After the end of the world
-
- Balpen
- Berichten: 146
- Lid geworden op: 22 mei 2008 18:10
Proloog
Er was naar mijn gevoel maar één gekleurd persoon dat door de zwart witte massa heen liep. Dat persoon ben ik. Mensen deden wat de leidinggevende mensen zeiden; netjes elke dag naar het werk, kinderen naar school brengen, op tijd naar bed. Hun dag bestond uit één groot tijdschema. Ik had alle vrijheid. Ik was negen jaar toen mijn ouders opgepakt en geëxecuteerd werden. Ik zag het met mijn eigen ogen gebeuren. Die herinnering deed na zeven jaren nog pijn. Ik werd niet afgemaakt als een stuk vee zoals mijn ouders. Ik werd in de papieren als dood verklaard en op straat gezet. Voor hen was het een straf, maar als ik zo terug kijk hebben ze mij bevrijd. Bevrijd van de maatschappij. Pas nadat ik twaalf jaar was begreep ik wat voor mensen deze maatschappij zo zwart wit hadden gemaakt. De mensen die beschikking hadden over de maatschappij, hadden iedereen onder controle. Alleen de mensen die niet in die maatschappij leefden bleven hun kleur behouden. De kleur van vrijheid, geluk en hoop. De kleuren die bij de rest al niet meer te vinden waren. Als ik naar mijn handen keek zag ik die kleuren zachtjes door mij heen vloeien. Dan maakte ik vuisten om te zorgen dat die kleur niet kon ontsnappen. Die kleuren waren het enige dat deze wereld mooi maakte. Deze wereld, bezeten door geld en dictatuur, wordt niet meer beschermd door hen. Zij waren allang afgemaakt zoals alle andere vrijheidsstrijders. Mijn ouders hoorden ook bij hen. En ik zal de voetstappen van mijn ouders volgen en de krachten die in mij verborgen liggen gebruiken om de kleur van deze wereld terug te krijgen in de harten van de mensen.
Hoofdstuk 1:
Ik voelde de buik van Tif op en neer gaan toen hij begon te grommen. Hij begon iets harder te grommen en snel ging ik rechtop zitten. Ik legde mijn hand op zijn hoofd om aan te geven dat het goed was. Even was er een doodse stilte. Een krakend geluid doorbrak de stilte en ik vloog overeind. Tif ging rechtop staan met zijn ogen gefixeerd op de grond alsof hij er doorheen kon kijken. Zijn tanden waren ontbloot.
“Het is goed. Doe maar rustig.” fluisterde ik zachtjes maar mijn stem klonk net zo gespannen als het gegrom van de hond. De voetstappen van de bezoekers waren te horen door het hele huis. Ik keek vluchtig rond om een uitweg te vinden.
“Eindelijk terug” hoorde ik een meisje zeggen.
“Ik kan niet wachten tot ik weer achterover mijn bed in kan vallen” antwoordde een jongen.
De trap afrennen en simpelweg door de voordeur ontsnappen was geen optie. Ik schoof voorzichtig het bruine bureau onder het raam en klom erop zodat ik door het raam kon kijken. Ik zat op de eerste verdieping dus de val zou ik overleven. Maar voor Tif zou het gevaarlijk zijn. Ik floot zachtjes. Tif zette zijn voorpoten op het bureau en keek me aan. Veel tijd om een beter plan te bedenken had ik niet. De snelle voetstappen van kleine kinderen die over de trap renden, echoden door het huis. Één van die kinderen zou deze slaapkamer in rennen en ons zien als we niet binnen een paar seconde vluchtten.
Er was naar mijn gevoel maar één gekleurd persoon dat door de zwart witte massa heen liep. Dat persoon ben ik. Mensen deden wat de leidinggevende mensen zeiden; netjes elke dag naar het werk, kinderen naar school brengen, op tijd naar bed. Hun dag bestond uit één groot tijdschema. Ik had alle vrijheid. Ik was negen jaar toen mijn ouders opgepakt en geëxecuteerd werden. Ik zag het met mijn eigen ogen gebeuren. Die herinnering deed na zeven jaren nog pijn. Ik werd niet afgemaakt als een stuk vee zoals mijn ouders. Ik werd in de papieren als dood verklaard en op straat gezet. Voor hen was het een straf, maar als ik zo terug kijk hebben ze mij bevrijd. Bevrijd van de maatschappij. Pas nadat ik twaalf jaar was begreep ik wat voor mensen deze maatschappij zo zwart wit hadden gemaakt. De mensen die beschikking hadden over de maatschappij, hadden iedereen onder controle. Alleen de mensen die niet in die maatschappij leefden bleven hun kleur behouden. De kleur van vrijheid, geluk en hoop. De kleuren die bij de rest al niet meer te vinden waren. Als ik naar mijn handen keek zag ik die kleuren zachtjes door mij heen vloeien. Dan maakte ik vuisten om te zorgen dat die kleur niet kon ontsnappen. Die kleuren waren het enige dat deze wereld mooi maakte. Deze wereld, bezeten door geld en dictatuur, wordt niet meer beschermd door hen. Zij waren allang afgemaakt zoals alle andere vrijheidsstrijders. Mijn ouders hoorden ook bij hen. En ik zal de voetstappen van mijn ouders volgen en de krachten die in mij verborgen liggen gebruiken om de kleur van deze wereld terug te krijgen in de harten van de mensen.
Hoofdstuk 1:
Ik voelde de buik van Tif op en neer gaan toen hij begon te grommen. Hij begon iets harder te grommen en snel ging ik rechtop zitten. Ik legde mijn hand op zijn hoofd om aan te geven dat het goed was. Even was er een doodse stilte. Een krakend geluid doorbrak de stilte en ik vloog overeind. Tif ging rechtop staan met zijn ogen gefixeerd op de grond alsof hij er doorheen kon kijken. Zijn tanden waren ontbloot.
“Het is goed. Doe maar rustig.” fluisterde ik zachtjes maar mijn stem klonk net zo gespannen als het gegrom van de hond. De voetstappen van de bezoekers waren te horen door het hele huis. Ik keek vluchtig rond om een uitweg te vinden.
“Eindelijk terug” hoorde ik een meisje zeggen.
“Ik kan niet wachten tot ik weer achterover mijn bed in kan vallen” antwoordde een jongen.
De trap afrennen en simpelweg door de voordeur ontsnappen was geen optie. Ik schoof voorzichtig het bruine bureau onder het raam en klom erop zodat ik door het raam kon kijken. Ik zat op de eerste verdieping dus de val zou ik overleven. Maar voor Tif zou het gevaarlijk zijn. Ik floot zachtjes. Tif zette zijn voorpoten op het bureau en keek me aan. Veel tijd om een beter plan te bedenken had ik niet. De snelle voetstappen van kleine kinderen die over de trap renden, echoden door het huis. Één van die kinderen zou deze slaapkamer in rennen en ons zien als we niet binnen een paar seconde vluchtten.
Laatst gewijzigd door timbertje2 op 30 mar 2011 19:41, 7 keer totaal gewijzigd.
(>'_')># "I was going to give you this waffle.."
#<('_'<) "..But then I was like.. "
(>'#'<) "..I'm hungry"
(>'_'<) "..So I ate it"
(>^_^<) "Hehe"
Een mooi begin, maar wel erg kort, liever had ik meer gelezen. Ik ben benieuwd naar het vervolg. Ik raad je wel aan om er snel een stuk bij te plaatsen zodat meer mensen het gaan lezen.
Succes met verder schrijven. Groetjes, Michael
Deze zin zou ik iets anders doen: Ze begon iets harder te grommen en snel ging ik rechtop zitten. Dit leest iets makkelijk.Ze begon iets harder te grommen en snel ik ging rechtop zitten.
Succes met verder schrijven. Groetjes, Michael
I am the stories that I write, it is my soul and my destiny and whithout it I wouldn't know who I am.
Ik vind het een mooi begin.
Je hebt een fijne en makkelijke leesbare schrijfstijl, al was het begin wel heel kort.
Het verhaal zelfs spreekt me wel aan.
Ik hoop dat het volgende hoofdstuk er snel aan komt, dan zal ik weer opnieuw reageren ^^
Succes met het schrijven en heb er plezier in
Xxx Aile
Je hebt een fijne en makkelijke leesbare schrijfstijl, al was het begin wel heel kort.
Het verhaal zelfs spreekt me wel aan.
Ik hoop dat het volgende hoofdstuk er snel aan komt, dan zal ik weer opnieuw reageren ^^
Succes met het schrijven en heb er plezier in
Xxx Aile
"There are many worlds, but they share the same sky —
one sky, one destiny."
one sky, one destiny."
-
- Balpen
- Berichten: 146
- Lid geworden op: 22 mei 2008 18:10
Dankje,
Ik wilde het langer maken maar dat lukte niet voor ik naar school ging. Maar ik ben nu (Nu ik eindelijk mijn huiswerk af heb) al weer flink aan het typen ^^
(Geweldige avatar trouwens)
Ik wilde het langer maken maar dat lukte niet voor ik naar school ging. Maar ik ben nu (Nu ik eindelijk mijn huiswerk af heb) al weer flink aan het typen ^^
(Geweldige avatar trouwens)
(>'_')># "I was going to give you this waffle.."
#<('_'<) "..But then I was like.. "
(>'#'<) "..I'm hungry"
(>'_'<) "..So I ate it"
(>^_^<) "Hehe"
-
- Balpen
- Berichten: 146
- Lid geworden op: 22 mei 2008 18:10
Ik opende de deurtjes van het raam en ging op het kozijn zitten. Met mijn voeten probeerde ik grip te krijgen op de dakpannen. Zodra ik eenmaal goed stond en rechtop kon blijven staan floot ik naar de hond. Tif zette zich met zijn voorpoten af en zette zijn achterpoten op het kozijn alsof hij een acrobaat was. Hij probeerde ook grip te zoeken en stapte voorzichtig over de dakpannen heen. We liepen naar de voorkant van het huis. Hier en daar trapten we een dakpan kapot, maar we probeerde ons zo stil mogelijk te verplaatsen. Er stonden geen ladders dus moesten we eraf springen. Ik hield me vast aan een paar pannen en zakte door mijn benen zodat ik op de rand van het dak kon zitten. Met mijn handen zette ik me af en viel enkele meters naar beneden. Bij de landing boog ik door mijn knieën zoals ik dat altijd deed. Ik keek even naar beide kanten van de straat om te kijken of er verkeer aankwam en toen de kust veilig was draaide ik me weer naar mijn reisgenoot. Ik floot om te laten horen dat het goed was en de hond zette zijn voorpoten op de dakgoot om te kijken naar de hoogte waar hij van af moest springen. Ik floot nog een paar keer om hem aan te moedigen. De hond zakte door zijn voorpoten om zich af te zetten voor de sprong. De buik van Tif kwam recht op me af en ik belandde met een smak tegen de grond. Mijn pols klapte dubbel en deed verschrikkelijke pijn maar dat kon me niet veel schelen toen ik zag dat Tif ongedeerd was. Tif vloog van me af. Hij had goed door dat ik het niet prettig vond dat hij op me lag en rustig wachtte hij tot ik opgestaan was. Ik gaf hem een flinke aai over de bol en keek nog even omhoog om de hoogte te bewonderen waar we van af gesprongen waren. Een dakpan schoof langzaam van het dak af en viel kapot op straat. De hond schrok en blafte naar de kapotte dakpan. Het was een hels kabaal. De licht-sensor bij de deur ging aan en een boze man kwam naar buiten gestormd.
“Wat moet dat met mijn dakpannen? Klein onbeschoft...”
“Tif, rennen.” lachte ik terwijl ik het op een rennen zette.
“Kom terug jij! Wacht maar tot ik je in mijn handen krijg.” riep de man terwijl hij ons achterna rende.
“Ik ben al dood volgens de regering, dus jij kan me niks meer doen.” riep ik over mijn schouder. Mijn woorden verwarde de man, waardoor hij zijn snelheid verloor. Hierdoor kreeg ik een enorme voorsprong en wist ik via een netwerk van steegjes aan hem te ontkomen. Eenmaal buiten de woonwijk kon ik weer opgelucht adem halen. Mijn longen leken in brand te staan, maar Tif leek niet eens moe te zijn.
“Dat was best grappig” zei ik tussen het hijgen door. “Dat doen we nog wel een keer. Maar zeker niet nu!”
De hond keek me aan alsof het leuk vond wat ik zei, maar volgens mij was hij gewoon tevreden met de aandacht die ik hem gaf.
“Ik heb jou nu ook al twee jaar. Dat is best lang. Ik heb je nou al zolang dat ik gewoon hardop tegen je praat en doe alsof je me kan verstaan. Dat is best vreemd. Misschien heb ik gewoon te weinig sociaal contact en praat ik daarom tegen je.” Ik zuchtte kort even en besloot dat ik genoeg tegen de hond, maar vooral tegen mijzelf, had gepraat. Ik aaide de hond nog een keer flink over z'n kop en liep rustig de straat uit. Het was tijd om een nieuw onderkomen te vinden. Tif liep in een strakke lijn naast me. Ik keek vooruit, naar de ondergaande zon. Het pad was een lang zandpad met aan beide kanten een lange strook gras.
“Het perfecte scenario om opnieuw te beginnen, of niet? We kwamen met niets en nu gaan we met niets. Nou ja...” Ik graaide door mijn jaszak heen en haalde er een plakje worst uit dat ik meegenomen had van het 'Gratis proeven' plankje in de supermarkt. Ik wilde het in mijn mond stoppen, maar Tif gebruikte zijn geheime wapen. Ik kon niet op tegen zijn stralende, zielige ogen. Ik had altijd al een zwak voor Duitse Herders en zeker met zulke lieve ogen. Ik trok het plakje uit elkaar en gooide de ene helft naar Tif. Het plakje werd uit de lucht gegrepen en was al op voordat ik 'brave hond' kon zeggen. Ik volgde Tifs voorbeeld en at mijn deel op.
“Nu hebben we niets meer. We kunnen dus weer gewoon van vooraf aan beginnen. Net zoals de afgelopen jaren.”
“Wat moet dat met mijn dakpannen? Klein onbeschoft...”
“Tif, rennen.” lachte ik terwijl ik het op een rennen zette.
“Kom terug jij! Wacht maar tot ik je in mijn handen krijg.” riep de man terwijl hij ons achterna rende.
“Ik ben al dood volgens de regering, dus jij kan me niks meer doen.” riep ik over mijn schouder. Mijn woorden verwarde de man, waardoor hij zijn snelheid verloor. Hierdoor kreeg ik een enorme voorsprong en wist ik via een netwerk van steegjes aan hem te ontkomen. Eenmaal buiten de woonwijk kon ik weer opgelucht adem halen. Mijn longen leken in brand te staan, maar Tif leek niet eens moe te zijn.
“Dat was best grappig” zei ik tussen het hijgen door. “Dat doen we nog wel een keer. Maar zeker niet nu!”
De hond keek me aan alsof het leuk vond wat ik zei, maar volgens mij was hij gewoon tevreden met de aandacht die ik hem gaf.
“Ik heb jou nu ook al twee jaar. Dat is best lang. Ik heb je nou al zolang dat ik gewoon hardop tegen je praat en doe alsof je me kan verstaan. Dat is best vreemd. Misschien heb ik gewoon te weinig sociaal contact en praat ik daarom tegen je.” Ik zuchtte kort even en besloot dat ik genoeg tegen de hond, maar vooral tegen mijzelf, had gepraat. Ik aaide de hond nog een keer flink over z'n kop en liep rustig de straat uit. Het was tijd om een nieuw onderkomen te vinden. Tif liep in een strakke lijn naast me. Ik keek vooruit, naar de ondergaande zon. Het pad was een lang zandpad met aan beide kanten een lange strook gras.
“Het perfecte scenario om opnieuw te beginnen, of niet? We kwamen met niets en nu gaan we met niets. Nou ja...” Ik graaide door mijn jaszak heen en haalde er een plakje worst uit dat ik meegenomen had van het 'Gratis proeven' plankje in de supermarkt. Ik wilde het in mijn mond stoppen, maar Tif gebruikte zijn geheime wapen. Ik kon niet op tegen zijn stralende, zielige ogen. Ik had altijd al een zwak voor Duitse Herders en zeker met zulke lieve ogen. Ik trok het plakje uit elkaar en gooide de ene helft naar Tif. Het plakje werd uit de lucht gegrepen en was al op voordat ik 'brave hond' kon zeggen. Ik volgde Tifs voorbeeld en at mijn deel op.
“Nu hebben we niets meer. We kunnen dus weer gewoon van vooraf aan beginnen. Net zoals de afgelopen jaren.”
Laatst gewijzigd door timbertje2 op 29 mar 2011 19:36, 7 keer totaal gewijzigd.
(>'_')># "I was going to give you this waffle.."
#<('_'<) "..But then I was like.. "
(>'#'<) "..I'm hungry"
(>'_'<) "..So I ate it"
(>^_^<) "Hehe"
- Carpe Diem
- Vulpen
- Berichten: 349
- Lid geworden op: 22 dec 2008 18:54
Goed, soms tussen mijn leerwerk door neem ik een 'pauze' die meestal iets langer duurt dan een normale pauze en toen vond ik jouw verhaal (nou, om eerlijk te zijn had ik het al eerder gelezen, maar nu wilde ik even een berichtje achterlaten).
Ik vind het een leuk beginnetje (en meestal als ik een verhaal leuk vind kom je niet van me af ^^), dat even als eerst gezegd =) Goede proloog ook, dat zette me eraan om verder te lezen.
Nu eerst een paar tips!
Hm... hoe zeg ik dat beter...
Bijv.
"Hallo," zei Jantje. (de zin is niet af hier. bij 'zei hij, fluisterde ik, antwoordde hij' gaat de zin nog verder, )
Hier kan het wel bij -> Hij haalde zijn schouders op en stak toen zijn hand uit. "Hallo."
(als iemand een betere uitleg heeft hoor ik het graag, voor nu zal ik gewoon even aangeven waar je het moet verbeteren, misschien dat je het herkent^^
Dit is even alleen je eerste post. Zal even kijken of ik ook nog tijd heb om je tweede post na te kijken
Ik hoor namelijk *kuch* te leren.
Nog één vraagje: hoe oud is je hoofdpersoon? Want ik leid uit je stukje af dat zij/hij ongeveer25(?) is -zestien jaar na de dood van haar/zijn ouders, was negen toen ze werden gedood), maar haar/zijn gedrag lijkt op een wat jongere persoon (vind ik dan).
En ik ben ook benieuwd of de hoofdpersoon een jongen of meisje is
Maar ga zo door!
Ik vind het een leuk beginnetje (en meestal als ik een verhaal leuk vind kom je niet van me af ^^), dat even als eerst gezegd =) Goede proloog ook, dat zette me eraan om verder te lezen.
Nu eerst een paar tips!
leefde = leefden (mensen is meervoud)De mensen die beschikking hadden over de maatschappij, hadden iedereen onder controle. Alleen de mensen die niet in die maatschappij leefde bleven hun kleur behouden.
Viel me even op. Er staat namelijk dat Tif een 'hij' is, maar vlak daarna legde de hoofdpersoon haar/zijn hand op 'haar' hoofdIk voelde de buik van Tif op en neer gaan toen hij begon te grommen. Hij begon iets harder te grommen en snel ging ik rechtop zitten. Ik legde mijn hand op haar hoofd om aan te geven dat het goed was.

Na deze gesproken zin hoort inplaats van een komma een punt (dus: "Doe maar rustig,"fluisterde ik...), omdat de zin nog niet afgelopen is.“Het is goed, Tif. Doe maar rustig.” fluisterde ik zachtjes maar mijn stem klonk net zo gespannen als het gegrom van de hond.
Hm... hoe zeg ik dat beter...
Bijv.
"Hallo," zei Jantje. (de zin is niet af hier. bij 'zei hij, fluisterde ik, antwoordde hij' gaat de zin nog verder, )
Hier kan het wel bij -> Hij haalde zijn schouders op en stak toen zijn hand uit. "Hallo."
(als iemand een betere uitleg heeft hoor ik het graag, voor nu zal ik gewoon even aangeven waar je het moet verbeteren, misschien dat je het herkent^^
Weer een komma na de gesproken zin.“Ik kan niet wachten tot ik weer achterover mijn bed in kan vallen.” antwoordde een jongen.
vluchtte= vluchtten (we is meervoud)Één van die kinderen zou deze slaapkamer in rennen en ons zien als we niet binnen een paar seconde vluchtte
Dit is even alleen je eerste post. Zal even kijken of ik ook nog tijd heb om je tweede post na te kijken

Ik hoor namelijk *kuch* te leren.
Nog één vraagje: hoe oud is je hoofdpersoon? Want ik leid uit je stukje af dat zij/hij ongeveer25(?) is -zestien jaar na de dood van haar/zijn ouders, was negen toen ze werden gedood), maar haar/zijn gedrag lijkt op een wat jongere persoon (vind ik dan).
En ik ben ook benieuwd of de hoofdpersoon een jongen of meisje is

Maar ga zo door!
The Mad Hatter:
"Have I gone mad?"
Alice:
"I'm afraid so, you're entirely bonkers.
But I'll tell you a secret. All the best people are."
"Have I gone mad?"
Alice:
"I'm afraid so, you're entirely bonkers.
But I'll tell you a secret. All the best people are."
-
- Balpen
- Berichten: 146
- Lid geworden op: 22 mei 2008 18:10
Oeps, laat ik dat maar eens aanpassen.
niet alleen de tips maar ook de leeftijd even bijschaven. Zestien moet eigenlijk zeven zijn.. Die twee lijken niet eens op elkaar 


(>'_')># "I was going to give you this waffle.."
#<('_'<) "..But then I was like.. "
(>'#'<) "..I'm hungry"
(>'_'<) "..So I ate it"
(>^_^<) "Hehe"
- Saskjezwaard
- Computer
- Berichten: 4449
- Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
- Locatie: in bed
Haha, dat is wel vreemd dat je dat door elkaar hebt gehaald
Ik heb net je verhaal in één keer doorgelezen, is ook niet zo moeilijk want het is niet lang^^ maar ik vind je proloog heel sterk. Je beschrijft heel goed wat de situatie is in de wereld en hoe de hoofdpersoon er tegenaan kijkt. Het maakt trouwens niet uit dat je eerste post zo kort is, als je er een goed cliffhanger in stopt, blijven mensen snel lezen. Zo had je ook alleen je proloog erin kunnen zetten, dat had me al nieuwsgierig gemaakt om door te lezen.
Wat me wel opviel was dat je weinig beschrijvingen gebruikte. Dat hoeft op zich niet slecht te zijn, maar nu is mijn beeld van de wereld in je verhaal helemaal leeg. Ik zou Tif hebben beschreven, aangezien hij tot nu toe een belangrijk bijpersonage is en hoe het uitzicht is op het dak, dus of de straat leeg is, of dat er heel veel daken te zien zijn. Wat veel mensen doen is opnoemen wat er in de kamer staat, maar je kunt hetzelfde effect bereiken door het subtiel te noemen, wat je ook doet bij het bureau. Door te noemen dat het bruin is, geef je mensen al sneller een beeld.
Je grammatica is heel netjes, let wel op je werkwoorden met meervoud en 'n'.
als je variatie wilt gebruiken in de 'hij', zou je het beest of zoiets kunnen gebruiken.
Zal wss aan mij liggen^^ maar op een of andere manier klopt het niet zo. Sowieso moet 'te' 'zo' zijn, maar miss moet je hem anders opstellen. 'Maar we probeerde zo zachtjes mogelijk te doen' ?
Oja, voor maar moet bijna altijd een komma.
Ik ben heel erg benieuwd wat het fantasygedeelte in dit verhaal is. Schrijf snel verder! en ik ben net zoals Rima benieuwd wat de hoofdpersoon is en hoe hij/zij heet^^

Wat me wel opviel was dat je weinig beschrijvingen gebruikte. Dat hoeft op zich niet slecht te zijn, maar nu is mijn beeld van de wereld in je verhaal helemaal leeg. Ik zou Tif hebben beschreven, aangezien hij tot nu toe een belangrijk bijpersonage is en hoe het uitzicht is op het dak, dus of de straat leeg is, of dat er heel veel daken te zien zijn. Wat veel mensen doen is opnoemen wat er in de kamer staat, maar je kunt hetzelfde effect bereiken door het subtiel te noemen, wat je ook doet bij het bureau. Door te noemen dat het bruin is, geef je mensen al sneller een beeld.
Je grammatica is heel netjes, let wel op je werkwoorden met meervoud en 'n'.
echode slaat terug op voetstappen, dus is echodenDe snelle voetstappen van kleine kinderen die over de trap rende, echode door het huis.
Ik zou hier de 'het' veranderen in hij, de hond (?) is een mannetje en zou zich heel erg beledigd voelen als hij aangesproken werd met hetTif zette zich met zijn voorpoten af en zette zijn achterpoten op het kozijn alsof het een acrobaat was.

trapten. Als je neerzet dat je het geluid zo laag mogelijk wilt houden, zie ik het voor me alsof ze geluid vasthouden en dat zo dicht mogelijk bij het dak houdenHier en daar trapte we een dakpan kapot maar we probeerde ons geluid te laag mogelijk te houden.

en en en en en en en en en. Volgens mij snap je wat ik probeer te zeggen^^ probeer dat te vermijden. Door je zin iets anders op te stellen lukt dat meestal heel goed.Ik floot om te laten horen dat het goed was en de hond zette zijn voorpoten op de dakgoot en keek naar de grond.
Lees de zin eens goed door^^De hond zakte door hij voorpoten en zette zich af voor de sprong.
nietHij had goed door dat ik het iet prettig vond dat hij op me lag en rustig wachtte hij tot ik opgestaan was.
Oja, voor maar moet bijna altijd een komma.
Ik ben heel erg benieuwd wat het fantasygedeelte in dit verhaal is. Schrijf snel verder! en ik ben net zoals Rima benieuwd wat de hoofdpersoon is en hoe hij/zij heet^^
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
Weer een goed stukje!
Je moet natuurlijk iets meer details vertellen en een beetje op je spelfouten letten en misschien voor de zekerheid het stukje even nalezen nadat je het klaar hebt, of je misschien raar lopende zinnen tegenkomt enzo.
Tot nu toe vind ik het een leuk verhaal, dus zal ik het ook blijven lezen! ^^
Xxx Aile

Je moet natuurlijk iets meer details vertellen en een beetje op je spelfouten letten en misschien voor de zekerheid het stukje even nalezen nadat je het klaar hebt, of je misschien raar lopende zinnen tegenkomt enzo.
Tot nu toe vind ik het een leuk verhaal, dus zal ik het ook blijven lezen! ^^
Xxx Aile
"There are many worlds, but they share the same sky —
one sky, one destiny."
one sky, one destiny."
-
- Balpen
- Berichten: 146
- Lid geworden op: 22 mei 2008 18:10
De straat leek kilometers lang te zijn en het leek een halve dag te duren voor we aan het eind van de straat waren. Ik zuchtte een keer en keek naar mijn schaduw. De schaduw was niet veel gegroeid, dus zoveel later kon het niet zijn. De eerste huizen, sinds we het andere dorp verlieten, kwam in zicht. Het zag eruit als een nieuwbouwwijk dus dan was dit een groter dorp of was het een buitenwijk van een stad.
“Ik hoop dat we in een stad zijn. Ik heb echt nieuwe schoenen nodig.” zei ik terwijl ik mijn linkervoet omhoog hield. Mijn gymp was versleten en de zool leek er bijna af te vallen. “Misschien hebben ze van die leuke schoenen waar eerst zoveel reclame voor was. Hoe heetten ze ook alweer?” Ik dacht even na. De hond bleef netjes langs me lopen tot ik abrupt stopte. “Het ligt op het puntje van mijn tong.” Peinzend keek ik naar de straat. “Het had een buitenlandse naam. Ik weet niet welke taal, maar het was niet de normale taal.”
“Gaat het? Je ziet er niet zo goed uit.” klonk het voor me. Ik werd door de stem weer naar de aarde terug getrokken. Op de plek waar ik al de hele tijd naar aan het staren was stonden plots twee schoenen. Ik keek op en een jongen van ongeveer mijn leeftijd keek me aan.
“Ja, ja. Het gaat goed.” antwoordde ik zonder veel na te denken. Ik keek de jongen nog eens goed aan. Hij had bruine haren, maar toch had hij fel groene ogen. Hij had een veel te groot vest aan en een blauw petje dat op zich best goed bij de rest van zijn kleren paste.
“Hallo.” zei hij toen hij zeker wist dat hij mijn aandacht had.
“Hoi.” antwoordde ik kortaf.
“Is je hond een kruising?” vroeg hij en hij bukte om Tif te aaien. Tif begon te grommen en de jongen trok zijn hand terug. Ik begon te lachen en ging op mijn hurken zitten.
“Tif toch! Niet grommen naar deze jongen.” lachte ik terwijl ik hem een aai over de bol gaf. De jongen ging ook op zijn hurken zitten en kriebelde de hond achter zijn oor. Tif kneep zijn ogen dicht maar hield verder stil. “Sorry, hij is niet zo gewend aan aandacht van vreemden. Maar ik heb geen flauw idee of het een kruising is. Ik vond hem twee jaar geleden in een speeltuintje. Hij was daar elke dag en ik besloot hem mee te nemen.”
“Dat is best gaaf. Vonden je ouders het goed toen je thuis kwam met een hond?” Ik viel even stil bij het woord 'ouders'.
“Weet jij of hier ergens een leeg staand huis is?” vroeg ik om snel van onderwerp te veranderen.
“Een leeg huis?” herhaalde hij verward. Ik knikte. “Ik heb geen idee, sorry”
“Oké” glimlachte ik en ik ging weer rechtop staan. “Ik ga ervandoor. Ik moet nog wat dingen doen. Doei..” Ik dacht even na of hij zijn naam al verteld had. “All-Star” riep ik plots. De jongen schoot in de lach.
“All-Star?” Dat was het enige dat hij uit wist te brengen.
“Ja. Nee.. Niet dat jij zo heet maar ik was aan het denken over een schoenenmerk toen jij kwam storen en toen wist ik het weer.” legde ik uit in de hoop dat hij zou stoppen met lachen. Zo grappig was het namelijk ook weer niet.
“Wat spreek jij All-Star misvormd uit.”
“Sorry hoor! Hoe zou ik moeten weten hoe je dat uitspreekt?” vroeg ik verontwaardigd.
“Normale lessen Engels, misschien?” lachte hij.
“Ik volg geen l-” Ik hield abrupt op. Straks moest ik hem nog mijn hele levensverhaal gaan vertellen. “Maar ik moet gaan. Anders zijn dadelijk de winkels dicht. Doei..”
“Youri” antwoordde de jongen voor dat ik nog meer dingen zou zeggen die nergens op slaan.
“Doei, Youri” zei ik en ik wilde weglopen.
“Wacht even jij. Het is nu jouw beurt om je naam te vertellen.”
“Ik moet nu echt gaan.” zei ik en ik rende naar de grote straat. Deze straat was niet zo lang als de vorige en liep dwars door de stad. De stad was enorm druk vergeleken de afgelopen dorpen. Overal stonden flatgebouwen en nieuwbouw huizen. Er was een hoop kabaal; alsof iedereen harder moest roepen dan de ander omdat ze elkaar anders niet zouden verstaan. Er waren ook mensen die over straat liepen terwijl ze tegen een klein apparaat in hun hand aan het praten waren. Allemaal volgden ze hun eigen manier van leven. Geheel onafhankelijk van elkaar. Net als ik.
“Schoenen, schoenen, schoenen.” zong ik terwijl ik door de winkelstraten liep.
“Tif, wacht!” zei ik toen ik een schoenenwinkel binnen wilde lopen. “Maat 40” mompelde ik.
Een groot schap met het schoenenmerk waar ik naar opzoek was stond in het midden van de winkel.
Ik keek snel voor een paar schoenen met maat 40.
“Gevonden!” Ik ging op een stoel zitten en trok mijn versleten schoenen uit. Ik trok het paar nieuwe schoenen aan en liep er even mee rond. Ze waren licht, lekker breed en ze hadden een hele leuke leger-print. Ik keek op het prijskaartje. '40 euro' Even rommelde ik door mijn jaszakken en haalde er een muntstuk uit. Precies genoeg. Ik trok het prijskaart van de schoen af en met het muntstuk probeerde ik de streepjescode eraf te krabben. Zodra de streepjescode onleesbaar was, stopte ik het muntstuk terug in mijn zak en kon ik rustig met de schoenen aan naar buiten lopen. Mijn oude schoenen liet ik in de winkel liggen als aandenken voor de eigenaar.
“Zijn ze niet leuk?” vroeg ik Tif zodra ik buiten stond. Ik huppelde een paar meter en draaide me om naar de hond. “Ze zitten als gegoten. Schoenen heb ik, nu nog een plek waar we gaan overnachten.” Ik dacht even na. “Het is best lang geleden dat we gewoon buiten hebben overnacht. Het is best warm vandaag en het is bewolkt dus zal het 's avonds ook warm zijn. Wat vind je er van?” Even was het stil. “Dat neem ik aan als een 'ja'” Ik zocht naar een groot park om te overnachten, maar die waren er steeds minder in grote steden. Er werd steeds meer plaats gemaakt voor woonhuizen. “Gevonden!” Ik wees naar een grasveld met een vijver in het midden. Aan de rand stonden bomen dicht op elkaar. Dat zou een mooie plek zijn om even te overnachten. “Sorry Tif, Aan de lengte van de schaduw te zien zijn de winkels al dicht.” Tif keek me even aan alsof het me niet begreep, maar wat verwacht je dan ook van een hond. “Je hebt gelijk. Ik las het af van die klok daar. Maar je kan het ook zien aan de lengte van de schaduw. Alleen weet ik niet precies welke lengte bij welke tijd hoort.”
Ik rende naar het park. Ik kon niet wachten tot ik rustig op mijn rug lag en kon kijken naar de sterrenhemel.
“Ik hoop dat we in een stad zijn. Ik heb echt nieuwe schoenen nodig.” zei ik terwijl ik mijn linkervoet omhoog hield. Mijn gymp was versleten en de zool leek er bijna af te vallen. “Misschien hebben ze van die leuke schoenen waar eerst zoveel reclame voor was. Hoe heetten ze ook alweer?” Ik dacht even na. De hond bleef netjes langs me lopen tot ik abrupt stopte. “Het ligt op het puntje van mijn tong.” Peinzend keek ik naar de straat. “Het had een buitenlandse naam. Ik weet niet welke taal, maar het was niet de normale taal.”
“Gaat het? Je ziet er niet zo goed uit.” klonk het voor me. Ik werd door de stem weer naar de aarde terug getrokken. Op de plek waar ik al de hele tijd naar aan het staren was stonden plots twee schoenen. Ik keek op en een jongen van ongeveer mijn leeftijd keek me aan.
“Ja, ja. Het gaat goed.” antwoordde ik zonder veel na te denken. Ik keek de jongen nog eens goed aan. Hij had bruine haren, maar toch had hij fel groene ogen. Hij had een veel te groot vest aan en een blauw petje dat op zich best goed bij de rest van zijn kleren paste.
“Hallo.” zei hij toen hij zeker wist dat hij mijn aandacht had.
“Hoi.” antwoordde ik kortaf.
“Is je hond een kruising?” vroeg hij en hij bukte om Tif te aaien. Tif begon te grommen en de jongen trok zijn hand terug. Ik begon te lachen en ging op mijn hurken zitten.
“Tif toch! Niet grommen naar deze jongen.” lachte ik terwijl ik hem een aai over de bol gaf. De jongen ging ook op zijn hurken zitten en kriebelde de hond achter zijn oor. Tif kneep zijn ogen dicht maar hield verder stil. “Sorry, hij is niet zo gewend aan aandacht van vreemden. Maar ik heb geen flauw idee of het een kruising is. Ik vond hem twee jaar geleden in een speeltuintje. Hij was daar elke dag en ik besloot hem mee te nemen.”
“Dat is best gaaf. Vonden je ouders het goed toen je thuis kwam met een hond?” Ik viel even stil bij het woord 'ouders'.
“Weet jij of hier ergens een leeg staand huis is?” vroeg ik om snel van onderwerp te veranderen.
“Een leeg huis?” herhaalde hij verward. Ik knikte. “Ik heb geen idee, sorry”
“Oké” glimlachte ik en ik ging weer rechtop staan. “Ik ga ervandoor. Ik moet nog wat dingen doen. Doei..” Ik dacht even na of hij zijn naam al verteld had. “All-Star” riep ik plots. De jongen schoot in de lach.
“All-Star?” Dat was het enige dat hij uit wist te brengen.
“Ja. Nee.. Niet dat jij zo heet maar ik was aan het denken over een schoenenmerk toen jij kwam storen en toen wist ik het weer.” legde ik uit in de hoop dat hij zou stoppen met lachen. Zo grappig was het namelijk ook weer niet.
“Wat spreek jij All-Star misvormd uit.”
“Sorry hoor! Hoe zou ik moeten weten hoe je dat uitspreekt?” vroeg ik verontwaardigd.
“Normale lessen Engels, misschien?” lachte hij.
“Ik volg geen l-” Ik hield abrupt op. Straks moest ik hem nog mijn hele levensverhaal gaan vertellen. “Maar ik moet gaan. Anders zijn dadelijk de winkels dicht. Doei..”
“Youri” antwoordde de jongen voor dat ik nog meer dingen zou zeggen die nergens op slaan.
“Doei, Youri” zei ik en ik wilde weglopen.
“Wacht even jij. Het is nu jouw beurt om je naam te vertellen.”
“Ik moet nu echt gaan.” zei ik en ik rende naar de grote straat. Deze straat was niet zo lang als de vorige en liep dwars door de stad. De stad was enorm druk vergeleken de afgelopen dorpen. Overal stonden flatgebouwen en nieuwbouw huizen. Er was een hoop kabaal; alsof iedereen harder moest roepen dan de ander omdat ze elkaar anders niet zouden verstaan. Er waren ook mensen die over straat liepen terwijl ze tegen een klein apparaat in hun hand aan het praten waren. Allemaal volgden ze hun eigen manier van leven. Geheel onafhankelijk van elkaar. Net als ik.
“Schoenen, schoenen, schoenen.” zong ik terwijl ik door de winkelstraten liep.
“Tif, wacht!” zei ik toen ik een schoenenwinkel binnen wilde lopen. “Maat 40” mompelde ik.
Een groot schap met het schoenenmerk waar ik naar opzoek was stond in het midden van de winkel.
Ik keek snel voor een paar schoenen met maat 40.
“Gevonden!” Ik ging op een stoel zitten en trok mijn versleten schoenen uit. Ik trok het paar nieuwe schoenen aan en liep er even mee rond. Ze waren licht, lekker breed en ze hadden een hele leuke leger-print. Ik keek op het prijskaartje. '40 euro' Even rommelde ik door mijn jaszakken en haalde er een muntstuk uit. Precies genoeg. Ik trok het prijskaart van de schoen af en met het muntstuk probeerde ik de streepjescode eraf te krabben. Zodra de streepjescode onleesbaar was, stopte ik het muntstuk terug in mijn zak en kon ik rustig met de schoenen aan naar buiten lopen. Mijn oude schoenen liet ik in de winkel liggen als aandenken voor de eigenaar.
“Zijn ze niet leuk?” vroeg ik Tif zodra ik buiten stond. Ik huppelde een paar meter en draaide me om naar de hond. “Ze zitten als gegoten. Schoenen heb ik, nu nog een plek waar we gaan overnachten.” Ik dacht even na. “Het is best lang geleden dat we gewoon buiten hebben overnacht. Het is best warm vandaag en het is bewolkt dus zal het 's avonds ook warm zijn. Wat vind je er van?” Even was het stil. “Dat neem ik aan als een 'ja'” Ik zocht naar een groot park om te overnachten, maar die waren er steeds minder in grote steden. Er werd steeds meer plaats gemaakt voor woonhuizen. “Gevonden!” Ik wees naar een grasveld met een vijver in het midden. Aan de rand stonden bomen dicht op elkaar. Dat zou een mooie plek zijn om even te overnachten. “Sorry Tif, Aan de lengte van de schaduw te zien zijn de winkels al dicht.” Tif keek me even aan alsof het me niet begreep, maar wat verwacht je dan ook van een hond. “Je hebt gelijk. Ik las het af van die klok daar. Maar je kan het ook zien aan de lengte van de schaduw. Alleen weet ik niet precies welke lengte bij welke tijd hoort.”
Ik rende naar het park. Ik kon niet wachten tot ik rustig op mijn rug lag en kon kijken naar de sterrenhemel.
Laatst gewijzigd door timbertje2 op 29 mar 2011 21:08, 1 keer totaal gewijzigd.
(>'_')># "I was going to give you this waffle.."
#<('_'<) "..But then I was like.. "
(>'#'<) "..I'm hungry"
(>'_'<) "..So I ate it"
(>^_^<) "Hehe"
-
- Balpen
- Berichten: 146
- Lid geworden op: 22 mei 2008 18:10
Sorry, ik was een beetje druk met huiswerk en leren dus had pas laat tijd om te gaan schrijven. Ik ben de hele week druk, dus je moet het vervolg (en de andere vervolgen) verwachten later in de avond of een dag te laat.. Sorry >.< Ik doe mijn best ze rond 7 uur gepost te hebben maar het lukt niet altijd..
(>'_')># "I was going to give you this waffle.."
#<('_'<) "..But then I was like.. "
(>'#'<) "..I'm hungry"
(>'_'<) "..So I ate it"
(>^_^<) "Hehe"
Beter: Ook probeerde hij grip te vinden en stapteOok hij probeerde grip te zoeken en stapte voorzichtig over de dakpannen heen.
Voor ''maar'' en komma. Dit kan je testen, verwijder maar en kijk of er twee opzichzelfstaande zinnen ontstaan. Bv: Hier en daar trapten we een dakpan kapot. We probeerde ons zo stil mogelijk te verplaatsen.Hier en daar trapten we een dakpan kapot maar we probeerde ons zo stil mogelijk te houden.
Houden=verplaatsen is beter, lijkt mij dat ze over het dak loopt. Als je je stilhoud beweeg je meestal niet.
Met mijn handen zette ik af en en bij de landing boog ik door mijn knieën zoals ik altijd had gedaan.
Beter: Met mijn handen zette ik me af en viel enkele meters naar beneden. Bij de landing boog ik door mijn knieën zoals ik dat altijd deed.
In deze zin heb je tweemaal ''en'' achter elkaar.
hij=zijn af zetten=af te zettenDe hond zakte door hij voorpoten om zich af zetten voor de sprong.
Beter: Mijn pols klapte dubbel en deed verschrikkelijk pijn! Tot mijn opluchting was Tif ongedeerd, daardoor leek de pijn in mijn pols verlicht te worden.Mijn pols klapte dubbel en deed verschrikkelijke pijn maar dat kon me niet veel schelen toen ik zag dat Tif ongedeerd was.
Hiermee krijgt de eerste zin meer nadruk. Ze heeft immers veel pijn. De tweede zin vond ik minder. Dat ze blij is dat Tif ongedeerd is kan ik begrijpen, maar dat haar eigen pijn haar dan niets kan schelen lijkt mij sterk.
Beter: Hij had meteen door dat ik het niet prettig vond dat hij bovenop me lag. Toch wachtte hij rustig af totdat ik was opgestaan. Soms was het maar een vreemd beest dacht ze lachend.Hij had goed door dat ik het niet prettig vond dat hij op me lag en rustig wachtte hij tot ik opgestaan was.
Mijn woorden verwarde de man, waardoor hij zijn snelheid verloor. Hierdoor kreeg ik een enorme voorsprong en wist ik via een netwerk van steegjes aan hem te ontkomen.Het verwarde de man waardoor hij zijn snelheid verloor en ik een enorme voorsprong maakte en via een paar steegjes kon ontsnappen.
(Hiermee wordt het spannender.)
uit=buiten ik opgelucht= ik weer opgelucht Hiermee vergroot je de spanning.Eenmaal uit de woonwijk kon ik opgelucht adem halen.
Beter: Dar was best grappig,'' zei ik tussen het hijgen door. Als je wilt dat er nadruk op zeker niet nu komt te liggen dan zou ik de punt na nu vervangen voor een uitroepteken.“Dat was best grappig” zei ik tussen het hijgen door. “Dat doen we nog wel een keer. Maar zeker niet nu.”
Beter: Eventjes zuchtte ik kort en beslootIk zuchtte kort even en besloot dat ik genoeg tegen de hond, maar vooral tegen mijzelf, had gepraat.
meenam=meegenomen had. Graaide is verleden tijd, je moet een zin wel in dezelfde tijd blijven schrijven, net als een verhaal. Alleen conversaties zijn een uitzondering op die regel. Bv: verhaal is in de verleden tijd en de conversaties in de tegenwoordige tijd geschreven.Nou ja...” Ik graaide door mijn jaszak heen en haalde er een plakje worst uit dat ik meenam van het 'Gratis proeven' plankje in de supermarkt.
Je ziet hem vast al aankomen de komma voor maar.Ik wilde het in mijn mond stoppen maar Tif gebruikte zijn geheime wapen.
zeker met zo'n=zeker een met zulkeIk kon niet op tegen zijn stralende, zielige ogen. Ik had altijd al een zwak voor Duitse Herders en zeker met zo'n lieve ogen.
Probeer maar eens een plakje uit elkaar te trekken is onmogelijk zonder het plakje volledig te verwoesten.Ik trok het plakje in twee stukken en gooide er eentje naar Tif.
Beter: Ik scheurde het plakje uit elkaar en gooide de ene helft Tif toe.
Het plakje werd uit de lucht gegrepen en was al op voor ik 'brave hond' kon zeggen.
voor=voordat, is niet noodzakelijk, maar ik zou het wel zo doen.
Hoop dat je hier iets aan hebt.
Groetjes, Michael
I am the stories that I write, it is my soul and my destiny and whithout it I wouldn't know who I am.
Weer een leuk stukje!
Lol, dat ze die all-star schoenen gewoon ging stelenxD
Ik heb trouwens ook all-stars ^^
Er is bij mij wel een ding opgevallen, namelijk dit:
Dat was nog niet alles, er is mij wel wat meer opgevallen, zoals vergeten komma's of en volgens mij nog wat andere niet kloppende zinnen, maar die heb ik nog niet gevonden
Nog veel succes verder met je verhaal, ik hoop dat het volgende stukje er snel aankomt! ^^
Lol, dat ze die all-star schoenen gewoon ging stelenxD
Ik heb trouwens ook all-stars ^^
Er is bij mij wel een ding opgevallen, namelijk dit:
Volgens mij is het: Dat neem ik aan als een ja, want nu klinkt de zin namelijk best wel raar naar mijn mening.“Dat neem ik als een 'ja'”
Dat was nog niet alles, er is mij wel wat meer opgevallen, zoals vergeten komma's of en volgens mij nog wat andere niet kloppende zinnen, maar die heb ik nog niet gevonden

Nog veel succes verder met je verhaal, ik hoop dat het volgende stukje er snel aankomt! ^^
"There are many worlds, but they share the same sky —
one sky, one destiny."
one sky, one destiny."
Hallo timbertje2,
Hierbij dan mijn 2de poging. Ik had mijn reactie net klaar op het moment dat de computer besluit niet mee te willen werken.
Ik heb je verhaal vanavond gelezen en wilde bij deze mijn reactie op je verhaal achter laten.
Als eerste wil ik zeggen dat je een sterke proloog hebt geschreven. Hiermee heb je me nieuwsgierig gemaakt naar de rest van je verhaal. Een sterk proloog is erg belangrijk om een verhaal mee in te leiden. Dus bij dezen: heel goed gedaan!
Echter heb ik één puntje wat ik minder mooi vond. De eerste zin van je verhaal begin je met 'ik'. Persoonlijk zou ik hier niet voor gaan en de zin een beetje veranderen. Het woordje 'ik' mag uiteraard wel in de zin voor komen maar zal ik niet als eerste woord gebruiken.
Ik zag dat je al veel feedback hebt gekregen en dit ook grotendeels hebt toegepast. Heel netjes want dit doet niet iedereen. Het is natuurlijk ook persoonlijk en wanneer je het er niet mee eens bent moet je het ook zeker niet veranderen. Door die feedback ben ik in je eerste post weinig fouten tegen gekomen. Wel heb ik enkele puntjes.
Ik struikel nog een beetje over de leeftijd. Je beschrijft dat de hoofdpersoon het er na zeven jaar nog moeilijk mee heeft wat mij het idee geeft dat hij/zij nu zestien is. Een aantal regels verder beschrijf je dat hij/zij al twaalf jaar achter de rug heeft waardoor ik het idee krijg dat hij/zij nu eenentwintig is. Wat is nu de werkelijk leeftijd? Kijk ik hier zo raar tegenaan?
Wat me hierin ook opviel is dat je schrijft:
Een ander puntje dat me opviel is dat je gebruik maakt van dubbele aanhalingstekens in plaats van enkele. Dit is niet fout maar over het algemeen wordt er gebruik gemaakt van de enkele aanhalingstekens.
Verder heb je in je eerste post een goede scene neergezet die mij heeft weten te boeien en aanspoort om ook de volgende posts te gaan lezen.
Hierbij dan mijn 2de poging. Ik had mijn reactie net klaar op het moment dat de computer besluit niet mee te willen werken.

Ik heb je verhaal vanavond gelezen en wilde bij deze mijn reactie op je verhaal achter laten.
Als eerste wil ik zeggen dat je een sterke proloog hebt geschreven. Hiermee heb je me nieuwsgierig gemaakt naar de rest van je verhaal. Een sterk proloog is erg belangrijk om een verhaal mee in te leiden. Dus bij dezen: heel goed gedaan!
Echter heb ik één puntje wat ik minder mooi vond. De eerste zin van je verhaal begin je met 'ik'. Persoonlijk zou ik hier niet voor gaan en de zin een beetje veranderen. Het woordje 'ik' mag uiteraard wel in de zin voor komen maar zal ik niet als eerste woord gebruiken.
Ik zag dat je al veel feedback hebt gekregen en dit ook grotendeels hebt toegepast. Heel netjes want dit doet niet iedereen. Het is natuurlijk ook persoonlijk en wanneer je het er niet mee eens bent moet je het ook zeker niet veranderen. Door die feedback ben ik in je eerste post weinig fouten tegen gekomen. Wel heb ik enkele puntjes.

Ik struikel nog een beetje over de leeftijd. Je beschrijft dat de hoofdpersoon het er na zeven jaar nog moeilijk mee heeft wat mij het idee geeft dat hij/zij nu zestien is. Een aantal regels verder beschrijf je dat hij/zij al twaalf jaar achter de rug heeft waardoor ik het idee krijg dat hij/zij nu eenentwintig is. Wat is nu de werkelijk leeftijd? Kijk ik hier zo raar tegenaan?
Wat me hierin ook opviel is dat je schrijft:
Volgens mij moet dit zij: 'Pas nadat ik twaalf jaar achter de rug had zitten.'Pas nadat ik twaalf jaar achter mijn rug had zitten begreep...
Een ander puntje dat me opviel is dat je gebruik maakt van dubbele aanhalingstekens in plaats van enkele. Dit is niet fout maar over het algemeen wordt er gebruik gemaakt van de enkele aanhalingstekens.
Verder heb je in je eerste post een goede scene neergezet die mij heeft weten te boeien en aanspoort om ook de volgende posts te gaan lezen.

-
- Balpen
- Berichten: 146
- Lid geworden op: 22 mei 2008 18:10
De takken op de grond waren droog dus ik kon ze makkelijk breken. Ik zocht twee bomen op die dicht bij elkaar stonden en begon met het maken van een afdak. De maan stond al aan de hemel toen ik klaar was met het afdak en de eerste sterren werden zichtbaar. Ik trok mijn jas en vest uit en legde ze als een kussen neer. Ik legde mijn hoofd erop en keek naar de sterrenhemel. Tif kwam naast me liggen en leek geen aandacht te hebben voor die glinsterende stippen in de lucht. Ik voelde mijn oogleden zwaarder worden en gaapte een keer. Zachtjes legde ik een hand op de warme vacht van Tif en voelde zijn hart rustig kloppen. Zijn buik ging langzaam, in een constant tempo, op en neer. Ik legde mijn hoofd op zijn buik en viel in slaap.
“Doe jij de deur op slot als we weggaan, lieverd?” Mijn moeders stem klonk zo zachtaardig, maar toch zat er een vleug angst door gemengd.
“We zijn zo terug, meid.” zei mijn vader toen ik mijn moeder vragend aankeek. Ik liep mijn ouders achterna terwijl ze de deur uitliepen. Ik zwaaide naar mijn moeder en zij zwaaide met een glimlach terug. Ik sloot de deur en draaide aan het slot. Voorzichtig ging ik op mijn tenen staan om door het raam naast de deur te kijken. Onze hond ging naast me staan, met zijn voorpoten op de vensterbank. De auto waar mijn ouders in zaten reed weg en ik keek de auto nog even achterna. Dit was de eerste zondag zonder mijn ouders en ik had geen flauw idee wat ik moest doen die dag. Ik liep naar de badkamer en haalde een borstel uit de la. Ik ging op de bank zitten en deed mijn lange haar over mijn rechter schouder en haalde de borstel erdoor heen. Het gevoel van een borstel door lang, zacht haar trekken voelde fijn en schoon. Ik was altijd al trots op mijn lange, bruine haar. Als we bij de kapper waren wilde ik het nooit laten knippen. Alleen de dode puntjes eraf knippen viel mij al zwaar. Ik legde de borstel op het kleine tafeltje en ik streek nog eens met mijn vingers door mijn haar. Ik trok mijn schoenen uit en ging in de bank liggen. De woonkamer leek altijd zo oud. Het was niet, zoals moderne huizen, wit en statisch. Mijn woonkamer was heel dynamisch. Met houten steunbalken die het plafond hoog hielden en oude houten meubels en twee versleten bankstellen midden in de woonkamer. Het gaf altijd een fijn en veilig gevoel in mijn buik. Ik had bijna mijn ogen dicht toen ik de deurbel hoorde. Ik sprong overeind en rende naar de deur. Een dag alleen was zo saai, dus ik was enorm gelukkig met de gedachte dat mijn ouders weer thuis waren. Ik ging weer op mijn tenen staan en keek door het raampje. Mijn geluk zakte meteen weer naar mijn voeten toen het mijn ouders niet waren. Het waren twee mannen die ik niet kende. Ik volgde het advies op dat mijn vader mij altijd vertelde; geen deuren openen voor vreemden. Ik liep terug naar de kamer, alsof ik de mannen niet gezien had en deed mijn schoenen weer aan. Misschien kon ik buiten spelen, dat zou mij minder vervelen. De trampoline stond wel heel zielig alleen buiten. Of de schommel ernaast. 'We hebben niet voor niets een grote tuin' dacht ik. Er werd flink op de deur gebonsd en ik schrok ervan. Mijn hart begon te kloppen in mijn keel. Ik probeerde mijzelf af te leiden door de borstel alvast op te ruimen. Ik stond in de badkamer toen ik een hels kabaal hoorde. Het klonk alsof er een tafel doormidden werd geslagen. Ik liet een klein gilletje uit mijn keel ontsnappen en draaide vlug de deur van de badkamer op slot. Snel ging ik tegen het rand van het bad zitten en trok mijn knieën omhoog. Tranen liepen over mijn wangen, want zelfs een negenjarig kind wist dat wat er ging gebeuren niet positief kon zijn. Zachtjes begon ik te snikken. Even was het stil en ik keek op het klokje naast de douche. De grote wijzer stond op de twee, als die wijzer op de vijf stond waren mijn ouders weer thuis. Dat had mijn vader me verteld. De stilte werd onderbroken door kasten die open getrokken werden en dingen waarmee gegooid werd. Het geluid van mijn hart echode door de badkamer.
“Mama” snikte ik zachtjes. “Papa” Ik greep naar een handdoek en hield het vast zoals ik mijn teddyberen vast hield. Ik wilde gewoon even iets vasthouden. Dat gaf het gevoel dat ik niet alleen was. “Red me” De tranen rolden over mijn wangen. Weer was er een doodse stilte. De grote wijzer stond inmiddels op de drie. De stilte werd doorbroken door een gepiep. Het was het gepiep van mijn hond Akita. Mijn ademhaling versnelde en ik begon hardop te huilen.
Ik draaide het slot op en rende naar de keuken. De hond lag in een hoek, achter de tafel. Ik kroop onder de tafel. “Akita?” fluisterde ik. Voorzichtig raakte ik de bruine vacht aan. De vacht was nog warm en haar buik bewoog niet. Mijn ogen werden waterig en de tranen vielen op de koude tegels. Ik wreef over haar kop maar de reageerde niet. Ook toen ik haar oogleden opendeed, reageerde ze niet. “Akita” herhaalde ik. “Akita, ik zei niet dat je dood moest liggen.” snikte ik. “Akita, vrij!” zei ik. Ik gaf het bevel dat ze weer mocht bewegen, maar het haalde niks uit.
“Waar is die rot koter?” hoorde ik een zware mannenstem bulderen. Ik schoot weer terug onder de tafel en hield mijn handen voor mijn mond. Ik probeerde geen enkele traan te laten ontsnappen. Ik hield zelfs mijn adem in. Ze waren gemeen tegen Akita en ze zouden ook gemeen doen tegen mij.
“Volgens mij heb je te hard met die kandelaar geslagen. Volgens mij is die herriemaker dood.”
Het woord 'dood' doorboorde mijn hart. Ik kon het niet meer inhouden. “Akita” huilde ik. De tranen hielden niet meer op. Een man zakte door zijn knieën en keek me recht in de ogen. Een rilling liep van mijn stuitje tot mijn hoofd. Een rilling gevuld met angst en verdriet.
“Gevonden, snotaap” Hij trok me aan mijn haar onder de tafel uit.
“Lat me los!” wilde ik roepen maar het brok in mijn keel liet geen geluid door. Ik kon alleen maar huilen.
“Wat gaan we er mee doen?” vroeg de man die mij vast hield. Hij liet mijn haar niet los maar trok er harder aan.
“We wachten tot haar ouders thuis komen en maken haar dan voor hun ogen af.” lachte de andere man. Het geluid van de tikkende klok was het enige geluid dat klonk. Tot de grote wijzer de vijf raakte wisselden de mannen geen enkel woord uit. De stilte werd weer verbroken door een hels geluid. Dit keer waren het geen spullen die rond gegooid werden. Het was een vrouwen gil. Een gil uit de keel van de vrouw die altijd lieve dingen zei en nooit haar stem verhief.
“Mama!” riep ik. Mijn ouders kwamen de keuken ingerend. Mijn vader stond klaar met een knuppel. En was een blik in hun ogen die ik nog nooit gezien had. Het was niet liefde, niet verdriet. Het was niet de blik die je had als je boos was omdat iemand iets niet had opgeruimd. Het zag eruit als haat. Pure haat.
“Mama!” huilde ik. “Ze hebben Akita dood gemaakt!” Ik kon niet stoppen met huilen. Ik wist dat het niet voorbij was, alleen omdat mijn ouders er waren. Mijn moeder keek even rond en haar ogen vielen op de ineen gekrompen herder in de hoek.
“Monsters!” riep ze en de mannen begonnen te lachen.
“Het is maar een hond.” antwoordde ze. “Dit kleintje is veel leuker om te doden.” Mijn ogen sperde open en een vlaag angst dreef door mijn lichaam. Het trok mijn haar verder omhoog en haalde een mes uit zijn riem die hij vervolgens voor me hield. Mijn moeder begon te schreeuwen en mijn vader balde mijn vuist om de knuppel. Ik zag zijn aderen door zijn hand lopen. De man hield zijn mes bij mijn keel en de andere man begon te lachen.
“Laat het wat langer duren, dat maakt de ouders bozer.” lachte de andere man. De man die mij vast hield begon te lachen. Dat was de enige kans die ik had. Ik duwde zijn arm omhoog en toen naar me toe. In plaats van mijn keel sneed hij het haar waarmee hij mij vast hield. Ik rende weg en ging achter mijn ouders staan. Dit was de eerste keer dat ik de mannen goed kon zien. De blonde, half kale man die mijn haar vast had zat onder de tatoeages. Hij had een mes vast en aan zijn leren riem zat een pistool. Allebei de mannen hadden alleen maar zwarte kleren aan. De man naast de oude blonde man leek meer op zo'n sterke acteur in de films die ik met mijn vader keek.
Mijn moeder begon te huilen van opluchting en greep me flink beet. Het was bedoeld als een liefdevolle knuffel maar ik had het gevoel alsof ik in tweeën ging breken.
“Mama! Papa!” huilde ik van opluchting. “Ik hou van jullie!” Het voelde als het laatste dat ik tegen ze kon zeggen toen mijn vader begon te bulderen naar de mannen.
“Wij ook van jou, lieverd.” Ze ging op haar hurken zitten en keek me aan. “Je moet nu weg rennen en je mag een lange tijd niet terug komen.”
“Maar mama.. Ik wil mee vechten.” zei ik huilend. Mijn moeder glimlachte.
“Wij zijn getraind in vechten en jij niet. Nou, hup! Je mag niet kijken naar hoe wij deze mannen in elkaar slaan.” lachte ze en ze ging weer rechtop staan. Ik keek even naar de vertrouwde rug van mijn moeder tot ik een knal hoorde. Ik keek snel naar mijn vader maar hij was niet geraakt. Snel keek ik naar mijzelf, maar er was ook niks aan de hand met mij. Toen pas realiseerde ik het me. Ik keek naar mijn moeder en ze zakte ineen. Er liepen meer tranen over mijn wangen dan toen ik Akita zag liggen.
“Rennen!” bulderde mijn vader en uit reflex rende ik weg. Wat gebeurde er? Wat as er met mijn moeder? Zou ze nog in orde zijn? Alles vloog door mijn hoofd. Het voelde als een enorme nachtmerrie. Het enige dat ik kon doen was huilen en rennen. Ik moet minstens een halfuur gerent hebben. Naar mijn gevoel was er een eeuwigheid verstreken. Als ik naar huis zou gaan, zou er niks meer aan de hand zijn. Alles zou gewoon normaal zijn. Met die gedachte liep ik in een sloom tempo terug naar huis. Mijn hart zei me dat alles uiteindelijk goed zou komen maar mijn verstand zei het tegengestelde. De achterdeur leek ineens zo groot en het deurknop leek glibberig. Voorzichtig deed ik de keukendeur open. Daar lagen ze. Ze bewogen niet meer. Het was muisstil in het huis. De wind die door de buitendeur heen blies, blies mijn haar, dat op de grond lag, door de hele keuken heen.
“Mama? Papa?” fluisterde ik, nog steeds bang dat de mannen er waren. “Mama! Papa!” riep ik vervolgens toen ik geen reactie kreeg. Mijn benen werden slap en ik ging op mijn knieën zitten. Mijn moeders ogen staarde me recht aan. Voorzichtig sloot ik haar ogen en haalde haar haren uit haar gezicht. Ik zag niks meer door de tranen in mijn ogen en liet mijzelf op mijn moeders buik vallen. Ik begroef mijn gezicht in haar shirt. In de hoop dat ik mijn ogen zou openen. Dat ik mijn lange haren uit mijn gezicht moet halen en mijn moeder het ontbijt klaar had staan. Maar iedere keer als ik opkeek bleef de situatie hetzelfde. Het muisstille huis, met mijn ouders, roerloos op de grond.
Hoeveel uren heb ik daar gelegen, huilend, in de hoop dat alles maar een droom zou zijn? Voor de laatste keer opende ik mijn ogen.
Ik zag de sterrenhemel weer en de buik van Tif bewoog kalm op en neer, alsof hij alle tijd had van de wereld om rustig te slapen.
“Doe jij de deur op slot als we weggaan, lieverd?” Mijn moeders stem klonk zo zachtaardig, maar toch zat er een vleug angst door gemengd.
“We zijn zo terug, meid.” zei mijn vader toen ik mijn moeder vragend aankeek. Ik liep mijn ouders achterna terwijl ze de deur uitliepen. Ik zwaaide naar mijn moeder en zij zwaaide met een glimlach terug. Ik sloot de deur en draaide aan het slot. Voorzichtig ging ik op mijn tenen staan om door het raam naast de deur te kijken. Onze hond ging naast me staan, met zijn voorpoten op de vensterbank. De auto waar mijn ouders in zaten reed weg en ik keek de auto nog even achterna. Dit was de eerste zondag zonder mijn ouders en ik had geen flauw idee wat ik moest doen die dag. Ik liep naar de badkamer en haalde een borstel uit de la. Ik ging op de bank zitten en deed mijn lange haar over mijn rechter schouder en haalde de borstel erdoor heen. Het gevoel van een borstel door lang, zacht haar trekken voelde fijn en schoon. Ik was altijd al trots op mijn lange, bruine haar. Als we bij de kapper waren wilde ik het nooit laten knippen. Alleen de dode puntjes eraf knippen viel mij al zwaar. Ik legde de borstel op het kleine tafeltje en ik streek nog eens met mijn vingers door mijn haar. Ik trok mijn schoenen uit en ging in de bank liggen. De woonkamer leek altijd zo oud. Het was niet, zoals moderne huizen, wit en statisch. Mijn woonkamer was heel dynamisch. Met houten steunbalken die het plafond hoog hielden en oude houten meubels en twee versleten bankstellen midden in de woonkamer. Het gaf altijd een fijn en veilig gevoel in mijn buik. Ik had bijna mijn ogen dicht toen ik de deurbel hoorde. Ik sprong overeind en rende naar de deur. Een dag alleen was zo saai, dus ik was enorm gelukkig met de gedachte dat mijn ouders weer thuis waren. Ik ging weer op mijn tenen staan en keek door het raampje. Mijn geluk zakte meteen weer naar mijn voeten toen het mijn ouders niet waren. Het waren twee mannen die ik niet kende. Ik volgde het advies op dat mijn vader mij altijd vertelde; geen deuren openen voor vreemden. Ik liep terug naar de kamer, alsof ik de mannen niet gezien had en deed mijn schoenen weer aan. Misschien kon ik buiten spelen, dat zou mij minder vervelen. De trampoline stond wel heel zielig alleen buiten. Of de schommel ernaast. 'We hebben niet voor niets een grote tuin' dacht ik. Er werd flink op de deur gebonsd en ik schrok ervan. Mijn hart begon te kloppen in mijn keel. Ik probeerde mijzelf af te leiden door de borstel alvast op te ruimen. Ik stond in de badkamer toen ik een hels kabaal hoorde. Het klonk alsof er een tafel doormidden werd geslagen. Ik liet een klein gilletje uit mijn keel ontsnappen en draaide vlug de deur van de badkamer op slot. Snel ging ik tegen het rand van het bad zitten en trok mijn knieën omhoog. Tranen liepen over mijn wangen, want zelfs een negenjarig kind wist dat wat er ging gebeuren niet positief kon zijn. Zachtjes begon ik te snikken. Even was het stil en ik keek op het klokje naast de douche. De grote wijzer stond op de twee, als die wijzer op de vijf stond waren mijn ouders weer thuis. Dat had mijn vader me verteld. De stilte werd onderbroken door kasten die open getrokken werden en dingen waarmee gegooid werd. Het geluid van mijn hart echode door de badkamer.
“Mama” snikte ik zachtjes. “Papa” Ik greep naar een handdoek en hield het vast zoals ik mijn teddyberen vast hield. Ik wilde gewoon even iets vasthouden. Dat gaf het gevoel dat ik niet alleen was. “Red me” De tranen rolden over mijn wangen. Weer was er een doodse stilte. De grote wijzer stond inmiddels op de drie. De stilte werd doorbroken door een gepiep. Het was het gepiep van mijn hond Akita. Mijn ademhaling versnelde en ik begon hardop te huilen.
Ik draaide het slot op en rende naar de keuken. De hond lag in een hoek, achter de tafel. Ik kroop onder de tafel. “Akita?” fluisterde ik. Voorzichtig raakte ik de bruine vacht aan. De vacht was nog warm en haar buik bewoog niet. Mijn ogen werden waterig en de tranen vielen op de koude tegels. Ik wreef over haar kop maar de reageerde niet. Ook toen ik haar oogleden opendeed, reageerde ze niet. “Akita” herhaalde ik. “Akita, ik zei niet dat je dood moest liggen.” snikte ik. “Akita, vrij!” zei ik. Ik gaf het bevel dat ze weer mocht bewegen, maar het haalde niks uit.
“Waar is die rot koter?” hoorde ik een zware mannenstem bulderen. Ik schoot weer terug onder de tafel en hield mijn handen voor mijn mond. Ik probeerde geen enkele traan te laten ontsnappen. Ik hield zelfs mijn adem in. Ze waren gemeen tegen Akita en ze zouden ook gemeen doen tegen mij.
“Volgens mij heb je te hard met die kandelaar geslagen. Volgens mij is die herriemaker dood.”
Het woord 'dood' doorboorde mijn hart. Ik kon het niet meer inhouden. “Akita” huilde ik. De tranen hielden niet meer op. Een man zakte door zijn knieën en keek me recht in de ogen. Een rilling liep van mijn stuitje tot mijn hoofd. Een rilling gevuld met angst en verdriet.
“Gevonden, snotaap” Hij trok me aan mijn haar onder de tafel uit.
“Lat me los!” wilde ik roepen maar het brok in mijn keel liet geen geluid door. Ik kon alleen maar huilen.
“Wat gaan we er mee doen?” vroeg de man die mij vast hield. Hij liet mijn haar niet los maar trok er harder aan.
“We wachten tot haar ouders thuis komen en maken haar dan voor hun ogen af.” lachte de andere man. Het geluid van de tikkende klok was het enige geluid dat klonk. Tot de grote wijzer de vijf raakte wisselden de mannen geen enkel woord uit. De stilte werd weer verbroken door een hels geluid. Dit keer waren het geen spullen die rond gegooid werden. Het was een vrouwen gil. Een gil uit de keel van de vrouw die altijd lieve dingen zei en nooit haar stem verhief.
“Mama!” riep ik. Mijn ouders kwamen de keuken ingerend. Mijn vader stond klaar met een knuppel. En was een blik in hun ogen die ik nog nooit gezien had. Het was niet liefde, niet verdriet. Het was niet de blik die je had als je boos was omdat iemand iets niet had opgeruimd. Het zag eruit als haat. Pure haat.
“Mama!” huilde ik. “Ze hebben Akita dood gemaakt!” Ik kon niet stoppen met huilen. Ik wist dat het niet voorbij was, alleen omdat mijn ouders er waren. Mijn moeder keek even rond en haar ogen vielen op de ineen gekrompen herder in de hoek.
“Monsters!” riep ze en de mannen begonnen te lachen.
“Het is maar een hond.” antwoordde ze. “Dit kleintje is veel leuker om te doden.” Mijn ogen sperde open en een vlaag angst dreef door mijn lichaam. Het trok mijn haar verder omhoog en haalde een mes uit zijn riem die hij vervolgens voor me hield. Mijn moeder begon te schreeuwen en mijn vader balde mijn vuist om de knuppel. Ik zag zijn aderen door zijn hand lopen. De man hield zijn mes bij mijn keel en de andere man begon te lachen.
“Laat het wat langer duren, dat maakt de ouders bozer.” lachte de andere man. De man die mij vast hield begon te lachen. Dat was de enige kans die ik had. Ik duwde zijn arm omhoog en toen naar me toe. In plaats van mijn keel sneed hij het haar waarmee hij mij vast hield. Ik rende weg en ging achter mijn ouders staan. Dit was de eerste keer dat ik de mannen goed kon zien. De blonde, half kale man die mijn haar vast had zat onder de tatoeages. Hij had een mes vast en aan zijn leren riem zat een pistool. Allebei de mannen hadden alleen maar zwarte kleren aan. De man naast de oude blonde man leek meer op zo'n sterke acteur in de films die ik met mijn vader keek.
Mijn moeder begon te huilen van opluchting en greep me flink beet. Het was bedoeld als een liefdevolle knuffel maar ik had het gevoel alsof ik in tweeën ging breken.
“Mama! Papa!” huilde ik van opluchting. “Ik hou van jullie!” Het voelde als het laatste dat ik tegen ze kon zeggen toen mijn vader begon te bulderen naar de mannen.
“Wij ook van jou, lieverd.” Ze ging op haar hurken zitten en keek me aan. “Je moet nu weg rennen en je mag een lange tijd niet terug komen.”
“Maar mama.. Ik wil mee vechten.” zei ik huilend. Mijn moeder glimlachte.
“Wij zijn getraind in vechten en jij niet. Nou, hup! Je mag niet kijken naar hoe wij deze mannen in elkaar slaan.” lachte ze en ze ging weer rechtop staan. Ik keek even naar de vertrouwde rug van mijn moeder tot ik een knal hoorde. Ik keek snel naar mijn vader maar hij was niet geraakt. Snel keek ik naar mijzelf, maar er was ook niks aan de hand met mij. Toen pas realiseerde ik het me. Ik keek naar mijn moeder en ze zakte ineen. Er liepen meer tranen over mijn wangen dan toen ik Akita zag liggen.
“Rennen!” bulderde mijn vader en uit reflex rende ik weg. Wat gebeurde er? Wat as er met mijn moeder? Zou ze nog in orde zijn? Alles vloog door mijn hoofd. Het voelde als een enorme nachtmerrie. Het enige dat ik kon doen was huilen en rennen. Ik moet minstens een halfuur gerent hebben. Naar mijn gevoel was er een eeuwigheid verstreken. Als ik naar huis zou gaan, zou er niks meer aan de hand zijn. Alles zou gewoon normaal zijn. Met die gedachte liep ik in een sloom tempo terug naar huis. Mijn hart zei me dat alles uiteindelijk goed zou komen maar mijn verstand zei het tegengestelde. De achterdeur leek ineens zo groot en het deurknop leek glibberig. Voorzichtig deed ik de keukendeur open. Daar lagen ze. Ze bewogen niet meer. Het was muisstil in het huis. De wind die door de buitendeur heen blies, blies mijn haar, dat op de grond lag, door de hele keuken heen.
“Mama? Papa?” fluisterde ik, nog steeds bang dat de mannen er waren. “Mama! Papa!” riep ik vervolgens toen ik geen reactie kreeg. Mijn benen werden slap en ik ging op mijn knieën zitten. Mijn moeders ogen staarde me recht aan. Voorzichtig sloot ik haar ogen en haalde haar haren uit haar gezicht. Ik zag niks meer door de tranen in mijn ogen en liet mijzelf op mijn moeders buik vallen. Ik begroef mijn gezicht in haar shirt. In de hoop dat ik mijn ogen zou openen. Dat ik mijn lange haren uit mijn gezicht moet halen en mijn moeder het ontbijt klaar had staan. Maar iedere keer als ik opkeek bleef de situatie hetzelfde. Het muisstille huis, met mijn ouders, roerloos op de grond.
Hoeveel uren heb ik daar gelegen, huilend, in de hoop dat alles maar een droom zou zijn? Voor de laatste keer opende ik mijn ogen.
Ik zag de sterrenhemel weer en de buik van Tif bewoog kalm op en neer, alsof hij alle tijd had van de wereld om rustig te slapen.
Laatst gewijzigd door timbertje2 op 03 apr 2011 14:51, 1 keer totaal gewijzigd.
(>'_')># "I was going to give you this waffle.."
#<('_'<) "..But then I was like.. "
(>'#'<) "..I'm hungry"
(>'_'<) "..So I ate it"
(>^_^<) "Hehe"
-
- Balpen
- Berichten: 146
- Lid geworden op: 22 mei 2008 18:10
Sorry mensen! Ik wilde vandaag graag een nieuw stuk schrijven maar ik heb er echt geen tijd voor. Ik MOET natuurkunde leren anders heb ik morgen een zwaar probleem
Ik hoop dat het vorige stukje lag genoeg was voor twee dagen. Want het volgende stukje schrijf ik waarschijnlijk morgen pas weer =(

Ik hoop dat het vorige stukje lag genoeg was voor twee dagen. Want het volgende stukje schrijf ik waarschijnlijk morgen pas weer =(
(>'_')># "I was going to give you this waffle.."
#<('_'<) "..But then I was like.. "
(>'#'<) "..I'm hungry"
(>'_'<) "..So I ate it"
(>^_^<) "Hehe"
Ik heb gewoon tranen in mijn ogen!
Zo'n zielig stuk is dit:(
Ik was altijd al bang dat er zo iets met mijn ouders en hond zou gaan gebeuren,
Maar als ik het goed heb gelezen is Tif nu ook dood? Of heb ik het mis?
(Als ik het mis heb schop me dan maar onder mijn kont)
Ik heb geen tips of kritiek, alleen dat er een paar fout getypte woordjes instaan zoals "as" wat eigenlijk "was" moet zijn.
Ik wil nu echt het volgende stuk lezen!
Ben zo benieuwt hoe het verder gaat >.<
Hopelijk komt het volgende stuk snel!
Xxx Aile
Zo'n zielig stuk is dit:(
Ik was altijd al bang dat er zo iets met mijn ouders en hond zou gaan gebeuren,
Maar als ik het goed heb gelezen is Tif nu ook dood? Of heb ik het mis?

(Als ik het mis heb schop me dan maar onder mijn kont)
Ik heb geen tips of kritiek, alleen dat er een paar fout getypte woordjes instaan zoals "as" wat eigenlijk "was" moet zijn.
Ik wil nu echt het volgende stuk lezen!
Ben zo benieuwt hoe het verder gaat >.<
Hopelijk komt het volgende stuk snel!

Xxx Aile
"There are many worlds, but they share the same sky —
one sky, one destiny."
one sky, one destiny."
-
- Balpen
- Berichten: 146
- Lid geworden op: 22 mei 2008 18:10
Haha, nee die leeft nog, geen zorgen (^_^) "Zijn buik bewoog rustig op en neer" Zoiets stond er als ik het goed herinner =DAile schreef: Maar als ik het goed heb gelezen is Tif nu ook dood? Of heb ik het mis?![]()
(Als ik het mis heb schop me dan maar onder mijn kont)
Ik ga echt proberen om vandaag een flink stuk te schrijven. Gisteren was ik naar Duitsland dus ik had geen tijd =(
Maar vandaag heb ik wel tijd (^_^)
(>'_')># "I was going to give you this waffle.."
#<('_'<) "..But then I was like.. "
(>'#'<) "..I'm hungry"
(>'_'<) "..So I ate it"
(>^_^<) "Hehe"
-
- Balpen
- Berichten: 146
- Lid geworden op: 22 mei 2008 18:10
Alles was weer klaar voor vertrek. Een stel kinderen waren het afdakje verder aan het ombouwen tot een boomhut. Ondertussen haalde ik nog de stukjes hout uit mijn haar en probeerde ik de klitten eruit te halen.
“Het enige dat handig zou zijn is een tas voor onderweg.” stelde ik voor aan Tif. “Zo'n makkelijke tas die aan een schouder hangt met een lange band. Die je met klittenband kan openmaken en weer dicht kan maken.” We liepen de straten door en ik keek rond voor een winkel die de tassen verkochte die ik bedoelde. De zon stond al bovenaan de hemel en ik had geen enkele goede winkel gevonden. Het speeltuintje op de hoek zag eruit als een goede plek om uit te rusten. De schommels vormde een fatsoenlijke zitplaats en Tif ging naast de schommel zitten. Ik zwaaide mijzelf naar voren en naar achteren en voelde de wind met mijn haren spelen. Het voelde vrij.
De gedachte van de droom drong door de rest van mijn gedachten heen en ik stopte abrupt met schommelen. Een traan liep over mijn wang. De pijn van de droom brak mijn hart. Met mijn vingers gleed ik door mijn haar. Mijn haar kwam nu tot net over mijn schouders. Ik had die lengte gekozen, niet alleen omdat ik er een makkelijke staart van kon maken, maar omdat ik nooit meer zo'n lang haar wilde. Ik wilde niets dat mijn terug zou laten denken aan die tijd. Alleen de ketting die ik om had. De ketting diende om mijn ouders niet te vergeten. De herinnering van hun gezichten zat eraan vast gebonden. Zolang ik de ketting had zou ik ze herinneren. Ik liet mijn haar los en hield de kettingen van de schommel vast. Met mijn voet trapte ik het zand onder mij weg.
“Er zit een stukje hout in je haar.” zei iemand en ik tuimelde achterover het zand in door de schrik. Mijn benen hingen nog over de schommel en ik lag op mijn rug in het zand. Ik keek omhoog en zag iemand die mij aan het uitlachen was.
“En bedankt.” antwoordde ik zo droog mogelijk. De persoon ging op mijn knieën zitten en friemelde in mijn haar. Pas toen de persoon weer opstond kon ik zien wie het was.
“Hier” zei hij terwijl het het stukje hout aanreikte. “Ik weet je naam nog steeds niet. Zou ik het vandaag mogen weten?”
“Ik weet jou naam ook al niet meer, dus we staan quitte.” zei ik terwijl ik op probeerde te krabbelen maar mijn rug deed veel te veel pijn en met een kleine kreun liet ik mijzelf weer vallen.
“Gaat het?” vroeg de jongen met een bezorgde toon.
“Ja hoor.” glimlachte ik. “Ik vind het helemaal geweldig dat iemand mij van achteren besluipt, me dan laat schrikken waardoor ik val en ik daarna enorm veel pijn heb in mijn rug.” De jongen begon te grinniken. Ik haalde mijn benen van de schommel af en moest een bezorgde Tif van me af houden.
“De naam was Youri.” vertelde hij terwijl hij zijn arm onder mijn knie schoof en een arm onder mijn schouders. Rustig tilde hij me op en zette me terug op mijn voeten.
“Je had me ook gewoon een hand kunnen geven en me omhoog trekken. Het hoeft echt niet zo moeilijk.” zei ik terwijl ik het zand uit mijn haren probeerde te krijgen.
“Dit was toch veel leuker?” vroeg hij met een enorme grijns.
“Nee.” zei ik kortaf en veegde ook het zand van mijn broek af.
“Ook niet een klein beetje?” drong hij aan.
“Verspilling van tijd en energie.” zei ik zonder hem verder nog aan te kijken. Even bleef het stil en ik nam aan dat het gesprek voorbij was.
“Tif.” mompelde ik en Tif kwam netjes aan mijn zijde staan. Samen liepen we het speeltuintje uit.
Net voor de straat voelde ik ineens een warme greep om mijn pols die niet los liet. Ik draaide me om en keek weer in die vervelende groene ogen. “Wat?”
“Hoe heet je?” vroeg hij. Ik zuchtte een keer flink.
“Volgens mij Lynn.” antwoordde ik en ik wilde weer weglopen maar de greep hield me nog steeds tegen.
“Volgens mij? Hoe kan je in vredesnaam je naam niet zeker weten?” Ik wilde me niet omdraaien om antwoord te geven. Mijn hoofd overstroomde door de vraag. Mijn benen werden er zwak door en alleen al staan werd moeilijk. “Wat is er aan de hand?” Hij klonk heel bezorgd maar ik gaf geen antwoord. Staan werd steeds moeilijker, het waren niet mijn benen die te zwak waren, maar ik zelf. Ik kon een simpele vraag, die niet eens direct over mijn verleden ging, verdragen. Ik was niks meer dan een zwak wezen, verzwakt door mijn verleden. Tranen liepen over mijn wangen en ik bleef weigeren om Youri aan te kijken. “Vergeet maar wat ik vroeg. Ik hoef het niet te weten als het moeilijk is.” Maar het was te laat. Ik zakte door mijn benen en barstte in huilen uit. Mijn verdediging tegen mijzelf was opengebroken en ik kon niet meer stoppen met huilen. Ik hield mijn handen voor mijn ogen een deed alsof er niemand om mij heen was. Het kon me allemaal niet meer schelen. De laatste keer dat ik zo hard huilde was direct na het incident. Alles kwam eruit, misschien was het maar goed ook. Misschien had ik het gewoon nodig. Mijn hand werd vastgegrepen en ik keek op. Youri had een enorm bezorgde blik in zijn ogen. Alsof er iets grandioos mis was met mij. Zijn blik maakte het alleen maar erger. Hij ging op zijn knieën voor mij zitten en ik liet mijzelf tegen hem aanvallen. Hij hartslag werkte net zo kalmerend als die van Tif en ik voelde meteen een vlaag van rust en veiligheid over me heen komen. Het was genoeg om de tranen te stoppen, maar de gedachten bleven nog steeds door mijn hoofd razen. Voorzichtig legde hij zijn hand op mijn hoofd en duwde me iets dichter tegen hem aan. Met mijn handen hield ik zijn shirt vast. Zodra de rust mijn lichaam weer veroverd had kon ik rustig rechtop zitten.
“Gaat het weer?” vroeg Youri terwijl hij het haar dat voor mijn oog hing achter mijn oor schoof.
“Je zit in mijn persoonlijke ruimte.” antwoordde ik. Tif duwde zijn neus in mijn gezicht toen ik weer in orde was en ik gaf hem een flinke aai over zijn kop. “Kom jongen, we gaan.” Ik stond op en liep met Tif langs de straat op.
“Wacht!” riep Youri ons achterna.
“Nu begin je toch wel erg irritant te worden.” zuchtte ik.
“Waar ga je heen?” vroeg hij.
“Naar het zuiden. Ik loop via dorpen en steden naar het zuiden, waar het lekker warm is.”
“Warmer? Echt warmer is het in het zuiden van het land niet hoor.”
“Ik had het niet over het zuiden van het land, ik had het over naar de evenaar gaan. Ik wil juist weg van dit land.” Ik wilde hem zo graag weg hebben, vooral uit schaamte voor de huilbui.
“Mag ik mee?” vroeg hij plots. Even stond ik stil.
“Heb jij geen ouders en vrienden om bij te blijven? Geen leuke vriendinnetjes?” vroeg ik half lachend.
“Natuurlijk wel.” antwoordde hij.
“Maar waarom wil je da-”
“Maar jij hebt dat niet. Hoe kan ik zo'n eenzame ziel alleen laten?” onderbrak hij. Ik kon mijn lach niet inhouden.
“Van welke film heb je die? Jij ziet mij en besluit even mee te reizen? Of je meent het niet, of je bent gek in je hoofd. Jij hebt een familie en vrienden dus waarschijnlijk de eerste.” lachte ik.
Hij deed een stap naar voren en sloeg zijn armen om mij heen.
“Maar, jij bent alleen. Jij-”
“Persoonlijke ruimte!” riep ik en ik duwde hem weg. “Jij knuffelt wel erg graag, of niet?” hij begon dit keer te lachen.
“De eerste keer was jouw schuld, deze keer was alleen om te proberen om je te overtuigen.”
“Je ziet maar wat je doet. Zolang je minstens 2 meter van me weg blijft mag je mee. Eens kijken hoe lang het duurt tot jij huilend naar je papa en mama rent.” Even was het stil. “Ik wed dat jij na twee doden al gillend wegrent. De overheid is me al op het spoor, dus je zal zeker mensen moeten gaan vermoorden als je mee wil.” zei ik om hem af te schrikken.
“Oké, dat is een weddenschap.” lachte hij. “Ik ga nu naar huis om spullen te pakken, dan zie ik je vanavond hier.”
“Je doet je best ma-” Weer werd ik onderbroken, maar dit keer door enorm gerommel van mijn maag.
“Ik neem ook wel wat te eten mee.” vertelde hij
“Wacht!” riep ik voor dat hij vertrok. Hij draaide zich om. “Neem ook een schoudertas voor me mee!” hij knikte en rende weg.
“Wat vind jij ervan, Tif? Mag hij mee? Hij kan wel met honden overweg, dus jij zal het wel niet erg vinden. We kunnen ook nu snel wegrennen. Maar ja, misschien kan hij wel wat klappen opvangen van boze mensen. Of hij is lokaas. Heb jij het er voor over om te wachten tot hij terug komt?”
Het zag eruit alsof Tif begreep wat ik zei. Hij ging zitten op de plek die Youri had aangewezen en wilde niet meer opstaan. “Vooruit dan.” mompelde ik en ik ging naast Tif zitten.
“Het enige dat handig zou zijn is een tas voor onderweg.” stelde ik voor aan Tif. “Zo'n makkelijke tas die aan een schouder hangt met een lange band. Die je met klittenband kan openmaken en weer dicht kan maken.” We liepen de straten door en ik keek rond voor een winkel die de tassen verkochte die ik bedoelde. De zon stond al bovenaan de hemel en ik had geen enkele goede winkel gevonden. Het speeltuintje op de hoek zag eruit als een goede plek om uit te rusten. De schommels vormde een fatsoenlijke zitplaats en Tif ging naast de schommel zitten. Ik zwaaide mijzelf naar voren en naar achteren en voelde de wind met mijn haren spelen. Het voelde vrij.
De gedachte van de droom drong door de rest van mijn gedachten heen en ik stopte abrupt met schommelen. Een traan liep over mijn wang. De pijn van de droom brak mijn hart. Met mijn vingers gleed ik door mijn haar. Mijn haar kwam nu tot net over mijn schouders. Ik had die lengte gekozen, niet alleen omdat ik er een makkelijke staart van kon maken, maar omdat ik nooit meer zo'n lang haar wilde. Ik wilde niets dat mijn terug zou laten denken aan die tijd. Alleen de ketting die ik om had. De ketting diende om mijn ouders niet te vergeten. De herinnering van hun gezichten zat eraan vast gebonden. Zolang ik de ketting had zou ik ze herinneren. Ik liet mijn haar los en hield de kettingen van de schommel vast. Met mijn voet trapte ik het zand onder mij weg.
“Er zit een stukje hout in je haar.” zei iemand en ik tuimelde achterover het zand in door de schrik. Mijn benen hingen nog over de schommel en ik lag op mijn rug in het zand. Ik keek omhoog en zag iemand die mij aan het uitlachen was.
“En bedankt.” antwoordde ik zo droog mogelijk. De persoon ging op mijn knieën zitten en friemelde in mijn haar. Pas toen de persoon weer opstond kon ik zien wie het was.
“Hier” zei hij terwijl het het stukje hout aanreikte. “Ik weet je naam nog steeds niet. Zou ik het vandaag mogen weten?”
“Ik weet jou naam ook al niet meer, dus we staan quitte.” zei ik terwijl ik op probeerde te krabbelen maar mijn rug deed veel te veel pijn en met een kleine kreun liet ik mijzelf weer vallen.
“Gaat het?” vroeg de jongen met een bezorgde toon.
“Ja hoor.” glimlachte ik. “Ik vind het helemaal geweldig dat iemand mij van achteren besluipt, me dan laat schrikken waardoor ik val en ik daarna enorm veel pijn heb in mijn rug.” De jongen begon te grinniken. Ik haalde mijn benen van de schommel af en moest een bezorgde Tif van me af houden.
“De naam was Youri.” vertelde hij terwijl hij zijn arm onder mijn knie schoof en een arm onder mijn schouders. Rustig tilde hij me op en zette me terug op mijn voeten.
“Je had me ook gewoon een hand kunnen geven en me omhoog trekken. Het hoeft echt niet zo moeilijk.” zei ik terwijl ik het zand uit mijn haren probeerde te krijgen.
“Dit was toch veel leuker?” vroeg hij met een enorme grijns.
“Nee.” zei ik kortaf en veegde ook het zand van mijn broek af.
“Ook niet een klein beetje?” drong hij aan.
“Verspilling van tijd en energie.” zei ik zonder hem verder nog aan te kijken. Even bleef het stil en ik nam aan dat het gesprek voorbij was.
“Tif.” mompelde ik en Tif kwam netjes aan mijn zijde staan. Samen liepen we het speeltuintje uit.
Net voor de straat voelde ik ineens een warme greep om mijn pols die niet los liet. Ik draaide me om en keek weer in die vervelende groene ogen. “Wat?”
“Hoe heet je?” vroeg hij. Ik zuchtte een keer flink.
“Volgens mij Lynn.” antwoordde ik en ik wilde weer weglopen maar de greep hield me nog steeds tegen.
“Volgens mij? Hoe kan je in vredesnaam je naam niet zeker weten?” Ik wilde me niet omdraaien om antwoord te geven. Mijn hoofd overstroomde door de vraag. Mijn benen werden er zwak door en alleen al staan werd moeilijk. “Wat is er aan de hand?” Hij klonk heel bezorgd maar ik gaf geen antwoord. Staan werd steeds moeilijker, het waren niet mijn benen die te zwak waren, maar ik zelf. Ik kon een simpele vraag, die niet eens direct over mijn verleden ging, verdragen. Ik was niks meer dan een zwak wezen, verzwakt door mijn verleden. Tranen liepen over mijn wangen en ik bleef weigeren om Youri aan te kijken. “Vergeet maar wat ik vroeg. Ik hoef het niet te weten als het moeilijk is.” Maar het was te laat. Ik zakte door mijn benen en barstte in huilen uit. Mijn verdediging tegen mijzelf was opengebroken en ik kon niet meer stoppen met huilen. Ik hield mijn handen voor mijn ogen een deed alsof er niemand om mij heen was. Het kon me allemaal niet meer schelen. De laatste keer dat ik zo hard huilde was direct na het incident. Alles kwam eruit, misschien was het maar goed ook. Misschien had ik het gewoon nodig. Mijn hand werd vastgegrepen en ik keek op. Youri had een enorm bezorgde blik in zijn ogen. Alsof er iets grandioos mis was met mij. Zijn blik maakte het alleen maar erger. Hij ging op zijn knieën voor mij zitten en ik liet mijzelf tegen hem aanvallen. Hij hartslag werkte net zo kalmerend als die van Tif en ik voelde meteen een vlaag van rust en veiligheid over me heen komen. Het was genoeg om de tranen te stoppen, maar de gedachten bleven nog steeds door mijn hoofd razen. Voorzichtig legde hij zijn hand op mijn hoofd en duwde me iets dichter tegen hem aan. Met mijn handen hield ik zijn shirt vast. Zodra de rust mijn lichaam weer veroverd had kon ik rustig rechtop zitten.
“Gaat het weer?” vroeg Youri terwijl hij het haar dat voor mijn oog hing achter mijn oor schoof.
“Je zit in mijn persoonlijke ruimte.” antwoordde ik. Tif duwde zijn neus in mijn gezicht toen ik weer in orde was en ik gaf hem een flinke aai over zijn kop. “Kom jongen, we gaan.” Ik stond op en liep met Tif langs de straat op.
“Wacht!” riep Youri ons achterna.
“Nu begin je toch wel erg irritant te worden.” zuchtte ik.
“Waar ga je heen?” vroeg hij.
“Naar het zuiden. Ik loop via dorpen en steden naar het zuiden, waar het lekker warm is.”
“Warmer? Echt warmer is het in het zuiden van het land niet hoor.”
“Ik had het niet over het zuiden van het land, ik had het over naar de evenaar gaan. Ik wil juist weg van dit land.” Ik wilde hem zo graag weg hebben, vooral uit schaamte voor de huilbui.
“Mag ik mee?” vroeg hij plots. Even stond ik stil.
“Heb jij geen ouders en vrienden om bij te blijven? Geen leuke vriendinnetjes?” vroeg ik half lachend.
“Natuurlijk wel.” antwoordde hij.
“Maar waarom wil je da-”
“Maar jij hebt dat niet. Hoe kan ik zo'n eenzame ziel alleen laten?” onderbrak hij. Ik kon mijn lach niet inhouden.
“Van welke film heb je die? Jij ziet mij en besluit even mee te reizen? Of je meent het niet, of je bent gek in je hoofd. Jij hebt een familie en vrienden dus waarschijnlijk de eerste.” lachte ik.
Hij deed een stap naar voren en sloeg zijn armen om mij heen.
“Maar, jij bent alleen. Jij-”
“Persoonlijke ruimte!” riep ik en ik duwde hem weg. “Jij knuffelt wel erg graag, of niet?” hij begon dit keer te lachen.
“De eerste keer was jouw schuld, deze keer was alleen om te proberen om je te overtuigen.”
“Je ziet maar wat je doet. Zolang je minstens 2 meter van me weg blijft mag je mee. Eens kijken hoe lang het duurt tot jij huilend naar je papa en mama rent.” Even was het stil. “Ik wed dat jij na twee doden al gillend wegrent. De overheid is me al op het spoor, dus je zal zeker mensen moeten gaan vermoorden als je mee wil.” zei ik om hem af te schrikken.
“Oké, dat is een weddenschap.” lachte hij. “Ik ga nu naar huis om spullen te pakken, dan zie ik je vanavond hier.”
“Je doet je best ma-” Weer werd ik onderbroken, maar dit keer door enorm gerommel van mijn maag.
“Ik neem ook wel wat te eten mee.” vertelde hij
“Wacht!” riep ik voor dat hij vertrok. Hij draaide zich om. “Neem ook een schoudertas voor me mee!” hij knikte en rende weg.
“Wat vind jij ervan, Tif? Mag hij mee? Hij kan wel met honden overweg, dus jij zal het wel niet erg vinden. We kunnen ook nu snel wegrennen. Maar ja, misschien kan hij wel wat klappen opvangen van boze mensen. Of hij is lokaas. Heb jij het er voor over om te wachten tot hij terug komt?”
Het zag eruit alsof Tif begreep wat ik zei. Hij ging zitten op de plek die Youri had aangewezen en wilde niet meer opstaan. “Vooruit dan.” mompelde ik en ik ging naast Tif zitten.
(>'_')># "I was going to give you this waffle.."
#<('_'<) "..But then I was like.. "
(>'#'<) "..I'm hungry"
(>'_'<) "..So I ate it"
(>^_^<) "Hehe"
- Carpe Diem
- Vulpen
- Berichten: 349
- Lid geworden op: 22 dec 2008 18:54
Ik heb weer bijgelezen! ^^
Dit keer ga ik geen spellingsfouten opsporen, want ik moet toegeven dat dat niet mijn sterkste punt is.
Wat ik wel kan is vraagtekens bij bepaalde gebeurtenissen zetten, dus hierkomen mijn vragen!
1. Als ik het goed heb is Lynn (een meisjes dus! Al heet ze misschien niet echt Lynn, als ik het goed volg?) negen wanneer die enge mannen n haar huis komen. Het vreemde van dat stukje is, vind ik, dat ze, hoewel ze pas negen jaar is, toch weet hoe ze de arm van die man kan bewegen zodat hij niet haar keel doorsnijd, maar alleen haar haar. Bovendien lijkt het me dat een volgroeide man toch we sterker is dan een negenjarig meisje
2. Ze is ook heel erg moedig voor een negenjarig meisje. Ze wil meevechten met haar ouders, terwijl het mij eerder logisch lijkt dat een negenjarig alleen maar zou huilen en bang in een hoekje zou kruipen, of verstijfd raakt van de angs, zoiets... Tenzij ze zulke situaties is gewend (?)
3. Over je laatste stukje vind ik het vreemd dat Youri gelijk met haar mee wilt gaan. In je eerste stukje staat beschreven dat de hele maatschappij beheerst wordt door de mensen die regeren, dat ze netjes doen wat ze wordt opgedragen. Als Youri het thuis goed heeft (hij heeft ouders en vrienden en zelfs vriendinnetjes) en op school geleerd heeft om zich netjes aan de regels te houden, dan zou het een beetje vreemd zijn dat hij nu ineens met haar wil weglopen, of niet soms?
Hij zou haar eerder raar moeten vinden, denk ik^^
Of hij is lokaas (zoals er in het stukje staat), maar zou Lynn zich dan niet heel wantrouwig moeten opstellen? Ze is wel schuw, heb ik gemerkt, maar uiteindelijk laat ze hem toch met zich mee gaan. En dat is best wel snel voor iemand die niet vaak met mensen in contact komt (dit gis ik een beetje, aangezien ze haar volgens de papieren dood hebben verklaard lijkt het me niet dat ze veel in contact komt met de mensen in de samenleving diezich wel aan de regels houden )
Zo, dit zijn even mijn vraagtekens x]
Sommige kunnen natuurlijk naar verloop van tijd beantwoordt worden, ik bedoel er dus niet gelijk mee dat alles wat ik heb opgesomd fout is. Alleen ik wijs je er even op, zodat je het ergens een beetje kan uitleggen en het wat duidelijker wordt =)
Verder vind ik het echt een heel leuk verhaal en ik volg het ook zeker!
Dit keer ga ik geen spellingsfouten opsporen, want ik moet toegeven dat dat niet mijn sterkste punt is.
Wat ik wel kan is vraagtekens bij bepaalde gebeurtenissen zetten, dus hierkomen mijn vragen!
1. Als ik het goed heb is Lynn (een meisjes dus! Al heet ze misschien niet echt Lynn, als ik het goed volg?) negen wanneer die enge mannen n haar huis komen. Het vreemde van dat stukje is, vind ik, dat ze, hoewel ze pas negen jaar is, toch weet hoe ze de arm van die man kan bewegen zodat hij niet haar keel doorsnijd, maar alleen haar haar. Bovendien lijkt het me dat een volgroeide man toch we sterker is dan een negenjarig meisje

2. Ze is ook heel erg moedig voor een negenjarig meisje. Ze wil meevechten met haar ouders, terwijl het mij eerder logisch lijkt dat een negenjarig alleen maar zou huilen en bang in een hoekje zou kruipen, of verstijfd raakt van de angs, zoiets... Tenzij ze zulke situaties is gewend (?)
3. Over je laatste stukje vind ik het vreemd dat Youri gelijk met haar mee wilt gaan. In je eerste stukje staat beschreven dat de hele maatschappij beheerst wordt door de mensen die regeren, dat ze netjes doen wat ze wordt opgedragen. Als Youri het thuis goed heeft (hij heeft ouders en vrienden en zelfs vriendinnetjes) en op school geleerd heeft om zich netjes aan de regels te houden, dan zou het een beetje vreemd zijn dat hij nu ineens met haar wil weglopen, of niet soms?

Hij zou haar eerder raar moeten vinden, denk ik^^
Of hij is lokaas (zoals er in het stukje staat), maar zou Lynn zich dan niet heel wantrouwig moeten opstellen? Ze is wel schuw, heb ik gemerkt, maar uiteindelijk laat ze hem toch met zich mee gaan. En dat is best wel snel voor iemand die niet vaak met mensen in contact komt (dit gis ik een beetje, aangezien ze haar volgens de papieren dood hebben verklaard lijkt het me niet dat ze veel in contact komt met de mensen in de samenleving diezich wel aan de regels houden )
Zo, dit zijn even mijn vraagtekens x]
Sommige kunnen natuurlijk naar verloop van tijd beantwoordt worden, ik bedoel er dus niet gelijk mee dat alles wat ik heb opgesomd fout is. Alleen ik wijs je er even op, zodat je het ergens een beetje kan uitleggen en het wat duidelijker wordt =)
Verder vind ik het echt een heel leuk verhaal en ik volg het ook zeker!
The Mad Hatter:
"Have I gone mad?"
Alice:
"I'm afraid so, you're entirely bonkers.
But I'll tell you a secret. All the best people are."
"Have I gone mad?"
Alice:
"I'm afraid so, you're entirely bonkers.
But I'll tell you a secret. All the best people are."
Ik heb je laatste stukje al een tijdje geleden gelezen, maar ben vergeten te reageren!
Goed stuk!
Alleen wel een paar dingetjes die mij opvielen:
Ik denk dat je er beter kan zetten: Die je met klitterband open en dicht kan maken.
En dat Youri gedoe. Ik zou niet meteen erbij zeggen dat hij met Lynn mee zou willen gaan. Niet meteen. Laat er misschien een paar (hoofd)stukjes tussen, of dat Lynn nu even bij hem blijft en later dan alleen weer verder gaat.
Voor de rest vond ik het weer even goed als altijd! ^^
Ik kijk erg uit naar het vervolg
Veel succes nog met schrijven!
Xxx Aile
Goed stuk!
Alleen wel een paar dingetjes die mij opvielen:
Deze zin vind ik zelf een beetje raar klinkenDie je met klittenband kan openmaken en weer dicht kan maken.
Ik denk dat je er beter kan zetten: Die je met klitterband open en dicht kan maken.
En dat Youri gedoe. Ik zou niet meteen erbij zeggen dat hij met Lynn mee zou willen gaan. Niet meteen. Laat er misschien een paar (hoofd)stukjes tussen, of dat Lynn nu even bij hem blijft en later dan alleen weer verder gaat.
Voor de rest vond ik het weer even goed als altijd! ^^
Ik kijk erg uit naar het vervolg
Veel succes nog met schrijven!
Xxx Aile
"There are many worlds, but they share the same sky —
one sky, one destiny."
one sky, one destiny."
-
- Balpen
- Berichten: 146
- Lid geworden op: 22 mei 2008 18:10
Het vervolg komt er zo snel mogelijk aan, maar thuis loopt het niet zo lekker dus waarschijnlijk wordt het vanavond of morgenochtend. =(
(>'_')># "I was going to give you this waffle.."
#<('_'<) "..But then I was like.. "
(>'#'<) "..I'm hungry"
(>'_'<) "..So I ate it"
(>^_^<) "Hehe"
- Saskjezwaard
- Computer
- Berichten: 4449
- Lid geworden op: 28 aug 2010 21:56
- Locatie: in bed
zo, eindelijk is hier je tipex-feedback
jeej, na twee maanden ofzo --' sorry, je stond onderaan op mijn lijstje en aangezien ik niemand wilde voortrekken en niet durfde te beginnen aan Mirry's stukje, duurde jouw feedback automatisch ook langer.
Eén ding dat me als eerste opviel was dat er vaak stukjes staan waar sorry in staat dat het zo lang duurt tot er weer een nieuw stukje is. Dat hoeft niet, mensen snappen heel goed dat je niet altijd tijd, inspiratie of zin hebt om een stuk te schrijven. Nu kunnen mensen denken : jeej er is weer een stukje. en dan blijkt het niks te zijn. Het is niet fout hoor, ik vind het wel grappig
Ik kijk per stukje na, anders wordt het te veel en zie ik je fouten niet meer =) aangezien ik je eerste 2 stukjes al heb nagekeken, begin ik met stukje drie
Ik zuchtte nog een keer en keek naar mijn schaduw. Hij was niet veel gegroeid, dus zoveel later kon het niet zijn.
Je zegt dat de wijk waar Lynn inkomt eruit ziet als een nieuwbouwwijk. Zou je dan ook kunnen zeggen hoe de huizen er uitzien? zodat de lezer een beeld van de omgeving in zijn hoofd kan krijgen. Het is moeilijk, ik weet het, maar als je het probeert, zul je na een tijdje steeds beter worden. Als je het niet doet, kun je jezelf nooit verbeteren!
Eén ding, het lijkt me vreemd dat het zo makkelijk is om schoenen te stelen. Ik vind het wel leuk bedacht trouwens :3 maar het lijkt me dat er camera's hangen, dat er verkoopsters rondlopen, of het moet zo'n enorme winkel zijn waar je het overzicht kwijtraakt. Dat moet je er dan bijzetten want nu lijkt het alsof ze midden in de winkel gaat staan, de schoenen aantrekt en het prijskaartje erafhaalt, terwijl de verkoopsters goedkeurend staan toe te kijken. En is het niet eenvoudiger om het prijskaartje er gewoon af te knippen dan het eraf te krassen? En zit er niet zo'n vreemd plastic ding aan waardoor de poortjes gaan piepen als je erbuiten komt? Nu gaat het wel heel erg simpel, misschien is wat meer onderzoek hier op zijn plaats =)
Iets anders, krijgt ze nooit honger of dorst? Het lijkt me dat, als ze voor het laatst de vorige avond heeft gegeten, ze minstens honger krijgt. En het is een warme dag, dan krijg je ook al snel dorst. Soms vergeten schrijvers de praktische dingen die een verhaal juist realistisch maken. Ik zou hier op gaan letten, dus soms je verhaal doorlezen en kijken wat er niet klopt en wat je hebt gezegd en nog niet hebt geschreven.
Dat waren trouwens de enige grammaticafouten die ik in je deel kon vinden, dus super
Nog steeds vind ik je verhaal heel leuk, dus ga maar snel verder ermee. Is je hand trouwens weer helemaal in orde? Hopelijk heb je iets aan mijn feedback!
Groetjes, Saskia
Dit is vanuit het tipex-team nagekeken

Eén ding dat me als eerste opviel was dat er vaak stukjes staan waar sorry in staat dat het zo lang duurt tot er weer een nieuw stukje is. Dat hoeft niet, mensen snappen heel goed dat je niet altijd tijd, inspiratie of zin hebt om een stuk te schrijven. Nu kunnen mensen denken : jeej er is weer een stukje. en dan blijkt het niks te zijn. Het is niet fout hoor, ik vind het wel grappig

Ik kijk per stukje na, anders wordt het te veel en zie ik je fouten niet meer =) aangezien ik je eerste 2 stukjes al heb nagekeken, begin ik met stukje drie

Twee keer hetzelfde woord na elkaar gebruiken staat niet mooi. Probeer verwijswoorden te gebruiken, ken je er niet veel, zoek dan op google.Ik zuchtte een keer en keek naar mijn schaduw. De schaduw was niet veel gegroeid, dus zoveel later kon het niet zijn.
Ik zuchtte nog een keer en keek naar mijn schaduw. Hij was niet veel gegroeid, dus zoveel later kon het niet zijn.
Je zegt dat de wijk waar Lynn inkomt eruit ziet als een nieuwbouwwijk. Zou je dan ook kunnen zeggen hoe de huizen er uitzien? zodat de lezer een beeld van de omgeving in zijn hoofd kan krijgen. Het is moeilijk, ik weet het, maar als je het probeert, zul je na een tijdje steeds beter worden. Als je het niet doet, kun je jezelf nooit verbeteren!
De 'maar toch' staat hier vreemd. Alsof mensen met bruin haar nooit felgroene ogen kunnen hebben, alleen bruine ofzo. Volgens mij kan iemand met bruine haren elke kleur oog hebben die genetisch mogelijk is.Hij had bruine haren, maar toch had hij fel groene ogen
Eén ding, het lijkt me vreemd dat het zo makkelijk is om schoenen te stelen. Ik vind het wel leuk bedacht trouwens :3 maar het lijkt me dat er camera's hangen, dat er verkoopsters rondlopen, of het moet zo'n enorme winkel zijn waar je het overzicht kwijtraakt. Dat moet je er dan bijzetten want nu lijkt het alsof ze midden in de winkel gaat staan, de schoenen aantrekt en het prijskaartje erafhaalt, terwijl de verkoopsters goedkeurend staan toe te kijken. En is het niet eenvoudiger om het prijskaartje er gewoon af te knippen dan het eraf te krassen? En zit er niet zo'n vreemd plastic ding aan waardoor de poortjes gaan piepen als je erbuiten komt? Nu gaat het wel heel erg simpel, misschien is wat meer onderzoek hier op zijn plaats =)
Iets anders, krijgt ze nooit honger of dorst? Het lijkt me dat, als ze voor het laatst de vorige avond heeft gegeten, ze minstens honger krijgt. En het is een warme dag, dan krijg je ook al snel dorst. Soms vergeten schrijvers de praktische dingen die een verhaal juist realistisch maken. Ik zou hier op gaan letten, dus soms je verhaal doorlezen en kijken wat er niet klopt en wat je hebt gezegd en nog niet hebt geschreven.
Dat waren trouwens de enige grammaticafouten die ik in je deel kon vinden, dus super

Groetjes, Saskia
Dit is vanuit het tipex-team nagekeken
And by the way, everything in life is writable about if you have the outgoing guts to do it, and the imagination to improvise. The worst enemy to creativity is self-doubt ― Sylvia Plath
-
- Balpen
- Berichten: 146
- Lid geworden op: 22 mei 2008 18:10
Met een nieuwe schoudertas, vers eten en een nieuw aanhangsel konden we eindelijk gaan. De jongen bleef maar zeuren om mijn verleden dus ik was gedwongen alles uit te leggen. Het kostte me minstens een uur om alles uit te leggen en zijn vragen te beantwoorden. Zelf had hij erover dat hij niet bij zijn familie wilde zijn om dat die hem niet steunden. Hij zou anders zijn, met een meer open geest, maar hij ging ook tegen anderen in vertelde hij. Dus hij werd niet geaccepteerd.
Ik vond het geweldig om naar hem te luisteren. Diep van binnen voelde het warm en vertrouwd, iedere keer als hij vertelde hoe hij anders wilde zijn en zijn eigen leven wilde leiden.
Dit was voor het eerst in een paar maanden dat ik een goed gesprek had met iemand en alles kwijt kon waar ik mee zat. De weg leek nu niet meer zo lang en we liepen van dorp naar dorp.
“Waarom is een computer zo leuk dan?” vroeg ik toen dat onderwerp voorbij kwam.
“Je kan vanuit je kamer contact houden met je vrienden, je kan filmpjes kijken, je kan spelletjes doen. Het is gewoon leuk om achter de computer te zitten.” Ik schudde mijn hoofd in ongeloof.
“Hoe kan het nou leuk zijn om achter een scherm te zitten en een beetje te typen? Het is toch veel leuker om naar buiten te gaan?” Youri begon te lachen. “Wat? Dat is toch zo?”vroeg ik maar ik kreeg geen antwoord.
“Hoe lang ben je nu al op reis?” Ik haalde nonchalant mijn schouders op en probeerde ongeïnteresseerd over te komen.
“Tif, wil je wat te eten?” vroeg ik om van onderwerp te veranderen en greep naar het brood in de tas. “Jij kan ook niet smeren, Youri” zuchtte ik toen de boterham met hagelslag bijna uit elkaar viel.
“Ik beleg mijn brood normaal gesproken alleen met vlees.” zei hij met een enorm geïrriteerde stem.
“Waarom nu dan niet? Denk je dat ik vegetariër ben?” Ik had nooit verwacht dat het zo leuk was om de mensen waar je mee omgaat te plagen.
“Het had gekund, je bent een meisje dus..”
“Dus?” onderbrak ik “Waarom zou ik vegetariër zijn? Een meisje dat al lang op straat leeft heeft die luxe niet.”
Een beetje sip keek hij naar de grond. Misschien was k te ver gegaan. Ik had waarschijnlijk medelijden opgewekt, iets waar ik een hekel aan had. Ik hield de boterham voor de neus van Tif en hij likte de hagelslag van het brood. Zelf at ik de rest van het brood op.
“Wat doe je? Honden kunnen niet tegen chocolade!” bezorgd ging hij op zijn hurken zitten en streek over de kop van de hond. Ik ging naast hem zitten en aaide Tif over de rug.
“Deze hond heeft een ijzeren maag. Je moest eens weten wat hij allemaal op kan.” lachte ik. Plots hield ik op met lachen; zijn hand had die van mij geraakt en geschrokken trok ik hem terug. Mijn gezicht werd warmer en snel stond ik op en draaide mijn rug naar hem toe. “Eet jij jouw deel nou maar op.” Ik wierp het zakje met de overgebleven boterham naar hem toe. Een doodse stilte volgde en langzaam verzonk ik in mijn gedachten.
“We kunnen weer.” meldde een stem achter me. Ik schrok op.
“Waar gaan we eigenlijk naartoe?” vroeg ik een beetje half afwezig.
“Jij wilde naar het zuiden.” Ik schudde mijn hoofd.
“Nu jij mee loopt ben ik een beetje gaan nadenken over het begrip vrienden.” Ik draaide me om en zag hem een beetje beteuterd naar de grond kijken. “Kunnen we niet proberen om de mensen uit de zwart-witte wereld te halen en ze de gekleurde wereld te laten zien?”
“Niet doen!” riep hij. De plotselinge reactie overweldigde me en ik deed geschrokken een stap achteruit. “Ik bedoel.” aarzelde hij “Als je tegen de regering ingaat, sporen ze je op en is het afgelopen met je gekleurde wereld.” De manier waarop hij 'gekleurde wereld' zei klonk gemeen. Alsof hij het onzin vond. Tranen liepen over mijn wangen. Hoe kon hij, het eerste gekleurde persoon, dat zeggen? Ik deed de schoudertas af en gooide die naar hem toe. Hij keek me even versuft aan. Zonder een woord te zeggen rende ik zo hard ik kon. Ik voelde de koude tranen over mijn wangen lopen en veegde ze zoveel mogelijk weg. Ik hoorde het versnelde ritme van Tif achter me aan komen, maar ook Youri rende achter me aan.
“Lynn! Wacht nou!”
Ik vond het geweldig om naar hem te luisteren. Diep van binnen voelde het warm en vertrouwd, iedere keer als hij vertelde hoe hij anders wilde zijn en zijn eigen leven wilde leiden.
Dit was voor het eerst in een paar maanden dat ik een goed gesprek had met iemand en alles kwijt kon waar ik mee zat. De weg leek nu niet meer zo lang en we liepen van dorp naar dorp.
“Waarom is een computer zo leuk dan?” vroeg ik toen dat onderwerp voorbij kwam.
“Je kan vanuit je kamer contact houden met je vrienden, je kan filmpjes kijken, je kan spelletjes doen. Het is gewoon leuk om achter de computer te zitten.” Ik schudde mijn hoofd in ongeloof.
“Hoe kan het nou leuk zijn om achter een scherm te zitten en een beetje te typen? Het is toch veel leuker om naar buiten te gaan?” Youri begon te lachen. “Wat? Dat is toch zo?”vroeg ik maar ik kreeg geen antwoord.
“Hoe lang ben je nu al op reis?” Ik haalde nonchalant mijn schouders op en probeerde ongeïnteresseerd over te komen.
“Tif, wil je wat te eten?” vroeg ik om van onderwerp te veranderen en greep naar het brood in de tas. “Jij kan ook niet smeren, Youri” zuchtte ik toen de boterham met hagelslag bijna uit elkaar viel.
“Ik beleg mijn brood normaal gesproken alleen met vlees.” zei hij met een enorm geïrriteerde stem.
“Waarom nu dan niet? Denk je dat ik vegetariër ben?” Ik had nooit verwacht dat het zo leuk was om de mensen waar je mee omgaat te plagen.
“Het had gekund, je bent een meisje dus..”
“Dus?” onderbrak ik “Waarom zou ik vegetariër zijn? Een meisje dat al lang op straat leeft heeft die luxe niet.”
Een beetje sip keek hij naar de grond. Misschien was k te ver gegaan. Ik had waarschijnlijk medelijden opgewekt, iets waar ik een hekel aan had. Ik hield de boterham voor de neus van Tif en hij likte de hagelslag van het brood. Zelf at ik de rest van het brood op.
“Wat doe je? Honden kunnen niet tegen chocolade!” bezorgd ging hij op zijn hurken zitten en streek over de kop van de hond. Ik ging naast hem zitten en aaide Tif over de rug.
“Deze hond heeft een ijzeren maag. Je moest eens weten wat hij allemaal op kan.” lachte ik. Plots hield ik op met lachen; zijn hand had die van mij geraakt en geschrokken trok ik hem terug. Mijn gezicht werd warmer en snel stond ik op en draaide mijn rug naar hem toe. “Eet jij jouw deel nou maar op.” Ik wierp het zakje met de overgebleven boterham naar hem toe. Een doodse stilte volgde en langzaam verzonk ik in mijn gedachten.
“We kunnen weer.” meldde een stem achter me. Ik schrok op.
“Waar gaan we eigenlijk naartoe?” vroeg ik een beetje half afwezig.
“Jij wilde naar het zuiden.” Ik schudde mijn hoofd.
“Nu jij mee loopt ben ik een beetje gaan nadenken over het begrip vrienden.” Ik draaide me om en zag hem een beetje beteuterd naar de grond kijken. “Kunnen we niet proberen om de mensen uit de zwart-witte wereld te halen en ze de gekleurde wereld te laten zien?”
“Niet doen!” riep hij. De plotselinge reactie overweldigde me en ik deed geschrokken een stap achteruit. “Ik bedoel.” aarzelde hij “Als je tegen de regering ingaat, sporen ze je op en is het afgelopen met je gekleurde wereld.” De manier waarop hij 'gekleurde wereld' zei klonk gemeen. Alsof hij het onzin vond. Tranen liepen over mijn wangen. Hoe kon hij, het eerste gekleurde persoon, dat zeggen? Ik deed de schoudertas af en gooide die naar hem toe. Hij keek me even versuft aan. Zonder een woord te zeggen rende ik zo hard ik kon. Ik voelde de koude tranen over mijn wangen lopen en veegde ze zoveel mogelijk weg. Ik hoorde het versnelde ritme van Tif achter me aan komen, maar ook Youri rende achter me aan.
“Lynn! Wacht nou!”
(>'_')># "I was going to give you this waffle.."
#<('_'<) "..But then I was like.. "
(>'#'<) "..I'm hungry"
(>'_'<) "..So I ate it"
(>^_^<) "Hehe"
Ik zag dat Saskia je ook al tipex-feedback had gegeven. Maar op de een of andere manier was je niet afgestreept in onze lijst, dus ik ben het verhaal ook maar eens door gaan nemen. Je vroeg me vooral om te letten op grammatica, zins-opbouw en tips voor het vermijden van 'ik'.
Het vermijden van 'ik' is naar mijn ervaring vrij lastig maar ik zal je op zijn minst tips geven om 'ik' naar achteren in de zin te brengen.
Ik beoordeel per stukje, gewoon beginnend met stukje 1.
Stukje 1
Een gebeurtenis die ik met mijn eigen ogen zag gebeuren.
De mensen die de macht hadden in deze maatschappij...
De voetstappen van mijn ouders volgend, zal ik de krachten die in mij verborgen liggen gebruiken om...
"Het is goed, doe maar rustig," fluisterde ik zachtjes, maar mijn stem klonk net zo gespannen als het gegrom van de hond.
Voorzichtig schoof ik het bruine bureau onder het raam en klom erop zodat ik naar buiten kon kijken.
Stukje 2
Een korte zucht ontvluchte mijn mond en ik besloot dat ik...
Ik houd het nog even spannend voor mij en ik (of eventueel een ander lid) ga later verder met mijn beoordeling.
Vergeet niet dat onze feedback niet verplicht is. Kijk in elke situatie wel even of je de oplossing ook echt een verbetering vind. Het kan soms zijn dat je iets met een bepaalde reden expres fout hebt gedaan of dat je de oorspronkelijke zin toch mooier vind klinken.
Namens het hele tipex-team nog veel schrijf- en leesplezier!
Het vermijden van 'ik' is naar mijn ervaring vrij lastig maar ik zal je op zijn minst tips geven om 'ik' naar achteren in de zin te brengen.
Ik beoordeel per stukje, gewoon beginnend met stukje 1.
Stukje 1
Hier zou je 'ik' op een andere plaats in de zin kunnen laten komen door van de hoofdzin een bijzin te maken:Ik zag het met mijn eigen ogen gebeuren.
Een gebeurtenis die ik met mijn eigen ogen zag gebeuren.
'Jaren' zou theoretisch kunnen, maar 'jaar' gewoon in enkelvoud is denk ik iets mooier in dit geval.Die herinnering deed na zeven jaren nog pijn.
'Beschikking hebben over' staat naar mijn gevoel een beetje raar bij een vaag, niet-vastpakbaar begrip, zoals 'maatschappij'. Wat dacht je van het volgende alternatief:De mensen die beschikking hadden over de maatschappij, hadden iedereen onder controle.
De mensen die de macht hadden in deze maatschappij...
De eerste 'en' in de zin staat een beetje vreemd omdat dit niet direct een relatie heeft met de vorige zin. Als je 'en' weglaat wordt 'ik' het eerste woord van de zin en daarom zou ik van het stuk erna een bijzin maken. Wat vind je van deze oplossing:En ik zal de voetstappen van mijn ouders volgen en de krachten die in mij verborgen liggen gebruiken om de kleur van deze wereld terug te krijgen in de harten van de mensen.
De voetstappen van mijn ouders volgend, zal ik de krachten die in mij verborgen liggen gebruiken om...
Als je na een citaat verder gaat met de zin. Met bijvoorbeeld 'zei ik', 'riep ik' of in dit geval 'fluisterde ik', sluit je de zin in het citaat niet af met een punt maar met een komma. Omdat het wat vreemd staat dat de eerste zin in het citaat wel met een punt eindigt zou ik er ook meteen één zin van maken:“Het is goed. Doe maar rustig.” fluisterde ik zachtjes maar mijn stem klonk net zo gespannen als het gegrom van de hond.
"Het is goed, doe maar rustig," fluisterde ik zachtjes, maar mijn stem klonk net zo gespannen als het gegrom van de hond.
Omdat je twee keer 'raam' gebruikt in dit stukje, krijgt deze zin een kleine make-over (waarbij ik 'ik' ook meteen weer naar achteren haal):Ik schoof voorzichtig het bruine bureau onder het raam en klom erop zodat ik door het raam kon kijken.
Voorzichtig schoof ik het bruine bureau onder het raam en klom erop zodat ik naar buiten kon kijken.
Die twee zinnen zou ik aan elkaar koppelen door middel van eventueel een komma voor 'maar' (en daarbij moet 'maar' dan natuurlijk met een kleine letter beginnen).Ik zat op de eerste verdieping dus de val zou ik overleven. Maar voor Tif zou het gevaarlijk zijn.
'Één' is met alleen maar een streepje op de tweede 'e', als het woord met een hoofdletter begint.Één van die kinderen zou deze slaapkamer in rennen en ons zien als we niet binnen een paar seconde vluchtten.
Stukje 2
Je zou die twee zinnen aan elkaar kunnen voegen met 'maar' als voegwoord. Dat staat naar mijn gevoel iets mooier.“Dat doen we nog wel een keer. Maar zeker niet nu!”
Hier kun je de 'ik' in het eerste deel van de zin voorkomen:Ik zuchtte kort even en besloot dat ik genoeg tegen de hond, maar vooral tegen mijzelf, had gepraat.
Een korte zucht ontvluchte mijn mond en ik besloot dat ik...
Omdat er ook al 'pad' zit in 'zandpad' kun je 'het pad' misschien vervangen door 'de weg'.Het pad was een lang zandpad met aan beide kanten een lange strook gras.
Ik houd het nog even spannend voor mij en ik (of eventueel een ander lid) ga later verder met mijn beoordeling.
Vergeet niet dat onze feedback niet verplicht is. Kijk in elke situatie wel even of je de oplossing ook echt een verbetering vind. Het kan soms zijn dat je iets met een bepaalde reden expres fout hebt gedaan of dat je de oorspronkelijke zin toch mooier vind klinken.
Namens het hele tipex-team nog veel schrijf- en leesplezier!
As the phoenix arises from his ashes...
-
- Potlood
- Berichten: 42
- Lid geworden op: 17 jun 2011 19:08
Heb je verhaal in één keer gelezen!
Super mooi geschreven, en je houdt het boeiend voor je lezer!
Doe zo voort, en ben benieuwd naar het vervolg
Super mooi geschreven, en je houdt het boeiend voor je lezer!
Doe zo voort, en ben benieuwd naar het vervolg

Perhaps the feelings that we experience when we are in love represent a normal state. Being in love shows a person who he should be.
Anton Chekhov
Anton Chekhov
Mijn vervolg van de tipex-feedback:
Stukje 3
De eerste huizen, sinds we het vorige dorp verlieten, kwamen in zicht. Ze waren gebouwd in een moderne bouwstijl en daaruit concludeerde ik dat het een nieuwbouwwijk was van een groter dorp, of misschien zelfs van een buitenwijk van een stad.
Ik ben zelf ook nog niet helemaal te spreken over mijn alternatief. De tweede zin wordt er best lang en vaag door maar misschien kun je met behulp van mijn alternatief en je oude zin tot een nieuwe zin komen.
"Sorry Tif, aan de lengte van de schaduwen te zien, zijn de winkels al dicht." Tif keek me even niet begrijpend aan. Ik aaide hem over zijn kop. "Je hebt gelijk, Tif! Eigenlijk las ik de tijd gewoon af van die kerkklok daar. Theoretisch zou je de tijd ook aan de schaduwen af kunnen lezen, maar ik weet niet precies welke lengte bij welke tijd hoort.
Stukje 4
Het was geen blik van liefde, ook niet van verdriet, het was niet de blik die ze hadden als ze boos waren omdat ik mijn troep niet had opgeruimd. Nee, deze blik zag er uit als haat, pure haat!
...en mijn vader balde zijn vuist om de knuppel.
Da's denk ik gewoon een typfoutje...
"Laat het wat langer duren, dat maakt de ouders bozer." Beide mannen begonnen te lachen
Ongeveer een halfuur heb ik gerend, maar naar mijn gevoel was er een eeuwigheid verstreken op het moment dat ik besloot om terug te keren naar huis...
Zoals je ziet heb ik er meteen de volgende zin een beetje in verwerkt. Kijk maar of je het wat vindt.
Zo ik ben al bijna bijgelezen! De laatste twee stukjes doe ik weer een andere keer.
Namens het hele tipex-team nog veel schrijf- en leesplezier!
Stukje 3
Deze zinnen lopen een beetje vreemd. Het komt onder andere doordat 'andere' een beetje vaag staat, je geen meervoud hebt gebruikt voor 'kwam' en de conclusie die je trekt een beetje vreemd loopt. (Sorry als ik vaag klink, ik kan heel moeilijk zeggen waar het precies aan ligt). Zo zou ik het hebben aangepakt:De eerste huizen, sinds we het andere dorp verlieten, kwam in zicht. Het zag eruit als een nieuwbouwwijk dus dan was dit een groter dorp of was het een buitenwijk van een stad.
De eerste huizen, sinds we het vorige dorp verlieten, kwamen in zicht. Ze waren gebouwd in een moderne bouwstijl en daaruit concludeerde ik dat het een nieuwbouwwijk was van een groter dorp, of misschien zelfs van een buitenwijk van een stad.
Ik ben zelf ook nog niet helemaal te spreken over mijn alternatief. De tweede zin wordt er best lang en vaag door maar misschien kun je met behulp van mijn alternatief en je oude zin tot een nieuwe zin komen.
'Niet dat jij zo heet' komt hier een beetje uit de lucht vallen. Ga maar eens na hoe de gespreksuitwisseling verloopt. Hij heeft nergens gevraagd hoe de jongen heet, hij dacht er alleen maar aan. Ik zou proberen om de vraag hoe de jongen heet ergens in te voegen.“Ja. Nee.. Niet dat jij zo heet maar ik was aan het denken over een schoenenmerk toen jij kwam storen en toen wist ik het weer.”
Ik denk dat je hier 'het prijskaartje' bedoelde.Ik trok het prijskaart van de schoen af en met het muntstuk probeerde ik de streepjescode eraf te krabben.
Dit gaat een beetje snel allemaal. In de eerste zin is hij nog tegen zijn hond aan het praten voor de schoenenwinkel, in de tweede en derde zin is hij op zoek naar een park en in de vierde zin heeft hij hem al gevonden. Probeer bijvoorbeeld door het toevoegen van details (bijvoorbeeld hoe hij door de stad zwerft), of misschien door toevoeging van een flashback, het verhaal op dat punt iets te verlengen. Kun je niets bedenken, begin daar dan op zijn minst nieuwe alinea's, nu zijn de overgangen wat abrupt naar mijn gevoel.“Dat neem ik aan als een 'ja'” Ik zocht naar een groot park om te overnachten, maar die waren er steeds minder in grote steden. Er werd steeds meer plaats gemaakt voor woonhuizen. “Gevonden!”
Het gesprek met Tif loopt wat vreemd. Ik kan moeilijk uitleggen waarom precies. Toch doe ik een poging. Ik denk dat het komt doordat je zegt 'maar wat verwacht je dan ook van een hond' en doordat je de hond vervolgens toch gelijk geeft. Klein ideetje:“Sorry Tif, Aan de lengte van de schaduw te zien zijn de winkels al dicht.” Tif keek me even aan alsof het me niet begreep, maar wat verwacht je dan ook van een hond. “Je hebt gelijk. Ik las het af van die klok daar. Maar je kan het ook zien aan de lengte van de schaduw. Alleen weet ik niet precies welke lengte bij welke tijd hoort.”
"Sorry Tif, aan de lengte van de schaduwen te zien, zijn de winkels al dicht." Tif keek me even niet begrijpend aan. Ik aaide hem over zijn kop. "Je hebt gelijk, Tif! Eigenlijk las ik de tijd gewoon af van die kerkklok daar. Theoretisch zou je de tijd ook aan de schaduwen af kunnen lezen, maar ik weet niet precies welke lengte bij welke tijd hoort.
Stukje 4
Ik weet het niet zeker maar volgens mij mogen 'vrouwen' en 'gil' aan elkaar.Het was een vrouwen gil.
Ik denk dat 'en' in de eerste zin 'er' moet zijn. Verder zou ik het vanaf de tweede zin iets uitbreiden om het gevoel beter uit te drukken. Wat vind je van het volgende alternatief:En was een blik in hun ogen die ik nog nooit gezien had. Het was niet liefde, niet verdriet. Het was niet de blik die je had als je boos was omdat iemand iets niet had opgeruimd. Het zag eruit als haat. Pure haat.
Het was geen blik van liefde, ook niet van verdriet, het was niet de blik die ze hadden als ze boos waren omdat ik mijn troep niet had opgeruimd. Nee, deze blik zag er uit als haat, pure haat!
'Antwoordde' moet denk ik meervoud zijn. Nu lijkt het net alsof die moeder dat zegt.“Het is maar een hond.” antwoordde ze.
Ik zou van 'het', 'de man' maken. Nu lijkt het net alsof 'het' terugslaat op de angst uit de vorige zin. Dan nog iets:Het trok mijn haar verder omhoog en haalde een mes uit zijn riem die hij vervolgens voor me hield. Mijn moeder begon te schreeuwen en mijn vader balde mijn vuist om de knuppel.
...en mijn vader balde zijn vuist om de knuppel.
Da's denk ik gewoon een typfoutje...
De punt aan het einde van het citaat moet een komma zijn. Verder is het wat vreemd omdat eerst de andere man gaat lachen en vervolgens de man die de hoofdpersoon vasthoud ook. Misschien kun je het zo aan pakken:“Laat het wat langer duren, dat maakt de ouders bozer.” lachte de andere man. De man die mij vast hield begon te lachen.
"Laat het wat langer duren, dat maakt de ouders bozer." Beide mannen begonnen te lachen
Die punt aan het einde van het citaat moet weer weg. Verder vond ik het laatste stukje een beetje onrealistisch. Mij lijkt het logischer als ze meteen ziet dat haar moeder geraakt wordt en niet eerst naar haar vader en zichzelf kijkt. Bovendien is het wat vreemd dat ze de dood van haar moeder vergelijkt met de dood van de hond. Natuurlijk is het erger om je eigen moeder dood op de grond te zien dan je hond (hoe goed de band daarmee ook was).“Wij zijn getraind in vechten en jij niet. Nou, hup! Je mag niet kijken naar hoe wij deze mannen in elkaar slaan.” lachte ze en ze ging weer rechtop staan. Ik keek even naar de vertrouwde rug van mijn moeder tot ik een knal hoorde. Ik keek snel naar mijn vader maar hij was niet geraakt. Snel keek ik naar mijzelf, maar er was ook niks aan de hand met mij. Toen pas realiseerde ik het me. Ik keek naar mijn moeder en ze zakte ineen. Er liepen meer tranen over mijn wangen dan toen ik Akita zag liggen.
Over dit zinnetje heb ik ook een paar opmerkingen. 'Gerent' is volgens mij met een 'd' op het eind (niet 100% zeker) en ik vind dat de zinnen niet echt op elkaar aansluiten. Ik geef ook weer eens een poging (waarbij ik meteen 'ik' naar achteren haal):Ik moet minstens een halfuur gerent hebben. Naar mijn gevoel was er een eeuwigheid verstreken.
Ongeveer een halfuur heb ik gerend, maar naar mijn gevoel was er een eeuwigheid verstreken op het moment dat ik besloot om terug te keren naar huis...
Zoals je ziet heb ik er meteen de volgende zin een beetje in verwerkt. Kijk maar of je het wat vindt.
Wat je hier precies bedoelde, begrijp ik niet precies. Hoezo in de hoop dat ik mijn ogen zou openen? Bedoel je dat figuurlijk? Misschien kun je dit kleine stukje beter een beetje herschrijven met andere woorden om te verduidelijken wat je precies bedoelt.In de hoop dat ik mijn ogen zou openen. Dat ik mijn lange haren uit mijn gezicht moet halen en mijn moeder het ontbijt klaar had staan. Maar iedere keer als ik opkeek bleef de situatie hetzelfde. Het muisstille huis, met mijn ouders, roerloos op de grond.
Zo ik ben al bijna bijgelezen! De laatste twee stukjes doe ik weer een andere keer.
Namens het hele tipex-team nog veel schrijf- en leesplezier!
As the phoenix arises from his ashes...
Zo, ik heb je verhaal weer eens gelezen 
Ik heb wel twee opmerkingen:
Misschien was ik te ver gegaan.

Nog steeds vind ik het een heel leuk verhaal! Ik vind het trouwens fijn dat je stukjes niet zo lang zijn, want zo kom ik er lekker snel doorheen.
Je verteld alleen niet zo veel details. Dat is niet erg hoor, maar als je iets meer details verteld, weten de lezers een beetje hoe de omgeving en alle (bij)personages er uitzien. En ik denk (en hoop) dat Youri verliefd is op Lynn, of andersom, dat zou wel schattig zijn! :3
Ik ben benieuwt naar het vervolg, ik wil snel het volgende deel kunnen lezen >.<
Hopelijk komt ie snel!
Nou, nog veel succes met schrijven!
Xxx Aile

Ik heb wel twee opmerkingen:
Misschien was k te ver gegaan.
Misschien was ik te ver gegaan.
Ik snap eigenlijk niet waarom ze Tif chocola laat eten. Want ze weet toch wel dat dat slecht is voor honden?Ik hield de boterham voor de neus van Tif en hij likte de hagelslag van het brood.

Nog steeds vind ik het een heel leuk verhaal! Ik vind het trouwens fijn dat je stukjes niet zo lang zijn, want zo kom ik er lekker snel doorheen.

Je verteld alleen niet zo veel details. Dat is niet erg hoor, maar als je iets meer details verteld, weten de lezers een beetje hoe de omgeving en alle (bij)personages er uitzien. En ik denk (en hoop) dat Youri verliefd is op Lynn, of andersom, dat zou wel schattig zijn! :3
Ik ben benieuwt naar het vervolg, ik wil snel het volgende deel kunnen lezen >.<
Hopelijk komt ie snel!

Nou, nog veel succes met schrijven!
Xxx Aile
"There are many worlds, but they share the same sky —
one sky, one destiny."
one sky, one destiny."
Ik moet alleen de laatste twee stukjes lezen en dan ben ik helemaal bij. Ik vind het tot nu toe echt een heel leuk, maar vooral een zielig veraal. Zeker verder gaan. :')
“When you play the game of thrones, you win or you die.”
Het 1 na laatste stukje:

Zijn*
Dit zijn foutjes die mij zijn opgevallen, dus ik heb geen idee of er nog meer zijn. Ik zoek niet naar de fouten, maar dit stoorde tijdens het lezen.
Ook wil ik even zeggen dat voor "of"geen komma mag. Dus: zullen we naar de stad gaan of naar het dorp. [voorbeeld]
Nou, nu ga ik het laatste stukje lezen!
Volgens mij moet 'mijn' in 'zijn' veranderd worden. Dat weet ik niet zeker, maar het lijkt me zo vreemd als Youri op Lynn's knieën gaat zitten?De persoon ging op mijn knieën zitten en friemelde in mijn haar.

Hij hartslag werkte net zo kalmerend als die van Tif
Zijn*
Dit zijn foutjes die mij zijn opgevallen, dus ik heb geen idee of er nog meer zijn. Ik zoek niet naar de fouten, maar dit stoorde tijdens het lezen.
Ook wil ik even zeggen dat voor "of"geen komma mag. Dus: zullen we naar de stad gaan of naar het dorp. [voorbeeld]
Nou, nu ga ik het laatste stukje lezen!

“When you play the game of thrones, you win or you die.”
Het laatste stukje:
Dat hoef je niet persé te veranderen. Het is enkel een tip.
Ik vind het echt een heel leuk verhaal!
omdat* Ook vind ik de zin niet zo lekker lopen, misschien kan je het beter veranderen in: Hij vertelde zelf dat hij zijn familie verlaten had, omdat zij hem niet steunden.Zelf had hij erover dat hij niet bij zijn familie wilde zijn om dat die hem niet steunden.
Dat hoef je niet persé te veranderen. Het is enkel een tip.
ik*Misschien was k te ver gegaan.
Ik vind het echt een heel leuk verhaal!

“When you play the game of thrones, you win or you die.”
Hey!
Het is een erg leuk verhaal om te lezen en het begint ook spannender te worden
Je weet de personages goed te beschrijven. En het verleden van het meisje heb je goed uitgewerkt, ondanks je verteld hebt wat er is gebeurd, is het nog steeds mysterieus en ben ik erg benieuwd naar de 'waarom'
Schrijf snel verder!
Het is een erg leuk verhaal om te lezen en het begint ook spannender te worden

Je weet de personages goed te beschrijven. En het verleden van het meisje heb je goed uitgewerkt, ondanks je verteld hebt wat er is gebeurd, is het nog steeds mysterieus en ben ik erg benieuwd naar de 'waarom'

Schrijf snel verder!
- Never give up on anything, because miracles happen every day -
My head is a jungle...
My head is a jungle...