Ik maakte hier een account aan om het verhaal van Melian (Nadezh<3) te lezen, en ik dacht dat ik net zo goed zelf iets kon posten.
Dit verhaal is nog in ontwikkeling, en ik weet niet of ik zonder een beetje druk het afgerond krijg. Tot nu toe heeft dit nog nergens online gestaan, en zoals elk verhaal van mij ben ik ook over deze enorm onzeker.
Ik hoop dat jullie het toch iets vinden.
~~~
Hoofdstuk 1
Het was de koudste winter die ze in tijden hadden meegemaakt. De temperaturen lagen ver onder vriespunt en geen mens waagde zich buiten. Sneeuw viel onophoudelijk uit de lucht en de wind raasde langs de gevels van de huizen. Regen mengde zich af en toe met de sneeuw, beukte samen met de wind tegen de ramen en zorgde ervoor dat enkele kelders onderliepen.
In één huis flakkerde de haard minder fel dan bij de buurhuizen. De woonkamer baadde in een roodoranje schijnsel.
Daar zat ze, diep weggedoken in de trui van haar vader, Lily. Ze wreef haar handen tegen elkaar in een poging het iets warmer te krijgen, want de handschoenen hielpen niet doordat de topjes eraf waren. Ze had een sjaal om haar nek gewikkeld en zat zo dicht mogelijk bij de haard. Vonken knetterden af en toe vlak voor haar voeten, en een stuk verbrand hout lag iets verder op de vloer te smeulen. Ze drukte haar rug tegen de zijkant van de bank en staarde in het vuur.
In deze onmenselijke koude waren haar ouders aan het werk. Ze moesten niet naar buiten, gelukkig maar, maar werkten desondanks. Beiden waren ze schrijvers. Haar vader schreef voor de kranten, sportverslagen en ellenlange artikels over de situatie van de beurs en de economie. Haar moeder was anders, schreef boeken. Romans.
Beiden zaten ze nu in hun kamertje op de bovenverdieping, vlak naast de verwarming, starend naar de kleine, zwarte lettertjes op de beeldschermen van hun laptop. Kom koffie en een volle, warme thermoskan ernaast.
Het was donker buiten, en het enige licht was afkomstig van de maan. Half verborgen achter vele, donkergrijze wolken. Maar hij was er wel. De lantaarnpalen werden, in deze tijden dat elektriciteit schaars was, uitgezet.
Loom duwde ze zich overeind en sjokte richting keuken. Kippenvel kroop over haar armen, het temperatuurverschil drukte op haar schouders als blokken beton en ze voelde hoe haar benen met elke stap zwaarder werden.
De keuken was het toppunt van koude. De betegelde muren weerkaatsten de koude luchtstromen en zorgden dat ze niet konden ontsnappen, het oude hout rond de ramen liet de wind door kiertjes naar binnen glippen. Haar vingers trilden terwijl ze naar de hendel van de koelkast reek. Nog erger trilde ze toen ze het vast nam, het had veel weg van een ijspegel.
Dat uit de koelkast ook nog koude wind kwam, voelde ze al niet meer. Het was, in ieder geval, warmer dan de lucht die door de keuken zweefde.
Na de fles melk gepakt te hebben, sloot ze de deur weer en ging haastig op zoek naar een beker. Die vond ze al snel, per slot van rekening woonde ze hier al een tijdje. Ook haalde ze het cacaopoeder uit de kast en ging toen aan de slag met een steelpan. Een vijftal minuten later zat ze weer voor de haard met een kom warme chocolademelk in haar handen geklemd. Zuchtend nam ze een slokje en keek toen weer afwezig het brandende hout in. De vlammen scheurden het hout aan stukken.
Nog een tiental minuten zat ze daar, terwijl haar binnenste zich met elke slok meer en meer warmer werd. Toen stond ze op, liet haar beker nog halfvol bij de haard staan en liep richting de voordeur. In de hal griste ze haar jas en ander paar handschoenen van de kast en deed toen wat niemand op dat moment zou doen: Ze ging naar buiten.
Sneeuw stortte zich op haar hoofd en schouders terwijl ze haar jas trillend over haar armen schoof. Wind sneed in haar wangen en deden haar ogen tranen. Met haar armen voor haar gezicht baande ze zich een weg naar de straat, het sneeuw knerpte onder haar voeten en het ijs deed haar bijna uitglijden.
Ze vervloekte zichzelf. Na amper vijf meter voelde ze zich al een ijsklomp, en dat niet alleen omdat ze al van kop tot teen bedekt was met sneeuw. Was het wel zo’n goed om buiten te blijven? ‘Ja!’ riep ze tegen zichzelf, harder dan verwacht. Het galmde als het ware door de met heggen begrensde straat. De heggen wiegden heen en weer door de wind, geen enkel spatje groen was te zien onder het dik pak wit.
Haar neus stak fel af tegen haar bleke huid, zo rood als een tomaat, en ook haar oren kregen het hard te verduren. Ondanks de twee paar handschoenen verkleumden haar vingers en ze rilde bijna uit haar kleren. Het was niet alleen de sneeuw, die onafgebroken bleef vallen, maar ook de wind die bijdroeg aan de koude. De immense, onsterfelijke koude.
Ze besloot een ommetje te maken in het bos en dan weer naar huis te gaan. Dat was echter buiten hem gerekend.
Ze wandelde net aan de rand van het bos, aan de andere kant waar het grensde aan de dijk en de zee. Net toen ze zich wou omdraaien, viel haar blik op een jongen. Hij zat op de kade, zijn benen bengelend om het oude hout. Zijn gitzwarte haren kwamen onder een gifgroene, wollen muts uit. Een lederen jack bedekte zijn vrij tengere bovenlijf, en slechts de rand van zijn donkerblauwe jeansbroek was nog te zien. Zijn handen waren zo rood als Lily’s neus en lagen naast hem op de kade. Zijn adem kringelde in witte wolkjes om hem heen. Bewegingloos zat hij daar, starend naar de grauwgrijze horizon die boven de al even grauwe zee. De zee ging zachtjes golvend op en neer, en die constante beweging zorgde ervoor dat het nog lang niet toe gevroren was.
Zwaar ademend piekerde ze. De jongen trok haar aandacht, en ze wou dolgraag naar hem toe gaan. Misschien wou hij wel gezelschap, misschien zocht hij iemand om mee te praten, of misschien had hij hulp nodig. Dan kon zij hem helpen. Wie wist hoe lang hij daar al zat?
Maar aan de andere kant, ze rilde bijna dood, zo koud was het, en ze wou ook niets liever dan weer voor de haard zitten en chocomelk drinken.
Drie minuten later had ze de knoop doorgehakt. Ze ging naar hem toe.
Sneeuw was nog nooit zo wit
- Floodlight
- Puntenslijper
- Berichten: 23
- Lid geworden op: 30 dec 2009 18:43
- Locatie: De Dekkers Mansion te Essen
There is never a wish better than this
If you only got a hundred years to live.
If you only got a hundred years to live.
- Carpe Diem
- Vulpen
- Berichten: 349
- Lid geworden op: 22 dec 2008 18:54
Je hoeft echt nergens onzeker over te zijn! Ik vind dat je prachtig schrijft, ben een Fan van je..
Net zoals Melian, die kan ook al zo prachtig schrijven. Ik weet niet hoe jullie dat doen, bij mijn verhalen kan ik nooit de juiste woorden vinden.. Ik vind het een leuk stukje! Ik hoop dat je snel weer een stukje post!
-btw, zitten jij en Melian ook op Fanfic? Want ik lees daar ook verhalen van ene Nadezhda en anderen.. daar ben ik ook al verslaafd aan..
-

Net zoals Melian, die kan ook al zo prachtig schrijven. Ik weet niet hoe jullie dat doen, bij mijn verhalen kan ik nooit de juiste woorden vinden.. Ik vind het een leuk stukje! Ik hoop dat je snel weer een stukje post!
-btw, zitten jij en Melian ook op Fanfic? Want ik lees daar ook verhalen van ene Nadezhda en anderen.. daar ben ik ook al verslaafd aan..

The Mad Hatter:
"Have I gone mad?"
Alice:
"I'm afraid so, you're entirely bonkers.
But I'll tell you a secret. All the best people are."
"Have I gone mad?"
Alice:
"I'm afraid so, you're entirely bonkers.
But I'll tell you a secret. All the best people are."
- Floodlight
- Puntenslijper
- Berichten: 23
- Lid geworden op: 30 dec 2009 18:43
- Locatie: De Dekkers Mansion te Essen
Melian en ik zitten op FanFic.
Zij is inderdaad xNadezhda !
(En ik ga niet zeggen wie ik ben want mijn niveau van schrijven is zóveel lager dan dat van de anderen)
Zij is inderdaad xNadezhda !

(En ik ga niet zeggen wie ik ben want mijn niveau van schrijven is zóveel lager dan dat van de anderen)
There is never a wish better than this
If you only got a hundred years to live.
If you only got a hundred years to live.
- Carpe Diem
- Vulpen
- Berichten: 349
- Lid geworden op: 22 dec 2008 18:54
Jeeej! Dan had ik dus toch gelijk! 
Ik dacht het namelijk al een tijdje, maar ik wist het niet zeker. En ik vind je hartstikke goed schrijven! Ik wilde mij daar (bij Fanfic) namelijk ook aanmelden alleen ik schrijf geen Tokio Hotel fanfics.. dus ik liet het maar bij lezen. Ik vind het wel heel jammer dat CosmicPurple niet meer gaat posten daar, ik lees al haar verhalen altijd. Zij zijn zo goed! Net als die van Melian/Nadezhda.. En nog heel veel anderen..
-ik kom er nog wel achter wie jij ben
-
Maar ga je nog een stukje posten vandaag?

Ik dacht het namelijk al een tijdje, maar ik wist het niet zeker. En ik vind je hartstikke goed schrijven! Ik wilde mij daar (bij Fanfic) namelijk ook aanmelden alleen ik schrijf geen Tokio Hotel fanfics.. dus ik liet het maar bij lezen. Ik vind het wel heel jammer dat CosmicPurple niet meer gaat posten daar, ik lees al haar verhalen altijd. Zij zijn zo goed! Net als die van Melian/Nadezhda.. En nog heel veel anderen..
-ik kom er nog wel achter wie jij ben

Maar ga je nog een stukje posten vandaag?
The Mad Hatter:
"Have I gone mad?"
Alice:
"I'm afraid so, you're entirely bonkers.
But I'll tell you a secret. All the best people are."
"Have I gone mad?"
Alice:
"I'm afraid so, you're entirely bonkers.
But I'll tell you a secret. All the best people are."
- Floodlight
- Puntenslijper
- Berichten: 23
- Lid geworden op: 30 dec 2009 18:43
- Locatie: De Dekkers Mansion te Essen
Ik heb het genoegen om Melian/Nadezhda ooit te ontmoeten al gehad, en ik ga haar ook weer zien de 23ste februari. Dan ga ik zelfs bij haar slapen! 
En mij ontdek je niet, want met deze naam kan je helemaal geen linken leggen met mijn FanFicnaam.
En misschien, ik moet het eigenlijk nog eens overlopen en controleren op schrijffouten.

En mij ontdek je niet, want met deze naam kan je helemaal geen linken leggen met mijn FanFicnaam.
En misschien, ik moet het eigenlijk nog eens overlopen en controleren op schrijffouten.
There is never a wish better than this
If you only got a hundred years to live.
If you only got a hundred years to live.
- Carpe Diem
- Vulpen
- Berichten: 349
- Lid geworden op: 22 dec 2008 18:54
Jammer, maar dan ben ik in ieder geval hier een fan van je!
En leuk dat jullie elkaar al ontmoet hebben.
Je schrijft ook best wel gedetailleerd dat is ook erg fijn... Ik wacht wel op een volgend stukje^^

En leuk dat jullie elkaar al ontmoet hebben.

Je schrijft ook best wel gedetailleerd dat is ook erg fijn... Ik wacht wel op een volgend stukje^^
The Mad Hatter:
"Have I gone mad?"
Alice:
"I'm afraid so, you're entirely bonkers.
But I'll tell you a secret. All the best people are."
"Have I gone mad?"
Alice:
"I'm afraid so, you're entirely bonkers.
But I'll tell you a secret. All the best people are."
- Floodlight
- Puntenslijper
- Berichten: 23
- Lid geworden op: 30 dec 2009 18:43
- Locatie: De Dekkers Mansion te Essen
Bedankt
De mensen die mij kennen, weten dat ik eigenlijk niet zo snel complimenten accepteer, maar op dit verhaal ben ik best wel trots, net als op Last Dance.
En er komt voor tien uur nog wel een deel, dat een heel klein beetje veel langer is dan het eerste deel.

De mensen die mij kennen, weten dat ik eigenlijk niet zo snel complimenten accepteer, maar op dit verhaal ben ik best wel trots, net als op Last Dance.
En er komt voor tien uur nog wel een deel, dat een heel klein beetje veel langer is dan het eerste deel.
There is never a wish better than this
If you only got a hundred years to live.
If you only got a hundred years to live.
- Carpe Diem
- Vulpen
- Berichten: 349
- Lid geworden op: 22 dec 2008 18:54
ja, ja, ja... ik weet wie jij bent!
Ik zei toch dat ik veel verhalen lees, nou ook Last Dance van... ik weet wie je bent in ieder geval, voor het geval dat je niet wilt dat ik het hier schrijf zet ik het hier maar niet neer.. maar het begint met een K.
Leuk dat je een stukje gaat posten!
Ik zei toch dat ik veel verhalen lees, nou ook Last Dance van... ik weet wie je bent in ieder geval, voor het geval dat je niet wilt dat ik het hier schrijf zet ik het hier maar niet neer.. maar het begint met een K.
Leuk dat je een stukje gaat posten!

The Mad Hatter:
"Have I gone mad?"
Alice:
"I'm afraid so, you're entirely bonkers.
But I'll tell you a secret. All the best people are."
"Have I gone mad?"
Alice:
"I'm afraid so, you're entirely bonkers.
But I'll tell you a secret. All the best people are."
- Floodlight
- Puntenslijper
- Berichten: 23
- Lid geworden op: 30 dec 2009 18:43
- Locatie: De Dekkers Mansion te Essen
Noooo.
Godvergerard, dat had ik niet mogen zeggen.
Oh god ><
Godvergerard, dat had ik niet mogen zeggen.
Oh god ><
There is never a wish better than this
If you only got a hundred years to live.
If you only got a hundred years to live.
- Carpe Diem
- Vulpen
- Berichten: 349
- Lid geworden op: 22 dec 2008 18:54
Haha, arme jij..
Om je een plezier te doen zal ik er niet meer over beginnen, deal?
Ow, en ik verpest je topic zo.. alleen alles wat ik over je verhaal wilde zeggen heb ik al gezegd... dus, ja
-ik zal me nu koest houden-

Om je een plezier te doen zal ik er niet meer over beginnen, deal?
Ow, en ik verpest je topic zo.. alleen alles wat ik over je verhaal wilde zeggen heb ik al gezegd... dus, ja

-ik zal me nu koest houden-
Laatst gewijzigd door marly op 30 dec 2009 21:55, 1 keer totaal gewijzigd.
Reden: Zouden jullie gesprekken als deze willen voortzetten in een pb? Dit is een verhalenforum en geen chatsite. Alvast bedankt!
Reden: Zouden jullie gesprekken als deze willen voortzetten in een pb? Dit is een verhalenforum en geen chatsite. Alvast bedankt!
The Mad Hatter:
"Have I gone mad?"
Alice:
"I'm afraid so, you're entirely bonkers.
But I'll tell you a secret. All the best people are."
"Have I gone mad?"
Alice:
"I'm afraid so, you're entirely bonkers.
But I'll tell you a secret. All the best people are."
- Floodlight
- Puntenslijper
- Berichten: 23
- Lid geworden op: 30 dec 2009 18:43
- Locatie: De Dekkers Mansion te Essen
Hoofdstuk 2
Bevend als een rietje stapte ze op hem af. Haar zilvergrijze haren schoven voor haar ogen, maar het belemmerde haar niet in haar zicht op hem. Ze was nu al, in die korte tijd, gefascineerd door de jongen. Hoe hij daar zat, een beetje voorovergebogen, maar hij rilde niet. Hoe hij het uithield in deze vreselijke temperaturen was een vraag die door haar hoofd kolkte, maar er waren teveel vragen die zich opdrongen, die voorrang kregen.
Blijkbaar hoorde hij haar voetstappen want voorzichtig keek hij over zijn schouder. Een zuinig glimlachje tekende zich af op zijn grauwe huid, toen keek hij weer naar de zee, alsof Lily er helemaal niet was. De zoutige wind speelde met zijn haar, die trommelden op zijn schouderbladen.
‘Hallo.’ zei ze voorzichtig en schuifelde nog ietsje dichter, stopte op een halve meter en stopte haar handen in de zakken van haar jas.
Hij klopte op het plekje naast hem en schoof nog een beetje opzij.
Lily verbaasde zich steeds meer over hem, maar ging toch zitten. Tussen haar wimpers door keek ze naar hem. Zijn wangen waren rood uitgeslagen en zijn neus ook, maar zijn ogen staarden glashelder voor zich uit. Nog nooit had ze zo’n kleur gezien. Het was een wirwar van blauw en groen, vleugjes bruin mengden zich en ze zou zweren dat ook zwart zich erin had genesteld. Hij knipperde en keek opzij, blozend wendde ze haar hoofd af.
‘Hallo.’ zei hij, duidelijk geamuseerd. De toppen van zijn schoenen gleden over het water. Zijn mondhoeken krulden zich verder omhoog. Lily genoot van zijn stem. Zwaar, maar een vleugje kinderlijke verlangens hadden zich erin vermengd.
Lily liet haar donkerblauwe kijkers nu ook over de golven glijden. En onder de sobere kleur zag ze, wat ze dacht dat de jongen ook zag, het frisse blauw dat de zee met zich meedroeg in zomers.
Het bleef stil. Beiden zwegen ze, keken naar wat zich voor hen afspeelde maar genoten toch van elkaars aanwezigheid, al zouden ze net zo goed alleen kunnen zitten daar en hetzelfde meemaken. Op onverklaarbare wijze werd er een band gesmeed, die tot op het heden onbeschrijfbaar is.
‘Lily?’ fluisterde hij een tijdje later de zilte lucht in. Ze draaide haar hoofd om, zo traag dat het net zo goed in slow motion had kunnen zijn, en keek hem vragend aan. Dat ze hem nooit haar naam had verteld, kwam niet in haar op.
‘Ja?’ vroeg ze daarna, aangezien het er niet naar uitzag dat hij op haar blik alleen zou antwoorden. Hij glimlachte zo mogelijk nog breder en duwde zich omhoog. Dat leek hem geen enkele moeite te kosten, ondanks zijn bevroren handen.
‘Je bevriest, ik breng je naar huis.’
Lily liet zich omhoog hijsen en weigerde afstand van hem te nemen. Zo kwam het dat ze zij aan zij de dijk overstaken en uiteindelijk in het bos verdwenen.
Een plots besef van onderkoeling deed haar bijna door haar knieën zakken, maar op onverklaarbare wijze had hij dat door en ondersteunde haar met zijn arm. Voorzichtig keek ze opzij, glimlachte nog voorzichtiger en schuifelde vooruit. Het zou niet lang meer duren of ze zou het helemaal begeven, wat had haar er dan ook toe gedreven naar buiten te gaan?
Stiekem gaf ze hem er de schuld van, maar op hem kon ze niet boos zijn.
In pure stilte liepen ze, stapje voor stapje, over het bospad. De bladeren lagen in grote stapels op de grond, hadden een laagje ijs op zich liggen en kraakten luid toen één van de twee een voet erop zette. Het bospad zelf bestond uit kiezeltjes.
Eenmaal weer op straat ging het veel trager. De wind kon weer tot bij hen komen, ze werden weer belaagd met sneeuw, en hij begon last te ondervinden van het extra gewicht dat hij meezeulde, ook al woog ze niet eens zoveel. Hij was toen ook opgelucht toen hij haar straat in liep.
Pas nu kwam haar logische verstand op gang. Hoe wist hij haar naam, hoe wist hij haar wonen, hoe in godsnaam wist hij dat allemaal zonder het te vragen. Hoewel de vragen zich opstapelden, durfde ze ze niet te stellen. Bang voor het antwoord? Misschien. Maar ze was banger om hem te verliezen, ook al ‘had’ ze hem niet echt. Ze wou niet dat hij nooit meer iets met haar te maken wou hebben, want zij was meer dan geïnteresseerd in hem.
‘Zo, we zijn er.’ zei hij en glimlachte weer oogverblindend. Lily ging weer min of meer op eigen benen staan, hield hem alleen nog maar vast bij zijn hand.
‘Het zal wel gaan tot de voordeur.’ stelde ze hem gerust en slenterde tergend traag naar de brievenbus om het moment dat ze zijn hand los moest laten langer uit te stellen. Uiteindelijk moest dat toch, maar ook dat ging traag. Haar hand gleed uit die van hem, en als laatste raakten de topjes van zijn vingers de uiterste puntjes van haar handschoen, voor haar arm losjes naast haar zij heen en weer zwaaide . Steeds verder ging ze van hem weg, maar het oogcontact bleef. Iets in zijn ogen betoverde haar, of het nu de kleur was of de geheimen die hij erachter verborgen hield, wist ze niet, maar het was er en ze was er niet tegen opgewassen.
Toen ze de deurklink tegen haar elleboog voelde, stond ze stil. Hij draaide zich om, en toen besefte ze zich dat ze zijn naam niet eens kende. Nog voor ze haar mond ook nog maar kon openen om het te vragen, kliefde zijn stem door de stilte heen.
‘Jared. Mijn naam is Jared.’
Voor zover Lily hem, Jared, kende, wist ze gewoon dat hij nu glimlachte. Van oor tot oor, als dat mogelijk was door de kou. Maar hij glimlachte, daar was ze zeker van.
Natuurlijk kon de rust niet echt beginnen toen ze de deur achter zich toegooide. Ze had nog maar net haar eerste paar handschoenen uitgedaan en genoot van de warmte die zich tegen haar aanvleide, toen haar vader de trap afliep. Eerst kijk hij opgelucht, ze was eindelijk terug, maar dat maakte al snel kwaad voor woede. Een ader in zijn nek klopte gevaarlijk opvallend en zijn gezicht werd enkele tinten roder.
‘En waar waren we?’ stak hij van wal en tientallen speekseldruppeltjes werden de lucht in gekatapulteerd.
‘Bij mijn weten was ik alleen buiten.’ mompelde Lily terwijl ze haar jas zorgvuldig op de kast legde en zich van de verstikkende sjaal probeerde te verlossen.
‘Niet zo bijdehand, jongedame. Met zo’n weer naar buiten?’
Op dat moment kwam ook haar moeder uit haar kamertje, ging naast haar echtgenoot op de overloop staan en leunde over de trapleuning. Zij was niet boos, maar dat was ze nooit. Eerder achterlijk.
‘Was het niet koud buiten, dan?’ vroeg ze en haalde een hand door haar stroblonde haren, die al meteen weer over voor haar gezicht vielen.
‘Nee, het is zo warm dat ik beter mijn bikini had aangedaan.’
Voor één van de twee haar van antwoord kon dienen, glipte ze de woonkamer in. Voor zover ze haar moeder kende, zou die pas doorhebben dat ze sarcastisch was bij het avondeten, maar haar vader was van een andere soort.
De haard knetterde nog steeds, en het leek veel warmer geworden in die korte tijd dat ze buiten was. Haar oren en neus tintelden en zweet vormde zich spontaan op haar rug. Ze deed ook haar tweede paar handschoenen uit en schopte haar schoenen in een hoekje. Toen zette ze zich weer op haar plekje, vlakbij de haard met haar rug tegen de bank.
Haar chocomelk was nog lauw, omdat hij al die tijd zo dicht bij de haard had gestaan.
Zuchtend strekte ze haar benen uit en voelde de gloeiende warmte door haar sokken heen op haar voetzolen. Het voelde aangenaam. Het kon echter niet blijven duren, haar vader stampte de trap af, duwde de deur open en gooide die daarna nog net niet uit zijn scharnieren.
‘Lily Rose Adamson.’ schreeuwde hij zowaar door de ruimte heen. Dat deed hij enkel omdat hij haar niet zag zitten. Pas toen hij richting keuken liep, zag hij haar daar zitten.
‘Ja, papa?’ vroeg ze onschuldig en zakte wat meer onderuit. Normaal was ze zo niet, ze pushte haar vader nooit tot de limiet, maar iets in haar brulde dat ze dat toch een keer moest riskeren, dat ze een keer roekeloos moest zeggen waar het op stond.
Maar in plaats van een tirade ging haar vader naast haar zitten en sloeg zijn arm om haar schouder.
‘Hoe was het buiten? Koud?’
Zachtjes grinnikte ze en nestelde zich dichter tegen hem aan. Ze besefte dat ze zijn trui ook nog steeds aanhad, en dat hij dat misschien wel vreemd vond, maar dit was één van de zeldzame momenten dat hij tijd voor haar nam.
‘Vreselijk koud, maar de zee was prachtig.’
Hij woelde even door haar haren en drukte een kus op haar voorhoofd. Samen keken ze nu in het vuur, en het had een hele andere betekenis gekregen.
Bevend als een rietje stapte ze op hem af. Haar zilvergrijze haren schoven voor haar ogen, maar het belemmerde haar niet in haar zicht op hem. Ze was nu al, in die korte tijd, gefascineerd door de jongen. Hoe hij daar zat, een beetje voorovergebogen, maar hij rilde niet. Hoe hij het uithield in deze vreselijke temperaturen was een vraag die door haar hoofd kolkte, maar er waren teveel vragen die zich opdrongen, die voorrang kregen.
Blijkbaar hoorde hij haar voetstappen want voorzichtig keek hij over zijn schouder. Een zuinig glimlachje tekende zich af op zijn grauwe huid, toen keek hij weer naar de zee, alsof Lily er helemaal niet was. De zoutige wind speelde met zijn haar, die trommelden op zijn schouderbladen.
‘Hallo.’ zei ze voorzichtig en schuifelde nog ietsje dichter, stopte op een halve meter en stopte haar handen in de zakken van haar jas.
Hij klopte op het plekje naast hem en schoof nog een beetje opzij.
Lily verbaasde zich steeds meer over hem, maar ging toch zitten. Tussen haar wimpers door keek ze naar hem. Zijn wangen waren rood uitgeslagen en zijn neus ook, maar zijn ogen staarden glashelder voor zich uit. Nog nooit had ze zo’n kleur gezien. Het was een wirwar van blauw en groen, vleugjes bruin mengden zich en ze zou zweren dat ook zwart zich erin had genesteld. Hij knipperde en keek opzij, blozend wendde ze haar hoofd af.
‘Hallo.’ zei hij, duidelijk geamuseerd. De toppen van zijn schoenen gleden over het water. Zijn mondhoeken krulden zich verder omhoog. Lily genoot van zijn stem. Zwaar, maar een vleugje kinderlijke verlangens hadden zich erin vermengd.
Lily liet haar donkerblauwe kijkers nu ook over de golven glijden. En onder de sobere kleur zag ze, wat ze dacht dat de jongen ook zag, het frisse blauw dat de zee met zich meedroeg in zomers.
Het bleef stil. Beiden zwegen ze, keken naar wat zich voor hen afspeelde maar genoten toch van elkaars aanwezigheid, al zouden ze net zo goed alleen kunnen zitten daar en hetzelfde meemaken. Op onverklaarbare wijze werd er een band gesmeed, die tot op het heden onbeschrijfbaar is.
‘Lily?’ fluisterde hij een tijdje later de zilte lucht in. Ze draaide haar hoofd om, zo traag dat het net zo goed in slow motion had kunnen zijn, en keek hem vragend aan. Dat ze hem nooit haar naam had verteld, kwam niet in haar op.
‘Ja?’ vroeg ze daarna, aangezien het er niet naar uitzag dat hij op haar blik alleen zou antwoorden. Hij glimlachte zo mogelijk nog breder en duwde zich omhoog. Dat leek hem geen enkele moeite te kosten, ondanks zijn bevroren handen.
‘Je bevriest, ik breng je naar huis.’
Lily liet zich omhoog hijsen en weigerde afstand van hem te nemen. Zo kwam het dat ze zij aan zij de dijk overstaken en uiteindelijk in het bos verdwenen.
Een plots besef van onderkoeling deed haar bijna door haar knieën zakken, maar op onverklaarbare wijze had hij dat door en ondersteunde haar met zijn arm. Voorzichtig keek ze opzij, glimlachte nog voorzichtiger en schuifelde vooruit. Het zou niet lang meer duren of ze zou het helemaal begeven, wat had haar er dan ook toe gedreven naar buiten te gaan?
Stiekem gaf ze hem er de schuld van, maar op hem kon ze niet boos zijn.
In pure stilte liepen ze, stapje voor stapje, over het bospad. De bladeren lagen in grote stapels op de grond, hadden een laagje ijs op zich liggen en kraakten luid toen één van de twee een voet erop zette. Het bospad zelf bestond uit kiezeltjes.
Eenmaal weer op straat ging het veel trager. De wind kon weer tot bij hen komen, ze werden weer belaagd met sneeuw, en hij begon last te ondervinden van het extra gewicht dat hij meezeulde, ook al woog ze niet eens zoveel. Hij was toen ook opgelucht toen hij haar straat in liep.
Pas nu kwam haar logische verstand op gang. Hoe wist hij haar naam, hoe wist hij haar wonen, hoe in godsnaam wist hij dat allemaal zonder het te vragen. Hoewel de vragen zich opstapelden, durfde ze ze niet te stellen. Bang voor het antwoord? Misschien. Maar ze was banger om hem te verliezen, ook al ‘had’ ze hem niet echt. Ze wou niet dat hij nooit meer iets met haar te maken wou hebben, want zij was meer dan geïnteresseerd in hem.
‘Zo, we zijn er.’ zei hij en glimlachte weer oogverblindend. Lily ging weer min of meer op eigen benen staan, hield hem alleen nog maar vast bij zijn hand.
‘Het zal wel gaan tot de voordeur.’ stelde ze hem gerust en slenterde tergend traag naar de brievenbus om het moment dat ze zijn hand los moest laten langer uit te stellen. Uiteindelijk moest dat toch, maar ook dat ging traag. Haar hand gleed uit die van hem, en als laatste raakten de topjes van zijn vingers de uiterste puntjes van haar handschoen, voor haar arm losjes naast haar zij heen en weer zwaaide . Steeds verder ging ze van hem weg, maar het oogcontact bleef. Iets in zijn ogen betoverde haar, of het nu de kleur was of de geheimen die hij erachter verborgen hield, wist ze niet, maar het was er en ze was er niet tegen opgewassen.
Toen ze de deurklink tegen haar elleboog voelde, stond ze stil. Hij draaide zich om, en toen besefte ze zich dat ze zijn naam niet eens kende. Nog voor ze haar mond ook nog maar kon openen om het te vragen, kliefde zijn stem door de stilte heen.
‘Jared. Mijn naam is Jared.’
Voor zover Lily hem, Jared, kende, wist ze gewoon dat hij nu glimlachte. Van oor tot oor, als dat mogelijk was door de kou. Maar hij glimlachte, daar was ze zeker van.
Natuurlijk kon de rust niet echt beginnen toen ze de deur achter zich toegooide. Ze had nog maar net haar eerste paar handschoenen uitgedaan en genoot van de warmte die zich tegen haar aanvleide, toen haar vader de trap afliep. Eerst kijk hij opgelucht, ze was eindelijk terug, maar dat maakte al snel kwaad voor woede. Een ader in zijn nek klopte gevaarlijk opvallend en zijn gezicht werd enkele tinten roder.
‘En waar waren we?’ stak hij van wal en tientallen speekseldruppeltjes werden de lucht in gekatapulteerd.
‘Bij mijn weten was ik alleen buiten.’ mompelde Lily terwijl ze haar jas zorgvuldig op de kast legde en zich van de verstikkende sjaal probeerde te verlossen.
‘Niet zo bijdehand, jongedame. Met zo’n weer naar buiten?’
Op dat moment kwam ook haar moeder uit haar kamertje, ging naast haar echtgenoot op de overloop staan en leunde over de trapleuning. Zij was niet boos, maar dat was ze nooit. Eerder achterlijk.
‘Was het niet koud buiten, dan?’ vroeg ze en haalde een hand door haar stroblonde haren, die al meteen weer over voor haar gezicht vielen.
‘Nee, het is zo warm dat ik beter mijn bikini had aangedaan.’
Voor één van de twee haar van antwoord kon dienen, glipte ze de woonkamer in. Voor zover ze haar moeder kende, zou die pas doorhebben dat ze sarcastisch was bij het avondeten, maar haar vader was van een andere soort.
De haard knetterde nog steeds, en het leek veel warmer geworden in die korte tijd dat ze buiten was. Haar oren en neus tintelden en zweet vormde zich spontaan op haar rug. Ze deed ook haar tweede paar handschoenen uit en schopte haar schoenen in een hoekje. Toen zette ze zich weer op haar plekje, vlakbij de haard met haar rug tegen de bank.
Haar chocomelk was nog lauw, omdat hij al die tijd zo dicht bij de haard had gestaan.
Zuchtend strekte ze haar benen uit en voelde de gloeiende warmte door haar sokken heen op haar voetzolen. Het voelde aangenaam. Het kon echter niet blijven duren, haar vader stampte de trap af, duwde de deur open en gooide die daarna nog net niet uit zijn scharnieren.
‘Lily Rose Adamson.’ schreeuwde hij zowaar door de ruimte heen. Dat deed hij enkel omdat hij haar niet zag zitten. Pas toen hij richting keuken liep, zag hij haar daar zitten.
‘Ja, papa?’ vroeg ze onschuldig en zakte wat meer onderuit. Normaal was ze zo niet, ze pushte haar vader nooit tot de limiet, maar iets in haar brulde dat ze dat toch een keer moest riskeren, dat ze een keer roekeloos moest zeggen waar het op stond.
Maar in plaats van een tirade ging haar vader naast haar zitten en sloeg zijn arm om haar schouder.
‘Hoe was het buiten? Koud?’
Zachtjes grinnikte ze en nestelde zich dichter tegen hem aan. Ze besefte dat ze zijn trui ook nog steeds aanhad, en dat hij dat misschien wel vreemd vond, maar dit was één van de zeldzame momenten dat hij tijd voor haar nam.
‘Vreselijk koud, maar de zee was prachtig.’
Hij woelde even door haar haren en drukte een kus op haar voorhoofd. Samen keken ze nu in het vuur, en het had een hele andere betekenis gekregen.
There is never a wish better than this
If you only got a hundred years to live.
If you only got a hundred years to live.
- Carpe Diem
- Vulpen
- Berichten: 349
- Lid geworden op: 22 dec 2008 18:54
Mooi verwoord. En heel mysterieus, vooral Jared is heel geheimzinnig. Hoe hij al die dingen van haar wist, alsof hij haar gedachte las. En dat hij met zulk koude weer onaangeroerd rechtop bleef zitten.. .
Echt een heel leuk verhaal, ik blijf het volgen!
Echt een heel leuk verhaal, ik blijf het volgen!

The Mad Hatter:
"Have I gone mad?"
Alice:
"I'm afraid so, you're entirely bonkers.
But I'll tell you a secret. All the best people are."
"Have I gone mad?"
Alice:
"I'm afraid so, you're entirely bonkers.
But I'll tell you a secret. All the best people are."
- Floodlight
- Puntenslijper
- Berichten: 23
- Lid geworden op: 30 dec 2009 18:43
- Locatie: De Dekkers Mansion te Essen
Het is de bedoeling dat Jared geheimzinnig overkomt. ^^
Daar draait het ook een beetje om.
Daar draait het ook een beetje om.

There is never a wish better than this
If you only got a hundred years to live.
If you only got a hundred years to live.
Wil je wel geloven dat ik even schrok toen ik "Sneeuw was nog nooit zo wit" zag staan? x']
Ik dacht: dit kan geen toeval zijn. En toen zag ik "Floodlight", en ik wist meteen dat jij het was ^^
Anyway, over het verhaal, je hebt op msn al uitgebreid reactie gekregen *wbw*
Ik vind het een geweldig verhaal en Jared is cuwl, Lily trouwens ook ^^
En het was echt níet slim om te zeggen dat jij de geweldige schrijfster van LD bent, als je niet wil dat mensen weten wie je bent x']
23'02'2010 <3
Ik dacht: dit kan geen toeval zijn. En toen zag ik "Floodlight", en ik wist meteen dat jij het was ^^
Anyway, over het verhaal, je hebt op msn al uitgebreid reactie gekregen *wbw*
Ik vind het een geweldig verhaal en Jared is cuwl, Lily trouwens ook ^^
En het was echt níet slim om te zeggen dat jij de geweldige schrijfster van LD bent, als je niet wil dat mensen weten wie je bent x']
23'02'2010 <3