
Het vervolg zal nog wat duren, ik krijg het maar niet goed geschreven
rede = redendat is de rede dat
dichter = dichterbijEén stap dichter en ik vermoord je te plekken
zit = zittengaat naast hem op de grond zit.
word = wordtRick merkt dat de klas wat angstig word.
word = wordtHij zelf daar in tegen word steeds bozer en bozer.
draaid = draaitRick moet zijn ogen sluiten want alles draaid voor zich.
draaid = draaitRick draaid zich met een ruk om naar Griffen
meend = meentmaar door de blik in Ricks ogen weet hij dat Rick het echt meend.
kettings = kettingen / kettinkjesmet zowel aan de vest als aan de broek dunne kettings.
leid = leidtleid meneer Timo hen naar hun verblijf
schoolieren = scholieren“Schoolieren? Dat is goed nieuws.”
een pelgrim roete = een pelgrimsrouteeen pelgrim roete die tot boven aan de bergen gaat.
scheeld = scheelt“Wat scheeld er?”
duizeld = duizeltAlles duizeld voor hem
word = wordtRick word stilaan wakker.
vermijd = vermijdtvermijd hij lichaamelijk contact
word = wordtmaar word vast gegrepen
tinteld = tinteltHeel zijn lichaam tinteld
logies = logischhet klinkt Rick echt niet logies
weekselijks = wekelijksBijna weekelijks kwamen er om mij uit je te krijgen
vind = vindtwat Rick niet erg vind
vreeselijk = vreselijkeeen vreeselijk straatbende was
zwerfd = zwerftzwerfd Rick rond in de stad.
sputterd = sputtertde rechterhand sputterd tegen.
houd = houdthoud zijn adem in
word = wordtde jongen die bewusteloos achter word gelaten.
medelijde = medelijdenhij had ook geen medelijde met jou
kan je uitleggen wat je bedoelt met de clichematig? snap het niet echtyociame schreef:Ik vind het heel leuk dat rick slecht is geworden, niet clichematig en zo.
gefrustreert = gefrustreerdschreeuwt Rick gefrustreert.
rede = redderede uit die gevangenis.
verzekeer = verzekerIk verzekeer je dat
verrandert = verandert (& veranderen)verrandert van onderwerp.
verranderen je ogen van blauw naar zwart
draaidt = draait (stam van draaien is draai, plus een t)Rick draaidt zich om naar de spiegel.
vernietigd = vernietigtEr zal dan meer vernietigd worden
Volgende morgend = De volgende morgenVolgende morgend ontbijt hij snel
Je kruipt onder iets door en je klimt er overheenwaar hij weer over het hek kruipt.
herkkenen = herkennengaan herkkenen als Rick
winkeld = winkelt (als het in de tegenwoordige tijd is, komt er een T bij, nooit een d, dat is alleen in de verleden tijd en wanneer het een voltooid deelwoord iswinkeld gewoon verder.
fluisterd = fluistertfluisterd iemand en Keneth begint te lachen.
Fluisterd Rick in de man zijn oor,
“Hoe deed hij dat?” fluisterd iemand.
“Hij is geen mens.” Fluisterd een ander.
verwaring = verwarringEr verschijnt vewaring
volgend = volgendeZe spreken af voor het volgend weekend
naar het volgend weekend
gefluisterd = gefluistert, word = wordtroept meneer Drioc wanneer het er steeds gefluisterd word vanaf dat hij zijn rug naar de klas keert
vanaf = toen / op het moment datIedereen die moeilijk deed bezweek al snel vanaf ze Rick zagen.
verranderd = veranderdOok al is hij verranderd,
mompeld = mompeltMompeld meneer Timo
sterft = sterf“Als je dit doet sterft ik.”
belooft = beloofd (voltooid deelwoord -> heb beloofd)maar ik heb Black belooft
doofd = dooftmaar die doofd nog voor
gewaagt = gewaagdeen erg gewaagt plan.
daat = daarHet zit daat vol met mannen in het zwart
houd = houdtKeneth houd Rick tegen.
verwaring = verwarringwe kunnen alle verwaring goed gebruiken
het." Zegt = het," zegt (staat nog een aantal keer in je tekst. De zin loopt door omdat Peter iets zegt“Denk het.” Zegt Peter
willen = wil (een stelletje jongeren is een groep en een groep wordt als enkelvoud aangesproken. )een stelletje jongeren willen de school binnen dringen.
electrice = elektrischekrijgen electrice schokken vanaf dat ze hem aanraken.
tegen over = tegenovermet de twee mannen tegen over hem
in Zephyrs houding tegen over hem.
dicht bij = dichtbijVanaf dat er iemand te dicht bij
zephyr = ZephyrHet lijkt wel als of zephyr Ricks bodyguard
Rick is blij dat hij op zephyr kan
school gebouw = schoolgebouwbij het school gebouw
door zoek = doorzoek“Door zoek elke plaats!"
geslaan = geslagengeslaan hebben
gerent = gerend (Ken je 't exkofschip? Als de laatste letter van een stamwoord (bij voorbeeld ren, hier dus de N) niet in het 't exkofschip zit, dan komt er in de verleden tijd en voltooid deelwoord een D. Zit de letter er wel in, dan wordt het een Tzes leerlingen naar hen toe gerent.
terein = terreindit terein
vind = vindtmaar vind dat deze mens
uitdaaging = uitdagingdat ik zijn uitdaaging aan neem
houd = houdthoud Rick zijn vuist tegen.
dood = doodtzo maar dood
radeloosaan = radeloos aanDimitri radeloosaan.
gezecht = gezegdEerlijk gezecht kijk ik erg naar je op
opend = opentopend staan ze hard.
vind = vindttot hij ons vind.
hen = hunkunnen jullie hen krachten gebruiken.”
getoont = getoond (heeft getoond)Dimi heeft me getoont dat er
tegen stander = tegenstanderZijn tegen stander probeert
voor deel = voordeelDat kunnen we als voor deel gebruiken.
geluistert = geluisterd (geluisterd hadden)Als die domkoppen gewoon geluistert hadden
Hoort Logan het verkeerd of bedoel je "welke opstand"“Hoe gaat het met de opstand?” zegt Rick en Logan stopt met lachen.
“Wat opstond?”
dat Logan = die Logan & afschoot = afschietRick ontwijkt net optijd een straal ijs dat Logan op hem afschoot.
linker been = linkerbeensteekt in zijn linker been.
Misscien = MisschienMisscien moet ik dat ook eens proberen.
De gene = degeneDe gene die het op zegt verliest een deel van zijn levenskracht.
schermen = beschermenIk weet hoe ik me er tegen moet schermen dus ik heb er geen last van.
rechter hand = rechterhandZephyr pakt Ricks rechter hand
het zelfde = hetzelfdeZephyr ziet er nog het zelfde uit
efect = effectook een efect?
voor dat = voordat & gezecht = gezegdVoor dat meneer Timo naar Rick ging had hij Black gebeld en gezecht dat hij naar Nr.26 zou gaan om de demon uit hem te halen.
de gene = degeneHij is de gene die me uit dat gevang gered heeft.
veraden = verradenzal hij Rick veraden of in de steek laten.
denk = denktDenk Black en neemt een papier uit zijn zak en begint een rym op te zeggen
schud = schudtBlack schud zijn hoofd.
neer gehaalt = neergehaald (wordt neergehaald)maar hij wordt door de grote waterkanon neer gehaalt
hoord = hoortWacht tot je dit hoord:
vreeselijk = vreselijkZo vreeselijk is hij nu ook weer niet.
schud = schudtBlack schud zijn hoofd
rechter hand = rechterhandRick richt zijn rechter hand
gelieft = geliefd (is geliefd)maar is ook erg gelieft bij de mensen in het land.
berijken = bereikenWie het probeert te berijken komt weer terug hier uit
zoek tocht = zoektochtde zoekt tocht naar die gevangenis
flusiterd = fluistertFluisterd de man.
overleeft = overleefd (overleefd hebben) & gevoelt = gevoeld (gevoeld heeft)“Die monk is taai, hij zal het wel overleeft hebben.” Zegt Zephyr, die Black en de andere monnik gevoelt heeft.
rend = rentsamen met Zephyr rend hij naar binnen.
rijd = rijdtErgens in een dicht bos rijd er