Occhio

Stap naar binnen en beland in werelden waar alles kan. Het zal je fantasie prikkelen.
CasBuijs
Balpen
Balpen
Berichten: 144
Lid geworden op: 29 aug 2012 15:42

Tijd voor weer een nieuw verhaal, korter dan mijn normale verhalen, maar langer dan een verhaal als 'De Zon'. Voor het eerst dat ik de snowflake method heb toegepast en dit verhaal heeft ook extra aandacht gekregen voor met name de setting, iets wat ik normaal vaak vergeet te doen.
Alvast veel leesplezier : )
Proloog

Om te beginnen, ik zie mijzelf een beetje als een gentleman. Misschien is dat een beetje tegenstrijdig, aangezien een gentleman altijd bescheiden en beschaafd blijft, maar ik heb verder niet veel om over op te scheppen in mijn leven, tenminste, dat weet ik niet zeker. Maar ik dwaal af, voor mij zie ik een knappe vrouw. En ik bedoel niet alleen knap van uiterlijk, lang bruin haar, slank lichaam en twee prachtige blauwe ogen. Nee, ook haar uitstraling geeft haar een prachtige persoonlijkheid. Ze kijkt dapper en vastberaden langs mij heen, terwijl ik nog steeds op mijn rug tegen een antenne van een hoge flat zit. Ze spuugt letterlijk de dood in het gezicht. Voor haar staat een man in een wit pak, zijn ogen verborgen onder zijn bijpassende gleufhoed. Een sigaret steekt uit zijn mond, de rook kringelt de warme zomernacht in. In zijn handen een kort jachtgeweer, de loop richt richting de vrouw, die geen ogenblik oogcontact verbreekt, ook al lopen tranen over haar bleke wang. Maar het zijn geen tranen van angst, het zijn tranen die bewijs geven voor hoe diep ze van binnen brand. De man zelf toont geen greintje emotie, zelfs niet terwijl hij goed doorheeft dat half Venetië wakker zal schrikken als hij de trekker overhaalt, zijn handen liggen ontspannen om zijn geweer heen, maar ook ik voel dat ook hij iets te verliezen heeft, hij schiet haar niet neer voor geld of zoiets simpels. Hij gelooft duidelijk in iets groter dan hijzelf, ik kan het aan hem voelen. Nu naar mijn punt. Ik ben niet iemand die graag toekijkt, ik ben een man van actie. Ik zal als gentleman tussen de man en vrouw zijn gesprongen, geen twijfel mogelijk. Ikzelf zit echter met mijn eigen kleine probleempje.
Ik ben al dood.

De wetten van het leven na de dood. Door A. Poltergeist.

#1 Elk mens, gaat zonder uitzondering uiteindelijk dood.
Laatst gewijzigd door CasBuijs op 27 okt 2013 10:22, 2 keer totaal gewijzigd.
yociame
Balpen
Balpen
Berichten: 197
Lid geworden op: 03 apr 2011 17:16

Interessante manier van vertellen en zeker een zeer intrigerende laatste zin, ben benieuwd en blijf in ieder geval meelezen.
-Maaike-
Computer
Computer
Berichten: 2696
Lid geworden op: 27 okt 2010 18:51

Wat een vreemde wending aan het einde... "ik ben al dood" die je overigens heel mooi beschrijft.

Ik ben benieuwd waar het verhaal heen gaat. Ga zo door!
- Never give up on anything, because miracles happen every day -

My head is a jungle...
ROMEH
Tipp-Ex team
Tipp-Ex team
Berichten: 1383
Lid geworden op: 10 jun 2011 10:41

Die eindzin is echt killing! Ben benieuwd wat je van bet verhaal wilt maken. Ga snel verder!
“When you play the game of thrones, you win or you die.”
Little_Miss_Perfect
Fijnschrijver
Fijnschrijver
Berichten: 724
Lid geworden op: 27 apr 2012 18:49
Locatie: Mars

Jaaa, ik sluit me helemaal bij Romy aan! Ik ben benieuwd. ;o
It's so hard to forget someone who gave you so much to remember. <3
CasBuijs
Balpen
Balpen
Berichten: 144
Lid geworden op: 29 aug 2012 15:42

Bedankt voor alle reacties, echt waar :) Dit is weliswaar een veel langer stuk, maar ik hoopte te kunnen eindigen op een cliffhanger :P
1
Dusk

En jawel, tussen de man en de vrouw ligt het lichaam van een dode man. Mijn lichaam. Het lichaam heeft dezelfde kleren als de man met het geweer, alleen deze zijn doordrenkt in bloed. Meer kan ik helaas niet vertellen, want eerlijk gezegd wéét ik ook niet meer. Er zijn slechts twee dringen die ik met zekerheid kan zeggen: Het eerste is dat ik zeker weet dat ik dood ben, net zoals ik ooit zeker wist dat ik leefde, het enige probleem is dat ik niet meer weet wie ik ben, maar het dode lichaam voor mij geeft mij genoeg bewijs om aan te nemen dat ik dat wel degelijk ben, wat ook het tweede en laatste feit is dat ik weet. Hoe ik dood ben gegaan is een ander verhaal. Ben ik door één van de twee personen op het dak vermoord? Het bloed heeft een grote plas op de grond gevormd en lijkt vanuit mijn borst te komen, dus ik moet wel van voren zijn aangevallen. De feiten wijzen meer in de richting dat de vrouw mij vermoord heeft, aangezien mijn kleren er op duiden dat ik bij de man hoorde. Maar iets aan de vrouw zegt mij dat dit niet het geval is, ze heeft haar blik maar één maal van de man afgewend om naar mij te kijken, waardoor ze nog meer moest huilen. De man schijnt mijn lichaam nauwelijks op te merken, hij lijkt meer gefocust op de vrouw, die vermoedelijk zijn doelwit is, misschien was ik ook zijn doelwit? Was ik een deserteur uit de organisatie waar hij een deel van uitmaakte? Hadden we ruzie gehad? Het verbaasd me echter plotseling hoe luchtig ik denk over het feit dat ik niet meer leef. Misschien omdat ik zekerheid heb dat dit het einde niet is? Ik heb zeker weten een lichaam. Mijn handen zijn hetzelfde als de dode man op de grond, zij het dat ze niet in bloed doordrenkt zijn. Maar tijd om vragen te stellen heb ik niet, ik moet eerst iets aan deze situatie doen. Tenminste, áls ik iets kan doen. Ik kom langzaam overeind en stap weg van de antenne, maar geen van de twee lijkt me gezien te hebben.
Ik ben dus onzichtbaar, mooi. Maar het lijkt er inderdaad op dat ik niks aan deze situatie kan doen.
‘Je moet vluchten, snel!’
Ik schrik, een stem echoot door mijn hoofd, er is iemand die mij kan horen?
‘Wie ben jij!?’ sis ik, ondanks dat ik weet dat de twee mij niet kunnen verstaan.
‘We praten later,’ zegt de stem. ‘Je moet hier weg, Madness komt eraan!’
‘Wie is Madness?’ vraag ik, plotseling een stuk nerveuzer.
‘Wat zei ik nou net!?’ zegt de stem, nu een stuk dringender. ‘Je kunt hier niet blijven.’
‘Ik kan niet weg,’ zeg ik. ‘Iemand hier voor me is in gevaar! Ze staat op het punt neergeschoten te worden!’
‘Een levende bedoel je?’ zegt de stem, maar wacht niet op een antwoord. ‘Dan moet je snel zijn, is er iets in de omgeving dat je kan gebruiken om de schutter af te leiden?’
‘Hoe kan ik dat doen? Ik kan niks bewegen! Ik zat net tegen een antenne aan, die is geen centimeter bewogen toen ik mezelf ervan af duwde!’
‘Zo moet je ook niet denken,’ antwoord de stem. ‘Focus op iets in je omgeving, laat bijvoorbeeld iets geluid maken, of probeer met iets de schutter te verwonden!’
Focussen? Het gaat nogal snel voor mij, maar mijn hersens werken op topsnelheid, ik vluchtig om mij een en zie aan de rand van het dak het hokje staan dat naar de trap naar beneden leidt. Er zit een klein raampje aan de zijkant met een bloempotje op de vensterbank. Dat kan ik wel gebruiken.
‘Heb je iets gevonden?’ vraagt de stem gehaast.
‘Ja, een bloempot,’ antwoord ik.
‘Mooi, nu moet je het een commando geven, maar het kan alleen iets zijn dat het voorwerp van nature zou kunnen, probeer het te laten breken of vallen!’
Een commando dus, denk ik. Dat moet lukken. Ik strek mijn hand uit naar de bloempot, alsof ik altijd geweten heb dat het zo hoorde.
‘Breek!’ roep ik bevelend.
Ik hoef niet te wachten en tot mijn verbazing knalt de pot kapot, waardoor een grote golf ontstaat van rode scherven en zwarte aarde.
De man schrikt en richt zijn geweer op de gebroken pot, hij kijkt verbaasd maar hoort naast hem het geritsel van leer en het geklik van een pistool. Hij draait weer terug en richt zijn geweer weer op de vrouw, maar dit keer kijkt ook hij de loop in.
‘Cagna!’ vloekt de man en nu kijkt ook hij nerveus, maar de vrouw begint te praten.
‘Heb je hem vermoord!?’ roept ze met trillende stem, ze had het ongetwijfeld over mij, want haar ogen flitsen naar mijn lichaam.
‘Giovanni?’ zegt de man lachend. ‘Nee, dat is waarschijnlijk het werk van Dante geweest!’
Dante, de naam rinkelt een belletje, alsof ik hem vroeger al heb gekend, als hij mijn moordenaar is geweest, dan moet hem zien te vinden, mijn nieuw gevonden krachten kunnen mij daarbij helpen. In ieder geval weet ik nu hoe ik heet. Giovanni.
‘Dante,’ zegt de vrouw, haar stem klinkt razend. ‘Waar is hij!?’
‘Waarom zou ik dat jou vertellen?’ vroeg de man. ‘Jij gaat hier met je geliefde mee het graf in, meer hoef je niet te weten!’
Mijn geliefde, die vrouw is mijn geliefde. Ik voel iets van schuld, alsof ik haar in de steek heb gelaten.
´Is het gelukt?’ vroeg de stem in mijn hoofd.
‘Bijna,’ antwoord ik. ‘Ik moet nog één dingetje doen.’
Ik richt mijn hand op de stropdas van de man, het paarse ding bungelt hypnotiserend heen en weer.
‘Strakker!’ roep ik, wetend dat het riskant was.
De paarse das knoopt zich steeds strakker rond de nek van de man. Van schrik schiet de man met zijn geweer, maar zijn kogel ketst af tegen de grond en mist de vrouw. Die aarzelt geen seconde, vastberaden schiet ze driemaal met haar pistool. Alle drie raak. De man, wiens pak besmeurd is met bloed, wankelt een beetje en kijkt angstig uit zijn ogen, totdat hij eindelijk door zijn knieën zakt en roerloos op de grond blijft liggen.
De vrouw draait zich om, klaar om de benen te nemen, maar kijkt nog een keer naar mijn lichaam, haar ogen zijn rood van tranen.
‘Ik kom terug, dat beloof ik je,’ fluistert ze en rent er vandoor.
Ik blijf even staan en laat alle nieuwe informatie tot mij bezinken, maar het lichaam van de man ontvlamt plotseling in een heldergroen licht. Het valt me op dat ik geen schaduw meer werp door de vlam, het gaat gewoon door me heen. Uit de vlam stapt een gestalte, de geest van de schutter, hij kijkt me in de ogen en ik doe voorzichtig een stapje achteruit, maar hij lijkt zich nergens van bewust te zijn, net als mij is hij zijn geheugen verloren.
‘Waar…’ mompelt hij. ‘Waar ben ik-’
Hij stopt midden in zijn zin en kijkt verbaasd de lucht in, zijn ogen en mond staan wagenwijd open, al zijn spieren zijn gespannen, ook het vuur onder zijn voeten is gedoofd.
‘GUAAAAAAAAAAAAAAH!’
De geest van de schutter gilt het uit van pijn en begint met zijn handen aan zijn hoofd rondjes te rennen. Achter in zijn rug zit een diepe snee waar een soort donkergroene rook uit spuit, alsof zijn rug een geiser is geworden. Hij valt opnieuw op de grond en ligt nog steeds te stuiptrekken, terwijl nu ook de rest van zijn lichaam begint te roken en langzaam schrompelt de geest weg, totdat er alleen maar een hoopje as blijft liggen. Ik blijf verstijfd staan en draai mijn hoofd naar het lijkt van de schutter. Achter het lijk staat de meest vreemde verschijning die ik ook in mijn leven heb gezien: Een klein donkerblond jongetje van hoogstens zes jaar oud kijkt mij met vergenoegende blik aan. Hij draagt een blauw blouseje met een rode strik, bruine korte broek en een zwarte bretels. Zijn ogen zijn vuurrood en staren mij kil aan. Maar het vreemdste aan het kind is de enorme hakbijl die hij over zijn schouder draagt, die een kind van zijn leeftijd nooit alleen had kunnen dragen. Het is de bijl waarmee hij de geest van de schutter net ad neergehakt. Hoe was hij hier gekomen? Was hij ook een geest? Kunnen geesten andere geesten doden?
‘Hallo Giovanni,’ zegt het jongetje koeltjes. ‘Ik ben Madness, leuk je te ontmoeten.’

#2 Na het overlijden neemt de ziel van het gestorven individu de vorm aan van een vlam.

WORDT VERVOLGD

feedback toegepast
Laatst gewijzigd door CasBuijs op 27 okt 2013 10:23, 3 keer totaal gewijzigd.
Little_Miss_Perfect
Fijnschrijver
Fijnschrijver
Berichten: 724
Lid geworden op: 27 apr 2012 18:49
Locatie: Mars

Wauw, dit is echt heel... gaaf. :3 Ga snel verder, ik ben benieuwd! ;o
It's so hard to forget someone who gave you so much to remember. <3
Sandraa2
Balpen
Balpen
Berichten: 232
Lid geworden op: 18 nov 2012 13:48
Contacteer:

Heel erg leuk geschreven en ik ben echt benieuwd wat er verder gaat komen!
Dat zinnetje in het proloog was inderdaad echt heel goed.

Nog wel even een aantal typefouten en andere fouten eruit kunnen halen voor je, zie hieronder:
Het lichaam had dezelfde kleren als de man
Hoe bedoel je had? Is het lichaam wat daar ligt naakt, of moet er heeft staan?
Er zijn slechts twee dringen
Er zijn slechts twee dringen die ik met zekerheid kan zeggen: Het eerste is dat ik zeker weet dat ik dood ben, net zoals ik ooit zeker wist dat ik leefde, het enige probleem is dat ik niet meer weet wie ik ben, maar het dode lichaam voor mij geeft mij genoeg bewijs om aan te nemen dat ik dat wel degelijk ben, wat ook het tweede en laatste feit is dat ik weet
Dit is een hele lange zin en leest moeilijk weg. Ik zou i.p.v. komma's, ook wat punten neerzetten en de zin opsplitsen in 3 zinnen en goede verwijswoorden daarvoor gebruiken.
Mogelijkheid:
Er zijn slechts twee dringen die ik met zekerheid kan zeggen: Het eerste is dat ik zeker weet dat ik dood ben, net zoals ik ooit zeker wist dat ik leefde. Het enige probleem is dat ik niet meer weet wie ik ben, maar het dode lichaam voor mij geeft mij genoeg bewijs om aan te nemen dat ik dat wel degelijk ben. Dit is meteen ook het tweede en laatste feit is dat ik weet.
Het bloed komt vanuit mijn borst vandaan
Ik heb hier het gevoel dat het dubbel op is, misschien ligt dat aan mij :)
op topsnelheid, ik vluchtig om
Het woordje 'kijk' vergeten :)
Nee, dat ik waarschijnlijk het werk van Dante geweest
Is i.p.v. ik?
Ik richt mijn and op de stropdas
nieuwe informatie tot mijn bezinken
tot mij bezinken :)
Het valt me op da tik geen schaduw
Spatie te vroeg
soort donkergroene rook uit spuit alsof hij een levende fluitketel is
Dit vind ik een rare vergelijking. Een levende fluitketel gaat niet rondrennen, maar vaak heel hard fluiten. En dan fluit hij stoom, en geen donkergroene rook. Ik denk dat je daar echt iets anders op moet verzinnen :p
en een zwarte bretels
ik zou hier 'een' weglaten, omdat bretels meervoud is.
geest van de schutter net ad neergehakt
Lettertje vergeten :)

Ik hoop dat ik alles gezien heb, en dat je hier iets aan hebt :D!
For sale: Babyshoes, never worn
CasBuijs
Balpen
Balpen
Berichten: 144
Lid geworden op: 29 aug 2012 15:42

@Little_Miss_Perfect Bedankt! Ik ben blij dat het zo goed in de smaak valt!
@Sandraa2 Heel erg bedankt dat je alle fouten eruit hebt geplukt! Ik had het verhaal ook eerst in derde persoon geschreven, maar besloot mezelf uit te dagen en het te veranderen, vandaar de had/heeft fout, omdat 3de persoon bij mij altijd in verleden tijd is :P


Madness, dat is de naam die ik van de vreemde stem gehoord heb! Maar zo’n klein kind, kan hij echt zo’n probleem zijn? Terwijl ik me dit afvraag schiet het kind opeens op mij af en zwaait met zijn bijl heen en weer, zijn gezicht vertrekt geen spier. De actie kost hem geen moeite en doet hem helemaal niets. Hij wordt niet boos, niet verdrietig en zelfs niet blij: De jongen is hier om mij te doden. Niets meer, niets minder. Ik duik snel weg en land op de grond, en ik krabbel angstig naar achter. Dit kind is gek! Ik moet er iets aan doen! Ik duik op het joch af en grijp met mijn handen zijn bijl stevig vast, maar zijn handje zit als een bankschroef om het hout van de bijl heen. Hij slingert met de bijl en ik verlies mijn grip. Ik blijf nog maar net staan, maar krijg uit het niets een trap in mijn maag. Ik val achterover op de grond en land op mijn rug. Dit maal aarzelt het jongentje echter niet, hij spring op mij af en hakt als een beul met twee handen met de bijl naar de grond. Ik rol opzij, maar hij heeft me al geraakt.
‘AAAAAAAAAHHHH!’
Ik voel een pijn die ik nog nooit gevoeld heb. Ik grijp angstig naar mijn linkerarm, maar deze is er al niet meer. Het brandende stompje suist door de lucht en brandt tot as weg in de zomernacht. In plaats van bloed is mijn arm meer een fakkel met blauw vuur geworden, maar ik voel mijn levenskracht langzaam wegebben, hoe meer vuur en rook mijn lichaam verlaat.
Dit moet mijn ziel zijn, denk ik. Dit is het, ik ben er geweest!
Mijn hoofd is bezweet en tranen stromen over mijn wangen.
‘HELP ME! IEMAND HELP ME!’ roep ik angstig. Het jongentje loopt langzaam op mij af, maar nu speelt er een flauwe tevreden glimlach op zijn gezicht.
‘Ga weg jij monster!’ roep ik. ‘Laat me met rust!’
Ik probeer overeind te krabbelen, terwijl ik mijn andere arm gebruik om het ‘bloeden’ te stoppen. De jongen schept mij echter moeiteloos onderuit met de botte kant van zijn bijl, en opnieuw lig ik op de grond. Hij hakt met zijn bijl en ik voel hoe mijn linkerbeen van de rest van mijn lichaam worden gereten.
Hij gaat me zo lang mogelijk martelen, denk ik bij mijzelf. Hij hakt me stukje voor stukje kapot! Om mijn laatste momenten op deze planeet zo pijnlijk mogelijk te maken!
‘Geest…. Kan niet communiceren….. reaper…..vluchten……Antenne!’ Ik hoor de stem van mijn onbekende helper, de antenne?
Ik kijk links naar het ijzeren ding, het is slechts drie meter van mij vandaan, maar voor mij is Madness. Ik moet het er maar op wagen, ik bijt op mijn tong om het niet uit te gillen van pijn en rol naar de zijkant, wat verbazend lastig gaat als je je linkerbeen en rechterarm mist. Het jongentje volgt mijn blik naar de antenne.
‘NEE!’ roept hij en stormt op mij af, maar ik grijp me razendsnel vast aan de antenne en focus mezelf. Dit keer hoef ik niets te doen, ik voel mijn lichaam versplinteren, tot in de kleinste vezel uit elkaar worden gereten en de antenne in worden gezogen. Ik wil het uitgillen van ontzet, maar ik heb al geen mond meer. Ik moet mijn uiterste best doen om mijn lichaamsdelen bij elkaar te houden, terwijl ik met enorme kracht door het televisienetwerk wordt geperst.
Is dit ook een kracht van de geesten? Door het televisienetwerk reizen?
Ik zie beelden van programma’s razendsnel voor mij voorbijvliegen, soms kijk ik een woonkamer of winkelstraat in, maar het wordt steeds moeilijker om mijn lichaam intact te houden, ik moet eruit!
Laat het stoppen! Denk ik doodsbang Laat het STOPPEN!
Alsof mijn wens magisch wordt vervuld voel ik mijn lichaamsdelen weer bij elkaar gesmeten. Ik tuimel in het rond, ik zie een grote lichtflits en knijp pijnlijk mijn ogen dicht. Plotseling voel ik mezelf op een harde ondergrond vallen. Ik probeer overeind te komen, maar mijn ledematen zijn nog steeds weg. Uitgeput blijf ik liggen in een uitgestorven winkelstraat, achter mij de televisie waar ik ben uitgekomen, waar een idiote reclame met een konijn de hoofdrol speelt.
‘Geen zorgen,’ hoor ik in mijn hoofd. ‘We zijn er zo!’
Hijgend blijf ik liggen. ‘Bedankt,’ fluister ik.
Na een ongeveer een minuut kruip ik langzaam naar een muur van de straat toe en leun ertegen aan. Ik voel me doodongelukkig. Ik ben nog nooit zo bang in mijn hele leven geweest! Ik weet niet wie ik ben, ik weet niet wat ik hier doe, maar binnen een paar minuten wordt ik al opgejaagd door een geschift kind. Ik voel mijzelf steeds zwakker worden, de vlammen op mijn arm en been beginnen ook langzaam te doven, nog even en ook mijn geest is weg. Wat gebeurt er dan met me? Waar ga ik dan naartoe? Wat komt hierna?
‘Wil je het weten?’
Ik kijk geschrokken op, voor mij staat Madness, hoe heeft hij mij zo snel gevonden?
‘Laat me met rust,’ zeg ik vermoeid. ‘Heb je me al niet genoeg pijn gedaan!?’
‘Het is nooit genoeg,’ antwoord Madness. ‘Ik dood, dus ik leef, dat is wat ik doe. Ik ben een Reaper, ik kom je halen.’
‘Zo is het genoeg!’
Madness en ik kijken verschrikt op, de stem die had geklonken was luid en bevelend geweest en had zelfs Madness van zijn stuk gebracht. Aan het einde van de straat was een grote roetzwarte wolk te zien. Middenin de wolk zie ik twee oranje schijfjes, die bijna licht lijken te geven. Middenin de ogen zijn twee minuscule zwarte puntjes te zien, die kalm de omgeving afspeuren en op mij blijven rusten.
‘Blijf kalm,’ zei de stem. ‘We zijn hier om je te redden.’
Ik knik zwakjes, ik kan nauwelijks nog bewegen. Madness lijkt alle interesse in mij te hebben verloren en staart verlekkerd naar de zwarte wolk.
‘Isaac Sawyer,’ zegt de kleine jongen. ‘De ambergeest.’
De ogen van Isaac verdwijnen even en keren weer terug.
‘En jij bent zeker Madness,’ zei Isaac, alsof hij tegen een klein kind praatte, wat hij eigenlijk ook doet, als ik er even over nadenk. ‘De eerste Reaper die zijn prooi opspoort met zijn neus. Maar dit is niet je echte vorm, ik voel dat je eigenlijk veel groter bent, kan dat kloppen?’
‘Wat scherp van je,’ zegt Madness schertsend.
‘Je gebruikt je kinderlijke vorm om tegenstanders ervan te weerhouden je aan te vallen, ik verzeker je dat zulke trucjes niet op mij zullen werken,’ zegt Isaac koel. ‘Geef me de prooi die je daar hebt, en ik zal je sparen.’
‘Dwaas,’ snauwt Madness. ‘Je weet heel goed dat je ons Reapers niet kan doden, en als ik jou doodt, word ik de beste Reaper van ons allen!’
‘Hm, het ziet er naar uit dat je ook het gedrag van een klein kind hebt aangenomen.’
‘Genoeg gepraat,’ zegt Madness plotseling. ‘Ik heb honger!’
De jongen pakt de bijl in zijn rechterhand en begint op de rookwolk af te lopen.
‘Spijtig,’ zegt Isaac, zijn ogen verdwijnen weer. ‘Davide, reken af met Madness wil je?’
Uit de rook schiet een ander, groen paar ogen. Voor Madness staat nu een man van in de dertig, net iets ouder dan Giovanni zelf. Hij heeft kort, stekelig haar en twee gifgroene ogen. Hij is lang en lenig gebouwd en heeft een smal gezicht, waar een zelfverzekerde grijns op speelt. Uit zijn mouwen tovert hij twee zilveren messen tevoorschijn, die hij onmiddellijk op Madness afwerpt. Nonchalant zwaait hij met zijn bijl en haalt de twee messen uit de lucht, maar hij realiseert te laat dat de messen expres naast hem waren geworpen. Madness staart zijn tegenstander in de ogen, en ziet nog net een glinstering van metaal nadat hij een kogel recht tussen zijn ogen krijgt. Madness slaakt een onmenselijke gil en wankelt achteruit, waarnaar hij met een luide plof op de grond viel. Het geluid was veel luider dan het gewicht van Madness had kunnen produceren, alsof er een enorme hoeveelheid massa in zijn lichaam verborgen zat.
‘Snel!’ riep Isaac. ‘Pak het slachtoffer en neem hem mee, Madness mag niet bijkomen!’
Davide schoot op mij af en boog zich over mijn lichaam heen.
‘Ik kan niet lopen,’ zei ik angstig. ‘Mijn been-’
‘Geen zorgen,’ antwoordde Davide. ‘Dat fiksen we wel op het landhuis.’
Davide knipoogde naar mijn en stak zijn hand uit.
‘Je hebt toch nog één arm?’ zei hij. ‘Mijn naam is Davide, leuk je te ontmoeten!’
Ik pakte zijn hand en met verbazende kracht trok hij me met één arm omhoog en wierp me over zijn schouder.
‘Ik heb hem Isaac! We kunnen gaan!’

#3 Om de vlam te beschermen vormt zich daaromheen een schelp, in de vorm van wat het gestorven individu waarneemt als zijn vorige uiterlijk.

WORDT VERVOLGD

Feedback toegepast
Laatst gewijzigd door CasBuijs op 27 okt 2013 10:24, 4 keer totaal gewijzigd.
yociame
Balpen
Balpen
Berichten: 197
Lid geworden op: 03 apr 2011 17:16

ik vind het fascinerend, het is zo niet standaard. super goed ik blijf lezen.
Sandraa2
Balpen
Balpen
Berichten: 232
Lid geworden op: 18 nov 2012 13:48
Contacteer:

Weer een goed stuk hoor, inderdaad iets heel anders om te lezen!
Dit keer heb ik wat minder foutjes gezien :D
Maar nog wel een paar, zie onder ;):
Madness, dat is de naam die ik van de vreemde stem gehoord heb! Denk ik bij mijzelf
Dit staat niet helemaal goed. Zoals je het nu schrijft staat 'denk ik bij mijzelf' los van de zin ervoor. Het is misschien slimmer om 'Madness, dat is de naam die ik van de vreemde stem gehoord heb!' om cursief te zetten, en dan 'Denk ik bij mijzelf' helemaal weg te laten.
Ik duik snel uit de weg en lig op de grond
Hier zou ik zetten 'Ik duik snel weg', want je ligt niet in de weg. Hij komt naar jou toe, jij ligt in de weg voor hem snap je?
waarnaar ik angstig naar achter krabbel
Op de één of andere manier klopt het woordje 'waarnaar' niet voor mij in deze zin. Ik zou voor het mooie hiervan maken 'en ik krabbel angstig naar achter'
Ik wankel een beetje, maar krijg uit het niets een trap in mijn maag
Ik zou 'maar' vervangen door 'en', omdat maar een tegenstrijdig woord is. Dan zou de zin bijvoorbeeld moeten zijn 'Ik blijf nog staan, maar uit het niets krijg ik een trap in mijn maag en ik val om'.
Het brandende stompje suist door de lucht en brand tot as weg in de zomernacht
Brand is hier geloof ik met dt, omdat het over een brandend stompje gaat in de 'het' vorm. Omdat je al twee keer brand in deze zin gebruikt kun je er ook van maken: Het brandende stompje suist door de lucht en verdwijnt als as in de zomernacht.
‘HELP ME! IEMAND HELP ME!’ roep ik angstig, het jongentje loopt langzaam op mij af, maar nu speelt er een flauwe tevreden glimlach op zijn gezicht.
Dit zijn twee zinnen. ‘HELP ME! IEMAND HELP ME!’ roep ik angstig. Het jongentje loopt langzaam op mij af, maar nu speelt er een flauwe tevreden glimlach op zijn gezicht.
Hij hakt met zijn bijl en ik voel mijn linkerbeen van de rest van mijn lichaam worden gereten.
En ik voel hoe mijn linkerbeen van de rest van mijn lichaam word gereten

Ik hoop dat je hier weer even wat mee kunt :D!
For sale: Babyshoes, never worn
CasBuijs
Balpen
Balpen
Berichten: 144
Lid geworden op: 29 aug 2012 15:42

@yociame Heel erg bedankt :D Maar ik probeer het meer te maken dan alleen een verhaal dat anders is dan de anderen :)
@Sandraa2 Ik heb alle feedback toegepast, dankjewel :) Het is wel slecht dat ik zo veel fouten over het hoofd zie xD
We zijn immers aangekomen bij hoofdstuk 2, veel leesplezier :P
2
A fox longs to be a rabbit
Ik voel water over mijn voorhoofd stromen, een zacht washandje gedompeld in water wordt over mijn hoofd gewreven, langzaam open in mijn ogen. Ik staar in de ogen van een vrouw, ze is ongeveer net zo oud als mij. Ze heeft stijl lichtblond haar en een bleke, zachte huid. Ze draagt een korte paarse rok met een paars bijpassend jasje, versierd met gouden knopen. Haar ogen zijn minstens zo goud als de knopen, bijna onnatuurlijk. Nu ik erover nadenk hebben de meeste geesten tot nu toe een vreemde oogkleur gehad. Davide had felgroene ogen gehad en Isaac oranje.
‘Wie bent u?’ vraag ik. ‘Heeft u mij gered?’
‘Nee,’ antwoordde ze, haar stem klonk nogal zweverig, maar tegelijkertijd was het net een slaapliedje. ‘Dat was mijn meester, ik ben slechts hier om u te verplegen. Mijn naam is Alice.’
Meester? Denk ik bij mijzelf. Ik kijk de kamer door, het is allemaal erg chic en duur ingericht, alsof het uit de renaissance komt. De muren zijn bedekt met prachtige schilderijen en het bed waar ik op lig bleek een enorm hemelbed te zijn.
‘Waar zijn we?’ vraag ik.
‘We zijn op het DW hoofdkwartier, het huis van meneer Sawyer.’
‘Waar staat DW voor?’
‘Meneer Sawyer zal u zo ontvangen, dan krijgt al uw antwoorden.’
Ik knik, maar ben tegelijkertijd te nieuwsgierig om te blijven liggen. Ik duw mijzelf overeind met mijn armen tot is mij plotseling realiseer dat ik beide armen weer heb. Ik staar blij naar mijn armen en benen, terwijl Alice mij gadeslaat.
‘Zijn ze goed?’ vraagt ze.
‘Geweldig,’ zeg ik verbijsterd. ‘Heb jij dit gedaan?’
Alice knikt. ‘Het is mijn kracht om de levensvlam van elke ziel sterker te laten branden, zodra een vlam sterk genoeg brandt, kan het de wonden van zijn lichaam helen.’
Levensvlam, dat moet die vreemde vlam zijn die uit mijn armen en benen was gekomen, en de vlam waaruit de geest van de schutter was opgestaan.
‘Dus als de levensvlam dooft verdwijnt de ziel?’ vraag ik geïnteresseerd.
‘Dat klopt,’ zegt Alice. ‘Door schade aan je geestelijk lichaam te brengen brandt de vlam minder hard, en zodra je genoeg vuur verliest sterf je.’
‘Maar ik ben al dood toch? Wat gebeurt er met je als je ziel verdwijnt?’
‘Dat weet niemand,’ zegt Alice. ‘Sommigen denken dat je naar het hiernamaals gaat, anderen menen dat er niks naar de dood is. Dit is slechts een limbo. Een tussenstadium waar de zielen van mensen ronddwalen, zonder dat de levenden ons kunnen zien.’
‘Maar als iedereen die dood gaat een geest wordt, waarom zit het hier dan niet bomvol?’ vraag ik, maar ik heb een vaag vermoeden wat het antwoord is.
‘Dat komt door de Reapers, vijf wezens die hun leven wijden aan het doden van geesten. Voor elke miljoen geesten dat ze doden mogen ze zelf nog een keer sterven, hun leven bestaat uit het doden van anderen.’
Ik slik angstig, ik walg van het idee.
‘Dus dat kleine jongentje is ook zo’n ‘Reaper’?’
‘Je hebt het over Madness, maar hij is slechts de eerste, ze staan allemaal in een bepaalde rangorde, met de krachtigste achteraan.’
Alice staat dromerig op en legt haar rechterhand op haar borst, alsof ze een opera gaat zingen.

‘Madness, voor de ontkenning van het bestaan.
Beowulf, voor de eeuwige woede.
Morgana, voor een prachtige leugen.
Nox, voor een ontroostbaar bestaan.
En Rem, voor een onontkoombaar lot.’


‘Dus, je wordt gepakt, wat je ook doet?’ vraag ik nerveus.
‘Men kan alleen vluchten, want verzet is zinloos,’ antwoord Alice.
‘Hoe lang voordat ze je pakken?’
‘De langste geest die ooit op aarde heeft rondgelopen leeft hier al voor meer dan driehonderd jaar. In al die jaren leeft hij in constante waakzaamheid, voor geen moment verlaat hij de schaduwen.’
Ik kijk Alice strak in de ogen, dit nieuwe leven, is dit echt wat ik wil?
‘Hij was een Engelse zoon van adel, met ogen als amber.’
‘Isaac Sawyer,’ fluister ik.
Ik staar uit het raam, het is een klaarlichte dag, maar de warmte van de zon kan niks doen tegen de kilte van de kamer.

#4 Schade aan de schelp kan worden hersteld door rust of de kracht van een reaper.

WORDT VERVOLGD

Alle Reapers zijn trouwens gebaseerd op een bepaald 'stelsel' (zoals de zeven zonden of de vier plagen) Ik ben benieuwd wie kan uitvinden op welke :P
Laatst gewijzigd door CasBuijs op 27 okt 2013 10:25, 3 keer totaal gewijzigd.
Sandraa2
Balpen
Balpen
Berichten: 232
Lid geworden op: 18 nov 2012 13:48
Contacteer:

Heel leuk stukje weer en eigenlijk geen foutjes gezien!
Ik merk ook een beetje dat je een net wat andere stijl gebruikt voor dit stukje verhaal. Minder leestekens geloof ik, maar ik kan het mis hebben.
En het geeft niet dat je dingen mist. Ik moet mijn verhaal soms ook wel 6 keer overlezen voordat ik denk dat alles er uit is. En dat is dan vervolgens nog niet zo :-P
Ik ga is kijken of ik kan ontfutselen welke reaper bij wat zou kunnen horen, ik blijf je volgen!
For sale: Babyshoes, never worn
CasBuijs
Balpen
Balpen
Berichten: 144
Lid geworden op: 29 aug 2012 15:42

Het duurde een tijdje, maar er is weer een nieuw stukje ^^ Alle karakters in dit stukje en terug zijn allemaal personages die later in het verhaal terug komen, laat me weten wat je van ze vind ^^ (ondanks dat sommigen nog niet veel te zeggen hebben gekregen :P).


‘U zult weldra meneer Sawyer ontmoeten,’ zegt Alice tegen me. ‘Ik vraag u vriendelijk uw manieren te behouden en beleefd te zijn.’
Ik knik en kijk even snel in de spiegel, om te kijken of mijn haar weer helemaal goed ziet. Ik kijk in de ogen van een jongeman met helderblauwe ogen. Ik ben van middelgrote lengte en heb donkerblond haar. Mijn gezicht is verrassend mager en het ziet eruit dat ik vroeger erg knap en atletisch ben geweest, maar dat was langzaam weggetrokken. Wat heb ik voor mijn dood wel niet gedaan? Alice opent de deur voor mij en maakt een buiging bij mijn entree. Ik kom een grote zaal binnen die aan de muren rijkelijk versiert is met schilden en fresco’s. De kamer zelf is echt helemaal leeg, met een vloer als een schaakbord dat zo glimmend als een spiegel was. Ik merk de aanwezigheid op van één of meerdere personen aan het einde van de kamer, maar kan het niet zien door het tekort aan licht in de kamer. Ik hoor het geluid van blote voeten, die de stilte in de kamer verstoren.
Is het meneer Sawyer? Vraag ik me af.
‘Giovanni Inzaghi, 26 jaar oud, doodsoorzaak: Schot in de borst.’
Ik schrik, uit de schaduwen doemt een figuur op met een dossier in zijn rechterhand. De jongeman is lang voor zijn leeftijd, maar ook ontzettend mager. Hij loopt op zijn blote voeten en draagt een witte blouse, die slordig over zijn lange zwarte broek hangt. Zijn haar is pikzwart en hangt slap naar beneden. Zijn gezicht kan ik niet zien, want met zijn andere hand houdt hij een masker op een stokje vast, dat hij voor zijn gezicht houdt. Het masker is helderwit en is de beeltenis van een lachend persoon.
‘Bent u Isaac Sawyer?’ vraag ik.
‘Dat klopt,’ zei de jongeman en hij haalt het masker voor zijn gezicht weg. Hij is nog jonger dan ik had gedacht, zeker niet ouder dan negentien. Zijn ogen zijn als amber, precies zoals ik in de steeg had gezien. Zijn gezicht is mogelijk nog smaller dan dat van mij, hij heeft een bleke huid en holle wangen, waardoor zijn gezicht meer een schedel lijkt. Het leek alsof hij met zijn dood terminaal ziek was geweest.
‘Maar laat mij je eerst verwelkomen,’ zegt de jongen. Zijn stem is zacht en toonloos, ook zijn gezicht vertrekt geen spier. Hij pakt vanachter zijn rug een rood masker en houd dit voor zijn gezicht. Het hoorde een hartelijk gezicht voor te stellen, maar het was net zo kil als Isaac zelf. Blijkbaar gebruikte Sawyer de maskers om zijn emoties te tonen, gebeurde dat met je als je driehonderd jaar op deze planeet moest ronddolen?
‘Mijn naam is Isaac Sawyer, leider en oprichter van de Dying Wish organisatie.’
Dying Wish, DW.
‘Wat doet de Dying Wish organisatie?’ vraag ik voorzichtig, ik zit vol met vragen, maar probeer toch geduldig te blijven.
‘Wij zijn een niet-commerciële organisatie de geesten opleid om beschermengelen te worden, waarnaar ze hun vrienden en familie kunnen beschermen, totdat ze worden gehaald door de Reapers, die we trachten op afstand te houden.’
Beschermengelen? Mijn familie? Ik weet niet eens wie ik zelf ben!
‘Je opgeven voor de organisatie gaat vrijwillig,’ zegt Isaac, die onverstoorbaar doorpraat. ‘Eerst krijg je een kleine cursus voor het gebruik van je krachten, daarna ga je op zoek naar je familie en besluit je of je ze wilt beschermen, of dat je jezelf wilt opgeven voor de organisatie, om deze in stand te houden. Parttime functies zijn natuurlijk ook beschikbaar, voor als je nog verder wilt trainen.’
‘I-i-ik weet het nog niet echt,’ zeg ik verontschuldigend. ‘Het moet allemaal nog een beetje bezinken.’
‘Natuurlijk,’ zegt Isaac instemmend. ‘Ik zal je een rondleiding door dit gebouw geven en ik stel je voor aan team Charlie, waar je deel van gaat uitmaken als je besluit om mee te doen.’
Isaac knipt in zijn vingers en Alice verschijnt plotseling achter hem.
‘Alice, maak het eten voor de gasten klaar, we eten wat vroeger.’
‘Natuurlijk meester,’ zegt Alice met een kleine buiging en ze verdwijnt weer.
‘Wow,’ zeg ik. ‘Teleporteren is ook een mogelijkheid voor geesten?’
Isaac schudt zijn hoofd. ‘Helaas niet, alleen Alice heeft dit onder controle gekregen, we vonden haar een tijdje geleden, ze doolde al een tijdje op aarde rond, dus we kunnen haar familie niet vinden. Het arme ding.’
Isaac draagt een masker dat een medelijdende blik moest voorstellen, maar het is eerder schertsend dan dat het zijn manier van communiceren verbeterd.
‘Waar was ik?’ zegt Isaac verstrooid. ‘O ja, team Charlie.’
Hij frommelt in zijn zakken en haalt een propje papier tevoorschijn, dat hij klungelig ontrafelt en begint te lezen, ik kan nauwelijks geloven dat dit de grote machtige geest was die mij heeft gered uit de klauwen van Madness.
‘Davide Donati, 31 jaar normale wereld, zes jaar geestenwereld. Doodsoorzaak: Fataal auto-ongeluk door slaaptekort.’
Uit de schaduwen stapt Davide, de geest die me in de steeg gered had, hij salueert en knipoogt naar me als Isaac even niet kijkt.
‘Peter Archer, 27 jaar normale wereld, vijf jaar geestenwereld. Doodsoorzaak: Zelfmoord.’
Naast Davide verschijnt een twee man, hij is iets korter dan Davide, met kort blond stekelig haar en een klein blond baardje, een pakje sigaretten steekt uit zijn donkerrode uniform, dat ook Davide draagt. Hij gaat naast Davide staan en salueert, zijn donkere ogen kijken mij nieuwsgierig aan.
‘Jabu Atum, 40 jaar normale wereld, drie jaar geestenwereld. Doodsoorzaak: Voedselvergiftiging.’
De derde man is een korte dikke zwarte man die plaatsneemt naast Peter en uitbundig naar mij zwaait. Isaac geeft hem een klap met zijn formulier en snel gaat hij in formatie staan.
‘Roxanne Miller, 20 jaar normale wereld, twee en een halfjaar geestenwereld. Doodsoorzaak: Overdosis slaappillen.’
Een blond meisje met bruine ogen en slank lichaam gaat in de rij staan, maar kijkt Isaac opstandig aan.
‘En tot slot Augustus Brown, zeventien jaar normale wereld, één maand geestenwereld. Doodsoorzaak: Overdosis alcohol.’
Bijna geruisloos was de laatste jongen in de rij gaan staan, hij heeft kort zwart haar en puistjes op zijn gezicht. Hij stond op het punt in tranen uit te barsten. Ik bal mijn vuisten, deze Isaac zet zijn team met opzet op de schandpaal, vooral Augustus leek het er moeilijk mee te hebben om geconfronteerd te worden met zijn vroege dood. Net toen ik er iets over wilde zeggen, hoor ik het geluid van een belletje.
‘Het eten is klaar,’ zegt Isaac ongeïnteresseerd. ‘We bespreken de rest later wel.’

#5 Er kan onderscheid gemaakt worden tussen twee soorten materie: Fysieke en spirituele, enkel geesten hebben invloed op spirituele materie.

WORDT VERVOLGD.
Laatst gewijzigd door CasBuijs op 27 okt 2013 10:26, 2 keer totaal gewijzigd.
-Maaike-
Computer
Computer
Berichten: 2696
Lid geworden op: 27 okt 2010 18:51

Jups, bijgelezen! :D Ik vind het een spannend verhaal. Meestal heb ik niets met geesten. Vind ze eng en zo, maar in dit geval valt dat wel mee :) Waarschijnlijk omdat het geen klopgeesten zijn :P Haha

Ik dacht in eerste instantie dat de reapers slecht waren, maar kennelijk halen die altijd de geesten van overleden mensen op?

Ga zo door!
- Never give up on anything, because miracles happen every day -

My head is a jungle...
CasBuijs
Balpen
Balpen
Berichten: 144
Lid geworden op: 29 aug 2012 15:42

Ik heb dan wel een tijdje niet geschreven, maar ik ben blij dat het nog gelezen wordt :)
Over de reapers kan ik nog niet veel zeggen, maar ze zijn niet goed en niet echt slecht, ze moeten er voor zorgen dat de wereld niet overbevolkt met geesten raakt, en daarom ruimen ze ze op, of de geesten het nou willen of niet. :P
En nu het nieuwe stukje, nog steeds wat dialoog, maar ik moet een paar regels van de geestenwereld vaststellen voor de lezer :P


Het gerinkel van bestek is het enige geluid dat door de griezelig grote eetzaal klinkt. De tafel neemt maar een klein deel van de kamer op, de rest is alleen maar leegte. Bovenin de kamer zijn een paar ramen, waardoor maanlicht naar binnen schijnt. Aan weerszijden van de tafel staan groteske harnassen met verschillende wapens in hun handen en er brand een enkele open haard aan de zijkant van de zaal. Het eten smaakt heerlijk, maar deze sensatie geeft mij eerder meer vragen, vooral omdat ik merk dat de biefstuk verdwijnt in mijn lichaam, hoe veel ik ook eet, mijn maag vult zich niet.
´Meneer Sawyer,´ zeg ik aarzelend. ´Hoe kan het dat ik het eten kan aanraken en doorslikken, en waarom wil mijn hand niet door de tafel?’
Ik tik met scheef oog op de tafel, voordat ik in dit huis was kon ik zelf bepalen door welke substantie ik mijn lichaam bewoog, en ik kon alleen met veel inspanning iets laten bewegen, terwijl ik in het huis makkelijk mijn bestek kan dragen.
‘Dat ligt eraan,’ zegt Isaac. ‘Je moet begrijpen dat er twee verschillende soorten materie bestaan: Fysieke en spirituele.’
Dat verklaart wat, denk ik. Dus dit huis is helemaal spiritueel? Ik neem aan van wel.
‘Een geest kan zich door fysieke materie heen verplaatsen,’ zegt Alice, ze draagt plotseling een mooie avondjurk. ‘Een geest kan ook enkel met moeite fysieke materie verplaatsen, maar spirituele materie is voor hem hetzelfde als fysieke materie voor een mens.’
‘Ik begrijp het denk ik,’ zeg ik. ‘Dus als deze vork fysiek was, zou ik hem niet op kunnen rapen, maar wel mijn hand door laten bewegen?’
‘Precies,’ beaamd Davide met volle mond. ‘Maar we zullen ervoor zorgen dat je fysieke materie leert beheersen.’
‘Maar hoe maak je spirituele materie dan?’ vraag ik aan Isaac. ‘Waar komt het vandaan?’
‘Offeren,’ zegt Isaac. ‘Als je fysieke materie door verbranding offert, veranderd het in spirituele materie.’
‘Dus dit hele gebouw is eens geofferd?’ vraag ik verwonderd en Isaac knikt.
‘Een getrouwd stel verbrand een huis met hun zoon erin,’ zegt hij. ‘Dit is mijn huis en graf.’
Isaac kijkt mij doordringend aan, zijn gezicht lijkt geen emotie te kennen, maar hij tracht een emotie bij mij te bespeuren.
‘Wat verschrikkelijk,’ zeg ik tenslotte, ik voel me alles behalve op mijn gemak in dit huis.
‘Vuur is gevaarlijk Giovanni,’ zegt Isaac. ‘Zelfs als geest moet je het vermijden, want het kan ook jou schaden.’
‘Als je geraakt wordt door vuur verbrand het je schelp,’ zegt Davide. ‘En voor je het weet hebben de reapers je geroken, en komen ze je halen.’
Peter maakt een spookachtig gebaar richting Augustus en mij, maar ik deins niet terug.
‘De schelp is je lichaam, je harnas. De vlam is je leven,’ zegt Isaac. ‘Dat zijn de regels voor het overleven in de geestenwereld.’
‘De vlam,’ mompel ik, en ik herinner me hoe er een blauwe vlam uit me was gekomen in plaats van bloed. Als de vlam dooft, waar ga ik dan heen?
‘Meer vragen zul je voor later moeten bewaren,’ zegt Isaac, die met een zakdoek zorgvuldig zijn mond afdoet. ‘We gaan het hebben over je training.’

‘Je training bestaat uit drie fasen:
Training van de geest, waarbij je leert je krachten te gebruiken.
Training van het lichaam, waarbij je leert jezelf te verweren tegen Ghouls en Reapers.
en training van de ziel, waarbij je terug zal keren waar je vandaan kwam.’


‘Training?’ zeg ik. ‘Maar ik heb nog niet eens gezegd dat ik mee-’
‘Vragen voor later Giovanni!’ zei Davide, terwijl hij me op mijn rug klopt. ‘Je slaapt bij de rest van team Charlie vanavond.’
En voor ik het weet heeft Davide me al naar een luxueuze slaapkamer gesleurd.

#6 Fysieke materie kan door middel van ontbranding spirituele materie worden.

WORDT VERVOLGD
Laatst gewijzigd door CasBuijs op 27 okt 2013 10:27, 2 keer totaal gewijzigd.
Kattie
Potlood
Potlood
Berichten: 90
Lid geworden op: 28 aug 2012 16:49

Ik heb intussen de proloog en het eerste stuk gelezen, wow! Je verhalen stellen nooit teleur, Cas, dit ziet er weer een toppertje uit :D Morgen lees ik de rest, hopelijk even goed als het begin!
Fire, walk with me.
CasBuijs
Balpen
Balpen
Berichten: 144
Lid geworden op: 29 aug 2012 15:42

Hoofdstuk drie is hier, waarin we dieper in de psyche van onze personages kijken :) Ook word je in dit deel geïntroduceert met een nieuwe 'gimmick' die wel eens vaker in mijn verhalen voorkomt. Katrien is er al bekend mee, maar ik stop soms wat muziek in mijn verhalen om de toon aan te geven/versterken. Als het niet in de smaak valt kun je het altijd negeren. En zeker deze, aangezien het voor sommigen een vreemde keuze is.
3
How I died

Ik ben dan wel dood, maar ik heb nog steeds slaap nodig. Maar hoe hard ik ook mijn best doe, slaap vat ik maar niet. De wereld van geesten maakt mij bang. De manier van leven veranderd voor iedereen, en dat reflecteert op de mensen die er leven. Ik denk aan Isaac, die al vierhonderd jaar leeft, waardoor zijn gezicht geen spier meer wil vertrekken.
Wat kan ik hier nog doen? Vraag ik me af. Kan ik niets anders dan mijn hele leven vluchten voor de Reapers?
Gefrustreerd sla ik met mijn vuist op het matras.
‘Maak je maar geen zorgen.’
Ik kijk op van mijn bed en zie Augustus, de jongste van team Charlie. Hij draagt zijn bril niet, dus zijn ogen lijken een stuk kleiner en spreken minder.
‘Meneer Sawyer lijkt misschien streng, maar hij mag ons graag,’ zegt hij.
‘Maar hij hoeft niet zo gemeen tegen ons te doen,’ zeg ik. ‘Ik vind het oneerlijk dat hij jullie dwingt aan je dood te denken.’
‘Hij doet het uit liefde.’
De stem van Jabu, de dikke zwarte man, klinkt aan de andere kant van de kamer. Hij kwam overeind en staart mij breed glimlachend aan.
‘Hij is boos omdat wij ons leven hebben weggegooid.’
Ook Peter Archer had zich bij het gesprek gevoegd, maar hij was schijnbaar te lui om overeind te komen.
Ik mag hem nog steeds niet, denk ik bij mezelf.
‘Maar vertel eens,’ zegt Jabu. ‘Hoe stierf jij?’
Ik staar de man verwilderd aan, wat is dat nou voor een vraag?
‘In mijn hart geschoten volgens mij,’ zeg ik.
‘Moord dus,’ zegt Peter. ‘Geluksvogel.’
‘Ik zie niet hoe dat geluk is,’ antwoord ik.
‘Onze doden waren een stuk minder… plezierig,’ zegt Augustus. ‘Jij kon er niets aan doen, maar in onze gevallen was het erg heftig om erachter te komen wat we hadden gedaan.’
Ik herinner me hoe de doden van team Charlie allemaal te maken hadden met zelfmoord, of ze hadden er in ieder geval iets aan kunnen doen om te blijven leven. In dat opzicht hadden ze wel gelijk, er was minder schuld te dragen als je gedood was door een ander.
‘Hoe weten jullie je doodsoorzaak eigenlijk?’ vraag ik. ‘Ik kan me er niets van herinneren.’
‘Isaac,’ zegt Jabu. ‘Hij zoekt voor iedereen individueel zijn achtergrond uit, dan neemt hij je mee om je begrafenis bij te wonen.’
Ik voel een klein gevoel van respect voor Isaac bij me opwellen.
´Dus jullie herinneren je ook helemaal niets?’ zeg ik opgelucht. ‘Ik was al bang dat ik de enige was.’
‘Geen enkele geest herinnerd zich iets uit het vorige leven,’ zegt Peter. ‘Behalve sommigen, toch Roxanne?’

http://www.youtube.com/watch?v=dYpsmna_M5A

Bij het raam verschijnt opeens de jonge Roxanne Miller. Ze was blijkbaar onzichtbaar geweest of zoiets, want ze was me nog niet opgevallen. Ze staart nijdig naar Peter.
‘Hoe wist je dat ik er was?’ vraagt ze.
‘Je komt altijd als er een nieuwe is,’ zegt Peter. ‘Ik ken je al langer dan vandaag.’
Roxanne zucht en kijkt uiteindelijk naar mij.
‘Maar hij had wel gelijk,’ zegt ze. ‘Ik kan me mijn vorige leven herinneren.’
‘Hoe dan?’ flap ik eruit en ik kijk beschaamd naar Roxanne, maar die kan het vrij weinig schelen. Ze wipt van de balkonrand en wijst met haar vinger onder haar oog.
´Ik ben helderziend.´
´Een helderziend persoon kan alle spirituele materie zien, zelfs voordat ze dood gaan,´ legt Peter uit.
´In mijn vorige leven was ik een rockster,´ zegt Roxanne. ´En ik loog niet als ik een nummer voor mijn grootouders speelde, want ik kon ze zien als ze op de rand van het stadion zaten.´
Roxanne draait zich om en staart naar buiten richting de maan.
´Ik en de drummer van de band hadden een relatie, maar vlak voordat we trouwden, kwam ik erachter dat hij een ander had.´
´Roxanne,´ zegt Peter. ´Je hoeft niet-’
Roxanne heft haar hand op als Peter probeert op te staan, en hij gaat weer zitten. Ik hoor haar stem haperen als ze haar verhaal vertelt, maar ze leunt op het raamkozijn om zich te kalmeren.
‘Toen het schandaal bekend werd was dat het einde voor onze band, en we gingen uit elkaar.’
Een enkele traan viel vanachter Roxanne het raam uit.

‘Oma, hoe is het om dood te zijn?’
‘Schat, je denkt toch niet dat je zo je problemen oplost?’
‘Oma.’
‘Ik weet het niet, ik kan het niet vergelijken met het leven, want ik weet er niets meer van.’
‘U bedoelt dat ik kan vergeten?’
‘Roxanne, vergeten betekent niet verdwenen.’


Het is stil in de kamer: Augustus mijd mijn blik, Jabu ging stilletjes liggen en Peter was bij Roxanne gaan staan, en legt zijn linkerhand op haar rechterschouder. Ze veegt zijn hand weg en loopt gehaast naar de andere kant van de kamer.
‘Dus ik deed het, een pot slaappillen maakte een einde aan alles.’
Ik weet wat er gaat komen.
‘Althans, dat hoopte ik. Toen ik uit de donkerrode vlammen stapte, herkende ik mijn handen nog steeds als die van mij.’
Ik aarzel plotseling of ik eigenlijk wel alles over mijn vorige leven wil weten.
‘Jij mag helderziendheid misschien als een zegen zien, maar voor mij is het een vloek.’
‘Enkel een vos wist graag zijn sporen uit,’ fluistert Jabu, en toen realiseerde ik het me.
Niemand in het landhuis benijdt Roxanne, niemand.

#6 Een levende vergeet al zijn ervaringen uit zijn hele leven zodra deze overlijd.

WORDT VERVOLGD…
Laatst gewijzigd door CasBuijs op 27 okt 2013 10:28, 2 keer totaal gewijzigd.
CasBuijs
Balpen
Balpen
Berichten: 144
Lid geworden op: 29 aug 2012 15:42

hmm, de pagina verdwijnt als je op de linkt klikt, dus ik ben bang dat je m zou moeten kopieren en plakken :/
"In the face of disaster lies the opportunity for renewal."
-Maaike-
Computer
Computer
Berichten: 2696
Lid geworden op: 27 okt 2010 18:51

Hm, enerzijds is het naar je verleden te vergeten omdat dat maakt wie je bent en je toch moet leven met je keuzes. Maar anderzijds zie ik inderdaad dat het een opluchting kan zijn... :)

Mooi geschreven! Ben benieuwd hoe het verder gaat!
- Never give up on anything, because miracles happen every day -

My head is a jungle...
Rob
Potlood
Potlood
Berichten: 79
Lid geworden op: 01 okt 2011 18:06

Hallo,

Intrigerend begin en inderaad: voral die laatste zin maakt me nieuwsgierig naar meer!

Groetjes Rob, auteur van het Judascomplot
CasBuijs
Balpen
Balpen
Berichten: 144
Lid geworden op: 29 aug 2012 15:42

@-Maaike- Dankjewel! Het probleem dat ontstaat door het geheugenverlies is een probleem dat in het verhaal van vele kanten bekeken gaat worden, elk persoon heeft er een ander idee over :)
@Rob Ik ben blij dat je het begin leuk vind! Ik hoop dat de rest ook je interesse weet te houden ;)

Ik ben helaas de komende vier weken buiten het bereik van een goede internetconnectie, dus dit verhaal wordt voor die tijd eventjes stopgezet :/
"In the face of disaster lies the opportunity for renewal."
CasBuijs
Balpen
Balpen
Berichten: 144
Lid geworden op: 29 aug 2012 15:42

Eindelijk weer terug, ik heb een hele rits geschreven, maar ik zal het in een kortere stukjes uploaden :)


Het is twee dagen later. De ochtend begint redelijk normaal. We ontbijten in een aparte zaal met de andere twee teams: Foxtrot en Beta. Ik heb vernomen dat team Delta nog steeds op een missie is, en dat ze overmorgen zouden moeten terugkomen. Het ontbijt is verrassend uitgebreid, met eten uit allerlei culturen: Van ei met spek tot gedroogd fruit. Isaac, Alice en de overige twee stafmedewerkers waar ik de naam niet van ken eten in een andere zaal. Ik gebruik mijn tijd aan tafel om een praatje te maken. Jabu en Augustus zijn erg behulpzaam in het beantwoorden van al mijn vragen, terwijl Roxanne en Peter sinds twee dagen geleden niet meer met mij gesproken hebben. Roxanne, heb ik het idee, spreekt alleen wanneer ze iets wil vertellen, maar staat minder open in het beantwoorden van andermans vragen. Peter betrap ik echter vaker op het feit dat hij me constant aanstaart. Het lijkt erop dat hij me probeert in te schatten, maar voor hetzelfde geld is het boos op me dat ik Roxanne heb laten huilen. Davide heb ik niet meer gezien, volgens Jabu werkt hij hard voor zijn laatste opdracht.
‘De laatste opdracht,’ legt Jabu uit. ‘Is een proef, als je ervoor slaagt ben je niet langer gebonden aan de DW foundation.’
‘Wat houd de proef in?’ vraag ik belangstellend.
‘Geen idee,’ zegt Jabu schouderophalend. ‘Je weet maar nooit wat er in het hoofd van meneer Sawyer omgaat.’
Dat is waar, meerdere malen heb ik Isaac betrapt op vreemde zaken. Vaak slentert hij neuriënd door het huis of hangt hij ergens ondersteboven aan het plafond. Ik heb nog steeds niets gemerkt van de zogenaamde ‘liefde’ die Isaac voor ons zou moeten voelen. Hij lijkt me op het ene moment kil en berekend, maar op het andere moment verschrikkelijk verstrooid. Dit is mijn derde dag op het gebouw, en eindelijk lijkt het erop dat mijn training kan beginnen. Ik kreeg de boodschap van Peter dat ik mijn nieuwe uniform aan moest doen en me op de binnenplaats van het kasteel moest begeven. Ik maak mijn voorbereidingen en bevind me de rest van de dag in de bibliotheek, waar ik geïnteresseerd lees over de geestenwereld en zijn gebruiken. Ik mag overdag namelijk niet naar buiten, het licht van de zon zou mijn ‘schelp’ schaden en mijn ziel blootstellen, waardoor ik geroken zou kunnen worden door de Reapers. Over de Reapers lijkt echter weinig bekend in de bieb. De meeste boeken zijn door Sawyer zelf geschreven, maar ook zijn confrontaties met de Reapers zijn beperkt gebleven, en veel meer dan het slaapliedje van Alice krijg ik niets over ze te weten. Zodra de zon onder begint te gaan klinkt een scherp fluitje en worden we naar buiten geroepen. Op de zanderige binnenplaats bevind zich nu team Charlie. Augustus, Jabu, Roxanne, Peter en Davide salueren naar Isaac, die de binnenplaats op komt gesloft. Ik volg hun voorbeeld en probeer de vierhonderd jarige geest in te schatten. Hij draagt geen masker, maar ook zonder verraad hij vrij weinig. Zijn negentienjarige uiterlijk en zijn broodmagere postuur laten ook weinig blijken.
‘Vrienden,’ zegt Isaac. ‘Vandaag trainen we met een nieuw lid in ons midden, dus zorg ervoor dat hij zich welkom voelt.’
Davide, Augustus en Jabu begroeten me vriendelijk, maar Roxanne wuift maar een klein beetje en Peter zegt helemaal niets.
‘We trainen tot zonsopgang, dus bereidt je maar alvast voor op een lang nacht.’
Niemand lijkt echter teleurgesteld, integendeel: Een langere training betekend een hogere overlevingskans.
‘We beginnen met lichamelijke training, kan jij met uitleggen waarom Augustus?’
‘Om je ziel te trainen moet men zijn lichaam trainen meneer!’ Antwoordt de jongen.
‘Precies, we beginnen met een conditietraining, ik wil dat jullie allemaal tien rondjes om de binnenplaats lopen.’
Ik kom er tijdens de training achter dat mijn lichaam niet in topconditie is, maar het had erger gekund. Voorop sprinten Peter en Davide, waar zo’n vier meter Roxanne achteraan rent en op de voet gevolgd word door mijzelf, al lijkt ze niet bereid te zijn om te vertragen. Achteraan hobbelen Jabu en Augustus, al kan Jabu nog harder rennen dan ik dacht. Na conditietraining laat Isaac ons allerlei krachttrainingen doen, en ik dank mezelf dat ik toen ik nog leefde waarschijnlijk redelijk sportief ben geweest, want ik kan het allemaal nog wel aardig bijhouden.
Er zijn dus wel dingen die mee het dodenrijk ingaan, denk ik bij mezelf.
Algemene kennis, lichamelijke conditie, ik heb ze allemaal nog.
‘Dat lijkt me even genoeg voor nu,’ zegt Isaac plotseling. ‘Jullie hebben pauze tot middenacht.’
Ik kijk om mijn horloge: Vijf over half twaalf, vijfentwintig minuten dus. Ik sleep mezelf aan de kant en rust even uit. Mijn uniform zit onder het zand en ik betrap mezelf erop dat ik toch aardig aan het zweten ben: Er is dus nog veel om voor te trainen. Ik zie Davide iets met Isaac overleggen en van de binnenplaats verdwijnen. Enigszins bedroefd plof ik neer op de grond, maar naast mij ploft Augustus hijgend neer, zijn kostuum lekt op bepaalde plaatsen van het zweet, hij had het dus een stuk zwaarder dan mij.
‘Je bent goed,’ zegt hij hijgend. ‘Ik hoopte stiekem dat er eindelijk iemand slechter dan mijn binnenkwam.’
‘Wees niet te hard voor jezelf,’ zeg ik. ‘Je bent immers een stuk jonger dan mij.’
Augustus haalt zijn schouders op en ik betrap hem erop dat hij met zijn hand over zijn bovenbeen wrijft.
‘Heb je pijn?’ vraag ik, maar hij schudt zijn hoofd.
‘Hier zat vroeger mijn mobieltje,’ zegt hij. ‘Het is nog een reflex van vroeger denk ik.’
Ik bijt op mijn lip, geen vriend kan meer met Augustus praten.
‘Ben je eenzaam?’
‘Soms,’ geeft Augustus toe. ‘Maar iedereen hier is ook aardig, ze zorgen voor me omdat ze weten dat ik de zwakste van de groep ben.’
Dat is waar, denk ik bij mezelf. De rest is Augustus altijd extra behulpzaam. Net toen ik er aan dacht kwam Roxanne naar Augustus lopen en ze geeft hem haar veldfles, die hij dankbaar aanpakt en er gulzig uit drinkt.
‘Geef hem later maar door aan de nieuwe,’ zegt ze. ‘En niet meer de fles van Jabu aanpakken, je weet dat hij er jonge jenever in bewaart.’
Augustus knikt en overhandigd mij de fles, waar ik ook een paar slokken uit neem en teruggeef aan Roxanne.
‘Jullie kunnen je maar beter klaarmaken,’ zegt ze. ‘De tweede training gaat zo beginnen.’
We staan op en lopen Roxanne achterna.
‘Ze mag je wel,’ zeg ik tegen Augustus.
‘Ze is aardiger dan je denkt hoor,’ zegt hij. ‘Ze heeft me vaak getroost op de eerste paar nachten in het kasteel, toen ik nogal moest wennen aan het feit dat ik dood was.’
‘Dat is heel aardig van haar.’
De tweede training begint en ik krijg al gauw door dat hij gaat over het beïnvloeden van fysieke materie, net zoals ik had gedaan toen ik de pot brak op het dak waar ik was gestorven, of hoe ik de moordenaar wurgde met zijn eigen stropdas.
‘Het beïnvloeden van fysieke materie is eigenlijk vrij simpel,’ zegt Isaac, hij wandelt heen en weer langs de groep, en ik zie hoe hij onderweg aan Jabu ruikt, om te controleren of hij drank op had. ‘Jullie zullen er wel bekend mee zijn, maar ik zal de basis nog even uitleggen voor de nieuwe rekruut.’
‘Dat is niet nodig,’ zeg ik. ‘Ik heb de nodige research gedaan.’
Isaac keek opgewekt verbaasd.
‘Zou u de basisregels dan even willen herhalen meneer Giovanni?’
‘Natuurlijk,’ zeg ik. ‘Om fysieke materie te beïnvloeden gebruikt men zijn innerlijke vlam, om toegang tot die te krijgen moet men zijn schelp openen om de vlam te weten te kanaliseren. Het gevaar hierin zit hem in het feit dat je jezelf openlegt voor een aanval van de Reapers als je de gaten te groot maakt.’
‘Perfect!’ zegt Isaac. ‘Jullie zullen leren de juiste grote van gaten in je lichaam te maken, meestal is de grote van een speldenknop meer dan genoeg, maar voor grotere acties zullen grotere gaten van belang zijn.’
Isaac wees met zijn vinger naar grond, deze begon feloranje te gloeien en een bliksemstraal van de dezelfde kleur raakt de vloer. Het zand vormde zich tot glas en groeide tot een beeldje van een steigerend paard, ik kijk bewonderend toe.
‘Het verhitten en verkoelen van materie is bijvoorbeeld een stuk lastiger dan het simpel verplaatsen van objecten. Uiteindelijk zullen jullie zelfs leren om moleculen individueel te kunnen herordenen, maar ik adviseer het om er niet buiten de lessen mee te experimenteren, daarom is Alice hier.’
Hij wijst met zijn hand naar zijn assistente, die een kleine buiging naar ons maakt, waarnaar haar ogen op mij blijven rusten.
‘Zij heeft de gave jullie schelpen te repareren, dus in het geval van een ongeluk kan zij jullie redden. Een schelp heelt zich normaal ook vanzelf, maar dat proces is vele malen langzamer.’
Ik kijk Alice bedachtzaam aan, waarom is zijn de enige die ons kan helen? Kan Isaac dit niet?
De training begint echter al en ik moet moeite doen om de rest bij te houden. Het is vrij gemakkelijk om een gat in je huid te creëren met een simpel commando, maar deze begint onmiddellijk te groeien en het is lastig om hem klein te houden of dicht te maken, als de vlam met zo’n geweld uit mijn lichaam wil. Ik krijg het ook voor elkaar om de eerste keer mijn hele linkerarm te verliezen, maar Alice is er snel bij en lapt hem in een mum van tijd weer op.
‘Iedereen heeft het zwaar de eerste keer,’ geeft Jabu toe. ‘Ik verloor de eerste keer mijn hele lichaam, we mochten toen een hele week niet naar buiten omdat we bang waren dat een Reaper ons geroken had.’
Jabu leek gelijk te hebben, uiteindelijk kon ik aan het einde van de training succesvol gaatjes openen in de palmen van mijn handen en zowel bierflesjes aan scherven brengen en een kinderwagen heen en weer laten rijden. De tweede training was vele malen uitputtender geweest dan de eerste. Ik ben doodmoe, zo erg dat de moeheid fysiek pijn lijkt te doen. Ik ben echter gemotiveerder dan ooit om mijn technieken te perfectioneren. Ik heb gezien hoe Peter de stroom in de lucht kan beïnvloeden en Jabu die water kan laten koken en bevriezen. Toen ik twintig minuten later languit in bed lag, denk ik na hoe ik mijn krachten zou kunnen gebruiken als ik terug zou keren naar mijn familie en vrienden, om ze ermee te beschermen. Verzonken in gedachten val ik uiteindelijk in slaap.

#7 Sommige vrouwelijk individuen worden geboren met een speciale gave, die ze de kracht geeft geesten en spirituele materie te zien.

WORDT VERVOLGD
Laatst gewijzigd door CasBuijs op 27 okt 2013 10:29, 2 keer totaal gewijzigd.
Kattie
Potlood
Potlood
Berichten: 90
Lid geworden op: 28 aug 2012 16:49

Ik ben nog steeds niet helemaal bijgelezen, maar ik raak wel meer en meer gefascineerd :) Bv hoe het komt dat Isaac Sawyer weet te ontsnappen aan de Reapers :D
Het valt me trouwens op dat je een fascinatie hebt met vreemde oogkleuren, niet enkel in dit verhaal :D Maar dat maakt het wel weer net ietsje vreemder, wat bij het verhaal past :)
Fire, walk with me.
CasBuijs
Balpen
Balpen
Berichten: 144
Lid geworden op: 29 aug 2012 15:42

Bedankt :) En over de oogkleuren, dat doe ik meestal om iets over het karakter van het personage aan te geven :P Maar bij dit verhaal geeft de oogkleur de kleur van de vlam aan in dat persoon. Ik heb de laatste tijd helaas wel wat problemen met uploads, omdat mijn computer nogal vreemd doet :S


Peter wandelt met handen in zijn zakken langs de rand van het kasteel, hij doet zijn best om niet gezien te worden. Plotseling slaat hij af, een zandpad over de tuin in. Een ander persoon voegt zich bij hem: Het is Davide. De twee wisselen geen woord terwijl ze van het terrein afsluipen. Buiten het terrein vinden ze een telefooncel, ze wandelen door het glas en leggen allebei hun handen op de hoorn, waarnaar ze in het niets verdwijnen.
De straten van Florence zijn uitgestorven als de twee bij een andere telefooncel verschijnen. Een jongeman veegt met een bezem het terras van een pizzeria schoon. Hij kijkt niet eens op zodra de twee verschijnen, en veegt vrolijk fluitend door. Peter en Davide lopen langs de levende jongeman en maken hen weg naar een café dat geen levende kon zien. Een smalle zwarte deur tussen twee hotels met een vervallen uithangbord. ‘Over de Styx.’ staat er op het bord, en de twee mannen gaan naar binnen. Ze waren gedwongen de deur aan te raken, want de café was gemaakt van spirituele materie. Binnenin waste een dode waard grote glazen droog met een vieze handdoek. Het zag er niet uit: Behang kwam van de buren, de grond was goor van al het vuil en in het hele café hing een dikke rookwalm. De twee nemen plaats aan de bar.
‘Goedenavond heren,’ zei de waard. ‘Het gebruikelijke?’
‘Moet je dat nog vragen Rufus?’ vraagt Davide en de waard glimlacht.
Terwijl hij twee glazen met een laag wodka vult begint hij te praten: ‘Was het moeilijk om te vinden?’
‘Nee, je aanwijzing was duidelijk genoeg,’ zegt Peter. ‘Alleen zou ik het fijn vinden als je minder vaak met je café verhuisde.’
‘Je kunt niet voorzichtig genoeg zijn met die Reapers, ze zijn actiever dan ooit.’
‘Gestapo,’ verklaart Davide.
‘Vervloek die Gestapo!’ roept de waard. ‘Waarom moest hij een Ghoul worden?’
‘Wat gebeurt is, is gebeurt,’ zegt Davide sussend. ‘Hij kende deze locatie niet, dus hij kan je nu niet verraden.’
Het is stil terwijl de drie het verlies van hun drinkmaat en vriend betreuren, waarnaar er op de verloren geest gedronken wordt.
‘Op Gestapo,’ zegt het drietal in koor.
De waard bestudeert de lege wodkafles met een frons.
‘Ik zal achter wel meer halen,’ zegt hij.
‘Vergeet het ijs niet,’ zegt Peter en de waard verdwijnt het magazijn in.
De twee staren in hun lege glas.
‘De nieuwe,’ zegt Davide. ‘Is hij goed genoeg?’
‘Hij verloor zijn arm bij de training,’ zegt Peter.
‘Is hij goed genoeg?’
‘Hij hield ons niet bij.’
‘Is hij goed genoeg?’
‘…’
‘Peter…’
‘Hij kan het, geen twijfel mogelijk.’
Een flauwe glimlach verschijnt op het gezicht van Davide.
‘Dat is fijn om te horen.’
‘Hoe weet je dat hij ons zou helpen?’
‘Ik zag het in zijn ogen, Giovanni is een goed mens.’
De waard komt binnengeschuifeld en vult hun glazen met een nieuwe lading wodka en ijs.
‘Je vertrouwt mensen te snel,’ zegt Peter.
‘En jij te langzaam, mijn beste,’ zegt Davide met een knipoog.
‘Misschien.’
De twee vrienden proosten opnieuw en drinken hun drankje in een teug leeg.

WORDT VERVOLGD
"In the face of disaster lies the opportunity for renewal."
Kattie
Potlood
Potlood
Berichten: 90
Lid geworden op: 28 aug 2012 16:49

Interessant stukje, het café doet mij een beetje denken aan de Lekke Ketel uit Harry Potter :D
Ik was alleen even in de war, heb je een personage Gestapo genoemd? Vreemde naamkeuze, als ik dat mag zeggen ;)
Ohja, en "Behang kwam van de buren" zal wel "Behang kwam van de muren" moeten worden veronderstel ik? :)
Ik ben heel benieuwd naar het vervolg, en waarvoor Giovanni "goed genoeg" zou kunnen zijn :)
Fire, walk with me.
CasBuijs
Balpen
Balpen
Berichten: 144
Lid geworden op: 29 aug 2012 15:42

Ja, het is ook niet zijn echte naam, maar dat wordt pas later belangrijk
"In the face of disaster lies the opportunity for renewal."
Kattie
Potlood
Potlood
Berichten: 90
Lid geworden op: 28 aug 2012 16:49

Ah oke, dat verklaart veel :p
Fire, walk with me.
-Maaike-
Computer
Computer
Berichten: 2696
Lid geworden op: 27 okt 2010 18:51

Leuke bar! En leuk bedacht dat ze zich door de telefoon heen teleporteren. Is weer eens wat anders ^_^

Ga zo door! :D
- Never give up on anything, because miracles happen every day -

My head is a jungle...
CasBuijs
Balpen
Balpen
Berichten: 144
Lid geworden op: 29 aug 2012 15:42

Dankjewel :) Sorry dat ik een tijd niet heb kunnen uploaden, maar ik heb nu een groot deel vooruit kunnen schrijven dus ik kan nu wat vaker achter elkaar uploaden ^^ Te beginnen met dit kortere stukje:

De volgende dag was redelijk normaal voor het leven van een geest, ik gebruikte de ochtend en middag om uit te rusten en wat in de boeken van de bieb te lezen, die allerlei informatie geven die later belangrijk kan zijn: Verschillende vechtsporten, dagboeken van bekende geesten enzovoorts. Verzonken in een boek over wezens uit de geestenwereld, komt er plotseling iemand naast me staan.
‘Goedemiddag Gio!’
Ik schrik op en voor mij staat de altijd vrolijke Davide, die naast mij plaats neemt en ook een boek pakt, al zie ik al snel dat hij bij me kwam zitten om zijn verveling te doden, want hij slaat het boek algauw weer dicht.
‘Zware training gehad?’ vraagt hij.
‘Uhu, ik ben volgens mij nog nooit zo moe geweest.’
‘Dat is volkomen normaal voor een eerste keer,’ zegt Davide. ‘Je zult zien dat je het al gauw beter vol houdt.’
‘Ik hoop het maar,’ zeg ik twijfelachtig en Davide lacht hardop.
‘Je bent bijna net zo pessimistisch als Peter!’
Ik lach een beetje mee, maar plotseling kijkt Davide een stuk serieuzer.
‘Maar luister even Gio, het mag hier dan wel zwaar zijn, we zijn hier als een familie, we helpen elkaar in tijden van nood. Ook al straalt niet iedereen dat uit. Als je ergens mee zit, aarzel dan niet om naar een van ons te komen.’
‘Bedankt Davide,’ zeg ik, en ik meen het. ‘Nu je het er over hebt, er is wel iets.’
‘Wat is het?’
‘Zie je, deze organisatie is gemaakt voor geesten die hun ouderlijk thuis willen beschermen met hun krachten, maar ik weet niet zeker of ik dat wel wil.’
‘O?’ zegt Davide. ‘Waarom niet?’
‘Ik-’ Ik haal diep adem. ‘Wat als ik erachter kom dat ik helemaal geen goed mens ben geweest? Wat als ik gemeen was tegen mijn familie? Wat als ik verschrikkelijke dingen heb gedaan?’
Davide is een tijdje stil, in zijn ogen zie ik dat hij ooit hetzelfde heeft gedacht als mij.
‘Dat weet je niet zeker,’ zegt hij tenslotte.
Hij staat op, pakt zijn boeken, en baant zijn weg naar de deur.
‘Ik moet nu even gaan, maar ik kom hier nog op terug Giovanni!’ zegt hij, zijn vinger priemt waarschuwend in mijn richting.

De avondtraining begint dit maal niet met een conditietraining, maar een mededeling van Isaac.
‘Voordat we met de trainingen beginnen, heb ik nog even iets te melden.’
Hij knipt met zijn vingers en naast hem verschijnt Alice, met twee vreemde pakketjes in haar handen. Ze loopt mijn richting in en overhandigd mij de pakketjes, ik pak ze echter nog niet uit.
‘Moge ze je goed beschermen,’ zegt ze met een buiging, en ze voegt zich weer bij Isaac.
‘Het pakketje bevat twee wapens die ik voor je heb uitgekozen,’ zegt Isaac tegen mij. ‘Als je niet tevreden bent moet je ze voor volgende week weer inruilen.’
Ik pak haastig de pakketjes uit en zie dat het alle twee wapens zijn: De eerste is een klein zwaard, gemaakt om met één hand te gebruiken en de andere een zwart automatisch pistool met meerdere magazijnen erbij ingepakt. Ik zie Augustus bewonderend kijken en ook Peter geeft een kort knikje mijn richting in. Ik bedank Isaac en stop de wapens in mijn riem, waarnaar de training begint. Niemand keek op naar het feit dat iemand mij iets had gegeven, verwachtend dat ik er een leven mee zou kunnen nemen.


WORDT VERVOLGD

Volgende keer: Theorieles
Laatst gewijzigd door CasBuijs op 30 sep 2013 21:34, 1 keer totaal gewijzigd.
-Maaike-
Computer
Computer
Berichten: 2696
Lid geworden op: 27 okt 2010 18:51

Leuk, dat je weer verder gaat!

Apart, hoe Gio net nog aangeeft niet zeker te weten of hij wel zijn thuis wil beschermen omdat hij misschien wel slecht is, en dat hij vervolgens twee wapens bij zich draagt. Haha, als dat maar goed gaat :)

Ga zo door!
Kattie
Potlood
Potlood
Berichten: 90
Lid geworden op: 28 aug 2012 16:49

“De volgende dag was redelijk normaal voor het leven van een geest”

Het leven van een geest, wat een mooie paradox :D

“Ik schrik op en naast mij staat de altijd vrolijke Davide, die naast mij plaats neemt en ook een boek pakt, al zie ik al snel dat hij naast me kwam zitten om zijn verveling te doden, want hij slaat het boek algauw weer dicht”

Een beetje veel naast in 1 zin, misschien kan je er ergens “bij” of “voor” ofzo van maken? :)

“‘Uhu, ik ben volgens mij nog nooit zo moe geweest.’”

Ik vind het heel interessant hoe je je geesten nog wel fysieke vermoeidheid laat voelen!

“Niemand keek op naar het feit dat iemand mij iets had gegeven, verwachtend dat ik er een leven mee zou kunnen nemen”

Het lijkt daar inderdaad vrij standaard dat mensen elkaar kunnen vermoorden, maar aan de andere kant, als je weet dat er nog een leven na de dood is, wordt het doden van een levend persoon iets helemaal anders. Intrigerend :D
Fire, walk with me.
CasBuijs
Balpen
Balpen
Berichten: 144
Lid geworden op: 29 aug 2012 15:42

@Maaike Dankjewel voor je compliment :) En het leveren van wapens aan (mogelijk gevaarlijke) geesten stop ik er in om te laten zien hoe wanhopig Isaac is om iedereen te laten overleven :P
@Kattie Bedankt, ik zal de fout ook even aanpassen ;)

En nu dan de theorieles:

Ik moet gauw wennen aan het vreemde ritme op het kasteel. Ze staan rond elf uur op, waarnaar ze ontbijten en de dag doorbrengen met theorielessen of in de bibliotheek. ’S Avonds gaan ze naar buiten en trainen ze tot ongeveer twee uur, waarnaar ze naar bed gaan om te rusten. Er zijn sinds het uitkiezen van mijn wapen weer twee dagen van lichamelijke training verstreken, en al gaat mijn conditie nog niet erg vooruit, de geestelijke training gaat goed vooruit. Ik ben geen ledematen meer verloren en ik kan inmiddels water zowel warmer als kouder laten worden. Vandaag krijg ik echter mijn eerste theorieles, samen met Augustus en Monica, een nieuwe rekruut uit team Foxtrot. Ze is een vrouw in de dertig met slap, muisbruin haar en schichtige ogen die haar omgeving met grote nieuwsgierigheid bestuderen. Augustus lijkt mijn aanwezigheid in ieder geval erg te waarderen, hij vertelt uitgebreid over de carrière die hij heeft besloten te gaan volgen, een enthousiasme dat steeds meer begint te bloeien.
‘Meneer Sawyer zegt dat ik echt talent heb,’ vertelt hij vrolijk.
‘Je bedoelt dat met andere geesten communiceren?’ vraag ik belangstellend. ‘Hoe heet dat ook al weer?’
‘Vlamconnectie,’ antwoordt Augustus. ‘Blijkbaar kan ik het beter dan welke geest dan ook.’
Ik herinner me hoe Isaac in mijn hoofd had weten te praten, ook al was hij toen mijlenver van mij af.
‘Roxanne vindt het ook een goede keuze,’ zegt hij trots.
‘O ja?’ vraag ik, maar ik weet al waarom. Zo kan Augustus niet in de strijd sneuvelen.
We nemen plaats in een klein lokaal, en onze ‘leraar’ komt de kamer in gewandeld. Het is een van de stafleden die ik niet wist te identificeren. Het is een schriele, blonde man met een grote bril.
‘Mijn naam is Andrew Poltergeist,’ zei de man, terwijl hij zijn naam op het bord schrijft met een wit krijtje. ‘Ik zal jullie leren hoe je kunt overleven in deze gevaarlijke wereld.’
Hij bekijkt onze gezichten, we zijn uiteindelijk met z’n zessen: Augustus, ik en vier andere geesten van andere teams.
‘Meneer Sawyer heeft graag dat ik begin met meer simpele dingen zoals geschiedenis, maar ik vind het belangrijk om jullie te leren over het grootste gevaar dat er in deze wereld te vinden is.’
Poltergeist knipt theatraal in zijn vingers en de lichten in het lokaal vliegen uit, een projector achterin de klas begint met het afbeelden van verschillende wazige dia’s.
‘Ik presenteer u: Reapers!’
Tussen een van de dia’s zie ik een klein kind die gemakkelijk een grote bijl over zijn schouder vasthoudt: Madness.
‘93% van alle doden onder geesten wordt veroorzaakt door Reapers,’ zegt Andrew. ‘Ook al zijn er maar vijf van op deze planeet, waarvan eentje nu al zeventig jaar slaapt.’
Ik kijk gefascineerd naar de Reapers, al zijn de foto’s van Madness dan wel het meest duidelijk, want de anderen konden waarschijnlijk nauwelijks gemaakt worden: Meer dan de helft van de tijd zie ik niet eens wat er aan de hand is.
‘Het gevaar in de Reapers schuilt in hun veelzijdigheid, Madness, die verantwoordelijk is voor 6% van alle doden onder geesten kan de geur van een geest oppikken en voor altijd achtervolgen, gelukkig zijn hiervoor maatregelingen genomen op het slot, dus hij zal je hier als het goed is niet kunnen vinden.’
Dat is niet bepaald een geruststelling, één stap buiten het slot en Madness zal me vermorzelen, denk ik bij mezelf.
‘De tweede Reaper heeft al 13% van de doden onder zijn naam staan, hij staat bekend om de naam Beowulf, en geen enkele van onze troepen is ooit levend uit een gevecht met hem ontsnapt, daarom adviseren wij alle geesten nooit in direct een strijd met een Reaper aan te gaan, vlucht, het is het enige dat je kan doen.’
Een nieuwe dia verschijnt, deze is veel duidelijker, en het beeld een beeldschone vrouw af in een lange, rode jurk.
‘De derde Reaper heeft eigenlijk nauwelijks doden onder haar naam staan, omdat zij op een andere manier haar slachtoffers maakt. Morgana, zoals zij bekend staat, haalt andere geesten over om in een Ghoul te worden.’
‘Een Ghoul?’ vroeg een jonge vrouwelijke geest, maar ik had de term al meerdere keren horen vallen, al wist ik niet wat het was.
‘Een Ghoul,’ zegt Poltergeist. ‘Is een geest wiens vlam is opgegeten door de derde Reaper. Ghouls zijn gedachteloos en reageren enkel op het commando van hun meester of meesteres. Sommige Ghouls kunnen deze complete overgave in het begin nog weerstaan, maar alleen als ze zich constant blijven voeden op de vlammen van andere geesten. Samen zijn Ghouls verantwoordelijk voor ongeveer 25% van alle moorden op geesten.’
Ik maak de rekensom in mijn hoofd, dat is allemaal bij elkaar 44%, dat betekend…
‘De vierde Reaper maakt de meeste slachtoffers van allemaal, bij elkaar opgeteld komt dat uit op 47% van alle dode geesten. Dit is de enige foto die ooit van hem is gemaakt, waarnaar de maker onmiddellijk stierf.’
De foto is een afbeelding van een kleine steeg, de maker stond onder het licht van een lantaarnpaal, maar de steeg in compleet donker, er is niks te zien. Toch merk ik een vreemde aanwezigheid in de steeg, alsof iets me erdoor aankijkt, zelfs al kijk ik enkel naar een foto, angstrillingen kruipen mijn rug op en ik krijg het benauwd. Ik heb nog nooit zo’n perfecte duisternis gezien, ik kan het niet beschrijven.
‘De vierde Reaper is Nox. Nox is overal, Nox is je schaduw, de nacht, Nox kan je in één seconde doden, de enige reden waarom hij dat niet zou doen is omdat hij je wil laten lijden. Niemand weet waarom Nox dit doet. Men fluistert dat hij doden te simpel en te saai vindt, dat zijn enige vermaak komt uit het brengen van wanhoop zodat geesten zich uiteindelijk zelf door hem laten doden.’
Het is stil in het lokaal, de foto van Nox is voor altijd in mijn netvlies gebrand. Dan wordt de stilte onderbroken door een vraag van Dallas, een brutale geest uit team foxtrot.
‘En de laatste twee procent dan?’ vraagt hij. ‘Komt dat alleen door de laatste Reaper?’
‘Dat klopt,’ zegt Andrew. ‘De laatste Reaper doodt het minste, maar hij mag onder beding worden onderschat. Rem verschijnt alleen op exceptionele momenten wanneer er heel veel mensen sterven, de laatste keer dat hij verscheen was zeventig jaar geleden, toen velen stierven in een grote oorlog: de tweede wereldoorlog. Niemand heeft hem ooit gezien, zelfs meneer Sawyer, de oudste geest ooit, heeft ooit ook maar iets van deze Reaper gezien. Het enige dat we weten is dat deze Reaper onverslaanbaar is, in de weinige paar keren dat hij is verschenen is er geen enkele overlevende van zijn verschijning geweest. De lichten in het lokaal springen weer aan en de projector schakelt zichzelf weer uit.
‘Ik hoop dat jullie hier veel van hebben opgestoken,’ zegt Andrew joviaal. ‘Ik kijk uit naar een geweldig jaar om jullie les te mogen geven!’

WORDT VERVOLGD

Volgende keer: Jabu's verhaal
-Maaike-
Computer
Computer
Berichten: 2696
Lid geworden op: 27 okt 2010 18:51

Even kijken of ik het nog goed op mijn netvlies heb staan, Madnass heeft de HP vermoord toch? Ik herinner me een kind met een bijl... maar Nox komt me ook ergens bekend van voor. Alsof hij al een plekje in het verhaal heeft dat ik me niet meer kan herinneren...
haalt andere geesten over om in een Ghoul te worden.’
over om een Ghoul te worden of over om in een Ghoul te veranderen ;)

Verder goed vervolg! Ga zo door!
- Never give up on anything, because miracles happen every day -

My head is a jungle...
CasBuijs
Balpen
Balpen
Berichten: 144
Lid geworden op: 29 aug 2012 15:42

Hmm, niet precies, het is tot nu toe in het verhaal nog niet bekend wie de hp vermoord heeft, (al wordt er wel een naam geopperd), het kan iig geen reaper zijn, want Reapers doden alleen geesten ;)
"In the face of disaster lies the opportunity for renewal."
Kattie
Potlood
Potlood
Berichten: 90
Lid geworden op: 28 aug 2012 16:49

Leuk stukje! Ik heb het gevoel dat er nog heel wat confrontaties met de reapers gaan komen en dat die erg spannend gaan worden, zeker met de verschillende 'soorten' zeg maar. Ik kijk uit naar je vervolg!
Fire, walk with me.
CasBuijs
Balpen
Balpen
Berichten: 144
Lid geworden op: 29 aug 2012 15:42

Even een kleine update, ik vond de werking van de geestenwereld een beetje lastig te begrijpen voor nieuwe lezers, dus ik heb aan het begin van elk stukje (tot 7) één van de natuurwetten van de geestenwereld gepost, dan kunnen degenen die het verhaal even niet kunnen volgen teruglezen in het verhaal, en het helpt zeker als ik weer een keer een tijd niets kan posten en je geheugen opgefrist moet worden. Wat vinden jullie van deze verandering? En zal ik het de rest van het verhaal blijven doen? Of gewoon ergens in het topic de complete lijst van de vele wetten en regels neerzetten? (vervolg komt trouwens al snel!)
"In the face of disaster lies the opportunity for renewal."
-Maaike-
Computer
Computer
Berichten: 2696
Lid geworden op: 27 okt 2010 18:51

Heldere natuurwetten :) Ik zou ze pas als je verhaal af is allemaal onder elkaar zetten. Als je het aan het begin doet, werkt het een beetje als een spoiler. ;)
- Never give up on anything, because miracles happen every day -

My head is a jungle...
Kattie
Potlood
Potlood
Berichten: 90
Lid geworden op: 28 aug 2012 16:49

Ik vind het op zich wel goed zo! Alleen zou ik die eerste wet één stukje verder zetten, ik weet nog dat toen ik het de 1e keer las, die "ik ben al dood" echt heel onverwacht kwam en dat vond ik echt goed gedaan :) Als je daar nog voor zet "de wetten van het leven na de dood" is het inderdaad een beetje een spoiler. Bij de andere deeltjes vond ik het geen enkel probleem en het maakt het inderdaad wel overzichtelijk!
Fire, walk with me.
CasBuijs
Balpen
Balpen
Berichten: 144
Lid geworden op: 29 aug 2012 15:42

Bedankt voor de tips, ik zal het later aanpassen ;)
Maar eerst nog een nieuw stukje:

Mijn hoofd is echter te suf om nog even in de boeken te duiken, en ik neem de tijd om even onder een boom in de tuin te slapen. Geesten mogen immers niet lang in de zon komen, aangezien vuur, in welke vorm dan ook, voor een geest dodelijk is. Het gras in de tuin is dor en uitgedroogd, en het is nog net koel genoeg onder de schaduw van de enorme boom. De geur van exotisch eten komt vanuit het kasteel, over een paar uur begint het avondmaal, en ik sluit gerust mijn ogen. Dit is het eerste moment dat ik eindelijk kon ontspannen. Uiteindelijk val ik rustig in slaap.

‘Meneer Giovanni.’
Ik spring op van onder de boom, voor mij staat Alice in de brandende zon. Ze draagt een witte jurk en heeft een witte parasol, waarvan de reflectie pijn doet aan mijn ogen. Een straal van licht raakt echter haar arm, maar het lijkt haar niet te deren, in tegenstelling tot mij, waarbij enige blootstelling aan de zon fysiek pijn doet.
‘Doet dat geen pijn?’ vraag ik, wijzend naar haar ontblote arm.
‘Neen, de zon heeft mij nooit pijn weten te doen, ik vind de warmte zelfs prettig.’
‘Ik mis het wel,’ geef ik toe. We mogen van Isaac immers niet bij vuur komen, dus de enige warmte die ik kan krijgen is degene van warme dekens.
‘Voel alstublieft geen jaloezie meneer Giovanni,’ zegt Alice. ‘Mijn lot is er een die ik liever niet deel.’
‘Wat is dat dan?’ vraag ik.
‘Een kooi,’ fluistert ze.
‘Kooi?’
‘Een mooie kooi, een grote kooi, een lieve meester, maar het was een kooi.’
Heeft ze het over dit kasteel?
Rillingen kruipen over mijn lijf, het gevoel dat ik bekeken wordt is groter dan ooit, ik kijk paranoïde over mijn schouder, er is niets te zien. Dromen over schaduwen, Ghouls en Madness plagen mij al dagenlang. Een slanke, zacht hand pakt de mijne beet. Alice kijkt me glimlachend in de ogen.
‘Kom, het eten is klaar.’

Het eten is veel uitgebreider dan normaal, het diner vindt plaats in de normale eetzaal, maar er staan veel meer tafels dan gebruikelijk. Het eten moet bovendien zelf worden gehaald in de hoek van de zaal, waar je zelf kon opscheppen uit een groot assortiment van gerechten, allemaal bereid door Jabu en Monica, de verlegen vrouw van Foxtrot. Ik zit aan tafel met de rest van mijn team, op Davide na, die samen met de andere teamleiders bij Isaac en Alice aan tafel zit.
‘Wie zijn dat?’ vraagt Augustus plots, en hij wijst naar een klein groepje kinderen, die onder de hoede van een oude vrouw de kamer in worden gebracht, ze lijken nogal in verlegenheid gebracht door alle volwassenen in hun legeruniformen.
‘We noemen ze de stumpers,’ zegt Jabu. ‘Want dat is wat ze zijn. Het zijn overleden kinderen die Isaac hier in veiligheid heeft gebracht.’
‘Verschrikkelijk,’ beaam ik en Augustus roert onrustig door zijn eten.
‘Ze zijn in ieder geval veilig,’ zegt Peter. ‘Daarbij weten ze niet eens precies hoe hun vorige leven was, je weet wel, ze zijn het allemaal vergeten.’
‘Behalve Annabel,’ zegt Roxanne bits. ‘Ze was helderziende, en ze kan haar hele dood nog in de fijnste details herinneren!’
‘Het zal allemaal wel,’ zegt Peter. ‘Haar huilen houdt me uit mijn slaap, en misschien moet jij eens ophouden chagrijnig te worden iedere keer als we over helderzienden beginnen.’
‘Rustig aan Peter,’ zegt Jabu. ‘Dat meisje kan er ook niets aan doen, ze was immers vermoord door, je weet wel.’
‘Dante,’ fluistert Roxanne, en er valt een ongemakkelijke stilte aan tafel.
‘Wie is dat?’ vraag ik gespannen.
‘Hallo allemaal!’
Davide zet vijf glazen bier met een doffe klap op tafel en wringt zich tussen mij en Augustus in. Iedereen pakt zijn glas (behalve Augustus) en neemt een grote slok. Het voelt eeuwen geleden dat ik iets lekkers heb geproefd, en het lijkt bijna alsof ik me iets uit het vorige leven kan herinneren.
‘Hoe komen jullie hier eigenlijk aan?’ vraag ik. ‘Moet eten en drinken niet verbrand worden voordat we het kunnen aanraken? Wie doen dat?’
‘Daar hebben we onze connecties voor,’ zegt Davide met een knipoog. ‘Waarom vraag je ze het zelf niet?’
Hij knikt naar de muur van de eetzaal, waardoor twee figuren komen gestapt. Het is een jong koppel van twee knappe studenten. De eerste heeft zwart achterovergekamd haar en donkerbruine ogen. Hij draagt een leren jack en een scooterhelm onder zijn rechterarm. Hij kijkt strak voor zich uit langs alle geesten heen, ook als één van de kindergeesten een gekke bek naar hem trekt valt het hem niet op. Kan hij dit gehele kasteel niet zien? De tweede zwaait echter naar alle geesten die ook haar op hun beurt begroeten. Ze heeft prachtig, lang zwart haart en olijfkleurige ogen, ook al ziet ze er niet heel intelligent uit. Ik zie dat ze geen geesten zijn, ze lopen door alle meubels in de kamer heen en ook de geesten zelf kunnen ze niet aanraken, het meisje lijkt echter de enige die ons kan zien.
‘Lia!’
Davide zwaait vanaf zijn tafel naar het meisje en zij zwaait terug. Davide trekt mij van tafel mee naar Lia en de twee beginnen geanimeerd te praten, terwijl de jongen glazig onze richting in kijkt, maar precies tussen ons in.
‘Gio en ik hadden het net over je.’
‘Gio?’ vraagt Lia en ze kijkt me in de ogen. ‘Ik ben Lia! Aangenaam.’
We willen handen schudden, maar deze gaan dwars door elkaar heen.
‘Dit is mijn vriendje Roberto, maar je mag hem Rob noemen.’
Lia pakt hem bij zijn arm en legt haar hoofd op zijn schouder.
‘Hallo… Rob,’ zeg ik, maar de jongen kijkt nog steeds maar half mijn richting in.
‘Met wie praat je nu?’ vraagt Roberto aan zijn vriendin.
‘Giovanni,’ zegt ze. ‘Hij is ook een geest.’
‘Giovanni,’ zegt Roberto. ‘Als in de metafysicus Giovanni?’
Lia haalt haar schouders op.
‘Was die niet onlangs doodgeschoten door die huurmoordenaar?’
Het voelt alsof een golf ijswater over mij heen komt.
‘Hoe heet hij ook al weer?’ vraagt Lia. ‘Dante ofzo?’

# Voedsel is niet een vereisde voor het overleven van een geest.
-Maaike-
Computer
Computer
Berichten: 2696
Lid geworden op: 27 okt 2010 18:51

Leuk vervolg weer en spannend einde. Ben benieuwd of een van die geesten er meer over gaat vertellen of dat Gio alles zelf moet uitvinden :)

Ga zo door!
- Never give up on anything, because miracles happen every day -

My head is a jungle...
Kattie
Potlood
Potlood
Berichten: 90
Lid geworden op: 28 aug 2012 16:49

De geur van exotisch eten komt vanuit het kasteel
Kunnen geesten ruiken? Nog nooit over nagedacht eigenlijk tot ik dit las :p
‘Wie is dat?’ vraag ik gespannen.
‘Hallo allemaal!’
Verdorie zeg, een cliffhanger midden in het stukje :D
‘Was die niet onlangs doodgeschoten door die huurmoordenaar?’
Het voelt alsof een golf ijswater over mij heen komt.
‘Hoe heet hij ook al weer?’ vraagt Lia. ‘Dante ofzo?’
Spannend, hij komt eindelijk wat te weten over zichzelf! En opnieuw Dante, ik ben benieuwd naar hem en naar het vervolg :D
Fire, walk with me.
CasBuijs
Balpen
Balpen
Berichten: 144
Lid geworden op: 29 aug 2012 15:42

@Maaike Dankjewel voor je reactie :)
@Kattie Je zult nog wel zien wat er met die Dante is :P De reden dat ik geesten trouwens laat ruiken, slapen en moeheid laat voelen is vooral om ze herkenbaarder te maken. Het is moeilijk om je in iemand te verplaatsen die nooit uitgeput raakt, dus heb ik ze veel menselijke karaktereigenschappen gegeven. Het is namelijk al moeilijk genoeg om je iemand voor te stellen die vlammen in zijn lichaam heeft in plaats van vlees en bloed.

‘Giovanni lijkt stil vanavond, zou er iets aan de hand gaan?’
‘Heeft hij een T-Scream of zoiets?’
Ik staar afwezig naar de grond. We staan in een lange rij lang elkaar, we hebben net avondtraining gehad, de slechtste tot nu toe. Ik ben vermoord, ik ken zijn naam. Dante.
‘Misschien hebben die kinderen een indruk op hem gemaakt.’
Stiekem ben ik blij om de stemmen van mijn teamgenoten te horen, ze maken zich echt zorgen om mij. Zij zijn immers de enige die ik momenteel ken, van mijn vorige leven ken ik alleen de bruinharige vrouw en nu mijn moordenaar: Dante. Niemand wilde echter iets over hem loslaten, Davide meed mij en Lia wist niks meer over hem te zeggen dat hij een huurmoordenaar was. Een huurmoordenaar, iemand moest mij vroeger heel erg haten. Had ik het echt verdient om te sterven? Ik stel me voor hoe ik, Giovanni, als kleine drugsdealer neergeschoten werd in opdracht van een van de grote maffiabazen van Italië. Zo dadelijk zou ik op mijn begrafenis komen met niets anders dan een teleurgestelde moeder en rijen lege banken. Het idee is angstaanjagend, vrij onwaarschijnlijk, maar angstaanjagend. Maar wat doe ik tegen Dante? Ik weet niet hoe ik mij moet voelen. Boos? Bang? Ik koester geen haat tegenover hem, want ik weet niet wat Dante van mij heeft ontnomen. Maar als de dag komt dat ik oog in oog met Dante sta, dan zal ik-
‘Giovanni.’
Isaac staat recht voor mijn neus, zijn gezicht is gevaarlijk dicht bij de mijne. Door zijn Stoïcijnse blik voel ik mij nog ongemakkelijker.
‘J-ja meneer!’ roep ik en ik salueer.
‘Je begrafenis is naar overmorgen verplaatst, zorg dat je om drie uur klaar staat voor het kasteel.’


.
Burden

‘Het mag niet!’
‘Maar ik heb het belooft!’
‘Dan doe je het maar een andere keer.’
‘Hij gaat morgen weg!’
Roxanne en Augustus stoppen met kibbelen zodra ik me in het gesprek meng, het gaat dus over mij.
‘Is er iets?’ vraag ik zo nonchalant mogelijk, en Augustus grijpt zijn kans.
‘Van Roxanne mag ik niet met je trainen vandaag, omdat ik gister mijn enkel verstuikt heb.’
Ik kijk Roxanne aan, en haar ogen staan vol vuur.
‘Het maakt niet uit Augustus,’ zeg ik gauw. ‘We trainen wel als ik terugkom.’
‘Maar wat als je niet terugkomt?’ vraagt Augustus.
‘Het is maar een begrafenis.’
De twee kijken me doordringend aan.
‘Buiten het huis is het onveilig,’ zegt Roxanne. ‘Het komt vaak voor dat Reapers je opwachten bij je begrafenis.’
‘Bij mij was er een Ghoul,’ zei Augustus huiverend. ‘Maar Isaac rekende met hem af. Zijn manier van vechten is echt super gaaf!’
Het feit dat Isaac erbij zou zijn stelt me een beetje gerust, maar ik kan het beeld van Madness maar niet uit mijn hoofd krijgen. Dat een klein kind me ooit de stuipen op het lijf zou jagen.
‘Je hebt nog twee uur om je voor te bereiden,’ zegt Roxanne. ‘Gebruik ze goed.’

Eenzaam slenter ik door het kasteel. Het feit dat ik niet weet hoe ik mijn tijd moet besteden maakt me nerveuzer dan ooit. Ik besluit uiteindelijk om naar de bibliotheek te gaan, niet omdat ik er nog iets bruikbaars uit kan leren, maar om mezelf een doel in mijn hoofd te geven, iets dat me gerust stelt. Als ik in de bieb arriveer zie ik dat er al iemand is: Davide zit met zijn neus in de boeken een dikke pil door te bladeren.
‘Aan het leren voor je examen?’ vraag ik aan hem en hij knikt heftig.
‘Dit is mijn laatste dag om te leren,’ zegt hij.
‘Hoezo?’ merk ik op. ‘Je examen is toch pas volgende week?’
‘Dat klopt, maar Isaac wil me op een missie sturen, dus kan ik in die tijd niet leren.’
‘Wat voor een missie?’
‘Gewoon een onderzoeksmissie, er is een operagebouw afgebrand en dat is dus een spiritueel gebouw geworden, we willen kijken of er geesten in zijn gaan wonen, om ze te kunnen rekruteren.’
Davide kijkt weer in zijn boeken, maar hij leest niets, hij staart alleen maar peinzend naar de pagina’s.
‘Is er iets?’
Hij kijkt naar me op, en een geforceerde lach verschijnt weer op zijn gezicht.
‘Nee, nee. Alles is goed!’
Hij kijkt zijn boeken weer in en ik baan mijn weg naar achter in de bieb, op zoek naar een boek om te tijd te doden.
‘Giovanni,’ zegt hij plotseling. ‘Kan ik je om een gunst vragen?’
Stilte.
‘Wat is het?’
‘Zou je even met me mee willen komen? Er is iets dat ik je wil laten zien.’
De vraag overdonderd me.
‘Het is maar voor eventjes, ik breng je terug voordat jij en Isaac weggaan.’

Davide en ik lopen de hal door en vertrekken door de voordeur. Davide klapt twee kleine parasollen uit en geeft er een aan mij.
‘Tegen de zon,’ voegt hij eraan toe.
Ik volg hem door de tuin, hij loopt doelbewust door de tuin naar de poort: Het terrein af.
Davide staat plotseling stil en kijkt verward om, ik volg zijn blik. Op de tweede verdieping van het kasteel zien we Isaac, die ons door het raam doordringend aanstaart. Davide kijkt hem uitdagend aan, en de staarwedstrijd lijkt uren te duren. Dan draait Isaac zich om en verdwijnt uit het zicht. Ik volg Davide door de poort naar een loodgroene telefooncel, en we lopen door het glas naar binnen. Davide pakt mijn hand.
‘Houdt me vast, ik neem ons door het netwerk.’
Ik weet wat er gaat gebeuren, Davide legt zijn eigen hand op de telefoon en op dat moment versplinteren onze lichamen in miljarden kleine deeltjes. De deeltjes banen zich een weg de telefoon in, en reizen door het netwerk naar de bestemming die Davide had uitgekozen.

#Het is mogelijk flashbacks van het vorige leven te krijgen, de omstandigheden hiervoor zijn onbekend. Dit verschijnsel noemt men een Time-Scream, of T-scream
Kattie
Potlood
Potlood
Berichten: 90
Lid geworden op: 28 aug 2012 16:49

Wat een goed stuk! Ik vraag me af wat hij allemaal te weten gaat komen op zijn begrafenis, wat Davide van hem wil, en of ze veilig terug gaan geraken.
Nu is het wel erg fijn dat je op het einde een wet verklaart, anders had ik niet begrepen wat ze bedoelden met de T-scream :)
Fire, walk with me.
CasBuijs
Balpen
Balpen
Berichten: 144
Lid geworden op: 29 aug 2012 15:42

@Kattie Ik wist niet zeker of ik de T-scream wel moest uitleggen in een wet (het is immers show dont tell), maar als ik een andere theorieles erbij moest indoen voelde het weer als filler :P In dit stukje krijg je antwoord op één van je drie vragen.

Ik word neergeworpen op het asfalt, ik voel mijn lichaam open schaven op de grond en een vaag blauw licht is zichtbaar onder mijn huid. Een schaduw werpt zich over mij heen en ik zie dat die van Davide is. Hij strekt zijn hand uit en helpt me overeind.
‘Zo,’ zegt hij. ‘We zijn er.’
Ik veeg stof van mijn lichaam af en volg Davides blik naar een klein rijtjeshuis. Elk huis heeft een identieke kleine tuin, een witte voordeur met een groot raam ernaast. Daarboven is in het midden van het huis nog een klein raam te zien, waarnaar het afslinkt tot een scherp puntdak.
‘Wat is dit?’
Davide wandelt naar het raam van nummer 53 en seint mij dat ik ook moet komen. Ook al kan Davide door het raam heen, hij blijft er toch voor staan. Is het beleefdheid, of angst?
‘Kijk,’ zegt hij, wijzend op een keukentafel in de kamer.
Aan de tafel zitten een donkerblonde vrouw van in de dertig en een klein meisje van ongeveer zes jaar oud. Het meisje heeft groene ogen en zwart haar in twee schattige knotjes. Het haar en de ogen, ze zijn net als Davide.
‘Zijn dit-’
‘Mijn vrouw, Esmeralda, en mijn dochter, Eva.’
We kijken een tijdje toe hoe de twee aan tafel zitten te eten, en ik zie de ogen van Davide liefdevol naar het tafereel kijken. Hij was altijd aardig en zorgzaam voor iedereen, maar de liefde voor zijn familie kon je bijna fysiek voelen. Ik wil Davide vragen waarom hij om mijn aanwezigheid had gevraagd, maar ik wil zijn moment van vreugde niet verstoren. Ik twijfel een tijdje of ik het moet vragen, maar verlies uiteindelijk mijn geduld.
‘Waarom wilde je dat ik kwam?’ vraag ik tenslotte.
‘Kijk,’ zegt Davide, wijzend op de twee.
Ik draai aarzelend mijn hoofd en zie hoe de twee voor de televisie in de woonkamer zijn gaan zitten, de dochter leunt tegen de moeder, die haar liefdevol aankijkt, ze zien er dolgelukkig uit. Op de schouw van de open haard valt mij nu ook een foto van Davide op, hij ziet er nog steeds precies hetzelfde uit.
‘Je vertelde me laatst dat je bang bent om achter je verleden te komen,’ zegt Davide tegen mij.
‘Dat klopt,’ zeg ik, mijn ogen terneerslaand. Ik schaam me, maar ik weet niet waarom.
‘Wees niet bang voor het verleden Giovanni, ook al is dat verleden nog zo duister.’
Davides glimlach is verdwenen, hij staart met pijn in zijn ogen naar zijn vrouw en dochter. ‘Het feit dat ik niet meer bij hen kan zijn is mijn fout. Ik was overwerkt en moe, en ik viel in de auto voor een seconde in slaap, waarnaar we tegen een boom aan botsten.’
‘We? Bedoel je-?’
‘Mijn vrouw en dochter zaten beiden bij me in de auto, Eva was nog maar een maand oud.’
Ik schuifel ongemakkelijk met mijn voeten, wat moet ik zeggen?
‘Ik raakte weer bij bewustzijn door het gehuil van Eva, de auto stond in de brand. Ik kroop de auto uit en bevrijdde de twee met mijn laatste krachten, in de laatste seconden voordat ik stierf.’
‘Hoe weet je dit allemaal? Heeft Isaac je dit verteld?’ vraag ik.
‘Grotendeels,’ zegt Davide, hij staart twijfelachtig naar de grond.
‘Maar ik weet zeker dat ik er ook mijn eigen herinneringen aan over heb gehouden.’
Mijn ogen puilen uit van verbazing.
‘Je eigen herinneringen? Hoe is dat mogelijk!?’
‘Ik weet het niet, ik weet niet eens of ze wel echt zijn,’ zegt Davide, wrijvend over zijn hoofd. ‘Maar de geur van de rook, Eva’s gehuil, ze spoken nog altijd door mijn hoofd, ook al heb ik ze nooit gehoord. Ze hebben er een of andere wetenschappelijk benaming voor, maar ik noem het liever gewoon liefde.’
Was het mogelijk ook mijn herinneringen terug te krijgen?
‘Maar dat was wat ervoor zorgde dat ik door wilde gaan,’ zegt Davide. ‘Ik wilde weten wie ik hoorde huilen, van wie de lach van die mooie vrouw was.’
Davide kijkt me aan.
‘En ook al voelde ik me schuldig na het horen van het verhaal, ik wilde nog steeds doorzetten, want voor elke slechte herinneringen waren er weer tien mooie. Tien waarvoor ik mijn leven keer op keer op het spel zou durven zetten. Ik weet zeker dat ook jij deze herinneringen zult hebben Gio, je bent een goed mens!’
Davide heeft me bij mijn schouders gepakt en rammelt me bijna door elkaar. Zijn ogen zijn waterig, zijn stem puur en eerlijk. Voor het eerst in mijn leven na de dood voel ik vertrouwen in mij terug groeien.
‘Dankjewel Davide, ik sta bij je in het krijt.’
‘Geen dank,’ zegt hij met een knipoog en hij laat me los.
We kijken nog een tijdje naar de twee, en ik realiseer wat belangrijk is in het leven. Familie, vrienden, geliefden. Opnieuw denk ik terug aan de vrouw op het dak. Zij wist wie ik was, ze had een traan gelaten om mijn verlies. En dat was meer dan genoeg. Daarna keren we terug naar het kasteel, enkele minuten voordat ik weer moeten vertrekken naar mijn eigen begrafenis.

# De T-scream kenmerkt zich voor pijnlijke steken in het hoofd, en vervolgens een flashback in de vorm van een geluid, beeld, geur, smaak of gevoel.

WORDT VERVOLGD
Plaats reactie

Terug naar “De Poort naar een Andere Wereld”