Hoofdstuk 2
Zodra ik mijn fiets in de schuur heb gezet en thuis kom is mijn vrolijkheid meteen verdwenen. Ik woon hier nu al acht jaar en begin er langzaam genoeg van te krijgen. Iedere dag is hetzelfde, zodra je thuis komt moet je je tas meteen mee naar boven nemen om rommel te voorkomen. Als je iets te drinken hebt genomen moet je je beker meteen in de vaatwasser zetten en om half zes moet je beneden komen om te helpen met koken en de tafel te dekken. Vervolgens moet je helpen met de afwas en is er een vaste tijd waarop je op je kamer moet zijn en eigenlijk moet gaan slapen. Aangezien ik de oudste ben heb ik nog mazzel, voor mij geldt de regel dat ik om tien uur naar boven moet. Liese en Wessel zijn wat jonger, Liese is tien en Wessel pas vier. Ze zijn broer en zus en ze wonen hier omdat hun moeder niet in staat is ze op te voeden. Hun vader is weggelopen toen hun moeder in verwachting was van Wessel. Liese is een lief meisje dat heel erg veel houdt van haar broertje, dit zie je aan alles, ze probeert Wessel met alles te helpen. Wessel is een vrolijk ventje met schattige blonde krulletjes. Ook al zijn Wessel en Liese niet mijn echte broertje en zusje, voelt het soms wel zo. Het zijn twee lieverds en ik houd veel van ze, hoe vervelend ze soms ook kunnen zijn. Dit kan ik niet zeggen over Ingrid, mijn pleegmoeder. Ik weet niet hoe het komt maar sinds ik wat ouder word, ga ik me steeds meer aan haar irriteren. Misschien komt dit gewoon door de puberteit zoals iedereen zegt. Er zijn steeds meer dingetjes waar ik me aan erger en zeker sinds de afgelopen zomervakantie ben ik echt helemaal klaar met haar. Ik weet dat ze enorm veel voor me gedaan heeft en dat ik haar daar dankbaar voor moet zijn. Dat ben ik ook zeker, maar ik woon hier nu al acht jaar en soms heb ik echt het gevoel dat ik het niet langer meer trek om hier te wonen. Het probleem is alleen dat er geen andere optie is, zolang ik nog geen achttien ben moet ik hier wel blijven wonen. Dat duurt dus nog iets meer dan twee jaar en ik ben bang dat dat twee erg lange jaren zullen worden. Over twee maanden word ik zeventien jaar en ben ik de oudste van al mijn vriendinnen. 'Hallo Mia, hoe was je eerste schooldag?' Ik loop de woonkamer in en zie dat Ingrid bezig is om wat drinken te maken voor Wessel. 'O, wel prima hoor.' mompel ik, in de hoop dat ze niet doorvraagt. Blijkbaar is ze nog niet tevreden met het antwoord dat ik net gegeven heb. 'Wat hebben jullie gedaan? Is het een beetje een leuke klas? En is je mentor aardig? Hoe heet die man nou ook alweer...' 'Sam.' zeg ik voordat ze er zelf mee komt. 'O ja, Sam, natuurlijk. Geschiedenis gaf hij toch?' 'Ja klopt...' zeg ik nogmaals mompelend terwijl ik ook wat te drinken pak. 'Nou zeg, niet zo treurig was het zo erg?' Nog zo een ding waar ik me aan erger, altijd maar dat bemoeizuchtige gedoe. 'Nee het was heel gezellig hoor, ik zit met Janine, Britt en Taylor in de klas dus dat is wel leuk.' probeer ik met een glimlach te vertellen. Ook al was deze dag eigenlijk best leuk en snap ik niet waarom ik zo moeilijk doe, heb ik niet de behoefte dit haar te vertellen. Volgens mij heeft ze het eindelijk door en ik gebruik dit moment om naar mijnkamer te glippen. Als ik boven ben kom ik Liese tegen op de gang. 'Hoi Mia.' zegt ze vrolijk met een grote glimlach op haar gezicht. 'Hee Liese, hoe was het op school vandaag?' vraag ik lief. 'Het was echt heel erg leuk! Ik zit echt in een hele leuke klas en we gingen ook beginnen aan topografie vandaag. Weet jij waar Maastricht ligt? Ik wel, helemaal onder in Nederland rechts!' ratelt ze maar door. Het is fijn om te horen dat ze het fijn heeft gehad. Soms voel ik me toch wel verantwoordelijk voor haar, ook zij heeft al veel meegemaakt. Voor haar is de situatie misschien nog wel lastiger dan voor Wessel. Ze heeft haar eigen vader gekend en ze was zes toen hij wegliep. Ik heb er wel eens gesprekken met haar over en dan merk ik hoeveel verdriet ze eigenlijk met zich meedraagt. Het is dan ook fijn om te merken dat ze mij ook vertrouwt, we hebben de afspraak dat als er iets aan de hand is ze altijd even met me kan praten. Liese vindt het blijkbaar ook fijner bij mij dan bij Ingrid. Of dat iets is waar ik blij mee moet zijn weet ik niet, aangezien ik vind dat het eigenlijk te taak is van Ingrid. Nadat Liese is uitgepraat geef ik haar nog een aai over d'r hoofd en verdwijn ik mijn kamer in. Als ik op mijn mobiel kijk zie ik dat ik een berichtje heb van Mees, ik krijg meteen weer een warm en raar gevoel. Het is moeilijk te beschrijven, maar sinds vorig jaar is het gevoel nieuw en het wordt steeds erger. Ik ken Mees al sinds ik 4 ben, toen we bij elkaar in de klas kwamen op de basisschool. Onze ouders waren erg goede vrienden en ik kom dan ook nog vaak bij hun over de vloer. Vorig jaar zat ik opeens weer bij hem in de klas en merkte ik hoe leuk hij eigenlijk was. We zijn al jaren hele goede vrienden, maar sinds vorig jaar voel ik meer voor hem. Iets wat hij niet hoeft te weten, het maakt de situatie alleen maar ongemakkelijk en ik wil onze vriendschap niet verpesten. Britt weet van mijn gevoelens voor Mees en ze vind dat ik er wat mee moet doen. Want we passen zo goed bij elkaar zegt ze elke keer, gelukkig snapt ze ook dat het allemaal wat ingewikkelder ligt.
Hee, hoe was het op school vandaag? Je zit in 5v1 toch? Misschien dat we nog bij wat vakken bij elkaar in de klas zitten, zou leuk zijn! En hoe ging het voor de rest als je snapt wat ik bedoel... Zullen we morgen anders chillen bij mij thuis, mijn ouders vinden het ook leuk je weer even te spreken.
Ik merk hoe blij ik word van het berichtje en stuur meteen wat terug
Heee, het ging wel op zich, het is een erg fijne klas en ze toonden veel begrip. Anders dan andere keren. En jij, ook een beetje een oké klas? Zou tof zijn om wat uren samen te hebben! En zeg maar tegen je ouders dat ik morgen langskom, lijkt me gezellig, even bijkletsen.
Binnen no-time ontvang ik weer een berichtje van hem
Top, heb er zin in! X
Een kusje, hij stuurt me een kusje! Met een grote grijns op mijn gezicht bekijk ik de andere berichtjes die ik heb ontvangen. In de groepschat is weer aan één stuk door gespamd en ik heb dan ook even de tijd nodig om het allemaal terug te lezen. Uiteindelijk blijkt dat er eigenlijk niets nuttigs is gezegd, zoals gewoonlijk. Aangezien ik toch nog geen huiswerk heb besluit ik maar even wat muziek op te zetten en te kijken of er iemand online is op skype. Ik zie dat Daantje online is, eens even kijken of ze zin heeft om te skypen. Binnen een paar seconden wordt er opgenomen. 'Hee Daan!' zeg ik vrolijk, misschien wel iets te vrolijk. 'Zo jij hebt een grote grijns op je gezicht, heb je zo een leuke klas?' Ik voel dat ik rood begin te worden. 'Ja, echt een super leuke klas! Jij?' probeer ik er overheen te praten in de hoop dat ze niet vraagt waarom ik rood word. 'Mwah, gaat wel, niet echt extreem leuk of zo, maar op zich wel gezellig hoor.' Daantje ken ik sinds de middelbare school, we zaten bij elkaar in de eerste klas en hebben elkaar zo leren kennen. Al snel bleek dat ik het erg goed met haar kon vinden en dat ik me erg bij haar op mijn gemak voelde. Net als bij haar thuis trouwens, ze heeft een gezin waar ik jaloers op ben. Twee ouders die dolgelukkig met elkaar zijn, een jonger zusje en een oudere broer. Een perfect gezin en een huis waar als je binnenkomt meteen een fijne sfeer hangt. Dat is ook de reden waarom ik vaak bij haar huiswerk ging maken, zeker in de eerste klas. Maar sinds we niet meer bij elkaar in de klas zitten is dat wat minder geworden. Erg jammer, maar er is al een afspraak gemaakt om binnenkort weer te logeren, iets waar ik nu al naar uitkijk. 'Ik vind het echt jammer dat we niet bij elkaar in de klas zitten.' zeg ik terwijl ik een overdreven pruillip trekken. 'Ja ik ook, was echt weer gezellig geweest!' zegt ze terwijl ook zij een zielige pruillip probeert te trekken. Terwijl Daantje en ik nog wat doorkletsen over van alles en nog wat betrap ik mezelf erop dat ik hartjes aan het tekenen ben op het kladblok dat naast me op mijn bureau ligt. Is het nou echt zo erg met mij? Hartjes tekenen, hoe cliché, ik voel me net een beginnende puber uit een kindertelevisieshow. Om half zes word ik door Ingrid geroepen om te helpen met tafeldekken. 'Sorry ik moet gaan, de heks heeft mijn hulp weer eens nodig.' zeg ik terwijl ik met mijn ogen draai. 'Succes!' zegt Daantje met een glimlach en ik klap mijn laptop dicht. Tijd om tafel te dekken, eens kijken of Ewoud al thuis is. Ewoud is de man van Ingrid, samen verzorgen ze de kinderen van het pleeggezin. De reden dat ze hiervoor gekozen hebben is dat ze zelf geen kinderen konden krijgen. Ik heb het er wel eens met Ewoud over gehad en hij vertelde dat hij aan Ingrid heeft voorgesteld om pleegkinderen te 'nemen'. Het leek hem een mooie manier van toch nog kinderen hebben en Ingrid had hier gelijk mee ingestemd. Ik vind het inderdaad een mooie gedachte, maar toch had ik het liever anders gehad. Alhoewel, er is geen andere optie, ik moet er niet aan denken wat er was gebeurd als ik niet bij Ingrid en Ewoud had kunnen wonen.