
We leven meer volgens voorbeelden dan volgens de rede.
-Rome-
De Magie van het boek.
'Ga weg! Ga weg!' Ik zeg het niet, maar ik denk het wel. Ik wou dat ze gedachten konden lezen.
Opeens voel ik iets tegen mijn schouder aan tikken. Ik open mijn ogen en wil het wegslaan. Maar voor ik die kans krijg, kijk ik in twee grote blauwe ogen die mij recht aan kijken.
“Goedemiddag, ik wil je graag enkele vragen stellen.. Mag dat?”
Ik kijk de twee blauwe ogen vragend aan. Waarom vragen? Wat willen ze weten? Wat is er aan de hand? Een foto wordt onder mijn neus gedrukt.
Op die foto staat mijn broertje. Mijn lieve broertje. Maar hij ziet er wit uit. Een traan ontstaat in mijn ogen en kruipt over mijn wang. Kietelt bijna.
“Weet jij wat er met hem is gebeurt?”
Ik kijk de twee blauwe ogen vragend aan. Was er iets gebeurt dan? En wat was er dan gebeurt? En wat heeft mijn broertje daarmee te maken?
Een tweede traan maakt mijn wang nat. Ik keek de blauwe ogen vragend en bedroefd aan. Na enkele tellen schud ik mijn hoofd. Onder de blauwe ogen komt lucht vandaan. De blauwe ogen verdwijnen voor een seconde en verschijnen dan weer. En niet veel later zijn ze helemaal verdwenen. Bedroefd kijk ik weer naar mijn voeten die niet zo'n mooie kleur hebben.
“Heeft ze wel eens wat gezegt?”
“Niet zolang ze hier is.”
“Is er nog verder bewijs materiaal gevonden?”
“Ja.. Er lag een boek naast hem. Je kunt een kijkje nemen, maar het zit erg onder het bloed.”
De woorden drongen amper tot mij door. Waar hadden ze het over? Waarom hadden deze mensen een foto van mijn broertje? Waarom was ik hier eigenlijk?
Ik probeer het me te herinneren.. Maar ik weet het niet meer. Alles is een grote waas.
Ik wrijf in mijn ogen om dat laatste beetje slaap eruit te wrijven. Ik wil weten wat er aan de hand is.. Eerder ga ik niet slapen. Langzaam aan komen er dingen terug in mijn geheugen. Het laatste wat ik nog weet is dat ik met mijn broertje aan het spelen was. Hij was met de blokken aan het spelen en ik was een boek aan het lezen.
Plots zag ik weer die mooie blauwe ogen. Ik schrok er wel van en probeerde wat achteruit te schuiven. Dit echter, lukte niet omdat ik al tegen een muur aan zat.
“Hey,”
was alles wat ze zei. Verbaast keek ik naar de blauwe ogen.
“Mag ik je nog steeds wat vragen?”
Ik vond het een stomme vraag. Tuurlijk mochten de blauwe ogen wat vragen.
“Weet je nog wat er gebeurd is?”
Ik keek haar aan. Wat wat wanneer gebeurt is? Ik snapte de ogen niet. Ik keek ze vragend aan. Weer die lucht en de ogen verdwenen even. Ik dacht heel diep na en sloot mijn ogen.
Mijn broertje was druk bezig met de blokken. Ik las in een boek. Mijn broertje stootte me aan en reikte me een blok aan van zijn blokken doos. Ik lachte en zette het blok op de andere blokken. Trots klapte mijn broertje in zijn handen en ik glimlachte. Vervolgens ging ik verder met m'n boek.
Ik werd aangestoten. Ik probeerde de hand weg te slaan en verder te gaan met mijn gedachtes.
Bloed... Heel veel Bloed.. Mijn handen zaten onder.. Ik keek opzij en mijn boek zat onder... Mijn mooie boek! En waar was mijn broertje gebleven? Waar kwam dat bloed vandaan??
Zwaar ademend opende ik mijn ogen weer. Waar kwam al dat bloed ineens vandaan?
“En weet je het weer?”
De blauwe ogen staarde me nu veel erger aan dan eerst. Ineens vond ik ze niet meer zo mooi blauw.
Ik schudde mijn hoofd en staarde weg van de mooie ogen naar mijn voeten. Ik wist het niet meer... Weer ontsnapte er een traan uit mijn ooghoek.
Niet zo heel veel later was ik wat bekomen van mijn gedachten. Ik ademde nog steeds wat sneller dan normaal, maar verder ging het weer. Ik staarde niet meer naar mijn schoenen maar voor me uit.
Langzaam zag ik twee benen in mijn richting komen. Er ging iemand voor mijn neus zitten en nu keek ik naar twee bruine ogen. Ik vond de blauwe mooier, maar deze hadden ook iets bijzonders.
“Ik heb hier wat foto's van het boek.. Volgens mij is het boek van jou,”
het was geen vraag, eerder een bevestiging. En dat viel me op. Hoe wist hij dat zo zeker? Het was sowieso een man, dat kon je horen. Ik keek naar de bruine ogen.
“Hier, misschien wil je even kijken?”
Nu wel een vraag, dat vond ik in ieder geval fijner. Dat gaf me het gevoel dat ik nog een keuze had.. Voor zover ik die had.
Ik keek omlaag naar de papieren die de man vasthield. Beelden flitste langs me heen. Ik zag van alles. Veel dingen die ik niet wou zien. Ik staarde naar de foto van de kaft van het boek.
“Weet je het weer?”
Dit keer klonk het beschuldigend, maar dit keer viel het me niet op. Ik dacht aan andere dingen.
“Weet je nog wat er in het boek staat?”
Nu weer een vraag. Zijn stemwisselingen waren verwarrend. Blijkbaar was hij nu ineens niet zeker van zijn zaak. Ik keek naar de andere foto's. Nu stonden daar pagina's vol bloed op de foto.
Nieuwe beelden flitste in mijn hoofd langs.
“Weet je nog wat er stond?”
Een dringende stem. Maar ik hoorde het niet meer. Zachtjes, raspend en vol verdriet mompelde ik wat. De woorden die ik me nog kon herinneren van het boek.
“See you in Next Life.”