
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~
Geschrokken open ik mijn ogen en knipper een paar keer vooraleer ze gewend zijn aan het schemerige licht van de donkere kamer. 'Waar ben ik?' is de eerste vraag die in mij opkomt. Daarna komen 'Waarom ben ik hier?' en 'Hoe ben ik hier terechtgekomen?'. Ik herinner me niets meer. Het is alsof er ineens een zwart gat in mijn hersenen zit, waar alles in verdwijnt. Stilletjes aan begin ik te begrijpen dat ik hier niet hoor te zijn, en dat ik moet zien te ontsnappen. Ik moet hier weg!
Ik probeer recht te staan van het bed. Niets. Ik kan me niet bewegen! Ben ik verlamd? Waarschijnlijk niet, want waarom voel ik anders die tinteling over mijn lichaam? Het voelt alsof er miljoenen beestjes over me heen kruipen.
Het enige wat ik kan doen is mijn ogen bewegen, knipperen en ademen. En toch moet ik hier weg zien te geraken, want iets aan deze kamer jaagt me de stuipen op het lijf, maar ik kan niet benoemen wat...
Mijn blik glijdt over de kamer. Ik zie dat ik op een bed zit in de hoek van de kamer zit, met mijn rug tegen een muur. Voor mij staat een versleten, oude tafel met allemaal oude perkamentrollen op.
Op alle muren staan rare tekens die ik niet direct kan thuisbrengen. Een redelijk grote boekenkast heeft de muur tegenover mijn bed veroverd. De boeken zijn versleten, oud en bijna helemaal kapot.
Overal in de kamer, zelfs op het hemelbed waar ik op zit, ligt een dikke laag stof.
Weer heb ik het gevoel dat er iets niet klopt. Ligt het aan de spiegel in een hoek? Of gaat het over het feit dat er geen ramen zijn in de kamer, en dat er toch licht is?