens die op de tegels zit en doe de badkamer op slot.
Misschien moet ik hier maar eeuwig blijven zitten, dan hebben ze geen last meer van me.
Ik doe mijn pyjama en slipje uit en zet de douche aan. Als ik eronder sta geniet ik van de warmte van het water. Sinds mijn vader is overleden mis ik die warmte enorm. Mijn broer is altijd het lieverdje van mijn moeder geweest, dus ik kon alleen nog maar bij mijn vader terecht. Maar natuurlijk sterven de goede mensen eerder. Er valt een traan uit mijn oog. Ik heb helemaal geen zin meer in dit reisje omdat mijn broer mee gaat. Maar om met mijn moeder alleen thuis te zijn is ook geen optie. Gelukkig heeft zij een drukke baan, dus is ze het grootste deel van de dag weg. Behalve op dit moment dan, nu ze vakantie heeft. Ze neemt zich dan helemaal de tijd om het huis weer eens op te knappen.
Ik open de tube Body Fruit Blueberry Lychee en ruik eraan. De heerlijke zoete geur doet me denken aan de parfum die ik van mijn oma heb gekregen met kerst.
De bel gaat. Ik vloek en doe vlug wat douchegel op mijn oranje puff spons en wrijf mijn lichaam zo vlug mogelijk in. Ik had het kunnen weten, door mijn broer ben ik nu alweer te laat!

Het vervolg:
Ik zucht diep en gooi de aardbeien in het vergiet. Waarom moet ik altijd aardig zijn? Mijn broer is nooit echt aardig voor mij! Ach, hij is gewoon het lieverdje, altijd al geweest.
"Goedemorgen, schat!" Mam kijkt mijn broer met een glimlach aan.
Ach, is het weer zo ver? Ik was de aardbeien, doe ze in het kommetje met de cornflakes en ga aan de tafel zitten.
"Maria," mijn broer loopt naar me toe, "heb je de telefoon niet opgenomen?"
"Sorry, ik had er geen tijd voor," ik kijk mijn broer direct aan, "doordat jij zo lang in de douche stond, moet ik nu heel snel gaan eten en dan ook nog douchen!"
"Maria!!!!" Mijn moeder kijkt me boos aan.
Ik zucht diep en werk zo vlug mogelijk mijn cornflakes naar binnen. Altijd hetzelfde hier. Mijn broer mag me wel plagen en als ik er dan iets van zeg heb ik het weer gedaan. Geïrriteerd loop ik naar boven en ga me douchen. Ik kijk naar de condens die op de tegels zit en doe de badkamer op slot.
Misschien moet ik hier maar eeuwig blijven zitten, dan hebben ze geen last meer van me.
Ik doe mijn pyjama en slipje uit en zet de douche aan. Als ik eronder sta geniet ik van de warmte van het water. Sinds mijn vader is overleden mis ik die warmte enorm. Mijn broer is altijd het lieverdje van mijn moeder geweest, dus ik kon alleen nog maar bij mijn vader terecht. Maar natuurlijk sterven de goede mensen eerder. Er valt een traan uit mijn oog. Ik heb helemaal geen zin meer in dit reisje omdat mijn broer mee gaat. Maar om met mijn moeder alleen thuis te zijn is ook geen optie. Gelukkig heeft zij een drukke baan, dus is ze het grootste deel van de dag weg. Behalve op dit moment dan, nu ze vakantie heeft. Ze neemt zich dan helemaal de tijd om het huis weer eens op te knappen.
Ik open de tube Body Fruit Blueberry Lychee en ruik eraan. De heerlijke zoete geur doet me denken aan de parfum die ik van mijn oma heb gekregen met kerst.
De bel gaat. Ik vloek en doe vlug wat douchegel op mijn oranje puff spons en wrijf mijn lichaam zo vlug mogelijk in. Ik had het kunnen weten, door mijn broer ben ik nu alweer te laat!
Het laatste contact is altijd het zwaarste.
Ik draai de douchekraan een beetje dicht om te horen of het ook echt onze vrienden zijn. Tot groot geluk is het de postbode die een pakketje komt afleveren. Ik zucht opgelucht en draai de douchekraan weer wat meer open.
"Maria!" Ik hoor de stem van mijn moeder. "Ben je klaar?"
Ik doe net of ik mijn moeder niet hoor en spoel de douchegel van mijn lichaam af. Dan droog ik me op mijn gemak af en kleed ik me rustig aan. Onverschillig loop ik naar beneden. Mijn moeder kijkt me streng aan.
"Heb je soms watjes in je oren zitten?" Ze kijkt me boos aan. "Ik heb je nou al drie keer geroepen en dan verwacht ik antwoord van jou!"
"Het water kwam er bovenuit." Ik kijk mijn moeder overtuigend aan.
"Nou, daar geloof ik dus niets van, maar goed." Mijn moeder kijkt me onverschillig aan. "Je broer hoort me tenminste wel als ik hem roep."
Ja, omdat jij hem nooit roept als hij onder de douche staat. Ik zucht diep en pak mijn tas.
"Trek je dit aan?" Mijn moeder bekijkt me met een vies gezicht.
"Ja, hoezo?" Ik kijk naar mijn kleding.
"Als je zo over straat gaat, wil ik niet meer bij jou horen," mijn moeder schudt haar hoofd, "je had die hot pants gewoon in de winkel moeten laten, dat heb ik je nog zo gezegd!"
"Maar een hot pants is veel korter," ik kijk mijn moeder verbaasd aan, "dit is gewoon een korte broek!"
"Niks mee te maken," mijn moeder kijkt me streng aan, "je trekt nu een fatsoenlijke broek aan, of je kunt deze vakantie op je buik schrijven!"
Ik zucht diep en loop naar boven met mijn tas in mijn hand terwijl ik boos naar mijn broer kijk die een felblauw t shirt, een korte spijkerbroek en witte sneakers draagt.
Waarom mag hij wel een korte broek aan? Ik stamp op de trap.
"Maria!!!" Mijn moeder schreeuwt naar me.
Ik luister niet naar haar geschreeuw en gooi de deur van mijn slaapkamer hard dicht. Kwaad ga ik op het bed zitten. Waarom moet mijn moeder bepalen wat ik aantrek en mag mijn broer alles aan doen wat hij leuk vindt? Hij had zelfs laatst een hanenkam en mijn moeder vond dat ééénig! Ik laat mijn hoofd op mijn linker hand steunen en kijk uit het raam. Dan krijg ik een ingeving. Voorzichtig open ik het raam en klim erdoor naar buiten. Ik klap in mijn handen als me dat gelukt is en kijk of de anderen iets gezien hebben. Er is niemand in de huiskamer. Juichend open ik de poort en via de achterom loop ik de straat op. Ik blijf bewust bij de achterdeur staan, anders zou mijn moeder me betrappen. Nieuwsgierig kijk ik of de vrienden er al aankomen. Lang hoef ik niet te wachten, want vanuit de hoek komt er een groene fiat aangereden, de auto van Daphne.
"Maria!" Ik hoor de stem van mijn moeder. "Ben je klaar?"
Ik doe net of ik mijn moeder niet hoor en spoel de douchegel van mijn lichaam af. Dan droog ik me op mijn gemak af en kleed ik me rustig aan. Onverschillig loop ik naar beneden. Mijn moeder kijkt me streng aan.
"Heb je soms watjes in je oren zitten?" Ze kijkt me boos aan. "Ik heb je nou al drie keer geroepen en dan verwacht ik antwoord van jou!"
"Het water kwam er bovenuit." Ik kijk mijn moeder overtuigend aan.
"Nou, daar geloof ik dus niets van, maar goed." Mijn moeder kijkt me onverschillig aan. "Je broer hoort me tenminste wel als ik hem roep."
Ja, omdat jij hem nooit roept als hij onder de douche staat. Ik zucht diep en pak mijn tas.
"Trek je dit aan?" Mijn moeder bekijkt me met een vies gezicht.
"Ja, hoezo?" Ik kijk naar mijn kleding.
"Als je zo over straat gaat, wil ik niet meer bij jou horen," mijn moeder schudt haar hoofd, "je had die hot pants gewoon in de winkel moeten laten, dat heb ik je nog zo gezegd!"
"Maar een hot pants is veel korter," ik kijk mijn moeder verbaasd aan, "dit is gewoon een korte broek!"
"Niks mee te maken," mijn moeder kijkt me streng aan, "je trekt nu een fatsoenlijke broek aan, of je kunt deze vakantie op je buik schrijven!"
Ik zucht diep en loop naar boven met mijn tas in mijn hand terwijl ik boos naar mijn broer kijk die een felblauw t shirt, een korte spijkerbroek en witte sneakers draagt.
Waarom mag hij wel een korte broek aan? Ik stamp op de trap.
"Maria!!!" Mijn moeder schreeuwt naar me.
Ik luister niet naar haar geschreeuw en gooi de deur van mijn slaapkamer hard dicht. Kwaad ga ik op het bed zitten. Waarom moet mijn moeder bepalen wat ik aantrek en mag mijn broer alles aan doen wat hij leuk vindt? Hij had zelfs laatst een hanenkam en mijn moeder vond dat ééénig! Ik laat mijn hoofd op mijn linker hand steunen en kijk uit het raam. Dan krijg ik een ingeving. Voorzichtig open ik het raam en klim erdoor naar buiten. Ik klap in mijn handen als me dat gelukt is en kijk of de anderen iets gezien hebben. Er is niemand in de huiskamer. Juichend open ik de poort en via de achterom loop ik de straat op. Ik blijf bewust bij de achterdeur staan, anders zou mijn moeder me betrappen. Nieuwsgierig kijk ik of de vrienden er al aankomen. Lang hoef ik niet te wachten, want vanuit de hoek komt er een groene fiat aangereden, de auto van Daphne.
Het laatste contact is altijd het zwaarste.
Ik vraag me af waarom de moeder en Maria zo'n slechte relatie hebben. Haar broer is in elk geval het oogappeltje, haha. 
Ga zo door! Ben benieuwd of ze ongezien wegkomt.

Ga zo door! Ben benieuwd of ze ongezien wegkomt.
- Never give up on anything, because miracles happen every day -
My head is a jungle...
My head is a jungle...
Bedankt voor je reactie, Maaike! De reden die wordt later nog wel bekend, maar die heb ik al bedacht!
Hier is het vervolg:
"Daphne!" Ik roep mijn vriendin zo hard als ik kan.
Gelukkig voor mij stopt de auto vlak voor mijn neus. Daphne heeft duidelijk de wanhopige blik op mijn gezicht gezien. Ik open de deur van de auto en ga voorin zitten.
"Rij maar even de hoek om of zo." Ik kijk wanhopig om me heen.
"Oké." Daphne trapt het gaspedaal in en draait de auto zo goed als ze kan. Als we de hoek om zijn parkeert ze de auto op een lege parkeerplaats in die straat. Ze kijkt me meelevend aan.
"Weer vluchten voor je moeder?" Ze legt haar hand op mijn been.
"Ja, ze vond dit broekje te kort," ik kijk naar mijn korte broek, "ze zegt dat dit een hot pants is."
"Wat een muts," Daphne schudt haar hoofd, "dit is zeker geen hotpants, jouw broek komt het midden van je bovenbeen, een hot pants komt tot net onder-"
Plotseling tikt er iemand op de autoruit. Daphne en ik schrikken ons een ongeluk en kijken naar de persoon die bij de auto staat.
"Gelukkig, het is Jelle maar." Ik zucht diep van opluchting.
"Stel je voor, het was die rare moeder van je." Daphne glimlacht naar Jelle en opent het raampje.
Jelle vraagt of hij even in de auto mag komen zitten. Daphne knikt en opent de deur voor hem. Jelle stapt in de auto en gaat meteen achterover zitten.
"Ik was al bang dat ik te laat zou zijn," hij puft en kijkt me moe aan, "ik heb je broer al gebeld, maar die nam zijn telefoon niet op."
"Nou, gelukkig is het toch nog goed gekomen." Daphne glimlacht. "Zullen we dan maar gaan? De anderen zullen wel met de auto van Remco gaan."
Onze eerste tussenstop is bereikt. Julia, een goede vriendin van Remco, haalt een tafelkleed uit de auto van Remco.
"Wat dachten jullie van een picknick?" Ze glimlacht en klopt het kleed uit.
"Hebben we daar wel tijd voor?" Ik kijk op mijn horloge dat 13.30 aangeeft.
"We moeten toch eten," Lorenzo, een vriend van Jelle, legt zijn tijdschrift aan de kant en pakt zijn broodtrommel, "ik ben ervoor!"
Dirk, de beste vriend van mijn broer, zet zijn bril af en doet zijn zonnebril op.
"Ben ik voorbereid op de picknick!" Hij knipoogt naar me.
Duidelijk, we houden de picknick. Ik glimlach terug naar Dirk en pak het boterhamzakje met broodjes uit mijn tas.

"Daphne!" Ik roep mijn vriendin zo hard als ik kan.
Gelukkig voor mij stopt de auto vlak voor mijn neus. Daphne heeft duidelijk de wanhopige blik op mijn gezicht gezien. Ik open de deur van de auto en ga voorin zitten.
"Rij maar even de hoek om of zo." Ik kijk wanhopig om me heen.
"Oké." Daphne trapt het gaspedaal in en draait de auto zo goed als ze kan. Als we de hoek om zijn parkeert ze de auto op een lege parkeerplaats in die straat. Ze kijkt me meelevend aan.
"Weer vluchten voor je moeder?" Ze legt haar hand op mijn been.
"Ja, ze vond dit broekje te kort," ik kijk naar mijn korte broek, "ze zegt dat dit een hot pants is."
"Wat een muts," Daphne schudt haar hoofd, "dit is zeker geen hotpants, jouw broek komt het midden van je bovenbeen, een hot pants komt tot net onder-"
Plotseling tikt er iemand op de autoruit. Daphne en ik schrikken ons een ongeluk en kijken naar de persoon die bij de auto staat.
"Gelukkig, het is Jelle maar." Ik zucht diep van opluchting.
"Stel je voor, het was die rare moeder van je." Daphne glimlacht naar Jelle en opent het raampje.
Jelle vraagt of hij even in de auto mag komen zitten. Daphne knikt en opent de deur voor hem. Jelle stapt in de auto en gaat meteen achterover zitten.
"Ik was al bang dat ik te laat zou zijn," hij puft en kijkt me moe aan, "ik heb je broer al gebeld, maar die nam zijn telefoon niet op."
"Nou, gelukkig is het toch nog goed gekomen." Daphne glimlacht. "Zullen we dan maar gaan? De anderen zullen wel met de auto van Remco gaan."
Onze eerste tussenstop is bereikt. Julia, een goede vriendin van Remco, haalt een tafelkleed uit de auto van Remco.
"Wat dachten jullie van een picknick?" Ze glimlacht en klopt het kleed uit.
"Hebben we daar wel tijd voor?" Ik kijk op mijn horloge dat 13.30 aangeeft.
"We moeten toch eten," Lorenzo, een vriend van Jelle, legt zijn tijdschrift aan de kant en pakt zijn broodtrommel, "ik ben ervoor!"
Dirk, de beste vriend van mijn broer, zet zijn bril af en doet zijn zonnebril op.
"Ben ik voorbereid op de picknick!" Hij knipoogt naar me.
Duidelijk, we houden de picknick. Ik glimlach terug naar Dirk en pak het boterhamzakje met broodjes uit mijn tas.
Het laatste contact is altijd het zwaarste.
Pfft, gelukkig is ze zonder kleerscheuren op vakantie gegaan, haha. Dat haar moeder het niet vreemd vond dat ze plots weg was. En zat haar broer in dezelfde auto... ? Ik mis geloof ik een stukje, hihi. Maar verder vind ik het een leuk vervolg!
Ga zo door!
Ga zo door!
- Never give up on anything, because miracles happen every day -
My head is a jungle...
My head is a jungle...
Bedankt Maaike voor je reactie!
Ja, of de moeder het vreemd vond kan ik natuurlijk niet opschrijven, want de HP heeft haar moeder niet meer gezien, dus weet zij ook niet hoe haar moeder erover dacht!
En haar broer zat niet in dezelfde auto:
"Nou, gelukkig is het toch nog goed gekomen." Daphne glimlacht. "Zullen we dan maar gaan? De anderen zullen wel met de auto van Remco gaan."
Hier is het vervolg:
"He getverdemme!" Ik begin te vloeken tegen een wesp die bij mijn broodje zit en sla om me heen.
"Niet om je heen slaan!" Lorenzo, die de wesp in het vizier heeft, pakt een tijdschrift. "Zo maak je die beesten agressief!"
"Ja, maar ik kan zo toch niet rustig eten?" Ik leg mijn broodje met aardbeienjam aan de kant.
"Ik ben de wespenvanger." Lorenzo glimlacht en volgt het insect met zijn ogen.
"Iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiieh!" Julia geeft een grote gil. "Nu zit -ie bij mijn sinas!"
"Vervloekt rotbeest." Lorenzo zucht geïrriteerd en loopt voorzichtig naar de fles sinas die bij Julia staat. "Wacht maar, ik krijg die lastpost nog wel."
"Néééé, niet doen, gek!" Dirk, die Lorenzo een zwaai naar de wesp ziet maken, probeert hem tegen te houden. "Straks zit hier het hele veld vol wespen, man!"
"Ja, wil je hem dan zomaar ons eten en drinken af laten pakken?" Lorenzo slaat tegen het flesje sinas aan. "Verdomme, mis!"
"Kijk nou toch wat je gedaan hebt, idioot!" Julia begint te hyperventileren terwijl ze naar de sinas kijkt die uit het flesje, het kleedje op stroomt. "Het hele kleedje zit nu onder de sinas!"
"Hou jij nou eens even je kop dicht, Juul!" Lorenzo kijkt Julia boos aan. "Ik probeerde je alleen maar te helpen! En trouwens, je had dat flesje maar dicht moeten maken want je wist dat ik eraan kwam!"
"Nou, geen geruzie nu!" Remco kijkt de twee kwaad aan en gaat tussen ze in staan. "Ophouden, allebei! Help maar mee met dit kleed op te vouwen!"
"Nou, hup!" Lorenzo laat het tijdschrift vallen en pakt het puntje van het kleed vast. "Schiet dan allemaal even op."
"Ja, maar nu zit het vol limo!" Ik zucht diep. "Straks lift er nog een wesp mee in een van onze auto's!"
"Verrek ja!" Lorenzo denkt na en trekt het kleed naar zich toe. Hij propt het op en gooit het in de auto van Daphne. "Zo, hebben wij geen last meer van dat beest! Kom, we gaan!"
"Hallo zeg!" Daphne kijkt Lorenzo boos aan, pakt het kleed uit haar auto en gooit het op de grond. "Dat kleed kwam uit de auto van Remco, dus daar moet het dan ook weer terug in!"
"Ja, mooi is dat!" Remco kijkt kwaad.
"Instappen, jullie!" Daphne kijkt Jelle en mij streng aan. "We gaan verder!"
"Rustig aan, ja?" Jelle, die nog rustig van een broodje salami zit te eten, kijkt Daphne geïrriteerd aan.
"Nou oké, we gaan wel zonder hem." Daphne zucht. "Kom, Maria."
Ja, of de moeder het vreemd vond kan ik natuurlijk niet opschrijven, want de HP heeft haar moeder niet meer gezien, dus weet zij ook niet hoe haar moeder erover dacht!
En haar broer zat niet in dezelfde auto:
"Nou, gelukkig is het toch nog goed gekomen." Daphne glimlacht. "Zullen we dan maar gaan? De anderen zullen wel met de auto van Remco gaan."
Hier is het vervolg:
"He getverdemme!" Ik begin te vloeken tegen een wesp die bij mijn broodje zit en sla om me heen.
"Niet om je heen slaan!" Lorenzo, die de wesp in het vizier heeft, pakt een tijdschrift. "Zo maak je die beesten agressief!"
"Ja, maar ik kan zo toch niet rustig eten?" Ik leg mijn broodje met aardbeienjam aan de kant.
"Ik ben de wespenvanger." Lorenzo glimlacht en volgt het insect met zijn ogen.
"Iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiieh!" Julia geeft een grote gil. "Nu zit -ie bij mijn sinas!"
"Vervloekt rotbeest." Lorenzo zucht geïrriteerd en loopt voorzichtig naar de fles sinas die bij Julia staat. "Wacht maar, ik krijg die lastpost nog wel."
"Néééé, niet doen, gek!" Dirk, die Lorenzo een zwaai naar de wesp ziet maken, probeert hem tegen te houden. "Straks zit hier het hele veld vol wespen, man!"
"Ja, wil je hem dan zomaar ons eten en drinken af laten pakken?" Lorenzo slaat tegen het flesje sinas aan. "Verdomme, mis!"
"Kijk nou toch wat je gedaan hebt, idioot!" Julia begint te hyperventileren terwijl ze naar de sinas kijkt die uit het flesje, het kleedje op stroomt. "Het hele kleedje zit nu onder de sinas!"
"Hou jij nou eens even je kop dicht, Juul!" Lorenzo kijkt Julia boos aan. "Ik probeerde je alleen maar te helpen! En trouwens, je had dat flesje maar dicht moeten maken want je wist dat ik eraan kwam!"
"Nou, geen geruzie nu!" Remco kijkt de twee kwaad aan en gaat tussen ze in staan. "Ophouden, allebei! Help maar mee met dit kleed op te vouwen!"
"Nou, hup!" Lorenzo laat het tijdschrift vallen en pakt het puntje van het kleed vast. "Schiet dan allemaal even op."
"Ja, maar nu zit het vol limo!" Ik zucht diep. "Straks lift er nog een wesp mee in een van onze auto's!"
"Verrek ja!" Lorenzo denkt na en trekt het kleed naar zich toe. Hij propt het op en gooit het in de auto van Daphne. "Zo, hebben wij geen last meer van dat beest! Kom, we gaan!"
"Hallo zeg!" Daphne kijkt Lorenzo boos aan, pakt het kleed uit haar auto en gooit het op de grond. "Dat kleed kwam uit de auto van Remco, dus daar moet het dan ook weer terug in!"
"Ja, mooi is dat!" Remco kijkt kwaad.
"Instappen, jullie!" Daphne kijkt Jelle en mij streng aan. "We gaan verder!"
"Rustig aan, ja?" Jelle, die nog rustig van een broodje salami zit te eten, kijkt Daphne geïrriteerd aan.
"Nou oké, we gaan wel zonder hem." Daphne zucht. "Kom, Maria."
Het laatste contact is altijd het zwaarste.
Maaike, bedankt voor de OV+!
Het vervolg:
"Ja, maar we kunnen hem toch niet achterlaten?" Ik kijk naar Jelle die rustig zijn thermoskan opent en eruit drinkt. "Hadden we allemaal maar een thermoskan moeten nemen!"
"Daar zit koffie in," Daphne zucht diep, "zonder suiker."
"Oh, nou, ik drink geen koffie," ik kijk Daphne vriendelijk aan en loop naar de auto, "hij zal wel zo klaar zijn."
"Vast wel," Daphne tikt ongeduldig met haar vingers tegen het dashboard, "vandaag nog, we moeten verder."
"Ik zit net," Jelle zucht diep en bijt in zijn broodje met leverworst, "waarom doen jullie allemaal zo gestrest, man? Dit is toch een vakantie, geen werk?"
"Verdomme!" Daphne begint te vloeken.
"Rustig nou, jij!" Jelle zucht geïrriteerd.
"Nee, ik had het niet tegen jou," Daphne kijkt Jelle gefrustreerd aan, "ik had het tegen die lege plek waar eerst de auto van Remco stond en waar nu een kleed ligt!"
"Huh? Wat?" Jelle kijkt op.
"Ja, ze zijn weg," Daphne zet haar handen in haar zij, "ze hebben het kleed achtergelaten, allemaal door jouw getreuzel!"
"Nou heb ik het gedaan?" Jelle kijkt Daphne kwaad aan en staat op.
"Geen geruzie," ik kijk de twee streng aan, "laten we het nou gezellig houden!"
"Iiiiiiiiiiiiiiiiieeeeeks!" Daphne begint te gillen als ze een wesp op het kleed af ziet vliegen.
"Watje," Jelle kijkt Daphne spottend aan en pakt het kleed, "ik weet er wel raad mee."
"Wat ga je-" Daphne kijkt naar Jelle die het kleed in zijn handen heeft, "je legt dat ding niet in mijn auto!"
"Relax eens!" Jelle zucht geirriteerd en loopt naar het meertje dat iets verderop ligt. Hij telt tot drie en gooit het kleedje in het water. "Zo, zijn we daar weer van verlost!"
"Waarom deed je dat?" Daphne kijkt Jelle verbaasd aan. "Dat kleedje was van ons!"
"Ja, maar niemand wil het meenemen," Jelle kijkt stellig, "dus dan moet het hier blijven liggen, en omdat het zo warm is krijgt het nog verkoeling van het water!"
Ik giechel om die opmerking.
"Jij bent echt van lotje getikt," Daphne kijkt Jelle spottend aan, "kom nou maar mee, dan gaan we verder."
Jelle stapt met een brede glimlach in de auto.
"Nondepie wat is het warm in deze auto," hij puft, "zet eens een raampje open of een airco aan!"
Het vervolg:
"Ja, maar we kunnen hem toch niet achterlaten?" Ik kijk naar Jelle die rustig zijn thermoskan opent en eruit drinkt. "Hadden we allemaal maar een thermoskan moeten nemen!"
"Daar zit koffie in," Daphne zucht diep, "zonder suiker."
"Oh, nou, ik drink geen koffie," ik kijk Daphne vriendelijk aan en loop naar de auto, "hij zal wel zo klaar zijn."
"Vast wel," Daphne tikt ongeduldig met haar vingers tegen het dashboard, "vandaag nog, we moeten verder."
"Ik zit net," Jelle zucht diep en bijt in zijn broodje met leverworst, "waarom doen jullie allemaal zo gestrest, man? Dit is toch een vakantie, geen werk?"
"Verdomme!" Daphne begint te vloeken.
"Rustig nou, jij!" Jelle zucht geïrriteerd.
"Nee, ik had het niet tegen jou," Daphne kijkt Jelle gefrustreerd aan, "ik had het tegen die lege plek waar eerst de auto van Remco stond en waar nu een kleed ligt!"
"Huh? Wat?" Jelle kijkt op.
"Ja, ze zijn weg," Daphne zet haar handen in haar zij, "ze hebben het kleed achtergelaten, allemaal door jouw getreuzel!"
"Nou heb ik het gedaan?" Jelle kijkt Daphne kwaad aan en staat op.
"Geen geruzie," ik kijk de twee streng aan, "laten we het nou gezellig houden!"
"Iiiiiiiiiiiiiiiiieeeeeks!" Daphne begint te gillen als ze een wesp op het kleed af ziet vliegen.
"Watje," Jelle kijkt Daphne spottend aan en pakt het kleed, "ik weet er wel raad mee."
"Wat ga je-" Daphne kijkt naar Jelle die het kleed in zijn handen heeft, "je legt dat ding niet in mijn auto!"
"Relax eens!" Jelle zucht geirriteerd en loopt naar het meertje dat iets verderop ligt. Hij telt tot drie en gooit het kleedje in het water. "Zo, zijn we daar weer van verlost!"
"Waarom deed je dat?" Daphne kijkt Jelle verbaasd aan. "Dat kleedje was van ons!"
"Ja, maar niemand wil het meenemen," Jelle kijkt stellig, "dus dan moet het hier blijven liggen, en omdat het zo warm is krijgt het nog verkoeling van het water!"
Ik giechel om die opmerking.
"Jij bent echt van lotje getikt," Daphne kijkt Jelle spottend aan, "kom nou maar mee, dan gaan we verder."
Jelle stapt met een brede glimlach in de auto.
"Nondepie wat is het warm in deze auto," hij puft, "zet eens een raampje open of een airco aan!"
Het laatste contact is altijd het zwaarste.
Ik snap eerlijk gezegd niet zo goed, waarom iedereen zo geïrriteerd wordt van een wesp.. =/ Iedereen lijkt ontzettend opgefokt over iets en dat reageren ze op elkaar af. Misschien zijn ze allemaal heel erg toe aan vakantie, in elk geval komen ze nog niet op mij over als een echte vriendenclub die gezellig op vakantie gaat.
Het kan natuurlijk nog komen, als ze op de bestemming aankomen, haha
Ga zo door!
Het kan natuurlijk nog komen, als ze op de bestemming aankomen, haha

- Never give up on anything, because miracles happen every day -
My head is a jungle...
My head is a jungle...
Wie weet Maaike, wie weet...
Hier is het vervolg...
Uren gaan voorbij en de benzine van de auto is bijna op.
"Als iemand toevallig weet waar hier in de buurt een tankstation ligt," Daphne kijkt Jelle en mij aan, "dan mag die het zeggen!"
"Ik zou wel willen-" Jelle kijkt op van zijn sportmagazine, "maar ik heb geen idee waar ik nu ben!"
"Ik evenmin," ik zucht diep en ga verder met de woordzoekers, "herfstvakantie, waar zal dat staan?"
"Herfstvakantie?" Jelle kijkt me raar aan. "In de zomer? Wat voor puzzelboekje heb jij?"
"Een boekje van 2009," ik glimlach en laat het boekje zien, "gisteravond gevonden tussen de studieboeken, grappig, niet?"
"Ja, erg leuk," Jelle grinnikt en leest verder in zijn sportboekje, eigenlijk verlang ik nu toch wel naar de herfst, naar de kleuren van die bladeren in dat jaargetijde, naar het lekkere koelere weer, heerlijk!
"Iemand een ijsje?" Daphne kijkt in de spiegel. "Ik heb marsijsjes bij me, ze liggen in de koelbox!"
"Lekker!" Jelle, die ontwaakt is uit zijn droom over de herfst, zoekt driftig de koelbox en pakt er een ijsje uit.
"Lust ik ook wel!" Ik veeg een druppel zweet van mijn hals en zoek naar de koelbox.
"Geef mij er ook eens een!" Daphne rijdt iets langzamer.
"Yo, komt eraan hoor!" Jelle pakt een ijsje en gooit het richting Daphne. "Vang!"
"Iiiiieh, een muis!" Daphne schrikt zich wezenloos als ze voelt dat er iets op haar broek valt. Geschrokken kijkt ze naar wat er ligt. "Pfff, het ijsje! Wie gooide die?"
"Ik," Jelle haalt het papiertje van het ijsje af, "ik dacht namelijk, dat is wat makkelijker voor jou, omdat je achter het stuur zit, snap je?"
"Ja, dat was nou een heel goed idee!" Ik kijk Jelle spottend aan.
"Het is al goed," Daphne glimlacht naar Jelle en schrikt als ze hem van het ijsje ziet eten, "draai dat raam dicht, man! Straks komt er weer zo'n wesp!"
"Relax!" Jelle draait voorzichtig het raam dicht. "Wat heb je toch tegen die beesten?"
"Een allergie." Daphne draait haar raam dicht en eet van haar ijsje.
"Oh." Jelle knikt. Kun je beter een latexallergie hebben, zoals ik.

Hier is het vervolg...
Uren gaan voorbij en de benzine van de auto is bijna op.
"Als iemand toevallig weet waar hier in de buurt een tankstation ligt," Daphne kijkt Jelle en mij aan, "dan mag die het zeggen!"
"Ik zou wel willen-" Jelle kijkt op van zijn sportmagazine, "maar ik heb geen idee waar ik nu ben!"
"Ik evenmin," ik zucht diep en ga verder met de woordzoekers, "herfstvakantie, waar zal dat staan?"
"Herfstvakantie?" Jelle kijkt me raar aan. "In de zomer? Wat voor puzzelboekje heb jij?"
"Een boekje van 2009," ik glimlach en laat het boekje zien, "gisteravond gevonden tussen de studieboeken, grappig, niet?"
"Ja, erg leuk," Jelle grinnikt en leest verder in zijn sportboekje, eigenlijk verlang ik nu toch wel naar de herfst, naar de kleuren van die bladeren in dat jaargetijde, naar het lekkere koelere weer, heerlijk!
"Iemand een ijsje?" Daphne kijkt in de spiegel. "Ik heb marsijsjes bij me, ze liggen in de koelbox!"
"Lekker!" Jelle, die ontwaakt is uit zijn droom over de herfst, zoekt driftig de koelbox en pakt er een ijsje uit.
"Lust ik ook wel!" Ik veeg een druppel zweet van mijn hals en zoek naar de koelbox.
"Geef mij er ook eens een!" Daphne rijdt iets langzamer.
"Yo, komt eraan hoor!" Jelle pakt een ijsje en gooit het richting Daphne. "Vang!"
"Iiiiieh, een muis!" Daphne schrikt zich wezenloos als ze voelt dat er iets op haar broek valt. Geschrokken kijkt ze naar wat er ligt. "Pfff, het ijsje! Wie gooide die?"
"Ik," Jelle haalt het papiertje van het ijsje af, "ik dacht namelijk, dat is wat makkelijker voor jou, omdat je achter het stuur zit, snap je?"
"Ja, dat was nou een heel goed idee!" Ik kijk Jelle spottend aan.
"Het is al goed," Daphne glimlacht naar Jelle en schrikt als ze hem van het ijsje ziet eten, "draai dat raam dicht, man! Straks komt er weer zo'n wesp!"
"Relax!" Jelle draait voorzichtig het raam dicht. "Wat heb je toch tegen die beesten?"
"Een allergie." Daphne draait haar raam dicht en eet van haar ijsje.
"Oh." Jelle knikt. Kun je beter een latexallergie hebben, zoals ik.
Maaike, bedankt!
Het vervolg:
"Nu moet er toch echt bijna een tankstation komen, jongens," Daphne kijkt op de meter, "zo veel benzine zit er niet meer in deze auto!"
"Als iemand me kan vertellen waar ik ben?" Jelle kijkt rond.
"Waarom moeten we weten waar we zijn?" Ik kijk Jelle verbaasd aan. "Zolang we maar niet op de autosnelweg zijn is het goed!"
"Daarom juist," Jelle zucht, "of dacht je dat die tankstations naar ons toe komen rennen?"
"Ik dacht dat je bedoelde in welke plaats dat we zijn," ik klik met mijn pen, "dat kan ik je ook niet vertellen!"
"We zitten nu ergens in Duitsland," Daphne kijkt op de wegenkaart, "over een half uur zouden we, als we een volle tank zouden hebben, bij het Zwarte Woud aankomen!"
"Misschien kunnen we wel een voorbijganger vragen!" Jelle kijkt uit het raam. "Als we op die parkeerplaats daar in het hoekje gaan staan, er is altijd wel iemand die daar ook gaat parkeren!"
"Het idee is goed," Daphne knikt, "maar als ik de motor afzet en dan weer aan, dan kost dat weer een beetje extra benzine!"
"Dan laat je de motor draaien." Jelle bladert weer in zijn sportmagazine.
"Maar stel dat er niemand komt?" Daphne zucht diep. "Dit is tevens een doorgaande weg, dus de kans is nihil dat mensen hier stoppen."
"Dan maar uren rondjes rijden op zoek naar een tankstation," Jelle haalt zijn schouders op, "of onderweg stil blijven staan, het is niet mijn auto."
"Nou, Maria," Daphne kijkt me twijfelachtig aan, "zullen we de gok maar wagen?"

Het vervolg:
"Nu moet er toch echt bijna een tankstation komen, jongens," Daphne kijkt op de meter, "zo veel benzine zit er niet meer in deze auto!"
"Als iemand me kan vertellen waar ik ben?" Jelle kijkt rond.
"Waarom moeten we weten waar we zijn?" Ik kijk Jelle verbaasd aan. "Zolang we maar niet op de autosnelweg zijn is het goed!"
"Daarom juist," Jelle zucht, "of dacht je dat die tankstations naar ons toe komen rennen?"
"Ik dacht dat je bedoelde in welke plaats dat we zijn," ik klik met mijn pen, "dat kan ik je ook niet vertellen!"
"We zitten nu ergens in Duitsland," Daphne kijkt op de wegenkaart, "over een half uur zouden we, als we een volle tank zouden hebben, bij het Zwarte Woud aankomen!"
"Misschien kunnen we wel een voorbijganger vragen!" Jelle kijkt uit het raam. "Als we op die parkeerplaats daar in het hoekje gaan staan, er is altijd wel iemand die daar ook gaat parkeren!"
"Het idee is goed," Daphne knikt, "maar als ik de motor afzet en dan weer aan, dan kost dat weer een beetje extra benzine!"
"Dan laat je de motor draaien." Jelle bladert weer in zijn sportmagazine.
"Maar stel dat er niemand komt?" Daphne zucht diep. "Dit is tevens een doorgaande weg, dus de kans is nihil dat mensen hier stoppen."
"Dan maar uren rondjes rijden op zoek naar een tankstation," Jelle haalt zijn schouders op, "of onderweg stil blijven staan, het is niet mijn auto."
"Nou, Maria," Daphne kijkt me twijfelachtig aan, "zullen we de gok maar wagen?"
Laatst gewijzigd door Blieje op 19 sep 2013 19:45, 1 keer totaal gewijzigd.
Hm, geen wegenkaarten bij de hand? Das dapper
Waar is eigenlijk die andere auto met vriendjes, zijn die niet op te bellen of zij onderweg al een pomp zijn tegengekomen?
Tevens denk ik dat ze wel stil komen te staan, meestal staan die pomps bij de autoweg haha. Dat zal een mooi avontuur worden ^_^
Ga zo door!


Ga zo door!
- Never give up on anything, because miracles happen every day -
My head is a jungle...
My head is a jungle...
Bedankt, dames!
Maaike, ze hebben wel een wegenkaart, Daphne zei immers dat ze al in Duitsland zaten en een half uur later in het Zwarte Woud aankomen. Dat zal ik zo nog even bewerken, had ik er inderdaad bij moeten zetten.
Yvorygirl, grappig dat je dat aan een verhaal van jou doet denken, ben daar benieuwd naar!
Het vervolg dan:
"Mij lijkt het niet verstandig," ik schud mijn hoofd, "stel dat er niemand komt."
"Moeten we de anderen niet even bellen dan?" Jelle kijkt op.
"Nou bel jij Joris dan even op," Daphne kijkt naar Jelle, "jij hebt immers zijn telefoonnummer."
"Wat verwacht je?" Jelle grinnikt. "Een wonder?"
"Je weet maar nooit," Daphne glimlacht terug, "misschien zijn zij al een stuk verder en hebben zij onderweg wel een tankstation gezien."
"Nou, dan bel ik wel even!" Jelle knikt en toetst het nummer in. Na een gesprekje van 5 minuten verbreekt hij de verbinding.
"En?" Daphne kijkt Jelle nieuwsgierig aan.
"Ze zijn al daar," Jelle bergt zijn telefoon op, "en ze hebben geen tankstation gezien!"
Grrr, die Joris ook, ik zucht gefrustreerd, die heeft ook altijd geluk!
"Dus langs de weg parkeren dan maar?" Daphne kijkt ons aan.
"Dat lijkt mij een geweldig idee!" Jelle knipoogt naar Daphne.
"Dan doe maar," ik kijk uit het raam, "hopelijk staan we hier dan niet tot morgenvroeg!"
Daphne rijdt de parkeerplaats op en zet de auto stil. Ze stapt uit en gaat tegen de auto aan staan.
"Wie kan er Duits praten trouwens?" Ze kijkt ons beiden aan.
"Ik denk ik." Jelle knikt en ziet verderop een ouder echtpaar op een bankje zitten. "Ik ga wel even!"
Daphne en ik lopen mee. Jelle glimlacht vriendelijk naar het ouder echtpaar.
"Können Sie Deutsch verstehen?" Hij kijkt beide personen liefjes aan. "Wir haben eine Frage!"
"Wir sprechen Deutsch!" De oude man glimlacht vriendelijk. "Was ist los?"
"Wir suchen ein dinges," Jelle denkt na, "een Bahnhof!"
"Ein Bahnhof?" De oude man schiet in de lach. "Was machen Sie hier denn?"
"Ja, weiss ich was ein tankstation in het Deutsch ist!" Jelle houdt zijn handen in de lucht en kijkt Daphne en mij aan. "Weet iemand van jullie dat misschien?"
"Nee, ik weet het niet," Daphne haalt haar schouders op en probeert Jelle te helpen. "Wir stehen hier mit unseren Automobil, und die Benzine ist eh, kaputt."
"Was?" De oude vrouw begint mee te lachen.
"Laat maar, dit wordt niks," ik zucht diep, "het enige dat we nog kunnen doen is vragen of-"
"Wacht even," Jelle kijkt naar het oudere echtpaar en ziet dat ze aan het overleggen zijn, "misschien hebben ze ons wel begrepen!"
"Dat lijkt me sterk," Daphne schudt haar hoofd, "weet je hoe mislukt Duits we net hebben staan praten?"
"Warte bitte," de oude man kijkt ons alle drie aan, "suchen sie vielleicht eine Tankstelle?"
"Een was?" Daphne kijkt de oudere man strak aan.
"Sie suchen eine Tankstelle," de oudere man glimlacht, "aber sie möchten das hier in der Nähe nicht finden!"
"Ja, bedankt." Jelle loopt weg. "Er is geen tankstation in de buurt."
"Nou, dat hebben wij weer," Daphne zucht, "zitten we hier voorgoed vast zeker."
"Ik heb nog een optie," ik glimlach, "en als dat niet helpt, houdt het op!"
"Ja, wat dan?" Daphne lacht spottend. "Zeker de ANWB bellen en handenvol geld betalen, niets ervan!"
"Nee, niet de ANWB." Ik knipoog.
"Wat dan?" Jelle kijkt me verbaasd aan.
Maaike, ze hebben wel een wegenkaart, Daphne zei immers dat ze al in Duitsland zaten en een half uur later in het Zwarte Woud aankomen. Dat zal ik zo nog even bewerken, had ik er inderdaad bij moeten zetten.
Yvorygirl, grappig dat je dat aan een verhaal van jou doet denken, ben daar benieuwd naar!
Het vervolg dan:
"Mij lijkt het niet verstandig," ik schud mijn hoofd, "stel dat er niemand komt."
"Moeten we de anderen niet even bellen dan?" Jelle kijkt op.
"Nou bel jij Joris dan even op," Daphne kijkt naar Jelle, "jij hebt immers zijn telefoonnummer."
"Wat verwacht je?" Jelle grinnikt. "Een wonder?"
"Je weet maar nooit," Daphne glimlacht terug, "misschien zijn zij al een stuk verder en hebben zij onderweg wel een tankstation gezien."
"Nou, dan bel ik wel even!" Jelle knikt en toetst het nummer in. Na een gesprekje van 5 minuten verbreekt hij de verbinding.
"En?" Daphne kijkt Jelle nieuwsgierig aan.
"Ze zijn al daar," Jelle bergt zijn telefoon op, "en ze hebben geen tankstation gezien!"
Grrr, die Joris ook, ik zucht gefrustreerd, die heeft ook altijd geluk!
"Dus langs de weg parkeren dan maar?" Daphne kijkt ons aan.
"Dat lijkt mij een geweldig idee!" Jelle knipoogt naar Daphne.
"Dan doe maar," ik kijk uit het raam, "hopelijk staan we hier dan niet tot morgenvroeg!"
Daphne rijdt de parkeerplaats op en zet de auto stil. Ze stapt uit en gaat tegen de auto aan staan.
"Wie kan er Duits praten trouwens?" Ze kijkt ons beiden aan.
"Ik denk ik." Jelle knikt en ziet verderop een ouder echtpaar op een bankje zitten. "Ik ga wel even!"
Daphne en ik lopen mee. Jelle glimlacht vriendelijk naar het ouder echtpaar.
"Können Sie Deutsch verstehen?" Hij kijkt beide personen liefjes aan. "Wir haben eine Frage!"
"Wir sprechen Deutsch!" De oude man glimlacht vriendelijk. "Was ist los?"
"Wir suchen ein dinges," Jelle denkt na, "een Bahnhof!"
"Ein Bahnhof?" De oude man schiet in de lach. "Was machen Sie hier denn?"
"Ja, weiss ich was ein tankstation in het Deutsch ist!" Jelle houdt zijn handen in de lucht en kijkt Daphne en mij aan. "Weet iemand van jullie dat misschien?"
"Nee, ik weet het niet," Daphne haalt haar schouders op en probeert Jelle te helpen. "Wir stehen hier mit unseren Automobil, und die Benzine ist eh, kaputt."
"Was?" De oude vrouw begint mee te lachen.
"Laat maar, dit wordt niks," ik zucht diep, "het enige dat we nog kunnen doen is vragen of-"
"Wacht even," Jelle kijkt naar het oudere echtpaar en ziet dat ze aan het overleggen zijn, "misschien hebben ze ons wel begrepen!"
"Dat lijkt me sterk," Daphne schudt haar hoofd, "weet je hoe mislukt Duits we net hebben staan praten?"
"Warte bitte," de oude man kijkt ons alle drie aan, "suchen sie vielleicht eine Tankstelle?"
"Een was?" Daphne kijkt de oudere man strak aan.
"Sie suchen eine Tankstelle," de oudere man glimlacht, "aber sie möchten das hier in der Nähe nicht finden!"
"Ja, bedankt." Jelle loopt weg. "Er is geen tankstation in de buurt."
"Nou, dat hebben wij weer," Daphne zucht, "zitten we hier voorgoed vast zeker."
"Ik heb nog een optie," ik glimlach, "en als dat niet helpt, houdt het op!"
"Ja, wat dan?" Daphne lacht spottend. "Zeker de ANWB bellen en handenvol geld betalen, niets ervan!"
"Nee, niet de ANWB." Ik knipoog.
"Wat dan?" Jelle kijkt me verbaasd aan.
Dank je wel, Maaike!
Hier is het vervolg:
"Ik bel de anderen!" Ik kijk Jelle vrolijk aan.
"Waarom dat?" Daphne kijkt verrast.
"Dat zij ons kunnen helpen," ik knik en toets het nummer van Joris in, "dat Remco met de auto hierheen komt en dan kunnen wij met hem mee!"
"En mijn auto dan?" Daphne kijkt me strak aan. "Laten we die hier maar gewoon staan met het risico dat hij gestolen wordt?"
"Oh, verdomme." Ik zucht. "Nieuw plan."
"Denken jullie maar na," Jelle loopt terug naar de auto, "ik pak me even een John West!"
"Een wat?" Daphne kijkt Jelle vreemd aan.
"Ik heb honger!" Jelle stapt in de auto, graait in zijn tas en haalt er een blikje makreelfilet uit. "Lekker makreelfilets in gekruide tomatensaus!"
"Lekker!" Daphne begint te stralen. "Heb je ook wat voor mij?"
"Ik heb heel veel blikjes meegenomen!" Jelle glimlacht en graait weer in zijn tas. "Van elke smaak en vissoort een!"
"Welke heb je nog over?" Daphne wrijft in haar handen.
"Eh, zalm, tonijn, sardines, ansjovis en dus die makreel," Jelle pakt een zak met plastic bestek, opent hem en pakt er een vork uit, "die zitten in olijfolie, zonnebloemolie, die zalm is met citroen, er is nog een vissoort met knoflook & kruiden en naturel! Keus zat dus!"
"Zalm met citroen lijkt me lekker," Daphne glimlacht, "kun je me die eruit halen?"
"Moet ik even zoeken," Jelle voelt in zijn tas, "het is een plastic bakje gelukkig, dus die heb ik zo-"
"Hallo!" ik word boos. "Blijven we hier nou de hele dag staan of bedenken we nog een plan?"
"Ja sorry Maria," Jelle kijkt me strak aan, "ik kan niet goed denken met een halfvolle maag!"
"We pauzeren even, Maria," Daphne wenkt me, "neem ook even lekker een blikje vis!"
"Een stel mooie zijn jullie," ik kijk de twee kwaad aan, "ik doe het wel alleen!"
Hier is het vervolg:
"Ik bel de anderen!" Ik kijk Jelle vrolijk aan.
"Waarom dat?" Daphne kijkt verrast.
"Dat zij ons kunnen helpen," ik knik en toets het nummer van Joris in, "dat Remco met de auto hierheen komt en dan kunnen wij met hem mee!"
"En mijn auto dan?" Daphne kijkt me strak aan. "Laten we die hier maar gewoon staan met het risico dat hij gestolen wordt?"
"Oh, verdomme." Ik zucht. "Nieuw plan."
"Denken jullie maar na," Jelle loopt terug naar de auto, "ik pak me even een John West!"
"Een wat?" Daphne kijkt Jelle vreemd aan.
"Ik heb honger!" Jelle stapt in de auto, graait in zijn tas en haalt er een blikje makreelfilet uit. "Lekker makreelfilets in gekruide tomatensaus!"
"Lekker!" Daphne begint te stralen. "Heb je ook wat voor mij?"
"Ik heb heel veel blikjes meegenomen!" Jelle glimlacht en graait weer in zijn tas. "Van elke smaak en vissoort een!"
"Welke heb je nog over?" Daphne wrijft in haar handen.
"Eh, zalm, tonijn, sardines, ansjovis en dus die makreel," Jelle pakt een zak met plastic bestek, opent hem en pakt er een vork uit, "die zitten in olijfolie, zonnebloemolie, die zalm is met citroen, er is nog een vissoort met knoflook & kruiden en naturel! Keus zat dus!"
"Zalm met citroen lijkt me lekker," Daphne glimlacht, "kun je me die eruit halen?"
"Moet ik even zoeken," Jelle voelt in zijn tas, "het is een plastic bakje gelukkig, dus die heb ik zo-"
"Hallo!" ik word boos. "Blijven we hier nou de hele dag staan of bedenken we nog een plan?"
"Ja sorry Maria," Jelle kijkt me strak aan, "ik kan niet goed denken met een halfvolle maag!"
"We pauzeren even, Maria," Daphne wenkt me, "neem ook even lekker een blikje vis!"
"Een stel mooie zijn jullie," ik kijk de twee kwaad aan, "ik doe het wel alleen!"
Jeetje, opvliegend kind! Het is vakantie hoor xD Rustig blijven adem halen en genieten van het weer en het uitzicht, haha. Dat stel vrienden komt straks nog gestrester terug dan ze gingen 
Ga zo door!

Ga zo door!
- Never give up on anything, because miracles happen every day -
My head is a jungle...
My head is a jungle...
Hahaha, dank je, Maaike!
Hier is een vervolg:
Er moet hier toch ergens het nummer van de ANWB staan- ik kijk rond.
Op het moment dat ik rondkijk, op zoek naar een telefoonnummer van de wegenhulp, gaat mijn telefoon. Ik neem op.
"Met Maria," ik leun tegen de auto, "Joris, zeg het eens."
Ik voel dat Daphne en Jelle me nieuwsgierig aankijken. Aandachtig luister ik naar wat mijn broer te zeggen heeft. Na het gesprek verbreek ik de verbinding en klap ik in mijn handen.
"En???" Daphne en Jelle stappen uit de auto.
"Nou, ik heb ze dus verteld dat we nu echt in de problemen zitten," ik knik, "Lorenzo, Dirk en Remco gaan nu naar de dichtstbijzijnde garage en proberen daar iets te regelen om ons te helpen!"
"Jes!" Jelle springt een gat in de lucht. "Ik wist wel dat er een oplossing zou komen, nou, Maria, neem een blik vis en ga lekker zitten!"
"Lekker!" Ik jubel en ga naast Daphne op de achterbank zitten. "Doe mij maar een blikje tonijn met olijfolie!"
Drie kwartier, veertien blikjes tonijn en zes flesjes drinken later arriveert de auto van Remco op de parkeerplaats.
"Hebben jullie panne?" hij lacht.
"Nee, de auto is prima in orde," Jelle stapt uit en kijkt in de auto van Remco naar accessoires die hij van de garage heeft geleend, "nou, een touw om te beginnen denk ik?"
"Laat mij maar," Lorenzo stapt uit de auto, "ik ben monteur geweest."
"Oh?" Jelle lacht verrast. "Lang?"
"Nee, vijf minuutjes," Lorenzo grinnikt, "ik was nog klein en ik wilde mijn vader helpen, alleen ging het helaas niet van een leien dakje."
"Wat is er dan gebeurd?" Jelle leunt tegen de auto.
"Nou, ik speelde hamertje tik," Lorenzo lacht, "maar ik sloeg met dat hamertje tegen de motorkap op, en daar was pa niet zo gelukkig mee!"
"Oh," Jelle lacht hard, "dan doe ik het wel."
"Nee, ik doe het, ik ben nu toch geen kind meer?" Lorenzo zoekt naar het touw in de kofferbak, maar het ligt er niet. "Hebben we geen touw?"
"Ja, dat heeft Dirk al." Julia, die toch wel nieuwsgierig is geworden, stapt uit de auto.
Hier is een vervolg:
Er moet hier toch ergens het nummer van de ANWB staan- ik kijk rond.
Op het moment dat ik rondkijk, op zoek naar een telefoonnummer van de wegenhulp, gaat mijn telefoon. Ik neem op.
"Met Maria," ik leun tegen de auto, "Joris, zeg het eens."
Ik voel dat Daphne en Jelle me nieuwsgierig aankijken. Aandachtig luister ik naar wat mijn broer te zeggen heeft. Na het gesprek verbreek ik de verbinding en klap ik in mijn handen.
"En???" Daphne en Jelle stappen uit de auto.
"Nou, ik heb ze dus verteld dat we nu echt in de problemen zitten," ik knik, "Lorenzo, Dirk en Remco gaan nu naar de dichtstbijzijnde garage en proberen daar iets te regelen om ons te helpen!"
"Jes!" Jelle springt een gat in de lucht. "Ik wist wel dat er een oplossing zou komen, nou, Maria, neem een blik vis en ga lekker zitten!"
"Lekker!" Ik jubel en ga naast Daphne op de achterbank zitten. "Doe mij maar een blikje tonijn met olijfolie!"
Drie kwartier, veertien blikjes tonijn en zes flesjes drinken later arriveert de auto van Remco op de parkeerplaats.
"Hebben jullie panne?" hij lacht.
"Nee, de auto is prima in orde," Jelle stapt uit en kijkt in de auto van Remco naar accessoires die hij van de garage heeft geleend, "nou, een touw om te beginnen denk ik?"
"Laat mij maar," Lorenzo stapt uit de auto, "ik ben monteur geweest."
"Oh?" Jelle lacht verrast. "Lang?"
"Nee, vijf minuutjes," Lorenzo grinnikt, "ik was nog klein en ik wilde mijn vader helpen, alleen ging het helaas niet van een leien dakje."
"Wat is er dan gebeurd?" Jelle leunt tegen de auto.
"Nou, ik speelde hamertje tik," Lorenzo lacht, "maar ik sloeg met dat hamertje tegen de motorkap op, en daar was pa niet zo gelukkig mee!"
"Oh," Jelle lacht hard, "dan doe ik het wel."
"Nee, ik doe het, ik ben nu toch geen kind meer?" Lorenzo zoekt naar het touw in de kofferbak, maar het ligt er niet. "Hebben we geen touw?"
"Ja, dat heeft Dirk al." Julia, die toch wel nieuwsgierig is geworden, stapt uit de auto.
Pfew ze hebben eindelijk door dat de situatie toch niet zo heel erg is
Haha, gelukkig is er hulp. Ben benieuwd of dat van een leiendakje gaat.
Ga zo door!

Ga zo door!
- Never give up on anything, because miracles happen every day -
My head is a jungle...
My head is a jungle...
Bedankt Maaike! Het heeft even geduurd maar hier is een vervolg:
"Lukt het?" Lorenzo kijkt naar Dirk die het touw heeft vastgeknoopt aan de voorkant van Daphne's auto.
"Ja hoor," Dirk wrijft trots in zijn handen en loopt naar de achterkant van Remco's auto om het touw ook daaraan vast te maken, "nog even en dan kunnen we!"
"Gelukkig," ik wrijf in mijn handen en ga alvast in de auto van Daphne zitten, "ik hoop dat dat touw sterk genoeg is."
"Maak je niet druk," Jelle, die naast me zit, kijkt me geruststellend aan, "die jongens weten wel wat ze doen."
"Nou, ik start dus de motor?" Daphne knikt.
"Ja, maar je hoeft dus niet te hard te rijden," Lorenzo knipoogt, "dat doet Remco wel."
"Slim van jullie!" Daphne legt haar handen op het stuur. "Weer wat geleerd!"
Lorenzo knikt en loopt met de anderen naar de auto. Remco en Daphne starten de motor en zo gaan ze op weg naar het vakantiehuisje. Het gaat goed. Dirk moet lachen om de mensen die hen raar aankijken.
"Ja, wij hebben lekker twee auto's, tegelijk op de weg!" Dirk trekt een gek gezicht naar een jonge vrouw die hen als een botsauto aankijkt.
Een half uur later zijn de zeven vrienden in het vakantiehuisje gearriveerd. Joris is als enige daar gebleven en is begonnen met het zetten van thee en koffie.
"Meegenomen van thuis?" Jelle kijkt naar de thee en de koffie die op het aanrecht staan.
"Natuurlijk," Joris knikt, "mam had ze nog over, dus mocht ik ze meenemen!"
Dat had ik ook wel kunnen denken, ik zucht diep en zoek tussen de theesoorten een smaakje uit, oh, ze heeft er toch bosbessenthee bij gedaan, dat had ik nou even niet verwacht.
"Zoek je de bosbessenthee, Maria?" Joris kijkt naar me. "Die zit erbij, die heb ik nog speciaal voor je uit het keukenkastje gehaald!"
"Oh." Ik word stil.
"Lukt het?" Lorenzo kijkt naar Dirk die het touw heeft vastgeknoopt aan de voorkant van Daphne's auto.
"Ja hoor," Dirk wrijft trots in zijn handen en loopt naar de achterkant van Remco's auto om het touw ook daaraan vast te maken, "nog even en dan kunnen we!"
"Gelukkig," ik wrijf in mijn handen en ga alvast in de auto van Daphne zitten, "ik hoop dat dat touw sterk genoeg is."
"Maak je niet druk," Jelle, die naast me zit, kijkt me geruststellend aan, "die jongens weten wel wat ze doen."
"Nou, ik start dus de motor?" Daphne knikt.
"Ja, maar je hoeft dus niet te hard te rijden," Lorenzo knipoogt, "dat doet Remco wel."
"Slim van jullie!" Daphne legt haar handen op het stuur. "Weer wat geleerd!"
Lorenzo knikt en loopt met de anderen naar de auto. Remco en Daphne starten de motor en zo gaan ze op weg naar het vakantiehuisje. Het gaat goed. Dirk moet lachen om de mensen die hen raar aankijken.
"Ja, wij hebben lekker twee auto's, tegelijk op de weg!" Dirk trekt een gek gezicht naar een jonge vrouw die hen als een botsauto aankijkt.
Een half uur later zijn de zeven vrienden in het vakantiehuisje gearriveerd. Joris is als enige daar gebleven en is begonnen met het zetten van thee en koffie.
"Meegenomen van thuis?" Jelle kijkt naar de thee en de koffie die op het aanrecht staan.
"Natuurlijk," Joris knikt, "mam had ze nog over, dus mocht ik ze meenemen!"
Dat had ik ook wel kunnen denken, ik zucht diep en zoek tussen de theesoorten een smaakje uit, oh, ze heeft er toch bosbessenthee bij gedaan, dat had ik nou even niet verwacht.
"Zoek je de bosbessenthee, Maria?" Joris kijkt naar me. "Die zit erbij, die heb ik nog speciaal voor je uit het keukenkastje gehaald!"
"Oh." Ik word stil.
Aw die Joris is lief!
Ga zo door!

Eh, hoe moet ik deze gezichtsuitdrukking voor me zien? :pDirk trekt een gek gezicht naar een jonge vrouw die hen als een botsauto aankijkt.
Ga zo door!
- Never give up on anything, because miracles happen every day -
My head is a jungle...
My head is a jungle...