Winnaar wedstrijd 17: Cubiculum Nephilia

Hier worden de winnaars van de gehouden wedstrijden aangekondigd. Ook kun je hier hun verhaal nog eens rustig doorlezen.

Moderator: Patrick

Plaats reactie
Gebruikersavatar
Patrick
Beheerder
Beheerder
Berichten: 1902
Lid geworden op: 05 feb 2008 18:39
Locatie: Zuid-Limburg
Contacteer:

Voor wedstrijd 16 hadden we drie mooie inzendingen die alle drie handelden over valentijnsdags. De drie schrijvers hebben elk een juryrapport ontvangen van de moderators en reacties van enkele leden. Ook dit maal gaan we het op dezelfde manier aanpakken!

Wedstrijd 17

De Mona Lisa

Afbeelding
We kennen allemaal het beroemde portretschilderij van Leonardo Da Vinci wel: de Mona Lisa. Het zestiende eeuwse schilderij wordt af en toe benoemd als het mooiste, maar vooral meest mysterieuze schilderij allertijden.

De opdracht van deze schrijfwedstrijd is op een zo orgineel mogelijke manier het mysterie van de Mona Lisa te vertellen: wie was ze? Waar kwam ze vandaan? Waarom staat ze op het schilderij? Probeer haar een zo leuk en spannend mogelijk mysterie te geven!

Jullie verhalen zullen beoordeeld worden op:
  • Orginaliteit
  • Inhoud
  • Stijl
  • Spelling en grammatica
Het is mogelijk om jullie verhalen vanaf vandaag in te zenden in dit topic. Zowel de moderators en de leden geven punten en feedback.

Er is een maximum aantal woorden van 5000, probeer je hier zeker aan te houden. Het is belangrijk dat je je aan de opdracht houdt!

De inzending sluit op zaterdag 21 mei om 23:59:59! Te laat is te laat!

LET OP!! Sinds enkele maanden is er een nieuw reglement voor de wedstrijden. Klik hier!

VEEL SUCCES!
Why are you so frightened? Have you no faith?
Gebruikersavatar
Cubiculum Nephilia
Typmachine
Typmachine
Berichten: 1270
Lid geworden op: 19 okt 2007 15:29
Locatie: Hell

Ik kreeg gelijk een idee bij het lezen van deze wedstrijd. Dus ik doe mee en hierbij ook gelijk mijn inzending. Ik heb mijn verhaal deels gebaseerd op feiten, maar ook op roddels, en dat samen geplakt met mijn fantasie.
Aantal woorden: 2159
Dit is direct geschreven, zonder na te lezen. Mijn eigen fouten zie ik toch zelden :P. Dat is geen arrogantie, maar elke schrijver/schrijfster is blind voor zijn/haar eigen fouten. Aan jullie die eerzame taak. :mrgreen:
Er zitten wat Italiaanse kreten in, maar die zullen niet storen. Het zijn simpele woordjes. Hun betekenis is snel achterhaald.
__________________________________________________

De Mona Lisa


‘Meester Leonardo! Meester Leonardo!’, riep Gian door de vertrekken van het huis, terwijl hij overal zocht.
Echter leek de kunstenaar niet binnen te zijn. Daarom probeerde de jongeman met bruine krullen het in de tuin naast het huis. Daar vond hij zijn meester aan het werk. Een canvas van ongeveer zestig bij vijftig centimeter stond op een ezel. Het doek was vol met schetsen, en enkele delen waren al opgevuld met verf.
Stilletjes liep Gian nader. Het was nooit verstandig om meester Leonardo te storen als hij zo geconcentreerd bezig was. De man met zijn immer rode baret keek afwisselend van het doek naar iets wat Gian nog niet duidelijk kon zien. Pas toen hij dichterbij was, zag hij dat Marco als model zat. Marco was een pupil van Leonardo, net als hijzelf. Enkel had Marco lange blonde lokken.
Kort voelde Gian een steek van jaloezie. Was hij hierom naar Cesare Borgia gestuurd? Zodat Marco model kon zijn? Gian snoof even, maar vermande zich. Hij wist beter. Hij was de favoriet van hun meester, niet Marco. De jongeman sloop dichterbij tot hij links achter Leonardo stond.
‘Meester Leonardo’, sprak hij zacht met een zangerige stem.
Leonardo had net zijn volgende strijk willen aanbrengen met zijn penseel, maar stopte halverwege bij het horen van Gian zijn stem. Een vluchtige glimlach gleed over zijn gezicht, voordat de kunstenaar zich met een ernstige blik tot zijn leerling wendde.
‘Wat is er, Salai?’, vroeg hij.
Zijn stem klonk vermoeid. Dat was iets waar Gian zich zorgen om maakte. Sinds de opdrachten van Cesare Borgia leek zijn meester zichzelf niet meer.
‘Je weet dat ik niet graag gestoord wordt tijdens mijn werk, Salai’, vervolgde Leonardo.
‘Mijn oprechte excuses, meester.’Gian neeg het hoofd lichtjes. ‘Maar ik heb woord van de Borgia.’
De oudere man slaakte een zucht. Hij legde zijn penseel neer en wreef even over zijn gezicht.
‘Is de boodschap zo dringend?’, vroeg de kunstenaar geërgerd.
Gian wist zeker dat die ergernis niet door hem kwam, maar door het horen van de naam Borgia.
‘Cesare heeft een nieuwe opdracht voor u, meester Leonardo,’ sprak de jongeman voorzichtig.
‘Het zal eens niet zo zijn’, mompelde Leonardo. ‘Wat moet hij deze keer? Heeft hij nog niet genoeg wapens voor het zaaien van dood en verderf?’ De ergernis in zijn stem klonk nu vele malen groter.
‘Zijne heerschap wenst geen nieuw ontwerp ditmaal, maar een schilderij. Hij wilt schoonheid voor aan de muur van zijn persoonlijke vertrek. Vrouwelijke schoonheid het liefst’, zei Gian, terwijl hij met zijn handen de vormen van borsten benadrukte.
Leonardo zuchtte nogmaals.
‘Prima. Prima. Niemand kan immers de Borgia iets weigeren’, mijmerde hij al nadenkend over een mogelijk model en setting. ‘Zeg Cesare dat ik dan wel een voorschot nodig zal hebben voor kleding en verf’, zei de oudere man op het moment dat hij Gian weer aankeek.
‘Ik zal de boodschap overbrengen, meester.’ Gian boog lichtjes.
Hij wilde zich al omdraaien en weglopen, toen zijn meester weer sprak:
‘En Salai,’ hun blikken hielden elkaar even vast, ‘geen uitstapjes deze keer’, klonk Leonardo streng.
‘Ik zal niet afwijken van mijn doel, meester’, beloofde de jongeman op zoete toon.
Een ondeugende glimlach speelde al om zijn lippen. Beiden wisten op voorhand dat Gian zich niet aan die belofte zou houden. Kort blikte hij naar Marco die nu ongeduldig zat te wachten. De glimlach vertrok kort naar een grijns, alvorens Gian zich op zijn hakken omdraaide en de tuin uitbeende.

De jongeman, met bruine krullen en ogen zo donker als kersenhout, liep achter zijn meester Leonardo aan door de straten van Florence. Gian was met een lederen buidel teruggekeerd van Cesare Borgia. Er zaten honderd achtennegentig florijnen in, plus een paar lire. Leonardo wist zeker dat Gian toch een uitstapje had gemaakt. Waarschijnlijk had de jongeman zich tegoed gedaan aan wijn.
Zo bewees Gian nog maar eens dat de bijnaam Salai hem perfect paste. De bijnaam had hij verkregen na een jaar bij Leonardo te hebben gewoond. Het betekende “kleine duivel”, precies wat de jongeman in werkelijkheid was. Hij steelde, loog, was koppig en had een vraatzucht die enkel de omschrijven viel als een hoofdzonde.
Het tweetal arriveerde bij een kleermaker die een goede naam had in de stad. Leonardo zorgde dat Gian als eerste naar binnenliep, zodat hij zeker wist dat de deugniet nergens anders naartoe zou gaan.
‘Salve, messer Leonardo!’, begroette de kleermaker hen.
Omdat Gian maar een leerling was, werd hij nooit direct aangesproken als zijn meester erbij was. Hij vond het niet erg. Wel knikte hij de man nog kort beleefd toe. Het gebaar werd beantwoord met eveneens een knikje, waarna de aandacht weer volledig naar Leonardo ging.
Leonardo nam niet de tijd om mee te doen aan de beleefdheden, maar ging direct tussen de jurken, broeken en stoffen opzoek naar iets wat zou passen bij het beeld wat hij in zijn hoofd had. Zijn gedachten waren bedwelmd met het idee van een persoon met een zacht, rond gezicht. Daarnaast moest de schone iets degelijks aan hebben. Ook al hield Cesare van volle decolletés.
Zo was de visie van Leonardo niet wat schoonheid betrof. Hij had niks met het vrouwelijke geslacht. Zelf gaf hij de voorkeur aan mannen met vrouwelijke charmes. Androgene personen, om het maar te benoemen.
‘Zoekt u iets speciaals?’, vroeg de kleermaker handwrijvend.
De man had de geldbuidel opgemerkt en wist zeker dat er vandaag wat te verdienen viel. Een tijd lang bleef het stil. Leonardo antwoordde de man nog niet. Pas toen het beeld duidelijk was gevormd, sprak hij.
‘Ik zoek een jurk. Niet te opvallend’, kwam het nog wat bedenkelijk over zijn lippen.
De kleermaker probeerde met de oudere man mee te denken.
‘Wilt u iets in aarderood misschien? Of oranjebruin? Dat zijn zachte kleuren, mijnheer.’
Gian keek zwijgend toe. Hij wist al direct bij het zich van zijn meester zijn blik dat de kleermaker de plank volledig missloeg.
‘Geen monotone kleuren’, bromde de meester, terwijl hij wegwuivende gebaren maakte richting de jurken die de kleermaker toonde.
‘Wat dacht u dan van rood met roze tinten?’, probeerde de man.
Hij wilde deze klant absoluut niet verliezen. Gian besloot om hem wat te helpen. Hij liep verder het winkeltje in en keek rond. Zijn blik bleef na een tijdje grondig zoeken, hangen op een donkergroenige jurk met bruine tinten, bruine pofmouwen en dunnere mouwen die een donkere zandkleur hadden.
‘Meester, wat dacht u van deze?’, riep Gian de winkel in.
De jonge leerling plukte het kledingstuk tussen de rest uit en liep ermee naar Leonardo. Zijn meester wendde zich tot hem. Er veranderde iets in zijn ogen toen de jongeman met de jurk naar hem toeliep. Een glinstering verscheen in de diepgelegen groene ogen. Gian herkende de blik. Zo keek meester Leonardo vaker als hij een briljante ingeving kreeg.
Met haastige stappen kwam de kunstenaar dichterbij. Hij griste het kledingstuk uit zijn leerling zijn handen en riep tegen de kleermaker:
‘Hoeveel voor de jurk?!’ Het enthousiasme kon de man nauwelijks verbergen.
Verbaasd keek de kleermaker ernaar. Het was een oude jurk die niemand scheen te willen, maar Leonardo leek er vol van te zijn.
‘Voor honderd florijnen is hij voor u’, antwoordde de man, terwijl hij met een schattende blik naar de geldbuidel keek aan de kunstenaar zijn gesp.
‘Prima! Dan wil ik er ook nog een donkerbruine, doorzichtige, zijden sluier bij’, ratelde Leonardo gelijk verder. ‘En een lap van hetzelfde, maar dan groot genoeg om als mantel te dienen.’
Verbluft liep de kleermaker naar zijn rollen stof. Hij sneed de juiste hoeveelheid af voor de mantel, en werkte de gerafelde kant netjes af. Voor de sluier keek hij tussen de lappen die al gereed waren om verkocht te worden. Er lagen niet veel kleuren meer, want kleur was de laatste tijd zeer populair geworden. Een donkere sluier was dan ook geen probleem.
‘Va bene, hier zijn uw spullen.’ De kleermaker liep met de spullen naar het tweetal toe.
Hij overhandigde alles aan Gian en richtte zich toen tot Leonardo. Nog voordat hij de uiteindelijke prijs had kunnen uitspreken, drukte de oudere man het buideltje munten in zijn handen.
‘Mille grazie!’, was alles wat de kunstenaar nog zei, voordat hij de winkel verliet.
Gian knikte de kleermaker nog enkel toe, en volgde zijn meester snel.
‘Arrivederci!’, riep de man hen na.
Hij klonk vrolijk, misschien wel iets té vrolijk. Gian herkende de toon, maar hij maakte zich er niet druk om. Zijn grijns werd enkel breder bij het horen van een dergelijke toon. De jongeman wist dat handelslieden misbruik maakten van Leonardo’s enthousiasme, daarom zorgde hij ervoor dat ze bedrogen uitkwamen. Evenals nu. De kleermaker dacht een volle buidel te krijgen. De werkelijkheid was minder waar.
Toen zijn meester, Leonardo, in al zijn opgewondenheid de jurk in handen nam, deed Gian een flinke greep in de buidel. Wat de werkelijke prijs had mogen zijn van de kleding wist de jongeman niet. Wel wist hij dat de kleermaker zeker minder kreeg dan dat de man had verwacht.

Eenmaal terug in het huis van Leonardo, feitelijk zijn werkplaats, moest Gian gelijk aan de slag. Zijn meester zag het al helemaal voor zich en er moest gewerkt worden zolang de inspiratie er nog was. Terwijl de kunstenaar de juiste spullen pakte, kleedde de jongeman zich om.
Gekleed in de jurk kwam Gian weer tevoorschijn. Leonardo keek op toen hij voetstappen hoorde. Voor een moment was hij compleet overrompeld. Hij zag zoveel schoonheid. Soms leek zijn Salai toch meer op een Engel dan een kleine Duivel. Het was ook met die reden dat Gian het vaakst model zat voor schilderwerken. Favorieten van Leonardo waren Johannes de Doper en Sint Sebastiaan. Daarin kwam de schoonheid van Salai echt naar voren, en Leonardo wist zeker dat het bij dit schilderij nog beter zou zijn.
Gian nam plaats op een stoel zoals zijn meester hem instrueerde. Hij rustte zijn armen op de leuningen, keek richting Leonardo en wachtte af. Zoals verwacht was het nog niet perfect. De kunstenaar liep vanachter zijn ezel vandaan. Hij had de mantel ter handen genomen en drapeerde deze om Salai heen. Vervolgens deed de oudere man een stap naar achteren, maar hij leek nog niet geheel tevreden. Hij haalde een kam met een kom water, en begon het haar van zijn leerling te modelleren.
Van bovenaf moest het haar meer glad zijn vond hij. De krullen die daar anders zaten, moesten lager beginnen. Dat zou beter staan. Toen Leonardo tevreden was over Salai zijn haar, maakte de oudere man het af met de sluier. Perfectie. Opgewonden liep hij terug naar zijn paneel van populierenhout. Direct begon hij te schetsen.
Na de schetsen ging de kunstenaar direct over op de olieverf. Dit was zijn moment. Het zou een meesterwerk worden. Gian merkte het enthousiasme op en kon niets anders doen dan erom glimlachen. Hij probeerde het in te houden, maar het was gewoon onmogelijk. Hij mocht zijn meester graag. De man die hem in huis had genomen, had gevoed en verzorgd.
Gian wist dat dit het bewijs was van Leonardo zijn liefde voor hem, zelfs na alle problemen die hij de oudere man had bezorgd. Het was om die liefde dat hijzelf net zo goed voelde. Met name op dit soort momenten, en dan kon hij het gewoon niet verbergen.

Leonardo maakte de opdracht af. Hij schilderde schoonheid. Pure schoonheid. Zelfs de glimlach die Salai hem tijdens het schilderen had geschonken. Misschien was het wel juist die glimlach die het werk tot een meesterwerk maakte. Aldus de kunstenaar hemzelf. Het was eigenlijk zonde dat zoiets moois verspild zou worden aan een wrede man als Cesare Borgia.
Het moeilijkste werd om een passende naam te verzinnen voor zijn schilderij. Gian zat nog model, terwijl Leonardo peinsde over een titel. Hij had Salai zo vrouwelijk mogelijk geschilderd zonder afbreuk te doen aan de mannelijke schoonheid. Misschien iets met Madonna erin? Nee, al zoveel werken heetten Madonna. Sowieso, dadelijk dacht iemand nog dat het ging over dé Madonna.
Wat waren andere woorden voor vrouw? Misschien iets exotisch? Mona. Dat betekende ook vrouw. Het kwam helemaal uit Ierland. Nu Leonardo er goed over nadacht, het betekende zelfs “nobele vrouw”. En zij zag er zeker nobel uit. Nu nog een naam. Met samen geperste lippen bleef de kunstenaar naar zijn werk kijken. Eventjes wierp hij een blik op zijn leerling.
Was er geen manier om zijn naam in het schilderij te verwerken? Immers kwam alle eer eigenlijk aan zijn Salai toe. Hm, misschien was dat iets. Leonardo liep weg van zijn werk en zocht een stuk perkament. Hij pakte zijn veer erbij. Eerst noteerde hij de naam Salai. Vervolgens noteerde hij het in spiegelschrift; Ialas. Nee, dat was geen naam. Wat dan? Leonardo staarde zich blind op de naam van zijn leerling. Plots trof het hem als bliksem bij heldere hemel.
Leonardo koos enkele letters uit van de naam, en zette ze in een logische volgorde neer. Nu had hij een naam; Lisa. Zijn werk was compleet. De Mona Lisa.
"You can't start the next chapter of your life,
if you keep re-reading the last ones..."
Gebruikersavatar
Patrick
Beheerder
Beheerder
Berichten: 1902
Lid geworden op: 05 feb 2008 18:39
Locatie: Zuid-Limburg
Contacteer:

Herinnering: de inzenddatum is deze zaterdag al! Mensen die hun verhaal nog willen inzenden, let op jullie tijd!
Why are you so frightened? Have you no faith?
rhodetjuh
Puntenslijper
Puntenslijper
Berichten: 11
Lid geworden op: 31 mei 2011 18:45

Kan je iets winnen? ;$ deze keer doe ik niet mee, ik weet niet zoveel van de Mona Lisa, misschien de volgende wedstrijd...
Jaloezie is een ziekte, beterschap bitch.
Plaats reactie

Terug naar “Winnaars!”