Het waren de kleine dingen, waar ze het meest van hield. De details, de oneffenheden van haar bestaan. De witte plekken die ze had vanwege de vitiligo, de groene ogen met de bruine vlek naast haar pupil. Ze genoot van de gebreken, de littekens en de striae op haar lichaam. Het waren de golven op haar canvas, zei ze altijd. De golven gaven haar karakter, ze herinnerden haar aan wie ze was.
Ze hield ervan om in de spiegel te kijken naar haarzelf, om opnieuw te ontdekken waar haar gebreken waren. Soms ontdekte ze nieuwe witte plekken op haar bronze huid, dan keek ze ernaar. Bewonderde de plek waar haar pigment was verdwenen.
Haar lichaam was een kunstwerk, gemaakt door God. Ontworpen en uitgevoerd door de hogere macht van de wereld, degene die ervoor zorgde dat ze uniek was. Anders dan de mensen om haar heen. Ze werd herkend, ze was speciaal. Ze had geen blond haar en blauwe ogen, ze had geen steile haren en geen lichaam zonder vormen. Ze was anders.
Op school zagen mensen haar als het meisje met de rare huid. Het meisje met de aparte ogen, degene met de krullenbol op haar hoofd. Het meisje met het accent als ze praatte.
Er was nauwelijks iemand die haar kende, persoonlijk. Ze vonden het leuker om over haar te praten, haar uit te lachen omdat ze er niet uitzag zoals zij. Wat ze over het hoofd zagen was dat ze prachtig was.
Haar moeder vertelde haar iedere ochtend dat ze prachtig was, dat de mensen bij haar op school niks gewend waren.
Het was de nachtmerrie van haar moeder geweest toen ze van Curaçao naar Nederland ging om bij haar Nederlandse liefde te gaan wonen in Breda, het Ginneken. De buurt van rijkeluiskinderen en snobs. De buurt waar mensen liever een nieuwe Audi of Mercedes kochten dan dat ze iets leuks met de familie gingen doen. De mensen die elk weekend naar hun zeilboot gingen om even rond te varen.
Men zag haar als het arme vrouwtje van Nelson van Dammen. De golddigger, werd ze ook wel genoemd.
Zij wist precies hoe het voelde om niet te worden geaccepteerd door de omgeving. Daarom probeerde ze haar dochter bij te brengen om voor zichzelf op te komen, zich niet al te druk te maken over wat de mensen om haar heen van haar dachten.
Alyssandra
Alyssandra was bezig met zichzelf klaarmaken voor school, ze trok een witte broek aan met gaten aan de voorkant en een zwarte crop top. Ze wilde genieten van de zomer, ze wilde haar strak getrainde buik laten zien en trots zijn op de pigmentloze plekken op haar zij, waar ze in de toekomst een tatoeage wilde laten zetten. Ze had haar lange bruine krullen gewassen en behandeld met Dark and Lovely, speciaal voor meisjes met krullen waardoor haar krullen er nog beter uitzagen. Haar ogen had ze opgemaakt met eyeliner en mascara en ze had haar perfect geëpileerde wenkbrauwen bewerkt met een beetje wenkbrauwpotlood.
Op de matzwarte Vespa die ze van haar vader had gekregen, nadat ze haar scooterrijbewijs had gehaald, reed ze naar school toe. Ze had haar grijs met zwarte Jordans aangedaan en had zin om op school te zijn. Ze wilde haar klasgenoten laten zien dat ze wel mooi was, dat men haar aardig kon vinden omdat ze ook maar een mens was. Ze reed langs de Ginnekenweg, via een zijstraat langs het OLV, een andere zijstraat in en eindigde bij het MAVO-gebouw van de Nassau, waar ze in de vierde klas zat.
Ze zette haar scooter neer aan de linkerkant van het schoolplein, zette een extra slot om het voorwiel en liep de school binnen. Ze propte haar helm in haar kluisje, omdat ze wist dat haar klasgenoten het weleens leuk vonden om haar helm te verpesten met watervaste stiften die ze hadden meegenomen uit het klaslokaal. Uit haar kluisje haalde ze een paar schoolboeken, stopte die in haar zwarte tas en liep naar de aula, waar ze Alexa Gorrense - een arrogant blond meisje met mooie blauwe ogen en imitatie merk kleren en tassen - en Rima Ata Ché - een half Marokkaans en half Frans meisje met de mooiste lange krullen die Alyssandra ooit had gezien - aan een tafel zag zitten. Ze staarden naar haar, zeiden iets tegen elkaar en begonnen hard en overdreven te lachen. Ze hadden het over haar outfit, wist ze. Ze kon het aanvoelen.
Eenzaam ging ze aan een tafel zitten. Ze zette haar tas neer en keek op haar iPhone 5s. Ze zocht naar een reden om niet om zich heen te hoeven kijken, maar er was niemand die haar nodig had, die haar een app stuurde. En ze had geen zin om weer haar moeder een bericht te sturen, omdat ze zich alleen voelde, alsof ze niet op haar plek was bij de mensen om haar heen, maar dat maakte haar alleen maar verdrietiger. Dan was zij weer het meisje dat alleen haar moeder had om mee te praten.
De eerste bel ging, het was tien voor half negen. Ze had les in lokaal 213, waar ze Frans kreeg van haar mentor, meneer Conrads. Ze liep naar het lokaal toe, werd bijna van de trap geduwd door Alexa en eindigde voor de gesloten deur van het lokaal.
Even later kwam meneer Conrads aanlopen met een meisje - ze was klein, getint en had lange zeemeerminnenharen: aan de bovenkant was het donkerblauw, wat steeds lichter werd. Ze had het lichaam van Rihanna en de uitstraling en houding van Nicki Minaj.
Conrads maakte het klaslokaal open en liet zijn leerlingen binnen.
Alyssandra was op haar plek gaan zitten, rechts achterin. Ze legde haar boeken op haar tafel en keek voor zich uit.
"Dit, jongens, is jullie nieuwe klasgenoot," Conrads stond samen met het meisje voorin de klas. "Stel jezelf maar eens voor."
Het meisje keek neerbuigend om zich heen, leunde op haar rechterbeen waardoor haar bil duidelijker te zien was en zette haar hand in haar zij.
"Ik ben Anabella Zimmerman," ze glimlachte vals. "Ik ben zestien jaar oud en ben hier net heen verhuisd."
Alexa en Rima keken elkaar aan, fluisterden en keken Anabella bestuderend aan.
"Top, nu jullie weten wie ze is, zal ik haar een plekje geven om te zitten."
Conrads keek om zich heen, lege plekken zoekend. Hij zei iets tegen het nieuwe meisje, wees naar de lege plek naast Alyssandra en duwde haar naar voren.
"Dus, wie ben jij?" zei Leayehnne tegen Alyssandra.
"Alyssandra. Ben jij van de Antillen?"
Leayehnne lachte. "Hoezo?"
"Je achternaam, ik herken het."
"Ja, Curaçao."
"Dacht ik al."
"Bon bini - welkom - op de Nassau Anabella."
"Danki - dank je. Noem me maar Ana, ik mag jou wel."
Uit haar tas pakte Anabella haar boeken en legde ze op haar tafel. Ze leunde met haar voeten op de stang aan de voorkant van de tafel en wipte op haar stoel. Ze had haar haren in een staart gebonden en keek naar meneer Conrads, die een verhaal vertelde over Parijs, hoe geweldig het daar wel niet was.
In de pauze liepen Alyssandra en Anabella samen naar buiten, waar Anabella een sigaret opstak en op een charmante, maar nonchalante manier haar Marlboro sigaret rookte. Ze praatten over Curaçao, de gelijkenissen die ze hadden - zoals het hebben van een Nederlandse vader en een Antilliaanse moeder - en lachten om een dikke jongen die was gestruikeld en rood was geworden.
Het was de eerste keer dat een onbekende niks had gezegd over de pigmentloze vlekken op Alyssandra's lichaam, in plaats daarvan had Anabella haar gecomplimenteerd om haar outfit en de prachtige buik die ze had. Anabella had haar niet vreemd aangekeken omdat haar oogkleur van haar ogen niet precies hetzelfde was, ze was de eerste die haar had geaccepteerd om wie ze was. De eerste die haar mocht zonder een gemene opmerking te maken.
Het was de Antilliaanse vriendelijkheid die Alyssandra had aangesproken, de spontaniteit van het nieuwe meisje.
Het duurde niet lang voordat Alexa bedacht om ook buiten te gaan roken. Ze had Rima met zich meegenomen en was naast Anabella gaan staan. Ze vroeg om een aansteker, terwijl die van haar uit haar broekzak stak. Ze probeerde een gesprek te voeren met haar, maar Anabella zei haar dat ze al in een gesprek was met Alyssandra en dat ze haar bek moest houden. Toen Alexa daar niet naar luisteren en verder begon te praten, werd Anabella boos en zei haar dat als ze niet stil was dat ze haar iets aan zou doen. Alexa en Rima verdwenen gelijk.
Op de matzwarte Vespa die ze van haar vader had gekregen, nadat ze haar scooterrijbewijs had gehaald, reed ze naar school toe. Ze had haar grijs met zwarte Jordans aangedaan en had zin om op school te zijn. Ze wilde haar klasgenoten laten zien dat ze wel mooi was, dat men haar aardig kon vinden omdat ze ook maar een mens was. Ze reed langs de Ginnekenweg, via een zijstraat langs het OLV, een andere zijstraat in en eindigde bij het MAVO-gebouw van de Nassau, waar ze in de vierde klas zat.
Ze zette haar scooter neer aan de linkerkant van het schoolplein, zette een extra slot om het voorwiel en liep de school binnen. Ze propte haar helm in haar kluisje, omdat ze wist dat haar klasgenoten het weleens leuk vonden om haar helm te verpesten met watervaste stiften die ze hadden meegenomen uit het klaslokaal. Uit haar kluisje haalde ze een paar schoolboeken, stopte die in haar zwarte tas en liep naar de aula, waar ze Alexa Gorrense - een arrogant blond meisje met mooie blauwe ogen en imitatie merk kleren en tassen - en Rima Ata Ché - een half Marokkaans en half Frans meisje met de mooiste lange krullen die Alyssandra ooit had gezien - aan een tafel zag zitten. Ze staarden naar haar, zeiden iets tegen elkaar en begonnen hard en overdreven te lachen. Ze hadden het over haar outfit, wist ze. Ze kon het aanvoelen.
Eenzaam ging ze aan een tafel zitten. Ze zette haar tas neer en keek op haar iPhone 5s. Ze zocht naar een reden om niet om zich heen te hoeven kijken, maar er was niemand die haar nodig had, die haar een app stuurde. En ze had geen zin om weer haar moeder een bericht te sturen, omdat ze zich alleen voelde, alsof ze niet op haar plek was bij de mensen om haar heen, maar dat maakte haar alleen maar verdrietiger. Dan was zij weer het meisje dat alleen haar moeder had om mee te praten.
De eerste bel ging, het was tien voor half negen. Ze had les in lokaal 213, waar ze Frans kreeg van haar mentor, meneer Conrads. Ze liep naar het lokaal toe, werd bijna van de trap geduwd door Alexa en eindigde voor de gesloten deur van het lokaal.
Even later kwam meneer Conrads aanlopen met een meisje - ze was klein, getint en had lange zeemeerminnenharen: aan de bovenkant was het donkerblauw, wat steeds lichter werd. Ze had het lichaam van Rihanna en de uitstraling en houding van Nicki Minaj.
Conrads maakte het klaslokaal open en liet zijn leerlingen binnen.
Alyssandra was op haar plek gaan zitten, rechts achterin. Ze legde haar boeken op haar tafel en keek voor zich uit.
"Dit, jongens, is jullie nieuwe klasgenoot," Conrads stond samen met het meisje voorin de klas. "Stel jezelf maar eens voor."
Het meisje keek neerbuigend om zich heen, leunde op haar rechterbeen waardoor haar bil duidelijker te zien was en zette haar hand in haar zij.
"Ik ben Anabella Zimmerman," ze glimlachte vals. "Ik ben zestien jaar oud en ben hier net heen verhuisd."
Alexa en Rima keken elkaar aan, fluisterden en keken Anabella bestuderend aan.
"Top, nu jullie weten wie ze is, zal ik haar een plekje geven om te zitten."
Conrads keek om zich heen, lege plekken zoekend. Hij zei iets tegen het nieuwe meisje, wees naar de lege plek naast Alyssandra en duwde haar naar voren.
"Dus, wie ben jij?" zei Leayehnne tegen Alyssandra.
"Alyssandra. Ben jij van de Antillen?"
Leayehnne lachte. "Hoezo?"
"Je achternaam, ik herken het."
"Ja, Curaçao."
"Dacht ik al."
"Bon bini - welkom - op de Nassau Anabella."
"Danki - dank je. Noem me maar Ana, ik mag jou wel."
Uit haar tas pakte Anabella haar boeken en legde ze op haar tafel. Ze leunde met haar voeten op de stang aan de voorkant van de tafel en wipte op haar stoel. Ze had haar haren in een staart gebonden en keek naar meneer Conrads, die een verhaal vertelde over Parijs, hoe geweldig het daar wel niet was.
In de pauze liepen Alyssandra en Anabella samen naar buiten, waar Anabella een sigaret opstak en op een charmante, maar nonchalante manier haar Marlboro sigaret rookte. Ze praatten over Curaçao, de gelijkenissen die ze hadden - zoals het hebben van een Nederlandse vader en een Antilliaanse moeder - en lachten om een dikke jongen die was gestruikeld en rood was geworden.
Het was de eerste keer dat een onbekende niks had gezegd over de pigmentloze vlekken op Alyssandra's lichaam, in plaats daarvan had Anabella haar gecomplimenteerd om haar outfit en de prachtige buik die ze had. Anabella had haar niet vreemd aangekeken omdat haar oogkleur van haar ogen niet precies hetzelfde was, ze was de eerste die haar had geaccepteerd om wie ze was. De eerste die haar mocht zonder een gemene opmerking te maken.
Het was de Antilliaanse vriendelijkheid die Alyssandra had aangesproken, de spontaniteit van het nieuwe meisje.
Het duurde niet lang voordat Alexa bedacht om ook buiten te gaan roken. Ze had Rima met zich meegenomen en was naast Anabella gaan staan. Ze vroeg om een aansteker, terwijl die van haar uit haar broekzak stak. Ze probeerde een gesprek te voeren met haar, maar Anabella zei haar dat ze al in een gesprek was met Alyssandra en dat ze haar bek moest houden. Toen Alexa daar niet naar luisteren en verder begon te praten, werd Anabella boos en zei haar dat als ze niet stil was dat ze haar iets aan zou doen. Alexa en Rima verdwenen gelijk.
In het vorige gedeelte staar de naam Leayehne, dat is een foutje.
"Dat soort wijven," zei Anabella. "Zijn de reden dat ik van mijn vorige school af ben gestuurd. Ze konden mij niet aan."
Ze nam op een charmante manier een hijs van de sigaret die al voor de helft op was gerookt. Ze lachte even, bij de gedachte aan haar vorige school.
"Alyss - mag ik je Alyss noemen - hoe houd jij het uit op deze school met die meiden?"
Ik knikte. "Ik houd mijn mond en laat ze over me heen lopen," gaf ik toe. "Zo een ben ik."
"Mijn aanwezigheid zal daar verandering in brengen," ze blies de rook uit. "Ik zal niemand meer over je heen laten lopen. Je bent mooi, uniek. Je moet voor jezelf opkomen want je kan zoveel bereiken in je leven. Meisjes zoals jij, Alyss, zijn speciaal. Maak daar gebruik van."
Het was een begin van een interessante vriendschap. Anabella hield haar woord en zorgde ervoor dat Alexa, Rima, en alle anderen die het op Alyssandra gemunt hadden, haar met rust lieten. Haar uitstraling en houding alleen al zorgden ervoor dat mensen uit hun buurt bleven, als ze in hun buurt kwamen was het vooral om een vriendschap te kunnen krijgen met Anabella omdat de meesten al over haar praatten. Dat was volgens hen een goed teken.
"Dat soort wijven," zei Anabella. "Zijn de reden dat ik van mijn vorige school af ben gestuurd. Ze konden mij niet aan."
Ze nam op een charmante manier een hijs van de sigaret die al voor de helft op was gerookt. Ze lachte even, bij de gedachte aan haar vorige school.
"Alyss - mag ik je Alyss noemen - hoe houd jij het uit op deze school met die meiden?"
Ik knikte. "Ik houd mijn mond en laat ze over me heen lopen," gaf ik toe. "Zo een ben ik."
"Mijn aanwezigheid zal daar verandering in brengen," ze blies de rook uit. "Ik zal niemand meer over je heen laten lopen. Je bent mooi, uniek. Je moet voor jezelf opkomen want je kan zoveel bereiken in je leven. Meisjes zoals jij, Alyss, zijn speciaal. Maak daar gebruik van."
Het was een begin van een interessante vriendschap. Anabella hield haar woord en zorgde ervoor dat Alexa, Rima, en alle anderen die het op Alyssandra gemunt hadden, haar met rust lieten. Haar uitstraling en houding alleen al zorgden ervoor dat mensen uit hun buurt bleven, als ze in hun buurt kwamen was het vooral om een vriendschap te kunnen krijgen met Anabella omdat de meesten al over haar praatten. Dat was volgens hen een goed teken.
- It's a fine line between truth and lies -
Geen dank! Fijn om te weten dat je meeleest, hoop dat je het een amuserend verhaal vindt!
Anabella en Alyssandra zaten naast elkaar tijdens de tekenles. De les waarin alles kon en mocht omdat de lerares geen orde kon houden, waardoor haar leerlingen muziek luisterden, dansten, zongen - eigenlijk deden ze gewoon alles behalve tekenen. De lerares zat machteloos aan haar tafel, liet haar hoofd op haar handen rusten, nadenkend over hoe ze in hemelsnaam de leiding kon nemen in de les die ze gaf. Ze werd betaald om de kinderen iets te leren, maar ze kon er geen zak van.
Alexa en Rima zaten op tafel, omringd door de meisjes die alles deden om met hun om te kunnen gaan. Ze haalden eten voor ze in de pauze, ze schooiden voor sigaretten als Alexa en Rima die niet hadden, als het ze werd gevraagd zouden ze waarschijnlijk ook in staat zijn geld van iemand te stelen als diegene niet goed oplette.
Ze lachten overdreven en luid, praatten over de nieuwe collectie kleren bij de Zara en de H&M. Ze gaven kritiek op de haarstijlen van de meisjes die hen omringden, vertelden hen dat ze maar beter een andere kapper konden zoeken omdat de kappers die ze hadden het niet konden. Ze vertelden hen dat ze maar beter hun kleding konden verbranden, want de felle vestjes en broekleggingen konden echt niet meer. Al met al, ze waren nog steeds te lelijk om in hun aanwezigheid te zijn.
Aan de tafel van Anabella en Alyssandra vertelde Anabella over haar ouders, dat Anabella de achternaam van haar moeder wilde houden omdat dat het enige was dat ze had van haar Antilliaanse afkomst. Om de achternaam Kooistra te hebben, dat vond ze niet kunnen. "Anabella Kooistra," lachte ze. "Dat klinkt niet. Stel je eens voor Alyss, dat ik Anabella Kooistra heet. Wat heb ik daaraan?" Anabella genoot ervan om over haar leven te vertellen; Alyssandra genoot ervan om te luisteren naar wat haar vriendin vertelde. Het was voor het eerst dat Alyssandra niks uit hoefde te leggen over haar uiterlijk, voor het eerst dat ze niet werd uitgefoeterd over haar afkomst. Het zijn met haar nieuwe vriendin gaf haar eindelijk de rust die ze wilde hebben. De rust waar ze al die tijd naar had verlangt.
En zo verliep de les.
Na de tekenles hadden ze een tussenuur, hun aardrijkskunde leraar was ziek naar huis gegaan, volgens sommigen had hij in de wc's van de leraren overgegeven en kon hij het niet in zich opbrengen om nog een les te geven. Helemaal niet aan die klas, de terrorklas van alle klassen.
Anabella en Alyssandra hadden in de kantine twee zakken snoep gekocht en waren gaan zitten aan een tafel op de verhoging - de aula was ingedeeld in twee delen: de verhoging was het gedeelte waar men eten kocht, daar kon je zitten aan kleine ronde tafels. Daar vervolgde Anabella haar levensverhaal met een verhaal over haar oma, haar welita, ze was opnieuw naar Nederland gekomen om haar spullen in te pakken en te verschepen naar Curaçao. Ze had ervoor gekozen om een kleine kinderopvang te beginnen. Ze had daar altijd al van gedroomd, Haar opa, welito, bleef achter in Nederland. Hij zou wachten totdat het huis verkocht was. Dan pas kon hij naar zijn vrouw en zijn familie toe verhuizen.
Doordat Anabella altijd over zichzelf aan het praten was, en haar leven, viel Alyssandra's bestaan in het niet. Ze zei niks, ze luisterde alleen. Soms zei ze 'ooh' of 'mm-mmm'. Maar verder was er niks. Haar leven ging over Anabella, over het zijn met Anabella.
Anabella en Alyssandra zaten naast elkaar tijdens de tekenles. De les waarin alles kon en mocht omdat de lerares geen orde kon houden, waardoor haar leerlingen muziek luisterden, dansten, zongen - eigenlijk deden ze gewoon alles behalve tekenen. De lerares zat machteloos aan haar tafel, liet haar hoofd op haar handen rusten, nadenkend over hoe ze in hemelsnaam de leiding kon nemen in de les die ze gaf. Ze werd betaald om de kinderen iets te leren, maar ze kon er geen zak van.
Alexa en Rima zaten op tafel, omringd door de meisjes die alles deden om met hun om te kunnen gaan. Ze haalden eten voor ze in de pauze, ze schooiden voor sigaretten als Alexa en Rima die niet hadden, als het ze werd gevraagd zouden ze waarschijnlijk ook in staat zijn geld van iemand te stelen als diegene niet goed oplette.
Ze lachten overdreven en luid, praatten over de nieuwe collectie kleren bij de Zara en de H&M. Ze gaven kritiek op de haarstijlen van de meisjes die hen omringden, vertelden hen dat ze maar beter een andere kapper konden zoeken omdat de kappers die ze hadden het niet konden. Ze vertelden hen dat ze maar beter hun kleding konden verbranden, want de felle vestjes en broekleggingen konden echt niet meer. Al met al, ze waren nog steeds te lelijk om in hun aanwezigheid te zijn.
Aan de tafel van Anabella en Alyssandra vertelde Anabella over haar ouders, dat Anabella de achternaam van haar moeder wilde houden omdat dat het enige was dat ze had van haar Antilliaanse afkomst. Om de achternaam Kooistra te hebben, dat vond ze niet kunnen. "Anabella Kooistra," lachte ze. "Dat klinkt niet. Stel je eens voor Alyss, dat ik Anabella Kooistra heet. Wat heb ik daaraan?" Anabella genoot ervan om over haar leven te vertellen; Alyssandra genoot ervan om te luisteren naar wat haar vriendin vertelde. Het was voor het eerst dat Alyssandra niks uit hoefde te leggen over haar uiterlijk, voor het eerst dat ze niet werd uitgefoeterd over haar afkomst. Het zijn met haar nieuwe vriendin gaf haar eindelijk de rust die ze wilde hebben. De rust waar ze al die tijd naar had verlangt.
En zo verliep de les.
Na de tekenles hadden ze een tussenuur, hun aardrijkskunde leraar was ziek naar huis gegaan, volgens sommigen had hij in de wc's van de leraren overgegeven en kon hij het niet in zich opbrengen om nog een les te geven. Helemaal niet aan die klas, de terrorklas van alle klassen.
Anabella en Alyssandra hadden in de kantine twee zakken snoep gekocht en waren gaan zitten aan een tafel op de verhoging - de aula was ingedeeld in twee delen: de verhoging was het gedeelte waar men eten kocht, daar kon je zitten aan kleine ronde tafels. Daar vervolgde Anabella haar levensverhaal met een verhaal over haar oma, haar welita, ze was opnieuw naar Nederland gekomen om haar spullen in te pakken en te verschepen naar Curaçao. Ze had ervoor gekozen om een kleine kinderopvang te beginnen. Ze had daar altijd al van gedroomd, Haar opa, welito, bleef achter in Nederland. Hij zou wachten totdat het huis verkocht was. Dan pas kon hij naar zijn vrouw en zijn familie toe verhuizen.
Doordat Anabella altijd over zichzelf aan het praten was, en haar leven, viel Alyssandra's bestaan in het niet. Ze zei niks, ze luisterde alleen. Soms zei ze 'ooh' of 'mm-mmm'. Maar verder was er niks. Haar leven ging over Anabella, over het zijn met Anabella.
Interessante vriendschap. Ben benieuwd of zij zich daardoor niet toch eenzaam gaat voelen omdat Annabelle continue over zichzelf heeft.
Ik herken kleine gedeeltes uit dit verhaal met mijn eigen middelbare schooltijd in de 2e (godzijdank werd ik niet gepest). Ik had toen ook een vriendin die erg veel praatte en alles om haar draaide. Leuke vriendschap geweest, maar voelde me toen soort van 'gebruikt'.
Gekke tijden haha.
Ik herken kleine gedeeltes uit dit verhaal met mijn eigen middelbare schooltijd in de 2e (godzijdank werd ik niet gepest). Ik had toen ook een vriendin die erg veel praatte en alles om haar draaide. Leuke vriendschap geweest, maar voelde me toen soort van 'gebruikt'.
Gekke tijden haha.
Geniet van de kleine dingen in het leven.
Je kunt je leven niet langer maken, maar wel meer leven uit elke dag halen.
Je kunt je leven niet langer maken, maar wel meer leven uit elke dag halen.
erg leuk dat je meeleest en commentaar geeft!
Op vrijdagmiddag had Anabella gevraagd of Alyssandra mee uit ging. Ze had al een tijdje het gevoel dat ze de stad moest gaan verkennen, kijken welke clubs nou leuk waren en welke niet. Alyssandra had netjes gezegd dat het haar wel leuk leek, in de maanden dat ze zestien jaar was had ze nog nooit de drang gehad om uit te gaan. Met wie moest ze in godsnaam uitgaan? Welke vriendinnen had ze om mee te dansen op heerlijke muziek? Alyssandra's moeder - Gwendoline - vond het geweldig dat haar dochter eindelijk naar de stad ging om te feesten, vooral met haar nieuwe Antilliaanse vriendin. Het zou goed voor haar zijn, dacht ze, haar dochter zou ervan opknappen. Uit vrolijkheid liet ze haar dochter Anabella uitnodigen voor het avondeten.
Alyssandra's moeder maakte funchi - een Antilliaans gerecht dat wordt gemaakt met polenta, maïsmeel - met gebakken banaan en een heerlijke gemarineerde kip. Ze wilde de Antilliaanse kant van zichzelf laten zien, ze had geen zin meer om aardappelen met spinazie en worst te eten, vooral niet als er een gast kwam die voor de helft uit hetzelfde land kwam als zij. Ze wilde trots zijn op haar afkomst, ze wilde zich niet langer verstoppen achter de Nederlandse cultuur die haar man haar opdrong, omdat hij zich ervoor schaamde. Het accent moest ze kwijtraken, had hij gezegd, ze moest haar haren mooier stijlen, had hij gezegd, ze moest afvallen, had hij gezegd, om nog te zwijgen over het kritiek dat hij leverde op haar kookkunsten - die haar familie als goddelijk had bestempeld. Ze bond een gekleurd doek om haar haren, trok een jurk, een legging en slippers aan en begon te koken.
Anabella werd door haar moeder met de auto gebracht, ze belden aan en de deur werd opengedaan door Gwendoline. Ze begroetten elkaar met drie kussen en Anabella en haar moeder liepen naar binnen. Gwendoline en Anabella's moeder - Yahra - begonnen te praten in het Papiaments. Ze lachten met elkaar, en Gwendoline nodigde haar uit voor het avondeten. Hoewel ze niet had gerekend op nog een persoon, had ze altijd genoeg eten.
Niet veel later kwam Nelson thuis, Alyssandra's vader. Hij zette zijn tas neer in de hal en liep klagend over zijn dag de woonkamer binnen, waar hij de vrouwen met hun dochters aantrof. Hij keek naar hen, en zweeg. Een paar seconden later keerde hij om, pakte zijn tas, en liep de deur uit. Wat hij daar had aangetroffen, in zijn woonkamer, had hij niet willen zien. Zijn vrouw, zijn lieve en mooie vrouw, zat daar met Antilliaanse mensen. Ze praatte haar taal, ze droeg dat vreselijke doek weer om haar haren, ze droeg weer leggings en slippers in huis... Hij had zolang geprobeerd die kant van haar weg te nemen, dat hij was geschrokken toen hij die kant opnieuw zag. Haar roots verschenen weer, en dat was alles wat hij niet wilde. Hij ging bij zijn broer eten, misschien zelfs slapen.
De dames lieten de verschijning van Nelson niks verpesten. Ze aten vrolijk pratend het heerlijke maal op, waarvoor Gwendoline zich zo had uitgesloofd, en na het eten ruimden zij en Yahra de vaatwasser in, terwijl hun dochters zich boven aan het klaar maken waren voor hun avondje uit.
"Je moet echt wat meer make-up opdoen," zei Anabella lief. "Leen mijn foundation maar, we hebben dezelfde tint. Bruin met een perzikgloed, zo beschrijft mijn moeder het altijd."
Ze pakte een doosje van MAC uit haar make-uptasje en gaf het aan haar vriendin.
"En ik denk dat een dikkere eyeliner je ook goed staat," ze gaf haar de eyeliner. "Trouwens, je moet geen foundation gebruiken. Dat kan je niet over je gezicht doen zonder dat je de witte zones laat verdwijnen, die moet je juist laten zien. Dat is mooi. Echt mooi."
Ze pakte het doosje uit haar handen en bracht het bij zichzelf aan.
"En je wenkbrauwen mogen ook wel wat dikker, het is donker in clubs lieve schat. Je mag echt wel meer make-up dragen. Wees niet bang om jezelf te tonen aan de wereld. Je bent prachtig, doe er wat mee. Make-up is niet voor lelijke mensen alleen, weet je. Het is er ook om de mooie mensen mooier te maken. En bij jou is dat het geval. Ik zou graag met je ruilen van uiterlijk, weet je. Je bent uniek, prachtig. Wees er trots op, laat het zien."
De woorden van Anabella gaven Alyssandra zelfvertrouwen. Het was fijn om te horen dat er iemand was - behalve haar moeder - die haar geen monster vond, een verschrikking voor de mensheid. Dat ze niet thuishoorde in een normale stad als Breda, maar in een circus. Ze begrepen niet dat zij er niks mee te maken had, ze had vitiligo, waar ze ondertussen al medicatie voor had gekregen zodat het niet nog erger uitzaaide.
"En trek dit aan, de jongens willen je prachtige wit-bruine buik vast wel zien," ze lachte en gaf haar een crop top. "Mijn buikspieren zijn niet meer zo mooi als ze eerst waren, dus dit staat jou beter dan mij."
Ze nam de witte crop top met een glimlach aan en ging zich omkleden. Ze kleedde zich in het kledingstuk dat Anabella haar had gegeven, met een witte korte broek, lange witte sokken met twee zwarte strepen aan de bovenkant en zwart met witte Jordans. Toen haar vriendin naar haar keek viel haar mond open. Ze gilde uit opwinding en riep Gwendoline en Yahra. Alyssandra lachte.
Toen de moeders de kamer inkwamen kreeg Gwendoline een oprechte glimlach op haar gezicht, haar dochter, haar kleine meisje droeg iets dat haar op een Antilliaans meisje deed lijken. Ze was prachtig, ze liet haar vitiligo met trots zien. Ze had haar wenkbrauwen dikker getekend en droeg meer eyeliner en mascara dan normaal. Ze was blij om haar dochter zo te zien, ze had de Antilliaanse in zichzelf ontdekt.

Op vrijdagmiddag had Anabella gevraagd of Alyssandra mee uit ging. Ze had al een tijdje het gevoel dat ze de stad moest gaan verkennen, kijken welke clubs nou leuk waren en welke niet. Alyssandra had netjes gezegd dat het haar wel leuk leek, in de maanden dat ze zestien jaar was had ze nog nooit de drang gehad om uit te gaan. Met wie moest ze in godsnaam uitgaan? Welke vriendinnen had ze om mee te dansen op heerlijke muziek? Alyssandra's moeder - Gwendoline - vond het geweldig dat haar dochter eindelijk naar de stad ging om te feesten, vooral met haar nieuwe Antilliaanse vriendin. Het zou goed voor haar zijn, dacht ze, haar dochter zou ervan opknappen. Uit vrolijkheid liet ze haar dochter Anabella uitnodigen voor het avondeten.
Alyssandra's moeder maakte funchi - een Antilliaans gerecht dat wordt gemaakt met polenta, maïsmeel - met gebakken banaan en een heerlijke gemarineerde kip. Ze wilde de Antilliaanse kant van zichzelf laten zien, ze had geen zin meer om aardappelen met spinazie en worst te eten, vooral niet als er een gast kwam die voor de helft uit hetzelfde land kwam als zij. Ze wilde trots zijn op haar afkomst, ze wilde zich niet langer verstoppen achter de Nederlandse cultuur die haar man haar opdrong, omdat hij zich ervoor schaamde. Het accent moest ze kwijtraken, had hij gezegd, ze moest haar haren mooier stijlen, had hij gezegd, ze moest afvallen, had hij gezegd, om nog te zwijgen over het kritiek dat hij leverde op haar kookkunsten - die haar familie als goddelijk had bestempeld. Ze bond een gekleurd doek om haar haren, trok een jurk, een legging en slippers aan en begon te koken.
Anabella werd door haar moeder met de auto gebracht, ze belden aan en de deur werd opengedaan door Gwendoline. Ze begroetten elkaar met drie kussen en Anabella en haar moeder liepen naar binnen. Gwendoline en Anabella's moeder - Yahra - begonnen te praten in het Papiaments. Ze lachten met elkaar, en Gwendoline nodigde haar uit voor het avondeten. Hoewel ze niet had gerekend op nog een persoon, had ze altijd genoeg eten.
Niet veel later kwam Nelson thuis, Alyssandra's vader. Hij zette zijn tas neer in de hal en liep klagend over zijn dag de woonkamer binnen, waar hij de vrouwen met hun dochters aantrof. Hij keek naar hen, en zweeg. Een paar seconden later keerde hij om, pakte zijn tas, en liep de deur uit. Wat hij daar had aangetroffen, in zijn woonkamer, had hij niet willen zien. Zijn vrouw, zijn lieve en mooie vrouw, zat daar met Antilliaanse mensen. Ze praatte haar taal, ze droeg dat vreselijke doek weer om haar haren, ze droeg weer leggings en slippers in huis... Hij had zolang geprobeerd die kant van haar weg te nemen, dat hij was geschrokken toen hij die kant opnieuw zag. Haar roots verschenen weer, en dat was alles wat hij niet wilde. Hij ging bij zijn broer eten, misschien zelfs slapen.
De dames lieten de verschijning van Nelson niks verpesten. Ze aten vrolijk pratend het heerlijke maal op, waarvoor Gwendoline zich zo had uitgesloofd, en na het eten ruimden zij en Yahra de vaatwasser in, terwijl hun dochters zich boven aan het klaar maken waren voor hun avondje uit.
"Je moet echt wat meer make-up opdoen," zei Anabella lief. "Leen mijn foundation maar, we hebben dezelfde tint. Bruin met een perzikgloed, zo beschrijft mijn moeder het altijd."
Ze pakte een doosje van MAC uit haar make-uptasje en gaf het aan haar vriendin.
"En ik denk dat een dikkere eyeliner je ook goed staat," ze gaf haar de eyeliner. "Trouwens, je moet geen foundation gebruiken. Dat kan je niet over je gezicht doen zonder dat je de witte zones laat verdwijnen, die moet je juist laten zien. Dat is mooi. Echt mooi."
Ze pakte het doosje uit haar handen en bracht het bij zichzelf aan.
"En je wenkbrauwen mogen ook wel wat dikker, het is donker in clubs lieve schat. Je mag echt wel meer make-up dragen. Wees niet bang om jezelf te tonen aan de wereld. Je bent prachtig, doe er wat mee. Make-up is niet voor lelijke mensen alleen, weet je. Het is er ook om de mooie mensen mooier te maken. En bij jou is dat het geval. Ik zou graag met je ruilen van uiterlijk, weet je. Je bent uniek, prachtig. Wees er trots op, laat het zien."
De woorden van Anabella gaven Alyssandra zelfvertrouwen. Het was fijn om te horen dat er iemand was - behalve haar moeder - die haar geen monster vond, een verschrikking voor de mensheid. Dat ze niet thuishoorde in een normale stad als Breda, maar in een circus. Ze begrepen niet dat zij er niks mee te maken had, ze had vitiligo, waar ze ondertussen al medicatie voor had gekregen zodat het niet nog erger uitzaaide.
"En trek dit aan, de jongens willen je prachtige wit-bruine buik vast wel zien," ze lachte en gaf haar een crop top. "Mijn buikspieren zijn niet meer zo mooi als ze eerst waren, dus dit staat jou beter dan mij."
Ze nam de witte crop top met een glimlach aan en ging zich omkleden. Ze kleedde zich in het kledingstuk dat Anabella haar had gegeven, met een witte korte broek, lange witte sokken met twee zwarte strepen aan de bovenkant en zwart met witte Jordans. Toen haar vriendin naar haar keek viel haar mond open. Ze gilde uit opwinding en riep Gwendoline en Yahra. Alyssandra lachte.
Toen de moeders de kamer inkwamen kreeg Gwendoline een oprechte glimlach op haar gezicht, haar dochter, haar kleine meisje droeg iets dat haar op een Antilliaans meisje deed lijken. Ze was prachtig, ze liet haar vitiligo met trots zien. Ze had haar wenkbrauwen dikker getekend en droeg meer eyeliner en mascara dan normaal. Ze was blij om haar dochter zo te zien, ze had de Antilliaanse in zichzelf ontdekt.
Die avond waren Anabella en Alyssandra samen op de scooter naar de stad gereden. Ze gingen uit in club Vyra, een 16+ club met de heerlijkste Zuid-Amerikaanse muziek waar de mensen uitbundig dansten, zonder zich te schamen voor de mensen om zich heen. Het was een heerlijk gevoel om los met haar heupen te bewegen zonder dat er iemand was om haar te bekritiseren. Ze kon zichzelf zijn, meezingen met de muziek en praten - eerder gillen - met Anabella. Ze dronken cola, aangezien ze geen alcohol meer mochten door de alcohol wet, en flirtten met jongens die hen benaderden. Er werd vooral aandacht geschonken aan Anabella, omdat ze spontaner was, maar een aantal jongens probeerden een gesprek te voeren met Alyssandra, ze begonnen het gesprek met 'hé, jij ziet er goed uit. Volgens mij herken ik jou ergens van' waarop Alyssandra antwoordde 'ja, ik ken jou ook, je noemt me al sinds groep 8 koe'. Dat was het einde van de gesprekken.
Om half drie 's nachts reden ze naar huis toe.
Ze stonden bij de voordeur. Ze hoorden geschreeuw, gehuil. Het klonk angstaanjagend. Alyssandra draaide het slot van de voordeur vlug open, rende naar binnen en trof haar ouders en Yahra aan. Haar vader rook naar whiskey. Hij had haar moeder aan haar arm vast en keek geschrokken achterom, naar zijn dochter. Haar moeders neus bloedde, ze huilde. Yahra had tranen in haar ogen.
"Wat is er gebeurd," mompelde Alyssandra. "Wat is er?"
"Je vader, hij," Gwendoline begon harder te huilen.
"Ik heb niks gedaan! Jij smerig wijf!"
Hij schopte haar in haar buik.
"Jouw moeder, zij probeert jou te bekeren tot... Nee, niet bekeren, ze wil je... Nee... Wacht..."
"Hij vindt het walgelijk dat ze de Antilliaanse cultuur aan jou wil geven," riep Yahra angstig. "Hij werd boos."
"Jij moet je bek houden!"
Nelson liet Gwendoline los en liep in de richting van Yahra.
Vliegensvlug rende Anabella naar haar moeder en ging voor haar staan. Ze keek Alyssandra's vader nijdig aan en zei dat hij weg moest blijven van haar moeder, omdat ze hem anders zou neersteken. Niemand zou haar moeder pijn doen, niemand.
"Pap, ga weg," Alyssandra haar vader ijskoud aan. "Ga weg en kom nooit meer terug."
"Je hebt NIKS over mij te zeggen! Ga zelf weg! Ik betaal dit huis verdomme!"
Hij liep naar zijn dochter toe en sloeg haar in haar gezicht.
"Je bent te brutaal voor een kind. Heb je zeker van je moeder."
"Ze heeft die brutaliteit niet van mij! In mijn land krijg je al klappen als je je moeder vuil aankijkt. Wij leren discipline! Wij zorgen ervoor dat onze kinderen goed zijn, ze heeft het van jou! Ze ziet hoe die nichtjes en neefjes zijn van jou. Ze doet ze na! Het is jouw schuld! En durf mijn kind niet zo te slaan, alleen ik mag haar aanraken!"
"Houd je bek!`
Alyssandra´s moeder had een mes van de eettafel gepakt, ze wist dat haar man haar weer zou belagen. En daar kwam hij al, hij had zijn vuisten al klaar om haar in haar gezicht te slaan, klaar om haar gezicht aan te pakken. Voordat hij haar kon slaan stak ze het mes in zijn been.
`Je had dat mes in zijn hart moeten steken," snauwde Anabella. "Hij heeft je geslagen, hij heeft je kind geslagen! Hij heeft mijn moeder bijna geslagen, hij heeft zowat gespuugd op je cultuur, op onze cultuur. Zijn dochter is niet helemaal Nederlands. Dat heeft hij zelf gedaan, hij heeft haar gemaakt, hij heeft ervoor gekozen. Dus moet hij het accepteren."
"Mijn dochter heeft gelijk, hij maakt ons allemaal belachelijk. Hij heeft ons volk belachelijk gemaakt en jullie allebei mishandeld. Kom los van die engerd, steek hem neer. Je hebt drie getuigen die je zullen helpen, echt," begon Yahra. "We staan achter je."
"Nee," mompelde Gwendoline. "Dat gaat te ver..."
Of misschien ook niet...
Om half drie 's nachts reden ze naar huis toe.
Ze stonden bij de voordeur. Ze hoorden geschreeuw, gehuil. Het klonk angstaanjagend. Alyssandra draaide het slot van de voordeur vlug open, rende naar binnen en trof haar ouders en Yahra aan. Haar vader rook naar whiskey. Hij had haar moeder aan haar arm vast en keek geschrokken achterom, naar zijn dochter. Haar moeders neus bloedde, ze huilde. Yahra had tranen in haar ogen.
"Wat is er gebeurd," mompelde Alyssandra. "Wat is er?"
"Je vader, hij," Gwendoline begon harder te huilen.
"Ik heb niks gedaan! Jij smerig wijf!"
Hij schopte haar in haar buik.
"Jouw moeder, zij probeert jou te bekeren tot... Nee, niet bekeren, ze wil je... Nee... Wacht..."
"Hij vindt het walgelijk dat ze de Antilliaanse cultuur aan jou wil geven," riep Yahra angstig. "Hij werd boos."
"Jij moet je bek houden!"
Nelson liet Gwendoline los en liep in de richting van Yahra.
Vliegensvlug rende Anabella naar haar moeder en ging voor haar staan. Ze keek Alyssandra's vader nijdig aan en zei dat hij weg moest blijven van haar moeder, omdat ze hem anders zou neersteken. Niemand zou haar moeder pijn doen, niemand.
"Pap, ga weg," Alyssandra haar vader ijskoud aan. "Ga weg en kom nooit meer terug."
"Je hebt NIKS over mij te zeggen! Ga zelf weg! Ik betaal dit huis verdomme!"
Hij liep naar zijn dochter toe en sloeg haar in haar gezicht.
"Je bent te brutaal voor een kind. Heb je zeker van je moeder."
"Ze heeft die brutaliteit niet van mij! In mijn land krijg je al klappen als je je moeder vuil aankijkt. Wij leren discipline! Wij zorgen ervoor dat onze kinderen goed zijn, ze heeft het van jou! Ze ziet hoe die nichtjes en neefjes zijn van jou. Ze doet ze na! Het is jouw schuld! En durf mijn kind niet zo te slaan, alleen ik mag haar aanraken!"
"Houd je bek!`
Alyssandra´s moeder had een mes van de eettafel gepakt, ze wist dat haar man haar weer zou belagen. En daar kwam hij al, hij had zijn vuisten al klaar om haar in haar gezicht te slaan, klaar om haar gezicht aan te pakken. Voordat hij haar kon slaan stak ze het mes in zijn been.
`Je had dat mes in zijn hart moeten steken," snauwde Anabella. "Hij heeft je geslagen, hij heeft je kind geslagen! Hij heeft mijn moeder bijna geslagen, hij heeft zowat gespuugd op je cultuur, op onze cultuur. Zijn dochter is niet helemaal Nederlands. Dat heeft hij zelf gedaan, hij heeft haar gemaakt, hij heeft ervoor gekozen. Dus moet hij het accepteren."
"Mijn dochter heeft gelijk, hij maakt ons allemaal belachelijk. Hij heeft ons volk belachelijk gemaakt en jullie allebei mishandeld. Kom los van die engerd, steek hem neer. Je hebt drie getuigen die je zullen helpen, echt," begon Yahra. "We staan achter je."
"Nee," mompelde Gwendoline. "Dat gaat te ver..."
Of misschien ook niet...
-
- Potlood
- Berichten: 44
- Lid geworden op: 20 jul 2014 22:01
Omg, dat is wel heftig... Ik vind het heeeeeeel racistisch van de vader - en zeker omdat hij een Antilliaanse dochter heeft. Maar ik vind het er wel een klein klein beetje overgaan dat ze haar aanmoedigen hem te doden...
Het verhaal leest ook heel vlot, ik kan alles in mijn hoofd geprojecteerd zien. Ik vraag me af hoe het verder gaat
Je hebt er een lezer bij
Het verhaal leest ook heel vlot, ik kan alles in mijn hoofd geprojecteerd zien. Ik vraag me af hoe het verder gaat

Je hebt er een lezer bij

-
- Potlood
- Berichten: 96
- Lid geworden op: 23 aug 2014 12:18
- Contacteer:
Hoi, ik ben nieuw op de site. Ben zo maar op je verhaal gekomen. Heel interessant... en zeker de wending van het laatste deel. Ben heel benieuwd hoe het verder gaat. Je hebt een lezer bij. 

Ik vind het fijn om te horen dat jullie het verhaal leuk vinden! Ik doe mijn best haha.
"Ga weg!" schreeuwde Gwendoline. "Ga weg!"
De tranen rolden als watervallen over haar wangen.
"Ga verdomme weg!"
Ze liet het mes vallen en keek naar Anabella en Yahra. Wat was er met haar gebeurd? Haar man had van haar gehouden, hij genoot niet van de Antilliaanse kant van haar, dat was waar. Maar hij haatte haar niet. Hij had gedronken, dat maakte een monster van hem. Een echt monster. Hij had al jaren geen alcohol meer aangeraakt, geen dure wijn meer voor bij het diner. Hij was een alcoholist, dat haalde het slechtste in hem naar boven. Hij was lief, hij was zorgzaam. Hij betaalde alles voor zijn gezin, hij werkte lang, maakte overuren... Gwendoline mocht hem niks aandoen, hij was niet zo gemeen geaard. Waarschijnlijk had zijn broer - een chagrijnige weduwnaar met een aan drugs verslaafde dochter - hem allerlei slechte zaken verteld over de Antillen. Wat genoot hij daarvan, hij vond het een geweldig fenomeen om zijn racisme met zijn goedgelovige broer te delen. Hij was degene geweest die ervoor zorgde dat Nelson de Antilliaanse kant van zijn vrouw en dochter probeerde te onderdrukken.
"Verlaat mijn huis, laat mijn dochter alleen. Jullie zijn een slechte invloed," schreeuwde Gwendoline huilend verder. "Ga weg!"
"We proberen je te helpen, Gwendoline," snauwde Anabella. "Snap het dan, wij zijn ook jouw familie. We zijn hetzelfde, we begrijpen je."
"Is dit hoe jij je hebt ontdaan van jouw man, Yahra? Is dit het? Wil je dat aan mij overbrengen, omdat ik jouw 'familie' ben? Echte familie spoort elkaar niet aan om iemand te vermoorden, al helemaal niet als diegene de vader is van hun kind!" Alyssandra's moeder keek Yahra gevuld met woede aan.
Met een blik vol arrogantie vertelde Yahra haar dochter om haar spullen te pakken. Ze had genoeg van de vrouw die zij daar zag, gebogen over het bewegingloze lichaam van haar man. Ze zei dat ze zwak was, dat echte sterke vrouwen zo'n man wel af zouden maken, zonder hem zou ze beter af zijn. Dat was haar mening. De mening van een verbitterde vrouw die haar dochter gebruikte om andere mensen ongelukkig te maken.
"Doei, Anabella," mompelde Alyssandra. "Ik zal je zien op school, maar het is beter als wij niet meer met elkaar omgaan."
Anabella keek haar aan. Aan haar ogen was te zien dat ze spijt had van wat ze deed. Ze had een vriendin gevonden, iemand die genoot van de verhalen die ze vertelde over haar leven, over wat ze meemaakte. De enige echte vriendin die ze had gekregen, was ze kwijtgeraakt.
"Het spijt me," fluisterde Anabella, waarna zij en haar moeder de kamer uit liepen en het huis door de voordeur verlieten.
Nelson lag daar, hij had zijn hoofd gestoten waardoor hij zijn bewustzijn was verloren. Zijn been bloedde, Gwendoline was al bezig met het zoeken van een doek om om zijn wond heen te binden, zodat het bloeden zou stoppen.
"Pak een pijnstiller Alyssandra, duw het in z'n mond en zorg ervoor dat hij het doorslikt, als hij wakker wordt moet hij niet al te veel pijn hebben. En zorg ervoor dat je dat meisje nooit meer ziet."
Alyssandra deed gehoorzaam wat haar moeder haar opdroeg en rende naar de keuken, uit de tas achter de deur - een tas waar allerlei medicijnen in lagen die Nelsons zus van het ziekenhuis mee nam - en zocht naar pijnstillers.
Ze probeerde de beelden van die avond uit haar gedachte te krijgen.
Ze had pijnstillers gevonden, een glas met water gevuld en ging terug naar haar ouders. Daar gooide ze de helft van het glas water over zijn gezicht, waardoor hij al wat bewuster werd van wat er om zich heen afspeelde. Alyssandra zorgde ervoor dat de pil in zijn mond terechtkwam en leegde de andere helft van het glas in zijn mond. Daarna zei Gwendoline dat ze naar bed mocht gaan.
"Ga weg!" schreeuwde Gwendoline. "Ga weg!"
De tranen rolden als watervallen over haar wangen.
"Ga verdomme weg!"
Ze liet het mes vallen en keek naar Anabella en Yahra. Wat was er met haar gebeurd? Haar man had van haar gehouden, hij genoot niet van de Antilliaanse kant van haar, dat was waar. Maar hij haatte haar niet. Hij had gedronken, dat maakte een monster van hem. Een echt monster. Hij had al jaren geen alcohol meer aangeraakt, geen dure wijn meer voor bij het diner. Hij was een alcoholist, dat haalde het slechtste in hem naar boven. Hij was lief, hij was zorgzaam. Hij betaalde alles voor zijn gezin, hij werkte lang, maakte overuren... Gwendoline mocht hem niks aandoen, hij was niet zo gemeen geaard. Waarschijnlijk had zijn broer - een chagrijnige weduwnaar met een aan drugs verslaafde dochter - hem allerlei slechte zaken verteld over de Antillen. Wat genoot hij daarvan, hij vond het een geweldig fenomeen om zijn racisme met zijn goedgelovige broer te delen. Hij was degene geweest die ervoor zorgde dat Nelson de Antilliaanse kant van zijn vrouw en dochter probeerde te onderdrukken.
"Verlaat mijn huis, laat mijn dochter alleen. Jullie zijn een slechte invloed," schreeuwde Gwendoline huilend verder. "Ga weg!"
"We proberen je te helpen, Gwendoline," snauwde Anabella. "Snap het dan, wij zijn ook jouw familie. We zijn hetzelfde, we begrijpen je."
"Is dit hoe jij je hebt ontdaan van jouw man, Yahra? Is dit het? Wil je dat aan mij overbrengen, omdat ik jouw 'familie' ben? Echte familie spoort elkaar niet aan om iemand te vermoorden, al helemaal niet als diegene de vader is van hun kind!" Alyssandra's moeder keek Yahra gevuld met woede aan.
Met een blik vol arrogantie vertelde Yahra haar dochter om haar spullen te pakken. Ze had genoeg van de vrouw die zij daar zag, gebogen over het bewegingloze lichaam van haar man. Ze zei dat ze zwak was, dat echte sterke vrouwen zo'n man wel af zouden maken, zonder hem zou ze beter af zijn. Dat was haar mening. De mening van een verbitterde vrouw die haar dochter gebruikte om andere mensen ongelukkig te maken.
"Doei, Anabella," mompelde Alyssandra. "Ik zal je zien op school, maar het is beter als wij niet meer met elkaar omgaan."
Anabella keek haar aan. Aan haar ogen was te zien dat ze spijt had van wat ze deed. Ze had een vriendin gevonden, iemand die genoot van de verhalen die ze vertelde over haar leven, over wat ze meemaakte. De enige echte vriendin die ze had gekregen, was ze kwijtgeraakt.
"Het spijt me," fluisterde Anabella, waarna zij en haar moeder de kamer uit liepen en het huis door de voordeur verlieten.
Nelson lag daar, hij had zijn hoofd gestoten waardoor hij zijn bewustzijn was verloren. Zijn been bloedde, Gwendoline was al bezig met het zoeken van een doek om om zijn wond heen te binden, zodat het bloeden zou stoppen.
"Pak een pijnstiller Alyssandra, duw het in z'n mond en zorg ervoor dat hij het doorslikt, als hij wakker wordt moet hij niet al te veel pijn hebben. En zorg ervoor dat je dat meisje nooit meer ziet."
Alyssandra deed gehoorzaam wat haar moeder haar opdroeg en rende naar de keuken, uit de tas achter de deur - een tas waar allerlei medicijnen in lagen die Nelsons zus van het ziekenhuis mee nam - en zocht naar pijnstillers.
Ze probeerde de beelden van die avond uit haar gedachte te krijgen.
Ze had pijnstillers gevonden, een glas met water gevuld en ging terug naar haar ouders. Daar gooide ze de helft van het glas water over zijn gezicht, waardoor hij al wat bewuster werd van wat er om zich heen afspeelde. Alyssandra zorgde ervoor dat de pil in zijn mond terechtkwam en leegde de andere helft van het glas in zijn mond. Daarna zei Gwendoline dat ze naar bed mocht gaan.
- It's a fine line between truth and lies -
Die nacht droomde ze over wat er was gebeurd, over de twee vrouwen die haar moeder aanspoorde een moord te plegen, haar moeder die het overwoog, haar vader die op de grond in een plasje bloed lag, en ze hoopte dat ze het daadwerkelijk gedroomd had.
Toen ze wakker werd ging ze op de rand van haar bed zitten, ze staarde recht voor zich uit.
"Alyssandra, ben je al wakker?"
Gwendoline kwam langzaam, voorzichtig zelfs, de kamer binnengelopen. Ze zag er verslagen uit: ze had wallen onder haar ogen, haar ogen zelf waren rood en opgezwollen, ze had blauwe plekken in haar gezicht, bij haar rechteroog, op haar wang, bij haar kaak.
"Wat er is gebeurd gister, moet je vergeten."
Alyssandra knikte. Ze was het ermee eens. De vorige avond leek op een film, een dramatische actiefilm waar ze niks meer van wilde herinneren. Zulke dingen gebeurden niet in het echt, niet in Breda. Het was een verschrikkelijk ongeval, waar Nelson zijn vrouw al voor had vergeven. Hij was fout, dat wist hij. Hij had gedronken, luisterde naar zijn grimmige broer en maakte zich vooral zorgen om zijn eigen leven. De aanwezigheid van twee onbekende Antilliaanse vrouwen kon alles op z'n kop zetten, en dat mocht niet. De familie van Dammen had vredig geleefd, ook al miste Gwendoline haar moederland. Ze had er zelf voor gekozen om de liefde naar Nederland te volgen.
"Papa ligt beneden, hij kan niet naar boven lopen. Hij heeft me vergeven, voor alles."
Nelson lag op de bank met een verband om zijn been, waarvoor hij zijn zus midden in de nacht voor wakker had gebeld. Hij wilde gesteriliseerd verband, de wond die zijn vrouw bij hem had gemaakt mocht niet gaan ontsteken. Toen zijn zus was aangekomen, had ze ook gekeken naar de verwondingen in het gezicht van Gwendoline. Zonder te vragen wat er was gebeurd had ze hen beiden verzorgd. De blauwe plekken van haar schoonzus had ze gekoeld met een cold pack, de snee op haar wang had ze rustig gehecht.
"Gaat het een beetje, Alyssandra?"
Nee. Het ging niet. Ze was te verward om woorden over haar lippen te laten glijden. Het was een 'ongeluk', zo noemde haar moeder het. Een ongelukkig ongeluk dat uit de hand was gelopen. Het had nooit hoeven gebeuren, zei ze. Maar, wat had er anders kunnen gebeuren? Nelson had haar toch wel geslagen, hij had gedronken en was woest. Als Anabella en Yahra er niet waren geweest had het misschien niet hoeven gebeuren, maar ze waren er. Ze waren uitgenodigd, omdat Gwendoline en Alyssandra beiden behoefte hadden aan gezelschap van mensen die hetzelfde voelden als zij voelden, in een land waar ze neerbuigend werden aangekeken door de helft van de ras echte Nederlandse bevolking.
"Je vader en ik zijn erover eens dat ik me wat meer mag uiten, vooral over mijn afkomst. Maar dit mag nooit meer gebeuren."
Het was gebeurd en het kon niet vergeten worden. Het beeld stond in de gedachte van Alyssandra, en het was onmogelijk voor haar om het te wissen. Het stond daar, alsof het op haar was getatoeëerd op haar netvlies. Ze herbeleefde het moment telkens opnieuw, het geschreeuw van haar moeder, de pakken slaag die ze kreeg van haar liefhebbende man, het moment dat hij zijn dochter sloeg, het pakken van het mes van tafel, het steken in zijn been.
"Het spijt me dat je dit hebt moeten meemaken."
Ja, dat speet Alyssandra ook. Ze had een onbekend meisje haar leven binnengelaten, met de gedachte dat ze er goed aan deed. Het meisje dat alleen over zichzelf sprak, het meisje dat rustig door kon praten terwijl iemand iets tegen zei. Ze was alleen op zichzelf gericht, ze keek alleen naar hoe zij de wereld zag. Ze leefde in haar eigen wereld. Een wereld waarin het vermoorden van mannen een optie was die zij en haar moeder overwogen; deelden met de mensen om hen heen.
Toen ze wakker werd ging ze op de rand van haar bed zitten, ze staarde recht voor zich uit.
"Alyssandra, ben je al wakker?"
Gwendoline kwam langzaam, voorzichtig zelfs, de kamer binnengelopen. Ze zag er verslagen uit: ze had wallen onder haar ogen, haar ogen zelf waren rood en opgezwollen, ze had blauwe plekken in haar gezicht, bij haar rechteroog, op haar wang, bij haar kaak.
"Wat er is gebeurd gister, moet je vergeten."
Alyssandra knikte. Ze was het ermee eens. De vorige avond leek op een film, een dramatische actiefilm waar ze niks meer van wilde herinneren. Zulke dingen gebeurden niet in het echt, niet in Breda. Het was een verschrikkelijk ongeval, waar Nelson zijn vrouw al voor had vergeven. Hij was fout, dat wist hij. Hij had gedronken, luisterde naar zijn grimmige broer en maakte zich vooral zorgen om zijn eigen leven. De aanwezigheid van twee onbekende Antilliaanse vrouwen kon alles op z'n kop zetten, en dat mocht niet. De familie van Dammen had vredig geleefd, ook al miste Gwendoline haar moederland. Ze had er zelf voor gekozen om de liefde naar Nederland te volgen.
"Papa ligt beneden, hij kan niet naar boven lopen. Hij heeft me vergeven, voor alles."
Nelson lag op de bank met een verband om zijn been, waarvoor hij zijn zus midden in de nacht voor wakker had gebeld. Hij wilde gesteriliseerd verband, de wond die zijn vrouw bij hem had gemaakt mocht niet gaan ontsteken. Toen zijn zus was aangekomen, had ze ook gekeken naar de verwondingen in het gezicht van Gwendoline. Zonder te vragen wat er was gebeurd had ze hen beiden verzorgd. De blauwe plekken van haar schoonzus had ze gekoeld met een cold pack, de snee op haar wang had ze rustig gehecht.
"Gaat het een beetje, Alyssandra?"
Nee. Het ging niet. Ze was te verward om woorden over haar lippen te laten glijden. Het was een 'ongeluk', zo noemde haar moeder het. Een ongelukkig ongeluk dat uit de hand was gelopen. Het had nooit hoeven gebeuren, zei ze. Maar, wat had er anders kunnen gebeuren? Nelson had haar toch wel geslagen, hij had gedronken en was woest. Als Anabella en Yahra er niet waren geweest had het misschien niet hoeven gebeuren, maar ze waren er. Ze waren uitgenodigd, omdat Gwendoline en Alyssandra beiden behoefte hadden aan gezelschap van mensen die hetzelfde voelden als zij voelden, in een land waar ze neerbuigend werden aangekeken door de helft van de ras echte Nederlandse bevolking.
"Je vader en ik zijn erover eens dat ik me wat meer mag uiten, vooral over mijn afkomst. Maar dit mag nooit meer gebeuren."
Het was gebeurd en het kon niet vergeten worden. Het beeld stond in de gedachte van Alyssandra, en het was onmogelijk voor haar om het te wissen. Het stond daar, alsof het op haar was getatoeëerd op haar netvlies. Ze herbeleefde het moment telkens opnieuw, het geschreeuw van haar moeder, de pakken slaag die ze kreeg van haar liefhebbende man, het moment dat hij zijn dochter sloeg, het pakken van het mes van tafel, het steken in zijn been.
"Het spijt me dat je dit hebt moeten meemaken."
Ja, dat speet Alyssandra ook. Ze had een onbekend meisje haar leven binnengelaten, met de gedachte dat ze er goed aan deed. Het meisje dat alleen over zichzelf sprak, het meisje dat rustig door kon praten terwijl iemand iets tegen zei. Ze was alleen op zichzelf gericht, ze keek alleen naar hoe zij de wereld zag. Ze leefde in haar eigen wereld. Een wereld waarin het vermoorden van mannen een optie was die zij en haar moeder overwogen; deelden met de mensen om hen heen.
-
- Potlood
- Berichten: 96
- Lid geworden op: 23 aug 2014 12:18
- Contacteer:
Ben benieuw hoe het verder loopt. Zal ze echt Annabella negeren op school? Schrijf gauw verder, ik ben nieuwsgierig.
Nerveus maakte Alyssandra zich klaar voor school. Ze had een zwarte legging aangetrokken met een grijze trui en zwarte Nike sportschoenen. Ze had geen zin meer, school was vermoeiend en al helemaal met Anabella in haar omgeving. Ze zaten nog steeds naast elkaar in de klas, tijdens alle lessen die ze hadden. Alyssandra wilde haar vergeten, niet meer met haar praten. Maar hoe kon ze dat doen, als ze opdrachten met haar moest doen voor Engels - op maandag waren de spraakoefeningen die ze samen moesten doen.
Zuchtend bond ze haar haren in een paardenstaart, pakte haar tas uit de hal en liep naar buiten, naar haar scooter. Ze ging zitten en reed naar school.
Ze kon het schoolplein al zien, ze zag Anabella bij Rima en Alexa staan, samen rokend. Ze leken te praten, God mocht weten waarover. Anabella zag er goed uit, ze had haar zeemeermin-achtige nepharen - weave - omgeruild voor lange witblonde krullen. Ze droeg een lichte spijkerbroek met hoge taille, een dun kort blouseje, en witte Nikes. Ze lachte, draaide haar hoofd, zag Alyssandra op haar scooter het schoolplein oplopen, gooide haar sigaret weg en volgde de Vespa.
"Alyss," riep ze haar na. "Alyss wacht even."
Zo snel als ze kon zette ze haar scooter weg en liep ze naar binnen. Ze negeerde het wanhopige meisje dat haar nariep en achter haar aan wandelde. Het deed haar pijn, om haar voormalige vriendin niet te groeten, maar ze kon niet anders.
Wat voor keuze had ze, omgaan met het meisje dat samen met haar moeder ervoor zorgde dat Gwendoline haar vader bijna neerstak? Nee, dat was ondenkbaar. Ze moest volhouden.
Zuchtend bond ze haar haren in een paardenstaart, pakte haar tas uit de hal en liep naar buiten, naar haar scooter. Ze ging zitten en reed naar school.
Ze kon het schoolplein al zien, ze zag Anabella bij Rima en Alexa staan, samen rokend. Ze leken te praten, God mocht weten waarover. Anabella zag er goed uit, ze had haar zeemeermin-achtige nepharen - weave - omgeruild voor lange witblonde krullen. Ze droeg een lichte spijkerbroek met hoge taille, een dun kort blouseje, en witte Nikes. Ze lachte, draaide haar hoofd, zag Alyssandra op haar scooter het schoolplein oplopen, gooide haar sigaret weg en volgde de Vespa.
"Alyss," riep ze haar na. "Alyss wacht even."
Zo snel als ze kon zette ze haar scooter weg en liep ze naar binnen. Ze negeerde het wanhopige meisje dat haar nariep en achter haar aan wandelde. Het deed haar pijn, om haar voormalige vriendin niet te groeten, maar ze kon niet anders.
Wat voor keuze had ze, omgaan met het meisje dat samen met haar moeder ervoor zorgde dat Gwendoline haar vader bijna neerstak? Nee, dat was ondenkbaar. Ze moest volhouden.
- It's a fine line between truth and lies -
-
- Potlood
- Berichten: 96
- Lid geworden op: 23 aug 2014 12:18
- Contacteer:
Maar zal ze volhouden? Ik ben benieuwd. Graag gelezen, ik volg het op de voet.