Tama Wilson

The One Shot Club bestaat uit leden die elkaar opdrachten geven om een verhaal te schrijven. Zowel de aanvragen als de eindresultaten zijn hier te vinden!
Plaats reactie
Holipza
Puntenslijper
Puntenslijper
Berichten: 14
Lid geworden op: 08 mei 2012 18:32

Concept: Je bevind je op een eiland, waar er zich een actieve vulkaan bevind. Overleeft je personage het of niet?





1

Help. Ik kijk langzaam om me heen, maar ik heb nog steeds geen idee waar ik ben. Ik voel de paniek langzaamaan opkomen, de adrenaline gaat door mijn lijf en ik denk dat ik ga hyperventileren. Probeer het nog steeds te beseffen, terwijl ik eigenlijk gewoon alles wil ontkennen. Droom ik? Zachtjes raak ik mijn eigen wang aan, hoewel ik weet dat het geen droom is.

Wat er gebeurd is? Ik ben gestrand. Al mijn klasgenoten zijn dood. Enkele uren geleden vertrokken we van de luchthaven van Zaventem, en hoewel iedereen toen uitbundig had gelachen en gespeeld, hangt er nu een doodse stilte. Ik weet dat ik alleen ben. Nog geen uur geleden crashten we met het vliegtuig, en ik heb geen idee waardoor. Gelukkig zijn we net op een eiland beland, hoewel dat ook pech kan zijn, want op het water was het vliegtuig misschien niet zo beschadigd. Toen we crashten gebeurde er een heleboel. Meer dan de helft was waarschijnlijk nog in leven. Kinderen schreeuwden en tierden, de meeste huilden terwijl ze naar hun dode vrienden keken. Er leefde nog maar een leerkracht, en de piloot was zo goed als dood. Hoewel de leerkracht ons uit het vliegtuig had willen halen, was alleen ik er uitgekomen. En net toen ik wilde teruglopen om iemand anders eruit te halen, ontplofte de vliegmachine.

Nog steeds woedt er een vuurzee aan het strand. Ik zit een eindje verderop, terwijl ik enkele meters verder een verbrand lijk zie van het populaire meisje van de klas. Als ik in de bomen kijk, zie ik enkel fel vuur dat mijn ogen dreigt te verblinden, niet door de felheid, maar door de pijn die het me doet. Wat moet ik in godsnaam doen? Natuurlijk heb ik wel eens van die overlevingsseries gezien op een eiland, maar ik geloof niet dat soaps me hier veel zullen helpen. Hoe moet ik overleven? Waar haal ik het voedsel vandaan? En leven er hier wezens die me willen doden, me nu al aan het bejagen zijn en zich feliciteren met het grootse feestmaal dat hier aan hun voeten geworpen is? Besluipt een sluwe leeuwin me op dit moment, of zal ik gewoon worden gebeten worden door een kleine maar uiterst dodelijke gifkikker?

Een tak breekt, en ik draai me vliegensvlug om. In het oerwoud is net een grote tak gevallen, en ik zie dat de boom zelf hem al snel achterna gaat. Nu ik plots weer wakker geschrokken ben, kijk ik angstig rond. “Kalmeer, Tama.” dwing ik mezelf. En ik hoop dat mijn naam me eindelijk hoop brengt, de naam die mijn ouders me gegeven hadden. Toen ik hun ooit vroeg waar mijn naam vandaan kwam, zeiden ze dat het Maltees was voor hoop. Omdat ik hun hoop gegeven had. Destijds had ik geen nood aan hoop, maar nu hoopte ik echt dat ik zou overleven. En dat dit een droom is. Als mijn ogen zich uitstrekken over het eiland, zie ik een vulkaan in de verte. Tot mijn schrik bemerk ik dat er rook uitkomt – nee, houd ik mezelf voor, het zweeft er gewoon boven – en ik voel de aarde zachtjes trillen onder mijn voeten. Die wolken voorspellen niet veel goeds, en ik word meteen banger bij het idee om door een vulkaanuitbarsting te worden gedood. Natuurlijk hoeven die wolken niet per se een vulkaanuitbarsting te beteken, ik zie waarschijnlijk gewoon spoken doordat ik zo geschokt ben. Dat heb ik eens gelezen in een boekje, dat mensen na een grote ramp denken dat er allemaal slechte dingen gaan gebeuren, maar ik weet bijna zeker dat er geen vulkaanuitbarsting zal plaatsvinden op dit eiland. Zoveel ongeluk kan ik toch niet hebben?

Maar toch, zelfs als die vulkaan niet zou uitbarsten, dan zouden die wolken toch een grote tropische storm kunnen voorspellen. En in de positie waarin ik me nu verkeer, zou ik zo’n storm waarschijnlijk niet kunnen overleven. Ik ben nog steeds geschokt door het trauma dat ik net opgelopen heb, en ik kan er gewoon niet aan denken dat ik hun zal moeten volgen, hoewel ik er ook over denk dat het juist een opluchting zal zijn, na dit vermoeiende uur. Ik hoor nog steeds een gepiep in mijn oren, waarschijnlijk door de ontploffing, en mijn handen trillen helemaal. Plots besef ik dat ik hier niet kan blijven wachten tot ik word vermoord door een wezen, ik moet mezelf toch op zijn minst een kleine kans geven op overleven. Ik spring recht en wil bijna al meteen weer gaan zitten door de pijn die ik voel. Mijn ogen voelen pijnlijk aan door het vele gehuil en ik heb overal schrammen. Niet zo ernstig als de meesten zie ik, want in de enkele minuten voor de ontploffing had ik gezien dat enorm veel kinderen zwaargewond waren en enkelen doodbloedden. Ik heb nog geluk gehad, er bevinden zich alleen maar enkele schrammetjes op mijn armen en ik bloed uit m’n been, maar ik troost me bij de gedachte dat ik nog leef, en ik voel de pijn bijna niet, omdat de mentale pijn me bijna vermoord.

Waar ben ik? De vraag blijft maar door mijn hoofd spoken, ookal weet ik dan dat ik me bevind op een klein eiland met een vulkaan die zeer waarschijnlijk snel zal uitbarsten. Maar wat moet ik doen? Alle volwassenen binnen mijn bereik zijn dood, mijn gsm is opgeblazen en al mijn vrienden zijn dood. Ik kan ook de radio van het vliegtuig niet meer gebruiken, de wrakstukken liggen verspreid over het hele eiland, de meeste weggeblazen door de explosie.

Plots begint de aarde nog meer te rommelen en ik moet me vasthouden aan een boom, omdat ik anders van verbazing bijna omval. Mijn hoofd steekt en ik besef plotseling dat ik een hoofdwond heb, door het bloed dat langs mijn ogen stroomt. Even denk ik dat het lava is en dat ik in brand sta, begin te krijsen en ik denk dat ik al dood ben omdat ik niets voel van de lava. Maar al snel besef ik dat het bloed is, en ik probeer het bloeden te stelpen met enkele bladeren, voor ik hier ook nog doodbloed. Ik ben nu echt heel erg geschrokken en kan het bijna niet meer bevatten. Krijsend van angst loop ik weg van het vuur en uit het zicht van de vulkaan, de bomen in. Ik schrik als ik op brandende takken loop en vraag me af of de vulkaan al is uitgebarsten, wanneer ik plots een nog hevigere schok voel en naar beneden val. Mijn benen raken vuur, ik gil en probeer opnieuw op te staan, maar ben te vermoeid om nog te bewegen. Zo lig ik enkele minuten stil, wachtend op mijn waarschijnlijke dood.

Die komt dus niet. Na ongeveer drie minuten de hele situatie te overdenken van op de grond met (alreeds geblust) vuur op mijn benen krijg ik weer een hyperventilatieaanval. Ik krijs en schop en wring me in allerlei onmogelijke posities, terwijl ik enkel maar kan denken aan mijn vrienden en mijn leerkrachten. Natuurlijk heb ik een bloedhekel aan leerkrachten en zowat alles dat met school te maken heeft, maar ik zou hun nooit dood gewenst hebben. En toch zijn ze zo’n anderhalf uur geleden opgeblazen.

Als ik ophoud met huilen en hyperventileren, probeer ik opnieuw rustig te worden en op mijn gemak weer beginnen na te denken, te focussen op overleven en niet op al mijn dode kennissen. Wonderbaarlijk genoeg slaag ik erin om me weer overeind te trekken, en ik kijk rond in het grote bos rondom me. “Wat zie ik?” vraag ik mijn hersens, en het kost hun duidelijk enorm veel moeite om iets te kunnen zien. Mijn ogen zijn waarschijnlijk op de een of andere manier beschadigd door de explosie, want ik zie wazig en voel me duizelig. Als ik uiteindelijk nog wat details kan herkennen in de verte, zie ik dat de uiterste rand van het bos vlakbij het vliegtuig in brand staat en het vuur zich langzaamaan verspreid over het bos. Er knettert nog wat vuur naast me, maar dat is het enige vuur dat ik zie buiten de kant bij het vliegtuig. Als ik omhoog kijk kan ik ook enkele heuvels zien, met daarop een imposante vulkaan. Er komt nu steeds meer rook uit en ik voel hoe de aarde blijft schokken, maar ik dwing mezelf om te blijven lopen en een schuilplaats te zoeken. Ik weiger op te geven en te sterven zonder op zijn minst te proberen om te overleven.

Maar is er wel een beschikbare schuilplaats? Als ik rond me kijk zie ik enkel bebossing, en het water lijkt me niet zo’n goed idee. Het vliegtuig heb ik allang opgegeven en hoewel ik hoop dat er een kleine grot bij de vulkaan zou zijn, denk ik dat het te dicht bij de vulkaan zal zijn en ik geen kans zou maken. Maar nergens anders lijkt er een mogelijke schuilplaats te zijn en ik loop richting de vulkaan, waarschijnlijk mijn meest stupide daad van die dag. De wind zoeft tegen me in, alsof het me dwingt om terug te keren. Ik bloed overal en merk dat ik me uitgeput voel. Al strompelend ga ik door het bos, terwijl ik steeds meer moeite krijg met het bereiken van die heuvels.

2

Ik kom gelukkig bijna geen dieren tegen op mijn weg naar mijn enige hoop, en ik denk dat ze gewoon allemaal gevlucht zijn toen ze de uitbarsting voelden aankomen. Als ik achter me kijk voel ik dat ik bijna struikel, en ik dwing mezelf opnieuw om door te lopen en niet achter me te kijken, want het vuur lijkt me steeds sneller te volgen. Even krijg ik het absurde idee dat ik in de hongerspelen ben beland, een boek dat ik eens las waarin een heleboel kinderen in een arena werden gedropt en elkaar moesten uitmoorden, terwijl allerlei dingen zoals vuur ze samendreef. Maar ik weet dat dit geen hongerspelen is, dit is het echte leven. Hier word ik niet gered door het capitool en hier is er geen Peeta om me te beschermen. Het enige dat ik heb is mezelf, en dat geeft me weinig overlevingskans.

En toch kom ik aan bij de heuvels, terwijl de grond steeds harder begint te schudden en ik vanzelf ook al tril. Terwijl ik in de beurt van de heuvels kom, kom ik steeds doder terrein tegen en ik besef dat er ooit al eens een andere uitbarsting gevolgd is, en er waarschijnlijk enkele kleinere uitbarstingen de grond hier continu in lava gedolven hebben. Wat als dit zo’n kleine uitbarsting is en ik nu recht mijn dood tegemoet loop, terwijl ik gewoon had kunnen leven op het strand? Vraag ik mezelf af, maar ik besef dat zo’n kleine uitbarstingen vast niet bestaan en ik in ieder geval al ten dode opgeschreven ben. Als ik uiteindelijk de heuvels bereik, word ik bijna depressief van wat me te wachten staat: De heuvels gaan langzaam omhoog en ik kan er geen enkele grot in vinden, laat staan een klein gaatje. Verslagen loop ik rond de heuvel, maar nergens vind ik een opening die naar mijn redding zou kunnen leiden.

Op dat moment ben ik verbijsterd dat ik het tot hier gemaakt heb. In het afgelopen vier uur heb ik een vliegtuigcrash overleefd, een explosie waarbij ik meters in de lucht werd geslingerd, een vlammenzee, en een nadere vulkaanuitbarsting. Ik ben verbaasd dat ik nog bij zinnen ben, en ik zelf genoeg bij kennis ben om logisch na te denken en proberen te overleven. Maar waarom zou ik deze uitbarsting willen overleven? Als ik deze zou overleven zou ik toch gedood worden door iets anders, een wezen of een andere natuurramp. Mijn geluk lijkt die dag niet echt goed te zijn, hoewel ik verbitterd denk dat ik meer geluk heb gehad dan mijn klasgenoten, en het stom en laf zou zijn om gewoon te sterven zonder proberen te overleven, zonder dat zij de kans gehad hadden om te overleven. Het was puur geluk aan mijn kant dat al die dingen overleefde.

En toch wil ik dood. Als ik zie dat het schudden uiteindelijk samengaat in een grote explosie met vliegende en stromende lava, en enorme rookwolken de zon verduisteren wil ik het liefst de lava in springen, gewoon om het vroeger te laten eindigen en me niet te lang laten eindigen. Ik sta stil en kijk bedachtzaam naar de kolkende lava die langzaam naar beneden stroomt, en de lava die nog steeds in de lucht zweeft, zoekend naar een prooi om op te vallen. Ik huil opnieuw en smeek om te blijven leven, maar de lava wil me doden en stroomt verder. In paniek kijk ik nog eens rond, en ik zie een groot gat in de grond. Ik wil er al meteen inspringen, wanneer ik midden in mijn sprong word tegengehouden door mijn instinct en meteen achteruit deins. De put die ik uitgekozen heb zit vol met lava. Verward loop ik opnieuw het bos in, terwijl ik merk dat er allemaal magma aankomt in de bossen en de lava zich een weg naar beneden heeft gebaand vanaf de top van de vulkaan, en wonder bij wonder raakt al dit me niet. Ik word enkele keren op het nippertje niet geraakt en brand mezelf enkele keren, maar blijf leven en krijg zelf hoop.

En dan, dan zie ik plots iets dat mijn hele dag weer beter maakt. Voor me gaat er een kleine grot recht de grond in, en ik zie wat kool in de wand zitten. Het is veilig om er in te gaan zonder al mijn botten te breken en ik weet dat ik er ook weer uit zou geraken. Het is donker in de grot, maar door mijn blijheid kan me dat niets schelen, mijn angst voor de lava en de dood is veel groter dan mijn angst voor het donker. Ik besef vrijwel meteen dat ik de bovenkant zal moeten afdekken, en ga dan ook wat dieper de grot in, in de hoop dat er een opening naar een grot hoger dan deze zou leiden waar de lava dan niet zou kunnen geraken. Maar ik zie al snel meer licht komen door de ingang van de grot, en besef al snel dat de lava zich een weg gebaand heeft naar mijn grot met de onweerstaanbare neiging om mij te doden. Snel raap ik wat stenen op, die lijken alsof ze recht uit de muur gehakt zijn. Ik loop door, maar bezwijk bijna onder het gewicht van de stenen die ik moet dragen in mijn al slechte conditie. Uiteindelijk blijkt de grot nog een heel stuk verder te gaan, om uiteindelijk dood te lopen. Ik kan mijn teleurstelling niet verbergen en huil tranen met tuiten. De lava zou zeker tot hier kunnen reiken en kent geen genade.

Maar ik geef niet op. Ik pak zoveel stenen op als ik kan en creëer een kunstmatige muur iets verder van het einde, terwijl ik weet dat de lava steeds dichter komt. Ze steunen op kleine platforms die zich iets lijken uit te steken, op drempels als het ware, en ik probeerde op een kleine afstand daarvandaan een klein platform te bouwen om op te staan als, nee, wanneer de lava door de muur breekt om me te halen. Ik begin weer hoop te krijgen om te overleven, terwijl ik verbaasd ben door mijn eigen vindingrijkheid in deze benarde situatie, hoewel een stemmetje diep in mijn hoofd protesteert tegen mijn hoop. ‘Hoe denk je hier weer uit te geraken dan? Die lava gaat niet weg, weet je. Je zou uiteindelijk door de honger en dorst omkomen!’ Maar ik probeer de stem te negeren, en dat lukt wonderwel. Ondertussen zie ik achter de muur een licht aankomen, en ik bijt op mijn lip die daardoor begint te bloeden. Ik besef dat mijn bouwkundigheid nu het verschil maakt tussen leven en dood. En ja, de lava breekt al snel door de muur, maar ik haal een zucht van opluchting. De lava is niet hoog genoeg om mijn kleine platform te bereiken, en ik kijk hoe de lava stilstaat tegen het platform. Ik heb gewonnen, besef ik.

Maar dan voel ik een immense pijn in de onderste kant van mijn voeten, en ik voel hoe de lava zich een weg brandt door mijn schoenen. Blijkbaar is de lava er via smalle gleufjes in geslaagd om me te bereiken, en het platform stort langzaam in. Ik huil plotsklaps, niet alleen door de pijn maar ook door het gevoel om verslagen te zijn. Oh god, ik wil nog niet sterven. Ik wil m’n ouders nog zien voor ik sterf. Maar de lava wil me zo snel mogelijk hebben en trekt de stenen onder me weg, en ik voel hoe ik klaarblijkelijk langzaam naar beneden glijd, rechtstreeks de lava in. Het verbrand mijn benen, maar daar voel ik niets meer van. Ik merk alleen dat het heel erg warm is en ik huil, de vloeistof uit mijn ogen verdwijnt in de vloeistof uit moeder aarde. Hoewel het waarschijnlijk snel gebeurde, voel ik hoe het mij langzaamaan verteert en een beeldhouwwerk van me maakt. Mijn armen hangen plotseling slapjes, en ik voel mijn hand niet meer. Plots dooft er een lichtje wanneer de lava mijn hart lijkt te raken, en ik kan nog een ding denken voor ik sterf: Tama Wilson is er niet meer. Daarna lijkt het vuur me op te slokken, verlangend naar mijn lichaam. Ik sterf.
mena1998
Typmachine
Typmachine
Berichten: 771
Lid geworden op: 04 sep 2011 11:50
Locatie: Heelal, Melkweg, Aarde, Europa, Nederland, (Provincie) Groningen, Oude Pekela

Goed gedaan en snel ook. Had ik net een super super lange reactie klaargemaakt had mijn pc zin om leeg te zijn.... Echt flut.

Deze one-shot was goed, maar de spanning miste ik eigenlijk een beetje. Je hebt je goed aan de opdracht gehouden :). Goed gedaan!

Liefs Floor
Shit happens, just flush it and move on!
Little_Miss_Perfect
Fijnschrijver
Fijnschrijver
Berichten: 724
Lid geworden op: 27 apr 2012 18:49
Locatie: Mars

*open mond* *tranen in ogen* Wauw. :3
It's so hard to forget someone who gave you so much to remember. <3
Holipza
Puntenslijper
Puntenslijper
Berichten: 14
Lid geworden op: 08 mei 2012 18:32

mena1998 schreef:Goed gedaan en snel ook. Had ik net een super super lange reactie klaargemaakt had mijn pc zin om leeg te zijn.... Echt flut.

Deze one-shot was goed, maar de spanning miste ik eigenlijk een beetje. Je hebt je goed aan de opdracht gehouden :). Goed gedaan!

Liefs Floor
Dat heeft mijn pc soms ook, kan inderdaad best irrititant zijn :x

Little_Miss_Perfect schreef:*open mond* *tranen in ogen* Wauw. :3
Ik hoop dat dat betekent dat het goed is en niet dat het zo slecht is dat je moest huilen? :D
Little_Miss_Perfect
Fijnschrijver
Fijnschrijver
Berichten: 724
Lid geworden op: 27 apr 2012 18:49
Locatie: Mars

Mm, als het zo slecht is dat ik moet huilen ga ik niet eens reageren. xdd HET IS ZOOOOOOOOOOOOOO MOOI. o_O
It's so hard to forget someone who gave you so much to remember. <3
Plaats reactie

Terug naar “The One Shot Club”