nira's held

Hier kun je verhalen vinden waar langer dan een half jaar niet aan geschreven is of op gereageerd. De verwachting is dat deze verhalen niet meer afgemaakt worden. Staat jouw verhaal hier en wil je verder schrijven? Neem dan even contact op met één van de moderators, dan wordt je verhaal teruggezet.
Gesloten
Gebruikersavatar
farlain
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 87
Lid geworden op: 30 aug 2008 20:28
Locatie: Vlaanderen

Dit is mijn eerste verhaal die ik ooit post. Ik heb eerder wel al wat verhalen geschreven, maar een echte serieuze poging heb ik nog nooit ondernomen.

Ik hoop dat het jullie wat lijkt, commentaar is altijd handig.
Ik zal eerst de proloog posten
Veel leesgenot :D

Proloog
“Vertel me een verhaal!”
Glimlachend, draaide Krisha zich opnieuw om. “ Shri, het is al laat. Je zou nu al moeten slapen.”
Shri sloeg zijn handen op zijn bed. “Verhaal!” herhaalde hij. “ Een goeie!”

Krisha stak een kaars aan en ging zitten op de stoel naast Shri’s bed. Door het raam aan haar andere kant kon ze de vuurvliegjes zien dansen in het donker, en enkele andere ramen in het dorp waren ook nog verlicht.
“Goed,” zei ze. “Wat zou je graag willen horen? Wat denk je van een verhaal over een prinses?”
“Nee. Ik wil een goed verhaal. Over een krijger!”
“ Als je er echt op staat.”

Uit de stal naast de kamer, hinnikte een paard zacht, alsof het ook een goed verhaal wou horen.
Krisha dacht na voor een moment. “In een tijd lang gelerden,” begon ze, “ was er een beroemde en tevens beruchte held, genaamd Kryon. Hij reisde van hot naar her, dorpen verdedigen tegen bandieten, prinsessen redden van gemene tovenaars… het soort van daden waar een held beroemd voor is.”

“Op een dag, kwam er een demon die controle nam over de koning. Hij formeerde gigantische legers en marcheerde het hele rijk door, hij plunderde en vernielde er maar op los. Alles stelend om zijn gruwlijke oorlogen te betalen. Het was een zeer duistere tijd.”

“Kryon was een lange tijd weggeweest. Toen hij terugkeerde had hij alles verwacht, maar zeker dit niet. De mensen leefden in angst, wetend dat elke dag hun laatste kon zijn. Hij besloot om er een einde aan te stellen( omdat dat is wat helden nu eenmaal doen)”
Op dit moment begonnen de ogen van Shri al dicht te vallen. Ze wist dat hij binnen enkele minuten vertrokken zou zijn naar dromenland, waar hij ongetwijfeld grote avonturen zou beleven. Tijd dus voor een grote finale. Dacht ze.

“Kryon smeedde een zilveren medaillon en, met de hulp van een krachtige magiër, gaf hij het medaillon de kracht om de demonenkoning te verslaan. Gewapend met dit, vertrok hij op zoek naar de demonenkoning. Ze hadden een dagenlange strijd nodig om te bepalen wie zou overwinnen. Het zag er benard uit voor Kryon. Maar met een laatste krachtsinspanning, getuigend van grote moed en onverschrokkenheid, overwon hij. De demonkoning was verdwenen.”

“De mensen waren zo euforisch door de zege, dat ze besloten om Kryon hun nieuwe koning te maken. Hij regeerde rechtvaardig en eervol. Het rijk was veilig en eindelijk weer gelukkig”

Kriha glimlachte naar Shri, hij had zich omgedraaid en was in een diepe vredige slaap. Ze stopte hem in en gaf hem een kus op zijn hoofd.
“Slaapzacht, mijn kleine held.”

Ze blies de kaars uit en verlaatte de kamer. Zachtjes de deur sluitend, maakte ze zich op om ook zelf te gaan slapen.
Het verleden heb je, je toekomst bepaal jezelf
Rainbow

Ik vind hem nu al spannend :D! Heerlijk mysterieus en behalve van een paar spelfoutjes ziet het er goed uit hoor :)
Gebruikersavatar
farlain
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 87
Lid geworden op: 30 aug 2008 20:28
Locatie: Vlaanderen

Hier hoofdstuk 1, het is wel totaal iets anders dan de proloog. Maar je ziet maar.

“Als je me dood, betekent dat je eigen ondergan.”
“Dit is je einde, monster”
“Nee wacht! Vermoord hem niet!”

Shri schrok wakker, bijna viel hij van de tak waar hij op zat. Opnieuw dezelfde droom. Hij schudde zijn hoofd, proberend om de slaap van zich af te schudden.
De afgelopen tien dagen, droomde hij over een duistere ruimte. Het was een soort van hal, fel verlicht door een blauwe gloed, die hij niet meteen kon thuisbrengen. Hij kreeg spontaan kippenvel als hij er nog maar aan dacht. Hij stond tussen een groep mensen, die als betoverd naar een man keken even verderop. Het heilige moment verstorend, maakte iemand zich los uit de groep, en sprintte naar voor. Afstormend in een pure razernij op de man, trok ze haar zwaard. Shri wist dat er iets slecht zou gebeuren moest ze slagen, maar hij kwam nooit te weten wat precies. Hij ontwaakte telkens te vroeg om bloed te zien vloeien.

Een plots geluid drong hem terug naar het heden. Hij hoorde het opnieuw, een zacht geluid, iemand die op een tapijt loopt, maar Shri’s oren detecteerden het moeiteloos. Hij liet zijn priemende blik rondgaan. Hij trok zijn grijze mantel dichter om zich heen met zijn ene hand, en zijn speer nemend in zijn andere hand.

Eindelijk, kwam de bron van het geluid tevoorschijn. Een katachtige passeerde onder Shri’s eikenboom. Hij was groot, had een donker gele kleur en een lange donkere staart. Shri wist dat hij compleet stil moest blijven. Woudleeuwen waren bekend om hun uitstekende zintuigen. Het zou al een geluk mogen wezen mocht het dier hem al niet geroken hebben, hij had niet de ambitie om te vechten met een dier 2 keer zo groot als zichzelf.

Langzaam, alsof hij een prooidier opspoorde, bewoog de leeuw voorwaarts. Zijn gruwelijke, dodelijke klauwen maakten nauwelijks hoorbaar geluid op de dikke bosvloer.
Nog iets verder, wilde hij schreeuwen, maar wijselijk verbrak hij de stilte niet. Het beest naderde nog een halve meter. Shri glimlachte, zijn val kon niet anders dan werken.
De tijd leek te stoppen, toen de leeuw recht onder de boom kwam. Shri zijn hart klopte in zijn keel terwijl hij over de tak leunde, neerkijkend op het beest. Zijn grip op zijn speer verhardde. Met zijn vrije hand, reikte hij voor het touw, liggend op een gebroken tak. Hij focuste zijn blik op een half begraven cirkel op de grond. Hopend dat de leeuw het niet zou opmerken.

De leeuw nam nog een stap en Shri ging over tot actie. Hij sprong naar beneden via het touw, Aan de andere kant van het touw, gleed een strop over een van zijn achterpoten. Hij brulde gealarmeerd, Toen zijn poot van onder hem in de lucht getrokken werd. Shri zijn sprong was voldoende om volledig de leeuw zijn achterkant in de lucht te brengen.
Meteen toen Shri landde, gooide hij zijn uiteinde van het touw om een omgevallen boom, zo de leeuw vast houdend. Het beest gromde en brulde van woede en pijn, klauwend naar de grond om zo zich te bevrijden.

Shri verspilde geen tijd en gooide zijn speer recht op het dier.
De gecombineerde kracht van de leeuw zijn pogingen om los te komen en de beperkte buigzaamheid van de tak. Veroorzaakten dat de tak brak en het touw viel. De leeuw sloeg neer op de grond, recht onder het pad van Shri zijn wapen. De speer schampte de schouders van de leeuw, maar veroorzaakte geen ernstige schade.
Shri bevroor toen de leeuw zich oprichtte, de gemene gele ogen staarden nu naar hem. Sluipend, kwam de leeuw dichter.

Zonder na te denken, klom Shri de dichtste boom in. Hij had alleen maar de tijd om zich op de tak te trekken, voordat de leeuw zijn zwarte klauwen toesloegen. Hij was buiten bereik, maar hij wist dat hij hier niet eeuwig kon blijven, en woudleeuwen gaven niet snel op. Hij had een uitweg nodig.

Of ten minste zijn speer.
Hij zocht voor zijn wapen, hopend dat het niet te veraf was.
Hij had geluk. De speer had zich vastgepind in een boom recht achter de plaats waar de leeuw gevangen was- recht naast de boom, waar Shri nu zat.
Shri keek naar de leeuw, ongeduldig wachtend staarde hij terug met pure haat in zijn ogen. Af en toe kwam hij zijn voorpoten op de boom leggen en schudde. Alsof hij hoopte dat Shri als een appel uit een boom zou vallen. Shri voelde de boom kraken onder al dat gewicht.

Shri zijn hard klopte zo hard in zijn borst dat het pijn deed. Hij zou maar een kans hebben, falen stond gelijk aan de dood. Hij schatte zorgvuldig de afstand in.
In een beweging sprong hij van de tak, landde hij op de grond met een koprol, en greep de speer vast. Hij trok het wapen uit de boom en draaide zich om, nog net op tijd om de leeuw te zien springen.

De leeuw had geen tijd om te reageren, voordat hij recht op de speer van Shri viel.
Shri rolde uit de weg, toen de leeuw slaand in alle richtingen met zijn klauwen, een doodssmak maakte op de grond. Hij gromde, brulde en spuugde, De vacht werd langzaam roder. Totdat het beest zijn bewegingen stopte.

Bloed afvegend van zijn gezicht, trok Shri de gebroken speer uit het bewegingloze lichaam van de leeuw. Hij lachte luid toen hij door de takken de hemel langzaamaan op zag klaren, meer uit nerveuze opluchting dan voor amusement. Hij trok een klein mes vanonder zijn mantel en zette zich aan het werk.
Het verleden heb je, je toekomst bepaal jezelf
Gebruikersavatar
farlain
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 87
Lid geworden op: 30 aug 2008 20:28
Locatie: Vlaanderen

Nieuw stukje
Even een vraagje, post ik te snel of zijn de stukken te lang?
Ik hoop dat je het goed vind, commentaar is altijd wenselijk.

Hoofdstuk 2
Met zonsondergang verscheen Shri aan de rand van het bos. Hij voelde zich opgelucht toen hij zijn vertrouwde dorp terugzag. Coerul was een klein dorpje met een honderdtal inwoners. Maar nooit voelde hij de nood om deze plaats te verlaten voor een ander. Hij genoot van de vrede en comfort die het bood. En als hij nood had aan spanning dan zou hij wel gaan jagen in het het woud dat het dorp omringde.

Shri marcheerde trots het pad af. Het hoofd van woudleeuw vasthoudend, alsook een de klauwen van het beest.
Toen hij de eerste velden bereikte, hoorde hij voetstappen snel naderen. Om de hoek kwamen twee van zijn vrienden tevoorschijn. Vanzelfsprekend onder de indruk van het hoofd dat Shri droeg.

“Je hebt het gedaan!” riep Kray luid. Hij was een eerder kleine energieke kwajongen. Hij mocht nooit zijn vader helpen, die slager was. Er was teveel kans dat Kray zou uitschieten en zo iets zou snijden. “ Je hebt hem gevangen!”

Shri zijn andere vriend, Jeir, was altijd de gevoelige. Hij woonde in bij zijn grootvader, bekend in het dorp als een excentriekeling, die altijd bezig was te ontrafelen hoe vogels vlogen, of waarom de zon onderging s’ avonds. Dit alles maakte Jeir een rationeel denker.”Natuurlijk deed hij het,” zei hij alsof het vanzelfsprekend was. “De kansen waren in ieder geval in zijn voordeel.” Verklaarde Jeir. “ goed gedaan. Dat is al een bedreiging minder voor onze veestapel”

"Tuurlijk deed ik het," zei hij alsof daar geen twijfel over bestond.
Jeir porde Kray in zijn maag en zei, "Ik geloof dat we door moeten"
Kray knikte begrijpend
Shri keek even vreemd op maar wenste hun toch vaarwel.

Shri wandelde verder, nam dankbaar de felicitaties in ontvangst van de opgeluchte inwoners, en vervolgde daarna zijn weg door het dorp naar de stallen. Omdat zijn vader de dorps paardenmeester was, was hun huis ernaast gelegen.

Shri duwde de deur open en legde het leeuwenhoofd op de tafel. Hij poetste met de tanden totdat ze blinkend oplichten. Nadat hij een lange houten paal van een punt voorzien had, plantte hij het hoofd buiten voor de deur. Hij bewonderde het effect voordat hij terug naar binnen ging voor de klauwen te poetsen.

Hij was juist bezig ze aan een leren koord te rijgen toen hij een paard hoorde naderen. De berijder vloekte toen hij afsteeg. Er was een pauze en een schrapende stilte toen voetstappen het paard in de stal begeleiden.
“Drukke dag? Shri grinnikte geamuseerd, toen de staldeur open ging.
Jek, Shri zijn vader, had een ruig gezicht dat enigszins verborgen werd door een zware baard. Zijn grijze ogen waren nog steeds scherp en vlug, maar zijn ooit zo krachtige handen, moesten het afleggen tegen de tijd.

“Ik ben altijd bezig,” gromde hij. “Terwijl jij uit was, heb ik 5 paarden hoefijzers aangemeten, en een merrie haar been gespalkt, allemaal alleen.” Hij liet zich neerzakken op een houten bank.
“Sorry,” mompelde Shri. “Maar ik had een hoop te doen.”
“Dat heb ik gezien, ja!” sneerde Jek, met een vleugje ergernis in zijn stem – hoe kan hij nu geërgerd zijn?, dacht Shri. Die leeuw vermoordde teveel dieren!- “Je verdwijnt de volledige dag in het bos om wat te spelen, terwijl ik hier al jouw werk moet opknappen!”
“Spelen?” probeerde hij om zijn kalmte niet te verliezen.” Het is nu niet echt eenvoudig om een woudleeuw te doden, zeker niet zo een grote! Ik kan dat met de beste wil van de wereld nog niet spelen noemen.”

“Als je werkt, dan speel je. Ik heb jou hier nodig! Ik kan niet alles op men eentje doen!”
“Die leeuw vermoordde teveel koeien en geiten om ongemoeid te laten! Iemand moest iets doen! Ik dacht dat je trots zou zijn!” Shri was er zich van gewaar dat zijn stem luider klonk, maar deed er niets aan om dat te veranderen. “ En over het jagen, ik verkoop het vlees dat we niet nodig hebben aan de slager. Dat telt toch ook voor iets, niet? Waarom kan je gewoon niet de dingen zien die ik doe, in plaats van die ik niet doe.?”

Jek stelde zich recht, en keek dreigend naar Shri. “Neem niet zo een toon aan tegen mij!” riep hij. “Wanneer jij op je kleine avontuurtjes bent, verdubbelt het werk hier! En ik kan niet aan Jia vragen om te helpen met de paarden omdat ze te jong is! Dit is je leven, onthoud dat!”

“Ik kan geld verdienen voor ons met iets waar ik goed in ben. Ik help je nu, maar ik zal niet volledig mijn leven stallen uitmesten!”

“En waarom niet als ik mag vragen? Is het zo een vreselijk leven voor je? Niet goed genoeg voor meneer misschien? Het heeft je wel in leven gehouden tot nu toe!”

Shri ademde diep in. “ Ik wil gewoon iets anders doen. Zaken buiten mogen doen, in plaats van een ganse dag in een paardenstal te zitten.”

“Als je echt zo snakt naar buiten zijn,” gromde Jek, “ dan ga je nu maar naar buiten. Komaan! Ga maar gaan zien welk leven je wil leidden! Slaap desnoods in het afval, het kan me niets meer schelen!”

Shri voelde dat hij iets moest zeggen, maar hij stopte zichzelf voordat het nog erger kon worden. Hij schouderde de leeuwenklauwen en stormde de deur uit. Hoe kan hij me op die manier behandelen? Vroeg hij zich stil af. Wat heb ik verkeerd gedaan? Waarom kan hij niet zien wie ik ben? Ik hoor niet thuis in een stal. Hij kwam bij het hek en stopte, kijkend naar de zonsondergang. Was moeder nu maar hier. Echt, hij had vader alleen nog maar blij gezien toen Krisha nog leefde. Ze was de perfecte balans in de familie. Maar dan kwam de overstroming, en nu werkt Jek alleen nog, en dat is wat hij ook verlangt van zijn kinderen.
Het verleden heb je, je toekomst bepaal jezelf
Gebruikersavatar
TheNameless
Puntenslijper
Puntenslijper
Berichten: 31
Lid geworden op: 17 okt 2008 19:47

Heey,

Ik vind het tot nu toe een erg mooi verhaal, spannend en je moet zeker doorschrijven!

Het enige wat ik (persoonlijk) nogal irritant vind is dat je wel érg veel enters doet. Als je een nieuwe alinea begint, is een witregel oké, maar je doet nu een witregel na élk stukje dat gezegt is (ongeveer :P ) als je gewoon enter doet zonder die witregel, is het denk ik ook wel prima..

Verder: Schrijf door! Ik wacht op meer!

Ps: ik vind je posts niet te lang en ook niet te snel achter elkaar.. Maar das persoonlijk xD :angel
Write from your Heart, Write from your Soul.
Make the best of your Talent, And Don't Ever let it go.
Gebruikersavatar
farlain
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 87
Lid geworden op: 30 aug 2008 20:28
Locatie: Vlaanderen

Laatste stuk van hoofdstuk 2

“Wat is er mis?”
Shri keek op naar rechts. Zittend op de omheining naast hem, zat zijn zusje Jia. Ze was nog een kind, amper tien jaar, maar er was iets wat haar ouder deed lijken, alsof ze een aura van kracht rondom haar had. Een tweede blik naar haar wijde blauwe ogen en onschuldige houding, was genoeg om iedereen te overtuigen van haar jeugd. Ze schommelde wat met haar benen, in haar handen hield ze een boeket van margrieten, paardenbloemen, klaverkruid en klaprozen. Die laatste waren zijn persoonlijke favoriet, je kon een klaproos niet verplanten, eens ze haar wortel weg was, ging ze langzaam dood.
“och, hetzelfde als altijd,” zuchtte Shri
“Opnieuw papa.” Jia leunde achteruit, haar voeten nog steeds schommelend alsof ze gevangen waren in de wind. “Jullie twee vechten teveel.”
“Echt?” Zei Shri sarcastisch. “Daar had ik geen idee van! Ach, we zullen het wel nooit kunnen vinden met elkaar.”
“Waarom?”
Shri glimlachte naar haar. Ze leek zo onschuldig, maar ze was goed in hoogte krijgen van iemand en dan vooral van zijn problemen.
“Vader wil de rest van zijn leven spenderen bij zijn paarden. Stallen uitmesten, hoefijzers vervangen, benen spalken… Ik weet het niet. Ik wil gewoon iets meer om voor te leven.”
Jia giechelde, alsof het zo makkelijk was om het op te lossen. “ Wat jij nodig hebt is een goed avontuur,” zie ze alsof het een voldongen feit was. “ Verken de wijde wereld, ontmoet mensen, doe dingen. Dat is wat je nodig hebt.”
“Je bent zo gek soms. Je verstaat zaken als dit niet. Ik kan gewoon niet vertrekken.”
“Waarom niet?”
Shri slaakte een lange zucht. “ Ik vermoed dat ik hier mijn wortels heb, ik moet hier zijn of hier nabij. Ik ken hier mensen. Hier heb ik tenminste vrienden, jij bent hier. Dat alles kan ik niet achterlaten”
Hij nam een bloem uit het boeket, en stopte die achter haar oor. “ het is net als met deze klaproos eens ze haar wortels kwijt is sterft ze, daar vrees ik ook voor.”
Jia glimlachte wijd en gooide haar armen om Shri zijn nek. “ Ik ben hier broer, als je me nodig hebt.”
Ze sprong van het hek af. “Kus de ring,” zei ze, ze stak haar arm uit. Ze droeg een zilveren ring met een kroon van amber. Waarvan ze geloofde dat het haar geluk bracht. Shri maakte een heuse buiging voor haar en kuste de ring.”Ik ga eerst naar binnen, “ vermelde Jia, en met een grijns op haar mond marcheerde ze naar huis.
Shri glimlachte naar haar. Dat was haar manier: nadat Jek en Shri gevochten hadden, kalmeerde Jia Jek voldoende zodat Shri opnieuw binnen mocht. Ze is echt zo een schattig kind,dacht hij. Wat zou ik toch ooit doen zonder haar?
Het verleden heb je, je toekomst bepaal jezelf
Gebruikersavatar
farlain
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 87
Lid geworden op: 30 aug 2008 20:28
Locatie: Vlaanderen

Hoofdstuk 3
“Aan wat was je aan het denken? Ben je gek?”
Shri liet zijn hooivork zakken en draaide zich om. In de deuropening, amper zichtbaar door de ochtendzon, leunde Kora met haar hand op haar heup tegen de muur. Ondanks dat ze soms een vervelende moederlijke toon had, was ze nog altijd Shri beste vriend.
“Wat bedoel je?” vroeg Shri, zich wegdraaiend om meer hooi in de stal te gooien.
“Dat!” Zei Kora, wijzend op de halsketting van leeuwenklauwen die Shri droeg. “Je bent achter een woudleeuw gegaan? Alleen?”
Shri probeerde niet te grijnzen. “Geen probleem,” zie hij op een toon alsof hij vis was gaan kopen.” Het nam maar – wat- een paar uur? Kinderspel.”
“Maar.. Je kon gedood worden…”
Shri sloeg zijn hand voor zijn mond, alsof hij het zich nu pas realiseerde.” Vermoord? Door een leeuw? Oh waarom heb je me dat niet eerder verteld!”
Kora keek alsof ze iets wou zeggen, maar in plaats van dat sloeg ze haar armen over elkaar en keek hoe Shri werkte.
“Als je zin hebt,” zei Shri, “Nené mag wel een afgeborsteld worden,” Wijzend op een eikelbruine gekleurd paard dat Kora lui aanstaarde.” Ze heeft het liever als jij het doet.”
Kora nam een borstel van de muur en begon lichtjes de nek van het paard te borstelen. Nené liet haar hoofd zachtjes zakken en nam nog wat hooi. Shri concentreerde zich weer op zijn werk.
Na een moment van stilte, liet Kora de borstel zakken. “ Je kon me meegenomen hebben,” zei ze stil.
“Wat?”
“Ik kon je geholpen hebben.”
Shri werd nerveus van de toon van haar stem. “ En om wat te doen?”
“Ik weet het niet, iets!”
Hij zette zijn hooivork tegen de muur en kwam naast Kora staan, wiens ogen begonnen te tranen.
“Kijk,” zei hij beleefd.” Als jij er was geweest, dan zou ik me alleen maar zorgen maken over jou, en dan zou iemand echt gewond kunnen raken. Het is gewoon een van de dingen die makkelijker zijn om op jezelf te doen.”
“ Ik maak me gewoon zorgen over je, dat is alles. Ik bedoel, je gaat weg om met dat monster te vechten en je verteld het tegen niemand…Een van deze dagen…Wie weet…”
Ze legde haar hoofd op Shri zijn schouder. Plots, stond ze recht en liep naar de deur.
“Als je de volgende keer vermoord wordt,” riep ze naar hem,” dan ver… vergeef ik je nooit!”
Ze verdween in de ochtend.
Shri draaide zich om naar Nené.” Waar ging dat allemaal over?” Zei hij.
Nené, vanzelfsprekend, zie niets terug.
Het verleden heb je, je toekomst bepaal jezelf
Gebruikersavatar
TheNameless
Puntenslijper
Puntenslijper
Berichten: 31
Lid geworden op: 17 okt 2008 19:47

Heey,,

Weer 2 prachtige stukken!
"het is net als met deze klaproos, eens ze haar wortels kwijt is, sterft ze, daar vrees ik ook voor."
Wauw, dat is echt mooi gezegt! :super
En zo zijn er meer stukken die je echt prachtig omschrijft.

Zo nu en dan een spelfout, maar niks om je echt veel zorgen over te maken..

Verder vind ik ook dat je leuke bijzondere namen gebruikt :) namen die ik nog niet veel eerder heb gehoord, erg leuk!

Schrijf snel verder!! :liefde
Write from your Heart, Write from your Soul.
Make the best of your Talent, And Don't Ever let it go.
Gebruikersavatar
farlain
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 87
Lid geworden op: 30 aug 2008 20:28
Locatie: Vlaanderen

Nog een klein intermezzootje voordat het verhaal zich eindelijk op gang trekt.
Ik hoop dat het nog altijd even goed is.

Langzaam, Shri stak zijn hoofd door de struiken, deed zijn best om zo laag mogelijk bij de grond te blijven. Hij betastte het tapijt van dode bladeren en nam een steen ter grootte van een walnoot. Hij leunde achteruit, mikte, en…
“Hebbes!” riep Jia. Een klein paar handen bedekten Shri zijn ogen.
“How!” slaakte Shri.”Doe dat niet!”
Hij kon nog net een van haar handen wegtrekken om het konijn het bos in te zien lopen. Hij zuchtte en liet de steen vallen.
“Gewoon om je mee te delen, “ zie hij, “ dit is de reden waarom ik je nooit meeneem op jacht.”
Jia sprong terug met haar handen op haar heupen.” Je ben niet aan het jagen! Je bent mij aan het helpen!”
Shri lachte en stelde zicht recht. Hij borstelde de bladeren van zijn mantel.”Ik zou jouw een hond moeten geven, zodat iemand jouw zware werk kan doen.” Hij tilde het brandhout op, dat hij eerder naast de steen had neergelegd.
“Ik wil geen hond,” zei Jia. Ze stak haar neus de lucht in, maar ze bleef glimlachen. “ Geef me … geef me een vlinder!”
“Vlinders zijn geen goede huisdieren.”
“Hoe weet je dat? Het zou het beste huisdier kunnen zijn als ik het trainde…”
Shri grinnikte terwijl Jia afwezig naar een plaats met kleine blauwe bloemen wandelde. Hij gebruikte de stilte om beter brandhout bij elkaar te sprokkelen.
“Broer, wie is Lynk?”
“Wat?”
Jia plukte wat blauwe bloemen en schikte ze samen een handvol boterbloemen tot een boeket.”Weet jij wie Lynk is?”
Shri gokte.”Is hij geen prins? Waarom?”
“Hij is vaak in mijn dromen. Ken ik hem?”
“Ik denk het niet. Als hij een prins is, zal hij wel in de stad van de keizer zijn. Ik denk niet dat hij naar hier zou komen. Het is hier niet meteen een Koninklijke vakantieplek, niet?”
Jia plukte nog een zonnebloem en ordende de andere er rond. Dit alles stak ze in haar haar.“Hoe lijkt het?” vroeg ze
Shri lachte, maar zweeg snel. “ Wel, je lijkt juist op een prinses! Hij bekeek haar nog eens goed en zei.” Misschien komt Prins Lynk wel om je ten huwelijk te vragen, Hoogheid!”
“Broer!” Ze ging achter hem staan sprong op zijn rug terwijl ze haar handen over zijn ogen legde
“Jia, how…nee! Shri steigerde onder het plotse extra gewicht en liet het brandhout vallen op zijn voeten.
“Hebbes!”
Laatst gewijzigd door farlain op 15 dec 2008 11:56, 2 keer totaal gewijzigd.
Het verleden heb je, je toekomst bepaal jezelf
Gebruikersavatar
TheNameless
Puntenslijper
Puntenslijper
Berichten: 31
Lid geworden op: 17 okt 2008 19:47

Het is zeker nog even goed. Het verhaal trekt je en het blijft spannend. Ik ben zeer benieuwd naar wat er gaat komen en waar het naartoe leidt.

Ik heb nu echter wel een paar kleine foutjes gezien :)
farlain schreef: Langzaam, Shri stak zijn hoofd door de struiken, zijn best doend om zo laag mogelijk bij de grond te blijven. Hij betastte het tapijt van dode bladeren en nam een steen ter grootte van een walnoot.
doend.. Volgens mij is dat geen woord :o


farlain schreef:Shri lachte en stelde zicht recht. Hij borstelde de bladeren van zijn mantel.”Ik zou jouw een hond moeten geven, zodat iemand jouw zwaar werk kan doen.” Hij tilde het brandhout op, dat hij eerder naast de steen had neergelegd.
Jouw zware werk denk ik zo. Het is een bijvoegelijk naamwoord, altijd zo kort mogelijk schrijven.


Nou dat was het eigenlijk wel :lol:

Ik wacht op meer! :angel
Write from your Heart, Write from your Soul.
Make the best of your Talent, And Don't Ever let it go.
Gebruikersavatar
farlain
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 87
Lid geworden op: 30 aug 2008 20:28
Locatie: Vlaanderen

Hier mist volgens mij iets aan, maar ik kon er niet meteen mijn vinger op leggen.
Daarom post ik het maar.
Kritiek is welkom

Shri stond in het deurgat. Hij boog naar de man zijn rug. De man stapte op zijn paard.
“Dankjewel meneer! Tot ziens”
Hij stapte terug het huis in, hij stopte een paar muntstukken in een kleine lederen beurs. Hij liep door een deur de stallen binnen, waar Jek een paard zen hoef aan het vijlen was.
“Ik hoorde dat Meneer Tross wegging,” zei Jek zonder op te kijken. “Hij heeft ditmaal toch betaald, ja?”
“Jep,” zei hij, schuddend met de beurs
Jek keek op van het geluid. “Dat lijkt meer te zijn dan normaal. Hij heeft je toch niet teveel betaald?”
“Nee, dat is van iets anders.” Shri plaatste de beurs op een schap en nam een hooivork.” Ik heb de leeuwentanden verkocht aan Jeir ’s grootvader. Hij is er blijkbaar van overtuigd dat hij een medicijn voor spinnenbeten met de tanden kan maken.”
Jek schudde zijn hoofd. “ Die ouwe is een rare.” Hij zette de vijl neer en het paard hinnikte dankbaar voordat hij een nieuwe lading hooi opat.
“Luister, Shri,” zei Jek nogal lomp. “Over gisteren, ik kan misschien overdreven hebben. Ik kan niet meer zoveel doen als vroeger, en Jia is nog altijd te klein om voor de paarden te zorgen. Ik heb je hulp meer nodig.”
“Het spijt. Ik bedoelde het niet zo…”
“Och dat weet ik. Je bent nog jong, en je zou plezier moeten hebben. Das nu eenmaal een onderdeel van opgroeien.”
Shri dacht na, hij knipte zijn vingers.” How, ik heb een idee! Kray klaagde onlangs tegen mij dat hij thuis niet kan werken. Misschien kan ik vragen of hij voor mij kan werken. Ik kan hem zelf betalen.”
Jek schraapte zijn keel.” Kray… hij is de zoon van de slager, juist? Hij is redelijk… luidruchtig, niet?”
“ Ik ben zeker dat hij stiller zal worden na wat te werken. Hij heeft gewoon teveel energie, dat is alles. Hij zal zeker geen probleem hebben om alles op tijd af te hebben.”
“Dat een waarheid als een koe,” zei Jek doordacht. “Wel… ik kan momenteel geen goed excuus bedenken, dus het is oké voor mij. Maar je zal hem moeten opleiden!” voegde hij snel toe. “ ik heb geen tijd om op je vrienden te letten terwijl ik mijn eigen werk te doen heb. Verstaan?”
Shri grinnikte en salueerde. “Ja meneer! Geen zorgen, ik zal Kray zelf trainen, geen probleem. Dankjewel!”
Jek gromde als antwoord, maar de hoeken van zijn mond gingen lichtjes omhoog toen hij terugkeerde naar het paard zijn hoef met zijn rasp.
Voor de volgende uren, werkte hij in stilte, Shri was buiten aan het lachen. Hij was verrast dat hij een compromis had kunnen sluiten met zijn vader, en verwonderd dat hij er niet eerder aan had gedacht.
Het verleden heb je, je toekomst bepaal jezelf
Gebruikersavatar
farlain
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 87
Lid geworden op: 30 aug 2008 20:28
Locatie: Vlaanderen

Dit stuk loopt al iets beter dan het vorig vind ik, maar als er iets storend is in het verhaal. Vermeld het dan als je wil.
Wie allemaal leest dit verhaal nog?
En aan wie dit nog allemaal leest, ga ik niet te snel.
En blijft het nog zowat oké. Als ik te langdradig word ofzo zeg maar.

Hoofdstuk 4
De dagen daarna stelde Shri zich op als een leraar. En was Kray zijn voorbeeldige student. Shri bracht hem alles bij wat hij wist over paarden verzorgen. Van voeden tot schoonmaken van hoeven en zadels. Toch had Kray momenten dat hij te enthousiast werd. Zo liet hij af en toe Nené verschieten. Kray leerde ondanks dit alles veel sneller dan verwacht. Het leek dat hij wou bewijzen dat hij toevertrouwd kon worden met echt werk, en na een week, kon Shri niets meer bedenken dat Kray nog moest weten.
“Kray is een workaholic,” zei Shri tegen Kora, die aan het kijken was met een bewonderende blik, hoe Kray enkele paarden naar buiten bracht. “Echt, wie had dat ooit kunnen denken?”
Ze kuierden naar de bosrand. “Hoe komt het dat hij zo goed is, hij geeft de paarden toch geen instructies?” zei ze ”Hij spreekt niet tegen ze, en toch gehoorzamen ze hem blindelings, hoe doet hij dat toch?”
Shri legde zijn boog en pijlenkoker neer en leunde tegen een hek. “ Het is een teken van een briljante leraar” zei hij zonder verpinken.
Met een lach, gaf Kora hem een duw.”Voorzichtig daar, leraartje. Als je ego te groot word, zullen de dieren je van mijlen ver zien komen.”
“Ben je gek? Ik, ik ben een met de natuur!” hij dook achter een boom, zich er goed van bewust dat die te smal was om hem te verbergen. “ Kom en leer de wegen van het woud, mijn kind!”
Kora snoof.” Je bent soms toch zo een idioot.”
“Is dat zo? Wel in ieder geval, moet deze idioot iets vangen voor de slager vandaag, ik heb mijn reputatie te houden.”
“Als het moet,” zei Kora met een zucht. “Laat het alleen niet te lang duren, het lijkt erop dat het nog zal regenen.”
Met dit gezegd te hebben nam ze afscheid met een kus op zijn wang, en vertrok richting dorp.
Sinds het incident met de woudleeuw, was Kora vriendelijker geworden tegen Shri. Ze had de gewoonte genomen om afscheid te nemen met een kus op de wang of hem een knuffel geven voordat hij vertrok op jacht. Eerst, was Shri gealarmeerd door deze nieuw gewoonte, maar hij raakte er snel gewoon aan. Het leek er zelfs op dat hij zich zo beter kon focussen in het woud, toch leidde het hem ernstig af bij elke andere taak.
Het leven is goed, dacht hij met een grijns terwijl hij in een dikke boom kroop, die uitzicht gaf op een kleine stroom. Hij en zijn vader hadden opnieuw een goede verstandhouding, wat toch wel een wonder mag heten. Hij was vrij om zijn tijd te spenderen aan zaken waar hij het best in was. En hij had iets om elke avond naar uit te kijken.
Een tak die brak bracht hem terug naar het nu, een beer kwam stroomopwaarts aangeschuifeld om te drinken. Het was een jonge beer, ondanks dat hij nog niet volgroeid leek. Had hij toch een fatsoenlijke grootte.
Shri wachtte, totdat hij zijn hoofd liet zakken naar het water, om zijn pijl te lossen. De pijl doorboorde de keel en velde hem zo voordat hij geluid kon maken.
Nogal ingenomen met zichzelf, kroop hij naar de grond en bekeek de beer. Ze worden steeds makkelijker, zei hij tot zichzelf.
Hij wankelde een beetje onder het dode gewicht van de beer, toen hij terugkeerde naar het dorp.
De bosrand naderend, hoorde hij een hard geluid. Een herkenbare klank, net alsof er een zak vol met hoefijzers over rots werden geschraapt, echode hem toe.
Het verleden heb je, je toekomst bepaal jezelf
Gebruikersavatar
farlain
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 87
Lid geworden op: 30 aug 2008 20:28
Locatie: Vlaanderen

Opnieuw een stukje. Wat mij betreft met een hoog gevoel voor drama. Waardoor het eigenlijk nogal gemaakt over komt. (waarschijnlijk teveel sterf scenes van films gezien. :D)
Momenteel zit ik met het schrijven van het verhaal zowat twintig pagina's verder. En daar vind ik het al iets beter.
Als je toch nog onvergeeflijke fouten zou opmerken, na mijn zorgvuldige verbeterwerk :lol: . Vergeet ze dan zeker niet te vermelden

De bosrand genaderd, merkte Shri dat de boeren nergens te zien waren. Nieuwsgierig over wat de oorzaak kon zijn dat ze hun velden zo zouden achterlaten. Vervolgde Shri zijn weg. Hij verdeelde eerst het gewicht van de beer nog wat beter. En zette een stevig tempo in.
Shri ving een vleugje rook op toen hij het eerste gebouw passeerde. Hij pauzeerde even. Ondanks de grauwgrijze hemel, was het weer nog comfortabel warm. Waarom zou iemand een vuur nodig hebben op deze tijd van de dag? Iets klopt niet… En nog steeds was er niemand te zien.
Shri rondde een hoek, en dook er meteen weer achter. Zo stil mogelijk, legde hij de beer op de grond, en nam zijn boog, hij piepte opnieuw om de hoek.
In het midden van het dorp stonden er soldaten. Shri had ze bijna als dieren waargenomen. Buiten een hint van leer of maliën, waren ongeveer vijftig soldaten bedekt met grijze en bruine vachten. Elkeen droeg een speer met een kromme, gekartelde kling. Ze droegen ook allemaal een gouden broche gevormd naar een leeuwenhoofd.
Enkele gebouwen achter de soldaten branden al helder. De grauwe rook dreef omhoog waar het zich vermengde met de wolken. De timmerman zijn dak was al dreigend aan het gloeien en het huis van de slager was herschapen tot een ruïne van kolen en sintels.
De soldaten stonden emotieloos achter de dorpelingen, die in een kleine cirkel ineengedoken zaten. Sommige waren gewond, en velen beefden, hoewel het niet koud was. Hij merkte Kora op die een donkergekleurde lap tegen de arm van een boer gedrukt hield. Haar ogen spiedden angstig rond. Alle anderen staarden naar twee mannen die in het midden van het plein stonden.
Een van hun droeg verschillende zwarte kleden met een bonten kraag, die als doel leek te hebben zijn spiernaakte hoofd te bedekken.
De andere man knielde voor de kale man. Hij had overal sneden over zijn lichaam. Waar gretig bloed uit opwelde. Hoewel hij moest vergaan van de pijn, bleef hij minachtend kijken naar de kale man. En gaf hij geen krimp.
Shri faalde bijna om zijn eigen vader te herkennen.
“Geniet iedereen van de show?” gromde een lage stem naast Shri zijn oor. Voordat hij kon reageren, werd hij stevig bij zijn beide armen vastgenomen en was hij zijn boog kwijt. Enkele soldaten waren verschenen aan zijn beide zijden en droegen hem nu naar het plein.
“Hoogheid!” blafte een de soldaten naar de kale man. “Blijkbaar hebben we een held hier…” Hij presenteerde Shri zijn boog.
“Wel, dan,” spotte de kale man.”Leer hem een lesje, Captain”
“Ja, hoogheid.”
“Nee!”
Jek staarde naar Shri, zijn ogen wijd geopend van paniek. “Nee! Hij meende het niet, hij zou niet durven!” Jek kroop vooruit, maar de kale man duwde hem terug.
De kale man keek neer op Jek, maar een uitdrukking van begrip verspreidde zich over zijn gezicht.”Zo,” mompelde hij duister,”dit is de andere, niet? Zal ik het hem vragen?”
“Nee, alsjeblief…”
De kale man grinnikte duivels en knikte. De twee soldaten aan Shri zijn schouder schoven hem vooruit, hem in het vuil duwend.
“Jongen, weet je wie ik ben?” vroeg de kale man.
Shri wierp een blik op zijn vader, voordat hij zijn hoofd traag schudde.
“Ik ben Cathartes, De Hoge priester en adviseur van de keizer Kogar, heerser van alle land van Nira. Je zou best niet liegen of mij trotseren of ik geef het bevel aan mijn mannen om het dorp en zijn inwoners te vernietigen.”
Hij boog voorover naar Shri, die walgde van Cathartes zure adem.
“De vraag die ik stel is simpel,” fluisterde hij. “Waar is je zus?”
Van alle zaken die de priester kon vragen, was dit het laatste wat Shri verwachtte.
Cathartes richtte zich weer op. “ Zijn hoogheid vraagt haar aanwezigheid voor dit hof. Hij heeft iets nodig dat in haar bezit is.” Grijnsde hij naar Shri.
“Vertel hem niets!” Schreeuwde Jek. Cathartes grimaste en sloeg Jek met de rug van zijn hand.
“Waar is ze?” Vroeg hij.” Vertel het mij of ik dood deze man.”
Shri slikte.” Ik-ik weet niet waar ze is. Ik heb haar niet meer gezien sinds gisterenavond.
Cathartes fronste en draaide zich om.
“Ik zweer het, ik weet het niet!” smeekte Shri.
“Zo zal het dus zijn,” prevelde de priester. Hij trok een van de soldaten hun zwaard, ongevoelig voor Shri zijn protest. Hij bracht zijn arm achteruit en stak toe in Jek zijn zij.
“Nee!”Schreeuwde Shri.
Op het zelfde moment weerklonk er nog een andere schreeuw. Cathartes, glimlachte, gebaarde naar zijn soldaten. Een handvol van hun verdween in de richting van de stallen. Geluiden van brekend hout en hinnikende paarden gingen de soldaten vooraf,die terugkeerden met een krijsend kind over hun schouder.
“Jia, Nee!”
Jia’s ogen vonden Shri.” Broer!Help!Laat ze me niet meenemen!”
“Laat haar met rust!” schreeuwde Shri naar Cathartes.
De priester maakte een ander gebaar en hij werd hard op de grond geduwd. Hij botste met zijn hoofd hard op de grond. Hij bleef even verdoofd, waardoor hij de trappen in zijn zij pas later zou voelen.
Toen hij terug bij zijn positieven kwam, was het nog even wazig rondom hem. Toen er een stem die waas doorbrak.“Dank je voor jullie gastvrijheid,” zei Cathartes kortaf tegen de dorpelingen. De met bont bedekte soldaten draaiden zich om en marcheerden weg uit Coerul, aangevoerd door Cathartes op een paard, die nog steeds een huilende Jia droeg.
Shri kroop naar zijn vader, die bloedend op de grond lag.
“Vader?” vroeg hij met een bevende stem. Hij nam zijn mantel af en drapeerde die over Jek.”Ga niet…”
“Shri…” zei Jek zwak.”Shri, Ik…”
“Ga niet dood. Ga niet dood.”
Jak bracht een hand omhoog en raakte Shri zijn gezicht aan.”Je moet…Shri, Ik…”
“Nee! Ik zei nee…!” Shri weende luider toen Jek zijn hand neerviel en zijn ogen hun focus verloren.
Shri bleef daar zitten. Hij wou gillen. Hij wou rennen. Hij wou zoveel dingen doen op hetzelfde moment, maar hij kon zijn lichaam niet dwingen om te bewegen.
Een instorting bracht hem terug in de werkelijkheid. Een huis was ingestort, verteerd door de vlammen. Enkele dorpelingen waren ook in actie gekomen en ze renden om water te putten uit de bron om zo de brand te bestrijden, anderen verzorgden de gewonden. Kora en enkele anderen stonden en keken Shri met een huiverige uitdrukking aan, alsof ze niet konden beslissen om hem te benaderen of om de anderen te helpen. Waarom staan ze daar? Waarom laten ze me niet met rust?
Iets in hem brak. Hij werd woest, maar niet op zijn vrienden. Nee, hij had een volledig ander doewit, voor zover het hem interesseerde bestonden de dorpelingen helemaal niet.
Shri kroop recht en schouderde zijn boog, die weggesmeten was door de soldaten. Iemand legde een hand op zijn schouder.
“Shri, wacht! Waar ga je naartoe?” vroeg Kora.
Hij schudde haar af.”Jij wacht hier, ik ga achter Jia.”
In een oogwenk, rende hij naar het woud toe. Zoals een donder die de aankomende storm inluidde.
Het verleden heb je, je toekomst bepaal jezelf
Gebruikersavatar
farlain
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 87
Lid geworden op: 30 aug 2008 20:28
Locatie: Vlaanderen

Hoofdstuk 5
Shri strompelde voort, worstelend door het kreupelhout. Af en toe kwam er een lading water op zijn hoofd terecht door een gat in de takken boven hem, een flits van licht verlichtte het woud rondom hem even.
Shri had al lang het spoor verloren van de ontvoerders van Jia. Om alles nog erger te maken, was zijn eigen pad ook weggespoeld. Shri had geen idee naar waar hij ging en van waar hij kwam.
Hij was verdwaald.
Jia!” riep hij opnieuw, maar hij wist dat zelfs als ze dichtbij was, de storm alle geluid zou wegvagen
Shri dook ineen onder een boom, hopend dat die hem droog zou houden- of ten minste behouden van nog natter te worden. Niet dat het iets uitmaakte op dit moment.
Bevend van het ijzige water, probeerde hij zich zo klein mogelijk te maken. Het geluk dat hij vanmorgen gevoeld had, leek een leven geleden. Zijn bevroren vingers sloten zich over de leeuwenklauwen die hij nog steeds om zijn nek droeg.
Alles is veranderd, dacht hij miserabel. Vader is dood, Jia is gevangen, en ik ben verloren gelopen in een storm. Hij hoopte dat Jia niet gekwetst was, en dat ze ergens droog en veilig zat. En wat met Kora en de anderen? Waren ze nog steeds oké?
Shri dacht plots aan iets. Waarom was Jia gevangen genomen? Wat kon de Keizer er nu toe aanzetten om een klein meisje gevangen te nemen aan de verre grens van Nira?
Doodvermoeid en bevroren, sloot Shri zijn ogen. Alles wat hij wou was een moment van rust…
“Nee, Tryi. Laat hem alleen”
Shri verstarde. Ergens niet veraf, had een trage zachte stem gesproken. Hoewel de stem kalm was, hoorde hij een angstige ondertoon.
Shri opende traag zijn ogen. Hij bevond zich in een vaag verlichtte stenen gang. Verderop, kon hij een helder flikerend licht zien waar de gang zich opende tot een grote kamer.
“Laat hem gaan, “ zei de stem opnieuw. “ Dit is niet het moment voor dit te doen.”
Shri vond de spreker naast hem. Het was een grote man met een opmerkelijk lange nek. De man was gekleed in stenengekleurde gewaden en een grijze mantel met een witte en zwarte kraag, ondanks zijn jeugdig ogend gezicht, had hij witte strepen in zijn haar. Met een hand, hield hij een lange staf met een vreemd figuur aan het einde vast. Met de andere, verhinderde hij ‘Tryi’ om haar zwaard te trekken.
Tryi was jong, waarschijnlijk niet ouder dan Shri zelf. Ze droeg een bruine mantel met een witte kraag, en reikte naar haar twee zwaarden die op haar rug vastgebonden waren.
“Ik moet,” mompelde ze
“Nee, je moet niet,” zie de lange man.” Je kan wegwandelen. Je kan beter zijn dan dit.”
Langzaam, zeer langzaam, liet Tryi haar hand van de kling van haar zwaard zakken.
Plots, was Shri zich gewaar van een helder wit licht, het kwam niet van de kamer verderop, maar door de stenen muur recht voor hem. Het licht was verblindend, en verplichtte hem om zijn ogen opnieuw te sluiten. Hij was net alsof hij vloog. Hij vloog gewichtloos door het witte licht, dat daarna uitdoofde tot zwart…
Het verleden heb je, je toekomst bepaal jezelf
Gebruikersavatar
guinevere
Puntenslijper
Puntenslijper
Berichten: 7
Lid geworden op: 17 dec 2008 17:14

Oef, het duurde even voor ik het hele verhaal heb doorlezen. Het begon heel boeiend. Toen verslaptje mijn belangstelling een beetje maar met de laatste post is er een doel in het verhaal gekomen. Ja, nu kijk ik uit naar het vervolg. Als nieuweling hier kan ik moeilijk oordelen of dit nu super is of niet (ik zou hiervoor eerst nog meer onlineverhalen moeten lezen) maar ik vind het wel bewonderenswaardig.

In mijn eerste contact met online verhalen heb ik ook wat moeite met de lengte van een verhaal. Als je een boek hebt weet je dat het een kortverhaal, of een lange roman is. Hier blijf je in beetje in het duister hoever je zit in het verhaal. Je hebt ook geen benul (voor je begint te lezen) of het een kinder-, jeug- of volwassenen verhaal is. Het staat natuurlijk wel in de category 'fantasy'.

Maar goed, tips voor jouw verhaal... euch ... ik weet niet... Zo voort doen!
Gebruikersavatar
farlain
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 87
Lid geworden op: 30 aug 2008 20:28
Locatie: Vlaanderen

guinevere: Mijn verhaal is verre van af, hoe lang het zal worden daar heb ik nog echt geen zicht op, maar ik zit ongeveer zowat tien pagina's verder in word dan hier.

Nu volgt er opnieuw een stukje dat ik persoonlijk beter vindt, daarna vermindert het opnieuw. Maar binnen een paar hoofdstukken gaat het weer de goede richting uit, volgens mij.
Aangezien ik mijn examens in het verschiet heb, zal ik minder snel posten en is het niet uitgesloten dat de stroom opdroogt tot begin februari. Maar ik zal zeker meer posten

Word wakker, jongen.”
Het licht keerde terug, en zelfs door zijn oogleden, werd Shri verblind.
“Word wakker.”
Shri wilde wel, maar hij kon zich enkel focussen op licht. Hij was bang om zijn ogen te openen. Langzaam doofde het licht. Voorzichtig opende Shri zijn oogleden.
Zijn eerste reactie was verwarring. Hij wist niet als hij zich in een gebouw of bos bevond. Er waren vier stenen muren en een plafond, maar er groeiden enorme bomen in de hoeken van kamer. De takken ondersteunden het plafond. Waar de muren niet geblokkeerd werden door de bomen, waren ze bedekt met een dunne laag van mos en klimop. Op een hoogte van ongeveer 3 meter waren er overal ramen aangebracht.
“Eindelijk” zei de stem opnieuw. Shri wierp een blik naar rechts.
Naast hem stond er een man met lang wit haar. Zijn huidskleur was donker en een korte witte baard omlijstte zijn gezicht. Net als een ster zat er een diepblauw oog links van zijn neus. Zijn collega was verborgen achter een zwart ooglapje.
De man kwam dichter naar Shri en zijn mantel leek purper op te lichten. “Hoe gaat het met je?” vroeg hij vriendelijk.
Shri knipperde en probeerde recht te staan. Hij blokkeerde toen hij recht probeerde te zitten. Zijn spieren kraakten alsof ze overrompeld waren door een kudde paarden.
“Waar ben ik?” Vroeg hij groggy.
“Niet tobben, man,” zie hij. Zijn stem was verbazend diep- zelfs de marmeren tafel waar Shri op zat leek mee te vibreren. “Je bent veilig nu.”
De man ging zitten op een kleinere houten tafel naast een boomstronk.
Shri probeerde van de tafel te glijden en zo op zijn voeten te staan. Maar zijn benen waren te zwak om hem te ondersteunen. Hij klapte ineen op de grond, die – vreemd genoeg en gelukkig – bekleed was met dik mos.
“Kalm, jongeling!” Zei de oude man mild.”Je had een zware nacht. Je zal je beter voelen na dit.” Hij gaf een glas aan Shri, die aarzelde.
De man zag de argwaan en glimlachte. “Het kan je geen kwaad doen.” Hij nam een slokje alvorens hij het overhandigde aan Shri, die het dankbaar achterover sloeg. Hij kuchte –de drank was heel bitter
“Probeer je benen eens opnieuw.”
De drank leek door hem heen te vloeien, en verschafte zijn benen een welgekomen kracht. Hij hief zich met enige moeite op.
Shri tuurde in het diepblauwe oog. “ Wie ben jij?”
De oude man glimlachte opnieuw.” Ik ben Anuraug, en ik ben blij dat ik je gevonden heb. Mijn woud is geen plaats voor een jongen als jij in zo een hondenweer. Je zou de ochtend niet gehaald hebben.
“Jouw woud?”
“Inderdaad!” Grinnikte Anuraug.” Het Corvida Woud is toevertrouwd aan mijn zorg. Met andere woorden, het mijn plicht om te waken over elke boom en wezen binnen mijn grenzen. Ik voelde jou ronddwalen, en schoot je te hulp.”
“Kan je alles zien in het woud?” vroeg Shri snel.
“Dat doe ik, jongeling.”
“Dan weet je waar ze mijn zuster naar toe genomen hebben! Ze is hier, niet? Je moet haar ook gered hebben!”
De uitdrukking op Anuraug gezicht werd ongemakkelijk. Die liet de grijns op Shri zijn gezicht verdwijnen.” Jongen, luister even voor een moment. Er zijn grotere krachten in de wereld dan die ik bezit. Ik zou het meisje wel geholpen kunnen hebben, maar er is een soort van macht die kracht verleend aan de Miraou krijgers. Die macht volgt hen, waar ook ze gaan, en verdedigt hen tegen ieder die hen kwaad wil doen. Ik had geen andere keuze dan hun te laten ontsnappen naar het zuiden.”
Shri plofte terug neer op zijn tafel. Voor een moment, had hij geloofd dat hij Jia zou terugzien. Nu was ze echter meegenomen naar een land waar Shri nog nooit van gehoord had. Hoe kon hij haar nu ooit nog terugvinden?
Anuraug moet de wanhoop bij Shri gevoeld hebben, want hij ging naast hem zitten.
“Ze is niet verloren, jongen,” zei hij zacht. “Je moet haar nog bevrijdden van de krachten die haar binden. Alles wat je nodig hebt is de kracht om hen te achtervolgen.”
“Das nu eens het beste advies dat ik in jaren gehoord heb” gromde hij. Wat weet die man van mijn problemen? Hoe kan hij weten hoeveel Jia voor hem betekend?” Kan je me niets geven dat ik kan gebruiken?”
“Geduld, jongeling. Je bent zo haastig om de weg te volgen dat je de klif verderop niet ziet.”
Shri staarde naar de vloer. “Als dat is waar ze Jia naartoe genomen hebben, ga ik hun achterna.
Het verleden heb je, je toekomst bepaal jezelf
Gebruikersavatar
guinevere
Puntenslijper
Puntenslijper
Berichten: 7
Lid geworden op: 17 dec 2008 17:14

Dit stukje is inderdaad leuk geschreven. Maar dat is het eerste stukje dat je ook werkelijk de 'fantasy' tour op gaat. Normaal hou ik het liever een beetje realistisch, maar goede fantasy kan ik waarderen. Of dit goed is zal ik pas kunnen zeggen later in het verhaal. In hoeverre de 'fantasy' delen gewoon losse stukken zijn of daadwerkelijk ook een basis/achtergrond hebben.
Misschien ben ik niet duidelijk maar laat het me zo stellen. De 'Tovenaarswereld' van Harry Potter is ook 'fantasy'. Maar toch heeft deze wereld zijn beperkingen/regels zodat niet plots alles kan. Als lezer heb je dan wat houvast.
Maar dit is natuurlijk mijn persoonlijke mening. En ik zal in je verdere stukjes wel zien inhoeverre dit verhaal zich aan mijn persoonlijke voorkeur zal houden.
Gebruikersavatar
farlain
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 87
Lid geworden op: 30 aug 2008 20:28
Locatie: Vlaanderen

Het is niet echt de bedoeling dat het de magische toer opgaat. Het moet eigenlijk meer een avonturenverhaal worden met af en toe wat magie in. Die soms roet in het eten gooit.
Echt duidelijke magie zal ik niet gebruiken, ik ga het eerder vaag houden over hoe het allemaal in zijn werk gaat, maar het zal zeker niet onrealistisch worden.
Het verleden heb je, je toekomst bepaal jezelf
Gebruikersavatar
farlain
Ex-staflid
Ex-staflid
Berichten: 87
Lid geworden op: 30 aug 2008 20:28
Locatie: Vlaanderen

Het is al een goeie drie maand geleden dat ik hier nog gepost heb. Waarschijnlijk weten de meeste mensen niet meer waar dit verhaal over ging. Maar nu wil ik een nieuwe poging wagen om dit verhaal te vervolgen. Kritiek is zoals altijd gewaardeerd en ik hoop dat het je wat lijkt.

Moest het niet afgehangen hebben van Anuraug, zou Shri de woudtempel verlaten hebben op de eerste dag. De oude woudmeester stond erop dat Shri bleef voor verscheidene dagen om zo zijn kracht te herwinnen. Shri zag geen reden waarom hij langer zou blijven maar een keus had hij niet echt. Er was geen weg uit de tempel, tenzij Anuraug het toestond.
In plaats daarvan, spendeerde hij zijn tijd met wandelen door de stenen gangen, probeerden om zijn gedachten een andere richting op te sturen.
Toen de dagen langzaam voorbijgingen ontdekte hij meer en meer interessante zaken in de oude tempel. Hij ontdekte snel dat hij en Anuraug niet de enigen waren die door de gangen liepen. Fladderend van kamer naar kamer waren er verscheidene dozijnen ‘koningsvogels,’ zoals Anuraug ze noemde. Ze waren klein – de grootte van een hand – en waren een combinatie van grijze, zwarte en witte pluimen. Ze lieten hem meestal alleen, maar occasioneel schreeuwde er een naar hem als hij op zijn pad kwam, of een andere gilde naar hem vanuit een donkere deuropening waardoor hij enkele minuten erna nog nabeefde van de schrik.
De tempel op zich was fascinerend. De muren waren van steen, maar de vloer was bedekt met dik meeverend mos, die schoenen overbodig maakten. Shri moest wel steeds uitkijken waar hij zijn voeten zette. Anders zou hij struikelen over de vele boomwortels die de gang kruisten. Soms vroeg hij zich af of hij in een gebouw of plant was.
Wanneer hij niet ronddwaalde in de gangen op zoek naar een uitweg, spendeerde hij zijn tijd in wat Anuraug de ‘wortelhal” noemde. Het was een grote ruimte, groot genoeg om volledig het marktplein van coerul te omvatten. Het plafond was niet echt duidelijk te onderscheidden, er groeiden overal wijnranken die zwaar doorhingen onder het gewicht van sappige druiven. De vloer was van steen, die een patroon van concentrische cirkels vormde. In elk blok was er een symbool gekerfd die Shri niet kon thuisbrengen. Hij dacht af en toe dat hij een patroon zag, maar achteraf kon hij nooit tweemaal hetzelfde vinden.
In het midden van de kamer was er een platform. Groot genoeg om een huis op te bouwen. Het oppervlak ervan was ingekerfd met een vogel, een soort van kraai of raaf. Wanneer Shri op dit platform stond,ervoer hij een vreemde vrede. Het was alsof hij dook, volledig de wereld leek stil te vallen, met alleen Shri en zijn gedachten nog over.
Maar zijn gedachten vielen altijd terug op hetzelfde patroon…
Wat zou hij zeggen als hij Kora terugzag? Als hij haar terugzag… en, natuurlijk, Jia. Hoe kon hij haar redden van een man zoals Cathartes? Of van een man als de keizer?
Steevast, zou hij zijn hoofd schudden om opnieuw door de gangen van de tempel rond te waren.
Het verleden heb je, je toekomst bepaal jezelf
Gesloten

Terug naar “De Poort Naar De Andere Wereld”