Macht heeft een prijs
Geplaatst: 02 feb 2013 23:58
Opdracht: Een ambitieuze jonge tovenaar heeft een nieuwe manier gevonden om magie te gebruiken die veel krachtiger werkt dan alles wat men tot dan toe gewend was. Maar hij vindt langzamerhand uit dat zijn uitvinding een hoge prijs heeft...
MarquiseCarabas: Ik heb geprobeert me aan je opdracht te houden, ik hoop dat het me een beetje gelukt is.
Ben heel slecht in korte verhalen te schrijven, ben meer gemaakt denk ik voor lange verhalen.
----------------------------------------------------------------------------------------------
In de hoogste toren van een het tovenaarshof zit een jongeman een groot, dik en stoffig boek te lezen wanneer de deur open gaat en er een oude man binnen strompeld.
“Meester!” roept de jongeman en springt recht om zijn meester in bed te helpen.
“Rustig maar Draziw, ik ben alleen maar wat uitgeput.”
“U heeft weer te veel magie gebruikt.” Zucht Drizaw en begint snel thee te maken.
“Is die spreuk dan zo moeilijk?” vraagt Drizaw even later als ze aan het drinken zijn. Zijn meester staart in zijn kopje en knikt.
“We zijn gewoon niet krachtig genoeg.” Zucht de meester waardoor Drizaw hem verbaasd aankijkt.
“Niet krachtig genoeg? Dat meent u toch niet meester, jullie zijn wel met twintig en jullie zijn de sterkste tovenaars van het land.”
“Toch zijn we niet sterk genoeg.”
“Doe de spreuk dan niet.”
“Drizaw! We moeten wel als we dit jaar stand willen houden tegen de andere landen.” Drizaw staat zwijgend op.
“Slaapt u maar meester, dan kunt u morgen weer vol kracht aan het werk.” De oude man knikt en legt zich neer. Even later klinkt er zacht gesnurk door de kamer. Drizaw kijkt naar zijn meester en zucht. –Hij is te oud voor dit. En als wat hij zegt waar is halen we nooit het volgende jaar.- denkt Drizaw. Ieder jaar is er een groot toverduel tussen de twintig sterkste tovenaars van elk land. Drizaws land heeft het tot nu toe altijd gehaalt, maar dit jaar ziet er naar uit dat de andere landen veel sterker zijn dan vorig jaar. Dus hebben de tovenaars besloten om een oude spreuk te gebruiken, maar die blijkt te veel magie te verbruiken en de tovenaars hun magie is ook niet krachtig genoeg.
-Ik moet iets vinden om krachtigere magie te gebruiken.- denkt Drizaw en krijgt dan een idee. Hij pakt het oude boek dat hij aan het lezen was en begint er in te bladeren.
“Allee, waar stond dat ook al weer?” mompelt hij en blijft door bladeren.
“Aha! Gevonden.” Met een plof legt hij het boek op de tafel en bekijkt de pagina goed. Het is eigenlijk een soort sprookjesboek, maar in dat boek komt een tovenaar in voor die magie op een vreemde mannier gebruikt.
Normaal moet iedere tovenaar een stok of staf hebben waarmee ze magie gebruiken, en alleen de sterkste kunnen het zonder. Alleen in dit verhaal heeft de tovenaar een soort drankje dat er voor zorgt dat hij veel sterkere magie kan gebruiken.
“Ik ga dat maken en dan winnen we zeker dit jaar.”
Weken aan een stuk probeert hij verschillende ingrediënten, maar het mislukt steeds. De eerste keer ontplofte heel het ding en de tweede keer kleurde heel zijn huid paars. Na een poosje gaf hij het op.
“Waarom zo een lang gezicht Drizaw?” vraagt zijn meester.
“Ik probeer een drankje je te maken, maar ik heb niet de juiste ingrediënten.”
“Ga ze dan zoeken.”
“Maar waar? Ik heb al overal gekeken en al alles geprobeert.”
“Zeker weten?” Drizaw knikt.
“Van keukenzout tot vogelstront. Niets werkt.” Even is het stil, dan pakt Drizaws meester een papier en schrijft er iets met krullige letters op.
“Hier, ik geef je toestemming om buiten de poorten te gaan.” Drizaw kijkt verbaasd van het papier naar zijn meester.
“Echt?”
“Ja, je hebt al genoeg hier boven gezeten. Ga wat van de wereld genieten en vind je ingrediënten.” Drizaw rukt het papier uit zijn meesters handen en springt een gat in de lucht van vreugde.
“Wees wel optijd binnen!” roept zijn meester nog en schudt lachend zijn hoofd.
“Het is toch zo een goede jongen, hij verdient het.”
Buiten toont Drizaw het papier aan de wacht en de poort wordt open gedaan.
“Eindelijk.” Zucht hij en stapt met een geheven hoofd door de poort, die achter hem terug in het slot valt.
“Yeey! Ik ben eindelijk na die zes jaar buiten!” roept hij vol vreugde en gaat opzoektocht naar voorwerpen die lijken op de ingrediënten in het boekje.
Jammer genoeg heeft hij tegen de middag nog niets gevonden. Hij laat zich op grond zakken en trekt zijn schoenen uit.
“Man, ik moet echt vaker stappen.” En hij kijkt naar zijn knal rode, wat opgezwollen, voeten.
“Wel wel wel, wat hebben we hier. Een jonge tovenaar.” Drizaw draait zich geschokken om en ziet achter hem een man staan die een langemantel, met en kap die zijn gezicht verbergt,aan heeft .
“Wat doet een tovenaar zo jong als jij alleen buiten het tovenaarshof?”
“Ik zoek ingrediënten voor een drankje.”
“Een drankje?”
“Ja, het zou er voor moeten zorgen dat je veel krachtigere magie kunt gebruiken dan normaal.” Drizaw toont de bladzijde in het boek en er verschijnt een glimlach op de man zijn gezicht.
“Wat een toeval, ik heb die ingrediënten.”
“Echt! Hoeveel wil je er voor?”
“Niets, buiten dan dat je dit papiertje tekent.”
“Wow, dat is zo vriendelijk van u.” Snel ondertekent Drizaw het papier, zonder het te lezen, en krijgt een zakje met al de ingrediënten.
“Echt erg bedankt. Zou ik u naam mogen...” Tot zijn verbazing is de man nergens te bespeuren.
“Dan niet.” Snel trekt hij zijn schoenen weer aan en keert terug naar het tovenaarshof, waar hij direct aan het drankje werkt. –Nu nog een proefkonijn vinden.- denkt Drizaw en krijgt dan een idee. Die avond moet zijn meester weer verder werken aan de zware spreuk en voor dat hij vertrekt maakt Drizaw thee klaar. In zijn meester kopje doet hij een scheutje van het drankje. Zijn meester merkt er niets van, drinkt het op en vertrekt naar beneden. Al wat Drizaw nu kan doen is wachten.
“Drizaw! Drizaw!” Iemand komt roepent naar boven.
“Wat is er?”
“Kom snel, je meester is onwel geworden.” Snel gaan ze naar beneden, waar zijn meester op de grond ligt.
“Meester!” snel hurkt Drizaw naast zijn meester.
“Wat is er gebeurt?”
“We begonnen met de spreuk toen je meester opeens veel sterkere magie gebruikte dan we ooit gezien hebben.”
“Maar vlak daarna greep hij naar zijn hart en viel op de grond.” Er komen twee mannen in het wit gekleed naar binnen en brengen Draziws meester naar de ziekenboeg.
“Het spijt ons zo van je meester. Laten we hopen dat het niet al te erg is.” Maar Drizaw denkt helemaal niet aan zijn meester. –Je meester opeens veel sterkere magie gebruikte.- De woorden galmen door zijn hoofd en er verschijnt een glim op zijn gezicht. –Het is gelukt.-
Hij haast zich terug naar de kamer en kijkt in de zak, die tot zijn verbazing weer vol zit. Hij maakt een grote portie drank en weer is de zak vol.
“Ik kan dit verkopen en dan wordt iedereen sterker. We gaan dit jaar zeker winnen.” Lacht Drizaw en hij begint een voorraad aan te maken.
In het begin twijfelt iedereen, maar wanneer ze het super resultaat zien kopen ze het meteen. Al snel gebruikt iedere tovenaar en niet tovenaar het drankje. Drizaw wordt geprezen door iedereen en hij is dol gelukkig. Tot dat er vreemde gebeurtenissen gebeuren.
Het begon met één geval. Een oude vrouw had het drankje gekocht en opgedroken. Ze gebruikte de magie, maar daarna kreeg ze een hartaanval en stierf. Niemand zocht er iets anders achter, ze was oud en de kracht zou haar te veel geweest zijn, maar een week later stierf er een meisje van zes. Toch bleef iedereen het drankje gebruiken, ze konden niet meer zonder. Steeds meer en meer mensen stierven door het drankje, en Draziw begint angstig te worden.
“Drizaw, er zijn weer drie sterfgevallen. Enig idee waardoor het zou kunnen komen?”
“Ik heb geen idee.” Piept hij angstig onder de blik van negentien tovenaars.
“Dat drankje, hoe kom je er eigenlijk aan?”
“Ik heb het zelf uitgevonden, zelfs de ingrediënten heb ik zelf gezocht. Nou ja gezocht, meer gekregen.”
“Gekregen?”
“ja, van een man en het werkt prima.” Zegt Drizaw, maar de tovenaars luisteren al niet meer. Ze sturen iemand meteen naar de toren om de zak te halen.
“Hé! Dat is mijn zak, als je ook het drankje wil moet je het maar kopen.” Zegt Drizaw wat boos, maar nog steeds luisteren ze niet naar hem. Wanneer ze de zak open doen onstaat er verwarring.
“Draziw, waar heb je deze vandaan?” Drizaw zucht.
“Zei ik net al, een man gaf ze me.”
“Heeft je meester je niet geleerd om nooit iets van vreemde aan te nemen?”
“niet echt, maar wat is er nu mis met mijn zak?”
“Dit, mijn beste jongen, zijn verboden ingrediënten. Wat jij gemaakt hebt is niet het drankje uit je boek.”
“Toch wel, iedereen kan krachtiger magie gebruiken.”
“Ja, maar in ruil verliezen ze hun levensduur.”
Drizaw staart vol ongeloof naar de tovenaar voor hem.
“Hun levensduur?”
“ze leven minder lang en sterven snel. Het staat op de taboo lijst, normaal kan niemand er aan geraken.” De tovenaars overleggen even en nemen dan een besluit.
“Het tovenaars duel komt voor.”
“Daarna vernietigen we al de drankjes en verbranden we ieder sprookjesboek waar dat verhaal in staat. We willen dit niet nog eens mee maken.” Ze laten Drizaw alleen achter, die in strijd is met zich zelf. Aan de ene kant wil hij het sterven van de mensen stoppen, maar aan de andere kant vind hij het super dat mensen hem bewonderen en loven voor zijn uitvinding. Na lang piekeren wint zijn machtlust het over zijn angst en neemt hij een besluit die veel zal veranderen.
“Beste mensen! Luister naar me!” Drizaw staat op de markt op een kistje en probeert de aandacht te trekken van de mensen.
“Alstublieft luister allemaal! Dat drankje dat jullie drinken zorgt er voor dat jullie minder lang leven!” Een paar mensen blijven staan en na een poosje reageert iemand.
“En dan? We hebben te minsten ook magie.”
“Ja, het maakt het leven veel gemakkelijker.” Steeds meer en meer mensen roepen hun mening en Drizaw moet lachen.
“Ik snap dat maar al te goed, daarom dat ik hier ben gekomen om jullie te waarschuwen. De sterke tovenaars willen al de drank vernietigen en ze gaan er voor zorgen dat ik het nooit meer kan maken. Ik vraag jullie hulp om hen tegen te houden.” Natuurlijk willen de mensen het niet kwijt en na een poosje staat er een hele groep bewapend met stokken, pannen en nog meer, en met Drizaw voorop naar het grote tovenaarsduel.
Dat gevecht was zo geweldadig en groot dat het in al de geschiedenis boeken werd geschreven. Drizaw en de dropelingen waren de grote overwinnaars en ze verstoten de twintig tovenaars. Drizaw wordt tot de sterkste tovenaar gekozen en leid sinds dien het land. Drie jaar lang is Drizaw aan de macht en de drank wordt al snel ook in andere landen verkocht en Drizaw geniet van zijn groot succes.Tot er op een stormige avond aan de poort geklopt wordt. Het is de man die hem het zakje had gegeven.
“Ik kom je halen.”
“Mij halen?”
“Staat in het contract.”
“Welk contract?” Dan herinnert Drizaw het papiertje.
“Je hebt me er ingeluist.”
“Is jou fout dat je het niet gelezen hebt.” Lacht de man en overhandigt het papiertje aan Drizaw, die het snel leest. Zijn ogen worden steeds groter en groter.
“Nee, ik weiger om met je mee te gaan.”
“Tutuut, jij gaat mee. Je hebt mijn zakje voor drie jaar gehad en in het contract staat dat je na drie jaar het zakje terug geeft, plus je leven.”
“Maar...” Drizaw ziet dat er niet tegen te spreken valt en probeert weg te rennen.
“Jij komt niet weg.” Iets komt op Drizaw af en zijn gil vult het tovenaarshof. Wanneer de bewakers boven komen is de kamer leeg.
Niemand heeft Drizaw meer gezien en net als hij waren al de drankjes verdwenen. Omdat ze een leider nodig hebben smeken ze de twintig tovenaars om terug te komen. Na lang twijfelen keren ze toch terug naar het tovenaarshof en het land is terug zo als het was.
MarquiseCarabas: Ik heb geprobeert me aan je opdracht te houden, ik hoop dat het me een beetje gelukt is.
Ben heel slecht in korte verhalen te schrijven, ben meer gemaakt denk ik voor lange verhalen.
----------------------------------------------------------------------------------------------
In de hoogste toren van een het tovenaarshof zit een jongeman een groot, dik en stoffig boek te lezen wanneer de deur open gaat en er een oude man binnen strompeld.
“Meester!” roept de jongeman en springt recht om zijn meester in bed te helpen.
“Rustig maar Draziw, ik ben alleen maar wat uitgeput.”
“U heeft weer te veel magie gebruikt.” Zucht Drizaw en begint snel thee te maken.
“Is die spreuk dan zo moeilijk?” vraagt Drizaw even later als ze aan het drinken zijn. Zijn meester staart in zijn kopje en knikt.
“We zijn gewoon niet krachtig genoeg.” Zucht de meester waardoor Drizaw hem verbaasd aankijkt.
“Niet krachtig genoeg? Dat meent u toch niet meester, jullie zijn wel met twintig en jullie zijn de sterkste tovenaars van het land.”
“Toch zijn we niet sterk genoeg.”
“Doe de spreuk dan niet.”
“Drizaw! We moeten wel als we dit jaar stand willen houden tegen de andere landen.” Drizaw staat zwijgend op.
“Slaapt u maar meester, dan kunt u morgen weer vol kracht aan het werk.” De oude man knikt en legt zich neer. Even later klinkt er zacht gesnurk door de kamer. Drizaw kijkt naar zijn meester en zucht. –Hij is te oud voor dit. En als wat hij zegt waar is halen we nooit het volgende jaar.- denkt Drizaw. Ieder jaar is er een groot toverduel tussen de twintig sterkste tovenaars van elk land. Drizaws land heeft het tot nu toe altijd gehaalt, maar dit jaar ziet er naar uit dat de andere landen veel sterker zijn dan vorig jaar. Dus hebben de tovenaars besloten om een oude spreuk te gebruiken, maar die blijkt te veel magie te verbruiken en de tovenaars hun magie is ook niet krachtig genoeg.
-Ik moet iets vinden om krachtigere magie te gebruiken.- denkt Drizaw en krijgt dan een idee. Hij pakt het oude boek dat hij aan het lezen was en begint er in te bladeren.
“Allee, waar stond dat ook al weer?” mompelt hij en blijft door bladeren.
“Aha! Gevonden.” Met een plof legt hij het boek op de tafel en bekijkt de pagina goed. Het is eigenlijk een soort sprookjesboek, maar in dat boek komt een tovenaar in voor die magie op een vreemde mannier gebruikt.
Normaal moet iedere tovenaar een stok of staf hebben waarmee ze magie gebruiken, en alleen de sterkste kunnen het zonder. Alleen in dit verhaal heeft de tovenaar een soort drankje dat er voor zorgt dat hij veel sterkere magie kan gebruiken.
“Ik ga dat maken en dan winnen we zeker dit jaar.”
Weken aan een stuk probeert hij verschillende ingrediënten, maar het mislukt steeds. De eerste keer ontplofte heel het ding en de tweede keer kleurde heel zijn huid paars. Na een poosje gaf hij het op.
“Waarom zo een lang gezicht Drizaw?” vraagt zijn meester.
“Ik probeer een drankje je te maken, maar ik heb niet de juiste ingrediënten.”
“Ga ze dan zoeken.”
“Maar waar? Ik heb al overal gekeken en al alles geprobeert.”
“Zeker weten?” Drizaw knikt.
“Van keukenzout tot vogelstront. Niets werkt.” Even is het stil, dan pakt Drizaws meester een papier en schrijft er iets met krullige letters op.
“Hier, ik geef je toestemming om buiten de poorten te gaan.” Drizaw kijkt verbaasd van het papier naar zijn meester.
“Echt?”
“Ja, je hebt al genoeg hier boven gezeten. Ga wat van de wereld genieten en vind je ingrediënten.” Drizaw rukt het papier uit zijn meesters handen en springt een gat in de lucht van vreugde.
“Wees wel optijd binnen!” roept zijn meester nog en schudt lachend zijn hoofd.
“Het is toch zo een goede jongen, hij verdient het.”
Buiten toont Drizaw het papier aan de wacht en de poort wordt open gedaan.
“Eindelijk.” Zucht hij en stapt met een geheven hoofd door de poort, die achter hem terug in het slot valt.
“Yeey! Ik ben eindelijk na die zes jaar buiten!” roept hij vol vreugde en gaat opzoektocht naar voorwerpen die lijken op de ingrediënten in het boekje.
Jammer genoeg heeft hij tegen de middag nog niets gevonden. Hij laat zich op grond zakken en trekt zijn schoenen uit.
“Man, ik moet echt vaker stappen.” En hij kijkt naar zijn knal rode, wat opgezwollen, voeten.
“Wel wel wel, wat hebben we hier. Een jonge tovenaar.” Drizaw draait zich geschokken om en ziet achter hem een man staan die een langemantel, met en kap die zijn gezicht verbergt,aan heeft .
“Wat doet een tovenaar zo jong als jij alleen buiten het tovenaarshof?”
“Ik zoek ingrediënten voor een drankje.”
“Een drankje?”
“Ja, het zou er voor moeten zorgen dat je veel krachtigere magie kunt gebruiken dan normaal.” Drizaw toont de bladzijde in het boek en er verschijnt een glimlach op de man zijn gezicht.
“Wat een toeval, ik heb die ingrediënten.”
“Echt! Hoeveel wil je er voor?”
“Niets, buiten dan dat je dit papiertje tekent.”
“Wow, dat is zo vriendelijk van u.” Snel ondertekent Drizaw het papier, zonder het te lezen, en krijgt een zakje met al de ingrediënten.
“Echt erg bedankt. Zou ik u naam mogen...” Tot zijn verbazing is de man nergens te bespeuren.
“Dan niet.” Snel trekt hij zijn schoenen weer aan en keert terug naar het tovenaarshof, waar hij direct aan het drankje werkt. –Nu nog een proefkonijn vinden.- denkt Drizaw en krijgt dan een idee. Die avond moet zijn meester weer verder werken aan de zware spreuk en voor dat hij vertrekt maakt Drizaw thee klaar. In zijn meester kopje doet hij een scheutje van het drankje. Zijn meester merkt er niets van, drinkt het op en vertrekt naar beneden. Al wat Drizaw nu kan doen is wachten.
“Drizaw! Drizaw!” Iemand komt roepent naar boven.
“Wat is er?”
“Kom snel, je meester is onwel geworden.” Snel gaan ze naar beneden, waar zijn meester op de grond ligt.
“Meester!” snel hurkt Drizaw naast zijn meester.
“Wat is er gebeurt?”
“We begonnen met de spreuk toen je meester opeens veel sterkere magie gebruikte dan we ooit gezien hebben.”
“Maar vlak daarna greep hij naar zijn hart en viel op de grond.” Er komen twee mannen in het wit gekleed naar binnen en brengen Draziws meester naar de ziekenboeg.
“Het spijt ons zo van je meester. Laten we hopen dat het niet al te erg is.” Maar Drizaw denkt helemaal niet aan zijn meester. –Je meester opeens veel sterkere magie gebruikte.- De woorden galmen door zijn hoofd en er verschijnt een glim op zijn gezicht. –Het is gelukt.-
Hij haast zich terug naar de kamer en kijkt in de zak, die tot zijn verbazing weer vol zit. Hij maakt een grote portie drank en weer is de zak vol.
“Ik kan dit verkopen en dan wordt iedereen sterker. We gaan dit jaar zeker winnen.” Lacht Drizaw en hij begint een voorraad aan te maken.
In het begin twijfelt iedereen, maar wanneer ze het super resultaat zien kopen ze het meteen. Al snel gebruikt iedere tovenaar en niet tovenaar het drankje. Drizaw wordt geprezen door iedereen en hij is dol gelukkig. Tot dat er vreemde gebeurtenissen gebeuren.
Het begon met één geval. Een oude vrouw had het drankje gekocht en opgedroken. Ze gebruikte de magie, maar daarna kreeg ze een hartaanval en stierf. Niemand zocht er iets anders achter, ze was oud en de kracht zou haar te veel geweest zijn, maar een week later stierf er een meisje van zes. Toch bleef iedereen het drankje gebruiken, ze konden niet meer zonder. Steeds meer en meer mensen stierven door het drankje, en Draziw begint angstig te worden.
“Drizaw, er zijn weer drie sterfgevallen. Enig idee waardoor het zou kunnen komen?”
“Ik heb geen idee.” Piept hij angstig onder de blik van negentien tovenaars.
“Dat drankje, hoe kom je er eigenlijk aan?”
“Ik heb het zelf uitgevonden, zelfs de ingrediënten heb ik zelf gezocht. Nou ja gezocht, meer gekregen.”
“Gekregen?”
“ja, van een man en het werkt prima.” Zegt Drizaw, maar de tovenaars luisteren al niet meer. Ze sturen iemand meteen naar de toren om de zak te halen.
“Hé! Dat is mijn zak, als je ook het drankje wil moet je het maar kopen.” Zegt Drizaw wat boos, maar nog steeds luisteren ze niet naar hem. Wanneer ze de zak open doen onstaat er verwarring.
“Draziw, waar heb je deze vandaan?” Drizaw zucht.
“Zei ik net al, een man gaf ze me.”
“Heeft je meester je niet geleerd om nooit iets van vreemde aan te nemen?”
“niet echt, maar wat is er nu mis met mijn zak?”
“Dit, mijn beste jongen, zijn verboden ingrediënten. Wat jij gemaakt hebt is niet het drankje uit je boek.”
“Toch wel, iedereen kan krachtiger magie gebruiken.”
“Ja, maar in ruil verliezen ze hun levensduur.”
Drizaw staart vol ongeloof naar de tovenaar voor hem.
“Hun levensduur?”
“ze leven minder lang en sterven snel. Het staat op de taboo lijst, normaal kan niemand er aan geraken.” De tovenaars overleggen even en nemen dan een besluit.
“Het tovenaars duel komt voor.”
“Daarna vernietigen we al de drankjes en verbranden we ieder sprookjesboek waar dat verhaal in staat. We willen dit niet nog eens mee maken.” Ze laten Drizaw alleen achter, die in strijd is met zich zelf. Aan de ene kant wil hij het sterven van de mensen stoppen, maar aan de andere kant vind hij het super dat mensen hem bewonderen en loven voor zijn uitvinding. Na lang piekeren wint zijn machtlust het over zijn angst en neemt hij een besluit die veel zal veranderen.
“Beste mensen! Luister naar me!” Drizaw staat op de markt op een kistje en probeert de aandacht te trekken van de mensen.
“Alstublieft luister allemaal! Dat drankje dat jullie drinken zorgt er voor dat jullie minder lang leven!” Een paar mensen blijven staan en na een poosje reageert iemand.
“En dan? We hebben te minsten ook magie.”
“Ja, het maakt het leven veel gemakkelijker.” Steeds meer en meer mensen roepen hun mening en Drizaw moet lachen.
“Ik snap dat maar al te goed, daarom dat ik hier ben gekomen om jullie te waarschuwen. De sterke tovenaars willen al de drank vernietigen en ze gaan er voor zorgen dat ik het nooit meer kan maken. Ik vraag jullie hulp om hen tegen te houden.” Natuurlijk willen de mensen het niet kwijt en na een poosje staat er een hele groep bewapend met stokken, pannen en nog meer, en met Drizaw voorop naar het grote tovenaarsduel.
Dat gevecht was zo geweldadig en groot dat het in al de geschiedenis boeken werd geschreven. Drizaw en de dropelingen waren de grote overwinnaars en ze verstoten de twintig tovenaars. Drizaw wordt tot de sterkste tovenaar gekozen en leid sinds dien het land. Drie jaar lang is Drizaw aan de macht en de drank wordt al snel ook in andere landen verkocht en Drizaw geniet van zijn groot succes.Tot er op een stormige avond aan de poort geklopt wordt. Het is de man die hem het zakje had gegeven.
“Ik kom je halen.”
“Mij halen?”
“Staat in het contract.”
“Welk contract?” Dan herinnert Drizaw het papiertje.
“Je hebt me er ingeluist.”
“Is jou fout dat je het niet gelezen hebt.” Lacht de man en overhandigt het papiertje aan Drizaw, die het snel leest. Zijn ogen worden steeds groter en groter.
“Nee, ik weiger om met je mee te gaan.”
“Tutuut, jij gaat mee. Je hebt mijn zakje voor drie jaar gehad en in het contract staat dat je na drie jaar het zakje terug geeft, plus je leven.”
“Maar...” Drizaw ziet dat er niet tegen te spreken valt en probeert weg te rennen.
“Jij komt niet weg.” Iets komt op Drizaw af en zijn gil vult het tovenaarshof. Wanneer de bewakers boven komen is de kamer leeg.
Niemand heeft Drizaw meer gezien en net als hij waren al de drankjes verdwenen. Omdat ze een leider nodig hebben smeken ze de twintig tovenaars om terug te komen. Na lang twijfelen keren ze toch terug naar het tovenaarshof en het land is terug zo als het was.