Waar het verder over gaat, lezen jullie vanzelf. Enjoy!
Laat ik jullie eerst de hoofdpersonages maar eens voorstellen, dan word het al wat duidelijker.
Blue (16): Behulpzaam, trouw, echte paardengek, buitenmens, aardig voor haar vrienden. Zij woont op de manege en haar vader is de eigenaar.
Dion (15): Denkt dat hij alles beter kan dan de rest. Heeft vaak ruzie met Blue of Raoul en hij probeert die twee dan ook vaak te meiden.
Raoul (16): Geadopteerd op zijn 14de door de ouders van Blue, helpt na schooltijd op de manege/stoeterij. Door zijn Spaanse afkomst vinden veel meiden hem leuk, maar hij heeft maar interesse in eentje.
Marleen (17): Helpt iedereen, snel vertrouwd met mensen, probeert er te zijn voor haar vrienden en familie. Huurt een paard op de manege en is goede vrienden met Blue.
Lauren (17): Meest arrogante van het stel, wilt altijd winnen, wilt de top bereiken met zijn paard. Hij is nieuw op de manege, net als zijn zus Flame en probeert er zijn draai te vinden.
Julius (15): Laat zich nogal snel meeslepen door Lauren, doet veel voor hem als Lauren erom vraagt. Onzeker, probeert zekerder te worden, wat niet altijd goed uitpakt. Kan soms rustig uit de hoek komen. Bij zijn vrienden is hij zelfverzekerd, maar bij andere mensen weet hij zich niet zo te gedragen, pas als hij ze beter kent, word hij ook daar zekerder.
Roy (15): Betrouwbaar, echte dierenvriend, helpt in zijn vrije tijd op de manege en rijd zelf niet. Hij trekt vooral op met Julius, maar ook wel met Raoul en Blue. Dion en Lauren probeert hij te mijden.
Flame (15): Flame is de zus van Lauren, kan af en toe net zo arrogant overkomen als haar broer, beiden zijn ze nieuw op de manege. Samen met haar broer proberen ze daar hun draai te vinden. Al probeert Flame ook vrienden te worden met Blue, al lukt dat niet altijd even goed.
Nora (15): Nora is de stilste van het stel. Je hoort haar alleen wanneer ze praat tegen de dieren en praat nauwelijks met Blue of haar andere vrienden, toch kunnen ze het prima vinden met elkaar en met haar, waardoor ze zich helemaal op haar gemak voelt op de manege, ook zij is nieuw op de manege.
goed genoeg gekletst, voor meer informatie mogen jullie pben:) Hier dan het verhaal, opbouwende kritiek is welkom, evt. tips mogen ook en complimentjes

------------------
Hoofdstuk 1
Het geluid van stampende hoeven tegen de boxdeuren aan klonk voor Blue Rhytm als muziek in haar oren zodra het lichtgetinte meisje met de voederkar het stallenblok binnenliep. Terwijl ze langs de paarden liep schepte ze de juiste hoeveelheid voer in hun bakken.
Buiten begonnen al enkele vogels met tjilpen en Blue luisterde tevreden naar het geluid wat ze maakten. Straks, tegen negen uur zouden de eerste kinderen al komen voor hun rijles en dan was de rust gedaan op de manege. Ze was allang blij dat geen enkele klant in het privégedeelte van de manege mocht komen, waar haar eigen merrie stond en de ruin van haar geadopteerde broer Raoul, als ze rust nodig had, kon ze die daar vinden. Haar broer zag ze niet als een geadopteerde jongen, maar gewoon als broer.
Terwijl ze zo verder voerde kwam ze langzaam maar zeker bij het laatste paard aan, een pony, die er al zeker vijf jaar stond en van alle leerlingen – vooral de beginners – hun lievelingspony was. De pony hinnikte even tot er plots een stem achter haar klonk.
“Goedemorgen!” klonk het vrolijk van achter haar. Blue draaide haar hoofd iets en glimlachte toen er een bruinharige jongen de stallen in kwam lopen.
“Heb je niet eens op mij gewacht met voeren?” vroeg hij en trok een beteurd gezicht. Blue grinnikte en trok de kar naar achteren.
“Zoals je ziet niet nee Roy,” zei Blue en trok een geamuseerd gezicht. Roy keek haar even vol verbazing aan, haalde nonchalant zijn schouders op om vervolgens Blue te helpen met de voederkar. Samen trokken ze de kar helemaal naar achteren, waar het voederhoek was. Blue parkeerde de wagen – met behulp van Roy – zo dat ze de kar ’s avonds er makkelijk uit konden rijden. De paarden van de familie waren al gedaan, die deed ze altijd als eerste.
“Blue, kom je ontbijten? En ik zag Roy net ook, eet je mee?” hoorde Blue de stem van haar broer roepen.
“We komen!” riep Blue vrolijk. Zonder een waarschuwing trok Blue Roy mee, richting de grote staldeuren, waar haar broer stond.
“Hé jongens!” werd er geroepen door een blondharige jongen die net met een brede glimlach van zijn fiets afstapte. De jongen, genaamd Julius, zette zijn fiets in één van de standaards die op het erf stonden en liep naar zijn drie vrienden.
“We gaan net ontbijten,” merkte Blue op en bekeek Julius even. Zijn donkerblonde haar, zat zoals gewoonlijk elke dag weer eens door de war en zijn blauwe ogen keken vrolijk naar zijn vrienden. Raoul was daar en tegen het tegenovergestelde van Julius, vooral qua huiskkleur. Hij had een wat donkerder getinte huid, zwarte haren en donkere bruine ogen. Zijn uiterlijk was dan ook niet zo gek met zijn Spaanse afkomst. Beiden ouders waren Spaans, sinds ze dood waren, was hij in een pleeggezin gezet en dat was bij Blue.
“Lekker!” zei Julius grijnzend en volgde zijn vrienden de grote, witte woonboerderij in. Als er wel iets was, waarom Julius bij Blue en Raoul naar binnen ging, dan was het wel om de kookkunsten van hun moeder. Ze kon geweldig koken, waardoor veel van Blue’s vrienden graag een hapje mee aten met hen. Vaak was het op de zaterdagochtend, als Julius en Roy kwamen helpen. Het waren de twee beste vrienden van Blue en Raoul en als je de één zag, waren de andere drie niet ver uit de buurt.
“Ah, ik wist al wel dat ik jullie zou treffen,” zei Blue’s moeder lachend. Marlene was een vrouw van veertig jaar, met donkerbruine haren, waar een slag in zat. Haar hazelnootachtige ogen keken altijd vrolijk de wereld in en ondanks dat ze een hekel had aan paarden, steunde ze haar man en kinderen door dik en dun, in alles wat ze mee maakten met de paarden.
“Altijd Marlene, je weet toch hoe gek Julius is op je kookkunsten?” merkte Roy lachend op. Julius stootte zijn vriend even aan en schoof toen een stoel naar achteren. Zo zeker als Julius bij zijn vrienden was, zo onzeker was hij altijd bij onbekende mensen. Hij kon er niks aan doen, ja, zekerder worden, maar dat hielp weinig in zijn geval, wat hij ook probeerde.
“Dat weet ik inderdaad. Mijn man en kinderen zijn er al helemaal dol op,” zei de vrouw lachend en zette warme broodjes op de keukentafel.